m JIMMY EN JOY. r- Dr. J. B. MEENK JOY GAAT ERVAN DOOR. DE VLIEGRAMP BIJ BALI. DE TWEE TON VOOR HET KIND. EEN VERHAAL VOOR ONZE JEUGD V VRIJDAG 26 JANUARI "X Meeleven van de geheele bevolking. In het toestel aamvezige post geheel teruggevonden BRAND BIJ „ORGANON" TE OSS. Distillatiegebouw uitgebrand. DOOR DIESELTREIN AANGEREDEN. VERLOREN PORTEFEUILLE TERUGGEBRACHT. Ruimschoots binnen. KIND IN BRANDEND HUIS OMGEKOMEN. PAASCHVEETENTOONSTELLING TE 's HEBTOGENBOSCH. BIOSCOOPBOND WINT BUMA- PROCES. Buma heeft geen muziekauteursreclit op geluidsfilms. EXPEDITIEKNECHT GEARRESTEERD BRAND TE GORREDIJK. ONGELUK MET DOODELIJKEN AFLOOP. DIENST VOLKSGEZONDHEID OP SUMATRA. 18 ONGEVRAAGD EERVOL ONTSLAG AAN EEN KAPITEIN. Uitspraak centralen raad van beroep te Utrecht, i NATURALISATIES. BATAVIA, 25 Januari (Aneta). Inzake de ramp van het K. N. I. L. M.- vliegtuig PKAFO verneemt Aneta nog, dat de in het toestel aanwezige post geheel is teruggevonden. Gedeeltelijk is deze Dinsdag J.l. reeds naar Australië doorgezonden, ter wijl de rest meegaat met het eerstvolgende Australië-vliegtuig van de K. N. I. L. M. De K. N. I. L. M. deelde nog mede, dat het medeleven op geheel Bali met de ramp onbeschrijflijk is. Zoowel van de zijde van het bestuur als van de Europeesche en in- heemsche bevolking wordt groote belang stelling getoond welke diep ontroerend is en een duidelijk bewijs vormt hoe men zich als het ware persoonlijk getroffen acht door de zen slag aan de Indische luchtvaartmaat schappij. Een schat van bloemen dekt de laatste rustplaats van hen, die bij deze ramp het leven lieten. Bij de K. N. I. L. M. blijven de bewijzen van deelneming van heinde en verre binnen stroomen en ook óp 't kantoor van de K. N. I. L. M. in Amsterdam blijkt voortdurend hoe over de geheele wereld, niet alleen in luchtvaartkringen, met dit verlies voor de Indische burgerlijke luchtvaart wordt mee geleefd. Gisteravond om negen uur werd de ge meente Oss opgeschrikt door een hevigen knal waarna zich direct een felle vuurgloed aan den hemel afteekende. Er bleek brand ontstaan te zijn in het distillatiegebouw van de N.V. „Organon". In dit gebouw bevindt zich gewoonlijk een partij alcohol, welke voor laboratoriumdoeleinden wordt gebruikt. Het gebouw brandde weldra als een fakkel en telkens weerklonken nieuwe ontplof fingen. De fabrieks- en de gemeente-brandweer waren spoedig aan het blusschen en met een achttal slangen werd het water in de vuurzee geworpen. Op deze wijze wist men den brand tot het eene gebouw te beperken. Na een uur werken was men het vuur meester. Het bedrijf zal door het gebeurde geen stagnatie ondervinden. Man ernstig gewond. Op de spoorlijn OldenzaalHengelo is een man, zekere H., die daar ter hoogte van het viaduct bij de boerderij Jonkman op Jen spoordijk liep, door den Dieseltrein, wihce om 17.49 uur te Oldenzaal moet aankomen, aangereden. Bij aankomst van den trein te Oldenzaal meldde de wagenbestuurder, dat nij ter hoogte van genoemd viaduct een aanrijding moet hebben gehad. De treeplank van den Diesel wees dat uit; deze was namelijk ver nield. Terstond hierop is een onderzoek Inge steld. Het resultaat was, dat men H. zwaar gewond onder aan den spoordijk vond. Een half uur later is het slachtoffer met een vol genden trein uit Hengelo, dien men op de plaats van het ongeluk heeft laten stoppen, naar Oldenzaal vervoerd en naar het EK. ziekenhuis overgebracht. De toestand van H. is zeer ernstig en van dien aard, dat hij van de laatste H. Sacra menten is voorzien. Maar bet geld was verdwenen. Men meldt ons uit Amsterdam: Een buffetbediende had eenige dagen ge leden het ongeluk, op den Hoofdweg, nabij het Mercatorplein een portefeuille te ver liezen, waarin zich twaalf bankbiljetten van 10, drie loterijbriefjes