TWAALF NIEUWE
MISSIE-BISSCHOPPEN
door Z. tl. Paus Pius XIl ge
DE BISSCHOPSWIJDING
TE ROME.
Indrukwekkende plechtigheid in de
St. Pieter.
Eén Nederlander, vier Inlanders en
„Afrikanen voor de Afrikanen"
XII vandaag:
VLOEKEN én SLECHTE TAAL
ZIJN BACILLENDRAGERS
BESTRIJDT ZE
MAANDAG 30 OCTOBER 1939,
Ei de Sint Pieter wijdt Plus
Mêr. KIWANUKA,
aV°stol. vicaris van Masaka (Oeganda);
Mér. RAMAROSANDRATANA,
VaT Miarinarivo (Madagascar);
Mgr. COLBERT,
Van Port-Elisabeth (K. de Goede Hoop);
Mgr. O'SHEA,
Van Heijs (Korea), v
Mgr. KURZ.
van Kokslad (Natal); f
Mgr. MORLION,
van Baudouinville (Belg. Congo).
Mgr TIEN,
van Yanku (China);
Mgr. AGNISWANI,
van Kottar (Br. Indië);
Mgr. LARREGAIN,
van Yunnanju (China);
Mgr. laravoire-morrow,
van Krishnagar (Br. Indië);
Mgr. CIALEO,
van Muitan (Br. Indië);
Mgr. MEKKELHOLT,
van Palembang (N. Indië).
M
1 WAALF nieuwe bisschoppen
voor Christus Koning. Op
Zijn feestdag. In de St. Pie-
jter te Rome la gen ze gis
teren neer aan de voeten
Van Pius XII, Zijn Plaatsbekleeder, orn
door Hem verheven en verrijkt te wer
den met de volheid van het Priester-
Schap.
zijn KertPrt!Cht katholiek de gevoeienS
ot de zijne maakt.
ff
HOMILIE VAN DEN
H. VADER.
BOND ZONDER NAAM.
MOEILIJKE REIZEN NAAR
ROME.
door C. VAN DIJK, pr.
TWAALF missie- bisschoppen voor
het koninklijk leger, dat strijdt voor
uitbreiding van het Rijk der genade,
dat niet van deze wereld is.
Straks zullen ze gewijd uittrekken, zooals
eens de twaalf apostelen; uittrekken in
twaalf richtingen om met de vele anderen
getuigen te zijn voor Christus tot aan de
uiteinden der aarde. Als generaals zullen ze
zich, ieder in een eigen land, aan het hoofd
stellen van dat bewonderenswaardig leger
der christelijke charitas, dat uit bovenna
tuurlijke liefde nieuwe burgers winnen wil
niet voor hun aardsch maar voor het
fcemelsch vaderland.
Verblijdend is dit feit; het zette de zon uit
over dit Christus-Koningfeest; 't verheugde
Christus en Zijn..Kerk.
In deze benarde tijden, benard ook voor
6 Kerlr, mogen wè troostend teruggrijpen
uaar het woord van Bossuet „Rome n' est pas
epuisée dans sa vieilesse et sa voix n' est
Pas éteinte. Rome is niet uitgeput in zijn
ouderdom en zijn stem is niet weggestorven".
Na 19 eeuwen nog staat de Kerk onder
Cu'tuurvolken vitaal te midden van
Rustige en volle bedreigingen; weert ze rus-
'S onrustbarende vervolgingen af en toont
'n zware aanvallen haar jonge veerkracht.
Eeuwenoud roept ze met frissche, vér-hoor-
f*are stem tot de natuur-volken, om met de
Büjde Boodschap de bron van christelijke
cUltuur te aanvaarden. Natuur en bovenna
tuur ontsluiert ze, om in beider wereld de
slavernij op zij te zetten en alle menschen
Van goeden wi] als gelijke Godskinderen te
Plaatsen aan de ééne Tafel waar met Chris
es de vrede wordt geschonken die ons bindt
n eenheid van naastenliefde om God.
wSLKerk is Jong en sterk en onver-
heeftar als goddelijke. Hoe dikwijls
Emii ^en haar een graf gedolven, schreef
men t iedler' en het Sraf hleef leeg, totdat
p bem er in neerliet, die het groef.
kralf.n2eer als de Kerk miss'oneerend vitale
vitaiii-!erraadt- wordt °/ngekeerd ook haar
Nieuw verhoogd door het missie-resultaat.
leven V bieden ontvangen het genjjde.
