DE KONINGIN
in de Hoofdstad.
■■W
Wanneer er distributie
komt
^®®SÈKSB§1
De technische uitvoering van het
bonnen-stelsel.
ZATERDAG 30 SEPTEMBER 1939
BEZOEK AAN SPOORWEG
TENTOONSTELLING.
H. M. bezichtigt de maatregelen
ter bescherming van de
bevolking tegen lucht-
gevaar.
H. M. de Koningin brengt vandaag
een bezoek aan de hoofdstad om kennis
te nemen van de maatregelen, die zijn
genomen om de burgerbevolking te be
schermen tegen luchtgevaar. Eerst heeft
H. M. vanmorgen de tentoonstelling „De
Trein 1839-1939" bezocht. Vervolgens
bezocht de Vorstin een der vele schuil
kelders, welke gedurende den laatsten
tijd in de hoofdstad zijn ingericht, waar
na zij zich begaf naar het hoofdkwartier
van het korps van vrouwelijke vrijwil
ligers.
In den middag heeft H.M. de Koningin
nadat zij op het paleis op den Dam het
noenmaal had gebruikt, zich naar het
Olympisch Stadion begeven, ter inspec
tie van de vrijwillige luchtbescher
mingsdiensten in de hoofdstad.
MELKPRIJS MORGEN
VERHOOGD.
Met één cent per liter in het
Westen des lands.
HET VASTSTELLEN VAN
DE KOSTWINNERS
VERGOEDING.
Bij verdiensten van andere
gezinsleden.
VERLOFREGELING VOOR
RECRUTEN.
Voor militairen, die nog geen vijf
maanden in werkelijken
dienst zijn.
MIJNEN LANGS DE KUST.
Invoerprijsverseliil rogge en
roggemeel.
BOERDERIJ AFGEBRAND.
5
Overzicht £3i den stand der werkzaamheden aan het kamp voor Joodsche vluch
telingen, dat te Westerbork in Drente wordt gebouwd.
VERPLICHTINGEN VAN
DEN WINKELIER.
Hoe hij zijn artikelen moet
bestellen, verkoopen
en aanvullen.
Het juist opgeven van omzet
en voorraad.
zijn eigen omzet.
Het aanvullen
voorraad.
Van del*
«xxs
Bij het bezoek aan de hoofdstad werd H. M.
de Koningin vergezeld door de dame du pa
lais mevrouw M. barones van Harinxma thoe
Slooten, de eerste hofdame jkvr. D. H. van
Tets, den grootofficier R. A. baron van Har-
denbroek van Hardenbroek, den adjudant
van Hare Majesteit, gener aal-ma joor-tit.
jhr. W. C. M. de Jonge van Ellemeet, en van
haren kamerheer in buitengewoenen dienst
jhr. dr. F. W. Röell.
Tien minuten voor elf arriveerde H. M. de
Koningin, gezeten in een open auto, verge
zeld van haar gevolg, voor den ingang van
de tentoonstelling „De Trein 19391939", op
het terrein van het voormalige Paleis voor
Volksvlijt.
In den afgeloopen nacht waren talrijke
ijverige handen bezig geweest om de tentoon
stelling, die door het zeer groote bezoek wel
eenigermate te lijden had gehad, terug te
brengen in haar oorspionkelijken staat. De
grasperken waren vernieuwd, de hekken
hier en daar wat opgeschilderd en de bloem
perken weer bijgewerkt, zoodat de expositie
wederom denzelfden fleurigen aanblik bood
als op den dag van de opening.
Vóór het tentoonstellingsterrein spoot de
fontein op het Frederiksplein, waardoor de
entrée van de tentoonstelling een extra fees-
telijken aanblik bood. Breede loopers waren
gelegd over de trappen, die naar het ingangs
bordes leidden, op dit bordes zelf en in de
voorzaal van de tentoonstelling.
H. M. de Koningin werd door een talrijk
publiek, dat zich langs de kanten van den
rijweg had opgesteld, met hartelijk gejuich
verwelkomd. Ook in de tentoonstellingshal
en op het tentoonstellingsterrein was het pu
bliek dezen morgen toegelaten. Onder meer
bevonden zich hier ongeveer tweeduizend
schoolkinderen, voornamelijk uit Den Haag,
Rotterdam, Haarlem, Utrecht en Amstelveen.
