De wereld voedselpositie
dader
Economische maatregelen in
den Grooten Oost
De arbeidsmarkt in de V. Staten
Groote vraag naar ZAAIZADEN
de Onbekende
ZATERDAG 3 AUGUSTUS 1946
PAGINA 4
ER WORDT WEER
AANGEPAKT
ONS AGRARISCH
BOUWPLAN
Nederland kan hiervan
profiteeren
Een tekort od verschillend
gebied
SITUATIE MINDER
GESPANNEN
Aan een publicatie van den
Ned.-Indisdhen Regeerings-Voor-
Jiohtingsdienst is het volgende ont
leend:
Het Japansche regime heeft op
economisch gebied in Neder-
landsch.Indië een ware ruïne ach
tergelaten. Naast herstel en om
bouw zal als gevolg van wijzigin
gen in de internationale economi
sche structuur en in de techniek
tevens op velerlei gebied moeten
worden overgegaan tot nieuw
bouw. Voorts moeten de economi
sche verhoudingen met andere
landen wederom tot ontwikkeling
worden gebracht. De overheid zal
deels zelf de noodige voorzieningen
moeten treffen, deels het particu
liere initiatief zoodanig moeten lei
den, dat het economische leven op
gang wordt gébracht en aan nieuwe
eischen wordt aangepast. Op Bor
neo en in de Groote Oost werd
onmiddellijk na de capitulatie van
Japan in nauwe samenwerking met
alle bevolkingsgroepen deze taak
met groot enthousiasme ter hand
genomen.
Te Makassar werd een economi
sche commissie in het leven geroe
pen, die alle bij' den wederopbouw
naar voren tredende problemen
onder oogen zag en de allereerst
noodzakelijke maatregelen nam.
Daarin hadden ambtenaren en ver
tegenwoordigers van het Holland-
sche, Chineesohe en Indonesische
bedrijfsleven zitting. Zij slaagden
erin op korten termijn oude be
staande ondernemingen en bedrij
ven op het gebied van landbouw,
handel en nijverheid op gang te
brengen. Ook aan het entameeren
van nieuwe bedrijven wordt ge
werkt. Diverse ambtelijke en
semi-ambtelijke organen, als de
Landlbouw-Voorlichtingsdienst, de
Dienst van het Boschwezen, de Af-
deelinig Nijverheid, het Rubber-
fonds, de Ni-gieo en het Co-pra-
fonds, hebben hun werkzaamhe
den in deze gebieden hervat.
Te Makassar is een school voor
land bcxu wonderwij zers geopend.
Verder zal daar binnenkort een
zeevaartschool en ambachtsschool
worden geopend.
Door de overheid is de stichting
„Prauwenfonds Zuid-Celebes" in
het leven geroepen, met het doel
om, volgens door den directeur
van economische zaken te ver
strekken aanwijzingen, de Indo
nesische scheepvaart te bevorde
ren. Deze doelstelling houdt o.a.
in het verleenen van credieten
voor herstel en nieuwbouw van
prauwen en motorvaartuigen vpor
de kustvaart; credietverleening
op met deze vaartuigen te ver
schepen opgeslagen goederen; het
creëeren of steunen van oplei-
dings-instituten voor Indonesisch
technisch-, nautisch- en kantoor
personeel ten behoeve van de
prauwvaart. Voorts de bevordering
van de oprichting van Indonesi
sche ve-embedrijven, scheepswerven
en aanverwante bedrijven.
Bij velen heeft de meening
postgevat, dat Nieuw-Guinea kan
sen biedt voor kolonisatie op
groote schaal en dat degenen die
Java wenschen te verlaten, zich
daar in den landbouw, dan wel in
nevenbedrijven een nieuwe toe
komst kunnen verzekeren. Men
dort-goed zieh te realiseeren dat
de tot dusver beschikbare gege
vens niet leiden tot de gevolg
trekking dat in Nieuw Guinea
landstreken aanwezig zijn van zo
danige vluchtbaarheid, dat tot
volksoverplanting op groote schaal
kan worden overgegaan. Land
bouw- en bodemkundige onderzoe
kingen worden echter voortgezet,
het resultaat daarvan moet dan
ook worden afgewacht.
Zooals reeds eerder werd gepu
bliceerd, bevinden zich nabij Ma
nokwari en aan het Sentanimeer
in de omgeving van Hollandia
eenige complexen grond waarvan
de kwaliteit naar Ni-euw-Guinea
maatstaf gemeten zoodanig is, dat
deze bij oordeelkundige en inten
sieve bewerking redelijke produc
ties oplevert.
