3
h
a
w
to
7
LOONEN EN PRIJZEN.
b
HE. lEUWE DAGBLAD VAN WOENSDAG 18 DECEME1940
Algemeen verband.
DE L.T.B. IN DEZEN OVERGANGS
TIJD.
MOEDIG GËDRAG VAN EEN
POLITIEAGENT.
Het ledenaantal steeg tot boven
9.000.
mmsm
DIEFSTAL IN VEREENIGING.
VERVAARDIGING VAN POST-
FORMULIEREN.
DUITSCH LANDGERECHT.
Beleediging van den Führer en
verspreiding van geruchten.
CONCENTRATIE VAKPERS N.V.V.
Men behoeft nu juist geen diepgaande
economische studiën gemaakt te hebben, om
te kunnen begrijpen, dat er tusschen loonen
en prijzen een sterk verband bestaat.
Voor een onderneming vormen de loonen
een belangrijk onderdeel der productie-kos
ten. Ze worden dus betaald uit de opbrengst
van de geproduceerde waren. Stijgende
prijzen, doordat er meer vraag naar de ge
produceerde goederen is, dan stijgt de winst
en zullen de arbeiders naar loonsverhooging
streven, terwijl er bij de ondernemers
meer geneigdheid tot, althans minder weer
stand tegen een verhooging der loonen.
zal zijn te bespeuren. Dalen daarentegen de
prijzen der geproduceerde goederen, en ver
mindert daardoor de winst, of verkeert deze
zelfs in verlies, dan zal er van de zijde der
ondernemers een steeds krachtiger streven
opkomen, om tot verlaging der loonen
dus tot vermindering van de productiekos
ten te komen. En bij de arbeiders, na
tuurlijk aanvankelijk geneigd zich daarte
gen te verzetten, zal tenslotte de weerstand
zwakker worden, omdat zij zeer goed be
grijpen, dat een onderneming op den duur
niet met verlies kan blijven werken.
Maar er is nog een ander verband tus
schen loonen en prijzen. Immers, wil men
vaststellen hoe hoog de loonen zijn, dan
moet men niet alleen kennen het geldbe
drag, dat de arbeiders als loon ontvangen,
maar men moet ook weten wat zij voor dat
bedrag kunnen koopen. Zijn de prijzen der
eerste levensbenoodigdheden levensmid
delen, kleeding, woning, enz. in een land
laag, dan kan het geldbedrag der loonen la
ger zijn dan in een land waar de totale kos
ten van levensonderhoud hooger zijn, terwijl
toch de levensstandaard der arbeiders vrij
wel gelijk kan zijn. Vandaar dat stijging der
kosten van levensonderhoud noodzakelijk
met zich meebrengt een streven bij de ar
beiders, om tot verhooging der geldloonen
te komen: zij willen zoolang mogelijk den
bereikten levensstandaard handhaven.
In dit alles lag in het verleden een bron
van arbeidsconflicten, al is in ons land hun
aantal, eenerzijds door het steeds beter in
zicht in de onderlinge en de marktverhou
dingen zoowel bij arbeiders als werkgevers,
anderszijds door het tijdig ingrijpen en be
leidvol optreden van de Rijksbemiddelaars,
aanzienlijk gedaald. Het inzicht brak baan,
dat wat men vroeger als klassenstrijd be
schouwd had, niet anders was als een be
langenstrijd, terwijl het steeds duidelijker
werd, dat de belangen veelal niet tegenova:
elkaar stonden, maar evenwijdig liepen.
Men heeft, in andere landen (bijv België)
meer dan ten onzent, deze conflicten ook
trachten te voorkomen, door «in de collec
tieve arbeidsovereenkomsten op te nemen
'n „glijdende loonschaal". Er werd verband ge
legd tusschen het loonbedrag en de kosten
van levensonderhoud Gingen de laatste om
hoog, dan gingen automatisch ook de loonen
omhoqg. Zoo trachtte men den levens
standaard der arbeiders op het eenmaal be
reikte peil te houden.
