Gebr.v.embden
VRIJDAG 15 SEPTEMBER 1939
Geautoriseerde vertaling naar het Engelsch
door
FRANK G. ROBERTSON
HOOFDSTUK XXIV.
HOOFDSTUK XXV.
en deze als zweep gebruikend, gaf hij de hond, op het moment dat deze
naar voren sprong met het einde van den zwaren gesp een geweldige striem
dwars over den kop.
ONS ROMAN-BIJVOEGSEL.
KORTE INHOUD VAN HET VOOR
AFGAANDE.
Tusschen de schapenfokkers en de vee
houders aan de Moose River waren er
moeilijkheden gerezen over de gebieden,
welke door hun kudden als weidegrond
werden gebruikt. Glen Hatcher, in dienst
bij den schapenfokker Granville, had
tegen het inbreuk maken op de rechten,
der fokkers geprotesteerd, doch tenslotte
was hij ontslagen. In een café kregen en
kele cowboys ruzie. Door het schieten
sloegen de paarden van het wagentje,
waarop Granville's dochter de komst van
haar vader afwachtte, op hol.
Hatcher vond later het op hol geslagen
gespan in een rivierbedding liggen. Na
veel moeite gelukte het Glen om miss
Granville naar de ranch van Parrish te
brengen, doch weldra verdween zij spoor
loos.
Hoewel Hatcher er niets mee te maken
had, werd hij toch als verdacht van ont
voering gevangen genomen, doch hij wist
te ontvluchten en zich schuil te houden
onder een brug. Interessante gesprekken
kon hij daar afluisteren, waarbij hem o.m.
bleek, dat alle mannen van den veehou
der Goodall vogelvrij waren verklaard,
terwijl Edith Granville door hen werd
vastgehouden. Glen kon verhinderen, dat
hij gearresteerd werd, omdat hij zeide in
staat te zijn miss Granville op te sporen.
Deze grootdoenerij bezorgde hem vele
moeilijkheden en zijn talrijke nasporin
gen leverden voorloopig geen resul
taat op.
Eindelijk had hij Edith gevonden, op
gesloten in een schuur bij de boerderij
van Buckley. Op een avond zou hij pro
beeren haar te bevrijden, doch behalve
dat het meisje Hatcher niet heelemaal
vertrouwde, moest zij eerst haar kleeren
uit de boerderij trachten te halen.
(Vervolg)
13).
Verdraaid, ja, zei Glen opschrikkend,
toen dit nieuwe probleem zich voordeed.
Het heele erf is vol distels en steenen Als je
het niet erg vindt, denk ik, dat ik je maar
beter tot aan de deur zal kunnen dragen.
Even leek de houding van het meisje bijna
vriendelijk.
Het zal niet den eersten keer zijn, wel?
Je zult wel denken, dat ik voortdurend ge
dragen moet worden. Ik vraag me af, waar
de hond is
Hond zei Glen verschrikt. Hebben ze
een hond
Ja en het is een monster van een beest.
Die bruut kan soms afschuwelijk te keer
gaan.
Wel, hij is nu niet in de buurt, of hij
heeft als waakhond niets te beteekenen We
zullen het erop moeten wagen.
Hij nam het meisje in zijn armen en liep
zoo geruischloos mogelijk in de richting van
de deur. Er klonk van binnenuit niet het
minste geluid, terwijl hij haar voorzichtig
voor de deur van het kleine, vervallen ranch-
huis weer neerzette. Miss Granville trok haar
deken wat strakker om zich heen en pro
beerde aarzelend den knop. Deze gaf mee en
zij verdween in de ondoordringbare duister
nis daar binnen.
Voor den man, die buiten stond te wach
ten, leken de volgende minuten wel uren
Zoo nu en dan hoorde hij het flauwe gekraak
van een plank. Terwijl hij daar zoo stond er
gerde Glen zich voortdurend over het ge
knars van grint onder zijn eigen voeten, ter
wijl hij zenuwachtig en onbewust zijn ge
wicht van zijn eene been op zijn andere
overbracht. Dan verscheen miss Granville
weer in de deuropening, hem wenkend haar
weer op te nemen. Zij was nog altijd in haar
deken gewikkeld. Een dertig voet van de
deur fluisterde zij hem toe stil te houden.