Hoewel er dus geen hooge ver
wachtingen kunnen worden ge
koesterd, is de regeering toch be
reid. om bij wijze van eerste
proefneming een aantal personen
naar genoemde plaatsen te zen
den teneinde zich met landbouw-
werkzaamheden vertrouwd te ma
ken en in dit opzicht de noodige
ervaring op te doen.
In een latere publicatie wordt
nog gezegd: Als kolonisatie-object
kunnen de gronden in de omge
ving van het Sentanimeer niet
dienen, zoodat voorshands alleen
Manokwari in dit opzicht een
mogelijkheid biedt. Het aantal uit
te zenden personen zal voorloopig
dan ook belangrijk minder zijn
dan aanvankelijk in het voor
nemen lag.
De schipbrug te Hedel is in
verband met het invaren van een
nieuw brugvak voor alle verkeer ge
sloten in den nacht van 5 op 6 Aug
tusschen 23 uur en 5 uur, of zooveel
langer of korter als noodig mocht
blijken.
Het Centraal Bureau voor de
Statistiek heeft de cijfers gepubli
ceerd van de met akkerbouwge
wassen beteelde oppervlakte in
Nederland. Dit zijn de voorloopige
uitkomsten van de inventarisatie
van land- en tuinbouw, die in Mei
j.l. gehouden is. Bij vergelijking
van deze cijfers; met die van voor
gaande jaren, blijkt, dat de akker
bouw zich over het algemeen ont
wikkelt in de richting van het
vóóroorlogsche bouwplan. De
totale met akkerbouwgewassen be
teelde oppervlakte bedroeg in 1939
929.391 ha. in 1943 1.129.064 ha. in
1945 975.614 ha en in 1946
1.090.243 ha.
De met granen beteelde opper
vlakte loopt over het geheel pa
rallel met die van 1939.
Terwijl de met erwten en boo-
nen beteelde oppervlakte is inge
krompen, vertoont het aardappel
areaal in vergelijking met 1939 nog
een belangrijke uitbreiding.
Het suikerbietenareaal 43.840 ha
is nog iets kleiner dan in 1939
45.701 ha, doch vertoont een be
langrijke uitbreiding in vergelij
king met 1945 (18.158 ha). Van be
lang voor het herstel en de in
standhouding van onzen veestapel
is de uitbreiding van de met voe
derbieten beteelde oppervlakte
(1946: 69.818 ha, 1939: 53.063 ha.)
Opvallend is de uitbreiding van
het areaal van land- er. tuinbouw-
zaden, in 1939 bedroeg dit 6.463 ha
en thans 21.804 ha.
Op initiatief van de „American
Seeds Trade Association" is onlangs
te New-York een internationale zaai
zaadconferentie gehouden, waar ver
tegenwoordigers van het vrije be
drijf en ©fficieele waarnemers van
een zeer groot aantal staten van ge
dachten hebben gewisseld. Het doel
van deze conferentie was de per
soonlijke relaties, die door den oor
log waren verbroken, te hervatten.
De toestand op zaaizaadgebied in de
diverse landen is daar uiteengezet,
om een goed inzicht te verkrijgen in
de handelsposities dezer landen.
Vooral Brazilië en Nieuw-Zeeland
drongen aan op internationale sa
menwerking op zaaizaadgebied.
Concrete resoluties of resultaten
konden van de conferentie niet wor
den verwacht. Nederland is echter in
de gelegenheid gesteld een overwicht
te geven van den export van verle
den jaar en van de verwachtingen
voor de toekomst. Dit is vooral van
belang, omdat de met zaden, be
teelde oppervlakte in Nederland een
uitbreiding vertoont.
In verband met de sterk gestegen
behoefte bestaat er momenteel over
de heele wereld een groote vraag
naar zaaizaden. Onze export zal
voor verscheidene zaden hiervan
kunnen profiteeren. Door klimatolo.
gisohe omstandigheden is het afzet
gebied voor onze tarwezaden, die het
beste gedijen in een zeeklimaat, be
perkt. Waaarschijrviijk zullen op be
perkte schaal met onze tarwesoorten
in Amerika proeven worden geno
men, Daarentegen is het versprei
dingsgebied voor onze rogge, en ha-
versoorten belangrijker grooter. Voor
onze fijne zaden, koolzaad, karwij-
zaad, blauwmaanzaal en lijnzaad,
bestaan zeer goede afzetmogelijk
heden alleen vormt de prijs van ons
koolzaad een ernstige belemmering,,
terwijl de productie van lijnzaad
maar juist voldoende is, om onzen
normalen export in stand te houden.
