3 h a w to 7 LOONEN EN PRIJZEN. b HE. lEUWE DAGBLAD VAN WOENSDAG 18 DECEME1940 Algemeen verband. DE L.T.B. IN DEZEN OVERGANGS TIJD. MOEDIG GËDRAG VAN EEN POLITIEAGENT. Het ledenaantal steeg tot boven 9.000. mmsm DIEFSTAL IN VEREENIGING. VERVAARDIGING VAN POST- FORMULIEREN. DUITSCH LANDGERECHT. Beleediging van den Führer en verspreiding van geruchten. CONCENTRATIE VAKPERS N.V.V. Men behoeft nu juist geen diepgaande economische studiën gemaakt te hebben, om te kunnen begrijpen, dat er tusschen loonen en prijzen een sterk verband bestaat. Voor een onderneming vormen de loonen een belangrijk onderdeel der productie-kos ten. Ze worden dus betaald uit de opbrengst van de geproduceerde waren. Stijgende prijzen, doordat er meer vraag naar de ge produceerde goederen is, dan stijgt de winst en zullen de arbeiders naar loonsverhooging streven, terwijl er bij de ondernemers meer geneigdheid tot, althans minder weer stand tegen een verhooging der loonen. zal zijn te bespeuren. Dalen daarentegen de prijzen der geproduceerde goederen, en ver mindert daardoor de winst, of verkeert deze zelfs in verlies, dan zal er van de zijde der ondernemers een steeds krachtiger streven opkomen, om tot verlaging der loonen dus tot vermindering van de productiekos ten te komen. En bij de arbeiders, na tuurlijk aanvankelijk geneigd zich daarte gen te verzetten, zal tenslotte de weerstand zwakker worden, omdat zij zeer goed be grijpen, dat een onderneming op den duur niet met verlies kan blijven werken. Maar er is nog een ander verband tus schen loonen en prijzen. Immers, wil men vaststellen hoe hoog de loonen zijn, dan moet men niet alleen kennen het geldbe drag, dat de arbeiders als loon ontvangen, maar men moet ook weten wat zij voor dat bedrag kunnen koopen. Zijn de prijzen der eerste levensbenoodigdheden levensmid delen, kleeding, woning, enz. in een land laag, dan kan het geldbedrag der loonen la ger zijn dan in een land waar de totale kos ten van levensonderhoud hooger zijn, terwijl toch de levensstandaard der arbeiders vrij wel gelijk kan zijn. Vandaar dat stijging der kosten van levensonderhoud noodzakelijk met zich meebrengt een streven bij de ar beiders, om tot verhooging der geldloonen te komen: zij willen zoolang mogelijk den bereikten levensstandaard handhaven. In dit alles lag in het verleden een bron van arbeidsconflicten, al is in ons land hun aantal, eenerzijds door het steeds beter in zicht in de onderlinge en de marktverhou dingen zoowel bij arbeiders als werkgevers, anderszijds door het tijdig ingrijpen en be leidvol optreden van de Rijksbemiddelaars, aanzienlijk gedaald. Het inzicht brak baan, dat wat men vroeger als klassenstrijd be schouwd had, niet anders was als een be langenstrijd, terwijl het steeds duidelijker werd, dat de belangen veelal niet tegenova: elkaar stonden, maar evenwijdig liepen. Men heeft, in andere landen (bijv België) meer dan ten onzent, deze conflicten ook trachten te voorkomen, door «in de collec tieve arbeidsovereenkomsten op te nemen 'n „glijdende loonschaal". Er werd verband ge legd tusschen het loonbedrag en de kosten van levensonderhoud Gingen de laatste om hoog, dan gingen automatisch ook de loonen omhoqg. Zoo trachtte men den levens standaard der arbeiders op het eenmaal be reikte peil te houden. De ervaring heeft geleerd, dat hier een eigenaardige wisselwerking optrad. Immers, wanneer de prijzen van de eerste levensbenoodigdheden omhoog gingen, dan kwam dit, omdat het evenwicht tusschen vraag en aanbod verbroken was. Dit kon .9snB,het gevolg zijn van een stijging van de vraag, maar ook en meestal van de daling van het aanbod. Gingen nu de loo nen omhoog, dan beteekende dit praktisch, dat de vraag nog meer werd vergroot, ter wijl het te geringe aanbod hetzelfde bleef. Gevolg: verder omhooggaan van de prijzen. Gingen dan daardoor weer automatisch de loonen omhoog, dan werd de vraag weer vergroot, met als noodzakelijk