dom ;,ileUwe kerken verrijzen met den rijk-
nade te Sacramenten om dat leven der ge-
Uiterliik Voeden en versterken. Innerlijk en
VersV;Jrt gr°eit het mystieke lichaam in een
"Bt*« nleuw'
gil! dit Hcht bracht de bisschopswijding van
die ai'1 bijz°ndere verheugenis aan ieder,
Verheugend
Masaka en Mial- bet feit' dat gebieden
standige vicariaten*'^ rechtstreeks als zelf-
scheiden, omdat het ril°nden worden a£g(\
van het geestelijk ieven °ntwikkeling bewijst
riaat; verheugend ook, bet moeder-vica-
ons Benkoelen dien graad van Prefectyfren a
en die maat van kerkelijke 0ref ke.Uik. le^en
reikten, waardoor verheffing be"
k°n volgen; verheugend vooral is vicariaat
vie|r wijdmoen van gisteren, hetwelk Tan
Sph vicariaten inheemsche öiSScn
chenkt, die door bun land- en ras- en kleur
ëenooten zullen volgd worden „ais leerar*n
I. |°d<Jelijke wet en als elders op den WeR
sheiv- (BenH XV) Krachtiger bewij*
is nil°0r de vitaliteit en jeugd der K-rk
encvcLiei?108611^' want zegt Benedictus
worden k "daar mag met recht gesproker,
en van een een welgeslaagden missie-arbPio
Nog met V°crtreffe'ijk gestichte Kerk
tigt de bissch" hiizonder accent beves
taiiteit der t<°pSw'jd'nS van gisteren de vi-
hoofdstuk in heïl t'1' "ieuw
begon te schriL k' dat P1us X1 met dader
reeds den titel en waaraan Benedictus
gestichte Kerk" 831 Van: "Een voortreffelijk
>.Sinensibus SinB„ r,„-
Chinen/^r, i» cuses. Chrneezen voor dt
Jet eerste hoofTt^'i T ^venschrift van
het j u Het werd ontleend aat
de eei-^i "L' der herinneringsmedaille *ai
„aan deou- "g' Waardoor in 1926 Plu* Xj
Schonk m Ineezen Ghineesche Bisschoppen
*^aPan e 'LUWe hoofdstukken volgden over
err n .„nuam, over Ceylon, Britsch-Indié
daar opie' Ze leerden ons, hoe Pius XI ook
Kerkwl relde beeft gebracht van eigen
°hS jaai.S tn' En ihans, op 29 October van
„AFRICANIS AFRICANI"
willen wij varieeren. Pius XII zalfde voor
het eerst twee zwarte Bisschoppen voor het
zwarte Afrika. Afrikanen voor de Afrikanen!
Mgr. dr. Joseph Kiwanuka, een Bantoe
neger. de zwarte Witte pater, zal de leiding
nemen in Oeganda over het nieuw-gevormde
vicariaat van Masaka; mgr. Ignat. Ramaro-
sandratana neemt op Madagascar de zorg op
zich over Miarinarivo, dat als zelfstandig
vicariaat werd afgestaan door mgr. Foncar-
dier van Tananarive.
„Met bijzondere genegenheid" had zich
reeds Pius XII in de eerste uren van Zijn
Pontificaat gericht „tot hen, die in de Mis
siën arbeiden voor de verspreiding van het
Rijk van Christus". In April j.l. beloofde Hij
den generalen staf der Pauselijke Genoot
schappen in audiëntie: „Wij zullen ons geen
moeite besparen om den roem van den ka
tholieken godsdienst ook te laten uitstralen
over de verre volkeren, en te zorgen, dat het
Kruis, de bron van heil en leven, Zijn scha
duw uitstrekke over de meest afgelegen dee-
len van de wereld". En verwonderen deed het
niet, dat Hij, die aan de voeten van Pius XI
getuige was geweest van Diens voorliefde en
zorg voor den inlandschen clerus, dat Hij in
diezelfde rede het „van gebiedend belang"
zeide te beschouwen „de Kerk in alle landen
te vestigen en haar in ieder land een inland
schen clerus te verschaffen".
Zijn eerste daad is grootsch geworden: vier
inlandsche bisschoppen; grootsch vooral en
veelbelovend voor de Kerk in Afrika. Voor
waarts ging de Paus op den weg, dien Pius
XI nu 13 jaren geleden betrad, niet alsof die
nooit nog was betreden, maar in het bewust
zijn daarmee aan het eind van moeilijke
missie-eeuwen opnieuw den weg te volgen
van Christus en de Apostelen.
Met Christus en voor Christus werkt de
Kerk voort; jong en krachtig door Zijn hulp.
die tot het eind der tijden werd beloofd
Geen uitputting van Rome. Pius XI beves
tigde in 1926 Bossuet's woord met het Zijne.