De ervaring heeft geleerd, dat hier een
eigenaardige wisselwerking optrad.
Immers, wanneer de prijzen van de eerste
levensbenoodigdheden omhoog gingen, dan
kwam dit, omdat het evenwicht tusschen
vraag en aanbod verbroken was. Dit kon
.9snB,het gevolg zijn van een stijging van de
vraag, maar ook en meestal van de
daling van het aanbod. Gingen nu de loo
nen omhoog, dan beteekende dit praktisch,
dat de vraag nog meer werd vergroot, ter
wijl het te geringe aanbod hetzelfde bleef.
Gevolg: verder omhooggaan van de prijzen.
Gingen dan daardoor weer automatisch de
loonen omhoog, dan werd de vraag weer
vergroot, met als noodzakelijk gevolg: verde
re stijging van de prijzen. Men heeft dit
teekenend genoemd; de schroef zonder eind.
Wil men arbeidsconflicten voorkomen,
dan jal men ernaar moeten streven, om
zoowel de loonen als de prijzen zooveel mo
gelijk te stabiliseéren.
Zeker, men kan die conflicten ock ver
bieden, gelijk men ten onzent dan ook al
gedaan heeft. Maar de ervaring van den
ouden tijd, toen men ook dit middel bijna
in alle landen had aangegrepen, heeft ons
wel geleerd, dat 't niet afdoende en daar
om zelfs gevaarlijk hleek te zijn. Men drong
met geweld de uitingen van ontevredenheid
terug, maar de ontevredenheid bleef en
werd zelfs ernstiger. En in plaats van sta
kingen kreeg men oproeren.
Daarom zal men, wil men op den duur dit
verbod kunnen handhaven, noodzakëlijk de
rechtspositie der arbeiders moeten regelen,
en bovendien omdat nu eenmaal loon-
conflicten de meest voorkomende oorzaken
van stakingen en uitsluitingen waren
zal men er naar moeten streven niet alleen
de loonen, maar ook de prijzen der eerste
levensmiddelen te stabillseeren, althans zoo
goed mogelijk met elkaar in evenwicht te
houden.
Vandaar, dat wij naar wij reeds de vo
rige week uitvoerig hebben meegedeeld
een loon-verordening hebben gekregen,
maar daarnaast ook een prijs-ver ordening.
Deze beide regelingen zullen wij thans,
nu ons de reden van haar bestaan duidelijk
is geworden, aan een nadere beschouwing
onderwerpen.
oh nii-
Gevaarlijk projectiel uit het water
gehaald.
Tijdens den hevigen storm op 6 Decem
ber j.l. kreeg de wachtcommandant van
het politiebureau aan den Gevers Deynoot-
weg te Scheveningen bericht, dat er in de
buurt van de pier een voorwerp in zee
dreef, dat veel op een mijn leek. De agent
van politie F. Bouman, die reeds vele jaren
te Scheveningen dienst doet en dus met de
zee vertrouwd is, kreeg opdracht sorts te
gaan kijken. Het zeewater stond tegen den
muur van den boulevard aan en inderdaad
zag de agent, toen hij een paar treden de
strandtrap was afgegaan, een donker voor
werp drijven op korten afstand van den
muur. De storm zwiepte het projectie] in
de kokende zee heen en weer en dreigde het
tegen den muur te gooien. De agent kon
op het laatste moment het voorwerp, dat
een dieptebom bleek te zijn, grijpen en met
beide handen droeg hij de ongeveer 25
kg. zware en 70 c.M. lange bom naar bo
ven, waar er een politiewacht bij werd
geplaatst. Den volgenden ochtend is het
gevaarlijke prolectiel door Duitsche militai
ren naar elders vervoerd.
Een woord van lof past hier ongetwijfeld
voor het moedige gedrag van agent Bou
man, die getrouwd is en vier kinderen
heeft.
