BLADEN uit een Veldiournaal. 1 Zt PASSAGE ClCgiet» Woekeraars Ontmaskerd MONOPOLE I VROUWEN GEVMKENISSEN GEORGE FORMBY 't ZIT IN DE LUCHT CHARLES BOYER Tweedaagsche. HET BESTSE KAPSEL LAATSTE WEEK A LEGIOEN CHESTER MORRIS WINANDO - de BLANKE FAKIR WÈÈT~ J H r ZONDAG vanaf 2 uur p'ZTS! DONDERDAG 7 MAART 194u II (slot). ,VIJF EN TWINTIG JAAR BISDOM". Tentoonstelling in de Bossche leeszaal. INBRAKEN IN LANDHUIZEN TE MOOK. OPLEIDING GROND- EN BOORDWERK TUIGKUNDIGE BIJ DE LUCHT MACHT. DREIGEND ARBEIDSCONFLICT TE DEN BOSCH. VAARWATER OPENGEBROKEN. P8É3ltl6Sl 93707 MVS 54 I Wegens overweldigend succes GEPROLONGEERD LOUIS BROHFIELD TYRONE POWER MYRNA LOY GEORGE BRENT BRENDA JOYCE Het grootste, mooiste en machtigste ooit vertoond. Komt men iemand op straat tegen WEDERVERTOONINGEN DE BRAVOUR-KLUCHT met 1000 VONDSTEN (N.V. Habé-film) V/i UUR LACHEN 4 de GEPROLONGEERD de NIEUWSTE KOMISCHE SENSATIE ONAFGEBROKEN LACHEN SCHIEDAM TEL. 69563 Van Vrijdag tot en met Woensdag DUS SLECHTS 6 DAGEN eiken avond 8.15 uur en Zondagmiddag 3 uur. Onbekende Gevaren, loerende in de Sombere Schaduwen. Een pracht-creatie van CHARLES BOYER. In het voorprogramma: Een INTERESSANT filmwerk, waarin MET LEVENSGEVAAR de GEHEIMEN der WOEKERAARS worden ONTHULD. met z'n Oostersche mysterie revue der 1000 wonderen TELEFOON SCHIFRAM HOOGSTRAAT L 68808 ''^LJAAIVl SCHIEDAM j PRISONS FEMMES) DE MAN, DIE DE MOED HAD Het kameleontisch bureel. De dokter, op de snijtafel. Oerwoudmuziek op 'n bataljons bureau. Een heet gevecht bij vijftien graden vorst. Ver beelding en werkelijkheid. De vredesborrel. Oorlogs verwoestingen onder de koeken. Herstelbetalingen na het uit slapen. Het is merkwaardig, hoeveel metamorpho- sen een bataljonsbureau in den loop van een tweedaagsche bevelsoefening kan ondergaan. Soms is het als een druk kantoor van „big business", waar schrijfmachines ratelen, te lefoons ringelen, gezegelde enveloppen wor den binnengebracht en iedereen zenuwachtig doet, al is het alleen maar, omdat hij anders uit den toon van het geheel zou vallen. Soms is het als een volle cafétaria, waar elke bezoeker zich aan zonderlinge gerech ten te goed doetbroodjes met limonade, of kaas met fosco, of koffie met een sinaas appel, en waar zij allen, een tikje verveeld, zitten te wachten op het groote avontuur. In een cafétaria komt het zelden, maar op een bataljonsbureau kan het plots per tele foon of rood-gelakten brief nog wel eens ko men binnenwaaien. En dan is het met de ge lijkenis uit. Maar om vijf uur in den morgen een trein vol soldaten rijdt pro memorie van Stroostad naar Negenshuizen is het groote bataljonsbureau herschapen in een Ooster- sche karavaanserail, waar in de schilder achtige omgeving van leege flesschen, hom pen brood, vuile koppen en glazen, een ko peren waldhoorn van het bataljonsmuziek corps, een fiets, een scheerstoel en schrijfta fels vol papieren, aanzienlijke vreemdelin gen kris-kras verspreid te slapen liggen op stoelen, tafels of banken, terwijl een enkele figuur met bleek gezicht en holle oogen een late, woekerende geldwisselaar bij een groene lamp gebogen zit over stapels paperassen. Er wordt gesnorkt. Het is misschien niet beleefd, dat ik dit hier zoo klakkeloos neer zet en het is misschien nog minder beleefd, dat het in feite gebeurt, maar het leven te velde hangt nu eenmaal niet van beleefd heden aan elkaar, hoezeer wij ons ook be ijveren steeds zoo minzaam en