8 Rijks financiën. Morgenochtend vroeg MAANSVERDUISTERING. w kz DE zakenverloven. NOG EENS: VRIJDAG 27 OCTOBER 1939 doodelijke val. Om zes lfd00d- verschenen was de man niet aan tafel dat hij nog vrouw dacht aanvankelijk hij om half negen land werkte doch toen men hem zoeken B"°g nif4 wfs' ging luik van den t>leek' dat door een ^UIIORR DOOR AUTO GEGREPEN AIR FRANCE EN IC. L. M. LEVERING VAN PEUL VRUCHTEN AAN HET RIJK. Overnemingsprijzen verhoogd. Besprekingen om samenwerking ueer in ouden vorm te herstellen DE MOORD OP DE LINDENGRACHT. Behandeling van de strafzaak voor het gerechtshof. Tegen kleinzoon en vriend resp. twaalf negen jaar gevangenisstraf geëischt. en ONDER DE WAPENEN BLIJVEN VAN DIENSTPLICHTIGEN. De verzorging der wegen. t DEN HEMEL NIET NOODIG VOORBEREIDING PETROLEUM-DISTRIBUTIE. Aanvragen voor industrieele doeleinden. MÈRE IGNACEf FORELLENYISSCHER. FRONTSOLDAAT. 914 1918. v. Wonderlijk noemt „De Standaard" een zin netje in het V.V. op hoofdstuk I. TJit de financieele paragraaf, die zeven „uium nn beöiag neemt, pikt ,.De Standaard" vijf regels en noemt die wonderlijk. Wij gelooven ten onrechte. De paragraaf vangt aan met woorden van instemming van de oppositie de antirevo lutionairen met het financieele beleid van het kabinet. Volgt de waarschuwing aan de regeering, dat deze zich bij dit beleid niet mag beroepen op den ingetreden oorlogstoe stand. Als die er niet gekomen ware, zou de gewone dienst toch "bezuinigingen hebben geëischt. ,Daj""°P v°lgen dan „vele andere leden" oordeel -k de katholieken die van een 2ljn> dat de financieele toestand als m-a- 5 tioeilijke moet worden beschouwd, oorlov toch wel in het bijzonder de van rtv°mstandigheden zijn, waaraan de ernst 'en toestand te wijten is." En dan volgt h aarop: „Afgezien van die omstandig- Welke ons stellen voor het probleem de financiering van vele en kostbare »aatregeien, mag de financieele positie van 0n? land, zooals die zich sinds 1936 heeft ont wikkeld, geenszins tot pessimisme leiden". Deze gedachtengang is toch niet „wonder- „De Standaard", alleen de laatste zinsnede citeerend, laat echter volgen: Wij noemen zulk 'n uitlating wonderlijk. Men denke zich in dat iemand tot een zieke zegt: af gezien van het feit dat U zwaar ziek j. staat het toch met uw gezondheid niet zoo slecht. Of dat men bu iemand aanbelt en hem mededeelt: afgezien v t feit, dat aan weerszijden uw buurmans huis m brand staat, woont gij hier toch vrijen is er geen reden tot pessi- de aangesprokenen niet met eIllg, r§dheid dien boodschapper aanzien. i„ j t l e k geval moeilijk iets verstandigs n deze taal te ontdekken. openljjk twijfel uitspreken aan eikaars 'ei stand, is niet de normale wijze van debat, de beeldspraak van „De Standaard is cnJuist. Zij toch, die in bovenbedoelde pas- sage uitspreken, dat 's lands financieele toe stand, zooals die zich sinds 19 3 6 ontwikkelde, niet tot pessimisme mag leiden, staven hun bewering met een reeks C1jfers. °ns lend is financieel niet „zwaar ziek". re het dit dan moesten alle ons omrin gende landen reeds dood en begraven zijn, want geen hunner verkeert in een financieele Positie als wij. Ongetwijfeld is de uitgebroken oorlog een Ongelegenheid, die alles versombert, maar en daar komt het nu net op aan het V-V. spreekt niet over wat nu is, maar wat Van 1936 tot 1 September j.l. werd. „De Standaard hutst de zaken toch wel op schrikbarende wijze door elkaar, als zij besluit: En het lijkt ons beter met „verscheiden an dere leden" te zeggen: gezien, dat de toestand onzer financiën reeds, buiten den oorlogstoe stand gerekend, zorgelijk was, behoort men thans nog meerdere zorg te kennen, en