De leden van de L. T. B. kwamen Dins
dagmorgen in gebouw St. Bavo te Haarlem
ter algemeene vergadering. Nadat de bonds-
adviseur, prof. Ant. Cleophas, in de St. Jo-
sephkerk te Haarlem eenH. Mis voor een
spoedigen en rechtvaardigen vrede had op
gedragen, hield de algemeen voorzitter, de
heer G. W. Kampschöer een openingrede,
waarin hij allereerst wees op 6e moeilijke
omstandigheden waaronder wij thans leven.
Hij herdacht de uit eigen kring voor het
vaderland gesneuvelden en hen, die door
inundatie, hetzij door oorlogsgeweld zijn ge
troffen. Spr. gaf een opsomming van het
geen de L. T. B. na de oorlogsdagen ver
richtte. Landelijk is concentratie bereikt
al is het nog maar een noodverband door
instelling van een centraal secretariaat
voor den land- en tuinbouw. Ook geweste
lijk werd contact gelegd tusschen de land
en tuinbouw-organisaties. Een belangijk
voordeel was, dat de crisiscentrales volko
men intact waren gebleven.
Regelmatig hebben wij onze leden op de
hoogte gehouden van de verlangens ten aan
zien van de voedselvoorziening. Ons werk
diende er steeds toe om van de leden ge-
meenschapsmenschen te maken. Toen in an
dere kringen nog het liberalisme hoogtij
vierde, werd in onze organisatie reeds ge
ijverd voor een redelijke belooning voor
den bewerker van het land, collectieve ar
beidsovereenkomsten, goede pachtverhou-
dingen, voor een goed begrijpen van de so
ciale beteekenis, die grond en bodem heb
ben etc.
De pachtwet, is er, de stijging van de
gondprijzen is aan banden gelegd. Thans
vragen wij aldus spr., een oplossing van het
vraagstuk van de hypotheekrente en van de
vaste lasten. Met het laatste vraagstuk zijn
wij reeds geruimen tijd bezig en wij hopen
het op te lossen.
De leuze „boerenland in boerenhand"
leeft sedert jaren onder ons. Een welvaren
de boerenstand *s voor de maatschappij een
zegen. Alle gezonde eigenschappen van ons
volk zijn in hun wezen terug te vinden in
dat deel onzer bevolking, dat het nauwst
verbonden is met onzen bodem en het taaist
vasthoudt aan de tradities van het voorge
slacht.
Wij stammen uit een geslachtenreeks, die
jaren gestreden heeft met het water. Wij
hebben ons eigen land gemaakt, ontworsteld
aan woelige zeeën en meren. De eerste pre
dikers van het Christendom en van onze
beschaving zijn hier begonnen. Wij willen
ook in deze tijden dit werk voortzetten on
der bescherming van St. Willibrordus.
Wij hebben steeds geijverd voor de be
scherming van het groote gezin. Ook wij
wenschen ordening van het maatschappe
lijk leven, maar zij kan alleen berusten op
het Christendom. Voor ons is dit momen
teel een van de belangrijkste punten.
In het verleden hebben wij van onze le
den gemeenschapsmenschen gemaakt ,in
het heden kunnen wij op deze leden bou
wen. Niemand heeft onze organisatie verla
ten en ieder begrijpt, wat de L. T. B. heeft
beteekend, nog beeekent en gaat beteeke-
nen.
Wij maken een overgangstijd door. Een
revolutie van den liberalen tijd naar den
geordenden tijd. Dit kunnen wij zeggen, het
bedrijfsleven was den nieuwen tijdgeest
reeds ver vooruit. Daardoor is verklaarbaar
dat de L.T.B.-er voor het heden zooveel
aanknoopingspunten, wat zijn idealen aan
gaat, in het verleden vindt.
De L.T.B. is kerngezond, het ledental is
tot boven de 9.000 gestegen.
Zoodra de omstandigheden het toelaten
zal het zilveren jubileum alsnog herdacht
worden. De jonge boeren en tuinders zul
len binnenkort een L. T.-leider krijgen, die
zich speciaal met de technische ontwikke
ling der jongeren zal bezig houden.