Ik kon niets vinden. Mijn kleeren moe
ten in die slaapkamer zijn en ik kan daar
twee menschen hooren snorken. Ik was bang
om daar binnen te gaan.
We hadden van het begin af beter eerst
de bewoners onschadelijk kunnen maken,
zei Glen. Denk je, dat je daar binnen een
lamp kunt vinden' of kan ik beter die kaars
uit het hol gaan halen
Er staat een lamp op de tafel. Ik heb
die gevoeld, toen ik probeerde nergens tegen
aan te loopen. Ik maak me ongerust over
dien hond. Hij moet met de andere mannen
mee zijn en kan ieder oogenblik terugkomen.
Ik heb gezien, dat er nog eten op tafel staat
alsof er aanstonds nog iemand verwacht
wordt, zei Edith.
Dan kunnen we beter zoo veel mogelijk
voortmaken. We zullen als volgt te werk
gaan: ik wacht buiten, terwijl jij naar binnen
gaat om die lamp aan te steken. Dan kom ik
vlug naar binnen om de menschen daar in
bedwang te houden. Worden ze niet wakker,
dan zooveel te beter. Worden ze het wel
nu, dan zullen we wel zien wat we doen!
Nu ik eenmaal zoover ben, vermoed ik,
dat ik zal moeten doorzetten, zei het meisje
zachtjes. Ik hoop alleen maar, dat ik geen
vergissing bega.
Glen's gelaat verstrakte. Gedurende de
laatste minuten had hij zich wijs gemaakt,
dat het meisje besloten had hem te vertrou
wen. Zij accepteerde hem echter enkel als
het minste van twee kwaden en zou hem.
zoodra ze haar kleeren terughad, bij de eer
ste gelegenheid de beste in den steek laten.
Miss, de eenige vergissing welke je
van nu af aan kunt maken, is niei. precies te
doen, wdt ik je zeg, waarschuwde hij.
Die toon bevalt me niet.
Houd je mond, siste Glen, We kunnen
hier geen ruzie gaan maken. De buren zullen
ons hooren.
Indien het meisje daar mogelijk al een
antwoord op klaar had, kreeg zij niet de kans
dat uit te spreken. De cowboy droeg haar al
weer terug naar het huis.
Terwijl hij zijn revolver half uit den hol
ster trok, streek het meisje de lucifer, welke
hij haar gegeven had, aan. Direct volgde hij
haar naar binnen. Hij liep zoo geruischloos
mogelijk maar met zijn zware laarzen en zijn
stijve been klonk het leven, hetwelk hij
maakte hem in de ooren als dat van een
troep cavalerie^ welke over een houten brug
trekt. Het meisje stak de lamp op de stafel
aan.
Glen wierp een haastigen blik door de
primitief gemeubelde kamer. Hij zag, dat de
slaapkamerdeur dicht was, maar vóór hij die
kon openen was alle noodzaak voor omzich
tigheid reeds verdwenen.
Ben jij daar Los? vroeg een verschrikte
stem uit de andere kamer.
Ja, antwoordde Glen en wierp de deur
wijd open.
Zoek ze, Bruno.
Hatcher was juist op tijd om te zien, hoe
een man in nachtgewaad zich van het bed
in den versten hoek van de kamer liet glij
den. In het dichterbij staande bed lag een
vrouw met een verward'hoofd met haar en
terwijl hij binnentrad slaakte zij een gil en
wierp hem met verrassende nauwkeurigheid
een kussen in het gelaat.
Glen weerde het kussen af en zag dat de
man een revolver opnam van de plek, waar
het" kussen gelegen had.
Schiet hem neer, Bill, gilde de vrouw,
die op haar knieën overeind op het bed
zat. Glen vuurde bijna gelijktijdig met den
man, die nu naast het bed zat neergehurkt.
Er klonk een gerinkel van gebroken glas
achter hem en tegelijk werd het pikdonker.
Glen werd bijna het ondersteboven gewor
pen toen het een of andere projectiel het
puntje van zijn heupbeen raakte, maar hij
stortte zich vooruit. De kogel van den man
had hem enkel maar even geschramd en
daarna de lamp in de andere kamer ge
troffen
Schiet nog eens, Bill! schreeuwde de
vrouw, terwijl zij het andere kussen wierp.