vriendelijk mogelijk te zijn. Er wordt dus het is de bittere waarheid rondom gesnorkt en de argelooze toehoorder krijgt een indruk als van een vreemde, primitieve krijgsmuziek Wie in dit orkest, om het eufemistisch te zeggen, de eerste viool speelt, is de dokter. Ik kan de verleiding niet weerstaan u van de slaapsponde een ruwe schets te maken. Een lange, smalle tafel, met grijs-groene le- gerdekens bekleed, staat in het midden van het bataljonsbureau en languit op die tafel, plat op zijn rug en kaarsrecht, als gereed voor een nieuwe „Anatomische les", ligt de dokter. Een vriendelijke hand heeft een de ken over hem heen gelegd. Daar steekt aan den eenen kant zijn blonde, blozende Frie- sche hoofd onderuit en aan den anderen kant twee rijlaarzen. Maar de vriendelijke hand, bestuurd door een geest, die niet zon der milden humor was, heeft meer gedaan. Zij heeft de commando-vlag van het bataljon genomen en die vlag breed-uit over de borst van den dokter uitgespreid. En zij heeft twee van de lange, koperen klaroenen met de donker-groene regimentsvaantjes uit de kast gehaald en die aan weerszijden van des dok ters blozend aangelaat op tafel gezet. Het geheel maakt een machtigen indruk, in feite lijkt de dokter min of meer op een opgebaarden admiraal in een chapelle ar- dente. Behalve dan, dat een opgebaarde ad miraal niet snorkt. De dokter wel. Hij snorkt wild en hartstochtelijk, met een tempera ment van een Chopin, getransponeerd in een leeuwin, die brult om haar geroofde welpen. Het is geen muziek van zoetgevooisde wel luidendheid, die uit deze admiraals-sarco faag opklinkt ,maar het is muziek de ruige muziek van het leven zelf. De gasofficier daarentegen, die in 'n hoek van het bureau een echte stroozak heeft ver overd, zingt een heel andere wijs. Hij snorkt licht en zangerig, met loopjes en valletjes, een Haydn onder de snorkers. De derde in dit koor van zonderlinge zie len, is de verbindings-officier, die, in twee stoelen gevouwen, snorkt in den trant van zijn eigen vak: kort-langkort-lang knor-knóöör knor-knóöör Als een fragment uit een morse-bericht of een gra- mofoonplaat, bij het afdraaien waarvan de naald in een scheur is blijven hangen. En temidden van deze vreemde oerwouden-mu- ziek werkt de luitenant-adjudant zwijgend aan een ontwerp-kantonnementsbevel en teekent de sergeant-toegevoegd, over een groote stafkaart gebogen, schetsen van een gevechts-opstelling, ergens in Nederland, ver weg. Half tien des ochtends ,het bataljon is in zijn nieuwe kantonnement gearriveerd. De nacht in den spooktrein heeft zijn sporen op de vermoeide gezichten van 't stafpersoneel achtergelaten, er zijn omkringde oogen en haardossen, welker weerbarstigheid door een droge kam en borstel niet te bedwingen bleek. Maar niemand let hierop, de problemen, die ons thans in beslag nemen, zijn vele en velerlei. „Hoe moeten wij in 's hemelsnaam de man schappen hier legeren?" zucht de majoor, want de kaart wijst een verlaten, vrijwel on bevolkte streek aan. Doch tijd om 't vraag stuk op te lossen is er nauwelijks, het wordt haastig verwezen naar de kwartiermakers, er zijn andere, dringender bezigheden: 't kan- tonnementsbevel moet uitgegeven worden, 't bevel voor de verbindingen, het galbevel, het geneeskundig bevel En, terwijl aan dit alles met koortsachti- gen spoed gewerkt wordt, komen reeds weer nieuwe bevelen van boven af binnen de voorposten moeten hun opstellingen