Nieuws uit Stad en Omtrek 1 OOVENAAR ssa-ris Wetenschappelijke detectives onthullen mysterie Brugman Binnenlandsche dollarleening KAPITEIN DUMPELADORIS Misbruik van andermans leed De Laatste berichten Er komt zachte zeep speurende VRIJDAG 11 APRIL 1947 PAGINA 3 ST- LIDUINA MIDDEL PUNT DER BELANG. STELLING Twee levensbeschrijvers rijker Sn L» lol van St. Ufata. De fout der Jezuieten Het net sluit zich De ontknooping OFFICIEELE KENNIS- GEVING "f-lSu® Nederland N.V t, 's-Gravenhage, om vergunning tot oprichting van een benzineinstal- latie bestaande uit een boven- grondsche aftappomp en een on- dergrondsche tank met een inhoud van 6000 L., op het binnenterrein ten posten van het pand Nieuwe Haven 281; DISTRIBUTIENIEUWS Belangrijk voor slagers AMBROSIUS CONCER TEERDE Aller steun ruimschoots waard VAN WELIE-TENTOON- STEULING Morgen zal in het Stedelijk Mu seum een tentoonstelling van schilderijen van Antoon van Wciie worden geopend. Behalve portret ten nullen voor de eerste maal ook religieuze onderwerpen worden geëxposeerd. De tentoonstelling geeft tevens een overzicht van de paramenten van de Havenkerk, die, zooals men weet, zeer gyoote artistieke waarde hebben. S.Z.C. ORGANISEERT NAT. ZWEMWEDSTRIJDEN Ter gelegenheid van het 35-jarig bestaan van S.Z.C. en het 12(2 jarig bestaan van het Sportfond- senbad zullen op Zaterdag 17 Mei in het Sportfondsenbad aan de B.K. Laan nationale zwemwed strijden worden georganiseerd. Het programma zal waterpolo- wedstrijden, schoonspringen en wedstrijd-zwemmen omvatten. SCHIEDAMSCHE SCHIL DERS IN MUSEUM ENGELSCH-NEDERL. SPORTORGANISATIE FILMTIJDSCHRIFT „PARTERRE" NOG MEER'ARRESTATIES MASSAGRAF GEVONDEN VOOR HOUDERS VAN AMERIKA ANTJES RECTIFICATIE BEKEND MAKING 10. Neergeschoten ONTSLAG ADVISEURS COMMISSIE-GENERAAL Naar wij vernemen zijn prof. S. Posthuma en prof. mr. J. H. W. Verzijl eervol ontheven van hun toevoeging als adviseurs aan Commissie-generaal vai landsch-Indië. GEMEENTEPOLITIE Staatsblad H 112 bevat een be sluit van 9 April houdende nade re aanwijzing van gemeenten met gemeentepolitie. HANDEL IN DISTRIBUTIE- KAARTEN ONTDEKT STUDENTEN IN MILI TAIREN DIENST TROEPEN NAAR INDIE 'N PSEUDO-LUITENANT BURGERLIJKE stand door Emart Kinsbum sommige t«deQ vaa het laar' Hijzelf' Wie dan? DE T.R.I. EN DE DEMAR CATIELIJN „Hij praat als Brugman". Nog dagelijks wordt deze uitdrukking in Nederland gebruikt; eiken dag opnieuw roept zij onwillekeurig den naam op van den woordrijken Franciscaner Minderbroeder, die 'n de 15e eeuw zijn lichtbakens an de kansels deed uitstralen. ',Ller n v-as meer dan 'n Mid- deleeuwsche de Greeve. Hij voer- d?„iieJganzenveder met de vaar digheid van een erkend litera tor en schreef proza zoowel als Poezie. Wanneer hij geen leven Fan de H. Liduina van Schiedam had geschreven, zou zün n,aard waarschijnlijk niet binnenkort sensatie verwekken in de lltterai- re Wereld, maar nu hem zelfs het auteurschap van drie beschrijvin gen van de schiedamsche Heilige Worden toegedicht, nog wel d~or niemand minder dan door de ge leerde Bollandisten, is het waar schijnlijk, dat zijn naam in ge leerde verhandelingen nog wel eens zal worden genoemd. Laten wij intusschen stil hopen, dat het de vereering van St. Liduina ten goede zal komen. Natuurlijk is het niet onze taak, om ons in het debat der professoren te mengen. fFij vergenoegen ons met 'n ver slag, aan de hand van gegevens Van Dr. Marculphus Heyer O.F.M. over de belangrijke feiten, die in de laatste jaren aan het licht zijn gekomen. De sensationeele koppen, die den inhoud van dit artikel dek ken, zijn opzettelijk in overeen komst met de waarheid zoo op windend gesteld. Het is weten schappelijk speurderswerk ge weest, dat geleid heeft tot zeer belangrijke ontdekkingen over de levensbeschrijvers van St. Li duina. Voor het wetenschappelijk ge recht dient de zaak van Pater Brugman, die, buiten zijn weten en schuld, drie St. Liduinalevens op zijn naam kreeg. Schreef hij deze alle drie, schreef hij er geen of één? Getuigen 0 charche zijn de nagelaten werken van pater prof. dr. Titus Brandsma en de laatste onderzoekingen van pater dr. Marculphus Heijer O.F.M.. Vast staat, dat pater Brugman één leven schreef. Hij nam het 'er hand op uitnoodiging van vrienden en vereerders van de lij dende maagd. Speciaal dokter Willem Sonderdanck, de zoon van wijlen Godfried Sonderdanck, den lijfarts van graaf Willem van Holland en diens gemalin Mar garetha, drong op het schrijven van dit leven aan. Zooveel indruk maakte het verhaal van den dok ter op den pater, dat deze 't niet waagde de lofrede ongeschreven te laten, omdat anders „de win den in de lucht, de