gevolg: verde re stijging van de prijzen. Men heeft dit teekenend genoemd; de schroef zonder eind. Wil men arbeidsconflicten voorkomen, dan jal men ernaar moeten streven, om zoowel de loonen als de prijzen zooveel mo gelijk te stabiliseéren. Zeker, men kan die conflicten ock ver bieden, gelijk men ten onzent dan ook al gedaan heeft. Maar de ervaring van den ouden tijd, toen men ook dit middel bijna in alle landen had aangegrepen, heeft ons wel geleerd, dat 't niet afdoende en daar om zelfs gevaarlijk hleek te zijn. Men drong met geweld de uitingen van ontevredenheid terug, maar de ontevredenheid bleef en werd zelfs ernstiger. En in plaats van sta kingen kreeg men oproeren. Daarom zal men, wil men op den duur dit verbod kunnen handhaven, noodzakëlijk de rechtspositie der arbeiders moeten regelen, en bovendien omdat nu eenmaal loon- conflicten de meest voorkomende oorzaken van stakingen en uitsluitingen waren zal men er naar moeten streven niet alleen de loonen, maar ook de prijzen der eerste levensmiddelen te stabillseeren, althans zoo goed mogelijk met elkaar in evenwicht te houden. Vandaar, dat wij naar wij reeds de vo rige week uitvoerig hebben meegedeeld een loon-verordening hebben gekregen, maar daarnaast ook een prijs-ver ordening. Deze beide regelingen zullen wij thans, nu ons de reden van haar bestaan duidelijk is geworden, aan een nadere beschouwing onderwerpen. oh nii- Gevaarlijk projectiel uit het water gehaald. Tijdens den hevigen storm op 6 Decem ber j.l. kreeg de wachtcommandant van het politiebureau aan den Gevers Deynoot- weg te Scheveningen bericht, dat er in de buurt van de pier een voorwerp in zee dreef, dat veel op een mijn leek. De agent van politie F. Bouman, die reeds vele jaren te Scheveningen dienst doet en dus met de zee vertrouwd is, kreeg opdracht sorts te gaan kijken. Het zeewater stond tegen den muur van den boulevard aan en inderdaad zag de agent, toen hij een paar treden de strandtrap was afgegaan, een donker voor werp drijven op korten afstand van den muur. De storm zwiepte het projectie] in de kokende zee heen en weer en dreigde het tegen den muur te gooien. De agent kon op het laatste moment het voorwerp, dat een dieptebom bleek te zijn, grijpen en met beide handen droeg hij de ongeveer 25 kg. zware en 70 c.M. lange bom naar bo ven, waar er een politiewacht bij werd geplaatst. Den volgenden ochtend is het gevaarlijke prolectiel door Duitsche militai ren naar elders vervoerd. Een woord van lof past hier ongetwijfeld voor het moedige gedrag van agent Bou man, die getrouwd is en vier kinderen heeft. De leden van de L. T. B. kwamen Dins dagmorgen in gebouw St. Bavo te Haarlem ter algemeene vergadering. Nadat de bonds- adviseur, prof. Ant. Cleophas, in de St. Jo- sephkerk te Haarlem eenH. Mis voor een spoedigen en rechtvaardigen vrede had op gedragen, hield de algemeen voorzitter, de heer G. W. Kampschöer een openingrede, waarin hij allereerst wees op 6e moeilijke omstandigheden waaronder wij thans leven. Hij herdacht de uit eigen kring voor het vaderland gesneuvelden en hen, die door inundatie, hetzij door oorlogsgeweld zijn ge troffen. Spr. gaf een opsomming van het geen de L. T. B. na de oorlogsdagen ver richtte. Landelijk is concentratie bereikt al is het nog maar een noodverband door instelling van een centraal secretariaat voor den land- en tuinbouw. Ook geweste lijk werd contact gelegd tusschen de land en tuinbouw-organisaties. Een belangijk voordeel was, dat de crisiscentrales volko men intact waren gebleven. Regelmatig hebben wij onze leden op de hoogte gehouden van de verlangens ten aan zien van de voedselvoorziening. Ons werk diende er steeds toe om van de leden ge- meenschapsmenschen te maken. Toen in an dere kringen nog het liberalisme hoogtij vierde, werd in onze organisatie reeds ge ijverd voor een redelijke belooning voor den bewerker van het land, collectieve ar beidsovereenkomsten, goede