er niet tegen te protesteeren, als de Minister van Finan ciën spreekt van torenhooge staatsschuld, en daarom, ook met het oog op den nieuw ingetre den toestand, tot groote voorzichtigheid maant. Wij beweren, dat, alles afgewogen tegen don"Br' de toestand onzer financiën, buiten Itvrmddeis ingetreden oorlogstoestahd, vhriiünZ°1eliik was' Hoe kan men dit neer' schrijven ais begrootirlgen met batige saldi sluiten, in Weik land vindt men zooiets? Uiteraard beteekent dit niet, dat men er dus maar op los kan financieren. Dit mag nooit en kan zeker nu met. De staatsschuld bedraagt nominaal 3.6 tnilliard, maar terecht merkt het V V od' De E*dk0mstige ,t0Tl ,het buitenland Nederlandsohen toren ver onder Wil „De Standaard" ons eens één land ^6n' dat de staatsschuld zoo snel aflost 6ls Nederland? Is in onze 3.2 miljard geconsolideerde sno niet mim 1 milliard investatie in komt?6*1 huizen vervat, geld dus dat terug d€ resteerende 2.6 milliard, den v= vlottende schuld zich niet in han- sing „tv Nederlanders, zoodat rente en aflos- hebbenïeel in Volkshu inhouding plaats Dhgetwijfeld, dit beteekent i„^t ,mnr nageslacht. Maar wij dan ook nieuwe gronden na ni Irieën, rendeerende mijnen,lndus" de spoorwegen, een uitnemend °d^rnis€er" land, te water en in de lucht. rkeersnet Wij moeten aanpakken en zor=»_ Van nu later aanpakken kan J? pakken wil. Dit bereiken wij niet m«Td tistisch gejerimieer over onzen financlc f,al" toestand. Daarmee verbeteren wij dien stand die zeker niet tot défaitisme behoort te voeren, zegt de M. v. A. op hoofdstuk i te_ recht (bi. 6). geen cent en leeren de men, krachttWi,®felen aan 'S landS Credi0t 6n 6igen aarin zIen wij geen heil. Reeds eenige honderden militairen met landbouw-verlof. Het bureau, zakenverloven van het departe ment van defensie heeft van het oogenblik dat de regeling voor het verleenen van v^verloven was afgekondigd, een menigte verneVerZ06ken behandeld. Naar wij thans vail O?611' ziJn In het begin van deze week, zaken ®ct°ber af, resds eenige honderden h„, Ver'oven verleend, in hoofdzaak land- bouw-verloven. Uisteravo van M. te m* 's de 38-jarige landbouwer C. len en op sl aasla,nd van een stalzolder geval- Het slachtoffer wÏfJ?8 r^.n was vader van vijf kunde- °veriedet ziekenhuis te Tilburg is vannacht H., die gjl»de ®9"jarioe landbouwer R. v. d. Tiltljfg'Prmiddag op den provincialen weg bijweg k,)~'lndboven nabij Oirschot, uit een Slepen 6nde Hetsen, door een auto werd 5.7") 'mr 5-}0 uur uur 6.00 uur 6.15 Zeven hier te lande zichtbare stadia uur é.JO uur van de eclips. 6.1^5 uur Wanneer wij vanavond de volle maan als een helder verlichte schijf i,n het Zuiden aan den hemel zien staan, is er op het onbewo gen gezicht van onze trouwe Luna niet het minste te zien, dat iets verraadt van de plan nen, welke zij koestert. Dat deze plannen nogal grillig zijn, zal aanstonds blijken. Vooreerst echter moet men weten, dat er tussohen de maan en de zon van oudsher een zekere rivaliteit bestaan heeft, als gevolg van beider functie van lichtbrenger aan het mensdhdom. En, om nu te bewijzen, dat zij in geen enkel opzicht voor haar mededinger wpnscht onder te doen, heeft Luna het in haar hoofd gezet, precies hetzelfde kunst stuk te vertoonen, als de zon een half jaar geleden, op 19 April, heeft laten zien, nl. te eclipseeren en nog tijdens den eclips, dus verduisterd, onder te gaan. Men zal moeten toegeven, dat dit een inderdaad niet alle- daagsch verschijnsel is! Zooals men weet, beweegt de maan zidh bij een eclips door den schaduwkegel van de aarde, d.w.z. door het gebied achter de aarde, waarin geen direct zonlicht kan doordringen; niettemin blijft