kinderen op straat en de steenen van de hui- den verkondigen", aldus zijn leiding tot het boek. In 1498 werd het door Brugman geschreven leven ter drukker j St. Anna te Schiedam uitgegeven 42 jaar nadat hij het in hand schrift had voltooid. Van een Brugman-mysterie was er in die jaren nog geen sprake. De kiem daartoe werd gelegd, toen de Jezuieten in de zeventien de eeuw' hun beroemd geworden standaardwerk Levens van Heili Sen (Acta Sanctorum) begonnen, Een Rotterdamsche ordebroeder stuurde een geschonden exem Plaar van het heiligenleven van St. Liduina in de eerste uitgave Met exemplaren uit Belgische zich een paar eeuwen later, m 1941, af, waar zijn die levens dan gebleven. Er zijn weliswaar be paalde werken aangewezen, maar kunnen deze historische- en tekst- critiek doorstaan? Vooreerst de Vita prior, dat Brugman zou heb ben geschreven vóór Vita poste- rior, welks wij sis het eigenlijke Brugman-leven kennen. De Bol landisten steunden bij hun nauw gezette en voorzichtige beoordee ling op een oud handschrift uit het Karthuizerklooster te Trier. Het handschrift is gedateerd 1499, dus geschreven 1 jaar na het verschijnen van den Schiedam- schen druk. P. Jacobus v. Keulen, toen 80 jaar oud en al meer dan vijftig jaar in de orde, schreef op de titelpagina, dat hij het leven had overgeschreven naar het ori gineel van Joannes Brugman. Dit bewijsstuk a décharge werd ech ter door het wetenschappelijk ge recht niet zonder meer aanvaard, want het kon zeer goed zijn, dat Brugman door pater Jacobus als auteur wordt genoemd, onder in vloed van het gedrukte leven, dat in 1498 verscheen. Grond voor deze meening werd verschaft door een ander handschrift van het „Vita prior', het leven, dat door Pater van Keulen werd overge schreven. Het komt eveneens uit het Karthuizerklooster te Trier, is nu in de bibliotheek der Bollan disten te Brussel en is gedateerd 1448. Op dit handschrift komt ner gens de naam Brugman voor. Een derde handschrift van 't Vita prior werd gevonden, in het ver zamelwerk van Joannes Giele- mans, die leefde van 1427 1487. Brugman's naam wordt ook hier in niet aangetroffen. Twee Duit- sche vertalingen van het zooge naamde Vita prior, eveneens zon der vermelding van Brugman, versterken den twijfel over diens auteurschap. Vijf getuigen: vier tegen, een voor. Brugman maakt weinig kans als schrijver van het Vita prior. Wat betreft de z.g. levens schets, die Brugman voorafgaand aan het Vita prior zou geschre ven hebben, kwam vast te staan, dat het handschrift hiervan stamt uit 1880 en Brugman niet als schrijver vermeldt. De Duitsche geleerde, Karl Hir- sche, had in 1883 op grond van een vergelijkende tekststudie reeds twijfel uitgesproken over de verantwoordelijkheid van Pa ter Brugman voor de drie boe ken. De stijl was bij alle drie te verschillend. Wanneer Brugman ons liet weten, dat hij het leven van St. Liduina voor den derden keer ging beschrijven, kon dat even goed beteekenen, dat twee anderen hem voor waren geweest. De ontdekking van bewijsstuk ken uit 1440 geeft den geleerden Duitscher een goede kans voor zijn uitleg. Het blijkt langzamer hand, dat 't „reeds voor den der den keer", van Pater Brugman slaat op een derde wijze van be werking. Het was pater prof. Titus Brandsma, die in de Stadsbiblio theek van Trier een ontdekking deed, n.l. een „allermerkwaar digst" handschrift, afkomstig uit het voormalige Karthuizerklooster van Coblenz, zeven jaar na den dood van St. Liduina geschreven. In dit handschrift vond hij uit treksels van het zoogenaamde Vi ta prior, het dus reeds lang be staande tweede leven van Li duina.. De schrijver van dat hand schrift kent het Vita prior toe aan een frater, d.w.z. kanunnik, uit Brielle. Voorts vertelt hij aan aan het eind van het manuscript, dat hij hoofd is geweest van een klooster zijner Karthuizer-orde in Holland, daarna in Brabant en dat hij in die hoedanigheid St. Liduina meermalen heeft bezocht en zelfs een geestelijk verbond met haar heeft gesloten. Het zoogenaamde Vita prior, wordt in dit handschrift „liber secundus", d.w.z. het tweede boek genoemd; nog wel in tegenstel ling met een liber-primus, 'n eer ste boek, dat blijkbaar door hem, den handschriftsteller, zelf ge schreven werd. In dit eerste boek, zoo laat de schrijver ons weten, had hij het leven van Liduina in een zedepreek vergeleken met dat van den heiligen man Job en hij had Liduina diens dochter ge noemd. Hij noemt het tweede le ven (dus datgene, dat wij ken nen als het Vita priori een werk in geschiedkundigen stijl, in te genstelling met zijn eigen werk, dat een zedepreek was. Merkwaardig genoeg geeft Brugman aan zijn werk