Maar een profane uiting van pijn van den
man was het eenige antwoord, hetwelk zij
van hem ontving. Even teekenden de om
trekken van haar gelaat zich af tegen het
open raam en hoezeer hij het ook veraf
schuwde een vrouw te slaan, gaf Glen Hat
cher haar toch een kei-harde swing op haar
kaak. Door de kracht, welke hij in zijn slag
gelegd had, tuimelde hij voorover, dwars
over het bed
De kreunende man lag bijna onder hem,
terwijl de vrouw languit naast hem lag uit
gestrekt. Glen's vuist sprak pijnlijk van de
kracht van den slag, welken hij haar had
toegediend. Het zou wel even duren, voor
zij weer een kussen naar zijn hoofd wierp.
Edith, ben je ongedeerd? riep Glen.
Ja. Jij ook? klonk het antwoord. Het
volgende oogenblik had zij een lucifer aan
gestoken waarmee zij, in de deuropening
staande, de met rook gevulde kamer flauw
verlichtte.
Ik ben all right, zei Glen. Toen de
lamp uitging, ben ik door iets geraakt. Het
meisje kwam haastig naar voren en stak een
andere lamp op het slaapkamertafeltje aan.
De man had opgehouden met kreunen.
Glen bukte zich en nam hem zijn revolver
af, waarna hij overeind krabbelde. Zijn heup
deed hem afschuwelijke pijn. Met een ge
wonde heup aan de eene zijde en een stijve
knie aan de andere, vroeg hij zich ietwat
angstig af, hoe hij zou moeten navigeeren.
De vrouw lag nog altijd onbewegelijk op
het bed uitgestrekt, haar eene been slap op
den grond hangend. Edith Granville deed
haastig een stap naar voren, legde haar
goed en trok de dekens over haar heen.
Glen onderzocht zijn kwetsuur. Er ont
braken drie patronen opzij uit zijn zwaren
wijden patronengordel. Daar scheen Buck
ley's kogel hem geraakt te hebben. Dat was
de geheimzinnige stoot geweest, welke hem
bijna omvet had geworpen. Toen hij opkek,
zag hij de oogen van het meisje vol ontzet
ting op zich gericht.
De vrouw, je hebt haar gedood, sta
melde zij beschuldigend.
Geloof dat maar niet, antwoordde hij
grimmig. Maar ik vrees, dat Buckley er ge
weest is. Kijk of je je kleeren kunt vinden,
terwijl ik zal zien wat ik voor hem doen
kan. Misschien heeft niemand het schieten
gehoord, maar we moeten hier niet langer
blijven dan strikt noodzakelijk is.
Terwijl het meisje naar haar kleeren zocht,
scheurde Glen een laken aan reepen. Buck
ley zat half versuft overeind en maakte zijn
hemd open. Hij geloofde zelf blijkbaar ook,
dat hij ging sterven maar dat was een mee
ning, welke Glen allerminst deelde. De ko
gel, was er van voren in en van achteren
weer uitgegaan, maar zóó vlak aan den bui
tenkant, dat deze waarschijnlijk zelfs de
ribben niet geraakt had. Buckley was een
groot, gezet man, zoodat de kogel desondanks
een diepe vleeschwond gemaakt had. De
kerel bewaarde een koppig en stoicijnsch
zwijgen.
Even later kondigde Edith Granville de
vondst van haar kleeren aan, waarna zij zich
naar de voorkamer terugtrok om zich te ver-
kleeden.
Nog vóór Glen met het leggen van het
verband klaar was, kwam de vrouw weer
bij kennis.
Glen was juist klaar gekomen met het
verbinden van den man, toen het meisje in
de deuropening verscheen. Zij was geheel
gekleed en had ook weer iets van haar oude
houding teruggevonden.
Jij lafaard, een weerlooze vrouw te
slaan, siste mrs. Buckley vol gevoel.
Zuster, ik ben nog steeds genoeg ge
schrokken om je nog zoo'n opstopper te
geven, als je niet gauw met je gejammer
ophoudt en ons vertelt, wat we weten wil
len, zei Glen.
Ja, zei Edith Granville. Had deze man
iets uit te staan met het plan om mij hier
heen te brengen?
Natuurlijk, verklaarde de vrouw vol
overtuiging. En nu neemt hij je weer mee,
zoodat hij de belooning heelemaal kan op
strijken.
Wel allemachtig, leelijke leugenachtige
bromde Glen vol machtelooze woede.
Dat dacht ik wel, verklaarde Edith
Granville koel.