Het was in Zijn toespraak na de groote wij
ding. Rome roemde Hij als de stad „ubi ma-
nat fons totius apostolatus". Een apostolaats-
bron. die vloeien blijft. En Zijn daden bewe
zen wel de kracht der Immer-vloeiende bron
van missie-apostolaat. Pius XII stuwt voort.
Onder leiding van zulke missie-Pausen bouwt
de Kerk zich uit in alle richtingen. Haar
pelgrimstocht over de aarde gaat zegenrijk
voort „pour y recueillir les enfants de Dieu
et rassembler tes élus dispersés aux quatre
vents" (Bossuet Lofrede op Thomas Becket).
Te Kampala ligt het graf der martelaren
van Oeganda, Bloed, dat christenzaad gewor
den is in Afrikaanschen bodem. Om Kampala
zegene God'nu ook het werk der Afrikaan-
sche bisschoppen. Ook hun getal moge groeien
zooals dat der Chineezen groeide.
De tijdsomstandigheden vragen dringend
om dien zegen. Een beslissend tijdperk toch
der Afrikaansche kerkgeschiedenis zijn wij
ingegaan. Kardinaal Hinsley als oud-aposto
lisch delegaat gaf het aan: „Afrika moet bin
nen 50 jaren katholiek zijn; anders zal het
terugkeeren tot zijn heidendom en feti
ch isme".
De seinen staan gelukkig veilig. De ver
achting is gewekt en blijkt gewettigd, dat
midden-Afrika zich in de kracht van God's
genade ontwikkelen zal tot een hecht katho
liek centrum tusschen het nog mohamme-
daansche Noorden en het protestantsche
Zuiden.
De generaal der paters Assumptionisten ge
tuigde na zijn visitatiereis door de missiën
I van midden-Afrika dat men bij den aanblik
van dien machtigen stroom van genade door
geheei he zwarte Afrikaansche volk onwil
lekeurig he woord „wonder" op de lippen
oranden voei - Zijn indrukken legde hij neer
in een boek. dat hij den titel gaf van ,Het
wonder der zwarte kerken".
Twee )aren 8eleden verklaarde Pius XI
deze wonderbare vangst der menschenvis-
schers te mogen verwachten. „Ik zeg u
Af-ika's uur heeft geslagen' Waarheid bleek
woord, dat ,,de zon Van genade die
beurtelings de verschi en edeelen der aar-
ie bestrijdt op dit oogenblik boven Afrika
schijnt". Drie-vijfde van alle bekeerlinaer
"ier wereldmissie tellen wij in Afrika, even
zeer als dal twee-derde deel van alle doooe
lingen ter opneming dringt voor de kerk.
leuren van Afrika. Sterk slinkt in Oegand;
1€t getal der heidenen: m den Belgischen
Congo verwacht de apostolische delegaat
mgr. Dellepiane, na 20 of 30 jaren geen en
kelen heiden meer te zullen atreffen, terwijl
reeds witter dan wit de oogst is in Roeanda-
Urundi. waar de Witte paters drie nie-iwe
cibories noodig hadden, eik voor 20.000 H
Hosties, om op de feestdagen het Brood der
H. Tafel te kunnerf reiken aan ai de zwar
ten, wier blanke zielen er om vragen.
Zelfs in de zware missie van Kisumu der
Aenya colony is het wonder der genade zich
aan het voltrekken Op 13 October ontving
k een brief van mgr. Stam, waarin hij
schreef: ,,Het' jaarlijksch verslag naar Rome
meldt dit jaar 16.780 Doopsels. Het aantal
gedoopte katholieken, nog in leven, is nu
94.258; dat der Doopleerlingen 39.855. Een
wonderbare geschiedenis, wanneer ik terug
denk aan het begin van 1900". De zwaarbe
proefde bisschop toont dan, hoe in de eerste
16 vruchtelooze jaren „de duivel die al die
eeuwen alleenheerscher was geweest, al zijn
macht deed gelden om ons werk te vernie
tigen". En thans in 1939 na het lijden van
lang schijnbaar vruchteloos zwoegen het ver
blijden der wijding op 26 Juli van den eer
sten zwarten sub-diaken en de vreugde van
twee zwarte zusters, die op Mariadag van
15 Augustus het kloosterkleed ontvingen.
Wij voelen met hem mee, als mgr. zijn brief
besluit: „Wanneer ik nu terugdenk aan al
die ellende van vroeger jaren, gaat mijn hart
in jubelkreten tot God op.... God's wegen
zijn wonderbaar. Waarom waren wij in die
eerste jaren bang, toen ons scheepje op het
punt stond van te vergaan? God was immers
altijd bij ons".
