JONAS, HET SOLDAATJE V jeugdige lezerskring hoe zit dat? °P Kinder- bezoek Drie rode strepen ass r««" vxarli HET PARADIJS DER VROUWEN oor onze Films over de lVest Gezellige uren EEN INDISCH AVONTUUR ANG L zullen ze leven onder de lamp SATCRILAG S JUNI IMS PAGINA 4 j In het RAI-gehouw is alles voor ,,haar" bijeen HET CONFLICT IN „BLOEMBOLLEN CULTUUR" Afdeling Lisse contra de anti-saneerders WINTERFLORA 1949 TE HAARLEM NIEUWE SCHEEPVAARTLIJN OP NOORD-AMERIKA DR. P. KASTEEL Gezant in Chili GEEN VERLIEZEN IN INDONESIë Een kans die voortreffelijk werd benut Het materiaal, dat een Neder landse film-expeditie uit onze West meebracht en waarover wij indertijd reeds waarderend schreven, is thans tot negen korte films bewerkt. Dat materiaal was prachtig, maar daaruit korte en toch boeiende rolprenten te maken is echter niet zo volkomen geslaagd. Ieder der films brengt een zeer interes sant en leerrijk overzicht van wat over het onderwerp te vertellen is. MOPPENTROMMEL Het kleine ©O0OOO0O0OO0OOO0O0O0O0 OOOOOOO0OGOO0OOOOO0OOOOOOO Door GERT HARTEN AUTH1EL (Wcrdt vervolgd) Wan onze Amsterdamse redacteur). Ja, eindelek dan zUn de vrouwen in het R.A.I.-gebouw in hun element. Eerst was er een expositie voor ieder een, want de Amstel-Flora, die bracht wat „leeft en groeit", werd door heel het huisgezin besnuffeld en genoten. Maar toen de echte" E.A.I. kwam, van de auto's, ja toen was mijnheer in de wolken en zwierf er dagen rond. Ach, laat hij zich nu niet boos maken als „zij" eens enige uren kwijt raakt in dit paradijs van moederlijke, vrou welijke en huiselijke geneugten, dat heel burgerlijk „Damesbeurs" heet. Men zij vooraf gewaarschuwd, men hoeft dit keer nog geen tas mee te ne men voor alles wat er wel van afvalt. Voor het eerst na de oorlog een „Da mesbeurs". Zeker, u krijgt een koekje, een kopje thee (heel goed zelfs, van het „theebureau"), een kleine tube „perziken-crême" (voot zo'n heel zachte huid) en meer van der gelijke hedendaagse dingen. We kunnen er veel grapjes over ma ken wat er te koop is en wat niet, wal wel „zwart" zal zijn en wat niet. Maar alles wat op deze eerst na-oorlogse „Da mesbeurs" te zien is, is te verkrijgen. Laten wij nu eens met het gevaar lijkste beginnen: de mode. Een mode firma houdt verscheiden 'malen per dag een show en kondigt daarbij aan, dat wat er te zien is, de volgende dag gekocht kan worden in het winkelpand. Nu is dit geen modepraatje, maar als eerzaam huis vader hebben wij ons terloops voldoende van de „new look" op de hoogte gesteld, om er om financiële redenen gladweg „tegen" te zijn. Niet echter hier, want wat hier vertoond wordt is niet alleen zeer mooi, maar ook zeer goedkoop. Hoe het mogelijk is weten wij niet, maar het staat in de catalogus en wij hebben de voortreffelijke collectie aan onze ver bijsterde ogen zien voorbij trekken. Geen overkokende melk meer Nog verbijsterder en misschien nog gemelijker hebben wij staan te kijken naar een soort apparaat dat het ,.melk- overkoken" voorkomt. Dit soort toestel gaat bellen tegen de tijd dat de melk (of de soep) meent over de rand te moeten gaan en komt het eenmaal zover, dan belt dat ding maar aan, tot het afgelo pen is met de veer van dat ding welte verstaan). Het is natuurlijk niet alles rozengeur en manenschijn, ook niet op de „Dames- beurs", ook hier heersen de zo gevreesde „lampekap-orgiën", ook hier zijn uitwas- pen van andere aard, maar alles bijeen kan de vrouw er menig goed uur door brengen en daar gaat het tenslotte om. Zij kan er de mooiste, maar ook de le lijkste meubelen zien en hetzelfde con btateren op het gebied van gordijnen, keukengerij, vooral slaapkameraankle ding en zoveel' meer. Maar alles bij el kaar is het maar weer eens zo'n kleine, en toch heel grote prestatie van het Nederlandse bedrijfsleven om dat alles bij elkaar te brengen en te lijmen. Er is nog vertier ook. Van een groepje idoedelzakkende Schotse Jongedames, „The Dagenham Girl Pipers Band". Maar er is, ter afwisseling, ook de kleine, jonge en toch al zo grote Niber- co, geboren Nico van Berkel, wereld kampioen goochelen. Hij heeft een stukje papier, dames en daarmee tovert hij U een wereld voor, niet omdat dat stukje papier zulk een waarde heeft, maar om dat hij er zoveel mee weet te doen. Het is natuurlijk een illusie, maar hoeveel illusies komen tegenwoordig niet uit stukjes papier die geld waard zijn? En om nu weer tot de zaak te komen, wie zullen de „Damesbeurs" het meest be zoeken, vrouwen of mannen......? Na het bekend worden van de uitge broken ernstige gezagscrisis in het hoofdbestuur van de Alg- Ver. voor Bloembollencultuur, waarbij de anti- saneerders een weinig fraaie rol heoben gespeeld, is de afd. Lisse van de Alg. Vereniging in vergadering bijeen geweest waar men met kracht en nadruk van zijn misnoegen blijk heeft gegeven ten op zichte van de houding van: de antisa neerders in het hoofdbestuur. Niet ont kend kon worden, dat de alg, vergade ring in October met een meerderheid, doch tegen advies van het hoofdbestuur besloten had om de regering te verzoe ken de maatregelen af te schaffen, doch daarentegen moest tevenS erkend wor den, dat op de bijeenkomst van 22 Dec. met' grote meerderheid de motie-Bever wijk was aanvaard, waarin het hoofdbe stuur werd opgedragen, om zolang als de maatregelen blijven bestaan, daaraan medewerking te verlenen en invloed te blijven uitoefenen op de algemene gang van zaken. De afdeling acht, het derhalve laatbaar, dat enkele leden van het hoofd bestuur thans op eigen gelegenheid die medewerking gaan afwijzen en zij ver zoekt de bondsvoorzitter dringend, zijn functie te willen blijven waarnemen, en evenzo de andere zeven hoofdbestuurs leden. De afd. Lisse laat thans een rondschrij ven bij alle afdelingen circuleren, om in stemming te betuigen met het door haar genomen besluit en zal al die ingekomen adhaesie-betuigingen aan de bondsvoor zitter toezenden, teneinde het verzoek meer kracht te kunnen bijzetten. De Algemene Vereniging voor Bloem bollencultuur heeft besloten om een grootse bloemenexpositie te gaan organi seren het volgend jaar van Vrijdag 25 Februari t.m. 5 Maart 1949 in het Kre- lagehuis te Haarlem. Aan het departement van Economische Zaken zal om erkenning worden ver zocht van deze „Winterflora 1949". Men zal prijsvragen uitschrijven zowel voor firma's, als voor afdelingen en voor be paalde collecties. Vijf ereprijzen in geld en twintig gouden medailles zullen o.a. worden toegekend door internationaal samengestelde jury's. Uit de jongere vak genoten zal onder leiding van ervaren mannen een tentoonstelling worden sa