GROEIENDE ANIMO voor zelf musiceeren. De Fransche kunst Veiling Aquarellen van de Haagsche School. Van muziek hooren naar muziek beoefenen. ingezonden. magazijnbediende een flink meisje huishouding DONDERP \G 12 OCTOBER 1939 Prachtige verzameling bij Fred. Muller. PRODUCTIE VAN ELECTRICITEIT IN ONS LAND. NOTARIS J. K. C. MATTHIJS. f BEDRIJFSREGLEMENTEERING IN DEN BIOSCOOPBOND. AANWIJZING VAN GOEDEREN ALS CRISISPRODUCT. Op afdoende wijze is ze beschermd. DE „INDRA" IN AMSTERDAM AANGEKOMEN. Onderzoek naar de schade. ONTSPANNING VOOR GEMOBILISEERD EN. de WOUWSCHE plantage. OPZICHT VOOR HUIZEN PLAATSING KOKIN BESCHAAFDE, FLINKE MEISJES EN JONGENS FRITUURINST ALL ATIE SALONKASTMEUBEL MODERNE PIANO NIJMEGEN KERKORGEL HAARLEM - TE HUUR NIJMEGEN. TE HUUR GELDBELEGGING TE KOOP R-K. PENSION WINTERPENSION IVERSE HAARDPLATEN MOSSELEN jjnnpsu3A3| uaj pjaA Mn ueg jnn uaa uep J3A3!| psjjo U8Z9!>| jooa iqst-l n ug l-jêT U8Z3I|J3A jsoui S}3| pool n sjy Bij Frederik Muller is dezer dagen een van de laatste groote portefeuille-collecties te zien, die ontstonden in den tijd, waarin de schilders van de „Haagsche School" in onbekommerde uitbundigheid ons land over stroomden met hun prachtige aquarellen. Uit deze aquarellen bouwde de heer J. Verstolk-Völker een verzameling vén onge veer twee honderd exemplaren op die hij voor het grootste deel van de kunstenaars zelf kocht. Slechts een klein gedeelte werd aan de collectie toegevoegd door bemidde ling van een gerenommeerd kunsthandelaar. Na den dood van dezen verzamelaar werd de geheele collectie opgeborgen in een groot buitenhuis te Eefde. Er werd weinig meer aan toegevoegd, maar er ging ook niets van verloren. Niemand vermoedde intusschen welke kostbare bewijzen van de grootheid van deze gouden eeuw voor onze schilder kunst daar verborgen lagen. Een enkele maal kwam een van de meest beroemde aquarellen eens op een tentoonstelling te recht, totdat thans plotseling de geheele verzameling als een doos van Pandora voor ons zal worden geopend, waaruit de goede gaven bij de aanstaande veiling op 17 Oot. naar alle windrichtingen verspreid zullen worden. Dit is wellicht te betreuren, maar het is van den anderen kant een uitnemende gelegenheid voor particulieren en musea om enkele verstandige aankoopen te doen. „Herfstlandschap" van Mauve. Dr. van Gelder, de directeur van het Haagsch gemeentemuseum, schrijft in een voorwoord tot den catalogus, welke bij ge legenheid van deze veiling werd uitgegeven, dat deze verzameling ten van de zeldzaam heden is, waarin de geheele Haagsche school, ook de minder beroemde meesters, vertegenwoordigd is. Z-ij levert ons het be wijs, dat de aquarelkunst bij deze Haagsche meesters hoog in eere stond en dat zij op dit terrein verschillende werken schiepen van een onvergankelijke schoonheid en zulks vaak onbewust, terwijl zij schetsen in water verf ontwierpen voor grootere concepties, waaruit de evolutie biiikt van deze natura listische en tegelijk dichterlijke kunst, die een vernieuwing beteekent van den roem der Nederlandsche Schildersschool. Wanneer wij met dr van Gelder van na turalisme spreken bij de Haagsche school dan versta men daaronder een naturalisme in den besten zin van het woord: ontroerend door den zuiveren kijk op de dingen om ons heen, op de kleuren en de vormen, zooals een schilder die alleen maar ziet en die hij zonder veel bijgedachten als directe impres sies op het papier brengt. Van deze heerlijke natuurlijkheid, d|t open oog voor de kleur in de eenvoudigste dingen, vooral in het landschap om ons heen, is in deze collectie menig staaltje te vinden. Bijzonder mooi en doorwerkt zijn de ge- wasschen kleuren van de groote meesters: Bosboom, die hier met enkele groote kerk interieurs vertegenwoordigd is, imponee rend door hun prachtigen lichtval, Jacob Maris met zijn gezicht op de Prins Hendrik kade en Schreierstoren te Amsterdam, Mes dag met zijn zee, die hem steeds weer trof, ook al was zij grijs en eentonig, Mauve met zijn herfstlandschappen, waaronder er een is, dat onmiddellijk opvalt door de prachtige tegenstelling van de stilte in de natuur en het leven der menschen. Een boom wordt geveld, er blinkt versch hout daar waar zijn atam wordt aangetast