„Zwart ben ik, maar schoon", legde Sint
Augustinus (Serm. 200) de jonge Kerk in
den mond, zooals ze groeide onder de hei
denen. Zwart en schoon? vroeg hij. „Zwart
door de natuur, schoon door de genade".
Zwart, zeggen wij en wij plaatsen dan voor
u de jonge kerk van Afrika, zwart in haar
natuurlijke kleur, maar schoon door de ge
nade, die thans onder leiding ook van eigen
bisschoppen een glanzende toekomst belooft.
Zeven miliioen ruim van de 150 millioen
Afrikanen buigen in onze dagen als teeken
van hun oprecht geloof de knie voor het Ta
bernakel, terwijl er meer dan twee millioen
als doopleerlingen het uur van hun H. Doop
sel verbeiden. Een „kleine kudde"! Ongetwij
feld, maar de mogelijkheden blijken groot en
veel. In 150 apostolische vicariaten en pre
fecturen reeds in het kerkelijk gebied van
Afrika ingedeeld; 4939 missionarissen werpen
op dit tijdstip, samen met de 466 inlandsche
priesters, hun netten in Afrika uit in den
naam van Christus, Die op den oever toe
ziet, aanmoedigend en zegenend. En hoopvol
vooral stemt het wassend getal van priester
roepingen. Ongeveer 4000 jongens bereiden
zich voor op de 74 klein-, en 800 op de 27
groot-seminaria, om na degelijke vorming
straks onder hun stam- en kleurgenooten te
staan naast de 466 reeds gewijden, om het
zielenwerk te doen van zuivering en verhef
fing tot de volle schoonheid van het Kind
schap Gods. Tweehonderd zwarten uit het
Noorden zullen straks een plaats kunnen
vinden in Nigeria, waar Rome in dit jubel
jaar van S. P. L. een ruim regionaal semi
narie ontwierp, dat herinneren moet aan het
werk en de offers van Jeanne Bigard en hare
moeder. Een zwarte ook in het Noorden werd
einde Mei verheven, om als apostolisch pre
fect het bestuur te voeren over Ziguinohor.
dat Pius XII dit jaar als tweede prefectuur
heeft afgescheiden in het offers-vergende
vicariaat van Dakar (Senegal).
Het gebed der Kerk verkrijge, dat in Hem
ook het Noorden spoedig zijn eersten zwar
ten bisschop bezitte, opdat in het mohamme-
daansche Noorden door een eigen clerus de
halve maan ga wijken voor Christus' genade
zon.
De toon voor wat wij bij dit wijfeest schre
ven was afgestemd op dien van den Sint Pie-
ter-in-feesttooi. Er mócht een feestklank
klinken: 12 nieuwe missie-bisschoppen, vier
Mgr. Joseph Kiwanuka.
Hefboom Actie October 1939
EN ALLE XONG ZAL GOD VERHEERLIJKEN
Rom: XJV. 11
inlandsche monseigneurs, twee zwarte kerk
vorsten als eerste voor de jonge, vitale Kerk
in Afrika. Symptomen, die den oprechten
katholiek verblijden als licht en lucht en
leven voor zijn Kerk.
Is er geen keerzijde? Zeker. Wij willen ons
niet verblinden in dat licht, maar houden
de oogen open voor de volle werkelijkheid
van het missiewerk-probleem. Ontstellend
vinden we het dan, dat ons jaarlijksch ac
cres met 4 millioen katholieken slechts het
vierde deel bedraagt van het jaarlijksche ge
boorte-overschot van 20 millioen zielen, zoo
dat. 16 millioen per jaar buiten de Kerk
van Christus blijven; betreurenswaardig vin
den we het, dat in sommige districten ook
in Afrika honderdduizenden kloppen
moeten aan de deur, zonder dat de bisschop
openen kan. wijl voldoende middelen hem
ontbreken voor den bouw van nieuwe ker
ken en scholen; droevig noemen we ook den
toestand daar, waar gebrek aan menschen-
materiaal van ai te veel van onze missionaris
sen, vooral in zwaar klimaat, het offer eischen
blijft van gezondheid of van leven.