Van belang voor een zeer groot
aantal landen is onze export van
pootaardappelen, met uitzondering
van Amerika, omdat men daar de
voorkeur geeft aan witvleezigen,
terwijl wij juist ingesteld zijn op
geelvieezigen. Bovendien wordt de
export naar de Vereenigde Staten
belemmerd door verbodsbepalingen
aardappelen te importeeren uit lan
den, waar de wratziekte heerscht.
In Zuid.Amerika daarentegen be
staan voor pootaardappelen goede
mogelijkheden.
Een onzer voornaamste exportar
tikelen is (Suikerbietenzaad, dat een
zeer wijd verspreidingsgebied heeft
tot in Zuid-Amerika toe. Onze groot
ste concurrentie op dit gebied,
Duitschland, is thans uitgeschakeld,
waardoor aan ons land de kans
wordt geboden vasten voet te krij
gen op markten, welke vroeger door
Duitschland werden bediend.
Het censusbureau van de V. S.
bericht, dat de civiele werkgelegen
heid in de V.S. is toegenomen tot
56.740.000 in Juni. terwijl het aan
tal werkloozen slechts 2.560.000
bedraagt, zoodat er een aanzienlijke
vooruitgang is bereikt op den weg
naar full employment. Dit resul
taat gaat ver uit boven de verwach
tingen die de regeering en het
zakenleven koesterden en het breekt
alle vroegere records.
De beteekenis van deze cijfers zal
beter worden begrepen indien men
zich herinnert, dat de Minister van
Handel, Henry Wallace, vroeger als
doel gesteld had de 56.500.000
57.500.000 te bereiken, terwijl het
cijfer van de maand Juni dit aantal
nu reeds bereikt heeft. In zijn boek
„Sixty Million Jobs", dat vorig jaar
September werd gepubliceerd, schat
te Wallace dat er 2.500.000 man in
de strijdkrachten zouden zijn opge
nomen en dat er een wrijvings
werkloosheid zou bestaan van
1.500.000 man, zelfs in een periode
van full employment.
De huidige toestand krijgt nog
een grootere beteekenis als men
zich realiseert, dat Wallace niet
verwachtte dat de full employment
zou worden bereikt voor 1950, ter
wijl deze verwachting afhankelijk
was van de z.g. Full Employment
Bill die door het Congres zou moe
ten worden aangenomen. Deze wet
n.l. zou voorzien in regeeringshulp
aan het bedrijfsleven.
Het vrije bedrijfsleven
Het vrije bedrijfsleven van Noord-
Amerika heeft dus het doel van
full employment dat Wallace had
gesteld, vier jaar eerder bereikt dan
voorzien was en bewees dus zijn
bekwaamheid hiertoe, ondanks sta
kingen en moeilijkheden bij de
prijscontrole, die de productie bij
alle belangrijke bedrijfstakken aan.
zienlijk vertraagd heeft. Zoo bedroeg
b.v. in de eerste zes maanden van
1946 de productie van automobielen
In de V. S. slechts 639.000, verge
leken met de 2.319.000 die begroot
waren, hetgeen dus neerkomt op
een verlies van 1.680.000.
Het huidige aantal werkloozen
De wereld-voedsel productie in
1946/'47 zal iets hooger zijn dan
die van het afgeloopen jaar, aldus
werd in een rapport van het Ame-
rikaansche Departement van
Landbouw medegedeeld
Hieronder volgt een overzicht
van de situatie in diverse gebieden
over de wereld:
Europa: De omstandigheden wij
zen erop, dat de totale voedsel
productie 8 tot 10 percent hooger
zal zijn dan een jaar geleden, doch
toch nog 10 tot 12 pet. beneden de
vooroorlogsehe gemiddelden. De
oogsten in Centraal Europa maak
ten de voedselsituatie, althans
tijdelijk, iets minder gespannen.
De uitgebreide productie van
tuinbouw-artikelen heeft de voed
selvoorraad doen toenemen.