en een rijbewijs be vonden. Hij deed hiervan aangifte bij de politie van het bureau Admiraal de Ruyterweg en infor meerde natuurlijk enkele malen per dag, of zijn eigendom reeds terugbezorgd was, doch telkens moest de politie ontkennend op deze vraag antwoorden. De man was dan ook niet weinig verheugd toen hij gistermiddag bij zijn thuiskomst zijn verloren portefeuille thuis in de brievenbus vond, maar zijn blijdschap werd niet weinig getemperd, toen hij bij inspectie van zijn eigendom tot de minder prettige ontdekking kwam, dat de portefeuille w 1 zijn rijbe wijs en de drie loterijbriefjes bevatte, maar dat er van de bankbiljetten geen spoor viel te ontdekken. Zijn eenige hoop is thans nog, dat de vin der vergeten heeft, de briefjes van tien weer in de portefeuille te deponeeren en deze als nog als tweede verrassing in de brievenbus zal laten glijden. Hebt U griep en Bent U koortsig? Neemt een Koortspoeder van Prijs p. poeder 7% ct., étui's van 6 p. 42% ct. Alleen echt met tie Driehoek M. B. Reel. 3650-5 10 De centrale propaganda-commissie voor de weldadigheidspostzegels schrijft ons, dat de voorloopige opbrengst der kinderzegels 175.300 haar tot groote dankbaarheid stemt. Daar de opbrengst van de prentbriefkaar ten, samen met de overige baten uit prijs vraag enz. ongeveer 50.000 zal bedragen zijn dus voor den derden keer, dank zij de groote offervaardigheid van heel Nederland, de twee ton voor het kind ruimschoots bij eengebracht. Blijkens de ingekomen berichten dringt overal in den lande hoe langer hoe meer het gebruik van de kinderzegels voor de corres pondentie door. Een verheugend feit voor de kinderbescherming. Moeder veroordeeld tot een maand gevangenisstraf. Een 23-jarige moeder uit Beverwijk js gisteren door de rechtbank te Haarlem ver oordeeld tot een maand gevangenisstraf, omdat zij op 29 Mei 1.1. haar drie kinderen alleen thuis had achter gelaten en vergeten had een eloctrische strijkbout uit te schake len, zoodat brand was ontstaan en haar vijf jarig zoontje was omgekomen. De beide andere kinderen waren door den rook be dwelmd, doch konden door de brandweer worden gered. De officier van justitie had tegen haar eveneens een gevangenisstraf voor den tijd van een maand geëischt. Door bijzondere omstandigheden zal de Paaschvee-tentoonstelling te den Bosch dit jaar niet doorgaan. Het gerechtshof (derde kamer) te Amster dam heeft Donderdag een belangrijke orin- cipieele beslissing gegeven in de bekende auteursrecht-kwesties, die reeds lang den Nederlandscen bioscoopbond en het bureau voor muziek-auteursrecht Buma verdeeld houden. Het betreft een vordering oorspronkelijk door Buma bij de rechtbank te Utrecht in gesteld tegen een bioscooponderneming te Amersfoort tot verbod van vertooning van geluidsfilms, waarin muziek voorkomt van direct of indirect bij het Buma aangesloten componisten, zonder toestemming van Buma op verbeurte eener dwangsom van f 10.O0Ü per dag. De rechtbank te Utrecht had aan het Bu ma deze vordering ontzegd. Het Amstev- damsche hof heeft thans het vonnis van de Utrechtsche rechtbank bekrachtigd, /.ij het niet op dezelfde gronden, waarop het eerste vonnis steunde. Het hof is in zijn overwegingen minutieus nagegaan het karakter van de geluidsfhm, waarbij is afgewezen, wat tot nu toe steeds door verschillende rechtscolleges was gegeid, n.l. dat de geluidsfilm een verzamelwerk zou zijn. Het hof kan niet aannemen, dat een geluidsfilm onder artikel 5 van de auteurswet (verzamelwerk) valt. De ge luidsfilm valt onder artikel 6 van de auteurs wet, aangezien naar het oordeel van het hof de geluidsfilm wordt tot stand gebracht naar het ontwerp en onder leiding cn toe zicht van den maker. Deze begrippen „naar het ontwerp en on der leiding en toezicht van den