Niemand blijft er ongevoelig voor, maar
optimisme past nu eenmaal iederen ka
tholiek. en een dag als dit feest van Chris
tus-Koning is wel in staat om ons te sterken
in verwachtingen, welke we voor de kerk
bouwden op de belofte van Christus onver-
broken samenzijn. Verre van voorwendsel
te zijn voor een afzijdig-blijven, dient dit
optimisme tot aanleiding om blijmoedig ons
te vernieuwen in het bewustzijn van den
plicht, om met daden onze belangstelling i/oor
het missie-werk der Kerk te toonen, opdat
er het jaarlijksch gemiddelde van nieuwe
katholieken, dat sinds 1929 reeds tot 68] 000
steeg, na 1939 opnieuw moge stijgen.
Wij erkennen met p. Ledrus S. J., dat wij
de kerk binnentraden om onze ziel te redden,
maar dat wij erin leven voor het universeele
Rijk van Christus. Hetgeen mgr Paulisen aan
de Goudkust van Afrika op 20 Juli schreef,
geldt voor ons in het vaderland ten opzichte
voor alle missiefronten' „De soldaten van het
ééne missiefront zijn niet onverschillig om
trent hetgeen aan het andere gebeurt, en
wanneer hun eigen pogingen niet met het
gewenschte succes bekroond worden, is het
hun een troost te vernemen, dat de kennis
en de liefde van O. L. Heer zich toch uit
breiden op andere kanten of in andere ge
westen".
Inderdaad heeft de missie-actie van de
laatste 20 jaren dat universeele medeleven
met de missies opgewekt. Gebannen is de
meening, dat missioneering bij uitsluiting de
taak zou zijn der missionarisen, waarmee
desnoods van onzen kant bewondering ge
paard kon gaan voor heldenmoed en offer
zin, zonder overigens zelf de hand tot steun
te reiken. Onze geest is beter georiënteerd
geraakt op het terrein, waar het uitgebreide
leger van 250.000 mannen en vrouwen strijdt
en lijdt, en in gesloten gelid opereert en
manouvreert om wille van Hem, die van
Zijn kruis af dorstend wees naar de velden
Zijner liefde De overtuiging heeft postge
vat, dat het Missie-werk der missionarissen
in zijn diepste wezen de voortzetting is van
het werk der Verlossing, dat Christus als
eerstgezondene des Vaders was begonnen: dat
dit missie-werk een wezenlijk deel is van
de taak de Kerk zoodat zij bij het staken
Gelukkig de landen, die niet weigeren,
openlijk eer te brengen aan
Christus Koning".
VATICAANSCHE STAAT, 29
October. (Van onzen cor
respondent). Op het feest van
Christus Koning hebben vandaag
in de basiliek van St. Pieter twaalf
nieuwe bisschoppen uit alle hoe
ken der aarde, onder wie vier in
landers uit Oeganda, Madagascar,
Indië en China, uit de handen van
den H. Vader zelf de volheid van
het priesterschap mogen ontvan
gen.
Het was de eerste maal. dat Z.
H. Paus Pius XII zulk 'n plechtig
heid verrichtte en de menigte,
welke de basiliek vulde, was dan
ook buitengewoon groot.
Onder de aanwezigen bevonden zich ver
tegenwoordigers van alle missie-colleges in
Roime, de leden van het H. College van kar
dinalen, van het bij den H. Stoel geaccredi
teerde diplomatieke corps, vele kerkelijke
hoogwaardigheidsbekleeders en bloedverwan
ten van de nieuwe bisschoppen.
In de St. Pieter waren voor deze plechtig
heid slechts weinig bijzondere maatregelen
getroffen, welke hoofdzakelijk beperkt waren
gebleven tot de oprichting van een enkele
tribunes voor de riplomaten. Verder waren
banken geplaatst in het middenschip der ba
siliek.
van dit werk ook ophouden zou de Kerk van
Christus te zijn. Doorgedrongen ook is de
eenig-juiste meening, dat wij, die de missio
narisen vertrekken lieten, zelf achterblijven
met een eigen roeping in de Kerk; dat de
missie-actie van ons, katholieken, een deel
nemen is aan die missietaak, even noodzake
lijk voor haar welslagen als verplichtend
voor ons zelf.
In die gedachten en gevoelens versterken
wij ons uit liefde tot de Kerk en werken wij
weer met missie-ijver voort. Namens zijn
missionarissen in het Tanganyika-Territory
schreef einde Mei mgr. J. van Sambeek: „Te
midden van onze dageiijksche zorgen is het
ons, armen, die van aalmoezen moeten leven,
een troost te zien, hoe men in Nederland
meer en meer belangstelling toont voor het
Missiewerk. We staan niet meer alleen, zoo
als vroeger; ons werk hier onder de heide
nen is het werk van allen geworden".
