Onvoldoende perspectief R Gezocht Na den terugkeer van Z.Em. Kardinaal De Jong ADIO programma Kleinen stelen, grooten stelen.. DE DUBBELGANGER. De inspecteur vertelt wegens moord WOENSDAG 23 OCTOBER 1946 PAGINA 2 JÜJKSBEGROOTING 1947 Probleem van omvang der staatsinterventie NACHTVORST MALVERSATIES IN DUMP DEELEN „SINT WILL1BRORD IS NIET IN DE „SAN CLEMENTE" GEWIJD" Het is geen eenvoudige taak in een kort bestek een indruk te geven van de Rijksbegrooting voor het dienstjaar 1947. De financieele nota bij deze stukken gevoegd is bijna tweemaal zoo lang als voor de begrooting 1946; zij telt 58 fo lio's. Er is reden tot dankbaar heid voor het uitgebreide analy tische cijfermateriaal, dat deze maal ter beschikking is gesteld. Indien men tracht zich daaruit een globaal beeld te vormen, dan blijkt allereerst, dat de verlaging van het totaal der uitgaven met 1.333 millioen eenigszins geflat teerd is, omdat bijv. door het overigens noodzakelijke inschake len van den particulieren handel bij den import de Regeerings- aankoopen van goederen grooten- deels zijn weggevallen, waardoor uitgaven en inkomsten met een gelijk bedrag zijn gedaald. Het tekort van de totale begrooting is dan ook volgens de financieele nota met slechts 667 millioen gedaald. Dit is mede toe te schrij ven aan het feit, dat voor de pacificatie van Indië en de liqui datie van de oorlogvoering met een aanzienlijk lager bedrag kan worden volstaan, terwijl ook voor den steun bij den herbouw een veel geringer bedrag werd uit getrokken. Het is zeer de vraag of men deze vermindering der staatsuit gaven met den naam van bezui niging mag bestempelen. De da ling der ramingen zal immers voor een groot deel zijn toe te schrij ven aan de omstandigheden, die bijv. bij den herbouw geen groo- iere uiigaven toelaten. Geflatteerd tekort Anderzijds blijkt bij nadere be schouwing, dat het tekort voofr 1947 naar alle waarschijnlijkheid niet onaanzienlijk is geflatteerd. Uit de financieele nota blijkt n.l., dat met 250 millioen aan uit gaven moet worden gerekend, waarvoor in de begrooting alleen memorieposten zijn uitgetrokken. Het totaal tekort zou dan ruim 2.2 milliard bedragen of slechts 400 millioen minder dan in 1946, na de daarin aangebrachte her zieningen. Dit. alles is teleur stellend. Nog somberder wordt het beeld van onze s'aatsfinanciën indien, men de volgende cijfers naast elkaar stelt. In de zes jaren van 194045 bedroeg het tekort der begrootingen 12.626 millioen. Voor de jaren 1946 en 1947 kan het tekort op 4.850 millioen worden geschat en aan de hand van het liquidatieschema van den buitengewonen dienst, opgenomen In de financieele nota, zal het te kort voor de jaren 194851 ge taxeerd kunnen worden op 4.270 millioen, er voorshands van uit gaande, dat er geen verdere be zuinigingen plaats vinden en geen tegenvallers optreden. Voor de zes na-oorlogsjaren zou dit een totaal tekort beteekenen van 9.120 millioen Overweegt men dan, dat het totaal der geconsolideerde en vlottende schuld in 1939 rond 4 milliard gulden bedroeg, dan ziet men den desolaten toestand van onze financiën in al zijn naakt heid. Hooge gewone dienst Wanneer men ten slotte den ge wonen dienst alleen in beschou wing neemt, is deze in 1947 ruim drie maal zoo hoog als in 1938, waarbij dan nog niet in aanmer king is genomen, dat thans meer pos'en op buitengewoon zijn ge boekt dan in 1938 toelaatbaar ge acht zou zijn. Trekt men van de cijfers voor den gewonen dienst voor 1947 de uitgaven voor de nationale schuld en voor oorlog en marine af, dan beloopen de uitgaven voor de burgerlijke Departementen