maker"' moeten ruim worden uitgelegd, daarbij in aanmerking nemende, dat toen de auteurs wet werd geredigeerd, er van een geluids film nog geen sprake was. De geluidsfilm is een kunstwerk in zijn geheel en vormt een ondeelbare eenheid. De muziek daarin is niet een op zich zelf staand accompagnement, maar onafscheidelijk mot het spel verbonden. Alle medewerkers -.ver ken volgens het ontwerp van den maker en worden als het ware geïnspireerd om met elkaar het ondeelbare kunstwerk zooais de maker dit ontworpen heeft, tot stand te brengen. Het auteursrecht op de geluidsfilm komt dan ook toe aan den maker en sluit een afzonderlijk auteursrecht van den com ponist op de muziek in de film uit. 1 Het hof laat daar, of de componist nog een afzonderlijk auteursrecht heeft op de mu ziek, als deze buiten de film om gespeeld wordt. Het hof, dat Buma veroordeeld heeft in de kosten, bedragende 4.50 heeft, hiermede principieel uitgesproken, dat Buma het recht mist om auteursrechten voor de opvoering van geluidsfilms te vorderen, in casu de ver tooning van geluidsfilms wegens niet-beta- ling van muziekauteursrechten te verbieden. Deze kwestie zal thans door Buma aan den Hodgen Raad worden voorgelegd. Men meldt ons uit Amsterdam: Ongeveer drie weken geleden deed een expediteur bij de politie van het bureau Warmoesstraat aangifte, dat een van zijn knechts zich aan verduistering van goederen had schuldig gemaakt en met de Noorder zon was vertrokken. De recherche van ge noemd bureau, die het onderzoek begon, be merkte reeds spoedig, dat het register van den knecht niet geheel blanco was en dat er nóg enkele politiebureaux in de hoofdstad waren, die verlangden, nader met den man kennis te maken. De gezochte bleef echter voorloopig zoek, totdat gistermiddag toeval lig een rechercheur den veelgezochte in de binnenstad ontmoette en naar het bureau Warmoesstraat overbracht. De man is daar voorloopig ingesloten. In- tusschen is de politie ijverig bezig een voor loopig zondenregister op te maken, dat dan zoo spoedig mogelijk vereffend zal worden. Doordat rook in de slaapkamer van den zoon des huizes kwam, werd gistermorgen brand ontdekt in het klompenmagazijn van den heer W. Human te Gorredijk, meldt het „N. v. h. N." De voorraad, die in verband met de tijdsomstandigheden, extra groot was, brandde als een fakkel. In een korte spanne tijds stond het heele magazijn in lichter laaie. De brandweer was spoedig met een mo torspuit aanwezig en kon, daar de magazij nen bij de sluis staan, uit open water het vuur bestrijden. Hierdoor kon verdere uit breiding worden voorkomen. Het klompen magazijn, met geheelen inhoud, werd een prooi der vlammen. Gebouw en inhoud V/a ren tegen brandschade verzekerd. (Nadruk verboden). Toen de 60-jarige P. Schouten te Vlaardin- gen op het Vulcaanterrein nabij Vlaardingen- Oost, hout zou halen uit een loods, bleek dai de ijzeren deur was vastgevroren. Met een breekijzer trachtte de man toen de deur los te maken, waarbij deze echter uit de rollen schoot en op het lichaam van S. terechtkwam. Ernstig aan den ruggegraat gewond, werd hij per ziekenauto naar het ziekenhuis te Vlaardingen vervoerd, waar onmiddellijk operatief moest worden ingegrepen. Tijdens de behandeling is de man aan de verwondin gen overleden. BUITENZORG, 25 Januari. (Aneta). Met ingang van 30 April 1940 is op zijn verzoek eervol ontslag verleend onder dank betuiging voor de aan den lande bewezen diensten aan den inspecteur van den diens» van volksgezondheid op Sumatra dr. E. R. Pflugbeii. „Jelui akelig ziek worden van vreeselijk veel sjokkerdela" en alsof vooral laatstge noemd woord hemzelf de grootste vreugde bereidde zoodat hij z'ch niet langer goed kon houden, barstte hij in een daverend en proestend lachen uit. Jimmy