De Ondergang
van de Heilige stede
te Amsterdam
DE
PECH
VOGEL
Qearmgacli ter stand
met DuitschlancL
DINSDAG 10 OCTOBER 1939.
SCHOLING VAN ARBEIDS
KRACHTEN.
Achterstand tot 34.313.400
gedaald.
,Een verarming van ons
openbaar leven".
Minister vraagt medewerking van
het bedrijfsleven.
EEN DROEVE GESCHIEDENIS.
Ook deze week is de poside
verbeterd.
DRONKEN ACHTER HET STUUR.
PATER DR. G. VRIJMOED O.F.M.
CEMENT en KALK voor
PARTICULIERE bouwers.
:vu:-'x
De regeeringspersdienst meldt
Het belangrijke vraagstuk van de weder
opneming van werkloozen in het bedrijfs
leven heeft de volle aandacht van de re
geering. Deze acht het noodzakelijk, dat, nu
aan den eenen kant nog steeds groote werk
loosheid bestaat en aan den anderen kant
nog bij voortduring vraag naar arbeidskrach
ten valt waar te nemen terwijl ook uit de
mobilisatie aanmerkelijke verschuivingen
voortvloeien, de bezetting van open plaatsen
op de arbeidsmarkt niet afstuit op een ge
brek aan bekwaamheid of geoefendheid van
de beschikbare arbeidskrachten. Daarom
komt het der regeering noodzakelijk voor,
dat met kracht wordt voortgegaan in de rich
ting, welke den laatsten tijd niet zonder suc
ces 'is ingeslagen om in voorkomende geval
len van overheidswege behulpzaam te
bij scholing, omscholing, training, enz. v
arbeidskrachten. de me_
Aangezien hier in de eerste plaansoodzake-
dewerking van het bedrijfsleven zaken
lijk is, heeft de minister van s end tot
zich in een uitvoerig schry werkgevers in
het Verbond van Pr°t.-<£ werkgevers ver-
Nederland, de Alg. B- van Nederlandsche
eeniging en het Verbon
werkgevers. heeft de minister van so
ciale zaken oV g«^ezen °P het §roote be-
riot bet bedrijfsleven en de overheid
hebben om bier bij voortduring krachtig en
soed sm"en te werken en spreekt de minis
ter voorts zijn vertrouwen uit, dat de ge
vraagde medewerkng door het bedrijfsle
ven ten volle zal kunnen worden verleend.
De minister vestigt er verder de aandacht
op, dat, waar hier vlotte en soepele voorzie
ningen noodzakelijk zijn) zijnerzijds een rege
ling is getroffen, dat, zoowel de arbeidsin
spectie als de rijksdienst voor de werkloos
heidsverzekering en arbeidsbemiddeling voor
zaken als deze nauw samenwerken met de
af deeling werkverruiming van zijn departe
ment, welke meer in het bijzonder belast is
met de behandeling van deze materie.
De minister van Sociale Zaken heeft ver
der een overeenkomstig schrijven gericht tot
alle gemeentebesturen en tot de besturen
van de vier groote landelijke vakcentralen,
waarin eveneens een krachtig beroep op me
dewerking wordt gedaan.
Tenslotte zij er nog op gewezen, dat men
zich om inlichtingen terzake kan wenden
tot het hoofd der afdeeling werkverruiming
van het departement van sociale zaken.
Uit de thans gepubliceerde cijfers van het
Nederlandsch Clearing-Instituut blijkt, dat
in de afgeloopen week in Nederland gestort
werd voor een bedrag van 7.093.300 (v.w,
5.950.200). Hieronder bevindt zich een be
drag van 6.199.700 (v.w. 5.167.300) be
stemd voor betaling van nieuwe onder de
clearing vallende vorderingen.
In Duitschland daarentegen werd in de
afgeloopen week gestort voor een bedrag van
4.081.400, zoodat andermaal een verbete
ring in de positie is ingetreden en wel met
2-118.300.