Het bezoek van de Amsterdamsche school
kinderen was dezen morgen zooveel mogelijk
afgelast, ten einde de drukte op de tentoon
stelling niet al te groot te doen zijn.
Onder aan de trappen, die naar het bordes
leiden, werd H. M. welkom geheeten door
den burgemeester van Amsterdam, dr. W.
de Vlugt, die haar naar het bordes geleidde,
waar hij den voorzitter van het uitvoerend
comité, wethouder F. van Meurs, aan de Ko
ningin voorstelde. Ter begroeting van Hare
Majesteit waren mede aanwezig prof. dr. ir.
J. Goudriaan, president-directeur van de
Ned. Spoorwegen; ir. W. Hupkes en W. van
Rijckevorsel, directeuren der Ned. Spoorwe
gen, alsmede de leden van het uitvoerend
comité der tentoonstelling, jhr. ir. E. van
Heemskerck van Beesd, stadsingenieur van
de gemeente Amsterdam; ir. E. de Kruyff
en mr. P. J. Mijksenaar, leiders van het ge
meentelijk bureau tot 'bestrijding van de
werkloosheid; drs. W. J. Wantsink, secretaris
van de Ned. Spoorwegen, en de heer J. B.
Willemsen, voorzitter van het Amst. centr.
comité voor jongere werkloozen, alsmede de
heer H. J. Versteeg, hoofdcommissaris van
politie, die allen aan H. M. werden voorge
steld.
Begeleid door den president-directeur van
de N. S-, prof. dr. ir. J. Goudriaan, en den
voorzitter van het uitvoerend comité, wet
houder F. van Meurs, bezocht Hare Majesteit
daarop allereerst de groote tentoonstellings
hal, die zij met groote belangstelling bezich
tigde. Vervolgens begaf H. M. zich naar de
copie van het eerste Amsterdamsche station,
„De Eenhonderd Roe", aan het Zuidelijke
uiteinde van het tentoonstellingsterrein,
waarvoor het treintje van 1839 onder stoom
stond.
Toen H. M. hier aankwam, verdrongen zich
vele honderden schoolkinderen en andere
bezoekers achter de afzetting en juichten de
Koningin op enthousiaste wijze toe.
Het treinpersoneel stond deels op de loco
motief, deels vóór de wagens aangetreden en
salueerde, toen Hare Majesteit voorbij kwam.
Op het moment, dat de Koningin zich ver
wijderde in de richting van het groote per
ron, waar aan weerszijde electrische trein
stellen en een groote internationale trein
staan opgesteld, klonk snerpend het gefluit
van de stoomfluit van de locomotief „De
Arend", die zich langzaam in beweging zette
en een eindweegs wegreed.
Na een korte wandeling over het perron
bereikte H. M. de Koningin, steeds vergezeld
van de autoriteten die haar hadden ontvan
gen, via den spoorwegovergang, die zich op
het tentoonstellingsterrein bevindt, een geim-
proviseerden uitgang van de tentoonstelling,
aan weerskant waarvan zich wederom vele
honderden belangstellenden en vooral jeug
digen, hadden opgesteld. Een luid hoera
weerklonk, toen H. M. de Koningin pas
seerde.
Bij den uitgang nam Hare Majesteit af
scheid van haar begeleiders, prof. dr. ir.
Goudriaan en wethouder Van Meurs, en be
tuigde zij haar hooge ingenomenheid met
hetgeen de Amsterdamsche jongere werkloo
zen op deze tentoonstelling in verband met
het jubileum van de Ned. Spoorwegen heb
ben gepresteerd.
Toen H. M. wederom in de hofauto plaats
nam, weerklonk uit duizenden monden van
belangstellenden, die zich vóór het tentoon
stellingsterrein hadden opgesteld, wederom
een hartelijk gejuich.
Bezoek aan een schuil-
loopgraaf.
Vervolgens begaf Hare Majesteit zich naar
één van de schuilloopgraven in het Tweede
W eteringplantsoen.