en een kleine figuur staat daar te hakken in een kuil. Boven hem vliegt een klad vogels in de lucht en daar achter is de stilte van den herfst. En zoo zouden we kunnen doorgaan en er zou aan deze beschrijving, die alleen maar onvolledig kan zijn, geen eind kwam. Maar enkele namen mogen we toch niet vergeten: Matthijs Maris van wien er de welhaast be roemd geworden „Doop te Lausanne" te vinden is, Josef Israels die hier met vier aquarellen vertegenwoardigd is, Rochussen, Weissenbruch, David Bles, van dien wij een geestig interieurtje in een pastorie aantrof fen, Klinkenberg met enkele stadsgezichten, Hoynck van Papendrecht, van de Sande Bakhuijzen, Albert Neuhuys. En daarmede hebben wij nog niet de helft gezegd van wat we zouden kunnen zeggen. De opening van deze doos van Pandora, waaraan morgen nog een officieele kijk dag voorafgaat, mag den serieuzen kleinen verzamelaar, die misschien den moed op geeft in een tijd als deze, niet ontgaan. Volgens het centraal bureau voor de sta tistiek bedroeg de productie van electriciteit door de openbare centrales in de maand September 204 millioen K.W.H., d.i. 13 mil- lioen K.W.H. bijna 7 pet. meer dan in de overeenkomstige maand van 1938 (191 millioen K.W.H.) Deze toeneming is gerin ger dan in Augustus, toen zij 11 pet. bedroeg. In den ouderdom van 54 jaar is gisteren ln het Diaconessenhuis te Leiden overleden de heer J. K. C. Matthijs, notaris te Katwijk. Notaris Matthijs was vele jaren werkzaam op het kantoor van notaris Coebergh te Lei den, was daarna gedurende tien jaar notaris te Kortgene in Zeeland en van 1935 te Kat wijk als opvolger van notaris Eerdbeek. OOK het muzikaal gebeuren der laatste jaren werpt zijn schaduw vooruit in de toekomstige muziekwereld. Daar is n.l. een reeds meerdere malen hier gesignaleerde strooming om van het „luiste ren naar" over te gaan naar het „beoefenen van". M.a.w. de passieve houding van den muziekliefhebber, wiens genoegens zich be palen tot het aanhooren van muziek "in concertzalen, kerken, of via den mechani- schen weg van gramofoon of radio, wordt door velen niet meer als een voldoend con tact met de toonkunst gevoeld. Men wil n.l- zelf musiceeren, actief deelnemen aan het klankgebeuren, hoe bescheiden dat musicee ren ook aanvankelijk zijn moge. Iedere vogel zingt n.l. zooals hij gebekt is, zegt het spreek woord, en ieder instrumentalist speelt zoover zijn geoefendheid hem daartoe in staat stelt. Deze richting van muziekbeoefening breekt steeds meer baan, het meest in de Germaan- sche, ook wel in de Angel-Saksische landen, het minst in het Zuiden. En hiermede is, zooals bekend mag worden verondersteld, niets nieuws in het zicht. Het is een hèr-leven van het muziekleven zooals dat zich in de 17e en *8e eeuw voordeed. Musiceeren in huiselijken kring: het samen spel als organisch deel van het gezinsleven zo'owel als van het lever, der gemeenschap, dat was de kern van de muziekbeoefening in die tijden. De muziek zelf was minder gecompliceerd dan zij sinds de 19e eeu'., is geworden; zij was vóór alles speelbaar voor degenen, die over 'n middelmatige techniek beschikken. Parallel aan het streve? om de muziek nader tot de gemeenschap te brengen, zien we allerwegen uitgevers zich beijveren om in aantrekkelijke uitgaven die muziek te publiceeren, welke zich wederom kan leenen tot eenvoudig muziek-maken. Vooral Duitsche uitgeverijen als von Schott en Barenreiter zijn in dit opzicht zeer actief. Voor de in zwang komende blokfluit is bij ieder een speciale catalogus verschenen. Bij zondere aandacht hiervan verdienen de uit gaven door F. J. Giesbert bij Schott's Söhne te Mainz verzorgd. Men kent diens activiteit voor de huis muziek ook hier te lande door de meerdere zomercursussen, door hem op even vakkun dige als aangename wijze geleid. Bijzonder vermelding verdient hier de opgewekte ga lante muziek van Jean Hotteterre (±1700): „Die landliche Hochzeit" genaamd. Dan: „Ein alten Spielbuch", waarin niet minder dan 51 stukken van oud-Nederlandsche meesters rond 1500 voorkomen. Zij zijn ontleend aan het „Liber Fridolini Sicherij" uit de univer siteitsbibliotheek te Sint-Pollen en afwisse lend voor 3, 4 en 5 fluiten in c- en f- stem ming gecomponeerd. Afgezien, nu