ook het verduisterd gedeelte in een zwak roodachtig lichtschijnsel zicht baar. Begin, maximum en einde der verduiste ring vallen morgenochtend om resp, 5.14, 6.56 en 8.38 uur; tijdens het maxtimum steekt nog slechts 8/1000 van de maansmididellijn buiten de schaduw uit; de eclips is dus bijna totaal. Zooals reeds gemeld, gaat de maan tijdens de eclips in het Westen onder, en wel om 0.48 uur (dus nog even voordat het maximum bereikt is), terwijl de zon op hetzelfde mo ment in het Oosten boven de horizon ver schijnt. Hier te lande zal de verduistering dus ge durende anderhalf uur zichtbaar zijn. Op deze wijze beschrijft de maan haar baan door de aardschaduw. De deelstrepen geven voor elk tijdstip de plaats van haar middelpunt aan. De omtrek van de maan schijf is geteekend bij het begin, maximum en einde van de eclips. In vervolg op de mededeeling van 19 October omtrent de verhooging van de overnemingsprijzen voor granen deelt de minister van Econo mische Zaken mede, dat hij heeft be sloten ook den overnemingsprijs voor peulvruchten te verhoogem. Deze prijzen zullen, met terugwerkende kracht voor de reeds overgenomen peulvruch ten, voor gemiddelde kwaliteit geleverd op door den provincialen voedselcommissaris aan te wijzen leveringsplaats, per 100 K.G. zijn Capucijnersa.- blauwpeulen 13.50, b. Wijker 13.50, c. Mansholc of Hala 16.50 waalsche boonen (op basis van 25 pet. piksel) ƒ12, duivenboonen ƒ12, veldboonen 10.25, bruine boonen (en strooboonen) 17 Walchersche ronde boonen 19, witte boonen 20, groene erwten (w.o. kroon-erwten) 10.35, schokkererwten 12.85. De prijzen van groene en schokkererwten gelden voor in September overgenomen par tijen. Deze prijzen worden maandelijks met 0.10 per 100 K.G. /erhoogd tot en met 1 Juni 1940. Voor het eerst wordt dit geacht te zijn geschied op 1 Octoberde prijzen ,voor de maand November zullen derhalve resp. 10.55 en 13.05 per 100 K.G. bedragen. Overnemen van fijne zaden. Aangaande de fijne zaden is besloten, dat de overnemingsprijs voor koolzaad gehand haafd blijft op 15 per 10G K.G. en die voor kanariezaad wordt verhoogd tot 12 per 100 K.G., terwijl karwijzaad blauw maanzaad en mosterdzaad niet zullen worden overgeno men. Omtirent den overnemingsprijs voor lijnzaad zullen nog med-edeelingen worden gedaan. Voor partijen karwijzaad, blauwmaanzaad en mosterdzaad, welke reeds door de provin ciale voedselcommissarissen werden ingeno men, zal een regeling worden getroffen. Te Schoondijke heeft gistermorgen vroeg een drama plaats gehad, dat twee menschen- levens heeft geëischt. Zekere P. heeft daar namelijk zijn vrouw die met haar kinderen van hem gescheiden leefde, zoo ernstig mis handeld, dat zij is gestorven. Daarna heeft de man ook een einde gemaakt aan zijn eigen leven. Sinds eenige dagen vertoeft in ons land een vertegenwoordiger van de Fransche luchtvaartmaatschappij „Air France", de heer Marcel Charrier. Met de K. L. M. voerde de heer Charrier besprekingen, welke voornamelijk ten doel hebben de samenwerking tussohen de Air France en de K. L. M. weer in haar ouden vorm te herstellen. Daarenboven zijn de maatregelen besproken, welke moeten voor afgaan aan de heropening van een luchtver- binding tusschen Nederland en Frankrijk. Dit wil niet zeggen, dat een dergelijke verbinding reeds binnen korten tijd zal wor den gevestigd, doch men is overeengekomen zoodanige voorbereidingen te treffen, dat, ingeval een vergunning wordt verleend, de exploitatie van deze lijn onmiddellijk ter hand kan worden genomen. Van de Air France kan, zooals tijdens de besprekingen wederom bleek, de grootst mogelijke medewerking worden verwacht. De Fransche