Bij het Tweede Weteringplantsoen, waar
de houten schuilplaats door de afd. Publieke
Werken evenals op vele andere plaatsen
der stad gebouwd, zich bevindt en ruimte
bied voor 200 personen, had zich een groote
menigte verzameld, welke de vorstelijke be
zoekster bij aankomst hartelijk toejuichte.
Jhr. ir. E. van Heemskerck van Beesd,
stadsingenieur van den dienst van P. W.,
heeft H. M. die vergezeld was van haar ge
volg en den burgemeester, bij den ingang
ontvangen en rondgeleid in de houten
schuilruimte, waar een blauwe lantaarn
brandde, die voor noodverlichting dient.
De schuilruimte had de bijzondere be
langstelling van de Koningin. Zij vroeg met
veel interesse naar de maatregelen, die hier
getroffen zijn tegen scherf inslag en gasge-
vaar.
Jhr. van Heemskerck van Beesd heeft
Hare Majesteit ten slotte een kaart getoond,
die bij den uitgang was opgesteld, waarop
met spelden in verschillende kleuren een
overzicht wordt gegeven van de verschillen
de schuilruimten, die zich in de geheele stad
bevinden.
In het hoofdkwartier van het
Korps Vrouwelijke Vrijwilligers
Daarna bracht Hare Majesteit een bezoek
aan het hoofdkwartier van het Korps Vrou
welijke Vrijwilligers, dat gevestigd is aan
de Heerengracht 478, waar zij buiten werd
ontvangen door burgemeester de Vlugt, die
de presidente van het korps, mej. dr. Jane de
Iongh, aan de Koningin voorstelde. In de
vestibule werden voorts de vice-presidente
van het korps, mevr. C. A. Matthes en de
commandante mej. H. C. L. Veder aan haar
voorgesteld.
Een haag van leden van het korps, allen in
uniform, stond aan weerszijden opgesteld,
toen de landsvrouwe door de presidente
naar de bestuurskamer werd geleid, waar met
de eerepresidente van het korps, mevrouw C.
de Vlugt-Flentrop, de overige leden van het
bestuur aanwezig waren en aan de Koningin
werden voorgesteld.
De presidente gaf daarna aan Hare Majes
teit een overzicht van het ontstaan van de
organisatie, liet doel dat zij beoogt en de dit
jaar bereikte resultaten. Zij wees daarbij
speciaal op de sterke toeneming van het le
dental tijdens de eerste mobilisatiedagen en
daarna, toen honderden zich als vrijwilliger
aanmeldden, zoodat het aantal nieuwe leden
in korten tijd tot ruim 2200 aangroeide.
De Koningin zette vervolgens haar hand-
teekening in het gedenkboek en nam een
exemplaar van he+ insigne in ontvangst, dat
haar door het bestuur werd aangeboden.
Daar zij tevoren den wensch te kennen
had gegeven de organisatie van het K.V.V.
te willen bezichtigen, terwijl deze op normale
wijze functioneerde, was er in de verschil
lende kamers, waar de diensten van het korps
zijn ondergebracht, met opzet niets veranderd
en waren alle vrijwilligers, die aan het hoofd
dezer diensten staan, op haar post, toen H.M.
onder leiding van de presidente van het
korps het gebouw inspecteerde.
Met veel belangstelling werd kennis geno
men van de werkzaamheden, die door de da
mes worden verricht en H.M. liet zich over
allerlei bijzonderheden betreffende de orga
nisatie uitvoerig voorlichten. Deze organisa
tie geeft in haar vertakkingen een duidelijk
beeld van de uitgebreide taak, welke het
K.V.V. op zich heeft genomen. Er is een
dienst, die zich bezig houdt met het vervoer,
er is er een voor sociale kwesties, een voor
huishoudelijke moeilijkheden, terwijl nog
onlangs een afdeeling „hulpverleening aan
kleine middenstanders" door het korps in het
leven werd geroepen, welke ten doel heeft
gezinnen te helpen die door de mobilisatie
in groote moeilijkheden zijn gekomen.
Nadat aan Hare Majesteit alle bijzonderhe
den hieromtrent waren medegedeeld, werd ir.
gezelschap van het bestuur een bezoek ge
bracht aan de schuilplaats die in den tuin
van het hoofdkwartier is ingericht. Deze
schuilkelder die eerst kort geleden gereed
is gekomen,' werd volgens de voorschriften
van den luchtbeschermingsdienst gebouwd
en biedt onderkomen voor 32 personen.