mengesteld, die onder de algemene lei ding" van de heer H. J. Voors zal werken Een nieuwe dienst onder de naam „Me yer Line" zal door de firma P. Meyer te Oslo worden ingesteld tussen Rotterdam, Antwerpen, Bremen en Hamburg en de voornaamste havens aan de Oostkust van Noord Amerika. De eerste afvaart van Noord Amerika zal begin Juli plaats hebben met het m.s. „Havmann". Te zijner tijd zal de dienst worden uitgebreid met nieuwe motor schepen welke thans nog in aanbouw zijn. Ais agente te Rotterdam treedt op de firma Hudig en Veder. Naar wij thans vernemen, kan het als vaststaande worden aangenomen, dat de tegenwoordige gouverneur van Curasao, dr P. Kasteel, na zijn aftreden deze zo mer zal worden benoemd tot gezant ln Chili. De regering maakt bekend, dat ln de afgelopen week ln Indonesië geen ver liezen zijn gerapporteerd. Men is met begrip voor alle moeilijk heden en beperkingen tewerk gegaan en men heeft de mogelijkheden ten volle uitgebuit. Nemen wij een voorbeeld: een der films geeft 'n beeld van 't Suri naamse oerwoud. Men begint met lucht opnamen van deze oneindige wouden, dan vertelt men iets van de menselijke en dierlijke bewoners van het woud, men laat het leven zien, maar ook de schoonheden en tenslotte de verschrik kingen van deze geweldige natuur. De rustige stem van de commentator wordt afgewisseld door voortreffelijke, zeer beeldende muziek. De tekst is helder, duidelijk, boeiend én sober, maar toch, als het moet, bewogen. Eri dat alles op 300 meter film. Een knappe team-pres tatie. Deze negen films geven de Neder landse bioscoop-directies een opgelegde kanj om in haar voor-programm.a s een goede korte film uit eigen land te draaien, die nu eens niet met gezucht en gefluit ontvangen zal worden. De serie is ook prachtig voor een cursus over de West en alles bij elkaar is het voor ons allen goed, eens iets meer te weten over dit gebiedsdeel. Gelukkig, dat deze kans nu eens geheel geslaagd is; o'ok het buitenland zal voor dit ma teriaal zeker belangstelling hebben, een succes dus voor de opdrachtgevers en uitvoerders. De expeditie stond onder leidin0 van de heer L. J. A. van Dijk, het camera werk werd verzorgd door P. Buis. De muziek werd geschreven door Max Vredenburg en zeer goed uitgevoerd door 20 leden van het Residentie-Orkest. De draaiboeken, commentaren en de montage waren van jhr. J. J. van Raab van Cansteln. De teks werd uitgespro ken door de voortreffelijke stemmen van Polygoon-Prof iltl, welke maatschappij met haar prachtige technische uitrusting het geheel verzorgd". Het is nu wel duidelijk, gezien onze journaals, de Walvisvaart-film en nu deze film weer ,dat de kracht van onze fllmery voorlopig op het gebied van de actuele reportage ligt. men nu eens bedenken, dat het beter is goed werk te leveren op klein gebied, dan slecht werk j op groot gebied. v. Sp. Amper gluurde de zon door 'n kiertje van de gordijnen of Wim stond met een sprong naast zijn bedje. Ziezo, ein delijk was hij dan jarig. Zeven hele ja ren, hij voelde zich al een kerel van je welste .Vervelend, dat Pap en Mam al tijd zo laat opstonden, want nu moest hij nog een hele tijd wachten op zijn cadeautjes. Wat zou het zijn? Ja, wacht nou 'ns rustig boven, terwijl je weet, dat beneden je verjaardag cadeautjes klaar staan. Wim was niet zo sterk