inne men en de troep moet onmiddellijk begin nen met het graven van verdedigingswer ken, want 'n oorlog tusschen Roodland en Blauwland staat voor de deur. En dan raken wij bij vijftien graden vorst mJdden in de hitte van den veld slag en er is bij de haastige, geënerveerde drukte, bij het in- en uitzwermen der ordon nansen, bij de noodzakelijkheid om aan dui- zend-en-één dingen te denken en aan dui zend-en-één dingen tegelijkeigenlijk niemand meer, die 't zich nog bewust maakt dat wat zich hier afspeelt, slechts een leer zaam spel der fantasie is. Terrein-verkenningen worden (op de kaart) verricht, de compagnies-vakken wor den uitgezet, terreinschetsen met de opstel lingen der troepen op oleaat gebracht, er wordt telefonisch overleg gepleegd met ne ven-commandanten (op wier bureelen al evenzeer hoogspanning heerscht), wachten, patrouilles en piketdiensten worden gere geld, een uitkijkdienst wordt georganiseerd, orders voor luchtdoelbestrijding worden ge geven, vuurplans moeizaam opgebouwd en tenslotte bij den hoogeren commandant inge leverd. En bij dit alles mogen de diensten der keukenwagens niet vergeten worden, want een troep, die niet op tijd te eten krijgt, boet veel aan gevechtswaarde in. Uren en uren duurt de spanning, ver moeidheid is vergeten, of wordt met een paar haastige boterhammen en eenige slok ken koffie of bouillon weggewerkt en ergens in een hoek van het bureau staat de batal jonskapper een baard, die in de nachtelijke uren al te zwart geworden is, weg te schra pen, een hoofd, dat in de werveling der or ders te zwaar werd, op te kalefateren met een frisch-prikkelende friction. Gij moet niet denken, dat er ,wijl alles slechts op papier gebeurt, geen moeilijkhe den kunnen voorkomen. Want deze veldslag mag er dan een der verbeelding zijn, men moet daarbij rekening houden met alle fac toren der werkelijkheid de bevroren grond is te hard om in te graven en dus moet in de noodzakelijkheid om verdedigende stel lingen op te werpen, op een andere wijze worden voorzien; er zijn momenteel bij het bataljon zes zieke paarden en het vervoer der keukenwagens, munitiegereedschapswa- gens en patrooncaissons moet dus, met in achtneming van dezen handicap, worden ge organiseerd; de wegen zijn door de sneeuw voor de auto's uiterst-moeilijk berijdbaar en voor de fourage der onderdeelen moet dus rekening gehouden worden met uren vertra ging. Zoo blijft steeds het werk der snelle be sluitvorming en der verwerking van deze be sluiten in bevelen, levendig en frisch, omdat het allerlei practische moeilijkheden uit de dagelijksche werkelijkheid moet overwinnen, waarbij men met schablones niet uitkomt. Wie echter op den langen duur minder en minder levendig en frisch blijven, zijn de staf-officieren zelf. Het is nu stilaan avond geworden, op den tweeden dag; sommige gezichten zijn iets bleeker geworden en het floers rond sommi- ger oogen werd iets donkerder, de gebaren matter, de reacties langzamer, de zes-en- dertig uren bijna onafgebroken werken, doen zich voelen. Maar dit is het mooiste onderscheid tus schen den correspondentie-oorlog en den echte, dat de eerste op een redelijk moment een einde neemt. Diep in den avond van den tweeden dag, rengelt voor de zooveelste maal te telefoon „Hier Simon 37", zegt de luitenant-adju dant en dan prettig-verrast„Dank u zeer Dank u zeer Daarop draait hij zich niet zonder plecht statigheid naar den majoor