Hatcher kon enkel hulpeloos zijn schou
ders ophalen. Hij beval den man overeind
te komen en toen deze ontdekte, dat hij in
staat was alleen te staan en zelfs te loo
pen, begon hij zijn doodsangst snel te ver
liezen.
Jullie twee gaat voorloopig in het hol,
beval hij onverstoord. Je kunt beter een
paar schoenen aantrekken.
Ik verzet geen voet, verklaarde mrs.
Buckley beslist.
En ik evenmin, zei haar echtgenoot.
Kalm greep Glen Buckley's patronengor
del, welke over het voeteneind van het bed
hing en gaf hun ieder op hun beurt een
flinken klap met het losse eind. Dit bleek
alle aansporing te zijn, welke zij nog noodig
hadden.
Kom mee, zei Glen tegen miss Gran
ville.
Ik vermoed, dat je dien riem ook op
mij zou gebruiken, als ik weigerde? merkte
het meisje met hoogrood gelaat op.
Daar had ik nog niet aan gedacht, maar
nu je het zegt, zal ik het idee in gedachten
houden voor het geval je mocht probeeren
van me weg te vluchten( antwoordde hij
grimmig.
Achter elkaar marcheerden zij naar het hol
in den heuvel. Glen duwde de Buckley's
naar binnen en grendelde de deur.
Je behandelt die medeplichtigen van je
aardig hard, is het niet? vroeg Edith. Wie
zijn het eigenlijk?
Vrienden van je vader, antwoordde hij
prompt.
Dat mag ik wel! antwoordde het meisje
boos.
Hij mag hen ook wel.
Dat is een leugen en dat weet je, riep
het meisje driftig. Mijn vader is een
Een wat? vroeg Glen, toen zij zweeg.
Doet er niet toe. Ik wilde zeggen een
gentleman, maar je zoudt toch niet begrijpen
wat dat beteekende, wel?
Een gentleman, die beroepsmoordenaars
huurt om grasland voor hem te stelen, waar
toe hij zelf den moed mist, merkte Glen op.
Laat dit nu toch eindelijk eens goed tot je
hersens doordringen. Het was Savage, die
je heeft laten ontvoeren, opdat de veehou
ders er de schuld van zouden krijgen en
daarom vogelvrij verklaard zouden worden.
Het is hem tot dusverre gelukt, maar ik ga
de waarheid aantoonen, als ik kan. Indien
het allemaal uitkomt, zal je gentleman-
aehtige vader blij mogen zijn, indien hij niet
samen mt Savage in de gevangenis terecht
komt.
Bah! Ik haat je, huilde het meisje.
Nu, eerlijk gezegd, koester ik ook geen
hartstochtelijke liefde voor jou, meende Glen.
Maar wij blijven bij elkaar, totdat ik je ge
bracht heb waar ik je hebben wil.
O neen, dat doen we niet.
Zij hadden de stallen bijna bereikt. Nu
dook het meisje plotseling snel weg naar een
hoek van het gebouw. Alleen het feit, dat
zij door dien verontwaardigden uitroep haar
bedoeling verraden had, belette haar succes
te hebben met haar poging. Met een stijve
knie en een pijnlijk gewonde heup zou Glen
niet in staat zijn geweest het meisje achterna
te loopen en in te halen. Wanhopig wierp hij
zich in zijn volle lengte voorover, waarbij
hij haar met uitgestrekten arm nog juist bij
een voet kon vastpakken. Zij sloeg met een
bons languit tegen den grond en zoo bleven
zij even liggen. Glen hield haar voet vast,
totdat hij weer op zijn knieën was gaan zit
ten.
Dat was waarachtig op het nippertje,
meende hij. Nu ga ik je vastbinden. Indien
je ontsnapt zou zijn, zou je weldra door een
van de gunmen van je vader en van Savage
zijn opgepikt. Je zoudt hun verteld hebben,
waar de Buckley's je gevangen gehouden
hadden. Zij weten, dat de Buckley's alles zou
den verraden, wanneer zij gearresteerd wer
den en daardoor zouden zij zelf als mede
plichtig aan de kaak gesteld worden. Om
zich zelf te redden, zouden ze verplicht zijn
geweest jou uit den weg te ruimen. En ik
zou daar weer de schuld van gekregen heb
ben, evenals van je ontvoering en nog andere
dingen meer. En dat zou allemaal nog niet
zoo erg zijn, als er nog niet andere onschul
dige personen door gedupeerd zouden wor
den.