glimlachte ofschoon hij niet recht begreep waarom die man zoo'n pret had. Ook vond hij het nogal vreemd dat die man nen er volstrekt niet uitzagen zooals die Oosterlingen, die hij wel aan boord van schepen en aan den waterkant gezien had, en dat zij toch een taaltje uitkraamden dat klonk als en mengelmoes van Londensch volksdialect en Chineesch. Op verlangen van den kapitein stond hij nu op en volgde dezen uit de kajuit, en door een nauwe, nogal benauwde gang, die rook naar eten en machinesmeer. Aan het eind der gang opende de schipper de deur van wat een kleine, donkere voor raadskamer scheen te zijn; door één enkele patrijspoort sijpelde een flauw licht binnen, Bij dit licht zag Jimmy wat einden touw en andere scheepsbenoodigdheden. Het heele vertrek had een duffe lucht. Slecht op zijn gemak wendde Jimmy zich om en keek den schipper in het grijnzende gelaat. „Waarom heeft u mij hierheen gebracht?" vroeg hij. „Jij heele goeie kleine jongen zijn", zeide de schipper, terwijl zijn glimlach zich nog verbreedde. „Jij niet wachten hoeven in akelige koude kajuitkamer. Jij wachten mag in gezellige zitkamer van kapitein". Hij nam Jimmy bij den arm en trok hem door de deuropening, den stuurman achter zich een wenk gevend terwijl Jimmy angstig om zich heen keek. „Maar ik vind het niets prettig", hijgde Jimmy beangst. „Het is heelemaal donker. Ik wil hier niet wachten." „Wat?" riep de „kapietin" van de X 10 uit op verwonderden toon, waaruit bleek hoezeer het hem pijn deed dat zijn goedheid zoo weinig op prijs gesteld werd. „Niet Dretig vinden mooie luxe hut! Kom, kom, kom! Jij erg zoete jongen zijn en liggen op fijnen zachten divan en lekker vast slapen. En als wakker worden dan zien heele groote verrassing." Opnieuw werd de stilte van het schip verstoord door een geweldige lachbui van den stuurman. Voor Jimmy recht wist wat er gebeurde, was de deur van het vertrek achter hem gesloten, en aan den buitenkant werd een sleutel in het slot omgedraaid. Opnieuw van vrees en schrik vervuld, keek Jimmy om zich heen. In het flauwe licht dat door de vuile patrijspoort drong kon hij niets bespeuren van den „fijnen zachten divan", waarvan de schipper gespro ken had. Hij ontdekte niets anders om op te rusten dan een tros oud touw. Hierop liet hij zich neerzinken en nu poogde hij de vrees, die hem had bevangen, van zich af te schuiven, en zichzelf in te praten dat alles nog goed ging. Hij trachtte zichzelf ervan te overtuigen dat wat die gekke „buitenlandsche" zeelie den hem gezegd hadden, waar was; dat zij door middel van seinen de politie gewaar schuwd hadden, en dat zeer spoedig alle smokkelaars gevangen, en Joy in vrijheid gesteld zouden zijn. Hij kon zich zelfs enkele oogenblikken voorstellen dat de politie hem en Joy een mooie som geld tér hand zou stellen als be looning voor de bewezen diensten, en hij dacht zich de pret in, die zij zouden hebben op de groote Paaschkermis op het Kreek Moeras, waarheen Oom Prout beloofd had met hen te zullen gaan. Hij had visioenen van schommels en draai molens en andere pretjes, en van hoopen geld, die hij daaraan ten koste zou kunnen leggen, en deze gedachten beurden hem eenigen tijd op. Maar niet lang! Weldra gaf de donkere, sombere, eenzame kamer hem zulk een kil gevoel dat hij over al zijn leden begon te huiveren. Waarom hadden zij hem in zulk een vertrek opgesloten? Hij kon het maar niet begrijpen. Op het kleine eiland, waar Joy gevangen zat, had Jimmy's ontsnapping in het roei bootje groote ongerustheid veroorzaakt onder de smokkelaars. Het wilde immers zeggen dat zij nu ge strand waren; dat, als die kleine jongen in de gelegenheid was hen aan te geven, weldra douanebeambten of politiemannen op het zoozeer tegen Jimmy geweest dat als het ware aangeloopen was tegen