en de officieren, die in spanning zitten toe te kijken. „Majoor, heeren 1" zegt hij langzaam, „de oorlogstoe stand is geëindigd. Mag ik het genoegen heb ben den heeren in het dorp den eersten vre desborrel aan te bieden?" „Dat genoegen zal aan mij zijn", zegt de majoor. „Ik dank de heeren voor hun toe wijding en medewei king". Het blijde bericht brengt plots nieuw le ven en beweging op de bureelen. De zucht van opluchting, de glans van plezier, die bij de officieren waarneembaar zijn, deelt zich op slag mee aan de sergeanten, aan de soldaat-schrijvers, die ook de volle twee dagen in de weer waren. De laatste bevelen gaan met vliegenden spoed de deur uit, mappen worden geordend, kaarten gevouwen, allerlei paperassen opge borgen. In het kleine dorpsrestaurant is alles reeds in rep en roer om te zorgen voor een laten disch. Wij staan op het punt weg te gaan. Er wordt geklopt. Een korporaal komt binnen. „Korporaal Smit van de cantine, majoor", meldt hij zich, al salueerend, „er zijn voor drie gulden vijf en dertig koeken gebruikt, voor twee gulden tien aan reepen chocolade, voor één gulden veertig aan bouillonblokjes, voor één gulden vijf en zestig aan. „Schei uit, kerel", onderbreekt de majoor deze sombere opsomming van oorlogsver woestingen, „morgen, na het uitslapen, zul len de heeren hun herstelbetalingen verrich ten. Eerst gaan we den vrede vieren". En met dit zonnige woord eindigt de twee daagsche. v. D. op een wedstrijd, welke door 120 der beste kappers uit Duitschland in de Kroll Opera te Berlijn werd gehou den, in tegenwoordigheid van 5000 toeschouwers. Ook in Duitschland blijkt dus kort haar voor dames weer in de mode te komen. Met een enkel woord is al gewag gemaakt van de tentoonstelling, welke onder den ti tel „Vijf en twintig jaar bisdom", welke gehouden wordt in de Openbare Leeszaal te 's-Hertogenbosch. Het is een gelukkige gedachte geweest van de vice-persidente van het leeszaalbe- stuur, mevrouw dra. J. EbelingBergé, die het plan opperde, dat thans tot uitvoering is gebracht. Wat beoogt de tentoonstelling, is stellig de eerste vraag welke rijst. Hier is het antwoord: in een zaal van 10 x 5 x 4,50 M. een indruk geven van de ont wikkeling van het godsdienstig en geeste lijk leven in het bisdom 's-Hertogenbosch. Het feest van Z. H. Exc. Mgr. A. F. Die pen was daartoe een gereede aanleiding. Zijn feest geeft tevens gelegenheid tot het exposeeren van aardige anecdotische ele menten, die echter geen hoofdzaak vor men. Het voornaamste is het feit, dat in de verstreken 25 jaren in het bisdom 's-Herto genbosch 49 nieuwe parochies en 13 recto raten werden opgericht bij een aanwas van 488.373 tot 747.733 Katholieken. De Bossche kunstschilder Gerard Gerrits zorgde er voor, dat deze kerken in effigie, regionaal- geordend, in de zaal werden gebracht. Dit spreekt zeer tot de verbeelding van den be zoeker. Midden in de zaal staat de nieuwe ka pel of liever: kerk van het groot seminarie te Haaren als studie-maquette. Daarbij sluit aan de bouwtechnische, liturgische en aesthetische zorg, zich demonstreerend in een kerkplan van Waalwijk, waarbij de kerk als bevolkingscentrum gedacht werd, geflankeerd door scholen, parochiehuis enz. Dit alles is nog het beeld van uiterlijk heid; zoo is het van buiten. Maar van bin nen? Hoe is het gesteld geweest in de af- geloopen kwarteeuw met het godsdienstig leven? Daar zijn 1447 priesterwijdingen. Hoe deze