en dus wipte hij vlug zijn kamertje uit en liep hij zachtjes de trap af. Zo, nu de kamer in en „Zo, jarige Wim", grinnikte zijn va der hem toe, terwijl Mam zich ne/ om draaide, „kon je het niet langer uithou den in je bed. Nou dan, gefeliciteerd! Ho, ho, even naar je Moeder toei^Zo, kijk nu maar eens in de kast daar Dat was aan geen dovemansoren ge zegd en Wim kon de knop haast niet omgedraaid krijgen van de zenuwen. Hups, daar krakte de deur open en „Oeit, hè. Wat 'n stapel", jubelde hij. Ha. daar was die fijne bal en daar dat prentenboek, snoep en schoentjes, een leuk petje en de mondharmonica, waar om hij al maanden had gezeurd. O wat leuk, van Opa en Oma een kaart. Ja, wel aardig, maar die soldaatjes waren er toch niet bij. Zeker te duur. Heel netjes bedankte hij zijn Vader en Moeder, en dezen, die hun spruit wel kenden, hadden direct in de. gaten, dat er iets niet in orde was. „Wat is er, knul? Niet naar je zin?" vroeg Vader. „O ja, fijn hoor", haastte Wim zich, ..alles is vreselijk leuk en fijn. Maar eh die soldaatjes waren natuurlijk te duur hè?" „Nee maar. Moeder", verbaasde Vader zich. „heb ie dat nou vergeten. Geef die jongen todh die doos met. soldaatjes. In de kast braenop staan ze". „Ach, plaag geest", lachte Moeder, „hier hoor Wim. Daar zijn ze!" Lieve help, het leek wel of er een jonge olifant, was losgebroken. Wim danste en joelde zo hard. dat zijn broer tje en zijn twee zusjes boven wakker schrokken en heel slaperig naar beneden kwamen. Wim zat al midden op de grond en brulde van kwaadheid, toen Sjef haast op het schildwachthuisje trapte. Kijk 'ns even. Daar lag er een klaar om te schieten en daar salueerde er een. Die generaal, hoog op zijn paard, stak boven alles uit en er was er zelfs een, die sprong. „Breng ze naar de kazerne, jong" zei Vader. „Rap naar de kinder mis. Vanmiddag heb je -vrij ert dan ^kun je spelen, dat het een lieve lust is." De morgen duurde wel lang. maar ein delijk was het dan toch middag. Gauw eten en dan met de kostbare doos sol daatjes de tuin in, lekker in het zon netje spelen. Zo, achter het gras gn in kuiltjes en dan maar gillen. Dat gillen ging best, alleen jammer, dat de sol daatjes geen vin bewogen. Wacht 'ns, hij maakte er gewoon een marine bij. Vlug haalde hij zijn klomp zeilschip al in het rleviertje achter de tuin. Aan het touwtje liet Wim het een heel stuk met de golfjes meedrijven. Het ging heerlijk en Wim gaf vol pret een rukje aan het touw, om de klomp wat harder te laten hobbelen. En intussen stond het soldaatje, hele maal niet op zijn gemak rond te kijken. Brr, in die doos was het prettiger, hij kreeg hier gewoon een natte voet. Help, plons,, en Wim's rukje was zo hard, dal de soldaat zonder zeebenen over de rai ling viel. Steeds dieper zonk hij, tot een kanjer van een vis ineens kwam aangeschoten, een slok.en Jonas .zat in de maag. Brr, wat benauwd was het daar binnen en donker, je zag gewoon geen hand voor je ogen. Jonas hoopte gauw weer weg te kun nen komen, maar dagen gingen voorbij en steeds bleef hij in de maag van de vis. Die gevoelde zich ook niet zo 'goea met dat lastige soldaatje, maar ja, noe moest hij van hem af komen. En een honger kreeg hij. Het leek wel of die soldaat al zijn wormen opat. O wacht 'ns. Kijk ééns wat «en kan jer van een pier. Daar