pachtverhou- dingen, voor een goed begrijpen van de so ciale beteekenis, die grond en bodem heb ben etc. De pachtwet, is er, de stijging van de gondprijzen is aan banden gelegd. Thans vragen wij aldus spr., een oplossing van het vraagstuk van de hypotheekrente en van de vaste lasten. Met het laatste vraagstuk zijn wij reeds geruimen tijd bezig en wij hopen het op te lossen. De leuze „boerenland in boerenhand" leeft sedert jaren onder ons. Een welvaren de boerenstand *s voor de maatschappij een zegen. Alle gezonde eigenschappen van ons volk zijn in hun wezen terug te vinden in dat deel onzer bevolking, dat het nauwst verbonden is met onzen bodem en het taaist vasthoudt aan de tradities van het voorge slacht. Wij stammen uit een geslachtenreeks, die jaren gestreden heeft met het water. Wij hebben ons eigen land gemaakt, ontworsteld aan woelige zeeën en meren. De eerste pre dikers van het Christendom en van onze beschaving zijn hier begonnen. Wij willen ook in deze tijden dit werk voortzetten on der bescherming van St. Willibrordus. Wij hebben steeds geijverd voor de be scherming van het groote gezin. Ook wij wenschen ordening van het maatschappe lijk leven, maar zij kan alleen berusten op het Christendom. Voor ons is dit momen teel een van de belangrijkste punten. In het verleden hebben wij van onze le den gemeenschapsmenschen gemaakt ,in het heden kunnen wij op deze leden bou wen. Niemand heeft onze organisatie verla ten en ieder begrijpt, wat de L. T. B. heeft beteekend, nog beeekent en gaat beteeke- nen. Wij maken een overgangstijd door. Een revolutie van den liberalen tijd naar den geordenden tijd. Dit kunnen wij zeggen, het bedrijfsleven was den nieuwen tijdgeest reeds ver vooruit. Daardoor is verklaarbaar dat de L.T.B.-er voor het heden zooveel aanknoopingspunten, wat zijn idealen aan gaat, in het verleden vindt. De L.T.B. is kerngezond, het ledental is tot boven de 9.000 gestegen. Zoodra de omstandigheden het toelaten zal het zilveren jubileum alsnog herdacht worden. De jonge boeren en tuinders zul len binnenkort een L. T.-leider krijgen, die zich speciaal met de technische ontwikke ling der jongeren zal bezig houden. Na deze rede, waarmede de vergadering met een langdurig applaus haar instemming betuigde, herinnerde de bondsadviseur prof. A. Cleophas aan de pauselijke onderschei ding, welke de voorzitter kort geleden mocht ontvangen. En hij greep deze gelegen heidheid aan om de vele verdiensten van den heer Kampschöer nog eens in het licht te stellen en om hem voor zijn groot en on baatzuchtig werk namens de leden van den bond te bedanken. En voordat dé vergade ring zich weer met de agenda ging bezig houden, sprak nog Pater de Groot uit Ber gen een behartigenswaardig woord over het retraitewerk. Na ampele discussie werden de rekenin gen over 1939 en de begrooting voor het jaar 1941, welke sluit met een bedrag van 45.180 vastgesteld. Bij de ingekomen voor stellen was er een van de afdeeling Lei- muiden, om bij de bevoegde instanties met klem aan te dringen op het onverwijld ne men van maatregelen, eventueel wettelijke bepalingen vast te stellen, dat de rente van bestaande hypotheken, opgenomen gelden bij banken en dergelijke op boerderijen, tuinderijen of bloemisterijen enz. maximaal 3% mag bedragen. Naar aanleiding van dit voorstel hield de algemeen secretaris, de heer C. A. J. van Baar, een korte uiteenzet ting over de bedoeling van de jongste ver ordening inzake de pacht- en grondprijzen. Het had- spreker verwonderd dat N.S.B. en Agrarisch Front de eer opeischen de eersten te zijn geweest, die daarom hebben gevraagd, vijftig jaar geleden heeft pater Van den Ei sen er reeds voor gestreden. Wij kunnen de verordening met vreugde begroeten. Enkele deelen zijn nog niet ge heel duidelijk, maar eerstdaags komt nog het uitvoeringsbesluit. Veel hangt er van af, of de verordening door de pachtbureaux volgens de letter van de wet moet worden toegepast. Nadat spr. nog een toelichting op de verschillende punten had gegeven, be sloot men het voorstel Leimuiden voor ken nisgeving aan te nemen. De bondsadviseur legde in een korte toe spraak den nadruk op de belangrijke func tie van boeren en tuinders in dezen tijd. In de middagzitting, welke gepresideerd f HET TYPISCH POORTJE VAN CULEMBORG, waar- DE KRUIDENIER VAN DE WIERINGERMEER heeft in dit uitgestrekt gebied van fundeering en bovenbouw in verva.