Het koninklijk bezoek duurde van half
twaalf tot ruim kwart over twaalf. Bij het
vertrek werd de Koningin uitgeleide gedaan
door de commandante en het bestuur van
het corps, terwijl de leden zich links en
rechts van den ingang van het hoofdkwar
tier schaarden en een driewerf hoera aan
hieven, toen de auto van H. M. zich in be
weging zette.
De Vorstin droeg het insigne van het
korps duidelijk zichtbaar.
Via de Vijzelstraat, het Rokin, het Spui
en den N. Z. Voorburgwal reden de hof-
auto's naar den achteringang van het Ko
ninklijke Paleis.
MEN deelt ons van bevoegde zijde
mede, dat met ingang van Zon
dag 1 October in het wettelijk
consumptiegebied in het Westen des
lands de minimumprijs voor con-
sumptiemelk met 1 cent zal worden
verhoogd.
Deze prijsverhooging is een gevolg van het
feit, dat de inkoopprijs van consumptie-
melk voor den handel eveneens met 1 cent
is verhoogd.
Deze verhooging van den inkoopprijs en
dientengevolge ook van den verkoopprijs
houdt verband met de stijging der zuivel-
prijzen o.a. tengevolge van het a.s. winter
seizoen. De stand van de z.g. rekening
courant der zuivelwaarde, welke waarde
den door de veehouders te ontvangen prijs
beheerscht, liep dientengevolge zoodanig op
dat de prijsverhooging, per Zondag a.s. in
gaande, noodzakelijk werd.
Bij de vaststelling van kostwinnersver
goeding wordt in het algemeen rekening ge
houden met de inkomsten, waarover het ge
zin nog kan beschikken gedurende den tijd,
dat de dienstplichtige zich in werkelijken
dienst bevindt. Het ligt in het voornemen
daarin binnenkort eenige verandering te
brengen.
Ten eerste zullen de geldelijke verdiensten
van de achterblijvende gezinsleden in het
algemeen voor ten hoogste het tweederde
gedeelte worden medegerekend.
Verder bestaat het plan om met zoodanige
verdiensten in het geheel geen rekening te
houden, indien deze verdiensten voortvloeien
uit werkzaamheden, die slechts voor korten
tijd gedurende een bepaald gedeelte van het
jaar kunnen worden verricht (bijv. in ver
band met de bietencampagne.)
Gezinsleden van gemobiliseerden hebben
dus belang bij het verrichten van loongeven-
den arbeid.
Naar wij van bevoegde zijde vernemen,
wordt aan de dienstplichtigen en tot het re-
servepersoneel behoorende personen, die nog
geen vijf maanden in werkelijken dienst zijn,
na de eerste maand in elke kalendermaand
tweemaal verlof verleend, op Zondag en
Maandag met eerste reisgelegenheid op Dins
dag.
Aan dit verlof is vervoer voor 's rijks
rekening verbonden.
De personen, die onder deze regeling val
len, mogen niet met verlof vertrekken vóór
Zaterdagmiddag 16.00 uur, behalve wanneer
zij hun woonplaats anders niet meer kunnen
bereiken.
Een in IJmuiden binnengekomen Finsche
houtboot rapporteert langs onze kust zeven
tien mijnen te hebben waargenomen.
Wij vernemen van bevoegde zijde, dat het
invoerprijsverschil op rogge en roggemeel
voor het tijdvak van 1 tot en met 7 October
1939 behoudens tusschentijdsche wijziging
is vastgesteld op 4.85 per 100 kg.
Gisternamiddag is brand ontstaan op de
boerderij van den landbouwer Fr. Ossen
blok te Zegge, waardoor woonhuis en schuur
in asch werden gelegd. Terwijl men bezig
was met electrisch dorschen, is vermoedelijk
door kortsluiting, brand ontstaan in den
tractor, vanwaar het vuur oversloeg op de
dorschmachine. In korten tijd stonden
schuur en woonhuis in lichterlaaie, welke
beide geheel verloren gingen. Gelukkig was
er geen vefe gestald, doch wel ging de ge
heele graanvoorraad verloren. Alleen net
wagenhuis is behouden gebleven. Verzeke
ring dekt de schade.