het ka rakter van een lofrede. Het speurderswerk begint orde te scheppen. De bewijzen grijpen als stukjes van een legpuzzle in elkaar en met iederen stap zien we grootere stukken geordend zich voegen in het groote werk. Immers, Thomas a Kempis ver schijnt als onverwachte getuige ten tooneele. Hij bewerkte 't zoo genaamde „Vita prior", dat we nu ook kennen onder den naam „Tweede leven" in zijn Leven van Lidewigis (St. Liduina). In de in leiding daartoe, doet hij ons de hoogst interessante omstandigheid aan de hand, dat hij het hand schrift uit Brielle kreeg toegezon den. Aan Thomas werd door zijn ordebroeders gevraagd het Vita prior meer toegankelijk voor het volk te maken. Die bewerking dateert, volgens de handschriften, uit 1448. Hij heeft volgens het Triersche handschrift, met de be werking 8 jaar gewacht; dus kan Brugman met wetenschappelijke zekerheid worden afgeschreven, omdat er van eenige werkzaam heid van hem eerst in 1450 spra ke is. De vermoedelijke copieur van gedeelten van het Vita prior, de dus nog onbekende auteur van de levensschets in den vorm van een zedepreek, is naar de meening van prof. Brandsma, Gerard van Schiedam, een stad- en tijdgenoot van St. Liduina. Een bevestiging hiervan kan wellicht binnen enkele weken in Nederland verwacht worden, om dat de handschriften van Gerard van Schiedam berusten in de Na tional Bibliothek in Weenen en pater dr. Heijer aan die biblio theek verzocht heeft, om onder zoek naar de aanwezigheid van de betrokken zedepreek onder de nagelaten handschriften van dien Karthuizer. Oorlog, Russen en tand des tijds dienende, zal dat belangrijke document als foto- copie naar Nederland komen, om nieuwe bewijzen toe te voegen aan de reeks, die getuigen van de groote heiligheid van Sint Li duina van Schiedam. Het ten too neele verschijnen van den kanun nik van Brielle en van Gerard van Schiedam, geeft ons een rui mer en redelijker overzicht van de belangstelling, waarin Lidui- na's wondere leven zich mocht verheugen buiten den kring van haar gewone vrienden en vereer ders. Door deze wetenschappelij ke ontleding van handschriften en uitkamming van bibliotheken, krijgen wij een juister inzicht in de veelzijdige betrekkingen, waar in Liduina stond tot vrijwel de geheele geestelijke samenleving van haar tijd. Dit jaar zal de gezamenlijke uitgave van vier der oudste le vensbeschrijvingen van St. Lidui na het licht zien. Moge het de aanleiding worden tot een ruime re belangstelling, vooral in den lande, voor de groote Nederland- sche Heilige, die den titel Natio nale Heilige niet onwaardig zijn. Deel van de groote montagehal, behoor end bij de gisteren door burgemeester Oud geopende nieuwe JiE. T.-garage aan den Sluisjesdijh te Rotterdam-Zuid. zou kloosters, eveneens geschonden, werd het ontbrekende aangevuld en ln kun standaardwerk ver scheen „Vita posterior", d.w.z. het laatste leven. De loeyocging „posterior" ga yen de uitgevers der Acta Sanc torum, die meestal Bollandisten worden genoemd, om het werk te onderscheiden .van een vita prior een eerder leven, dat aan 't posl terior voorafgegaan zou zijn en een derde leven, waarvan zij het bestaan in de inieiding tot de bei de andere ^vens vem*l |n. Hoe kwamen de ëe zuieten ertoe aan te nemHi'rvoor er drie levens waren- kon Pater Brugman's „Leve St. Liduina" gemakkelijk een klaring geven. Immers, d verklaarde de Minderbroeder vier plaatsen, dat hij voor derde maal het leven beschrij Is het te verwonderen, dat de ge leerden nog twee levens van Brugman als bestaand beschouw den. Maar, vroeg pater Brandsma Je- dat Onteigening Het hoofd van het gemeente bestuur van Schiedam maakt be kend, dat ter voldoening aan ar tikel' 72a, jis, de artt. 64 en 15 der Onteigeningswet, een afschrift van het Koninklijk besluit van 4 Februari 1947 No. 8 tot aanwij zing van de perceelen, welke moe ten worden onteigend voor de verbetering van den verkeersweg Breedstraal-Zijlstraat in de ge meente Schiedam, welk Konink lijk besluit is opgenomen in de Staatscourant van 6 Maart 1947, no. 46, van 12 April tot en met 2 Mei 1947 ter inzage van een ieder is ncdeiyelegd op de secretarie der gemeente. Hinderwet B. en W. van Schiedam hebben bij hun besluit van 10 April 1947 de beslissing op de verzoeken van: 1 W. F- Siemann (Rotterdam sche Lakinrichting), alhier, om vergunning tot uitbreiding van de lakinrichting in het pand Noord- 3. de firma J. Penning, alhier om vergunning tot oprichting van een inrichting voor machinale houtbewerking in het pand Nieu we Haven 51 (le verdieping); 4. E. H. Ph. Lever, alhier, om vergunning tot oprichting van een lijtenfabriek in het pand