zou bij eens gauw een dooie pier van maken. Slik, glub, zo die was binnen. Help. help toch, want daar ging hij, O hemel, hij was er inge- lopén. Het was vast een visser, die hem nu ophaalde. Of het een visser was en die glunder- déj toen de kanjer van een vis naar bo- Nog steeds druk van de week, want 10 paar ogen gluren vandaag vast en zeker in de verjaardagkalender. Om te beginnen morgen: FRITS DE K. (12 jaar); WIM v. R. (10 jaar): RLOON v. D. (11 jaar) en "FRANK B. (10 jaar.) Maandag heeft THEA H. (14 jaar) alls vreugde voor zich alleen, evenals NET TY v. D. (13 jaar) op Dinsdag, Woens dag is bet dan weer delen voor MAft- GOTJE K. (9 jaar) en NELLEKE v. L. (5 jaar). RTA V. (9 jaar) heeft Donder dag vrij baan en Zaterdag sluit JAN H. <12 jaar) ln alle eenzaamheid de rij. Voor alle jubilarisjes en jublUre.les na-1 tuurlijk een stevige papieren knuist. ven kwam. Vlug van de haak nemen en.... He, wat zat er in die vis? Iets hards voelde hij in het kronkelende vis- senlijf. Gauw kijken, wat het was. Kits. rats, met een paar sneden was de vis gedood en de buik opengesneden, „Oh, mijn soldaatje" jubelde een jon gen, die al die tijd achter de visser bad staan kijken. Vlug roffelde Wim net verhaal af en nog vlugger holde hjj vro lijk met zijn schat naar huis terug. Heel dikwijls nog deed hij het verhaal in guren en kleuren, maar nooit meer heeft hij een marine gemaakt. „Hoeveel reizen maakte de ontdek kingsreiziger Cook?" ,Drie, mijnheer." „Heel goed. En op welk van die reizen werd hij gedood?" „Luistert nu eens goed kinderen. Een geest is een wezen zonder lichaam. Waarom lach je nu, Henk" „Omdat het zo'n raar gezicht moet zijn, meneer, Zit het hoofd dan op de bénen?" Heer: „Zo mannetje. Wat zou je vader wel zeggen, als hij je zou zien roken?" Kleine jongen: „Nou, niets leuks, want het is een van zijn sigaren." Kleine waterdruppel» Itleine Itorrelzond vormen wijde zeeën en het vaste land. Kleine, kleine fouten worden langzaam groot, geven soms het harte de genadestoot. Kleine liefdediensten en een vriend'lijk ivoord, maken van deez' aarde Vaak een hemels oord.' RIKA (13 j.) Was er iemand, die alle raadsels van verleden week goed heeft opgelost? Kijk maar: 1- de kleinste vissen, 2. als de' honden hem bijten. 3. hand-schoenen, 4. rivier, 5. op de landkaart. Om even bij te komen deze week weer wat gemakkelijke raadsels. 1 Wiè heeft poten en kan met lopen? 2. Wat is het beste aan een koeiekop? 3. Welk artikel heeft de meeste af nemers? 4. Welke tijden zijn het, prettigst? 5. Welk weten heeft iedereen? Verschillende uitgevers hebben weer een portie boeken gestuurd en dus kun nen we weer even vooruit. Allereerst een boekje voor de kleineren en dan speciaal voor kinderen, die hun eerste H. Communie gaan doen of pas hebben gedaan. Het is de vijfde druk van „Mijn vriendje en ik", geschreven door W. v. Lieshout en met heel aardige plaatjes van Fr. v. Noorden. Dit speciale kerk boekje zal met zijn rijmpjes voor veel communicantjes een heel aardig ge schenk zijn. Het verscheen bij J. H. v. Wees Jr. te Utrecht en de prijs is ƒ1.75- Voor oudere jongens van ca. 14 jaar verscheen het stevige boek „Jacht op Don Antonio" van P. Joh. Zonruiter met luchtige pentekeningen van Hein Kray. Jongens, die zoveel hebben ge hoord van de illegaliteit, der