AFWISSELING Engelands begrooting Minister Meijnen over de jeugd HET GEHEIM Hoogere subsidies voor prijsstabilisatie van Amerikanen GEEN SPORTIVITEIT EN ZELFDISCIPLINE Opvoeding in den geest van Christus' leer Die rare wereld VAN DE VALSCHE VERMEERS Eenige opheldering verkregen Gezinstoelagen, opslag van ouderdomspensioen De Wieringermeer Sociale verzekeringen Commissie gaat „interviewen" Agente van de Gestapo Militaire training Boodschap van Truman tot het Congres Slechts door kracht naar vrede en vrijheid In Mussert's tuin Ondergrondsche onderscheidingen paard aan het aankweeken van eigenschappen, die ook ons volk als geheel, en vooral de jeugd, dienen te sieren. Ook op het punt van gevoel voor verhoudingen heeft de Nederlandsche jeugd en de soldaat in het bijzonder veel te leeren. Jonge menschen, die nooit geleerd hebben wat discipline is, zullen de ijzeren tucht, die in een goed leger nu eenmaal vereischt In de groote zaal van het Con certgebouw te Amsterdam hee tl is. niet anders kunnen gevoelen op een jeugdbij eenkomst de mini:-! dan als een dwangbuis. Anderzijds ter van oorlog, Z.Exc. Mr. J. Mei - is voor hen, die een juist gevoel nen, gesproken over de dragencï ™or verhoudingen Jiebben, deze gedachte, die aan den opbouw van het Nederlandsche leger ten grond slag moet liggen. Een leger immers is een levend organisme, het heeft een eigen karakter, een eigen geest. Het gart bij een leger om de hechtheid van het onderling verband, om ca goede kameraadschap, om de op offeringsgezindheid. Geen angit voor straf mag de basis zijn voor een goed leger, maar zelftucht: de sportieve inslag van lederen man, dat de regels van het spel voor een ieder gelden en dus ook voor hem, of het hem bevolen wordt of niet. GEEN FIGHTING SPIRIT" Een belangrijk tekort in de op leiding der militairen in het vroe gere Nederlandsche leger was, da de soldaat niet werd opgeleid om te vechten, dat de opleiding te wei nig gericht was op het aankwee ken van „fighting spirit". Een leger heeft dan alleen waarde en het geld er voor uitgegeven komt alleen dan tot zijn recht, wanneer inderdaad een gevechtsleger gevormd wordt d.w.z. een troep, welke niet alleen militair-technische kwaliteiten on wikkeld heeft, maar waarin bo vendien karaktereigenschappen ge vormd zijn, welke den troep in staal stellen ook onder de moeilijkste omstandigheden het moreel hoog te houden. De gesignaleerde fout was niet beperkt tot het leger. Bij de opvoe ding onzer Nederlandsche jeugd in het algeemen werd te zeer de na druk gelegd op het verwerven van parate kennis en te weinig aan dacht besteed aan de vorming van het karakter en de ontwikkeling der persoonlijkheid. Hier blijkt, dat de jongeren, ook al behoeven dezen geen „soldaatje" te spelen, wel degelijk te maken hebben met de vernieuwing van het leger: deze vernieuwing is een geestelijke vernieuwing, welke een geestelijke vernieuwing van de jeugd veronderstelt. Het is niet mogelijk den soldaten in den be trekkelijk korten tijd van hun mi litaire training „fighting spirit" bij te brengen, wanneer hun karakter niet reeds voor dien tijd in de ge- wenschte richting is gevormd. Het was de schuld van ons volk, dat zich niet realiseerde, dat soldaten geen burgers dienen te 2ijn met een militair pak aan, maar mannen van staal, die ge leerd hebben te allen tijde bereid te zijn hun leven in de waag schaal te stellen voor hun vader land en voor elkaar. Een goed soldaat ontleent zijn gevechts- waarde niet alleen aan zijn schut- terskwaliteiten. zijn athletischen aanleg of zijn velddiensttechniek maar allereerst aan zijn initiatief, zijn leiderscapaciteiten, zijn saam- hoorigheidsgevoel, zijn zelfdisci pline en zijn persoonlijke gehard heid. NIET „SPORTIEF" Ons volk is in zijn breede lagen beslist niet „sportief". Hiermee wordt geenszins bedoeld dat ons volk oneerlijk zou zijn, integen deel, maar het heeft geen juist gevriel voor wat volgens „spor tieve" opvattingen, dat is op (frond van zuivere motieven, kan worden gedaan en dient te wor den nagelaten. De manier bijv., waarop zij, die uit hoofde van hun beroep over een auto beschikken, deze vaak voor plezierreisjes en bezoeken aan" theaters en restaurants gebrui ken, waardoor duizenden dure liters benzine worden verspild, en de opvatting dat „er dan ook maar gecontroleerd moet worden" spre ken duidelijke taal. Hetzelfde geldt voor onze zelf; discipline. Veel te weinig zijn wij er in opgevoed, dat het nu een maal niet past om op een uitgaans dag rechts en links bloemen af te rukken, voorbijgangers na te roepen of auto's met steenen te bekogelen. In één woord, wij moe ten leeren allerlei dingen na te laten die bij een volk met zelf tucht eenvoudig niet voorkomen. Met onze vaderlandsliefde is het dikwijls net zoo gesteld geweest. Vaderlandsliefde is niet het zich geroerd voelen wanneer het Wil helmus gespeeld wordt of wanneer de stem van de Koningin over de radio tot ons komt. Vaderlands liefde is allereerst een plicht. Ook dit is een eigenschap, waarin ons volk in zijn geheel en onze sol daten in het bijzonder dienen te worden opgevoed, mede door ver dieping van onze kennis der histo rie zoowel van het verre als van het nabije verleden. Het brengen van een nieuwen geest in het leger gaat dus ge- militaire tucht heusch niet zoo iets vreeselijks. maar een vanzelfspre kende zaak. EEN BOODSCHAP „Begrijpt ge nu. waarom ik in het begin van mijn toespraak tot u zeide, dat ik een boodschap voor u had? De eigenschappen, waar over ik sprak, kunnen in het leger alleen aangekweekt worden, wan neer ons geheele volk hieraan medewerkt. Hiervoor heb ik u al len noodig. U zult toch met mij eens zijn, dat het hier gaat om dingen, waaraan het waard is om mede te werken. Wij dienen ons met ernst af te vragen, of wij niet onze levenshouding dienen te wij zigen, in den zin. welken ik hier boven met enkele korte trekken aanstipte". De ouderen, niet in de laatste plaats in hun houding tegenover de jeugd, door henlaan te pak ken op een wijze, die hun begrip bijbrengt voor „sportiviteit", zelf discipline. gevoel voor verhoudin gen. plichtsbetrachting en zoo veel andere geestelijke en moreele eigenschappen, die den mensch sieren. De jongeren, door zich open te stellen voor deze ideeën, zich van hun verantwoordelijk heid tegenover anderen, tegen over het vaderland, bovenal te genover God bewust te zijn. en zoo mede te werken om die gees telijke instelling aan te kweeken, welke ongetwijfeld zal leiden tot verheffing van ons volk. In de geschiedenis van het ondergrondsch verzet in de afge- loopen vijf jaren vindt men tref fende staaltjes van saamhoorig- heidsgevoel, opofferingsgezindheid en ijzeren discipline De voor treffelijke wijze, waarop nu een jaar geleden de binnenlandsche strijdkrachten in het Zuiden des lands hun plicht vervulden in de frontlinie, zonder behoorlijke klee. ding, zonder behoorlijke uitrusting, zonder voldoende eten, in strie- menden regen en ijzige Koude, rechtvaardigt de bewering, dat deze kranige jongemannen niet eens wenschten om in de watten gelegd te worden, dat voor hen vaderlandsliefde een ijzeren plicht was, welken zij gehoorzaamden uit innerlijken drang zonder opge legde verplichting en dat zij ten volle bereid waren hun leven te geven om daardoor dat hunner kameraden te redden. „En vertelt u me nu alstublieft niet. dat onze andere Nederland sche jongens anders zijn. Die kun nen hetzelfde en willen hetzelfde als het hun maar geleerd wordt als zij maar weten, dat hardheid in hun training opofferingsgezind heid aankweekt en het saamhoorig heidsgevoel aanwakkert." De bedoeling is dan ook om hen, die van nature roeping voelen tot het soldatenvak, ook al zijn zij n,iet in de gelegenheid geweest een voldoende vooreducatie te krijgen in de gelegenheid te stellen 'deze te verwerven. Bovendien dient iedere toekomstige