rond 1 milliard gulden, een cijfer dat ruim twee maal zoo hoog is als het overeen komstige cijfer in 1938 was. Het totaalcijfer van het burgerlijk Rijkspersoneel bedroeg in 1946 119.276 en in 1937 62.820. Ook op dit gebied zien wij een verdubbe ling. hetgeen aan totaal salaris uitgaven echter vegl meer dan een verdubbeling bet eekent. Bij de beoordeeling van deze cijfers moet men vanzelfsprekend de waardedaling van het geld in aanmerking nemen, een punt waarop afzonderlijk wordt terug gekomen. De stijging echter van de sterkte van het burgerlijk Rijkspersoneel, ondanks het feit dat dit ten deele uit buitengewoon wordt betaald, demonstreert dui delijk, dat de stijging van de last van den gewonen dienst reëel is en niet nominaal. De Minister van Financiën klaagt over het peil der arbeidsproductiviteit. Dit zal bij een zeer groot deel van de ambte naren zeker op een lager peil liggen dan in hetparticuliere be drijfsleven. Alhoewel de personeelrlerkle in den loop van het jaar 1946 reeds daalde, is een veel sterkere daling in hel algemeen belang zeker noodzakelijk. Het gaat daarbij echter niet alleen om een probleem van efficiency, doch stellig in veel sterkere male om hel pro bleem van den omvang van het staalsingrijpen. DONDERDAG 24 OCTOBER HILVERSUM I (301 M) AVRO 7.00 Nieuiis, srymn. en gram. 11.00 Caus 11,15 Muziek, 11,45 Ber. uit Indië, 12,00 Muziek 12,30 Vaude ville ork. (13,00 Nieuws) 13,45 Gram. 14.00 Voor de vrouw, 14,20 Kwintet, 15,00 Caus., 15,20 Gram., 17,00 Ka- leidoscoop, 17,20 Caus., 17,30 Sky- masters, 18,00 Nieuws, 18,15 Muziek, 18 30 Voor de Ned. strijdkr., 19,00 Sportpr., 19,20 Muz. school, 19,45 Caus., 20,00 Actual., 20,15 Conoert- geb orkest, 21,25 Voordracht, 21,55 Musette, (22,15 Caus.). 22,45 NJV, 23,00 Nieuws, 23,15 Gram. HILVERSUM II (415 Ml, 7,00 KRO 10,00 NCRV, 11,00 KRO, 14,00 NCRV, 7,00 Nieuws, gym. en gram., 11,00 Voor de zieken 11.45 Voor de kleuters 12.00 Porno, 12.30 Concert, 13.00 Nieuws, 13,15 Gram., 13,45 Voor de vrouw, 14,00 Stafmuziek, 14,40 Caus., 15,00 Gram., 15,10 Trio, 16.00 Bijbel., 16,45 Zang, 17,15 Gram., 17.30 Trio. 17,50 Over Indië, 18,00 Muziek, 18,30 Caus., 18,45 Gram., 19 00 Nieuws, 19,15 Caus., 19,30 Le zing, 19 40 Caus., 20,00 Concert, 21 45 Gram., 22,00 Nieuws en actual., 23,30 gram., 22,45 Avondwijding, 23,00 Beethoven, 23,30 Gram. Weerverwachting medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt geldig tot Donderdagavond: Afnemende bewolking en af nemende wind uit Oostelijke richting; koude nacht met op veel plaatsen flinke nachtvorst, ook overdag lagere temperatuur dan vandaag; droog weer. 24 October: Zon op 7.18 uur, onder 17.29 uur; maan op 6.23 uur, onder 17.40 uur. De eenigszins berucht geworden auto-dump Deelen bij Arnhem wordt geliquideerd. Bijna alle daar samengebrachte vroegere Canadee- sche legervoertuigen zijn thans af gevoerd, zoodat de verzameling bin nen korten tijd tot het verleden zal behooren. Dit autopark heeft een slechten naam gekregen door de vele diefstallen, welke gepleegd werden door daar tewerkgestelde arbeiders maar ook, naar later ge bleken is, door tal van lieden uit de hoogste leiding. De rijkspolitie grijpt de laatste weken energiek in en steeds groeit de oogst van achter haalde gestolen goederen. Tiental len jeeps en vrachtauto's in alle gewichtsklassen, tal van luxe leger auto's, ruim 40 complete motorrij wielen en ontelbare binnen- en bui tenbanden voor auto's en motorfiet sen, onderdeden en gereedschappen worden binnengebracht. Op enkele uitzonderingen na is in de laatste dagen de geheele leiding van de Deelensche autodump