van het blokfluit-repertoire, dat hier geheele kolommen zou kunnen vullen, is er haast geen gebied in de instru mentale muziek waaruit niet gemakkelijk speelbare stukken zijn opgediept en in een nieuw, frisch kleed zijn gestoken. Voor vierhandig pianospel verscheen bij Schott een tweedeelig „Vierhandiger Tanz- büchlein", bewerkt door Heinz Kaestner en Helmut Spittler. Wat moeilijkheidsgraad betreft loopen deze stukjes van het moment af, dat in den omvang van vijf tonen eenige vaardigheid verkregen is. Eenerzij ds treffen we bewerkingen van oud-Duitsche volksliederen, anderszijds van dansvormen meer aan de oude volksmuziek dan aan de hofdansen ontleend. In dit op zicht wordt het universeel karakter der toon kunst geaccentueerd doordat oude dansvor men uit Duitschland evenzeer als uit Frank rijk, Polen, Engeland, Hongarije, Portugal en Bohemen hier broederlijk zijn vereenigd. Doordat nu de linker partij niet zwaarder is gezet dan de andere helft van het klavier, heeft men hier de mogelijkheid om den speler afwisselend „primo" of „secundo" te laten vervullen. Wat overdreven lijkt ons de bemerking, dat deze muziek „zoowel door één paar musiceerenden als door groepen" zal kunnen uitgevoerd worden. Tegen het voorgestelde meespelen door een „melodie-instrument" als de sopraan- of tenor-blokfluit lijkt ons minder bezwaar te bestaan. „Aus Alt-England" (uitg*. Schott) is een bundel van stukken en dansen van oud- Engelsche meesters, door voornoemde musici bewerkt, voor alt-blokfluit in f en klavier of cembalo. Zij zijn ontleend aan een bundel, die Alfred Moffat destijds voor viool en klavier reeds heeft samengesteld, ofschoon hierbij vermeld moet worden, dat de oor spronkelijke zetting grootendeels voor blok fluit was, 'n instrument, dat in de 17e eeuw veel in Engeland werd beoefend. Evenzeer was het toen gebruikelijk om te zijner tijd een melodie met versieringen op te smukken en wel naar eigen believen. Hier staan slechts kruisjes, waar de mogelijkheid tot versieren wordt verondersteld. Een groot deel der danswijze is ontleend aan de muziek van Henry Purcell en we worden zelfs bij deze eenvoudige melodieën gewaar welk een groot meester daar geleefd heeft. Dit bewijst nog eens te meer de „Spiel- musik zum Sommernachtstraum" voor vier strijk- of blaasinstrumenten en generale bas van denzelfden componist, welke muziek door de zorgen van Hilmar Höckner en Fr. W. Lothar bij BarenreiterVerslag te Kassei verschenen is. De naam „Sommernachtstraum" houdt hier inderdaad verband met Shakespeare's toe- neelwerk. In 1692 n.l. schreef Henry Purcell zijn opera „The Fairy Queen", door kenners en liefhebbers als zijn meesterwerk betiteld, zijnde een bewerking van het befaamde tooneelstuk. Wijl nu de vroegere operavorm uit een reeks op zichzelf staande vormen bestond, was er dan ook de mogelijkheid meerdere deelen uit zulk een opera te lichten er ze te plaatsen in het kader van een „Suite" b v, die geheel los van de dramatische han deling gespeeld kon worden. Hiervan is deze „Spielmusik" een typisch voorbeeld. Het geheel is n.l. een opeenvolging van oude dansvormen: Prelude, Hornpipe, Air, Rondeau, Entry Dance, Chacone, enz., die gemakkelijk voor eenigszins geoefende leeken zijn uit te voeren, en wel voor twee violen, alt en een bas, of één fluit, een hobo, één clarinet en één viool, alt fagot, of bas-clarinet, enz., zulks naar gelang de instrumenten in den bepaalden vriendenkring o* gezelschap of familie worden beoefend Nog een andere mogelijkheid dan „gezellig musiceeren" brengt deze muziek. Zij kan n.l. dienen bij uitvoeringen van Shakespeare's i werk zelf. Daartoe zou dan het Prelude als openingsmuziek kunnen fungeeren, de Hor- ltpipe bij de opkomst van de handwerkslui, de „Dance for the fairies" als elfendans, de „Entry-Dance" als Hochzeitsmarsch, de Cha conne als pompeus besluit, enz. Hiermede is geen tekort gedaan aan Mendelssohn's weergalooze tooneelmuziek, maar alleen aangetoond, hoe door leeken een passende muziek is uit te voeren. „Musik um Shakespeare" luidt de titel van een verzameling oud-Kngelsche virginal- muziek door Hans F. Redlich in de Universal- Edition A. G. gepubliceerd. Deze klaviermuziek, die een ietwat hooger