Je weet, dat ik geen woord geloof van
alles wat je zegt.
Net zooals je wilt. De eenige kans,
welke wij beiden hebben om het levend
af te brengen, is Banner te bereiken zonder
gezien te zijn. Zelfs wanneer je den sheriff
hier buite zoud ontmoeten, zou je enkel
ook maar zijn doodvonnis, tegelijk met het
jouwe, teekenen.
Ik heb nog nooit zulken onzin gehoord, zei
het meisje toornig.
Mogelijk. Nog maar een paar uur ge
leden heb ik een assistent-sheriff zien neer
schieten, omdat hij te veel wist. Ik heb hier
een paard voor je.
Hij werd in de rede gevallen door een on
derdrukte kreet van het meisje, gevolgd door
luid blaffen en gegrom van een grooten
hond, welke uit de duisternis op hen kwam
toegesneld. Met zijn overeind staande haren
leek hij wel zoo groot als een klein kalf en
zijn ontbloote tanden gaven hem in het
flauwe maanlicht een dreigend uiterlijk. Het
was Edith Granville niet kwalijk te nemen,
dat zij geschreeuwd had.
Hatcher begreep, dat een schot hier in het
open veld de aandacht in de andere ranch
zou kunnen trekken wat een oogenblikkelijke
achtervolging zou kunnen veroorzaken. Hij
had Buckley's patronengordel nog altijd in
zijn hand en deze als zweep gebruikend, gaf
hij den hond, op het moment dat deze naar
voren sprong met het einde ven den zwaren
gesp een geweldige striem dwars over den
kop.
De riem trof het dier precies tusschen de
oogen en veroorzaakte een gejank van pijn
en een complete wijziging van tactiek. Het
dier draaide zich om, teneinde een haastigen
terugtocht te ondernemen, maar toch niet
vlug genoeg, om een tweeden slag op zijn nu
naar Glen toegekeerde lichaamsdeel te ont
wijken. Het gejank van den vluchtenden
hond was even luid als zijn geblaf van daar
net. Glen greep het meisje bij den arm en
duwde haar voort naar de plek, waar de
paarden stonden te wachten.
Hei, daar! Wat gebeurt hier? riep een
meer geschrokken dan dreigende stem, ter
wijl uit de duisternis plotseling een ruiter
opdoemde.
Glen hield de arm van het meisje omkneld
en vroeg zie haf, of zij zou probeeren te ant
woorden. Zij bleef echter zwijgen.
Van wie is dat paard? vroeg de stem.
Kom daar vandaan, Jij, met je handen om
hoog.
Glen trok het meisje nog verder in de
schaduw en wachtte.
Zoek ze, Bruno! riep de man. Bruno
maakte leven genoeg, maar op veiligen af
stand.
Bonsi Zij hoorden en zwaar lichaam met
kracht tegen een van de palen van den hooi
berg aanvallen. De toon van den man ver
anderde en hij uitte woorden vol bittere
profaniteit, terwijl hij zijn paard de schuld
van dit ongeval gaf. Weldra hoorden zij
den man vlak bij de hut roepen: Bill! Hé,
Bill!
Kom mee, zei Glen en weldra bereikten
zij de paarden. Hij hielp het meisje in het
zadel, maar hield de teugels van haar paard
Stevig genoeg om je te beletten van "het paard
'voor haar, maar hij verhielp zulks, door de
beugels het ondersteboven te keeren en de
voeten van het meisje in de lussen van de
riemen, er vlak boven, te steken.
Ik bind je voeten aan de stijgbeugels
vast, vertelde hij haar. Niet te strak, maar
stevig genoeg om je te belettenvan het paard
af te springen. Het dier zal zich waarschijn
lijk wel kalm houden, zoolang je in het zadel
blijft, maar ik moet er niet aan denken wat
er gebeuren zou, indien je onder zijn buik
kwam te hangen.
Jij, jij beest, siste het meisje. Ik ver
afschuw je.
In werkelijkheid had hij haar voeten hee
lemaal niet vastgebonden, maar het omJ
draaien van de stijgbeugels en het plaatsen
van haar voeten in de lussen van de riemen
gaf haar den indruk, dat hij werkelijk deed
wat hij beweerde. Het meisje geloofde dan
ook stellig, dat haar voeten waren vastge
bonden.