het schip, waar deze mannen vandaan gekomen waren, en deze matroos had het verloren bootje weer teruggebracht. Eenige minuten lang was Joy van een gevoel van wanhoop bevangen. Zoolang Jim my vrij geweest was om hulp te bieden, had zij goeden moed gehouden, maar nu was deze hoop vervlogen. Weldra zou ook zij naar het schip overgebracht worden, en dan zouden zij beiden daar gevangen zijn. Terwijl zij op den stoel zat, pijnigde Joy zich de hersenen af om een plan te vinden waardoor zij zich redden kon. Jimmy had zijn best gedaan, maar het geluk was tegen hem geweest. Nu was het haar beurt. Plotseling kreeg zij een inval. Er was een kleine kans, en in haar wanhoop klampte zij zich hieraan vast. Zij was, op haar ma nier, een goede tooneelspeelster.. Een vreemde trillende kreet steeg plotseling uit haar op, en deed twee der smokkelaars zich omwenden en naar haar kijken. Zij zagen dat het meisje slap voorover op haar stoel gezegen was, met gesloten oogen, en het hoofd op de borst gebogen. „Hei.... wat is dat?" gromde de spichtige man, die Lange Jan genoemd werd, terwijl hij op haar toestapte. „Hei, meisje, wat is er aan de hand?" zeide hij, haar bij den schouder schuddende. Joy bewoog zich niet, en sprak niet, en de man met den horrelvoet keek loerend naar haar, met gefronsd voorhoofd. „Het meisje heeft flauw gevallen", brom de hij. „Zij zal bald wel weer tot zich kom men. Neem haar naar oben en gib haar wat loeft." „En maak ook die touwen was losser," zei eiland zouden komen om de heele bende in te rekenen. In de kleine opslagplaats, waar zij dezen nieuwen en vérontrustenden toestand be spraken, hoorde Joy, die nog aan den stoel vastgebonden was, vol trots wat er was voor gevallen. Zoo klein als hij was had haar broertje de bladen omgekeerd ten nadeele van die mannen. Door 'n drieste en handige list had hij hen beroofd van hun boot en op dit eiland achtergelaten, waar zij nu vastzaten, terwijl hij weggeroeid was om hulp te zoe ken. Joy's oogen schitterden en haar hart popelde van blijdschap. Zij had die mannen bijna in hun gezicht kunnen uitlachen. Maar deze opgewekte stemming was he laas van korten duur. In het midden der be sprekingen, en terwijl de smokkelaars nog maar altijd niet schenen te weten wat hun te doen stond, kwam een vreemde man met donker gelaat, en met kleine gouden oor ringen, het vertrek binnenstormen. „José!" riepen de smokkelaars, zich met plotselinge blijdschap en verrassing tot den nieuw aangekomene wendend. „Sjosé!" gromde de man met den horrel voet, die de aanvoerder der bende was. „Waar kom je vandaan? Hoe ben je hierhin gekommen.... hè? De matroos van de X 10 vertelde nu al wat gebeurd was, en Joy voelde zich den moed opnieuw ontzinken. Jimmy was gevan gen genomen. Hij had helaas hulp gevraagd aan den gezagvoerder van een schip, dat in de rivier lag, maar deze gezagvoerder was de bondgenoot der bende. Het geluk was Terwijl ze haar tanden op elkaar zette, toen het kille water zich om haar sloot, bleef Joy, hangend aan het touw, wachten, terwijl ze de voetstappen hoorde van de smokkelaars, die haar zochten. Lange Jan, die nog de beste van de bende was. „Zij zitten, geloof ik, wat erg stijf. Zij is ten slotte toch maar een kind," gromde hij Joy bleef slap en onbewegelijk terwijl zij van haar banden bevrijd cn naar boven ge dragen werd, waar zij werd neergezèt op een stukje drogen grond buiten de hut. Daar lag zij ineengezegen, zonder eenig teeken van leven te geven behalve haar flauwe adem haling. Een der mannen keek bezorgd naar haar „Zij zal binnen een minuut of wat wel bij komen," mompelde zijn metgezel. „Wij moes- ten maar hier blijven en op haar letten. Heb je een pruim tabak bij je, Joop?" „Ik moest maar eens zien of ik niet wat water vinden kan," antwoordde