beter te suggereeren dan met een groote foto van een priesterwijding in St. Jan, genomen van den koepel uit. Ook de bisschopsconsecraties en abts wijdingen ziet men door middel van zeer sprekend fotomateriaal, dat, indrukwekkend als het is, herinneringen wakker roept. De heer F. Moussault heeft voor deze exposi tie prachtige foto's uit het archief van zijn R. K. Fotopersbureau „Het Zuiden" afge staan. Het bisdom 's-Hertogenbosch is het bis dom van niet minder dan 113 verschillende orden en congregaties. Hoe de beteekenis hiervan visueel te maken? De inrichters de den het door zeer fraai uitgevoerde poppen, door het Bisschoppelijk Museum geschon ken. 's-Hertogenbosch is de Maria-stad. De Plechtige Omgang herleefde er in 1916. Mgr. Diepen nam hieraan actief deel, een zeer ge slaagde foto vertelt hiervan. Na het godsdienstig leven vraagt ook het geestelijk leven de aandacht. Allereerst het hooger onderwijs. Daar is de R. K. Uni versiteit van Nijmegen met haar 532 studen ten; daar is de Katholieke Economische Hoo- geschool van Tilburg met haar 237 studenten. Een nationale zaak deze Katholieke hoo ger onderwijsinstituten, zeker, doch in het Bossche bisdom gelegen en tijdens het epis copaat van Mgr. Diepen tot stand gebracht. Daarom ziet men op de tentoonstelling het eerste bezoek der Nederlandsche bisschoppen aan Tilburg, met Mgr. Van de Wetering, die Mgr. Diepen consacreerde, en het eerste lustrum van Nijmegen. Uiteraard wordt daarnaast de groei van het voorbereidend hooger, middelbaar en lager onderwijs niet voorbij gezien; het cijfermateriaal wordt hier verlevendigd door markante foto's. Ook de invloed van den jubileerenden bisschop op de jeugdorganisaties wordt te recht belicht. Het Interdiocesaan en Dio cesaan Jeugdsecretariaat zorgden voor kleu rige statistische gegevens, tot 1940 bijgewerkt. En de organisaties zelve zorgden voor de vlaggen. En om nu te eindigen met waar we mede begonnen zijn: het anecdotische element bracht uit het leven van mgr. Diepen kos telijke momenten. Zoo de opname van Mgr. nadat hij zijn kiezersplicht volbracht had; zoo de voornaam-charmante wijze, waarop hij als gastheer fungeerde, toen H. M. de Ko ningin een bezoek bracht aan de St. Jan; zoo zijn deelneming aan de Willem de Zwijger herdenking in 1933 op het Bossche stadhuis; zoo zijn ongedwongen samenzijn met den Koninklijken commissaris der Nederlandsche Ver'.enners Z. K. H. Prins Bernhard. Wat de expositie beoogt: een filmjournaal te zijn van een leven, dat 25 jaar in dienst stond der Katholieke gemeenschap van het Bossche bisdom. Drietal verdachten te Nijmegen aangehouden. De Rijks- en de Gemeenteveldwachters van Mook zijn er naar het „Handelsbl meldt, met medewerking van de recherche te Nijmegen in geslaagd drie inbrekers te arresteeren, die zich aan eenige vermetele inbraken hebben schuldig gemaakt. De hoofdverdachte in deze zaak is onge veer drie weken geleden uit de gevangenis ontslagen, waar hij een langdurige straf on dergaan had wegens een inbraak in het zo merhuis van mr. J. S. te Mook en dertien andere misdrijven. De man is kort nadat hij uit de gevangenis was gekomen weder naar Mook gegaan en heeft daar met twee kor nuiten het landhuis van den heer S. opnieuw bezocht en dit vrijwel geheel leeg geplun derd. Daarvóór hebben zij ook in een ander landhuis hun slag geslagen. Den eersten keer nu ruim oen week geleden, dat zij naar Mook gingen, slaagden