afgelopen .iaren. zullen ongetwijfeld met spanning lezen, hoe vriend Maarten zijn leven waagde in de illegaliteit van Willem van Oranje tegen de Spanjaarden. Het boek is aldus een historisch jongensverhaal met een aantrekkelijke spanning. Ver schenen bij de Uitgeverij Born te Asten, Prijs ƒ4.90. Eerst ga ik even een partijtje moppe ren weggeven. Er zijn nl. in totaal maar 8 briefjes binnengekomen en dat is na tuurlijk veel en veel te weinig. Ook waren er geen nieuwelingen bij en dat is wel gek, want wanneer er een prijs- pu'zzle is geweest, weten heel wat kinde ren de brievenbus te vinden. Zotl dat misschien alleen maar om de „heb" zijn? Foei toch, om' me dan nu in de steek te laten. Punt twee is vandaag een verzOek van een vriendinnetje. Ze schrijft: .„Ik heb U al zo dikwijls een verhaaltje willen Sturen, maar dan ben ik er een aan het maken en dan kan ik het ineens niet meer. Het gaat over: (volgt een ver haaltje, dat natuurlijk niet. af is). Oom Luuk, kunt U er nu niets óver vertellen.' Nou, dat kan ik en dus ga ik binnenkort vertellen op bestelling 1 Zijn er meer vriendjes of vriendinnetjes, die wel iets weten maar het echt niet kunnen schrij ven Stuur maar op en je verhaaltje komt in de krant Nu de brievenbus even lichten. PLONI H. (8 j.), ik zou me maar niet ongerust maken "over die tandjes. Mis schien krijgt ze er nu wel een hoop tege lijk. dan heeft ze niet iedere keer pijn in haar mondje Ik deel je dus maar met je Tante. Schrijf haar maar dikwijls, dan ben ik ook niet slecht af JOKE G. (13 j.), bedankt voor die lol lige moppen, alleen de laatste hebben we al eens gehad. En natuurlijk hier een zetje voor Toos „Waar blijf je zolang, Toos? Bang voor me?" Maar Joke, jij moet ook een oogje in het zeil houden, hoor! De aanhoudster wint BEPP1E B. (8 j.), als ik het goed heb, is dat feest een waar feest geweest. Leuk hoor, vooral omdat jullie met dat dansje zó fijn hebt meegedaan. Je had zeker wel knap wat slaap hè? Natuurlijk nog hartelijk bedankt voor je raadsels. No. 2 is al oud, hoor JOHAN D. <10 j.), nou, kerel, jouw verjaardag is ook niet mis geweest. Die hond en de kat zijn me ook/ grapjassen, zegIk maak me over jouw overgaan echt niet bang, duR die vacantia zal wel in órde komen. Heb JU voor mij geduimd, Johsn? Dan doe ik het voor jou! KOOS C. (8 .1), wat een pech van dié jongen. Maar eerlijk gezegd, kun je die grapjes ook veel beter niet uithalen. Mis schien is het 't bestp hem een leesboek te sturen, denk je niet Als hü me eens schrijftHij heeft er nu t(jd genoeg voor. MIA A. j.), na 3 brieven weet ik nog steeds niet, wanneer je geboren bent. Denk er om, je verjaardag komt zo in de verdrukking, hoor! Nee. die gids ken ik niet, maar dat zegt natuurlijk niets. Hoor ik gauw iets Over die uitvoering? HANNY DE G. (13 j.), ik kan haast niet geloven, wat je geschreven hebt. Vijf tienen en zes negens, ik vind het maar kolossaal goed. Ben jij zo'n bolle boos op school? En wat ga je binnen kort doen. als je van school afkomt? JEANNY B. (11 j.), heel dikwijls heb ik el gedacht als ik de naam las: „Zou dat nou familie van Jesnny zijn?". Leuk. dat ik het nu weet, want als ik hem nu weer zie. zal ik eens mét hem praten (over jou!). Nee, schrik maar niet, ik zal ham niet opstoken! WILLY v. d. H. (10 j.), op het nippertje