Verre Oosten: Politieke onge
regeldheden. onzekerheid van de
rijstprijzen en ongunstig weer heb
ben de uitbreiding van de voed
selproductie vertraagd en de te
korten in diverse gebieden zijn
acuut geworden terwijl het voor
uitzicht. voor verbetering gering
is tot dat de nieuwe rijstoogst ter
beschikking komt.
Midden-Oosten: De toestanden
zijn zelfs nog gunstiger dan een
jaar geleden toen dit gebied niet
alleen zich zelf kon voorzien,
doch ook nog graanproducten en
gedroogde vruchten exporteerde.
Noord-Amerika: De toestanden
in de Vereenigde S'. doen,
met uitzondering van hti. jaar
1942, een reoordoogst verwachten.
Het tarweareaal in Canada is 10
pet. grooter dan vorig jaar. De
voorraden van graan en vleesch,
eieren en zuivelproducten echter
zulten waarschijnlijk minder zijn.
Zuid-Amerika: De overvloedige
regenval heeft eenigszins -o uit
zaai van wintertarwe belemmerd,
doch voedselexpi n geduren
de de bomende zes maanden wor
den verwacht belangrijk grooter
te zijn dan gedurende de o een-
komstlge periode van het vorig
jaar.
Rusland: De vruitzichten zijn
minder geworden vanwege het
warme weer in diverse gebieden.
De opbrengsten voor het land als
geheel worden verwacht niet
grooter en mogelijk lager te zijn
dan het lage gemiddelde van de
laatste jaren
Noord-Afrika: Grootere tarwe-
en gerstopbrengsten kunnen wor
den verwacht dan een jaar gele
den. Belangrijke hoeveelheden
fruit en groenten zullen voor ex
port ter beschikking staan.
Nieuw Zeeland en Australië: In
Nieuw Zeeland is de droogte ge
ëindigd en het wintertarwe-areaal
in Australië is 17 Pc^ hooger.
in de V. S. is niet grooter dan wat
het bedrijfsleven beschouwt als
toelaatbare wrijvingswerkloosheid
(d.i. werkloosheid ontstaan ten ge
volge van den overgang van de eene
betrekking naar de andere.
In plaats van de ernstige werk
loosheid, die, naar men voorzag,
zich na den oorlog zou voordoen,
bestaat er nu een tekort aan arbeids
krachten op verschillend gebied,
mede onder invloed van het feit,
dat vele veteranen en arbeiders uit
de oorlogsindustrie niet zijn terug
gekeerd naar hun werk.
In het licht van de Amerikaan-
sche traditie en gezien in het kader
van het Amerikaansche kapitalis
tische systeem, kan full employment
nauwelijks als een doel van revo-
lutionnairen aard beschouwd wor
den. De nadruk hierop wordt gelegd
door K. Williams van de research
staf van de Board of Governors
van het Federal Reserve System.
Het doel van Full Employment,
zooals dit thans gesteld wordt, weer
spiegelt het verlangen, een verhou
ding tusschen vraag en aanbod van
arbeid te scheppen, die niet wezen
lijk verschilt van die, welke meestal
heerschte in de Ver. Staten in den
tijd, die aan den tweeden wereld
oorlog voorafging.
Dit doel eischt geen opoffering
van persoonlijke vrijheid, niet het
opleggen van een zware en directe
regeeringscontröle, geen fundamen-
teele wijziging in de positie van
den staat als dienaar van het volk.
Het eischt werkelijke betrekkingen,
die met voortspruiten uit werk,
dat voor dit doel gecreëerd ls.
(werkverschaffing). Het impliceert
het recht om zijn eigen levensonder
houd te verdienen en op zijn eigen
beenen te staan
Het is de bedoeling de economi
sche voorwaarden te verwezenlijken
waaronder aan goede arbeiders de
gelegenheid wordt geboden, binnen
redelijken tijd een betrekking te ver.
krijgen, indien zij tenminste bereid
zijn desnoods zich aan te passen,
wat scholing en plaatselijke omstan
digheden betreft, zonder nochthans
aan individueele arbeiders hun
positie te garandeeren.
Loonen en arbeidsproductiviteit
Gedurende den oorlog heeft de
toepassing van bepaalde loon
systemen, die een juiste prikkel tot
een verhooging van de arbeidspro-
werken inhielden, vaak geleid tot
ductiviteit per man/uur van wel
40 pct. Dit is een goede illustratie
van wat te bereiken is bij een toe
stand van voortdurende full em-
ployment.