Dam- laan 50; en 5. de fabriek van Metalen Speel goederen „Vita Nova" om ver gunning tot oprichting van een fabriek van metalen speelgoederen in de panden Bakkerstraat 2226 Verdaagd, aangezien de desbe treffende onderzoeken nog niet zijn geëindigd. Ontheffing Winkelsluitingswet hebben bij hun besluit v. d 1947 ontheffing verleend noemd in arttkeïf bT |8" Winkelsluitingswet, "ten behoeve van den verkoop van goederen ter gelegenheid van de op l<? Jn ib April a.S. door het bestuur van de afd. Kethel en Omstreken v. d. Zuid-Hollandsche Vereeniging „Het Groene Kruis" georganiseer de bazar in het v.m. Raadhuis te Kethel, onder voorwaarde, dat de verkoop van goederen niet mag geschieden na des nachts 12 uur Drankwet B. en W. van Schiedam brengen ter openbare kennis, dat bij hen is ingekomen een verzoek van A. L Belfi alhier, om een verlof B voor den verkoop uitsluitend van alcoholvrijen drank voor gebruik in de beneden-hoek (winkel) loca- liteit van het perceel Passage 13, alhier; en herinneren er aan, dat binnen 2 weken na deze bekendmaking tegen het verleenen van het verlof bij hun college schriftelijk bezwa ren kunnen worden ingebracht. SCHOUW In het Oud- en Nieuw-West- Frankeland B. en W. van Schiedam, gezien de artt. 8 en 9 der verordening op het reinigen en op de gevorderde breedte en diepte houden van de wateringen en heinslooten in het Oud- en Nieuw-West-Frankenland (Gemeenteblad no. 40 van 1911) Brengen ter kennis van de eigenaars van de landerijen, hui zen en erven in genoemd Fran- keland, dat op Woensdag 16 April 1947, een schouw zal gedre ven worden over bovenbedoelde wateringen en heinslooten. SCHIEDAM, 11 April 1947. Uitreiking bonkaarten NA 705 De distributiedienst Schiedam maakt bekend ,dat volgens onder staand schema in het tijdvak van 14 t.m. 26 April a.s. aanvullings bonkaarten NA. 705 worden uitge reikt: Maandag 14 April A t.m Bon, Dinsdag Boo t.m. Don, Woens dag Doo t.m. F, Donderdag G t.m Ho, Vrijdag Hu t.m. K, Zaterdag geheele letter L., Maandag M t.m Niz, Dinsdag No t.m. P, Woensdag Q t.m. Sa, Donderdag Sch t.m. T Vrijdag U t.m. W, Zaterdag X t.m. Z. De tweede distributiestamkaart met inlegvel dient men mede te brengen. Het bureau Broersvest 95 is ge opend van 912.30 uur en van 2—5 uur. Zaterdags van 9—12.30 uur. De distributiedienst Schiedam maakit bekend, dat van Maandag 14 April a-s- af de inlevering van consumentenbonnen voor vleesch ter verkrijging van een gezegeld ontvangstbewijs, dient te geschie den in veelvouden van tien (10) rantsoenen. In verband hiermede mogen ten hoogste 9 rts. worden bijgeplakt aan nieuwe bonnen. Het was goed St. Ambrosius Weer eens te hooren musiceeren. Sinds toet vorige jaar werd groote vooruitgang gemaakt. De leden geven zich geheel aan hun har monie-orkest, evenals de directeur de heer J. Heilker. Meer dan 360 donateurs geven de mannen van ons katholiek corps de kracht om voort te gaan met hun werk. Het Vervult een maatschappelijke taak van niet te onderschatten beteeke- nis, geeft aan de muzikanten kunstzinnige ontspanning, voedt op tot muziekliefhebbers. Dit bleek wel zeer duidelijk uit h.et moeilijke concertino Opus 26 voor klarinet van C. M. v- Weber, ge speeld door den heer G. Schaap met begeleiding van den heer A. J- Voortman. De greep was hoog, maar gaf toch blijk van voortvarendheid. Wij noemen den solist het eerst, omdat hij het meest gedurfde stukje uithaalde. Het orkest zelf bleef niet bij 'hem achter. De marsc-h Jubel- klanken van M'cbel werd pittig gespeeld; komisch en beeldend was de vertolking van de Nuern- berger pop. In de polka voor trompet Triolette van Pr. Francois gaf W- v. Heil een staaltje blaas- tectoniek weg, die, ondanks een klein ongelukje, heit verdiende applaus kreeg. In het preludium uit Traviafa van Verdi kreeg de sterke klarinet-bezetting 'n voor name taak. De zuiverheid was hier echter niet zoo groot als wenschelijk was, vooral omdat het stuk zeer zangerig is La Matchiche, een Spaansche marsch van Borel Clerc in een arrangement van J. F. M. Smits en de Telefunken Marsch van Joh. Evert besloten het uitstekende programma. Terecht kregen orkest en dirigent toartelijken bijval. De klarinet-solist Schaap speel de nog „Humoresque" van Dvorak, maar kon niet de juiste sfeer tref fen. De begeleiding veroorzaakte 'hiei- en daar nog al eens wat spanning- Ambrosius leverde met de uitvoering weer het bewijs van onmisbare waarde te zijn en aller steun te verdienen op den weg naar nog betere prestaties. ,Bij het variété-programma moes ten wij tot onze spijt weer consta teerden, dat een goede amateur- uitvoering door een onbekwamen, zich noemenden conférencier naar omlaag werd gehaald. Het blijft een nadeel, dat Alberdingk Thjjm het roer niet eens omgooit en ook in het lichter? genre schetsjes in studie neemt. Valt er van Tom Boer en zijn Tine weinig goeds te vertellen, André Gilbert was een aardige clown, die zijn plaats op het toonvel waard was. De Wika's verzorgden de dansmuziek. De officieele opening door den burgemeester, mr. J. W. Peek vindt plaats om 3 uur. De Rotter damsche jonge pianist Jan de Man zal werken van Haendel, Bach- Hess en Chopin vertolken. Ongeveer half Mei zal in het Stedelijk Museum te Schiedam een tentoonstelling worden gcor ganiseerd van werken van Scnn.