achter slot en grendel gezet dan wel ontslagen. Zoo is de hoogste chef van Deelen, de algemeen gevolmachtigde van den minister van Financiën, inspec teur van registratie en domeinen L. ontslagen op vermoeden van ver duistering. Zijn plaatsvervanger De B. is gearresteerd, ook op grond van verduistering. De eerste luite nant R., die aanvankelijk optrad als gevolmachtigde van den minister van Oorlog en daarna als de bur gerlijke verkoopsleider van Deelen, is eveneens gearresteerd. Ontslagen is De G., de technische administra tieleider van de dump, omdat hij verdacht wordt van medeplichtig heid aan diefstallen. Verder is ge arresteerd K., de chef van de taxa teurs in dienst van het Rijk, die tot taak had de prijzen van het dump materiaal vast te stellen. Hij wordt beticht van ontrouw en verduiste ring. Ook de personeelschef D. is ge arresteerd wegens diefstal. Het on derzoek in deze zaken duurt nog voort, zoodat nog geen definitieve gegevens ter beschikking staan. Het staat echter wel vast, dat de Maandagmiddag staan wjj voor het patriciërshuis aan de Malie baan te Utrecht, waar het wapen van den kardinaal boven do denr is aangebracht. IV ij halen de schel over, die donker klinkt als een kerkklok. Electrisch gerinkel zou hier mistonen. Een gedienstige doet wijd de deur open, die is als een gastvrije kloos terpoort, en waar achter de stilte, de harmonische, rustige stilte, als een weldaad inviteert. „Of wij misschien een onderhoud mogen hebben met den secretaris, dr. Geerdinck?" Zjj zal eens gaan zien. Mogelijk is dr doctor er; mogelijk ook niet. Dè.t bepaalt hij zélf, niet de gedien stige aan de deurWij worden in de wachtkamer gelaten. Het 's hier zoo sereen, als in de „patio" van een Spaansch Karthuizerskloos- ter, dat wij eens bezochten, de „Cartuja" van Miraflores. .Maar d&Ar sprankelde nog een fontein. Sinds ons laatste bezoek zijn er aan den wand twee nieuwe ver sieringen gekomen, in deftige, so bere omlijsting. Rechts de kardinaal, gezeten op de cathedra van de Sinte Cathrijne aan de Lange Nieuw- straat. Het doet aan als een glo rieuze aanvangsletter in een mid- deieeuwsch handschrift. Ook als een mozaïek uit de San Marco. Maar het is een fotografie. Links Z.Em. „geheel oor", luisterend naar de magistrale rede van prof. G. Brom bij de groote nationale huldiging van den kardinaal te Utrecht. Dit is de treffendste foto, die wij ooit van den kardinaal gezien hebben Dr. Geerdinck komt bijna onmerk. baar binnen. De reis heeft hem wel niet vermoeid, want hij is als altqd gesloten ais het oude, beproefde volk der Saksen in onze Oostelijke provinciën waar het zijn moet; hulp vaardig en gedienstig tot aan de grens van dien plicht. Wij stellen den secretaris met het doel van onze komst op de hoogte. Beslist klinkt het: „Z. Em. staat géén interviews toe, aan geen enkele courant". Wij eerbiedigen en verstaan dit standpunt. Maar wij zouden geen persman zijn, als we hierin het sein zouden zien tot een overhaasten aftocht. En zoo bedoelt dr. Geer dinck het ook niet. Hij vertelt op den rustigen, kalmen toon, eigen aan het Saksenvolk, dat bedacht zaam is door zijn verbondenheid met Gods natuur, omtrent de terug reis, het oponthoud te Bazel, en hoe Z. Em, alle ongemakken zeer goed heeft doorstaan. Wanneer wij, de lange trajecten in de internationale treinen even eens kennend, toch nog eenigszins bezorgd, doorvragen, lacht de secre. net staat eenter wei vast, aat ae - meesten vajn deve leidende nerso- tar,s even, alsof hij bevestigen wil. meesten van ueze leiaenae perso o-een veden tot een ice nen op groote schaal auto's, moto