Hij besteeg zijn eigen paard, de teugels
van het hare vasthoudend, en zij vertrokken
in draf. Zij hadden nog niet meer dan een
honderd yards afgelegd, toen er uit de rich
ting van het hol drie schoten, kort na elkaar,
weerklonken.
Wat beteekent dat? vroeg Edith.
Enkel, dat die andere Buckley zijn fa
milie in het hol gevonden heeft en nu de
mannen in de andere ranch heeft gewaar
schuwd. Binnen het half uur zullen wij min
stens twintig man achter ons aan hebben en
zal het dag-mooie-wereld voor ons allebei
zijn, wanneer we gepakt worden, antwoordde
Glen ernstig.
Een paar minuten later klonken er drie
schoten uit de richting van den weg naar
de andere ranch, wat bewees, dat de man
zich, zoo snel als zijn paard hem maar dra
gen kon, daarheen terugspoedde. En direct
na het laatste van deze schoten klonk van
nog verder weg een schot als antwoord. De
mannen daar ginds hadden het gehoord en
waren gewekt.
Glen had vurig gehoopt, dat hij daar on
gemerkt voorbij had kunnen komen. Lukte
hem dat niet, dan was hem den weg naar
de stad afgesneden. Hij voelde, dat er nog
een kleine kans was, want ze zouden hem
tenslotte niet direct allemaal achterna komen
en hij zou er misschien in kunnen slagen
een vier of vijftal achtervolgers te ontwijken.
Dan werd ook deze hoop de bodem inge
slagen toen hij het bassende geblaf van den
grooten hond hoorde, welke zijn spoor volg
de en welke aan een ieder, die het hooren
wilde, duidelijk liet weten waarheen hij ge
vlucht was.
Yancey rijdt weer uit.
Glen Hatcher en het meisje moesten terug
rijden naar het hek, hetwelk Glen open had
gelaten en dit gaf den mannen van de andere
ranch weer wat meer tijd om hen den pas af
te snijden. Met den blaffenden hond op hun
hielen, was hun vlucht even duidelijk te
volgen als wanneer zij te zien waren ge
weest. Desondanks bracht Glen beide paar
den direct na het passeeren van het hek in
galop, teneinde te probeeren voorbij de
ranch te komen, voordat de achtervolging
georganiseerd zou beginnen.
Achter hen, zij het op veiligen afstand,
bleef de groote hond maar doorblaffen. Glen
bemerkte al direct, dat het rijden van zijn
gezellin verre van volmaakt was. Zij bonkte
zwaar in het zadel op en neer en had het zoo
druk met haar pogingen om aan boord te
blijven, dat ze geen tijd had om op haar
uiterlijk en houding te letten. Ondanks het
gevaar van de situatie, waarin zij zich be
vonden, voelde Glen de neiging in zich op
komen om te grinniken. Miss Granville
boette al eenigszins voor haar stompzinnig
heid.
Snij ze den pas af, jongens. De hond
zit achter hen aan, riep een stem uit het
donker, een eind voor hen uit.
Wie is het vroeg een andere stem
bijna recht achter hen.
Het is Hatcher en hij heeft het meisje
Granville. We moeten hem tegenhouden,
klonk het antwoord.
Mannen van je vader, merkte Glen op.
Natuurlijk willen ze je beletten mij te
ontvoeren, antwoordde het meisje.
Zoo zeer, dat je ze netjes in dat hol ver
borgen hebben gehouden om mij te beletten
je te vinden.
Dan kunnen het geen mannen van
mijn vader zijn, redeneerde Edith. Wat ga
je doen Indien we zoo blijven doorrijden,
zullen we hen precies in de armen loopen.
Juist, bromde hij. Hij hield hun
paarden zoo onverwacht in, dat hij een
oogenblik vreesde, dat zij over den kop van
haar rijdier, voorover op den grond zou
vliegen. Hij greep haar bij den schouder en
duwde haar terug in het zadel.
Hij liet de paarden scherp afbuigen en
bracht hen weer in galop. De plotselinge ma
noeuvre verraste den hond en Glen kreeg
het dier even te zien, toen het op den weg
naar de juiste plek zocht, waar zij waren
afgebogen. Hij trok zijn revolver en vuurde
'snel achter elkaar drie schoten óp het dier
af. Hij geloofde niet, dat hij hem geraakt
had, hoewel de hond bij elk schot luid jankte
en daarop, nog altijd jankend, beenen maakte
naar de ranch.