- zijn geraakt, veel bezorgklanten. Hij heeft nu zijn acht-cylinder omgebouwd in een één- üj°dredhjkheormgedlegdet d°°rgaand Pax^HoUand.) Paards> waardoor een eigenaardig vehikel is ontstaan. (Foto Polygoon.) werd door den vice-voorzitter den heer Jac. Groen, hield ir. A. J. Heijmeijer, secretaris van de drie centrale landbouworganisaties, een inleiding over de ordening in land- en tuinbouw, waarin hij zich speciaal bezig hield met het vaste-prij zenstelsel, waar over ir. Louwes op de te Arnhem gehouden vergadering van den R. K. Boeren- en Tuin- dersbond heeft gesproken. Aan het einde der vergadering sprak nog rector Beune een opwekkend woord over organisatie der jonge boeren en tuinders. De Utrechtsche rechtbank heeft twee vrienden, aan wie diefstal in vereeniging van geld en diefstal in vereeniging van een rij wiel ten laste was gelegd, conform den eisch veroordeeld. De twee vrienden waren een musicus en een athleet, beiden verkeerden in geldnood. Om hieraan een eind te maken, had de rmf- sicus een plan bedacht. Hij onderhield re laties met een jong meisje en op een avond verschafte hij zijn vriend den sleutel van het huis, waar zij woonde. De musicus was dien avond met het meisje alleen thuis en hij zorgde ervoor, dat zijn vriend, zonder ge stoord te worden, geld kon stelen. De vrien den hadden echter tegenspoed, want op een voor hen ongunstig oogenbliik kwam de broer van het meisje thuis, waardoor de athleet haastig moest vluchten. Op deze vlucht nam hij 'n willekeurig rijwiel mede. Thuisgekomen zeide hij aan zijn vader, wiens fiets hij, geleend had, dat hij in het donker een verkeerde fiets had medegenomen. De vader waarschuwde de politie en daardoor kwam de zaak uit. Over den athleèt was aan de rechtbank een gunstig rapport uitgebracht, dat over den musicus was echter minder mooi.'De officier van justitie eischte tegen beiden acht maan den gevangenisstraf, welke straf voor den athleet geheel voorwaardelijk zou zijn, voor den musicus echter drie maanden onvoor waardelijk en vijf maanden voorwaardelijk. Het feit, dat het plan tot den diefstal van den musicus was uitgegaan, die daardoor zoo wel het meisje als haar moeder op ergerlijke wijze had bedrogen, was hieraan niet vreemd. Onlangs is een besluit van den secretaris generaal, wnd. hoofd van het departement van Binnenlandsche Zaken gepubliceerd, waarbij het nabootsen van drukwerken en formulieren in gebruik bij den postdienst, den pakketpostdienst en den postchèque- en girodienst, tenzij met uitdrukkelijke toestem ming van dén directeur-generaal der P. T. T. werd verboden. Ter voorkoming van misverstand wordt er de aandacht op gevestigd, dat het gebruik van niet van rijkswege uitgegeven brief kaartformulieren (art. 14 postbesluit) en de vervaardiging van borderellen en douane ver- klaringen door de particuliere nijverheid (postgids 3e suppl. art. 6 sub 9) blijft toe gestaan. HET OOG VAN BAA-AL M 129. Tonny zette groote oogen op, toen hij zag, wat een kracht de aap ont wikkelde. Deze slaagde tenslotte erin, den waran te verjagen, en toen hij daarmee klaar was, wenkte hij opeens het gezelschap met zijn poot, hem te volgen. Jet en Tonny keken elkaar verbaasd aan. Ze wisten eerst niet goed wat ze moesten doen, doch toen zij hun vader hoorden zeggen: „Dat kan interessant worden!", volgden zij het dier naar een dimster hol 130. Het hol bevond zich in'een reus- achtigen bergwand en was daarom niet zoo heel gemakkelijk te bereiken. Maar