De achterstand in de clearing verbeterde
(tan ook van 36.431.700 de vorige week tot
34.313.400 deze week.
Vergeleken met den clearing achterstand op
30 Augustus, dus met het uitbreken van den
oorlog, bedraagt de vooruitgang niet min
der dan 7.652.500.
De ontwikkeling was als volgt:
CLEARING-ACHTERSTAND.
30 Augustus 41.965.900
8 September 42.085.200
15 September 41.002.100
23 September 38.772.500
30 September 36.431.700
7 October 34.313.400
Ook deze week had dus de clearing voor
ons land een gunstig verloop.
Bestuurder tot drie maanden gevangenis
straf veroordeeld.
Voor het Leidsch kantongerecht stond te
recht J. S. uit Katwijk aan Zee, die trots het
feit, dat hij op 2 April van dit jaar door
den Leidschen kantonrechter was veroor
deeld tot twee weken hechtenis, op 14 Aug.
wederom stomdronken naast zijn auto was
aangetroffen op de Duinoordstraat te Kat
wijk aan Zee. Daar had verdachte een jon
getje aangereden, dat ernstige verwondingen
had opgeloopen.
Na zijn aanhouding had hij verklaard, dat
hij zooveel sterken drank had gedronken,
dat hij vanaf Leiden als 't ware slapend
gereden had. Hij begreep zelf niet hoe hij
in Katwijk was verzeild geraakt.
De ambt. bij het O. M. verklaarde ver
dachte een groot gevaar' voor den weg.
Spr. eischte daarom drie maanden gevan
genisstraf en intrekking van zijn rijbewijs
voor den tijd van twee jaar.
De kantonrechter veroordeelde verdachte
conform, met teruggave van de inbeslagge-
nomen auto.
Pastoor dr. Germ. Vrijmoed O.F.M. zal op
25 Oct. a.s. kwart eeuw in Delft werk
zaam zijn.
In 1914 kwam pater Vrijmoed naar Delft
en werd geïnstalleerd als moderator van de
R. K. Studentenvereeniging „Sanctus Vir-
gilius". Voordien was Z.Eerw. bekleed met
het moderatorschap van „Veritas"" te
Utrecht.
Op 27 April 1934 volgde zijn benoeming
tot pastoor van de St. Josephparochie to
Delft.
Moeder m,et twee kinderen bij de politie
terechtgekomen.
zïterdlga/ond3 bemerkte een controleur
van een warenhuis in de Ferd Bolstraat, dat
een vrouw, die vergezeld was van een jongen
en een meisje, resp. 8 en 9 jaar, uit een
vitrine van dit warenhuis verschillende
kleine artikelen wegnam. De politie kwam er
aan te pas en bracht de vrouw met de kinde
ren naar het bureau Stadhouderskade over.
Hier werd proces-verbaal tegen haar opge
maakt. ro
Ter wille van haar kinderen heeft de
menschlievende brigadier haar echter toege
staan, direct naar huis terug te keeren.
Voldoende voorraad ter heschikikng.
Blijkens 't antwoord op een aan d® *adi°-
controle-commissie gestelde vra S>
zich aanzien, dat er voorshands v
particuliere bouwers voldoende
kalk ter beschikking zal blijven- v
ment is weliswaar met ingang van 1
ber 1939 een distributie-regeling getrouen,
deze geldt echter alleen voor de producen
ten en importeurs van cement, en beoogt
uitsluitend de ontwikkeling op <je cenaent-
imarkt in de hand te houden. Voor kalk zijn
geen bijzondere maatregelen getroffen. De
prijs van cement heeft onlangs een geringe
Stijging ondergaan. De prijs van kalk is on-
iVeranderd gebleven.
Spoorwegtentoonstelling ten einde. Nadat
de tentoonstelling „De Trein 1839-1939 jj.
Zondagavond, met eenige Plechtigheid
gesloten werd, begon gisteren onmiddellijk
de afbraak. Een sleepkoets verlaat «Zs
draagkoets het terrein.