Die zijn we tenminste kwijt, zei de
cowboy grimmig. Maar ze hadden nog slechts
een korten afstand in de nieuwe richting af-
gelegd; toen mrs. Buckley's schelle stem de
stilte van den nacht verscheurde.
Daar gaan ze, BillSchiet ze neer
Schiet ze neer gilde de vrouw.
Er klonk een geweerschot en in de buurt
van het hek van de ranch werd een vuur
straal zichtbaar. De afstand was groot en het
schot miste hen volkomen, maar Glen be
gon te vreezen dat het meisje van angst
flauw zou kunnen vallen. Indien dat gebeur
de, zou hij verloren zijn.
Rij maar kalm door, verzekerde hij
haar rustig Ze zijn veel te ver weg om ons
te kunnen raken en we zijn er dadelijk
voorbij.
Nog twee maal klonk er een schot van Bill
Buckley, maar zij waren weldra buiten ge
vaar. De man was tp voet en kon hen niet
volgen.
De anderen zouden nu echter hun spoor
weer gevonden hebben. Alleen snelheid en
de bedekking van de duisternis konden hen
redden. Zij waren afgesneden van den weg,
welken zij hadden willen kiezen. Zijn eenige
hoop was nu nog, den achtervolgers het
spoor bijster te maken en een toevlucht te
zoeken in de heuvels- Hij had Edith Gran
ville willen vinden nu had hij haar gevon
den en vormde zij, wat je noemt, een blok
aan zijn been
Kort daarop begonnen er, met onregel
matige tusschenpoozen, achter hen schoten
te klinken. Voor Glen was dit het bewijs,
dat hun achtervolgers het spoor waren kwijt
geraakt en nu maar in het. wilde weg scho
ten. Geen enkek- maal kwam een kogel zelfs
maar in hun nabijheid, maar bij elk schot
begon Edith van angst te huilen.
Hij probeerde haar gerust te stellen, maar
was zich er heel goed van bewust, dat zij.
zoodra zij wa<; langzamer zouden gaan rijden,
a
1.PANNEKOEKSTP.20
gevaar liepen te worden ingehaald, zoodat
zijn woorden niet veel uitwerking hadden.
Hij trok het paard van het meisje feitelijk al
sneller mee* dan het kon draven en dat
maakte den rit voor haar niet gemakkelij
ker Glen's woede en ontstemming maakten
snel plaats voor medelijden. Maar hij kon er
nu niets aan veranderen.
Zoodra hem zulks mogelijk was, stuurde
hij de paarden een van de vele dichtbegroeide
ravijnen in, welke naar het heuvelland voer
den. Het was zijn eenige kans om zijn ach
tervolgers te ontwijken. Het ravijn, hetwelk
hij gekozen had liep scherp naar boven en
het eenige begaanbare pad slingerde voort
durend tusschen dichte struiken en groepjes
boomen door. Miss Granville uitte een kreet
van pijnlijk protest, toen de laaghangende
takken haar in 't gelaat zwiepten. Glen had
diep medelijden met haar, maar aangezien
een gevangenneming hun beider dood be-
teekend zou hebben, hield hij de teugels
niet in, vóór zij het einde van het ravijn be
reikt hadden.
Hij keerde zich om, teneinde scherp uit
te kijken naar mogelijke achtervolgers, ter
wijl het meisje zich haastig in de riemen van
haar stijgbeugels ophief en haar in de war
geraakte kleeren weer zoo goed mogelijk
in orde bracht. Van de twee verwijderde
punten klonk het bekende drie-schoten-sig-
naal. Het schonk den man de overtuiging,
dat zijn achtervolgers zijn spoor volkomen
bijster waren. Voorloopig hadden zij hen
weten af te schudden.
We zijn nog niet heelemaal buiten
gevaar, maar we zullen het nu een beetja
kalmer aan kunnen doen, probeerde hij het
meisje gerust te stellen.
In draf daalden zij aan de andere zijde
van den heuvelnaar omlaag. Langzamer
dorst Glen niet rijden, maar elke stap van
haar paard was voor het meisje een marte
ling. Van haar arrogance en hooghartigheid
was niet veel meer over. Haar protesten be
stonden nu uit onverstaanbaar gejammer.