officier aller eerst een behoorlijk lange periode bij den troep te dienen, m.a.w. stu denten en arbeiders, toekomstige officieren en soldaten, hoog en laag in rang en stand dienen aller eerst met en door elkaar onderwor pen te worden aan den normalen gang van het soldatenleven, ten einde in die periode te kunnen onderkennen, wie van hen inder daad beschikken over de kwalitei ten, welke hen geschikt maken als toekomstige leiders op te treden. CHRISTUS' LEER IN PRACTIJK. „Ik heb getracht u hiermede in groote lijnen te schetsen wat ik van onze jeugd verwacht. Mis schien zult ge voor uzelf de op merking maken, dat veel van wat ik u vertelde over de karakter vorming en de opvoeding daartoe u al lang bekend was. En dan bcbt ge volkomen gelijk. Reeds 2000 jaar geleden confronteeerde «zu?j Christus de toenmalige wereld met de boodschap van ver nieuwing tegenover God, tegen over den naaste en de gemeen schap. Een reeks van eenvoudige maar zuivere en schoone levens lessen kreeg de wereld als Gods geschenk. Jezus Christus predikte saamhoorigheidsgevoel en zelf discipline". Wij kunnen ons volk alleen op bouwen door deze lessen in de practijk te brengen en de opvoe ding van onze jeugd in dezen geest ter hand te nemen. „Ik reken daarbij op uw mede werking en uw steiin". Een van de eerste daden van Tom Clark, die kort geleden is benoemd tot procureur-generaal der Vereenigde Staten, was, zijn eersten detective. J. Edgar Hoover, opdracht geven, om te onderzoe ken, wie hem, Clark, een allonie men brief had gezonden, waarin hem werd verzocht, met meer zulke afschuwelijke kleurige strop dassen te dragen en zijn vrouw eena te zeggen, dat ze heui haar anders moest opmaken. Enkele dagen later rapporteerde Hoover, dat de schuldige was.... de 17-jarige bloedeigen z"on van procureur-generaal Clark. Sinds de schilder Han van Meegeren op vrije voeten is, brak weer een stroom kopij los over de valsche Vermeers. De naar stige lezer van deze opgewekte leatuur komt echter geen stap verder als zijn belangstelling wat dieper gaat dan het gemengde nieuws. Dat de Vermeers met inbegrip van „de Emmaüsgangers" valsch zijnstaat wel vast, op gronden hier reeds ontvouwd. Maar het zal straks bewezen moeten wor den. Nu heeft men Van Meegeren onder bewaking een „Vermeer" laten schilderen, waarmee hij zou aantoonen dat hij het kan. Dit is dan een proef op het gebied van de stijl-nabootsing, interessant maar ten slotte bijkomstig. De verdachte objecten zelf zullen onderzocht moeten worden en het schijnt, dat daaraan nog niet veel is gedaan. Tegenover het A.N.P. verklaar de Van Meegeren het tegendeel en hij spreekt van een stijlcritisch, chemisch en röntgenologisch on derzoek. Zelf geeft hij eenige bijzonderheden over zijn verven, bindmiddel en kwasten, maar veel houvast bieden zijn inlich tingen niet. We moeten ons tot enkele hoofdzaken beperken. Twee kleuren zijn vooral be langrijk bij Vermeer: het blauw en het geel. Voor het blauw ge bruikte Van Meegeren lapis lazuli, dat zeer duur is en "t de negentiende eeuw door kobalt verdrongen werd. Dat is dus een voor de hand liggende toepassing van een oude verfsoort. Maar nu het geel! Wat Van Meegeren zegt over Gambodge (Cambodja?)- geel is ons niet duidelijk. Het eigenaardige citroengeel bij de Utrechtsche school en ook bij Vermeer van Delft, is massicot en het zou interessant zijn te weten De Britsche minister van finan ciën Dalton, heeft gisteren de eer ste na-oorlogsche begrooting van de Labourregeering ingediend Het be treft een tusschentijdsche begroot-ng, daar in April 1946 4e begrooting voor een geheel jaar zal worden in gediend. In zijn begrootingsrede ver klaarde Dalton, dat hij besloten had bet huidige niveau van de kosten voor levensonderhoud te handhaven, ce15sindien dit een stijging in de suDsidies van den staat zou beteeke- IïSïê ,^as. van meening, dat de e in de naaste toekomst ?i?JL grooter belang zou zijn dan 