maatschappij heeft haar be drijf nog in werking weten te houden en op het oogenblik worden weer verschillende belangrijke diensten uitgevoerd. Zoo werkt de luchtverbinding met Algiers normaal, evenals de intercontinentale lijnen naar Zuid-Amerika en het Verre Oosten. In Europa worden diensten uitgevoerd van Pa rijs naar Marseille en naar Londen. De heer Charrier, die gedurende vele ja ren de Air France in Duitschland heeft ver tegenwoordigd, zal voorloopig in Nederland blijven om te zamen met de K. L. M. de belangen van zijn maatschappij te behar tigen. Aan het verslag van de Tweede Kamer over het wetsontwerp tot onder de wapenen blijven van dienstplichtigen is het volgende ontleend: Verscheidene leden hadden met verwon dering gezien dat buitengewone dienstplichti gen onder de wapenen geroepen zijn ten ein de de wegen in behoorlijken staat te houden. Zij meenden dat werkzaamheden van dezen aard beter aan burgers kunnen worden op gedragen en dat dit naar alle waarschijn lijkheid ook goedkooper zou uitkomen. Sommige leden merkten op dat onder de genen die voor de wegentroepen zijn opge roepen zich verscheidene personen bevin den die als ingenieur of bedrijfsleider of 'in een andere verantwoordelijke functie in het maatschappelijk leven werkzaam waren. Daar zij geenerlei militaire opleiding genoten heb ben zij waren immers voor de mobilisatie vrijgesteld van militairen dienst zijn zij als soldaat in dienst gekomen. Het zou voor de hand liggen van deze krachten een doel- matig gebruik te maken door hen op korten termijn voor verantwoordelijke functies, verband houdende met aanleg en onderhoud van wegen, op te leiden. Verscheidene leden stelden verder de vraag, of het noodig is de thans opgeroepe- nen voor onbepaalden tijd in dienst te hou den. Is het niet mogelijk hen na eenigen tijd door anderen te vervangen? Tegen de gevraagde machtiging om deze dienstplichti gen, die over het algemeen in het burger leven een positie hebben, voor onbeperkten tijd onder de wapenen te houden, verklaar den sommige van deze leden voorshands wel bezwaar te hebben. Men meldt ons uit Amsterdam: Een afschuwelijk misdrijf pleegden twee jeugdige Amsterdammers op 20 Januari j.l. Zij drongen de woning van ae alleenwonende weduwe Storck aan de Lindengracht binnen, knevelden haar, duwden een prop in haar mond, doorzochten de woning en maakten zich met een belangrijk bedrag uif de voeten. Den volgenden middag werd de vrouw door r.aar dochter, die haar kwam bezoeken, dood op haar bed gevonden. Het bleek dat de hoogbejaarde weduwe door verstikking om het leven was gekomen. Reeds dienzelfden dag bevonden de daders zich in handen der politie het waren de 19-jarige Frans E., kleinzoor van net slacht offer, en diens 25-jarige vriend Leendert K. Binnen een etmaal legde het tweeta' een uekentenis af, zij het ook, dat die bekente nis verre van volledig was. Zij gaven toe, ciat zij de vrouw, tot wier woning de klein zoon gemakkelijk toegang had, hadden over vallen en gebonden. Nooit zouden zij echter de bedoeling hebben gehad om de oude .'rouw te dooden. Roof was de drijfveei ge weest. De rechtbank veroordeelde den kleinzoon van de gedoode vrouw, Frans E. tot. een ge vangenisstraf van vijftien jaar en zijn vriend Leendert werd tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld. Donderdag behandelde hef gerechtshof de strafzaak tegen de twee verdachten in hoo- ger beroep. Zij hielden vol, dat het niet de bedoeling was de vrouw te dooden De deskundige dr. J. Th. C. A. Leusden, bevestigde de conclusie var, dr. Hulst met nadruk: de oude vrouw is door verstikking gestorven. Deze handhaafde zijn meening ook 