ren en ander materiaal uit de Dee lensche autodump verkwanseld heb ben en de knoeierijen met verval- schingen van boeken en facturen hebben gedekt. er is volstrekt geen reden tot eenige bezorgdheid. En dat is al een prach tig moment voor een interview. „En Z. H. de Paus, hoe bevond u den Paus?" Hier geeft dr. Geerdinck zijn per- soonlyken indruk niet weer. D§ Italiaansche omgeving des Pausen had hem betuigd', dat het verblijf te Castel Gandolfo de gezondheid van den algemeenen Vader ten goede gekomen was. „Hoe treffend, dat de kardinaal als titelkerk de „San Clemente'* kreeg toegewezen, dezelfde kerk, waar Sint Willibrord werd gecon- sacreerd tot bisschop", merken wij op. Dr. Geerdinck kykt even verwon-, derd. „Waar heeft u dat gelezen?" „In verschillende dagbladen". „Maar ik heb het nog bij geen enkelen schrijver aangetroffen", zegt hij droogjes. „Ik zal eens een paar boeken hier halen; excuseert U even?" Het wordt weer heel stil in de eiken kamer. Het is, of de glinste rende meubels zich spitsen op den afloop van wat geen interview mag worden. Maar daar is dr. Geerdinck terug, met twee, drie boeken in de hand. „Kijk", zegt hij, „hier is hét bron, werk over Sint Willibrord, het boek van G. Verbist, uitgegeven by Descleé. En leest u nu zelf maar, dat Sint Willibrord „avec grande pompe" („met grooten luister") tot bisschop werd gewijd op Maandag 22 November 695, in de „Santa. Cecilia"-over-den-Tiber. Dus niet in de „San Clemente". Trouwens, pater dr. Lampen geeft óók de „San. ta Cecilia" en dr. M. Erens even eens, leest u maar". Wij waardeeren deze les in hagio. grafie en kiezen, tégen sommige dagl bladen, vóór de „Santa Cecilia". .Er is maar één oude schrijver", gaat onze leermeester voort, „die het niet over de „Santa Cecilia" heeft. En dat is Alcuïnus „De leermeester van Karei den Grooten in sterrenkunde en litera tuurmet Einhard en Paulus Diaconus „Juist, ja. En die Alcuïnus laat Sint Willibrord geconsacreerd wor den in de Sint PieterMaar, vol gens Verbist, moet die mededeeling niet „au sérieux" genomen wor den. Het blijft dus de „Santa Ce cilia". „En niet de Santa Clemente". „NeenDe „Santa Cecilia-in- Trastevere". In Rome kon men maar niet aan dat „Willibrord" wennen trouwens evenmin aan: „Winfried". De eerste naam werd: Clemens; de tweede: Bonifacius! Sint Willibrord, op zijn beurt, kon niet aan dat „Clemens" wennen. En hij bleef teekenen met: Willi brord. En soms met: Clemens Willibrord". Wij hebben het nog een oogenblik ver den kardinaalshoed, wy zeggen; „Kardinaalshoeden hebben we tni Toledo en Zaragoza, ook in Fran- sche kathedralen, hoog in het ge* welf zien hangen, boven het praal^ graf van een overleden kerkvorst. En te Zwolle hangt de kardinaals hoed van kardinaal van Rossum aan een zuil in de hoofdkerk. Sic transit gloria mundi Onze gastheer knikt even, be dachtzaam. „Ja, om te dragen zijn die hoeden nietoverpeinst hy. Hij begeleidt ons naar de deur. Achter ons is de rust. Voor ons het rumoer van het alledaagscho leven. Maar er is geen keuze. En wij danken voor het interview, dat geen interview mocht wezen „Ieder in zijn vak", glimlacht dr. Geerdinck even. Dan staan wy weer onder het wapen van den kardinaal. „Domi- nus mihi adjutor". „De Heer is mijn Helper" Moge het zijn, nog in lengte van jaren. 