technische ontwikkeling eischt, in ontleend aan twee klassieke werken der Engelsche toonkunst, n.l. het Fitzwilliam Virginal Book een kostbaar handschrift, tusschen 1564 en 1624 verschenen, dat een 300-tal stukken van meer dan 20 Engelsche componisten bevat, en het „Lady Nevill's Book" („My Ladye Nevells booke") dat 42 werken van Engeland's grootmeester William Byrd bevat. Het „virginal", een soort spinet of clavi chord en behoorend met deze laatsten tot de voorloopers van het klavier, was in het Shakespeare's tijdperk het geliefde instru ment der Engelsche aristocratie, speciaal van het vrouwelijk („virginal") deel daarvan. De hoogbloei dateert uit den tijd van de zeer muzikale vorstin, koningin Elisabeth, voor wier muzikale ambities een legio composities ontstonden. We treffen dan in deze verzameling 25 stukken van Byrd, Buil, Farnaby, Gibbons, Munday en Philips, die in de toenmalig ge bruikelijke vormen van volkslied-variatie, de typisch Engelsche „ground", de dansvor men: Povane en Gaillarde (karakteristieke hofdansen) geschreven zijn. Ook hier dan weer zien we de muziek als uiting van een gemeenschap, van een aristocratisch deel der gemeenschap welis waar, doch in ieder geval in een sociale, functiorreele beteekenis. We zien in deze voorname muziek, die steeds met een verheven glimlach en een wereldsch, vorstelijk gebaar vergezeld schijnt, als in een spiegel, die met dieper psycho logische inslag dan nuchter-hystorische fei ten ons den aard van een volk en van een cultuurtijdperk leert kennen. De mogelijkheid is althans nu geschapen voor onze tijdgenooten ons middels dergelijke niet genoeg te apprecieeren uitgaven, den muzischen geest van vroegere geslachten weer in zich op te nemen. Dat men nu spele MARIUS MONNIKENDAM. Onder voorzitterschap van den heer D. Hamburger Jr. uit Utrecht is Dinsdag op het bureau van den Nederlandschen Bioscoop bond de ledenraad in voltallige vergadering bijeengekomen teneinde met zijn werkzaam heden een aanvang te maken. Deze raad, waarin de onderscheidene groe pen van 't Nederlandsche film- en bioscoop bedrijf evenredig vertegenwoordigd zijn, treedt in de plaats van de algemeene ver gadering en heeft o.a. tot taak het vaststellen van bedrijfsreglementen en het uitvaardigen van bedrijfsbesluiten. Na uitvoerige behandeling heeft de leden raad een zoogenaamd algemeen bedrijfsre- glement vastgesteld, waarmede de regelingen geconsolideerd zijn, welke sedert 1935 in den vorm van verschillende besluiten waren ge troffen, teneinde organisatorisch toezicht uit te oefenen op het vestigen van nieuwe za ken op het gebied van het film- en bioscoop bedrijf. Volgens het thans vastgestelde algemeen bedrijfsreglement, dat o.a. ook een bedrijfs- register invoert, waarin wordt vastgelegd, welke bedrijven resp. bedrijfstakken door de leden van den bond worden geëxploiteerd, zulks ter beveiliging van de rechtspositie der leden individueel, kunnen nieuwe zaken in eiken tak van het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf, dus zoowel bioscopen als verhuurkantoren, filmfabrieken, etc., worden opgericht, mits de aanvragers voldoen aan bepaalde normen. Deze normen komen in het algemeen hier op neer, dat de aanvrager voldoet aan de eischen van credietwaardigheid, handelsken nis, vakbekwaamheid en fatsoen en een gunstige reputatie geniet; dat voorts de be staande bedrijven of bedrijfstakken niet in de behoefte voorzien van de exploitatie van het bedrijf of den bedrijfstak, waarvoor de aanvrage wordt gedaan; geen overproductie, excessen op concurrentiegebied, monopolisti sche positie, speculatie of dergelijken te duch ten zijn, en dat de aanvrage, wanneer zij o.a. betreft een nieuwe permanente bioscoop, voldoet aan door het hoofdbestuur van den bond te stellen eischen op het gebied van ligging, outillage, inrichting, veiligheid, e.d. Zij nog vermeld, dat aanvragen om toe stemming tot het vestigen van nieuwe zaken schriftelijk en gemotiveerd moeten worden ingediend bij het hoofdbestuur, dat verplicht is schriftelijk en gemotiveerd binnen drie maanden na de indiening der aanvrage te beslissen. Van de beslissingen van het hoofd bestuur staat beroep open bij den ledenraad. Ingediend is een wetsontwerp, houdende