IN vrijwel heel haar geschiedenis
is de Kapel De Heilige Stede bij
tusschenpoozen bedreigd geworden met
vernieling, maar het was aan de
twintigste eeuw beschoren haar totalen
ondergang zich te zien voltrekken. Het
gebouw, dat in 1908 aan den slooper
werd overgeleverd, was evenwel niet
meer de oorspronkelijke kapel, die de
Katholieke Amsterdammers reeds in
1347 hadden gesticht op de plek, waar
het wónder was gebeurd. Die eerste
kapel immers was in 1421 door een
brand verwoest.
Herbouwd, werd zij zes en dertig jaar
later opnieuw door het vuur geblakerd.
Doch telkens verrees het heiligdom weer
uit zijn puinhoopen, grooter en schooner
dan het tevoren was geweest.
Uit de bekende kaart van Cornells An-
thonisz van 1536 blijkt, dat de kapel toen
reeds haar definitieven vorm had gekregen,
waarin men haar tot in het begih van deze
eeuw heeft gekend. Achttien slanke zuilen
van bergsteen droegen het houten gewelf
en scheidden tevens de drie beuken van
gelijke hoogte. Zes der peilers vormden den
halven tienhoek van het koor aan de Rokin-
zijde en lichtere zuilen droegen de galerijen
en het transept aan de Kalverstraatzijde,
waar aan den Noordkant de „Heilige hoek"
was uitgebouwd, of juister de ruimte van
den ouden haard, waarin het wonder ge
beurd was, was ingebouwd. Tot aan de af
braak in 1908 was de plek van het haard
vuur en den schoorsteen daarboven duidelijk
aan te wijzen.
Er waren acht altaren, waarvan het hoofd3
altaar stellig aan het H. Sacrament zal zijn
toegewijd. Een afzonderlijk altaar stond bij
den Heiligen Hoek in de N.O. zijkapel. De
kerk was zeer rijk gestoffeerd. Van de
schatten, die zij herbergde bezit het Ba-
gijnhof thans nog enkele fraaie altaarkus
sens en processievaandels. Van de zeer vele
zilveren ex-foto's, die in de kerk waren
opgehangen is niets meer over. Zij werden
tijdens het beleg der geuzen versmolten en
tot noodmunten geslagen.
Onmiddellijk na de alteratie viel het hei
ligdom in handen van de benden kerk-
schenners en beeldenstormers, die er op een
schandelijke manier huis hielden en van
het eens zoo luisterrijke heiligdom slechts
de naakte muren overlieten. Op 1 Juni 1578
werd er de eerste hervormde godsdienst
oefening gehouden, die merkwaardig ge
noeg door geen tweede werd gevolgd, naar
verluidt, omdat de predikanten met stom
heid werden geslagen en kort daarop stier
ven.
Allerlei verhalen van spokerij brachten
er bij het volk den schrik voor de kapel
danig in. Zelfs de kinderen van het Burger
weeshuis wilden er niet kerken. Reeds toen
was er sprake van, dat de kapel gesloopt zou
worden, doch dit onzalige plan kon door
den prins van Oranje bijtijds verijdeld wor
den.
Daarna werd de Heilige Stede verhuurd
als pakhuis. Eerst tegen het einde der zes
tiende eeuw werd het gebouw weer dienst
baar gemaakt aan de hervormde godsdienst
oefeningen. Het was toen danig ontredderd.
De Heilige Hoek was vrij spoedig na de
alteratie door de nieuwe bewindvoerders
gemaakt tot een donker hok. De haardstede
van roode steenen met daarboven een klein
uitgebouwd schoorsteentje of „snuivertje"
werd in 1624 door een der kapelmeesters,
die den pleizierigen naam van Gerrit Geurt-
sen Doodtshoofd droeg, afgebroken. Doch cie
sporen ervan bleven tot 1908 zichtbaar.