44. ,Dèze boevenbaas en zijn vijf handlangers waren het hoofdkwar tier", vertelde inspecteur Vos ver der. „Ze - legden zich speciaal toe op zakkenrollen en insluipingen. Er zitten nu nog handlangers in de stad. maar deze zijn zonder goede leiding ongevaarlijkNu vertelde Tobias hun ervaringen en overhan digde inspecteur Vos de ontvangst bewijzen van hun safe, -waar de gestolen goederen gedeponeerd wa ren. „En nu verzoek ik U beleefd mij naar het politiebureau te wil len volgen voor enkele kleine for maliteiten", zei de inspecteur met een geheimzinnig lachje. Ze hiel den een voorbijkomende vracht auto aan en klommen in den bak. O Z. H. de Paus heeft het kruis „Pro Ecclesia" verleend aan mej. T. Schoonhoven, secreta resse der St. Paula-stichting te Utrecht. Jarenlang heeft zü haar beste krachten gegeven voor ae belangen van de ongehuwde moe der en haar kind. O ja, ik woon hier, antwoordde de politieagent. De man had een zekere koele waardigheid over zich, welke Burke deed wenschen dat hij met 'n zeker even waardigen, maar daarbjj veel menscheiyker Engel- Bchen „bobby" te doen had gehad. Hij aarzelde alvorens de volgende vraag te stellen maar kwam dan tot het besluit dat deze, in de ge geven omstandigheden, geen kwaad zou kunnen. Hebt u ooit gehoord van een vrouw, Suzanne Etienne genaamd? De politieagent werd een tikje toeschietelijker. Suzanne? Natuurlijk ken ik haar! Wat wel van alles beteekend kon hebben. Omdat hy niet het flauwste idee had omtrent Suzanna's reputatie, ging Burke met groote omzichtig heid verder. Woont zij al lang in Montmar- tre? vroeg hij, probeerend den man aan het praten te brengen. Lang? Tiens' Hèbt u Suzanne Hooit gezien? Neen. Waarom gaat u dan niet naar de Blauwe Aap? Ik denk, dat u haar daar bijna lederen avond zult kunnen vinden. Hij salueerde luch tig terwyi hij verder wandelde. Au tfevoir, m'sieur. Zie zoo, daar kun je het mee doen, zei Neil tegen zijn vriend. Ooit gehoord van de Blauwe Aap? Neen. Maar wat het ook is. we zullen het dier vanavond met een be zoek vereeren Het bleek een cabaret te zijn, waar juist een beetje leven in de brouwe rij kwam toen Burke en zyn vriend arriveerden. Twee of drie honderd menschen bewonderden een Apache-dans op de muziek van een uitstekend orkest Burke bestelde wyn terwyi hy rustig de algemeene atmosfeer in zich op_ nam. Zoodra de dans ten einde was be volkten een vijftig paren de dans vloer. Zou het veilig zyn by den keil. ner naar Suzanne te informeeren? vroeg Neil. Wij kunnen hier anders misschien wel maanden lang lederen dag komen zonder Een trap tegen zijn scheen legde hem het zwijgen op. Een meisje kwam op hun tafeltje toegeslerrterd een vriendschappelijke groet wisse lend met het gezelschap aan een vol gend tafeltje. Burke hield haar voor een verantwoordelijk lid van het per soneel Tout va bien? informeerde zb terloops. Alles gaat heelemaal niet goed, dank U, antwoordde hij. Wii zijn twee weezen, verdwaald in Parya. Wilt U niet even bij ons komen zit ten en wat met ons praten? De donkere oogen van het meisje namen hen beiden op, waarby zij iets langer op Neil bleven rusten. Zij nam op de aangeboden stoel piaats en Burke wenkte den kellner om meer wijn en noP een glas. Het meis je, dat van iets meer dan middelma tige grootte was. slank en ontegen zeggelijk heel knap en aantrekkelijk, bleef beide Engelschen met duideiy- ke belangstelling opnemen. Ja ik wil gaarne enkele oogen- blikken met U praten, zei ze in hun eigen taal. Wanneer bent U in Pa- rys aangekomen? Vanmiddag, zei Burke De uitdrukking op haar gelaat ver baasde hem Zü wendde zich vlug toe Neil Bent U en vacance hoe zegt U dat? op vacantie? Wel, in zekeren zin, antwoordde Neil en zweeg dan plotseling Dit maal was het al een zeer geslaagde trap tegen zijn enkel, welke hem het zwijgen oplegde. Hij schrijft boeken, ziet U, ver klaarde Burke. en is nu hierheen ge komen om wat lokale