-• - nin innn'fifi
ONDER MILITAIRE BEWAKING. Een amusant snapshot op den gisteren
te Sittard gehouden fokveedag voor rundvee, varkens en schapen.
Wie zich den gang van zaken tijdens de
mobilisatie 19141918 herinnert, toen geheel
onvoorbereid en op korten termijn een
distributiestelsel moest worden ingevoerd,
dat tengevolge van deze en andere omstandig
heden in vele opzichten niet op volledigheid
aanspraak kon maken, terwijl ook aan de
uitvoering en de controle daarop verschillen
de bezwaren werden verbonden, heeft zich
in deze tijden wellicht eens afgevraagd, hoe
thans een distributieregeling zal werken.
De ervaringen, opgedaan in de vorige pe
riode, zijn voor het Departement van Econo
mische Zaken aanleiding geweest, thans
vroegtijdig een regeling voor het geheele land
voor te bereiden, zoodat, wanneer het dis
tributie-apparaat in werking wordt gesteld,
alles tot in de kleinste onderdeelen is ge
regeld, zooals uit het volgende overzicht
moge blijken.
Bonnen voor den consument.
De grondslag van bet distributie-stelsel
vormt de distributie-stamkaart.
Op grond van de gegevens van deze kaart
kunnen den consument worden uitgereikt:
a. een bonboekje voor de distributie van
artikelen, waarvan de vei strekking niet da
gelijks behoeft te geschieden (algemeen dis
tributieboekje);
b. een bonboekje voor de distributie van
brood.
Aan ieder, die in het bezit is van een
volgens de aan de gemeentebesturen toege
zonden instructie uitgereikte distributiestam
kaart, wordt uitgereikt een algemeen distri
butieboekje en een distributieboekje voor
brood.
Het algemeen distributieboekje bevat pl.m.
100 genummerde bons. Het distributieboekje
voor brood bevat eveneens genummerde
bons, welke recht geven op een bepaalde
nader aan te geven hoeveelheid brood, be
schuit, enz. Deze bons bestaan uit 2 coupures,
zoodat de gebruiker zich b.v. desgewenscht
hierop beschuit en klein brood kan verschaf
fen- Uiteraard worden de hoeveelheden te
zijner tijd bekend gemaakt.
Vóór de uitgifte van het algemeen- en
het brooddistributigboekje wordt bekend ge
maakt, welk hokje van de distributiestam
kaart door het distributiekantoor gewaar
merkt moet worden. Worden hiervoor b.v.
aangewezen de hokjes A 1 en A 2, dan wordt
hierin door den ambtenaar, belast met de
uitgifte van distributieboekjes, een kruis met
inkt gezet. Dit is voldoende, aangezien de
ondergrond van de distributiekaart zoo ge
kozen is, dat uitwisschen of radeeren niet
mogelijk is, zonder dat d'.t met een eersten
oogopslag is te zien. Zoolang evenwel deze
stamkaarten en bonboek'es nog niet gereed
zijn, kan, zooals reeds gemeld, gebruik wor
den gemaakt van een nood distributie
kaart.
De gang van zaken is als volgt:
Enquête bij den detaillist-
Nadat bij ministerieele beschikking de hier
voor in aanmerking komende goederen als
distributiegoederen worden aangewezen, zo°"
als reeds voor een anataj goederen 1S ge
schied, wordt door de gemeente een e n-
quête-formulier aan alle detaillisten
uitgereikt. De gemeente aan datum en uur
bepalen, waarop deze formulieren door de
detaillisten op een aan te wijzen plaats in
ontvangst kunnen worden genomen. De de
taillist is dus verplicht zelf de formulieren
te halen.
Verder moet' worden oepaald, dal de for
mulieren uiterlijk 5 dagen na den eersten
datum van uitgifte moeien worden ingele
verd op een door de gemeente aan te wijzen
plaats. De geheele enquete vordert duj maxi
mum vijf dagen. Iedere detaillist, die binnen
dezen termijn zijn formulier niet heeft in
geleverd, kan van de verstrekking van dis
tributiegoederen worden uitgeschakeld
Op het formulier moet de detaillist vermei
den:
a. zijn voorraad op den datum van al
gifte; b. zijn gemiddelden voorraad; c. zijn
omzet per week.