Na deze rede, waarmede de vergadering
met een langdurig applaus haar instemming
betuigde, herinnerde de bondsadviseur prof.
A. Cleophas aan de pauselijke onderschei
ding, welke de voorzitter kort geleden
mocht ontvangen. En hij greep deze gelegen
heidheid aan om de vele verdiensten van
den heer Kampschöer nog eens in het licht
te stellen en om hem voor zijn groot en on
baatzuchtig werk namens de leden van den
bond te bedanken. En voordat dé vergade
ring zich weer met de agenda ging bezig
houden, sprak nog Pater de Groot uit Ber
gen een behartigenswaardig woord over het
retraitewerk.
Na ampele discussie werden de rekenin
gen over 1939 en de begrooting voor het
jaar 1941, welke sluit met een bedrag van
45.180 vastgesteld. Bij de ingekomen voor
stellen was er een van de afdeeling Lei-
muiden, om bij de bevoegde instanties met
klem aan te dringen op het onverwijld ne
men van maatregelen, eventueel wettelijke
bepalingen vast te stellen, dat de rente van
bestaande hypotheken, opgenomen gelden
bij banken en dergelijke op boerderijen,
tuinderijen of bloemisterijen enz. maximaal
3% mag bedragen. Naar aanleiding van dit
voorstel hield de algemeen secretaris, de
heer C. A. J. van Baar, een korte uiteenzet
ting over de bedoeling van de jongste ver
ordening inzake de pacht- en grondprijzen.
Het had- spreker verwonderd dat N.S.B. en
Agrarisch Front de eer opeischen de eersten
te zijn geweest, die daarom hebben gevraagd,
vijftig jaar geleden heeft pater Van den Ei
sen er reeds voor gestreden.
Wij kunnen de verordening met vreugde
begroeten. Enkele deelen zijn nog niet ge
heel duidelijk, maar eerstdaags komt nog
het uitvoeringsbesluit. Veel hangt er van af,
of de verordening door de pachtbureaux
volgens de letter van de wet moet worden
toegepast. Nadat spr. nog een toelichting op
de verschillende punten had gegeven, be
sloot men het voorstel Leimuiden voor ken
nisgeving aan te nemen.
De bondsadviseur legde in een korte toe
spraak den nadruk op de belangrijke func
tie van boeren en tuinders in dezen tijd.
In de middagzitting, welke gepresideerd
f
HET TYPISCH POORTJE VAN CULEMBORG, waar- DE KRUIDENIER VAN DE WIERINGERMEER heeft in dit uitgestrekt gebied
van fundeering en bovenbouw in verva.- zijn geraakt, veel bezorgklanten. Hij heeft nu zijn acht-cylinder omgebouwd in een één-
üj°dredhjkheormgedlegdet d°°rgaand Pax^HoUand.) Paards> waardoor een eigenaardig vehikel is ontstaan. (Foto Polygoon.)
werd door den vice-voorzitter den heer Jac.
Groen, hield ir. A. J. Heijmeijer, secretaris
van de drie centrale landbouworganisaties,
een inleiding over de ordening in land- en
tuinbouw, waarin hij zich speciaal bezig
hield met het vaste-prij zenstelsel, waar
over ir. Louwes op de te Arnhem gehouden
vergadering van den R. K. Boeren- en Tuin-
dersbond heeft gesproken. Aan het einde
der vergadering sprak nog rector Beune een
opwekkend woord over organisatie der
jonge boeren en tuinders.
De Utrechtsche rechtbank heeft twee
vrienden, aan wie diefstal in vereeniging van
geld en diefstal in vereeniging van een rij
wiel ten laste was gelegd, conform den eisch
veroordeeld.
De twee vrienden waren een musicus en
een athleet, beiden verkeerden in geldnood.