Tot in de laatste helft der negentiende
eeuw bleef de kapel in gebruik bij de Her
vormden, die haar in 1898 sloten. Het ge
bouw was verwaarloosd. De fundeering ver
zakte en door een onoordeelkundige inwen
dige verbouwing was een der peilers vol
komen ondermijnd. Op de deur van bet
ge v,,UWf kwam, zooals dr. Sterck uitvoerig
Ver.aalt' een papier te hangen met de
mededeelmg „gesloten wegens herstelling".
Doch van herstelling kwam niets. Integen
deel werd reeds dadelijk te kennen gegeven,
dat een behoorlijke restauratie teveel zou
kosten. Daartegenover stond, dat door de
slooping „een zeer voordeelig bouwterrein
vrij zou komen", waarvoor al een millioen
geboden was.
Het vooruitzicht om het kostelijke oude
heiligdom te kunnen versjacheren voor een
dikke bom duiten was blijkbaar voor som
migen bijzonder aantrekkelijk. Maar er wa
ren nog andere motieven; daarvan maakte
ds. G. Vos Az. zich in de „Amsterdamsclie
Volksbode" tot tolk door in dit orgaan op
21 September 1898 zijn verontwaardiging
te uiten over de gedachte, dat ooit rijk en
gemeente zouden medewerken „voor de in
standhouding van een monument der on-
gerijmdste afgoderij".
Toen dr. Cuypers in het „Handelsblad"
vaststelde dat de Kapel alleen maar te be
houden zou zijn, wanneer de eigendom ervan
tegen vergoeding werd overgedragen aan de
katholieken, was het mondeling beschid
daarop van een der leden van den kerkeraad:
„Nog voor geen tien millioen". Intusschen
werd de zaak slepende gehouden en eerst
op 21 Februari 1899 werd door den kerke
raad met meerderheid van stemmen besloten
de kapel wegens onherstelbaarheid af te bre
ken en er een kleiner gebouw voor Evangelie
prediking voor in de plaats te zetten. Daar
door werd tevens de mogelijkheid geopend
de gronden rond de kapel en een deel van
den grond, waarop de kapel rustte, winstge
vend te exploiteeren.
Een storm van protesten kwam tegen dit
besluit los. En die protesten kwamen lang
niet alleen van katholieke zijde. Doch zij
werden door een Amsterdamsch kerkelijk
hoogleeraar in een schrijven aan den kerke
raad afgedaan met de opmerking: „Voor ons,
Protestanten, is het zooveel waard, dat wordt
tegengegaan wat 't prestige en 't zelfgevoel
bij de Roomschen hier verhoogen kan. En
historische overwegingen kunnen toch tegen
godsdienstige niet opwegen." Uit dit schrijven
bleek duidelijk, dat de wind woei uit den
antipapistischen hoek.
Dank zij het initiatief van den scherpzin-
nigen referendaris van het departement van
kunstzaken, jhr. Victor de Stuers, werd even
wel de vraag, aan wien de N. Z. Kapel nu
eigenlijk toebehoorde, aan de gemeente of
aan den kerkeraad, op het tapijt gebracht en
die vraag werd zelfs aanleiding tot een pro
ces der gemeente Amsterdam tegen den ker
keraad, dat echter door de gemeente werd
verloren.
Dat de kapel nog zeer wel te behouden was
stond toen reeds vast. Weliswaar had de ker
kerhad allen onpartijdigen deskundigen,
die een onderzoek wilden instellen, zooveel
mogelijk belemmeringen in den weg gelegd,
weliswaar had hij alle subsidies, die hem
werden aangeboden botweg geweigerd, maar
toch kon jhr. B. W. F. van Riemsdijk een
ontwerp tot restauratie der kapel van Nan
de Pavert publiceeren, in de toelichting
waarop hij de aangekondigde slooping van
het bouwwerk een vandalisme noemde „die
het nageslacht ons met het volste recht zal
verwijten".
In verband met het proces, dat de ge
meente den kerkeraad had aangedaan en
met de stevige en overtuigende protesten, die
bevoegde instanties hadden ingediend, was
het sloopingsbesluit voorloopig opgeschort.