Joop, terwijl hij Lange Jan een pruim tabak ter hand stelde. „Dat is, geloof ik, goed tegen een be zwijming." „Doe dat dan, maar vlug," riep Jaap uit. en +^en Joop na weinige minuten met een kroes water terugkwam, poogden zij deze tusschen Joy's lippen te brengen. Maar het miste alle uitwerking hiervoor zorgde Joy wel. „Zij zal daarzoo wel vanzelf bijkomen!" riep Lange Jan opnieuw bezorgd uit. „Ga jij nu naar den baas en zeg hem dat ik bij het meisje blijf tot zij weer bij kennis is." „In orde, Larjge," antwoordde zijn metge zel. „Schud haar een paar malen, en dan komt zij wel weer bij haar positieven." Ofschoon deze wetenschappelijke behan deling niet toegepast werd, kwam Joy toch vlugger bij dan hij jedacht had, tusschen haar half gesloten oogleden door had zij een snellen blik op de beide mannen geworpen, terwijl zij zich voorbereidde om datgene te doen wat zij van zins was. Zoo plotseling, dan Jan en Joop er volkomen door verrast werden, liet zij zich nu wegrollen, en ging aan den haal met de snelheid van den wind. Met een gebrul van woede gingen de twee mannen achter haar aan, maar zij had een voorsprong, en rende nu nog sneller. Zij ren de naar de schuit, die nog steeds vast lag in den modder, en heesch zich aan boord. De beide smokkelaars, die haar na op de hielen zaten, zagen haar pijlsnel over het dek vlie gen, en toen omlaag in het ruim springen. „Mooi zoo!" hijgde een hunner. „Op die manier kan zij niet ver komen. Snel, Joop ga de anderen halen. Ik zorg ervoor dat zij niet ontsnapt." Joy had gedacht aan den geheimen toe gang tot het ruim door het beschot van de kast in de kajuit. Hiermede had zij rekening gehouden bij het opmaken van haar plan. Toen nu haar vervolger in het ruim sprong, perste zij zich door de nauwe opening m het beschot, en trok de planken achter zich dicht. Vervolgens snelde zij de kajuit in, en de ladder op. De van den oever gekeerde zijde der schuit lag niet in de modder, doch in het water en Joy dook neer en kroop over het dek tot de plaats waar een touw over boord hing. Hieraan liet zij zich snel omlaag, de tanden opeenklemmend toen zij tot in het koude water neerdaalde. Onzichtbaar in de diepe schaduw, wachtte zij hier. Ergens op de rivier kon zij het zach te geronk van een motorboot hooren. Wei nige oogenblikken later vernam zij ruwe, nijdige stemmen, en snelle voetstappen op het dek boven haar. „Zij is hier beneden," riep de man in het ruim en toen liet een hunner een waarschu wing hooren. „Pas op die pinas (sloep)Zjj ziet er uit als een politieboot. Allemaal ttrug naar de hut. Zoo vlug als jelui kunt!" Het scheen dat de smokkelaars in allerijl vluchtten om zich te verschuilen, en dat de schuit opnieuw verlaten was. Met bonzend hart luisterde Joy ingespannen. Het zachte geronk van de motorboot kwam naderbij. Zou zij een poging wagen om de pinas te bereiken? Een oogenblik aarzelde zij, toen haalde zij lang lang en diep adem, liet het touw los. en dook stil in het water, waarna zij met flinke, krachtige slagen over de rivier be gon te zwemmen. (Wordt vervolgd) Ter gelegenheid van het zilveren ambts jubileum van den burgemeester van Sint Oedenrode, H. van Rijckevorsel v. Kessel, werd den burgervader een antieke Eng. klok door de burgerij aangeboden. De kinderen van den jubilaris (links) waren vol belangstelling. Donderdag deed de centrale raad van be roep te Utrecht uitspraak in de zaak van den kapitein van het Nederlandsche leger D. B. H., te 's-Gravenhage, die in October j.l. eer vol uit den dienst werd ontslagen, nadat hij zes dagen in arrest had gezeten. Aanleiding tot dit ongevraagde ontslag was een bezoek van den kapitein geweest aan een feest in een Duitsche grensplaats. De kapitein had tijdens zijn bezoek aan deze grensplaats niet