uitvoering van artikel 37 der landbouw-crisis- wet 1933 ten aanzien van het bepaalde in het koninklijk besluit van 28 Augustus 1939, no. 38. Bij de wet van 30 September 1938 werd machtiging verleend tot het gebruik maken van de bevoegdheden, voortvloeiende uit de landbouw-crisiswet 1933, ten behoeve van de voedselvoorziening in tijden van oorlog, oor logsgevaar en andere buitengewone omstan digheden. De huidige omstandigheden hebben de re geering genoopt met ingang van 28 Augustus j.l. krachtens vorenbedoelde machtiging, ten aanzien van een groot aantal crisisproduc ten regelen te stellen, o.m. met betrekking tot den in- en uitvoer, het vervoer en de be werking, alsmede van het voorhanden en in voorraad hebben. Ten einde eveneens met betrekking tot eenige producten, welke niet waren crisispro ducten in den zin van artikel 1, onder 5, van de landbouw-crisiswet 1933, doch welke, wat betreft hun aard en hoedanigheid, geheel pas ten in dit kader, analoge regelen te kunnen stellen, werden bij koninklijk besluit van 28 Augustus 1939 honing en andere producten van de bijenteelt, cacaoboor^en en cacaopit- ten, hooi, stroo, thee, koffie, stremsel en ca- seine krachtens het bepaalde in artikel 1, on der 5, c. van genoemde wet, als crisisproduct in den zin dezer wet aangewezen. (Van onzen correspondent) PARIJS, 6 October. De hooge pyramiden en stapels van zand zakken, die de Parijsche pleinen en boule vards „versieren", zooals Aalsmeersche snoei- boompjes een tuin, overtuigen het publiek, dat de kunst goed bewaard is. De Fransche kathedralen, anders zoo rijk aan kostbare kleurvensters, zijn nu zeer licht en van een enkelvoudigen toon; portieken en beeld houwwerken, evenals waardevolle gevels van andere monumenten, verdwijnen achter dik wijls zeer hooge verschansingen. De musea worden langzamerhand weer geopend, maar de kostbare schilderijen en kunstvoorwerpen zijn vervangen door de magazijn-collecties, die soms wat al te spoedig als van twijfel achtige waarde werden beschouwd- Wat voor het nageslacht dient bewaard te worden, als legaat van kunst en beschaving van het verleden, is bewaaard, is netjes ingepakt. Frankrijk heeft den inventaris van zijn kunstschatten uitstekend in orde. De dienst van monumentenzorg ls zeer uitgebreid. En die dienst heeft vooral de ervaringen van den vorigen oorlog niet vergeten. Toen moest geïmproviseerd worden, vooral nadat betrekkelijk spoedig uit het beschieten van de kathedraal van Reims bleek, dat het oor logsgeweld de kunstschatten niet spaarde. Men bepaalde zich toen tot zandzakken, trou wens de eenige beveiliging, die gemakkelijk uitvoerbaar was, als het kunstwerk op zijn plaats moet blijven. Nieuwe methoden zijn ook nu toegepast, maar de uitvoering is veel meer methodisch geworden. Er had een ware mobilisatie plaats gehad niet alleen van de personeelen van den dienst van schoone kunsten, van de musea, van de kunstenaars en technici, maar ook van vakploegen, zoo dat het werk toevertrouwd bleef aan des kundige hand. Wat dezen keer dan ook ge troffen heeft is de alagemeenheid en de snelheid van uitvoering en de ontzaglijke omvang van het beschermingswerk over het geheele land. Frankrijk ls zeer rijk aan monumenten en kunstschatten en ze zijn over het geheele land verspreid. Men heeft het opbergen en beveiligen der kunstwerken niet tot bijzon der geëxposeerde plaatsen beperkt. Alleen heeft men met die plaatsen, de groote steden, en in het algemeen groote bebouwingen, de verkeerswegen, de plaat sen met militaire bezettingen enz. in zoo verre rekening gehouden, dat ze niet als bergplaats voor de kunstvoorwerpen wer den gekozen. Wat geborgen kon worden moest met bij na absolute veiligheidskans worden onder gebracht en daarbij had men niet alleen re kening te houden met het gevaar van aan vallen, maar ook met de andere gevaren voor de kunstwerken, als vochtigheid en be- derf-brengende invloeden. Daarom kon met de keuze der schuilplaatsen niet tot het laat ste oogenblik gewacht worden. Heeds bij bet onraad van verleden jaar September was men methodisch te werk ge gaan en men heeft toen de groote proef kunnen nemen. Sindsdien heeft men ook niet stil gezeten en de opgedane ervaringen ver