Het werd opnieuw door den kerkeraad ge
nomen op 25 Februari 1908 met 108 tegen 26
stemmen.
Dit was het sein voor nog meer protesten,
ook van de meest bevoegden en belangeloozen.
Prof, A. J. Derkinderen weer erop, dat, ter
wijl de musea overvol worden, wij bezig zijn
het stadsbeeld hopeloos te verarmen. De
N. Z. Kapel kenschetste Prof. Derkinderen
als behoorend tot „die kunstwerken, die
de beste herinneringen aan de arbeids
kracht van vroegere geslachten resumee-
ren, zij behoort tot de werken, wier schoon
heid bij uitstek voor het volk toegankelijk is
en waarvan de vernietiging een verarming
van ons openbaar leven geacht moet wor
den."
't Was alles tevergeefsch. Voor den vorm
werd de executie van de N. Z.-Kapel nog drie
maanden uitgesteld. Er werd zelfs een com
missie ingesteld om na te gaan, op welke
wijze de kapel gered zou kunnen worden,
doch de kerkeraad was vastbesloten zijn wil
door
door te drijven. Door zijn onwelwillendheid
en tegenwerking maakte hij het zelfs de in
gestelde commissie onmogelijk haar taak te
volbrengen. Blijkbaar was men het volkomen
eens met een fanaticus, die op een vergade
ring van de Algemeene Protestantenvereeni-
ging had beweerd, dat „wanneer men ge
hoor gaf aan de roepstem van die velen, die
smeeken om het behoud der bouwvallige an
tiquiteit, men zich den vloek van een 300-
jarig voorgeslacht op den hals zou halen."
De vloek van een ander voorgeslacht en van
het nageslacht kon de op sloopen beluste hee-
ren blijkbaar minder schelen.
Op 10 Juli 1908 begon de afbraak, die op
1 December afgeloopen moest zijn „tot den
grond". Alleen de steenen vloer moest voor-
De Heilige Hoek in de Nieuwezijdskapel
te Amsterdam.
loopig omwille der graven blijven liggen.
Maar ook zij werden spoedig opgeruimd.
Men is er in geslaagd, althans enkele be
langwekkende bouwfragmenten van de ka
pel, die bij de afbraak te voorschijn kwamen
te redden. Zij vonden een voorloopig on
derdak bij de Rijksacademie van beeldende
kunsten. Bij de verbouwing dezer academie
werden zij echter op ruwe wijze overgebracht
naar Frankendael, waar zij als puin op een
hoop werden gesmeten, waartusschen thans
het onkruid welig is opgegroeid. Er bestaat
echter hoop, dat deze laatste overblijfselen
van de Heilige Stede, de laatste steenen her
inneringen aan een groot verleden, de laat
ste steenen ook, die spreken van het schan
delijk vandalisme, dat de oude kapel gelijk
maakte met den grond, eerlang geborgen
zullen kunnen worden in het oude Waag
gebouw.
Uit dr. Sterck's belangwekkend boekje, dat
eiken belangstellende gaarne zij aanbevolen
citeeren wij tot slot nog enkele strophen
van een „Klachte op den ondergang der Hei
lige Stede" in de Groene Amsterdammer van
4 October 1908, gepubliceerd „op de wijze
van Vondels Geuzenvespers"
„Felle strijd van vele jaren
over 't recht
Mocht het heiligdom niet sparen
't Wordt geslecht
Acht men nog zijn volkshistorie
Karei Vijf,
Keizer Max betreen vol glorie
't oud verblijf
Van den God der Dietsche landen
Sterk in 't vier.
Zelfs geen Zwijger 't aan dorst randen
't Volk zoo dier
Schendt geen graven sloopt geen kerken
't Brengt geen heill
Wee 't volk, dat der vad'ren zerken
zelfs heeft veil
^DistnhutccHwJ<m£
Copr-1959, Walt Duney production»
World Right» IWrvrd