Iedere onderzoeke aan de hand van dit
bisschoppelijk woord zijn verleden.... en
moedige zich voor de toekomst aan met dr.
Ariëns' woord: „Hoe meer gij de Missies zult
beminnen en bevorderen, hoe beter katholiek
gij zult zijn".
Als twaalf nieuwe apostelen trokken
de missie-bisschoppen naar de
Eeuwige Stad.
„Vele gevaren heb ik op mijn
reizen moeten doorstaan",al
dus schreef de HPaulus, Apos
tel der Volkeren.
Deze zelfde woorden zouden ge
sproken kunnen worden door de
twaalf missie - bisschoppen, die
heden door den H. Vader persoon
lijk gewijd zullen worden en wier
reis naar Rome in dezen oorlogs
tijd vol gevaren was.
Verschillende missie-bisschoppen, wier
wijding in de St. Pieter heeft plaats gehad,
hebben een moeilijke reis gehad. Enkele bis
schoppen slechts bevonden zich in Europa.
Tot hen behooren mgr. Larregain, oud-mis
sionaris van China, die in Parijs vertoefde
en nu benoemd is tot apostolisch vicaris van
Yun Nan Foe, voorts mgr. Morlion van de
Witte Paters, overste van het scholasticaat
Héverlé bij Leuven, benoemd tot coadjutor
van den apostolischen vicaris van Beaudoin-
ville in den Belgischen Congo. Deze twee
bisschoppen hebben in Europa een normale
reis gehad.
Hetzelfde kan gezegd worden van twee
nieuwe bisschoppen, die van Indië uit zija
gekomen, namelijk mgr. Cialeo, Dominicaan,
bisschop van Muitan en mgr. Agniswami,
Mesuiet, bisschop van Kottar. Beiden hebben
zich naar Bombay begeven, waar zij zich
hebben ingescheept op het Italiaansche pas
sagiersschip „Giulio Cesare".
Dit kan echter niet gezegd worden worden
van de overige bisschoppen. Mgr. Colbert,
de apostolisch vicaris van Port-Elisabeth in
Zuid-Afrika, ging met den trein naar Kaap
de Goede Hoop. Acht dagen later scheepte
hij zich in op een Engelsche stoomboot, die
zonder andere havens aan te doen vertrok
naar Freetown in Sierra Leone; van deze
plaats naar Southampton moest de boot zig
zag varen, om eventueele aanvallen van on
derzeeërs te vermijden. De boot had ruim
een week vertraging. Daarna werd het Ka
naal overgestoken in een veer-boot, van Fol
kestone naar Boulogne. Alle passagiers
moesten den reddingsgordel aan hun middle]
bevestigd hebben, en op alle gebeurtenissen
moest men zijn voorbereid. Verder verliep
de reis normaal met den expresse-trein Pa
rijsRome.
Mgr. Kurz van de Orde der Minder
broeders, apostolisch vicaris van txodsïadi
in Natal, had zich ingescheept op een Duit-
sche boot te Durban. Wegens het oorlogsge
vaar moest hij deze boot verlaten. Eerst nam
hij een Nederlandsche boot, daarna een Ita
liaansche boot, om, na nogmaals te zijn over
gestapt op een andere Italiaansche boot, te
Napels te kunnen arriveeren.
Nog meer gecompliceerd was de reis van
twee bisschoppen uit China en Korea: Mgr.
O'Shea, van de Buitenlandsche Missiën van
Maryknoil, apostolisch vicaris van Heijo,
had eigenlijk van China uit door den Indi-
schen Oceaan naar de Roode Zee en het
Suezkanaal moeten varen. Vanwege den
oorlog gaf hij de voorkeur aan een omreis
over de Vereenigde Staten. Van Japan uit
stak hij den Stillen Oceaan over, reisde door
de Vereenigde Staten van San Francisco
naar New-York, en scheepte zich daar in op
de Italiaansche boot „Rex" om den Atlan-
tischen Oceaan over te steken.
Gevaren te land.
Mgr. Tien van de Missionarissen van het
Goddelijk Woord, apostolisch vicaris van
Yang-Kou, moest van zijn residentie Poli in
Yon Cho Foe uit een tocht maken van twee
honderd kilometer in een Chineesch wagen
tje. Dit was een gevaarlijke reis, want hij
moest van China uit door het gebied, dat door
de Japanners werd bezet. Per trein ging hij
naar Nanking en vandaar naar S'hangjai.
waar hij zich op 21 Augustus inscheepte op
het Duitsche stoomschip „Scharnhorst" Deze
boot zou over Manilla en Hongkong naar den
Indischen Oceaan gaan en vandaar naar het
Suez-kanaal. Twee dager nadat de boot uit
Mamilla vertrokken was. vernam men, dat de
oorlog was uitgebroken. Aan verder varen
viel niet te denken. De boot keerde naar
Manilla terug. Vandaar ging men naar Kobe
in Japan, waar mgr. Tien 'n Japansche boot
Vona, die hem opnieuw naar Shanghai
bracht
Hier kon de bisschop zich inschepen op de
Italiaansche boot „Giulio Cesare", die hem
verder veilig naar Napels bracht.