werkt. De monumentenzorg heeft dan ook prachtig de taak volbracht de methodische evacuatie der kunstwerken voor te berei den: bergings-, vervoer- en conserveerings- materiaal was op zijn plaats, de schuilplaat sen waren voorbereid. Nog vóór de strijd uitbrak, waren de schatten der musea in vei ligheid en ongelukken hebben zich daarbij niet voorgedaan. Elk schilderij of voorwerp had zijn kist, was toevertrouwd aan den aan gewezen man, elke groep had zijn vervoer middel en zijn plaats van bestemming. De kunstschatten in particulier bezit kregen dezelfde verzorging als de staatscollecties- Juist ook voor het transport, waren de meest uitgebreide voorzorgen genomen. De aard van tal van kunstschatten eischt nu eenmaal de uiterste voorzichtigheid. Voor oude werken uit een grijs verleden, kon elke verplaatsing een noodlottig avontuur wor den. Men kan zich dus voorstellen hoeveel hoofdbreken alleen die prachtige voorberei ding van het transport al heeft gekost. Van welken omvang dat bergingswerk is geweest, daarvan geeft het wegnemen der kleurvensters der kathedralen eenig denk beeld. Er is vroeger heftig gediscussieerd over de beste methoden om snel de glas-in- loodramen in veiligheid te brengen. Het was een strijd tusschen verschillende onderne mers, die een bepaald stelsel aanbevolen. De dienst van monumentenzorg werkte in tusschen stil voort en zoo konden de raam- kunstenaars en de vaklieden overal snel de hooge vensters en roosvensters bereiken en op een gemakkelijke manier de glaspa- neelen uitlichten en in te voren pasklaar gemaakte en gecatalogiseerde kisten bergen. Nauwelijks dreunden de eerste schoten aan dc grens, of vijftienduizend vierkante meters kostbare kleurramen waren geborgen. Alleen de antieke ramen werden geborgen; de moderne kwamen slechts bij uitzondering aan de beurt als het werkelijk ramen van kunstwaarde gold. De open ramen werden afgesloten door met licht ijzerdraad gewa pend vitrophaan, dat uitstekend licht door laat en goed afsluit. De ontzaglijke massa kleurramen is geborgen, zonder dat ook maar een enkel paneel de geringste beschadiging onderging. Heel die rijke schat van middel- eeuwsch- kunst is nu veilig geborgen, de on geëvenaarde juweelen van de Sainte Cha- pelle, de beroemde glasramen van Chartees, van de kathedraal zoowel als die van Saint- Pierre die van Reims, Amiens Bourges, Rouaan, Straatsburg om slechts de voornaam ste te nemen. Dank zij het zoo ernstig- voorbereide en vlot-uitgevoerde werk, waar over bekende conservators als Trouvelot, Chauvel, Huegnard, Pontaraud, de directeu ren der groote musea de leiding voerden. Ook menige kostbare kerkeschat is op gelijke wijze in veiligheid gebracht, terwijl hetzelfde gebeurd is voor de bibliotheken- De schatten aan miniaturen, incunabelen, perkamenten, manuscripten, enz. zijn aan alle gevaar onttrokken. Historische docu menten maakten dezelfde reis. Men kan dan ook wel zeggen, dat wat het verplaatsbare deel betreft het Fransche erfdeel van kunst en historie in veiligheid is gebracht. Maar een zeer aanzienlijk deel van de schatten van het verleden kan niet ver plaatst worden. Men denke slechts aan de middeleeuwsche kathedralen met hun aan beeldhouwkunst zoo rijke portieken, of de beeldhouwwerken binnen. Voor die kunst werken had men ook reeds lang te voren een klassificatie opgemaakt om vast te stel len wat beschermd moest worden en welke bescherming uitvoerbaar was. Tegen een welgericht direct projectiel is geen kunst werk te beschermen. Maar de directe trefkans is maar betrekkelijk en het ver- nielvermogen niet onbeperkt. De enva- ring heeft geleerd, dat het groote gevaar voor de kunstwerken voornamelijk is gele gen in het inhlaan van de scherven, Een ander gevaar is het brandgevaar Men zal zich herinneren hoe voor de linkerportiek van Reims de aanwezigheid van de houten stelling voor de restauratie noodlottig is ge worden. Men heeft dan ook de kunstwerken be vrijd var wat de omgeving aan brandgevaar kon ople eren. Voor de bekleeding der kunst werken die ,.en wil beschermen, worden ook nu weer zandzakken gebruikt. Maar op ge heel andere manier. Men vermijdt r -.melijk de volkomen afsluiting van de kunstvoor werpen van de lucht. Men bedekt ze