- damsche schilders. Alvorens tot de tentoonstelling te worden tóe gelaten, worden de werken eeisl aan een deskundige beoordeeling onderworpen. De aanvangstijden van de ENSO-jeugdvoetbal - wedstrijden op a.s. Zaterdag 12 dezer, zijn resp. half drie en half vijf u. n.in. In het jongste nummer van „Parterre", het officieele orgaan van de Katholieke Film-Actie dat tevens een jaar bestaat, wordt er aan herinnerd, dat de kort na de bevrijding in het Zuiden van ons land opgerichte neutrale „Ne- derlandsche Film Actie" aan de K. F. A. en de Christelijke Film Actie heeft voorgesteld, gezamen lijk actie voor de goede film te voeren, doch dat het hoofdbestuur der K. F. A. dat verzoek om prin- cipieele redenen heeft geweigerd. Wel is de K. F. A. bereid tot sa menwerking in incidenteele ge vallen. Jules Huf Jr. bepleit uitban ning van het „variété-gedoe" uit de bioscopen, op wel wat al te generaliseerende en idealiseeren- de gronden, hoewel men het in hoofdzaak wel met zijn pleidooi eens kan zijn, terwijl B. J. Ber- tina aan een vijftal minder be langrijke, maar sympathieke films enkele waardeerende woorden wijdt. Jan van Os, die in Londen de Russische film „De Belofteheeft gezien, blijkt 't niet met zichzelf eens te zijn, wat 't zwaarst dient te wegen: de walgelijke Russische propaganda, of de uitmuntende scènes, welke de film bevat. Naar wij vernemen zal de vol gende week een bon worden aan gewezen voor 250 gram zachte zeep. In aansluiting op reeds eerder gemelde berichten omtrent de clandestiene graan- en smokkel- zaak in Midden- en West-Bra bant kunnen wij nog mededee'.en, dat deze zaak zich steeds verder uitbreidt. Thans zijn arrestaties verricht te Kaatsheuvel en Loon op Zand. De burgemeester van Baarle-Hertog is naar het huis van bewaring te Breda overge bracht. In de kampong Bantjang ten Zuiden van Soerabaja is een mas sagraf gevonden van 13 KNIL- militairen, die door de Japanners zijn vermoord. Het onderzoek is nog gaande. Naar wij uit goede bron ver nemen is het Rijk voornemens op korten termijn over ie gaan tot de uiCgifte van een siaals- leening luidende in dollars ter grootte van 100 millioen met een looptijd van 40 jaar tegen eon .rente van 3%. De inschrij ving op deze leening wordt opengesteld voor de houders van Amerikaantjes, welke met de verkoopopbrengst hieraan kun nen deelnemen. Hieruit kan men afleiden, dat deze dollarleening een zuiver bin- nenlandsch karakter zal dragen. Aangezien nadere gegevens mo menteel ontbreken het officieele communiqué is nog niet versche nen tast men ten aanzien van de beweegredenen, welke tot het entameeren van een dergelijk lee- ningsproject hebben geleid, eenigs- zins in het duister. Wij zijn echter'geneigd in eerste instantie te denken aan het reeds vroeger opgeworpen plan om ter activeering van den verkoop van Amerikaantjes de desbetreffende houders een tegenwaarde in dol lars ter beschikking te stellen. Wel is het een feit, dat de verkoopen van Amerikaantjes ter beurze in omvang toenemer., de laatste da gen in de orde van grootte van 5 a 600 ctuks ror dag, af«"zien nog van die certificaten, welke recht streeks naar Amerika worden ver kocht. maar dit zet toch niet vol doende zoden aan den dijk En hoewel blijkens recente berichten in het begin van 1947 nog_ 200 millioen aan credieten beschikbaar was, moet toch worden bedacht, Het Hoofd van het gemeentebe stuur van Schiedam maakt bekend dat ter voldoening aan artikel r/2a, jis, de artt. 64 en 15 der Onteige ningswet, een afschrift van liet Koninklijk besluit van 10 Maait 1947 No. 34 tot aanwijzing van de perceelen, welke moeten worden onteigend voor de verbetering van het Spoorwegemplacement te Schiedam, welk Koninklijk besluit is opgenomen in de Staatscouiani van 18 Maart 1947 No. 54 van 12 April tot en met 2 Mei 1947 ter inzage van een ieder is nederge- legd op de secretarie der ge meente. Schiedam, 10 April 1947. Pal ging het op den onderzeeër af en rakelings scheerde hij over den geschutstoren. Bijna had hij dien