gezorgd voor overdracht van het commando over zijn compagnie, gelegerd op korten af stand van de Duitsche grens. Tegen het gegeven ongevraagde eervolle ontslag was de kapitein in verzet gekomen. Drie weken geleden werd deze zaak be handeld voor den centralen raad van beroep te Utrecht. Mr. R. A. James uit Apeldoorn trad hierbij op als pleiter voor den klager. Hij bracht hierbij naar voren, dat klager het eervol ontslag ten onrechte was verleend, dit aantoonend aan de hand van verschillende getuigenverklaringen en rapporten uitge bracht over den kapitein. Onder de getuigen bevonden zich de luitenant-kolonel der in fanterie Van Loon, de majoor der infanterie Floor, de kapitein der marechaussee te Assen en de opperwachtmeester der marechaussee, Elings, te Ter Appel. Deze laatste getuige gaf een duidelijke uiteenzetting van hetgeen zich in die dagen in nabijheid van de grens afspeelde. Er had zich n.l. een z.g. grensincident af gespeeld, waarbij door een Duitschen boeren zoon van Duitsch grondgebied af eenige schoten waren gelost op een verloofd paartje, dat op Nederlandsch grondgebied een rustig plekje had meenen te vinden om uit te rus ten van een fietstochtje. Hierbij, was de jon geman door een kogel in een der beenen ge troffen. Op verzoek van de Duitsche grens- autoriteiten had de kapitein zich belast met het onderzoek in samenwerking met den op perwachtmeester der marechausse. Later had de kapitein zich op uitnoodiging van den Landrat Zimmermann naar een feestje in de nabijgelegen Duitsche grensplaats begeven in de veronderstelling, dat hij aan deze uitnoo diging van Duitsche zijde gehoor diende te geven. Hij verzuimde evenwel, toen hij later op het feest twee luitenants van zijn compagnie ontmoette, zonder dat zij daarvoor de ver- eischte vergunning hadden gevraagd, hen daarover te onderhouden en terug te sturen. Dit laatste verzuim mag volgens mr. James niet gelden als het bewijs, dat de kapitein ongeschikt zou zijn voor den dienst, daar de verklaringen van de getuigen en de rappor ten over den kapitein uitgebracht het tegen deel voldoende aantoonen. De centrale raad van beroep verklaarde het beroep van den kapitein ongegrond. De kapitein blijft dus eervol ontslagen. Bij de behandeling van deze zaak werd de minister van defensie vertegenwoordigd door den heer D. Paauwe, referendaris bij het de partement. Op wetsontwerp 252 is de naturalisatie voorgesteld van K. Adam, Utrecht; K. Bauer, Ubachs (L.)G. Hanszen, Numansdorp; A. Hirsch, Rijswijk; J, Hoppstein, Schiedam; M. Krüger, Den Haag; A. Langenbrink, Losser; J. Lohrmann, Enschede; E. Meisel, Zeist; J. Morard, Heemstede; E. Regelsberg, Kaats heuvel; A. Sachs, Batavia; K. Sander, Bloe- mendaal; P. Voogt, Batavia; M. Wittmann, Bloemendaal; M. Wonsack, Baarn; C. J. Borcharding, Noordwijkerhout; J. Brückner, Zoeterwoude en H. Cuvelier Heerlen. Op stuk 253: E. Berndsen, Bloemendaal; J. Bernhardt, Amsterdam; W. Felthusen, Ba tavia; Th. de Gunzburg, Amsterdam; L. Kain, Den Haag; u\ K- Kuhner, Heerlen; H. Küper, Balikpapan; I. Lajos, Dordt; A. Lanc, Bergen op Zoom; ir. F. List, Semarang; W. Ludwig, Den Haag; C. Müller, id.; E. Roposs, id.; M. H. E. Rutten, Tilburg; A. Strüburg, Haarlem; L. Schnitker, Amsterdam; B. G. Kieverich, Ulft (G.); J. Wapper, Den Haag; H. Mc. Cal- lum Whyte, Breda. C. Muller vestigde zich „met zijn gezin" in 1926 in ons land, zegt M. v. T. De aanvrager is echter gescheiden; zijn eene zoon zal nu met hem genaturaliseerd worden; aan den ander, bij Duitsch-rechterlijke beslissing aan de moeder toegewezen, wordt echter het Ne derlanderschap expresselijk onthouden „in overeenstemming met het inzicht van den vader". Tragiek van echtscheiding in weinig woor den

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 4