De gemeente zendt deze enquête-formulie
ren naar het centraal distributie-kantoor te
's Gravenhage en wel met een tweeledig doel.
In de eerste plaats wordt ieder formulier
door het centraal distributie-kantoor voorzien
van twee nummers n.l. het nummer van den
distributiekring en het nummer van den
detaillist. Dit nummer is in verband met de
mechanisatie van de administratie van veel
belang. Verder wordt bepaald, op welken dag
van de week de detaillist zijn van den con
sument ontvangen bonnen moet inleveren.
Van deze nummering enz. wordt door het
centraal distributiekantoor kennis gegeven
aan den distributiekring en aan den detail
list.
Deze kennisgeving geschiedt door middel
van het toezenden van een kaartje van on
derstaand model:
180/1134 Ma.
P. H. JANSENS
Hoogstraat 123
Rotterdam.
Het nummer links boven beteekent dus,
dat Janssens te Rotterdam (kring no. 180)
is ingeschreven onder no. 1134. De letters
Ma in den rechterbovenhoek beteekenen, dat
Janssens steeds op Maandag zijn consumen
tenbonnen moet inleveren.
Verder wordt uit de enquête-formulieren
mechanisch een overzicht samengesteld van
de voorraden en den omzet per kring en per
artikel, zoodat de kringen hieromtrent ge
heel op de hoogte zijn.
Is dit gebeurd, dan kan worden bepaald
dat de verkoop en aflevering van goederen
in het klein verboden zal zijn, zonder dat
door den consument een aangewezen distri
butiebonnetje wordt ingeleverd. Tevens
wordt dan voor de distributiegoederen een
algemeen vervoerverbod afgekondigd.
Door middel van de tadio en pers wordt
vroegtijdig bekend gemaakt, dat aan den
consument tegen inlevering van een bepaald
bonnetje in een zekere periode een noeveel-
heid distributiegoederen ter beschikking
wordt gesteld tegen een bepaalden prijs.
De voorraad van den
winkelier.
Uiteraard moeten nu de detaillisten over
voldoenden voorraad kunnen beschikken om
aan de vraag van de consumenten te kun
nen voldoen. Hiervoor wordt vroegtijdig door
het centraal distributiekantoor aan de de
taillisten een schriftelijke mededeeiufig ge.
daan, hoeveel goederen zij kunnen bestellen
(toewijzing). Deze toewijzing bestaat uit een
bestelbon in twee gedeelten (de z.g. A en
B bon).
De berekening van de toewijzing gesch>edt
als volgt.
De gemeentebesturen doen aan bet £en~
traal distributiekantoor mededeel'ng' hoe
veel bonboekjes c.q. distributie-n°0':"laarten
zijn uitgegeven. Het centiaai distributie-kan
toor weet dus precies, lioeveel bonnen er
maximum ingeleverd zullen kunnen Worden.
Wordt nu b.v. bepaald 0» verband met de
voorraadpositie) dat er een bepaalde pe
riode 1 ons thee zal worden gedistribueerd,
dan kan het centraal distributie-kantoor pre
cies uitrekenen, hoeveel onsen thee er maxi
mum gevraagd zuUen worden.
Alleen is het niet bekend, hoe de verdee
ling der leverancier moet zijn, omdat iedere
consument vrii tc koopen waar hij wil.
f-ta dit nu te bekenen wordt de eerste
maal gebruik gemaakt van de opgaven op het
enquête-f°rn? er- Hierop toch moet de om
zet per we,® w°i"den opgegeven. Uiteraard
bestaat de kans, dat deze gegevens voor ver-
schille«de. detaillisten niet juist zijn, omdat
het s c ij n b a a r hun belang is dit omzet-
c«fe'°0guer op te geven. Inderdaad is dit
SlC aff? S ij n b a a r, want. hiermede wordt
men ,ez'en van de ernstige straffen waaraan
blootstelt niets bereikt en wel
m volgende reden.
Toewijzing van de bestellingen.