55^? vLS?1 °°rl°g. In het afgeloopen .1 aar hadden de subsidies voor het laaghouden van de kosten voor levensonderhoud aan de staatskas een ongeveer 200 millioen gekost. Het ophouden van de leen- en pachtovereenkomsten beteekent dat het bedjag der subsidies zal stü- gen tot minstens 300 millioen ter wijl het werkelijke totaal wellicht nog aanzienlijk hooger zal blijken te zijn, in verband met de stijgende kosten. Dalton verwachtte, dat het deficit voor 1945'46 vrijwel overeen zal ko men met de raming van zijn voor ganger, n.l. op een bedrag van 2300 millioen In verband met de groote uitgaven, zoowel voor uitbreiding van sociale verzekeringsdoeleinden als voor de uitvoering van een aan tal andere constructieve maatregelen lean het volgend jaar nog geen slui tende begrooting worden verwacht. Op grond van de ervaringen na den vorigen oorlog verwachtte de minis ter geen begrootingssurplus voor 1949 of 1950. De minister deelde mede, dat egin 1946 zal worden begonnen met et verstrekken van gezinstoelagen, vooTts de ouderdomspensioe- nen zullen worden verhoogd. Woning, bouw, opvoeding, kolonie ontwikke- !lng en maatschappelijke zorg zul- len hoogere uitgaven vragen. In zun begrootingsrede verklaarde Dalton zich voorstander van de zg. cyclische begrootingspoüitiek, waar bij er van uit wordt gegaan, dat de begrooting over een periode van ja ren in evenwicht moet zijn en niet ieder jaar, waarb-y dan gestreefd moet worden naar een begrotings overschot in de goede jaren, terwijl in jaren van depressie een begro tingstekort toelaatbaar moet worden geacht. Dalton wees er op, dat hij wat belastingverlagingen betreft zeer voorzichtig was geweest, in verband met het gevaar voor inflatie, doch tegen April 1946 zou de toestand dui delijker zijn en dan zouden in dit opzicht nadere voorstellen verwacht kunnen worden. Het tarief voor de inkomstenbelasting zal van April 1946 af worden verlaagd van 10 tot 9 sh. per pond sterling. De winstsur- plusbelasting zal met ingang van 1 Januari a.s. tot 6o pet. worden ver laagd, terwijl de omzetbelasting op een aantal artikelen, welke vooral van belang zijn voor den woning bouw zal worden afgeschaft. Winter-opslag van aardappelen Ten einde aan de consumenten gelegenheid te geven, een winter- opslag van aardappelen te vormen, zal van de volgende week af het rantsoen aardappelen voor per sonen van 4 jaar en ouder ge durende een aantal weken met 1 kg worden verhoogd. De be doeling is. Hat dit extra kilogram gereserveeiu wordt als kleine wintervoorraad, waaruit zal kun nen worden geput, wanneer het in de a.s. wintermaanden door sneeuw of vorst tijdelijk niet mogelijk zou zijn, het normale aardappelrantsoep te verstrekken. In de Wieringermeer is het water 2 meter gezakt. In het N.W. van den polder en aan den rand zijn nu honderden ha drooggeval len, waarop ongeveer 60 boerde rijen staan. De schade, welke deze hebben opgeloopen, valt mee, even als de toestand van het wegennet. of daarvan ook sporen bij Van Meegeren zijn aangetroffen. Deze aardverf is na 1700 niet meer gebruikt; zij is z.g. „uitgestor ven" en men heeft haar in den grond niet meer kunnen vinden. Van Meegeren verklaart voorts indigo te hebben aangewend. Het komt in de oude kunst na 1640 niet meer voor en Vermeer was toen een knaapje van acht jaar. Door chemisch onderzoek ware dus betrekkelijk eenvoudig te be wijzen, dat de schilderijen valsch zijn en het is niet duidelijk, waarom daarop maanden moet worden gewacht. Een onbekend bindmiddel? Wat het bindmiddel betreft hult Van Meegeren zich in neve len. De hardheid en onoplosbaar heid van zijn verven zou ver kregen zijn door een bindmiddel dat hij iri een oud boek beschre ven vond. Nu werd oudtijds over de techniek zeer weinig te boek gesteld; schilderen was een ambacht, dat men bij een meester leerde en er werd niet over ge schreven. De hardheid en de onoplos baarheid, van de verf blijven met dat al een