Spoedig stierven de schoten geheel uit,
waarna Glen in stap verder ging. Pas toen
zij minstens vijf mijl van de ranch van
Buckley verwijderd waren en goed verbor
gen, waagde hij het echter om halt te hou
den.
Gelukkig voor ons, dat we tijdens die
jacht geen stukken gemaakt hebben, merkte
hij op.
Stukken gemaakt? Wat bedoel je?
Eén van de paarden had over een tak
kunnen struikelen, in een kuil of een hol
kunnen stappen en vallen.
En jij noemt ons gelukkig, zei het
meisje bitter. Ik heb zitten bidden,, dat iets
dëfgeiïpfS"2öh gebeuren. Waar ben jij van
gemaakt. Van rubber?
Neen, ma'am. Ongelooide huid.
Na enkele oogenblikken van stilte zag hij
een flauwen glimlach om de lippen van het
meisje verschijnen.
Miss Granville, met iedere minuut be
gin ik een betere meening over je te krij
gen, zei hij goedkeurend. Je hebt je als
een kraan gehouden. Werkelijk. Indien je
nu nog maar dat dwaze idee van je wilde
afzetten, dat ik je ontvoerd heb, zouden we
prachtig samen kunnen opschieten.
Indien we hier stilhouden, wil je dan
tenminste nnjn voeten losmaken, zoodat ik
kan afstijgen?
Hij sprong 0p den grond en hielp haar
van haar paard.
Ze zijn heelemaal niet vastgebonden
geweest, verzekerde hij haar.
Moet ik nog meer van dergelijke wilde
ritten ondergaan? vroeg zij.
Ik weet het niet. Ik hoop van niet. Ik
weet enkel maar dit: We kunnen nu niet
naar de stad gaan en wanneer het licht
wordt, moeten we ons schuil houden. George
B. Savage's bende zal tot den laatsten man
°P ons jacht maken. Savage weet, dat hij
met al zijn medeplichtigen in de cel terecht
zal komen, zoodra de waarheid bekend
wordt.
Waarom ben je er zoo zeker van, dat
ik op bevel van mr. Savage ontvoerd ben?
Ik heb er een heele serie redenen voor.
Op de eerste plaats wilde hij de mannen van
Goodall vogelvrij verklaard zien. Verder
hebben Buck Davis en Shep Anderson assis
tent-sheriff Hugh York vermoord, toen zij
meenden, dat deze de waarheid ontdekt nad.
Pete Simons was door hem gehuurd om Cal
Yancey te vermoorden en Pete wist, waar
jij verborgen gehouden werd. En vannacht
kreeg ik het overtuigende bewijs, toen ik
ontdekte, dat je door de Buckley's werd
gevangen gehouden en dat zij samenwerkten
met de moordenaarsbende van Savage. Maar
ik kan natuurlijk niet van je verwachten,
dat je dit zult gelooven, besloot hij schou
derophalend.
Het meisje antwoordde hierop bevesti
gend, noch ontkennend.
We zullen hier een tijdje rusten, ver
volgde hij, maar dan moeten we weer ver
der. Deze streek is niet veilig voor ons. In
dien wij een goede schuilplaats kunnen ont
dekken, zal ik je daar achterlaten om te
probeeren met den sheriff in contact te ko
men. Ik wil jou niet aan méér gevaar bloot
stellen dan strikt noodzakelijk is.
Ik zou liever elk gevaar onder de oogen
zien, dan nog eens een rit te moeten maken
als die, welke ik juist achter den rug heb,
zei het meisje eerlijk.
Weldra stegen zij weer op, waarna zij die
per in de heuvels doordrongen.
Indien wij gegrepen mochten worden,
zei Glen en er overkomt mij iets, dan moet
je voorgeven, dat je er naar gesnakt hebt,
dat Savage of je vader je zouden vinden.
Laat niet merken, dat je iets van de waar
heid vermoedt. Dat zou zelfs je vader het
leven kunnen kosten. Maar zoodra je veilig
bent, moet je alles vertellen wat er ge
beurd is.
Wat je ook bent, het is een feit, dat je
je leven waagt, zei Edith. Je moet ófwel
een heel dapper, óf een heel slecht mensch
zijn.
Laat dat maar rusten, bromde hij,
waarna zij verder zwegen.
(WORDT VERVOLGD)*