Om hieraan een eind te maken, had de rmf-
sicus een plan bedacht. Hij onderhield re
laties met een jong meisje en op een avond
verschafte hij zijn vriend den sleutel van het
huis, waar zij woonde. De musicus was dien
avond met het meisje alleen thuis en hij
zorgde ervoor, dat zijn vriend, zonder ge
stoord te worden, geld kon stelen. De vrien
den hadden echter tegenspoed, want op een
voor hen ongunstig oogenbliik kwam de
broer van het meisje thuis, waardoor de
athleet haastig moest vluchten. Op deze
vlucht nam hij 'n willekeurig rijwiel mede.
Thuisgekomen zeide hij aan zijn vader, wiens
fiets hij, geleend had, dat hij in het donker
een verkeerde fiets had medegenomen. De
vader waarschuwde de politie en daardoor
kwam de zaak uit.
Over den athleèt was aan de rechtbank een
gunstig rapport uitgebracht, dat over den
musicus was echter minder mooi.'De officier
van justitie eischte tegen beiden acht maan
den gevangenisstraf, welke straf voor den
athleet geheel voorwaardelijk zou zijn, voor
den musicus echter drie maanden onvoor
waardelijk en vijf maanden voorwaardelijk.
Het feit, dat het plan tot den diefstal van
den musicus was uitgegaan, die daardoor zoo
wel het meisje als haar moeder op ergerlijke
wijze had bedrogen, was hieraan niet vreemd.
Onlangs is een besluit van den secretaris
generaal, wnd. hoofd van het departement
van Binnenlandsche Zaken gepubliceerd,
waarbij het nabootsen van drukwerken en
formulieren in gebruik bij den postdienst,
den pakketpostdienst en den postchèque- en
girodienst, tenzij met uitdrukkelijke toestem
ming van dén directeur-generaal der P. T. T.
werd verboden.
Ter voorkoming van misverstand wordt er
de aandacht op gevestigd, dat het gebruik
van niet van rijkswege uitgegeven brief
kaartformulieren (art. 14 postbesluit) en de
vervaardiging van borderellen en douane ver-
klaringen door de particuliere nijverheid
(postgids 3e suppl. art. 6 sub 9) blijft toe
gestaan.
HET
OOG VAN BAA-AL
M
129. Tonny zette groote oogen op,
toen hij zag, wat een kracht de aap ont
wikkelde. Deze slaagde tenslotte erin,
den waran te verjagen, en toen hij
daarmee klaar was, wenkte hij opeens
het gezelschap met zijn poot, hem te
volgen. Jet en Tonny keken elkaar
verbaasd aan. Ze wisten eerst niet
goed wat ze moesten doen, doch toen
zij hun vader hoorden zeggen: „Dat
kan interessant worden!", volgden zij
het dier naar een dimster hol
130. Het hol bevond zich in'een reus-
achtigen bergwand en was daarom niet
zoo heel gemakkelijk te bereiken. Maar
met een beetje moeite kwamen ze er
toch.. Op het eerste moment aarzelden
ze, om daar binnen te gaan. Het lag
voor de hand, dat ze het zaakje niet
erg vertrouwden, maar de aap bleef
nog altijd maar wenken met zijn poot
Het leek wel of hij gedresseerd was. In
ieder geval was het een buitengewoon
slim dier.
131. In het hol bevond zich nog een
Klein aapje, dat heel verbaasd naar de
vreemde bezoekers keek. De aap had
het gezelschap blijkbaar even zijn
jongste spruit, waarop hij erg trotsch
was, willen toonen. Kom, zei dokter
ïrgman tot Jet en Tonny, laten we
e apenfamilie nu maar niet verder
storen en naar huis gaan. Maar nu
eerst kwam Jet voor den dag met
haar verhaal van het huis, dat ze in
de wildernis ontdekt had.
132. Natuurlijk wilde haar vader er
terstond wat meer van weten en hij
vroeg haar, of ze nog kans zag, den
weg naar het geheimzinnig ehuis terug
te vinden. Gelukkig herinnerde Jet zich
nog voldoende bijzonderheden om den,
weg te vinden en na den aap bedankt
te hebben voor de door hem verleende
hulp, nam het gezelschap afscheid van
hem. De dokter was natuurlijk erg
nieuwsgierig, wat hij nu weer te zien
tou krijgen.