met een beetje moeite kwamen ze er toch.. Op het eerste moment aarzelden ze, om daar binnen te gaan. Het lag voor de hand, dat ze het zaakje niet erg vertrouwden, maar de aap bleef nog altijd maar wenken met zijn poot Het leek wel of hij gedresseerd was. In ieder geval was het een buitengewoon slim dier. 131. In het hol bevond zich nog een Klein aapje, dat heel verbaasd naar de vreemde bezoekers keek. De aap had het gezelschap blijkbaar even zijn jongste spruit, waarop hij erg trotsch was, willen toonen. Kom, zei dokter ïrgman tot Jet en Tonny, laten we e apenfamilie nu maar niet verder storen en naar huis gaan. Maar nu eerst kwam Jet voor den dag met haar verhaal van het huis, dat ze in de wildernis ontdekt had. 132. Natuurlijk wilde haar vader er terstond wat meer van weten en hij vroeg haar, of ze nog kans zag, den weg naar het geheimzinnig ehuis terug te vinden. Gelukkig herinnerde Jet zich nog voldoende bijzonderheden om den, weg te vinden en na den aap bedankt te hebben voor de door hem verleende hulp, nam het gezelschap afscheid van hem. De dokter was natuurlijk erg nieuwsgierig, wat hij nu weer te zien tou krijgen. 133. Het zou echter niet lang meer duren, of de nieuwsgierigheid van den dokter zou worden bevredigd. Jet had al heel spoedig het geheimzinnige huis teruggevonden. Vlak voor den ingang ontdekte zij een groenen steen van denzelfden vorm als het Groene Oog van Baa-al. Je kon echter duidelijk zien, dat hij niet echt was. Dokter Bergman, die vermoedde, dat de Ame rikaan hier meer van wist, liet dezen den steen zien. 134. Hassan was intusschen eens op onderzoek uitgegaan. Hij had in de wil dernis gewoond en hij wist dus wel, wat er zich daar zoo al kon afspelen. Het was voor hem een klein kunstje, om aan de voetafdrukken op den vloer te zien, dat hier den laatsten tijd wel meer menschen waren geweest. Hassan snuffelde overal rond en zijn oog viel op dingen, die een ander heelemaal niet zou hebben opgemerkt. Hij leek wel "en detective. Nadruk verboden. 135. Op een gegeven moment vond hij zelfs voetafdrukken, die leken op die van de rubberzolen van den Ameri kaan. Dat was een belangrijke ontdek- :ing en Hassan aarzelde dan ook ieen seconde ,om deze aan zijn mees er te gaan mededeelen. Ik heb hei gevonden, dokter, zei hij met hijgendr stem. -We zitten hier midden in het roofnest van dien Amerikaanschen vrijbuiter. Laten we maar oppassen, anders komen we er niet meer uit. 36. Deze waarschuwing van Hassan /as niet overbodig, want terwijl de nannen beneden zieh verder in het gë- :ouw waagden, sloop over de boven- erdieping de man met het Chineezen- ezicht, die de handlanger was van den Amerikaan. Hij had natuurlijk al lont ;eroken en wachtte nog slechl^ op een gunstig oogenblik, om zijn slag te kun nen slaan. Zijn sluwheid echter maakte hem voorzichtig en daarom bleef hij voorloopig nog boven. (\VORDT VERVOLGD.) (Fax-Holland.) Voor het Duitsche landgerecht te 's Gra- venhage heeft Dinsdag terecht gestaan de 43-jarige Haagsche koopman Ph. P. Op 21 Augustus was beklaagde op de Hoefkade te den Haag twee kennissen tegengekomen §van wie een zekere Z. voor de Duitsche weer macht werkte. P. heeft toen, zooals uit het getuigenverhoor bleek, tegen dezen beleedi- gende woorden gebruikt. De aangesprokene heeft daarop geantwoord dat hij geen ander werk kon krijgen en vroeg aan P. of deze hêm aan werk kon helpen, waarop beklaag de een grove beleediging voor Hitier uitte. Beklaagde ontkende het hem ten laste ge legde, beweerde dat hij op den bewusten dag zelfs niet in den Haag was en zocht in de beschuldiging een uiting van wraak van den getuige Z., wien hij vroeger een vrouw af handig heeft gemaakt. De generaal Staatsanwalt dr. Koblitz, wees er in zfjn requisitoir op, dat beklaagde zeer agressief is opgetreden en zonder eenige oorzaak met beleedigingen is aangevangen. Spr. noemde het een groote onbeschaamd heid, dat in deze tijden een