nog met de landingsbootjes meegenomen. Het luchtdoelge schut vuurde nu als een razende. Snel trok kapitein Dumpie zijn kist weer op, om zoo gauw mo gelijk buiten het bereik van de ^kogels te komen. Zijn terugkeer 'was zonder eenig nut geweest. Hij had noch een naam, noch na- tionaliteitskleuren kunnen onder scheiden. Kapitein Dumpeladoris begreep er niet veel van. Maar veel tijd om er over na te den ken had hij niet. Hij voelde, dat het vliegtuig plotseling begon te schommelen en toen hij achterom keek. zag hij inderdaad dat de staart in brand stond. „Dumpie daar ga je", mompelde hij gela ten. En* daar ging hij inderdaad. De mannen op de duikboot juich ten van vreugde. dat het zeer waarschijnlijk is. dat hierover in feite reeds ten deele beschikt is voor reeds geplaatste bestellingen. Een mogelijk ander motief Eer- ander motief, dat mogelijk een rol kan hebben gespeeld is dat van het tegengaan van een hausse op de binnenlandsche aandeelen- markt, waartoe, blijkens de jongste ervaringen, de verkoopen van Amerikaantjes mede een aanlei ding hebben gevormd. Behalve de valutavrees heeft nl. de omstan- digneid, dat een belangrijk deel van de verkoopopbrengst werd herbelegd an binnenlandsche aan- deelen tot het opschroeven van de koersen medegewerkt. De overheid ziet hierin mogelijk een gevaar, zoowel t.a.v. der. toestand in het binnenland, als met betrekking tot de reacties in het buitenland. Wat de leening zelf betreft, doen zich thans nog enkele technische kwesties voor. welke momenteel een punt. van bespreking vormen. Zoo zal men moeten aannemen, dat de inschrijving gedurende een be paald tijdsverloop zal worden opengesteld. Daarnaast zal, behalve deze in schrijvingstermijn ook de certifi ceering ertoe bijdragen, dat het eventueele aanbod te New York zal worden uitgesmeerd, teneinde nadeelige marktreacties te voor komen. de Neder- Bepaald is, dat ook in de vol gende gemeenten de politie zal be staan uit gemeentepolitie: Zuid- Holland: Alphen aan den Rijn, Go- rinchem. Katwijk, Leerdam, Maas sluis, Monster, Naaldwijk, Noord- wijk, Ridderkerk, Sliedrecht, Woerden en Zwijndrecht. In Oldenzaal is een omvangrijk complot ontdekt, waarbij 24 per sonen betrokken zijn. Zij koch ten van gezinnen met veel kinde ren levensmiddelenkaarten op, welke met groote winst werden verhandeld. Er zijn reeds verschil lende arrestaties verricht. Op vragen van het Tweede-Ka merlid Schoonenberg in vertand met het oproepen van studeeren den als gewoon dienstplichtigen van de lichtingen 1941, 1942 en 1943, heeft de minister van Oo. log het volgende geantwoord: Van de lichtingen 1941, 1942 en 1943, welke lichtingen thans wor den ingeschreven, doch die niet worden en voorshands ook niet zullen worden gekeurd, worden slechts diegenen tot gewoon dienstplichtige bestemd, die stu- deeren voor arts, tandarts, apothe ker of ingenieur of die deze stu die reeds hebben voltooid. Alle overigen dezer lichtingen zullen worden bestemd tot buitengewoon dienstplichtige. Van de lichting 1944 heeft de inschrijving reeds plaats gehad. De ingeschrevenen dezer lichting worden thans gekeurd. Een ge deelte dezer ingeschrevenen, ten hoogste 10.000 man, zullen als ge woon dienstplichtige worden in gelijfd, terwijl de overigen zullen worden bestemd tot buitengewoon dienstplichtigen. Tot degenen van de lichting 1944, die als gewoon dienstplichtige worden ingelijfd, zullen o.m. behooren zij, die stu- deeren voor arts, tandarts, apo theker of ingenieur alsmede dege nen, die deze studie reeds hebben voltooid. Inderdaad Is ernstig overwogen dat hiermede tijdelijk aan de bur germaatschappij krachten worden onttrokken, waaraan ook daar groote behoefte bestaat, aangezien er een tekort is aan artsen, tand artsen en ingenieurs en voorts, dat onder de opgeroepenen zich dienstplichtigen kunnen bevinden die reeds zeer door den. oorlog zijn gedupeerd, alsmede studen ten, die hun studie binnen af- zienbaren tijd hopen te beëindi gen. Het ligt in het voornemen, de hierbedoelde studeerenden in algemeenen zin hun eerste oefe ning niet eerder te doen vervul len, dan nadat zij hun laatste ex amen hebben gedaan, dan wel de mogelijkheid te openen, dat zij 'n deel of het geheel van de eerste oefening zullen kunnen volbren gen tijdens de universitaire va- canties. Het is overigens in het alge meen niet mogelijk, aan studee renden, wier uitstel in den loop van den studietijd eindigt, toezeg ging te doen, dat zij tijdens het verblijf in werkelijken dienst de ze kunnen voortzetten. In den loop van heden Zal de „Nieuw Holland" naar Indië ver trekken. De afvaart vindt plaats van de Sumatrakade te Amster dam. Onder