Williams zet uiteen, dat de pro
ductie per man/uur voor het heele
bedrijfsleven aanzienlijk zou kun
nen worden vermeerderd, zonder
dat aanzienlijke kapitaalsuitbrei
ding noodig is, indien de vrees voor
werkloosheid en persoonlijk verlies
zou worden weggenomen én indien,
d.m.v. juiste arbeidsverhoudingen
te scheppen een volledige samen
werking van de arbeiders kon wor
den verkregen.
Het Departement van Arbeid van
de V. S. is bezig een aantal studies
samen te stellen om het bedrijfs
leven nieuwe statistieken te ver
schaffen betreffende de arbeids
productiviteit. Hierdoor zal de be
drijfsleiding in staat zijn exacter
vast te stellen, hoeveel arbeids
krachten er werkelijk noodig zijn
om een bepaald productie-doel te
bereiken en tevens een op weten
schappelijke berekeningen geba
seerde loonschaal' in te voeren, die
een juiste stimulans tot werken in
houdt.
Voorts wordt betoogd, dat de
industrie in staat zal zijn de prij
zen te verlagen onder handhaving
van een loonniveau, dat voor den
arbeider bevredigend is, en wel door
middel van een uitbuiting van de
mogelijkheden om de productie per
man/uur op te voeren.
31)
De inspecteur wreef zich genoeg
lijk in de handen. Dit was het soort
verklaring, waarin hy pleizier had:
helder, logisch, precies.
Prachtig, zei hij. Haast u maar
niet en sla geen enkele bijzonderheid
over.
Ik zal mijn best doen, Sir, be.
loofde de bediende. De oude dame
bedankte me. Ze leek my 'n vrien.
delijke, geduldige, oude ziel van een
jaar of zestig, hoewel ik niet veel
van haar gezicht kon zien, omdat
zij een hoed met neergeslagen rand
en een voile droeg.
Hoe komt u er dan bij, haar
leeftijd op zestig te schatten? vroeg
de detective.
zy had zilvergrys haar op haar
slapen en van achteren, onder haar
hoed uit. En zij liep ietwat gebo
gen, als een bejaarde dame, en had
een dunne, beverige stem.
Wel, u zocht in de post? zei
de inspecteur,
Juist Sir, en ik vond een brief
met den naam erop, welken zy
had genoemd. Een tamelyk dikke,
witte enveloppe ,in een groot hand.
schrift, geadresseerd aan miss Va
lerie Baird, adres Hotel Imperial,
Londen W.I, Ik gaf haar den brief
en ze bedankte my opnieuw en ging
weg.
Inspecteur Reynolds rommelde in
zyn papieren en vond de model-en.
veloppe, welke de concierge geschre
ven had. Hy schreef het adres op,
dat hij nu kende, vergeleek dit met
hetgeen Carter uit zijn hoofd had
opgeschreven en toonde het aan
Jenkins
Je ziet, dat Carter er niet zoo
ver naast was, zei hy rich dan weer
tot den klerk wendend:
Kunt u zich misschien herin
neren, hoe deze dame gekleed was?
Ik meen, dat zy een langen,
donkeren mantel droeg, maar ik ben
daar niet absoluut zeker van. Daar
om ben ik naar den bureaulist ge
gaan en die herinnerde zich positief,
dat zij een donkerbruinen mantel
gedragen had, van een nogal ouder-
wetsch model, een zwarten hoed en
een voile. En hy was er ook zeker
van, dat zy een krommen rug had,
of gebogen liep van ouderdom.
Waarom hebt ti hem niet mee
bracht? vroeg Reynolds.
Hfj heeft dienst tot midder
nacht, Sir, maar u kunt hem op
bellen. Zijn naam is Foster.
Hebt u, of Foster, op de han
den van die dame gelet? vroeg Rey
nolds gespannen.
Ik niet, Sir, maar Foster is
er zeker van, dat zy by net teeke
nen in het hotelregister haar hand
schoenen heeft aangehouden. Ik kon
het hotelregister niet meebrengen
u kunt het trouwens altijd inzien,
als u dat wenscht maar Foster
en ik hebben haar handteekening
overgetrokken. Hy haalde een enve
loppe uit zyn zak en gaf die aan
den inspecteur.
Reynolds bestudeerde het strookje
papier zorgvuldig.
Jullie zyn té intelligent voor jullie
baantjes, zei hy met een goedkeu
rend glimlachje. Je moest by de
politie zyn.