De eerste maal zal de toewijzing aan den
detaillist zoodanig zijn, dat hij bestelbiljetten
voor 3 distributieperiodes tegelijk krijgt, d.
w. z. ieder winkelier kan voldoende goederen
bestellen voor drie distributieperiodes. Hij
heeft dus een te grooten voorraad. Daar de
verkoop alleen tegen nlevering van het aan
gewezen bonnetje mag plaats vinden, is dit
echter geen bezwaar, zelfs noodzakelijk.
Immers, komen er nu meer klanten, dan
volgens zijn normale toewijzing kan worden
verwacht, dan kan hij uit den voorraad, dien
hij door deze meervoudige toewijzing heeft
gekregen, putten.
Hij krijgt dus in een dergelijk geval méér
bonnen dan op grond van de enquête kon
worden verwacht. Dit komt dan bij de toe
wijzing voor een verdere distributie-periode
tot uitdrukking, omdat deze toewijzing dan
geschiedt op grond van de ingeleverde
bonnen.
Hiertoe moet de detaillist op den op het
kaartje aangewezen dag direct na afloop van
de distributieperiode zijn op opplakvellen
geplakte distributiebonnetjes bij het distri
butie-kantoor inleveren.
De ambtenaar van het dstributiekantoof
neemt de opplakvellen in ontvangst efl
noteert op een daartoe bestemde lijst het
nummer van den detaillist, het nummer van
het artikel (alle artikelen hebben een num*
mer) en het aantal ingeleverde bonnen.
De winkelier kan gelijktijdig opplakvellen
voor meer artikelen inleveren. Hij mag echter,
één opplakvel niet voor meer dan één artikel'
gebruiken. Bovendien wordt van ieder artikel
bepaald hoeveel bonnen minimum moeten
worden ingeleverd.
Aangezien voor iedere bestelling een zeker
bedrag per aantal ingeleverde bonnen als
heffing zal moeten worden betaald, plakt de
ambtenaar van het distributie-kantoor, nadat
het verschuldigde bedrag door den detaillist
is betaald, een heffingszegel op het opplakvel.
Aan het einde van den dag worden de
ontvangen opplakvellen (welke volgens
voorgeschreven model in den handel ver
krijgbaar zullen zijn) en de hierboven be
doelde lijst opgestuurd naar het centraal
distributie-kantoor. Deze lijsten worden op
het centraal distributie-kantoor gecontro
leerd en bewerkt. Aan iederen detaillist wordt
nu weer een toewijzing gedaan (door toezen
ding A en B) voor de volgende distributie-
periode, welke precies gelijk is aan de blijkens
het aantal bons omgezette hoeveelheid.
Aangezien de detaillist de eerste maal een
toewijzing voor drie distributie-periodes
heeft ontvangen, is de situatie als volgt
le periode, b.v. twee wekentoewijzing
3 maal te verwachten omzet, verkoop tegen
bons
2e periode, b.v. twee weken inleveren y*?
de verkregen bons le periode, verkoop
den voorraad
3e periode, b.v. twee weken inleveren vafl
de verkregen bons 2e periode, ontvangst
toewijzing 4e periode.
Indien nu een winkelier zijn omzet te hoog
heeft opgegeven, blijkt dit onmiddellijk uit
de gegevens, welke worden verkregen uit
het aantal verkregen distributiebons. Hij
krijgt dan de eerste maal inderdaad meef
toegewezen, doch dit is alleen verkoopbaaf
tegen bons, immers het centraal distributie-'
kantoor kan onmiddellijk zien, welk deel van
den door de toewijzing verkregen voorraad
niet is verkocht en kan hiermede bij de
volgende toewijzingen rekening houden, niet
alleen, doordat nu de toewijzing vermindert
omdat niet voldoende bons worden ingele-
verd^ doch ook omdat eerst uit den te veel
toegewezen voorraad zal moeten worden
geput.
Als bijzonderheid kan nog worden gemeldi
dat de eerste toewijzing bovendien eenigszinS
ruim zal zijn, zoodat de winkelier, die zijl
omzet eerlijk heeft opgegeven, voldoendes
voorraad zal hebben om de aangebodeS
distributiebons in te wisselen.