de militairen, die de reis zullen meemaken, bevinden zich o.a. de kwartiermakers van de 2e divisie. De Rotterdamsche politie heeft een goede greep gedaan door de hand te leggen op den 25-jarigen J. H. V., die met smerige oplich terstrucs in ons land vermoedelijk vele slachtoffers heeft gemaakt. Het jongmensch wist een oorlogs invalide zijn luitenantsuniform af handig te maken en werkte in dit Gehuwd: Th. h. Kamman 22 j. en M. A. van Aanholt 26 j.; E Pannekoek 27 j. en g. van der Ham 32 j.; A. sAch?,nk 3° i. en II j„ jonge 24 A. G. Simonis 32 i d M M van der Hargh 28 j.; j. M' -- - en H. S. Moree 25 j Droge 23 T™ r M Engering 30 j. en Th. J. M." Oosterhof 26 J, O** Wijk 23 P- S' 25 iL. Kokj TO XT TlA UI TTt.man J «r. - T 22). heesch, P„ C. M. Rijntaider Groot 25 J- i en J. van 22 u W. Klaasse^J-^ 24 en B. H. M. G. Etman flJe 25 j. en G. J. Zij»- pa. J. Loog 27 J. en P. J*r' en len 22 j.; C. W de BlOii J. den Hond 24 j.; L. A niers 21 j. en E. L. van Overhage 17 j.; P. B. Otten 25 j. en L. -t Goederen 26 j.; M. J. Bokhorst 2» j. en D. J. M. Dingenouts 23 j- Geboren: Ansje Grietje d. v. O Toëring en r. j. Veltenuar aaveplein 3; Arie z. v. A. d« IjfW 7:n J- Mosterd, Wattstr. 3, obert I- v. H. van der Plaat en van Vugt, Boerhavelaan 1; Wil lem Joost 2. v. C. J. J. de Vries e& J. M. de Koning, Parallelweg 155; Dirk z. v. D. Kloet en J. J. Bogaeia, Boerhavelaan 1; Maria Theresia Josepha d. v. A. J' Kleijzen en J. H Tenwolde, Stationstraat 9. Overleden: M. I van der Zwet 79 j. Hofje yan Belois 29. Joséphine, zei hij mag ik je even mijnheer Nicoiaas van Orion voorstellen? Mejux- ouw Malotaux uit Sao Paulo mijnheer van Orion, no, ?1eel aangenaam, grijnsde de boef innemend, doch meisie1P2°matiek Senoe2 om het keek v,^8611 hand te bieden. Ze laat en ^,tonbevreesd in het ge- stem antw°ordde met heldere - Wilt u misschien een «las bourgogne met ons meedrinken mijnlT'°"°n? vroee Koen BU. al kJ°?k Zljd ?tem als een jcreet uit het graf m zijn eigen ooren. Het zou. me een waar genoe- «en zijn. De kellner gedienstig stoel bij. Maar ik moet gast- zijn, vervolgde van Orion, plesch champagne, kellner, in het ijsZoo, komt u n Paulo, juffrouw Malo- Verrukkelijke stad- op een heer 'n maar uit Sao Rio is.... nu ja, altijd toch Rio, nietwaar? Ja, er is maar één Rio...... Rio, het eenige Rio! zei Joséphine. Dat is de ware geest! grin nikte Nicoiaas, haar met de oogen verslindend. Rio de Janeiro mag dan de officiëele naam zijn, voor ons is het altijd Rio. Van Orion bleek heel gezellig te kunnen babbelen, wat Koen niet van hem verwacht had. Koen oc- studeerde de andere gasten. Zijn weldoener moest wel ergens zii- ten zoodat hij in de gelegenheid was geweest, zijn waarschuwing ioo juist op tijd te sturen. Maar hii ontdekte het gezicht van den j l +urc nergens. Zou van Orion bh lout er toeval in datzelfde re- de schurk had die piegenheid aangegrepen, om hem te dw g haar aan hem voor te stellen, wil de hij geen scène in het pubiieK maken. Die sombere gedachten hielden hem een poosje bezig. Jo séphine moest hem tweemaal aan spreken, voordat hij uit zijn ge peins wakker werd. Je moest me nu maar naar huis brengen, Jozef, zei ze. Wal klonk dat vreemd uit haar mond. Nicoiaas van Orion was opgestaan en scheen niet al te vast op zijn beenen. Hij had aan één stuk doo; gedronken. De kellner hield hun jas voor hen op en streek den hoogen hoed voor van Orion giad. Aan den uitgang wenschten ze van Orion goedenavond. Hij glom van dronkemanspret. Zijn gouden ketting glinsterde in het electri- sche licht. Dus morgenochtend om negen uur, juffrouw Malotaux, zei hij, naar de taxi hobbelend om het por tier voor haar open te doen. Om negen uur, antwoordde ze- zacht j es. Toen het voertuig nen van het schitterend verlichte res taurant wegreed, vroeg Koen met opeengeklemde tanden: Wat is er morgenochtend om negen uur? Dan moet ik bij hem komen, om over mijn werk te praten. Werk? Wat voor werk? Mijnbeer van Orion heeft me als stenografe in dienst genomen, antwoordde zij, tegen driehonderd milreis per maand. Er volgde een pijnlijke stilte. Daarna kroop ze dicht tegen hem aan en zei zachtjes: Nu niet flauw zijn, Koen. Mijnheer Lasateur zal me voortdurend be waken, wanneer ik in het loxaal van Van Orion ben. Hij kan ai les door zijn kijker zien. Ik ben hee- lernaal niet bang, Koen. Hij zeli heeft me aangeraden, die betrek king aan te nemen, anders zou ik het niet gedaan hebben, voordat ik er met jou over gesproken had. Mijnheer Lasateur. Waar heb je het nou over? Wanneer dan toch? Je hebt hem nog nooit gesproken! O ja, toch wel. Toen jij ein delijk je rekening betaalde, ha< de