133. Het zou echter niet lang meer
duren, of de nieuwsgierigheid van den
dokter zou worden bevredigd. Jet had
al heel spoedig het geheimzinnige huis
teruggevonden. Vlak voor den ingang
ontdekte zij een groenen steen van
denzelfden vorm als het Groene Oog
van Baa-al. Je kon echter duidelijk
zien, dat hij niet echt was. Dokter
Bergman, die vermoedde, dat de Ame
rikaan hier meer van wist, liet dezen
den steen zien.
134. Hassan was intusschen eens op
onderzoek uitgegaan. Hij had in de wil
dernis gewoond en hij wist dus wel,
wat er zich daar zoo al kon afspelen.
Het was voor hem een klein kunstje,
om aan de voetafdrukken op den vloer
te zien, dat hier den laatsten tijd wel
meer menschen waren geweest. Hassan
snuffelde overal rond en zijn oog viel
op dingen, die een ander heelemaal niet
zou hebben opgemerkt. Hij leek wel
"en detective.
Nadruk verboden.
135. Op een gegeven moment vond hij
zelfs voetafdrukken, die leken op die
van de rubberzolen van den Ameri
kaan. Dat was een belangrijke ontdek-
:ing en Hassan aarzelde dan ook
ieen seconde ,om deze aan zijn mees
er te gaan mededeelen. Ik heb hei
gevonden, dokter, zei hij met hijgendr
stem. -We zitten hier midden in het
roofnest van dien Amerikaanschen
vrijbuiter. Laten we maar oppassen,
anders komen we er niet meer uit.
36. Deze waarschuwing van Hassan
/as niet overbodig, want terwijl de
nannen beneden zieh verder in het gë-
:ouw waagden, sloop over de boven-
erdieping de man met het Chineezen-
ezicht, die de handlanger was van den
Amerikaan. Hij had natuurlijk al lont
;eroken en wachtte nog slechl^ op een
gunstig oogenblik, om zijn slag te kun
nen slaan. Zijn sluwheid echter maakte
hem voorzichtig en daarom bleef hij
voorloopig nog boven.
(\VORDT VERVOLGD.)
(Fax-Holland.)
Voor het Duitsche landgerecht te 's Gra-
venhage heeft Dinsdag terecht gestaan de
43-jarige Haagsche koopman Ph. P. Op 21
Augustus was beklaagde op de Hoefkade te
den Haag twee kennissen tegengekomen §van
wie een zekere Z. voor de Duitsche weer
macht werkte. P. heeft toen, zooals uit het
getuigenverhoor bleek, tegen dezen beleedi-
gende woorden gebruikt. De aangesprokene
heeft daarop geantwoord dat hij geen ander
werk kon krijgen en vroeg aan P. of deze
hêm aan werk kon helpen, waarop beklaag
de een grove beleediging voor Hitier uitte.
Beklaagde ontkende het hem ten laste ge
legde, beweerde dat hij op den bewusten dag
zelfs niet in den Haag was en zocht in de
beschuldiging een uiting van wraak van den
getuige Z., wien hij vroeger een vrouw af
handig heeft gemaakt.
De generaal Staatsanwalt dr. Koblitz, wees
er in zfjn requisitoir op, dat beklaagde zeer
agressief is opgetreden en zonder eenige
oorzaak met beleedigingen is aangevangen.
Spr. noemde het een groote onbeschaamd
heid, dat in deze tijden een Jood beklaag
de is Israëliet anderen het verwijt durft
te maken, dat zij voor de Duitsche weer
macht werken. Daarom is het noodig, dat aan
dergelijke menschen voor langen tijd het
zwijgen wordt opgelegd. Daarbij komt dah
nog de zeer ernstige beleediging van den
Führer, welke de Duitschers niet ongestraft
kunnen laten. In verband met den ernst van
het feit vorderde spreker een gevangenis
straf van twee jaren.