zij er niet in het landhuis van mr. S., die in Nijmegen woont en des winters slechts weinig te Mook verblijft, binnen te komen. Zij hebben daarna een bezoek gebracht aan een ander landhuis, het eigendom van mej. M. Door een deur open te breken, slaagden zij er in zich toegang te verschaffen. Op hun gemak hebben zij alles, wat van hun gading was, bijeengezocht en in koffers, die zij ook in het landhuis vonden, gepakt. Het waren een groote partij dekens, kleine meubelstukken, koperwerk, kleeding- stukken en de inhoud van de provisiekast waarvan zij een deel in het zomerhuis ver orberden. Vrij kort nadat deze inbraak was geschied, werd de daad ontdekt en daarbij bleek, dat de inbrekers niet alles in één keer hadden kunnen vervoeren, zoodat eenige zakken met gestolen kleedingstukken en andere voor werpen gereed gezet waren, blijkbaar met het doel deze later te komen halen. De Rijks- en Gemeenteveldwachter Van Mook stelde zich daarom in hinderlaag op met de bedoeling de daders op heeterdaad te kun nen betrappen, maar deze hadden blijkbaar lont geroken en zij verschenen niet. Evenwel sloegen toen de heeren elders hun slag n.l. in het landhuis van mr. S. De heer S. had na de vorige inbraak de deur van het landhuis extra verzekerd en voor zien van een zwaar Lipsslot, waarop de in brekers hun krachten tevergeefs probeerden Daarna hebben zij terzijde van het huis eer andere deur grondig opengebroken en zijn het landhuis binnengegaan, waar zij een flin- ken buit konden bemachtigen. De lijst van het gestolene is zeer omvang rijk en vermeldt o.a. een groote partij ko peren en tinnen voorwerpen, den geheelen voorraad linnengoed, een vloerkleed met bij behoorende kleedjes, tien dekens, een aan tal kisten, waarin de gestolen voorwerpen werden verpakt en een plaid. Voorts heb ben zij uit den kelder een partij wijn wegge nomen, waaraan zij zich in het landgoed, zoo als uit de achtergelaten sporen viel op te maken, danig te goed hebben gedaan. Nadat zij alle voorwerpen verpakt hadden, hebben zij de kisten in een naburig bosch verstopt en deze later naar Nijmegen vervoerd. Bo vendien hadden zij in het landhuis nogal wat vernielingen aangericht. Ook van deze inbraak kreeg de eigenaar spoedig kennis en toen kreeg de politie van Mook het vermoeden, dat hier wel eens één van de daders van de inbraak van enkele jaren geleden aan het werk kon zijn geweest De beide politiemannen begaven zich daarom naar Nijmegen en stelden zich in verbinding met de recherche van deze stad. Het ver moeden bleek al dadelijk juist te zijn. De recherche kon n.l. mededeelen, dat de ver dachte, na zijn ontslag uit de gevangenis, zich inderdaad te Nijmegen had gevestigd en na ampel beraad besloot men in 's mans kamer, in het hartje van de oude stad, een onderzoek in te stellen. Toen de politieman nen zich daar vervoegden, was de man niet thuis, maar toen men zich toegang tot de kamer had verschaft, vond men daar eenige koffers, afkomstig van de inbraak in het landhuis van mej. M. Daar de politie te Mook over aanwijzingen beschikte, dat er zeker drie inbrekers waren geweest en toen zij dit aan de Nijmeegsche recherche mededeelde, had deze al aan stonds een vermoeden omtrent de identiteit van de twee anderen. Zij had nl. de bewe gingen van den hoofddader na diens ontslag uit de gevangenis scherp geobserveerd en was dus op de hoogte van zijn relaties. De twee vrienden, waarmede hij verkeerd