raadsel. Een kras staaltje is ook het nagebootst craquelé. Zouden echter bij microscopisch onderzoek tusschen het natuurlijk en kunstmatig craquelé geen verschillen zijn waar te nemen? Nog een andere vraag. Ge schilderd is op schoongeschuura oud linnen. Daarop blijven aard verfresten achter en zou het nu niet mogelijk zijn die van de nieuwe overschildering te onder- schsidë 7i? Men ziet het: wat tot dusver over het onderzoek bekend werd, heeft nog weinig bewijskracht. Een uitzondering maken wij voor hetgeen Van Meegeren opmerkte over de grootte van de gezichten op zijn doeken. Uit een eenvou dige 'meting zou al kunnen blijken of hij gelijk heeft. Zooals men weet, heeft de regee ring een technische commissie, onder voorzitterschap van mr. dr. A. A. van Rhijn, in het leven ge roepen, welke belast is met het coördineeren van de werkzaam heden, verbonden aan de voorge nomen herziening der gociale ver zekering hier te lande. Deze com missie is met haar werkzaam- reden reeds begonnen. Het is de wensch der regeering, zich ter zake door de daarvoor in aan merking komende organisaties en instellingen uit het maatschappc: lijk leven te doen vooriienten. Zij meent, dat dit op de doeltreffend ste wijze kan geschieden door mid del van mondelinge besprekingen, waarvoor telkens een of meer or ganisaties of instellingen door de technische commissie zullen wor den opgeroepen. Lida Baarova Lid-a Baarova, de Tsjechische flkn-actrice, wier films vóór den oorlog ook in ons land werden vertoond en die wel eens de schoonste vrouw van Europa is genoemd, staat thans in Praag te recht wegens hulpverleendng aan de Gestapo. Wegens de feiten, waarvan zij wordt beschuldigd, zou tegen haar de doodstraf kunnen worden ge- eisdht. Lida Baarova is op 22 September door de Amerikanen in München gearresteerd. Naar verluidt, zou zij toen op het punt hebben ge staan, met een Amerikaanse,hen soldaat in het huwelijk te treden. in het dagelijksch menu Fijn is het weer eens een bordje echte Honig's vermicellisoep te proeven. Dat brengt afwis seling in de maaltijden! Voor- deelig is het ook, want U hebt nu niet alleen de vermicelli, maar ook de soep op Uw bon. Vraag naar Honig's vermi- i cellisoep, sma kelijk, voed zaam, krachtig! In een zitting van het Amerikaan- sche congres (senaat en huis van afgevaardigden) heeft president Truman vandaag in een Per®°°"~ lijke boodschap er op .a®êclten gen, dat in de Verecmgdc^Staten voor iederen Amerikaan militaire training w*1"» worden gesteld Deze oeienmg jarigen1"* llcfbjd" beginnen, zoodra zij "van de middelbare school komen „Ons streven om sterk te blijven weerspiegelt geen gebrek aan ver trouwen in de vereenigde volke ren," aldus de president, .slechts door kracht ten toon te spreiden kunnen wij een mogelijken aan valler in de toekomst ervan door dringen dat wij geen bedreiging van vrede of vrijheid zullen to - staan Bij eiken toekomstigen log zou het hart van de Vereenig de Staten het eerste doelwit voor deDeVpies?dentnwees verder op het belang van de voorschnjdende wetenschap, maar. zei hij: „De atoombom is van weinig waarde zonder bijpassende lucht, en zee macht." „De ruggegraat van onze mili taire macht moet de burger zijn. die in de eerste en voornaamste plaats burger is en slechts in tijden van gevaar sol daat en zeeman wordt, en dan nog alleen, indien het congres het noo dig acht In den tuin van perceel no 1 van Plein 1813, te 's-Gravenfaage, waar het „kabinet" van Mussert zetelde, zijn opgravingen gedaan waarbij een groote partij orde- teekenen uit den grond gehaald werden. Deze hadden uitgereikt moeten worden aan de Oostfront strijders der N.S.B., wanneer Duitsehland gewonnen had. Men verwachtte, dat dit in 1941 zou plaats vinden. De onderscheidingen zijn nooit uitgereikt en op Dollen Dinsdag, toen de N.S.B. op de vlucht sloeg, in den grond be graven.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1945 | | pagina 2