door een zwaar houten gebint waarvoor vrij zwa re balken worden gebruikt van ingespoten hout, dat zóó gelascht is, dat het een zeer groot draag en weerstandsvermogen heeft. Tegen die houten stellages komen de zandzakken, die het hout. voor vuur onbereikbaar ma ken. Aan die zandzakken zijn ook groote zorgen besteed. De zak zelf is met een be derfwerende stof gedrenkt, terwijl het zand zorgvuldig gezeefd is, zoodat zelfs bij uit eenspatten kiezeltjes niet als projectielen kunnen werken. De nrachtige koorbanken of kooromgan gen in sommige kathedralen, als Amiens en Ciiartres de hooge gebeeldhouwde grafmo numenten alt in St- Denis, hebben behalve de wandenbescherming ook nog zware be schermingsplafonds. Naast die materieele bescherming staat het kunstwerk ook onder voortdurende be- wakinv van „passieve verdediging", een uit stekend-georganiseerde veiligheidsdienst voor het geval van aanvallen of rampen. Men krijgt dan ook den indruk, dat op zeer lof waardige wijze, maar tevens ook op zeer af doende wijze, voor de kunst is gezorgd. Inbegrepen. „En met welk inkomen dacht je m'n doch ter te kunnen trouwen?" „Vijfduizend gulden per jaar". „Ja, dan met de vijfduizend, die ze dan van mij nog krijgt „Ja, die heb ik er al bij gerekend". De professor. De verstrooide professor ging een kapPeI^n winkel binnen, ging in een stoel zitten vroeg om z'n haar te knippen. „Goed", zei de bediende, „maar w« uw hoed afzetten?" s n Pardon!" zei de professor verit, wn'r "- wist niet, dat er hier dames wdren Gisteravond omstreeks zes uur is de Fin- sche houtboot „Indra" in de Amsterdamsche haven aangekomen. De drie sleepbooten van de reederij Goedkoop slaagden er ln het schip zonder ongelukken langszij hët s.s. „Vul- canus" te brengen, nabij de terreinen van de Amsterdamsche Droogdok Maatschappij) waar de houtboot heeft vastgemaakt. Vannacht om vier uur zouden duikers een voorloopig onderzoek instellen, waarna men zal trachten het schip in het groote Hen drikdok te krijgen. Gelukt dit, dan zal de houtlading worden gelost en zal het mogelijk zijn de schade, welke het schip door de mijnontploffing heeft gekregen, vast te stel len. (Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie). Het behoeft geen betoog, dat onze militairen in dezen moeilijken tijd het zwaarste deel te dragen hebben, hoezeer ook op allerlei wijze hierin wordt tegemoet gekomen- De gedachte aan thuis, aan de zaak, aan vrouw en kinderen blijft een voortdurende kwelling, afgezien van de ongeriefelijkheden, welke de diensttijd als vanzelf meebrengt. Van hoogerhand treft men reeds alle mogelijke maatregelen, om de diverse moeilijkheden te ondervangen, door verlofregeling enz. Maar ook de burgers hebben zich met onbe tuigd gelaten. Allerwegen werden comité's opge richt, om de ontspanning voor de militairen zoo practisch mogelijk te regelen. Diverse muziek- en tooneelgezelschappen bieden zich gratis aan of vragen slechts een geringe vergoeding- Men kan gerust zeggen, dat hier een vrij algemeene belangstelling bestaat. Er zijn ook comité's ge vormd om de soldaten een of meer avonden bij particulieren onder te brengen. Het is misschien niet aan iedereen bekend, maar in alle garnizoensplaatsen zijn een of meer dere katholieke militaire tehuizen ingericht, waar de militairen te allen tijde nuttige en aangename ontspanning kunnen vinden. Zij dragen den naam „tehuis" omdat er naar gestreefd is daar een sfeer van huiselijkheid en gemoedelijkheid te brengen, welke den dege- lijken jongeman aantrekt Behalve ontspanning vindt hij daar gelegenheid in rustige vertrek ken zijn correspondentie te behandelen, waar voor gratis de middelen verschaft worden. De consumptie is zoo laag in prijs, dat hij het er nergens anders voor krijgen kan. Maar boven alles, hij vindt er een priester, die met hem de moeilijkheden bespreekt en hem in diverse toespraken wijst op de gevaren van den diensttijd. Het avondgebed geschiedt gezamenlijk, zooals men. dot thuis eewpnri i-i. En hier worden tevens wekelijks BWfjiJÜi- JU muziekavonden georganiseerd, welke of van be vriende zijde aangeboden, of door de jongens zelf verzorgd worden- Het kan zijn nut hebben, dat alle katholieke militairen op deze tehuizen gewezen