had, woonden in de onmiddellijke omgeving op een kamer. Ook daar ging de politie eens rondneuzen met het gevolg dat eenige van de inbraken afkomstige voorwerpen gevon den werden. Men wachtte nu maar rustig af tot de drie inbrekers kwamen opdagen en dezen die geen flauw vermoeden hadden van het onheil, dat hun boven het hoofd zweefde, werden achter elkaar geknipt. Ont kennen kon natuurlijk niet baten en zoo legden zij al spoedig een bekentenis af. Een groot deel van den buit werd terugge vonden bij een opkooper en in beslag geno men. Onderzocht wordt nog in hoeverre er aanleiding bestaat tegen dezen man een straf vervolging in te stellen wegens heling. De drie inbrekers zullen ter beschikking van de Justitie te Arnhem worden gesteld. Aan de dagnijverheidsschool voor de lucht vaart van de stichting „Nederlandsch lucht vaart instituut", gevestigd te 's Gravenhage Zeezwaluwhof 26, gesubsidieerd ingevolge de Nijverheidsonderwijswet, staat de in schrijving open voor leerlingen voor een tweejarigen cursus tot opleiding van grond en boordwerktuigkundige bij de luchtvaart. Jongelieden die in het bezit zijn van een getuigschrift eener ambachtschool .afdeeling smid-bankwerker, motorrijtuighersteller, in strumentmaker of electricien, en leerlingen met een overgangsdiploma naar de derde klasse van een erkende ULO-school, of met gelijkwaardige vooropleiding, kunnen voor- dezen cursus in aanmerking komen. De samenwerkende arbeidersorganisaties in de textielindustrie „St. Lambertus" en „de Eendracht" hebben een ultimatum gesteld aan de stoom band en koordfabrieken der firma C. M. v. d. Veer te Den Bosch, hetwelk afloopt op 16 Maart a.s. Als op dien datum aan de gestelde verlan gens niet op bevredigende wijze is tegemoet gekomen wordt op Maandag 18 Maart a.s. de arbeid niet hervat. De kwestie loopt over loonregeling, uitbe taling op christ. feestdagen en vacantiedagen en enkele andere aangelegenheden betreffen de loon- en arbeidsvoorwaarden. De actie is ingezet door de wevers, die allen georgani seerd zijn. Op de betrokken fabriek werken ongeveer 60 man. Het vaarwater StavorenSneek is thans opengebroken. Het scheepvaartverkeer Sta vorenGroningen is hersteld. voor de naar den wereldbekenden roman van met> (20th Century Fox) 93711MVS dan kan men zich af vragen of hij (of zij) ge woon is te rooken mis schien; of hij (of zij) wel eens naar een bioscoop gaat misschien; of hij (of zij) naar de radio pleegt te luisteren misschien. - maar men behoeft zich dat couranten- reclame logischerwijs de kern is van iedere goede reclame-campagne. Vraagt inlichtingen, voorbeelden etc. van courantenreclame bij de erkende advertentiebureaux of het „Cebuco", Dam 2a, Amsterdam. DLYMPIA Wegens alles overtreffend succes van De bekende Engelsche komiek in Zondag doorloopend van 12 uur af. 93710MVS 40 De toeloop is enorm en laatste week 93708MVS 50 in de „United Artists" film in de L.C.B. Columbia-film Maandag - Din»da9 en Woensdag 2 uur populaire matinee, met volledig avondprogramma. VERDACHT: Donderdag 14 Maart fïv VRIJDAG 8 T/M DONDERDAG 14 MAART Het machtige, boeiende en spannende Filmwerk ZOOALb WIJ VOORSPELD HEBBEN, OVERTRtFT DEZE PRACHTFILM HET SUCCES VAN „DE BE WO AR SCHOOL" Ze Hoofdfilm: De zingende Cowboy .,GENE AU i RY" jn. IEDEREN DAG (BEHALVE VR JDA Z UUR MAHkEE Mei HET GEHEELE AVONDPROGRAMMA Pr zen vanaf 15 CT.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 4