'cgenover den voor de rechtbank opgetreden tegen-deskundige dr. Stolte die meent, dat ■ie dood van het slachtoffer aan hartverlam ming is te wijten. Een langdurig debat over de doodsoorzaak volgde nog tusschen den verdediger mr. van Everdingen en dr. Laasden. die op zijn ituk bleef staan. De volgende getuige was commissaris W. H Schreuder, chef van hei bureau Raam poort, die met zijn mannen dit misdrijf bin- ren een etmaal tot oplossing had gebracht. Nadat een buurman nog verklaringen over het vinden van het lijk had afgelegd, onder wierp de president de verdachten aan een litvoerig verhoor. Beide jongemannen bleven er bij, dat zij rooit de bedoeling nebben gehad om de rouw te dooden. En ik rekende er op, zeide Leendert, dat Frans mij niet zou verraden. De procureur-generaal mr J. Versteeg zeide in zijn requisitoir, dat een afschuwe lijk misdrijf als dit, groote onrust wekt. Een onrust, die pas weer verdwijnt als de daders gegrepen zijn. Zeer gelukkig is het dan ook, dat men hen dank zij de activiteit van agent Oort en rechercheur- Koch binnen enkele uren kon arresteeren De groote opmerk zaamheid van getuige Oort was aanleiding, dat direct de verdenking op den klpinzoon viel, een verdenking, die ?nen andei s niet zoo snel zou hebben gekoesterd. Door de politie is onder leiding van commissaris Schreuder knap en snel gewerkt, waarvoor wij bewondering mogen hebben. In algemeene trekken ging het G. M. ver volgens na, hoe het misdrijl ls gep.leegd. In de jongste Radio-rede van minister Steenberghe kwam o.a. de passage voor „Niet de mensch, maar God regeert deze we reld. Laten wij, gesterkt door dit geloof, de toekomst vol vertrouwen tegemoet gaan." Was het nu bepaald noodig, dat deze uiting van Godsvertrouwen, die toch werkelijk niet al te veel plaats innam, werd geschrapt in het verslag dezer rede o.a. in de Telegraaf en de N. Rott. Crt. Of heeft de menschheid zelfs in dezen tijd de hulp van God en het vertrouwen in Hem niet noodig en moet een regeerder, die aan dergelijke zoo gerechtvaardigde gevoelens op uiterst sobere wijze en volkomen in den geest van de overgroote meerderheid van ons volk uiting geeft, op zoo kleine wijze door de „groote" pers worden gecorrigeerd Wij zullen onzen regeerders dankbaar blij ven, als zij hoofd en hart van ons volk in bange tijden weten te heffen hoog boven de zorgen des dagelijkschen levens tot Hem, in Wiens Vaderhand wij veilig zijn. Op formeele gronden eischte spr vernie tiging van het vonnis. Sprekende over de strafmaat wees mr. Ver steeg op het weerzinwekkende van dit mis drijf. Opnieuw rechtdoende eischte spr. we gens doodslag, gevolgd door diefstal en ge pleegd om dit laatste misdrijf te vergemak kelijken tegen den kleinzoon twaalf jaar ge vangenisstraf en tegen Leendert K. negen iaar gevangenisstraf. De verdediger van Frans E.. mr. M S. Schorlesheim drong met klem op de uiterste clementie aan. Ook de verdediger van Leendert. mr W. van Everdingen drong met klem op clemen tie aan. Het Hof zal 9 November arrest wijze»». Waar op heden in Nederland vrijwel alge meen ter voorbereiding van de petroleum- distributie distributiekaarten zijn uitgereikt aan verbruikers van petroleum, uitsluitend voor huishoudelijk verbruik, zal thans de tweede stap ter voorbereiding van de dis tributie van petroleum plaats vinden. Thans zullen allen, die petroleum noodig hebben voor andere doeleinden dan in het huishouden voor verwarming, verlichting en koken, zich daarvoor kunnen aanmelden bij het Rijksbureau voor aardolieproducten. Daartoe zijn van heden af bij alle distri butiekantoren in Nederland verkrijgbaar aanvraagformulieren voor petroleum voor