kellner een boodschap voor tiJ achter op zijn rekening staan. E: stond: Neem het aan. L. Ja, ik weet, dat Lasateur in het restaurant was, zei Koen, die er nog niets van begreep. Maar ik kon hem nergens vinden. En hoe kon hij weten, dat van Ouon jou een baantje aangeboden haa. Ben je dan al zoo gauw ver geten, hoe je me zelf verteld heot, dat mijnheer Lasateur van plan was, zijn baard af te scheren en zich anders voor te doen? Onze kellner was niemand anders dan Lasateur zelf. Dat weet ik, omdat ik zelf gezien heb, dat hij die boodschap voor mij achter op de rekening schreef. Wel verdraaid! Maar.... en plotseling betrok zijn gelaat weer, waarom doe je zoo iets krankzin nigs, Josephine? We moeten een afschrift van dat code-boek hebben, Koen, ant woordde zij. En als jij me iemand noemen kunt, die daartoe beter gelegenheid heeft, dan de typiste van Van Orion zelf, dan zal ik het opgeven en hem opbel len, dat het niet doorgaat. XII Een berisping. Den volgenden morgen was het eerste ln de krant, waarop de aandacht van Koen viel, dit vette opschrift over de geheele breedte: INBRAAK IN DE WONING VAN ALEXANDRE RODRIGUEZ! Hij las het bericht nieuwsgierig door. Er waren dieven het huis van den millionair binnengedron gen en het waren blijkbaar geen amateurs geweest. De electrische alarmsignalen waren onklaar ge maakt, een venster was geopend door een gat in de ruit te smjuen, waardoorheen ze de Kn.ppt.i den kunnen wegschuiven en e/ was niets in het wilde weg ge stolen. Zoo hadden ze bijvoorbeeld een brandkast, waarin zich waarde volle voorwerpen bevonden, onge moeid gelaten. De politie wist er dan ook geen raad mee. In de kunstverzameling waren echter duidelijk de sporen der inbrekers te vinden. Verschillende kostbare schilderijen hingen scheef tegen den wand, hoewel geen enkel vermist werd. Hmmmompelde Koen. La sateur was hem vermoedelijk voor en heeft de aquarellen op een veiliger plekje opgeborgen. Hij belde Lasateur om half tien op, Ja, de speurende toovenaar had met zijn kijker een bericht onderschept en beloofde hem, ter stond naar het Grand Hotel te komen, omdat hij het niet raad zaam achtte, dat Koen bij hem op kantoor kwam. Hij moest naar kamer 640 gaan en daar wachten. Twintig minuten daarna trad de detective zonder kloppen kamer 640 binnen, waar Koen hem wachtte. U bent een uitnemende kell- er .mijnheer Lasateur, was zijn erste opmerking, toen hij tot zijn ngenoegen den keurig geschoren ïan vóór zich nauwelijks her- .ende. Dank je. zei Lasateur ernstig, >n ik heb voor jouw royale fooi een paar uitstekende sigaren voor ons gekocht, mijnheer Karstens. Je hebt me volkomen mis leid, zei Koen lachend, een der met zilverpapier omwikkelde si garen aannemend. Vermomming is niet zoo moeilijk als sommige menschen wel denken, zei Lasateur. De moeilijkheid zit hierin, dat de meeste menschen er te veel werk van maken. Schmink, poeder en valsch haar wekken slechts ver denking. Een afgeschoren baard, andere kleeren en een andere om geving zijn me altijd afdoende ge bleken. Koen veranderde opeens van ond° erp. (Wordt vervolgd.) uniform, waarbij hij zich uitgaf voor jonkheer of advocaat. In dit uniform won hij zich het vertrou wen van personeel van een mili taire garage en uiteindelijk ver dween hij daar met een militaire auto. Nu begon hij zijn lage trucs door zich- in verbinding te stellen met nabestaanden van in concentratie kampen omgekomen personen. Hij had zelf ook in een concentratie kamp gezeten en gaf zich daar reeds uit voor arts. Aldus had hij een aanknoopingspunt en aange nomen wordt, dat hij het leed van velen misbruikt heeft, door met mooie verhalen geld los te krijgen. Hij is in den val geloopen, toen hij uit een hotel hier ter stede vertrok met een schuld van 20. Zijn vrouw vervoegde zich n. 1. enkele dagen later aan het hotel, om de achtergelaten bagage in veiligheid te brengen. Zij werd daarbij door de politie aangehou den en naar het Haagscheveer ge bracht. Haar man had de onge looflijke brutaliteit op het bureau te komen en op hoogen toon haar vrijlating te eischen. In plaats daarvan kreeg ook hij logies en de politie is nu doende deze zaak uit te pluizen. Men neemt aan, dat dit muisje een lang staartje zal hebben. De Ned. militaire woordvoerder te Batavia meldt, dat de republi-. keinsche kolonel Vlingah op d« Ned.-Indonesische conferentie, die Dinsdag te Padang is gehouden, heeft medegedeeld, dat hij de r< - publikeinsche posten zou instr eeren, hoe de juiste loop van demarcatielijn is en zou zorgd gen, dat de T.R.I. deze lijn n t meer zou oversohrijden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1947 | | pagina 3