Mgr. Lavaroire-Morrow van de Paters Sa-
lesianen van Don Bosco, secretaris van den
apostolischen delegaat van de Philippijnen en
benoemd tot bisschop van Krishnagar, had
zich tezamen met mgr. Tien ingescheept op
de „Scharnhorst". Toen dit schip, na het uit
breken van den oorlog weer naar Manilla
torugkeerde, ging hij hier van boord, terwijl
mgr. Tien verder ging naar Japan. Mgr. La
varoire-Morrow wachtte tien dagen en kon
zich toen inschepen op het Amerikaansche
schip „President Harrison", dat hem naar
Singapore bracht. Om tijd te winnen ging de
nieuwe bisschop van hieruit met een vlieg
tuig naar Calcutta, daarna van Calcutta naar
Bombay met den trein, en vandaar uit kon hij
Italië per schip weer bereiken.
Gevaren in de lucht.
De overige nieuwe bisschoppen hebben een
groot gedeelte van hun reis per vliegtuig ge
maakt.
Mgr Kiwanuka van de Witte Paters apos
tolisch vicaris van Masaka, verliet Rubaga
op 24 Augustus en ging met den trein naar
Mombasa in Kenia, tezamen met den oud-
apostolisch vicaris van Oeganda mgr.
Streicher. Van Mombasa gingen zij met een
Italiaansch schip naar Mogadiscio, maar om
dat intusschen de oorlog was uitgebroken,
besloot de kapitein om niet verder te varen.
De twee bisschoppen wilden nu met een
vliegtuig verder reizen maar de arts van
Mogadiscio ried mgr. Streicher af, per vlieg
tuig te gaan wegens zijn hoogen leeftijd.
Mgr. Streicher bleef daarna in Mogadiscio
wachten op een boot en hij is dezer dagen
eerst in Rome gearriveerd, juist vier dagen,
voordat hij als medeconsacrant aan de zijde
van den H Vader deel moest nemen aan de
wijding der missiebisschoppen. Mgr. Kiwa
nuka was per viegtuig verder gegaan naar
Rome t
De Nederlandsche missiebisschop mgr
Mekkelholt, van de priesters van het H.
Hart van Saint-Quentin, apostolisch vicaris
van Palembang, heeft de geheele reis per
vliegtuig met de K. L. M. gemaakt. In ses
dagen tjjds heeft hij den afstand van Palem
bang naar Napels, ongeveer 12.500 kilometer
afgelegd. Per trein is hij van Napels naar
Rome gereisd
Mgr Ramarosandratana apostolisch vica-
lis van Marianarivo op Madagascar, kreeg
een gratis reis op een Fransche boot, die
van Tananarive naar Marseille vertrok op den
dag. waarop de oorlog uitbrak. Toen dit be
kend werd mocht het schip niet uitvaren, en
de bisschop kreeg verlof van de Fransche
autoriteiten, om de reis aan boord van een
postvliegtuig te maken, dat van Tananarive
naar Mozambique, vloog en feitelijk geen
passagiers aan boord mocht nemen. Van Mo
zambique uit heeft de inlandsche bisschop
ook de verdere reis per vliegtuig afgelegd in
de volgende étappes: Mozambique-Kisumu-
Karthoum - Alexandrië - (Egypte)-Korfoe-
Rome.
Het altaar der Cathedra was aan beide zij
den verlengd en ter weerszijden ervan waren
twee groote altaren opgesteld voor de nieuwe
bisschoppen.
De kardinalen en hooge prelaten waren ge
zeten rond de absis, rechts en links van de
Cathedra.
Om half negen trok de H. Vader, gezeten
op de Sedia Gestatoria, onder geestdriftige
toejuichingen de St. Pieter binnen. Zijne Hei
ligheid was omgeven door de kardinalen Gen-
naro Granito Pignatelli di Belmonte, Pietro
Fumasoni Biondi, Luigi Maglione, Frederico
Tedeschini en Camillo Caccia Dominioni, be
nevens den pauselijken hofstaat.
Na zijn aankomst in de basiliek nam de H.