De rechter, de heer Joppich, kon zich met
dezen eisch vereenigen, doch bracht bij het
uitspreken van het vonnis vfjf weken voor
arrest in mindering.
Geruchten verspreid.
Vervolgens stond terecht de 17-jarige kan
toorbediende O. F., die werkzaam is bij het
hoofdbestuur der P. T. T. Deze was door een
van zijn collega's aangeklaagd, wegens het
verspreiden van geruchten.
Deze collega had allerlei uitlatingen van
den beklaagde in een boekje genoteerd, doch
wist zich, daar hij bij het getuigenverhoor
dit boekje niet mocht raadplegen, niet veel
meer daarvan te herinneren. Aan beklaagde
was ten laste gelegd, dat hij op zijn afdee
ling had verteld, dat in Duitschland de vlag
gen halfstok hingen, omdat er een hooge
autoriteit zou zijn gestorven; voorts dat 3000
Duitsche soldaten zelfmoord hadden ge
pleegd en tenslotte, dat men ongenoode gas
ten er weer uit moest gooien.
De beklaagde erkende alleen de uitlating
inzake het halfstok vlaggen. HU verklaarde
echter dit niet te hebben gezegd met de be
doeling beleedigend te zijn. Het praatje ging
algemeen en hij wist' niet, dat hij onwaarheid
sprak.
Staatsanwalt dr. Koblitz waarschuwde in
zijn requisitoir ernstig tegen het verspreiden
van lichtzinnige geruchten; zij bederven de
stemming en brengen onrust.
Aan de persoonlijke vrijheid van de Ne
derlanders zijn uit den aard der zaak gren
zen, wanneer het gaat om de belangen van
Duitschland en daarbij dient men er terdege
rekening mede te houden, dat men een ander
niet in zijn eer aantast. Mede met het oog op
de jeugd van beklaagde en tevens omdat we
hier niet met al te ernstige gevallen hadden
te doen, wilde spr. thans nog een milde straf
vragen en wel twee weken gevangenisstraf
met een geldboete van 30.
De verdediger, mr. Wyckerheld Bisdom
wees er in de eerste plaats op, dat het hier
niet gaat om beschimpingen of geruchten,
welke beleedigend zijn voor de Duitsche
weermacht, doch dat het slechts onbeteeke-
nende praatjes waren, die beklaagde, ook
weer van anderen had gehoord. Spr. wees
voorts op de jeugd van beklaagde, die dezen
dag zijn achttienden verjaardag viert ep
wiens oordeel over het gebeuren nog niet vol
doende Is gevormd. Daarbij komt, dat hij
geenszins den opzet heeft gehad onware
praatjes rond te vertellen en hij is daarmede
dan -ook onmiddellijk, toen hem op het ver
keerde daarvan werd gewezen, opgehouden.
Rechter Joppich nam bij de motiveering
van zijn vonnis aan, dat bij beklaagde geen
opzet heeft voorgezeten, terwijl tevens in
aanmerking werd genomen, dat beklaagde
nog jeugdig is en daarom den ernst van het
verspreiden van onware geruchten nog niet
ten volle heeft kunnen beseffen.
Spr. hoopte dat deze vervolging voor be
klaagde en ook voor anderen in de toekomst
een ernstige waarschuwing moge zijn, want
in den vervolge kan niet meer mild worden
opgetreden.
_Op grond van een en ander werd beklaag-
ue' veroordeeld tot een geldboete van 20.
Tenslotte stonden nog terecht twee arbei
ders uit Best, van wie de een een gevonden
Nedqrlandsch pistool aan den ander had ver
kocht. Beide beklaagde werden veroordeeld
tot zes maanden gevangenisstraf met aftrek
van drie en een halve maand voorarrest.
In het begin van het nieuwe jaar zal een
nieuw, centraal weekblad worden uitgegeven
voor de leden van de vakvereenigingen, die
bij het N. V. V. zyn aangesloten. Het zal den
naam „Arbeid" dragen. Dit weekblad zal de
bestaande organen van alle vakorganisaties
geheel vervangen.