worden, waarvan de adressen in het bekende boekje: Richt U, te vinden zijn. Er zijn nog vee' gemo- biliseerden, die ze niet weten of niet willen we ten. Maar ook wijzen wij de burgers op deze tehuizen, omdat deze nu meer dan anders hun steun noodig hebben. Hier is geleSenheid tot een noodzakelijke liefdadigheid, waarvan de op brengst nuttig besteed en °P de meest praeti- sche wijze wordt geregf1 De directeuren der diverse militaire tehuizen zullen u zeer dankbaar zijn voor uwe tegemoet koming in hun zoraf voor dit door iedereen erkend sympathiek Haarlem- Pater DE WIT O.F.M. Mijnheer de Redacteur, Me' groote belangstelling heb ik het stuk oVer de Wouwsche Plantage gelezen. Alles wat daar in staat is me uit het hart gegrepen. Was het intusschen nog maar waar, dat „de bijl nog bij den voet van den stam rustte". Hon derden boomen zijn, helaas, reeds gekapt en ontschorst. Een paar boschgedeelten zijn reeds verdwenen. Als er dus nog geen maatregelen genomen zijn voor behoud, is het de aller hoogste tijd en mag geen uur meer gewacht Worden. Laten de bevoegde autoriteiten toch ten spoedigste optreden. U dankend voor de plaatsruimte. V. Bergen op Zoom. kabouter-advertentien De Kabouter-annonces verschijnen in De Maasbode, Het Nieuwe DafP13^ de Nieuwe Schiedamsche Courant, de der en de Nieuwe Deutsche Courant. Dame vraagt Prima referenties. Billijke condi tiën. Brieven onder no. 85144 Bur. Maasbode, Rotterdam. jongeman, 25 j. zoekt tegen vrije kost en inwoning ter opleid, v. banketbakker, zoo mogel. tevens v. kok. Br. no. 85196- Maasbode, R'dam. Bek. Kokin gevr. v. Hotel-Rest. in de provincie, v.z.g.get.schr. voorz voor Nov. of later. Br. no. 851 is. De Maasbode, Rotterdam. Te Utrecht, in fijne zaak van LUXE METAALWAREN gevraagd een T, leerl. verkoopster, 18 ]T-< BÜ ge bleken geschiktheid goede vooruit zichten Brieven no. 1693. Bijkant. Maasbode, Utrecht. U 1693 Gevraagd voor direct „T/~'T,Tvro fabrieks- UAl iaar" ,voor capsuiefabriek werkzaamheden. „v,i«Jnm Holland, Schie 88. Scl»ed m^ Aangeboden geheel complete 4-pits fornuis, Toonbanken, weeg schaal, stoelen en tafels. Brieven onder no. 2928, bijk. Eindhoven. Lingerie- en ^ende^ J" de Aanmelden Prinsengracht 854, Am sterdam. 85202 of hulp gevraagd, zelfst. kunn. w. en eenv. koken. Voor d. en n. of v. d. dag. Na 7 uur Mevr. C. de Jong, Adrianalaan 169, Schiebroek. 31101 R.K. Dame, 33 j„ zoekt plaatsing ln voor direct of later, liefst in Nrd.- Holl., g. getuigsehr. en refer. Br. no. 85165, bur. Maasbode, Amsterdam. Singer Naaimachine a. n. spotprijs. Vene- court, Javastraat 141 a, A dam. kruissnarig, prijs 150.Kast keurig onderhouden. Kleur Old Fi nish. Tel. 40818, Bergweg 76 b, Rot terdam-Noord Te koop gebruikt pneumatisch kerkorgel met één klavier vrij pe daal en electrische windvoorzie- ning. Geb. in 1924. Br. no. 85174 Maasbode, R'dam. Gemeub. huis aangeb. N^V"alIes eind April geschikt gr- ez a_'es aanwezig, ook brandstof. Huurp 80.p. m. Br. no. 30ZU, bureau Maasbode, Nijmegen. Vriie Huizen met tuin en poort aan de Friezenstraat, 6.50 per week, en vrije Bovenhuizen aan de C v. Noordestraat, 5.50 p. week. Inlichtingen C. v. Noordestraat 30 en Wilhelminastraat 35, Tel 14365, Haarlem. H 2143 aangeboden ruim huis, goede stand huurpr. 450.- p. j. overname stoff. lampen, geyster, gaskachels, haard kachels, brandstof zeer billijk. Br. no. 3021, Maasbode, Nijmegen. Te koop direct van Bouwer op L.- M., eenige portiek-panden, voor- deelig Hypotheek aanwezig. Blie ven no. 31099, Maasbode, R dam. te Castricum mooi winkelhuis met 2 woonhuizen. Te bevr. W. van Zanten, Scheldestr. 45 hs., A'dam- Zuid. 85181 Nette Jongeman vraagt degelijk voor 5 dagen in de week. Brieven onder no. 31100, Maasbode, R'dam. te Zandvoort, ook voor zwakken en herstell. prijs buitengewoon bill, gezonden of kind. spec. cond. Br. KA 1241, Maasbode, A'dam. 85203 Moffelen. N. V. „RenataDijk- straat 123 a, Rotterdam, Tel. 52054. Spoedige aflevering. Alleen v. d. handel, Loonzandstraal - Inrichting. Dagel. versche mosselen. Speciaal Vrijdags gestoofde mosselen. Het oudste, ook het beste adres. Cool- singel 20, R'dam, Aanbev. A. V. J. den Ouden. 8520®

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1939 | | pagina 2