industrieele doeleinden. Deze formulieren dienen geheel ingevuld rechtstreeks te worden gezonden aan het Rijksbureau voor aardolieproducten (sectie 3 petroleum), Zeestraat 100—104, te 's-Gra- venhage. Ten overvloede zij nog opgemerkt, dat de distributie van petroleum nog niet wordt in gevoerd. Alle maatregelen, die op het oogen blik zijn of worden genomen, dienen uitslui tend om, wanneer t.z.t. de distributie van petroleum ingevoerd zal moeten worden, een vlotten gang van zaken zooveel mogelijk te waarborgen. Na 'n korte ongesteldheid is gisteren in 't St. Anthonius-ziekenhuis te Utrecht overle den Mère Ignace (in de wereld mej. D. A. H. M. Terwindt) rectrice van het St. Angela gymnasium der eerw. zusters Ursulinen te Venray De begrafenis heeft plaats op Maandag 30 October om tien uur in het klooster Jeru salem te Venray. steedrSt win*er deed zijn intrede en nog was te WaS de oorl°S aan den gan2- Ja, het weken Zl6n' dat dit sPelletie niet in een Paar waren no°°rb^ kon ziin' Want de krachten ten streed 0iet verbruikt en aan heide kan- ovehrtuiging"1®" heldhaftig, ieder met de was dat „het reóht" aan zijn zijde Lois, onze foren„„ jront-iQlc.il, ht, ,"v'"cher' w" "'!s verdedigingslinie '"Jde hooren sissen ar hy leefde nQg gn wa£. gezond. De rijen va" Ware" echter gedund en vele den waren licht of zwaar gewond weggevoerd. 0ok had Lois reeds menig houten ruis getimmerd voor een ouden vriend van zijn Haiserjager-com- pagnie en het in den grond gep]ant ergens op een eenzaam plekje in een vreemd land. Het was voor hem een groot verlies, toen hij zijn kameraad Rupert moest missen, die gelukkig wel niet gedood werd maar wiens dijbeen dermate door een koge werd ver splinterd, dat hij niet meer aan den strijd deel kon nemen. Lois nam met een krachti ge^ handdruk afscheid van een vriend, met wien hij zooveel had meegemaakt. Zoowel in prettige als in sombere uren hadden zij elkaar geholpen en elkaar het leven dragelijk gemaakt. Lois gunde het zijn vriend overigens van harte, dat hij door deze verwonding het oor- logstooneel vaarwel kon zeggen en hij was bijna jaloersch, want tenslotte bracht zoo'n schot door het dijbeen geen nadeelen voor het verdere leven mee. Het was echter niet alleen voor hem persoonlijk, maar ook voor de heele sectie een groot gemis, nu Rupert er niet meer was, want hij was een sergeant, die in alle situaties, hoe duister vaak ook, steeds een uitweg wist te vinden. De groote zilveren medaille bengelde dan ook op zijn borst, toen men hem weg voerde. Het compagnie-commando benoemde den forellenvisscher tot zijn opvolger en zoo droeg Lois als oudste onderofficier de verantwoor delijkheid voor zijn sectie. Het gemis van zijn veldkameraad en de hem opgelegde moeilijke taak hadden op hem diepe uitwerking. Dagen lang sprak hij alleen het strikt noodige en zelf voelde hij, dat ér iets in hem veranderd was Het kleine plukje kameraden, rond hem, trachtte hem met onverwoestbaren humor weer op dreef te brengen. Het lukte maar ten deele. Stipt vervulde hij zijn plichten en niet minder dan zijn voorganger streed hij voor zijn makkers. Aflossing. Maanden achter elkaar hadden de Kaiser- jager aan he front gestaan, altijd op plaat sen, waar het er op aan kwam en waar de hevigste gevechten werden geleverd. Niet alleen de vijandelijke kogels, maar ook ziek ten als typhus, roer e.a. hadden hun rijen dun gemaakt, maar nu kwam er een tijd, dat ze afgelost werden door een Alpenregiment uit Stiermarken en zij voor een klein poosje te- ruggingen in de étappe om weer op verhaal ie komen. Voor iederen oudstrijder roept de naam Uallicië heel wat onprettige herinneringen °P- Buiten de