kleur op te doen. Zijn naam is Neil Caim. De mijne Burke. Ah, oui Ik heb verschillende boeken van Üw vriend gelezen Ro mans policier n'est ce pas? En mr Burke? Schrijft U ook boeken over die grappige Engelsche detectiveo van U? Neen ik vrees dat ik daar niet knap genoeg voor ben. Maar verte't U mij eens, waarom noemt U pnze detectives grapptg? Zij lachte. Zy zijn zoo naief. Maar dat doet er niet toe. Hier in Frankrijk uoen wij de dingen anders. En njU, opnieuw wendde het meisje zich direct tot Neil, moet U mij eens vertellen, waarom U naar de Blauwe Aap ge komen bent? Men heeft ons verzekerd, dat het hier gezellig was, antwoordde Neil zonder aarzelen. Is dat alles? vervolgde zij met eigenaardige vasthoudendheid. Op welk oogenblik een juist gea* riveerd gezelschap jongelui hun ta feltje passeerde Ca va Suzanne? nep een hun ner, met een vroolijk groetend ge baar in de richting van het meisje. Even ontmoetten Burke's oogen die van Neil en richtte zich clan weer op Suzanna. Er speelde n-u een I el flauwe glimlach om haar lip pen. Een sou voor Uw gedachten ma demoiselle zei hij. Ahl Ik weet niet, of zy wel zoo veel waard zijn. Mag ik daar over oordeel en? Mais centainement Twee Engel schen allebei heel groot net als Uw wonderlyke politieagenten in Lontfen n£ar men mij verteld heeft zijn vanmiddag eerst in Parijs ge arriveerd. Zy waren nauwelijks een uur in de stad toen zij naar Mont- mar tre kwamen en daar aan een agent vroegen, of hy ooit van Su zanne Etienne gehoord had De agent die een speciale vriend van my is, vertelde mij, dat een van deze En gelschen, met de breedste schouders hier keek zij naar Burke nee blauwe oogen heeft. De andere, -ets jonger, heeft bruine oogen en draagt een das met groene noppen. De agent zegt, dat ay wel Engelsche detectives kunnen zijn maar Suzanne wees op de flesschen zelfs de Engel sche politie zou niet zulke dure wijn bestellen. Ik vraag U waarom U naar de Blauwe Aap bent gekomen en Uw antwoorden doen mij nieuws gierig blyven. U zult moeten toege ven dat zulks heel logisch is? Neil zocht in zijn zak naar een kaartje en gaf haar dat. Bent U n-u overtuigd? Waarvan? Dat ik Neil Cairn, een schrijver ben Mais oui. Daar heb ik geen mo ment aan getwijfeld U schryft boe ken over de misdaad en om wat lo cale kleur op te dqen komt U naar Montmartre waar U' naar mij vraagt. Er was een lachje in haar oogei\ zichtbaar. Denkt U misschien dat ik een inbreekster ben? U begrypt het verkeerd, made moiselle, kwam Burke luchtig tus- sehenbeide. In een cabaret ais dit komen alle mogelijke soorten men schen eerlijke menschen en mis dadigers. U kent natuurlyk een mas sa van Uw bezoekers. Terwijl zy luisterde, vertoonde haar gelaat ef»n geamuseerd scepti cisme. Plotseling stelde zy weer een snelle vraag aan Neil Waar hebt U over mij gehoord? In Londen, pareerde Neil. Ik houd er van op interessante plaatsen rond te neuzen en een man adviseer de mij hierheen te gaan. Alorse zij hief haar glas op en. nam een slokje van de wijn. nu U hier bent, hoop ik. dat U zich zult amu /sren maar wanneer *n:isaa- digers in mijn cabaret ontdekt, moei U htt mij vooral vcriellen. aaRSezien ik et. ook van hou m'J te amuseeren. De maitre d'hotel verscheen aan ha— Mademoiselle, zei hij Onderda nig lpfoO' VOOT U. Met een vriendelijk knikje liet he« meisi e hen alleen. Wat alleen maar weer bewijst, merkte Neil op zoodra zij weg waa, dat die detective-geschiedenissen in het werkelijke leven niiet half zoo gema>kp'(jk zijn als zij in boeken wel lijken. J (Wordt Vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1946 | | pagina 2