Jood beklaag de is Israëliet anderen het verwijt durft te maken, dat zij voor de Duitsche weer macht werken. Daarom is het noodig, dat aan dergelijke menschen voor langen tijd het zwijgen wordt opgelegd. Daarbij komt dah nog de zeer ernstige beleediging van den Führer, welke de Duitschers niet ongestraft kunnen laten. In verband met den ernst van het feit vorderde spreker een gevangenis straf van twee jaren. De rechter, de heer Joppich, kon zich met dezen eisch vereenigen, doch bracht bij het uitspreken van het vonnis vfjf weken voor arrest in mindering. Geruchten verspreid. Vervolgens stond terecht de 17-jarige kan toorbediende O. F., die werkzaam is bij het hoofdbestuur der P. T. T. Deze was door een van zijn collega's aangeklaagd, wegens het verspreiden van geruchten. Deze collega had allerlei uitlatingen van den beklaagde in een boekje genoteerd, doch wist zich, daar hij bij het getuigenverhoor dit boekje niet mocht raadplegen, niet veel meer daarvan te herinneren. Aan beklaagde was ten laste gelegd, dat hij op zijn afdee ling had verteld, dat in Duitschland de vlag gen halfstok hingen, omdat er een hooge autoriteit zou zijn gestorven; voorts dat 3000 Duitsche soldaten zelfmoord hadden ge pleegd en tenslotte, dat men ongenoode gas ten er weer uit moest gooien. De beklaagde erkende alleen de uitlating inzake het halfstok vlaggen. HU verklaarde echter dit niet te hebben gezegd met de be doeling beleedigend te zijn. Het praatje ging algemeen en hij wist' niet, dat hij onwaarheid sprak. Staatsanwalt dr. Koblitz waarschuwde in zijn requisitoir ernstig tegen het verspreiden van lichtzinnige geruchten; zij bederven de stemming en brengen onrust. Aan de persoonlijke vrijheid van de Ne derlanders zijn uit den aard der zaak gren zen, wanneer het gaat om de belangen van Duitschland en daarbij dient men er terdege rekening mede te houden, dat men een ander niet in zijn eer aantast. Mede met het oog op de jeugd van beklaagde en tevens omdat we hier niet met al te ernstige gevallen hadden te doen, wilde spr. thans nog een milde straf vragen en wel twee weken gevangenisstraf met een geldboete van 30. De verdediger, mr. Wyckerheld Bisdom wees er in de eerste plaats op, dat het hier niet gaat om beschimpingen of geruchten, welke beleedigend zijn voor de Duitsche weermacht, doch dat het slechts onbeteeke- nende praatjes waren, die beklaagde, ook weer van anderen had gehoord. Spr. wees voorts op de jeugd van beklaagde, die dezen dag zijn achttienden verjaardag viert ep wiens oordeel over het gebeuren nog niet vol doende Is gevormd. Daarbij komt, dat hij geenszins den opzet heeft gehad onware praatjes rond te vertellen en hij is daarmede dan -ook onmiddellijk, toen hem op het ver keerde daarvan werd gewezen, opgehouden. Rechter Joppich nam bij de motiveering van zijn vonnis aan, dat bij beklaagde geen opzet heeft voorgezeten, terwijl tevens in aanmerking werd genomen, dat beklaagde nog jeugdig is en daarom den ernst van het verspreiden van onware geruchten nog niet ten volle heeft kunnen beseffen. Spr. hoopte dat deze vervolging voor be klaagde en ook voor anderen in de toekomst een ernstige waarschuwing moge zijn, want in den vervolge kan niet meer mild worden opgetreden. _Op grond van een en ander werd beklaag- ue' veroordeeld tot een geldboete van 20. Tenslotte stonden nog terecht twee arbei ders uit Best, van wie de een een gevonden Nedqrlandsch pistool aan den ander had ver kocht. Beide beklaagde werden veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf met aftrek van drie en een halve maand voorarrest. In het begin van het nieuwe jaar zal een nieuw, centraal weekblad worden uitgegeven voor de leden van de vakvereenigingen, die bij het N. V. V. zyn aangesloten. Het zal den naam „Arbeid" dragen. Dit weekblad zal de bestaande organen van alle vakorganisaties geheel vervangen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1940 | | pagina 3