hevige gevechten die hier P aats vonden en alle andere ellende, welke aar bij kwam. was er nog iets anders, schier onverdrageiijks, waaronder de frontsoldaten A„A6 dagen gebukt gingen. Dat was het ier e, waardoor zij werden overvallen en waarop kogels, of granaten niet de minste uitwerking hadden Een geniepige vijand. Het waren de luizen, die in massa in de kleeren der soldaten drongen en hun leven van ontberingen nog onverdragelijker maak ten. Overdag, wanneer de kanonnen bulder den en de machinegeweren ratelden, was de ze afschuwelijke indringer rustig, maar 's-nachts, als er een rustpooze in den strijd gekomen was en de manschappen en officie ren onder hun velddekens wat wilden sla pen, ontwaakte de geniepige vijand en ont roofde den vermoeiden mannen de zoo wel verdiende en noodige rust. Enkele dagen, nadat de Stiermarkers de Kaiser jager hadden afgelost, lag Lois met zijn mannen in een klein plaatsje in de Wald- karpathen, waar een zijrivier van den San, een klein snel stroomend bergbeekje zijn bedding door de bosschen had uitgegraven. Zij genoten hier van de rust, die hen na de sloopende oorlogsmaanden van 1914 goed deed. Zij hadden hun intrek kunnen nemen in houten barakken, die landstormmannen voor hen en anderen provisorisch in elkaar hadden gezet. Al was het niet anders dan een onge zellige ruimte van planken, zij waren er toch zeer tevreden mee, want zij waren nu tenminste tijdelijk aan levensgevaar ont trokken en hadden sinds vele maanden ein delijk weer eens een dak boven het hoofd. Terstond werd een verwoede aanval op het ongedierte gedaan, dat zoo goed het ging in het houtvuur werd vernietigd. In enkele dagen had iedere jager zijn slaap plaats geriefelijk ingericht. Sommigen van hen speelden het zelfs klaar ergens stroozak- ken vandaan te halen. Het was werkelijk opmerkelijk, hoe scherpzinnig de menscheljj- ke speurzin werkt bij het verkrijgen van hetgeen een mensch absoluut noodig meent te hebben. De KaiserjSger begonnen zich reeds thuis te voelen en sommigen hadden al vriendschap gesloten met de bevolking van het armzalig gehucht. Zij konden de menschen wel niet verstaan, maar zij wisten toch wel het een en ander los te krijgen aan spijs of drank, hetgeen geen overdaad was, want tengevolge van de slechte verbindingswegen was er een alles behalve regelmatige proviandeering. Hun luitenant. Er was nu veel vrije tijd, want zij hadden een verstandigen luitenant, die aan het front op vriendschappelijke wijze maar toch met autoriteit met onderofficieren en manschap pen wist om te gaan en wel heel anders dan zij het van hem in de Klosterkaserne te Inns bruck gewend waren. Hij gelastte geen oefe ningen, maar hij werkte met Lois samen om een volmaakt saamhoorigheidsbesef en een echten geest van kameraadschap bij de man nen aan te kweeken. Ook in hem had de oorlog heel wat veranderd. Hij keek niet meer zooveel in den spiegel, maar des te meer naar het wel en wee van zijn Kaiser- jager uit de Alpendalen, die hij had leeren kennen en waardeeren in dagen van hevigen strijd. Reebout en forellen. Op een dag gingen Lois en nog anderen uit zijn sectie in de dicht met bosch begroeide heuvels op verkenning uit. Onder hen be vond zich ook Franz, die thuis reeds een maal wegens strooperij „gezeten" had. Het proviandtransport was gisteren weer uitge bleven en Franz nam voor „securiteit" op deze inspectie zijn „spuit" mee. Hij stak een dozijn scherpe patronen in zijn zak. Franz had het geweer op de bekende wild- di erijmanier onder zijn jas verborgen en al gauw bespeurden zijn jagersoogen, dat hier wel het een en ander voor de sectie te halen was. Hij gaf aanwijzingen aan