Vader plaats op den troon voor de Cathedra,
waar zich de nieuw te wijden bisschoppen
bevonden, geassisteerd door studenten van de
H. Congregatie der Propaganda Fide en van
de orden, waaruit de nieuwe bisschoppen af
komstig waren, benevens de mede-consacran-
ten, mgr. Costantini en mgr. Streicher.
Na het Offertorium vond de aanbieding van
geschenken plaats aan den H. Vader door de
nieuw gewijde bisschoppen, die hierbij ge
assisteerd werden door vijf kapelaans en stu
denten van de Propaganda Fide. De geschen
ken bestonden uit twee brandende kaarsen,
een vergulde en verzilverde schaal en twee
kleine fleschjes wijn.
De bisschoppen boden in een bepaalde volg
orde hun gaven aan den H. Vader aan en de
Nederlandsche bisschop, mg.r Mekkelholt was
hierbij de zevende.
Vervolgens introniseerde Zijne Heiligheid
de nieuw gewijde bisschoppen en hield daar
na in de Latijnsche taal een homilie, waarin
Hij op de eerste plaats wees op de beteekenis
van het feest van Christus Koning.
„Evenals eens de Verlosser, aldus ging de
H. Vader voort, een gpoepje Apostelen heeft
uitgezonden, van alle menschelijke middelen
beroofd, om de geheele wereld te veroveren,
niet door wapengeweld, maar door de kracht
der waarheid en liefde, zoo ook zenden Wij,
Die den Verlosser op aarde vertegenwoordi
gen, u uit, als twaalf herauten van het God
delijke Woord. Ge steunt niet op eigen kracht
en niet op die van anderen, ge hebt slechts
vertrouwen in de Goddelijke genade, die de
zielen bekeert, teneinde afgelegen volkeren
te doen deelhebben in het Evangelie en de
christelijke beschaving, ten koste van welke
opoffering ook.
Gelukkig de landen, aldus de H. Vader,
die de wetten doen bezielen door de leerstel
lingen van het Heilig Evangelie en niet wei
geren, openlijk eer te brengen aan Christus
Koning. In die landen blijven de belangen en
verhoudingen der burgers in evenwicht vol
gens de regelen van moraal en gerechtigheid.
Tyrannie is daar onbekend. Het gezag wordt
er geëerbiedigd en de menschelijke vrijheid
wordt er niet aangetast. Eendracht en kracht
nemen in die landen toe en men is er tot
groote dingen in staat.
Een ieder moet er naar streven, mede te
helpen aan de uitbreiding van Cnristus' Ko
ningschap, vooral in dezen tijd, nu de men
schen al te zeer door aardsche dingen in be
slag genomen worden en de hemelsche zaken
vergeten.
Heel bijzonder drong de H Vader er in de
homilie op aan, dat de nieuwe bisschoppen
daartoe zullen bijdragen, bij al hun daden,
uitsluitend steunend op het Heilig Evange
lie.
Terwijl in den loop der tijden alles veran
dert, staat de Katholieke Kerk als een rots
in de branding krachtens Haar Goddelijke
zenditlg tot heil van het menschelijke ge
slacht. Terwijl de volken vaak door haat ge
scheiden worden, is de kerk de Moeder van
allen.
Nadat de H. Vader de homilie gehouden
had, hief hij het Te Deum aan, waarop de
nieuwe bisschoppen rond de Confessio trok
ken en van de Cathedra af voor de eerste
maal den bisschcppeiykqp zegen gaven.
Vervolgens spraken de nieuwe bisschop
pen tot den H. Vader driemaal den wensch
„Ad muitos annos", waarna de ceremonie
van den voetkus plaats vond en de H. Vader
ieder hunner omarmde.
Na afloop van deze plechtigheid begaf de
H. Vader, gevolgd door de nieuwe bisschop
pen, zich naar de Confessio, naar het graf
der Apostelvorsten.
Tenslotte schonk Zijne Heiligheid van het
Pausaltaar den apostolischen zegen.
Om kwart vóór één was de plechtigheid
ten einde en begaf de H. Vader zich weer
onder het enthousiaste gejuich der duizen
den, gezeten op de sedia gestatoria naar het
Apostolisch paleis, waar hij zich in zijn par
ticuliere vertrekken terugtrok.
Bovenstaand door Peter Roovers, naar
gegevens der oud-Christelijke kunst ver
vaardigd monument op het graf van
wijlen mgr. prof dr. Jos. Schrijnen op
het kerkhof te Venlo, zal op 4 November
a.s. door prof. dr. Bellon worden onthuld.