Ook het te laag opgeven van de voorradeS
is voor den winkelier van geen belang. Geef'
hij de voorraden te laag op, dan kan hij
teveel nooit op reglementaire wijze verkoo
pen, omdat uit het aantal ingeleverde bon3
direct zou blijken, dat hij goederen had buiten
den opgegeven voorraad. Verkoopt hij zond et
bons, dan zal behalvt het feit, dat hij zicb
aan een misdrijf, waarop een maximum
gevangenisstraf van 4 jaren staat, schuld#
maakt, hij nooit voor de verkochte goeder^
een aanvulling farijgan. m. a. w. jhÜ VerkO«?
De wijze waarop de winkelier met zijn
bestelbon moet handelen is als volgt
Zooals reeds werd gemeld, bestaat de
bestelbon uit twee gedeelten, den A- en den
B-bon. Dezen bon kan de winkelier bij het
inleveren van de distributiebonnetjes in
ontvangst nemen bij het distributie-kantoor-
Het centraal distributie-kantoor zendt nl. de
bonnen aan het distributie-kantoor met een
overzichtlijst. Wel moet worden bedacht, dat
deze toewijzing dus gebaseerd is op de inge
leverde bons van een vroegere periode. Zo"
zal b.v. de toewijzing voor de 4e period®
gebaseerd zijn op de ingeleverde bons van d®
eerste periode. De winkeliers krijgt dien bon
aan het begin der 3e periode en heeft dan
gedurende deze periode tijd zijn bestelling
te
Op den bon is ingevulda. naam en num
mer van den detaillist, b. artikel, c. toegewC
zen hoeveelheid, d. distributieperiode (d.
z. in welken termijn de goederen aan de®
consument mogen worden verkocht) e. gel'
digheidsduur van den bon.
e detaillist kan met dezen bon zij"
bestelling doen bij zijn grossier (groothand®'
'aar). dien hij zelf op den bon invult. &e
bon bestaat uit twee gedeelten, den A- c°
den B-bon. De grossier behoudt den A-t>0"f
omdat deze later moet dienen als geleidebilj
voor het vervoer van de goederen van he&
naar den detaillist. De B-bon dient voor b®"1
om te gebruiken voor verdere beste
dus b.v. bij den importeur. De grossier
echter waarschijnlijk meer B-bonnen eü ^a..
deze inleveren bij het distributie-kantoor.
heeft ook een bestelboekje en kan dan teg®n
inlevering van een voldoend aantal B-bonnen
een bestelbon in grootere coupure doen
afstempelen bij het distributie-kantoor.
Opgemerkt zij, dat de detaillist dus vrij 1®
in de keuze van leveranciers.
Den A-bon van den detaillist behoudt d®
grossier echter, omdat deze immers moet
dienen als vervoerbiVet. De grossier moet
hierop zelf den datum ran het vervoer invul-
len. De detaillist krijgt dus zijn A-bon terug
met de goederen. Hij moet deze gelijk met
de opplakvellen bij het distributie-kantoor
inleveren. Deze bons worden door het distri
butie-kantoor gelijk met de opplakvellen
gezonden aan het centraal distributie-kan
toor.
Tenslotte zij nog vermeld, dat steeds de
toegewezen hoeveelheid gelijk zal zijn aan
het aantal ingeleverde bons. Moet het rant
soen worden verminderd, dan zal dit geschie-
den door de distributie-periode te verlengen
(b.v. van 2 tot 3 weken).
H et centraal distributie
kantoor.
Het centraal distributie-kantoor Is geves
tigd in eenige panden aan het Bezuidenhout
te 's-Gravenhage tegenover het ministerie
van Economsche Zaken.
De centrale leiding berust bij dr. W. B-
Groeneveld Meyer, administrateur aan het
departement van Economische Zaken, terwijl
met de dagelijksche leiding is belast de heef
S. de Hoo, hoofdcommies van dat departe
ment.
Het centraal distributie-kantoor is gaarne
nereid nadere bijzonderheden aan belang
hebbenden te verstrekken. Men wende zich
daartoe echter niet tot ambtenarer Tsoon-
lijk, doch tot den inlichtingen-die- Het
kantoor, Bezuidenhout 93. te'
Den Haag.