zijn kamera den en het duurde niet lang, of zijn geweer knalde en een goede reebok viel neer. Met zijn scherp geslepen bajonet verricht te hij net als thuis aan den gletscherrand vakkundig het werk, dat nu te doen stond. Ieder van de mannen kreeg een stuk om te dragen en zoo keerden zij met de verbor- gén buit welgemoed terug naar de sectie. Op den terugweg kwamen zij langs een beek. Het was in den tijd van. de jaarlijksche forellen-bruiloft. Lois onze forellenvis- scher bleef bij een schoone kiezelbank plot seling staan, keek scherp in het water en met zijn getrainde oogen zag hij forellen groot en klein bij elkaar. Hij maakte zijn kameraden op dit prachtige natuur-tafereel opmerkzaam en onwillekeurig gingen zijn gedachten naar het mooie Alpendal, waar de Trutta's en de Forelio's ter bruiloft waren gegaan.... Wie zou daar nu met beschermd oog over hen wakennu hij front-soldaat was. Franz keek even om zich héén. Niemand der burgerbevolking was te zienHij greep het geweer en wilde op een der mooie Franz de „W ildscfyiitz" thuis in 't Alpendal met zijn buit, een reebok. forellen in het ondiepe water een schot los senmaar Lois de forelienvisscher rukte het hem uit zijn handen en zeide berispend: „Het zijn broedende beek-forellen en ik wil niet, dat een van hen gedood wordt. Ook verwacht ik, dat jullie zwijgen over hetgeen zich hier afspeelt." Zijn autoriteit was groot genoeg om zijn woord wet te doen zijn en er gebeurde met de forellen niets.... „Mijn en dijn". De reebok ging niet naar de veldkeuken, maar Franz wist wel aan een pan te komen en in de barak bereidde hij zelf 'n heerlijke reebout voor de klein-geworden Kaiserjager- sectie. Een extra goed stukje werd afgesne den en een van de mannen bracht het in een menageschaal aan den luitenant. Deze was zichtbaar verheugd over dit aardig blijk van oprechte kameraadschappelijkheid. Hij keek naar den lekkeren bout en toen naar den brenger met een „weet-van-niets gezicht". Even daarna dacht hij aan den dapperen Kaiserjager-scherpschutter, den wilddief van zijn frontsoldaten-sectie. De luitenant watertandde bijna, maar 't feit, dat hier geen rekening gehouden was met „mijn en dijn", was 'n reden, dat hij voor de trac- tatie bedankte.en de reebout ging terug naar de sectie. De luitenant sprak daar verder geen woord over, maar de afwijzing van de tractatie was sen tactische terechtwijzing op het verschil tusschen „mijn en dijn" ook in oorlogstijd. Het gebeurde ook niet meer.... In het hoogdal Ook in de hoogdalbeek was forellen-brui loft en ook in den gruwzamen oorlogstijd waren de forellen weer samen gekomen op de schoon gewasschen kiezelbank in het kleine zijriviertje. Den welgestelden boer Jörg was bekend, dat de beschermer van de forellen, Lols, als frontsoldaat in het veld was. Hij zelf had het gedaan gekregen, dat hij in verband met zijn grooten veestapel thuis mocht blijven. Hij leed dus geen gebrek en deed buitendien nog goede zaken. Niettegenstaande dit alles nam hij een grooten graskorf en stelde deze zoodanig in het kleine broedbeekje op, dat het beekje geheel werd afgesloten. Vervolgens dreef hij met stokslagen de mooie broedforellen in de mand, die op deze wijze zijn slachtoffer werden. Een afschuwelijke daad volgens het begrip van een forelienvisscher. Natuurlijk bleef deze wandaad geen ge heim en al spoedig hoorde ook Anna, de jonge moeder, ervan. Maar in den brief, dien zij aan Lois schreef, berichtte zij wel, dat zij er een tweede zoontje bij gekregen hadden en dat alles goed ging, maar vaa Jörg, den forellendief, schreef zij niets. J. B. L.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1939 | | pagina 1