Danli u, Sir. Maar by ons werk
moeten we ook onzen oogen den
kost geven. Dit is overigens niets
byzonders.
O neen? De detective wierp
een blik op Jenkins. Wy zouden
maar al te biy zijn, indien al onze
getuigen zoo intelligent waren niet?
Dat zouden we zeker, gaf
Jenkins nadrukkelyk toe.
Verder nog iets, dat u zich
kunt herinneren? vroeg Reynolds
aan den klerk.
Vóór de man echter kon antwoor
den, belde de telefoon. Jenkins nam
den hoorn ter hand en luisterde.
Beneden is een vrouw uit
Bloomsbury; gelooft dat ze inlich.
tingen kan geven over die Valerie-
gesehiedenis, vertelde hy zyn chef.
Laat haar direct binnenkomen,
beval de inspecteur.
Zal ik maar gaan, Sir? vroeg
de hotelbediende.
Neen, zeker niet. Ik zal het
geen die vrouw te vertellen heeft
graag met uw mededeelingen verge
leken. Misschien weet ze wel heele-
maal niets. A propos, hebt u zich
inmiddels misschien nog verderf
bijzonderheden omtrent deze Valerie
Baird herinnerd?
Het is maar een kleinigheid,
Sir, maar Foster zegt, dat hij meent
dat er een veeg roode verf op een
der mouwen van de dame zat. Ik
heb dat echter niet gezien.
Nog vóór hy had uitgesproken,
werd de deur geopend en opkykend,
zag de inspecteur een tameiyk slor
dige, hy'gende vrouw met Jenkins
binnenkomen. Zy was zichtbaar wei
nig op haar gemak. De inspecteur
bood haar een stoel en bedankte
haar voor haar komst, alvorens
met. de ondervraging te beginnen.
Jenkins, altijd een meester op het
gebied van systeem en tydbespa.-
ring, legde een papiertje met naam
en adres van de vrouw voor zijn
chef neer. De inspecteur lag het
zorgvuldig door, zag dat de vrouw
al wat op verhaal was gekomen en
begon op gemoedeiyken toon:
Wilt u me nu eens vertellen,
mrs. Hornett, wat u hekend is van
miss Valerie Baird?
De vrouw zette groote oogen o<p
van verbazing.
Wel, ik ben juist hier gekomen,
opdat u me dat zou vertellen, Sir,
zei ze op verbaasden toon. U moet
weten, dat ik haar niet meer ge
zien heb, sinds ze gisterenavond om
zes uur by my vandaan ging. Ze
zeide me, dat ze naar de kerk ging,
voegde zy er verontwaardigd aan
toe.
De Inspecteur trok zyn wenkbrau
wen op, wierp een spottend-wanho-
pigen blik op den hotelklerk en be
gon opnieuw.
Hoe kwam miss Baird in uw
huis, mrs. Hornett?
Op dezelfde manier als al mijn
huurders. Ik verhuur kamers en 12
dagen geleden heeft zy by m(j een
kamer genomen, vier-hoog-voor. Ze
had maar heel weinig bagage en
a.s. Woensdag is ze mij een week
huur schuldig. Ik had het moeten
begrijpen Ze zuchtte zwaar.
Wat moeten begrypen? vroeg
Reynolds.
Ik vermoed dat ze geen geld
had en daarom zoo maar is weg
gegaan. De paar dingen die ze heeft
achtergelaten, zyn niet veel waard,
besloot mrs. Hornette vol afkeer.
Aangezien de oude dame gister
avond niet is thuisgekomen hebt u
vandaag haar bagage dus maar
doorzocht? merkte Reynolds op.
Wel, en wat zou dat,, Sir? Pk
ben op die manier al méér bedrogen.
Zich daarna zyn woorden herinne
rend, vervolgde zy scherp: Maar
wat bedoelt u met oude dame? Ik
heib het over miss Baird.
De detective wierp den hotelbe
diende, die bij de laatste opmerking
van de vrouw opschrok, een waar
schuwenden blik toe.
Ach, dat was een abuis yan
me, zei hij. Hoe oud zoudt u Miss
Baird ongeveer schatten, mrs. Hor-
nett?
Zij keek hem een beetje achter»
dochtig aan. zy vond, dat zy niet
om tien uur in den avond hierheen
"was gekomen, om zich door dieit
detective voor de mal t© laten hou
den.
(Wordt vervolgd).