gaat, het nog, om je te feliciteren, want de bus was al gelicht. Ben je al wakker van het. feest en al uitgekeken op Je ca- deaux? Zeg. je moet nog wel even pre- eies jé adres schrijven, want door de re gen was dat ultgevlekt. Nu. luitjes, ik berg da postzak weer op. Eens kijken, of hij volgende week zwaar der is! 1 V Ons Roman Maar ik was aan zijn herhaaldelijk verdwijnen en op onverwachte ogenblik ken weer opduiken zo gewend geraakt, dat ik me er niet bijster ongerust over maakte, te minder, omdat ik reden had te vermoeden, dat hij bepaalde sporpn van de hoofddader ontdekt had en deze thans vervolgde. INHOUD VAN HET VOORAFGAANDE: D« kapitein en commandant van de gewapende politie in Jiet district Bila (Sumatra's Oostkust) is bevriend met de fakir Si Malaga, een mohammedaan, die reeds herhaaldelijk merkwaardige staaltjes van speurders-capaciteiten heeft vertoond. Si Malaga zegt op een avond, onheil te voorvoelen: „Ik zie drie vlammende, bloedige strepen. De dood rijdt door bos en nacht". Later zegt hij, dat h(j in een droom beeld de vriend van de kapitein een planter die Friedrich von Köni» is ge heten met een kris doorstoken dood in het oerwoud zag liggen. Ogenblikkelijk neemt de kapitein maatregelen om ln het bos te gaan on derzoeken, of het droombeeld .van de fakir bewaarheid was. Hij haasten zich de houten trap af en Ik volgde hem, door zijn wil gedreven. Buiten aan de hoofdweg, voor de tuin van mijn woning, stonden de soldaten met rokende fakkels en steigerende, on rustige paarden. De faklt trok een dër soldaten diens fakkel uit de hand, slin gerde zich zeldzaam gemakkelijk in het zadel van een der dieren en galoppeerde ver voor ons uit het donkere bos in, langs smalle, glibberige paden dwars door het oerwoud. Na een rit van nog geen half uur Sprongen we, op een teken van de fakir, van onze paarden en worstelden ons ver der te voet door het struikgewas, lianen en woekerplanten, langs nauwelijks be gaanbare paden naar een moerassig, laag gelegen terrein, waar we de vervallen hut van een of andere inlalnder omsin gelden. Daarna rukten we langzaam voor uit, de geweren in de aanslag. Maar de laffe kerels daarbinnen, die misschien nog kort te voren, bij de ver deling der waardevolle voorwerpen van hun, op zo verraderlijke wijze vermoord slachtoffer, elkaar in de haren waren gevlogen, kropen nu al spoedig bevend van angst en om hun leven bedelend, vanzelf uit de hut te voorschijn. Zonder enige tegenstand te bieden, lieten zij zich gevangen nemen en boeien, terwijl de fakir hen als een hevig vertoornde rechter met vlammende blikken opnam. Trillend van woede baldp hij zijn vuisten hen vervloekend in naam van Allah, in naam van de profeet in naam van het Indische volk! Woede en wraak, maar ook edele verontwaardiging en schaamte klonken in zijn woorden en hij, Si Margaga, die voor elk schepsel slechts liefde en vergiffenis kende, 1 imkerde nu naar vergelding en naar een gruwelij ke marteldood van de boosdoeners. Huiveringwekkend, zeldzaam sinister was dat all®» en bet afschuwelijke ta fereel: de donkere nacht, de wildernis, de laaiende fakkels, de soldaten, de ge boeide misdadigers en, dit alle» nog over- Ill. treffend: de fanatieke dienaar van Allah zullen mij ten eeuwigen dage bijblijven. Onwillekeurig drong zich de vraag aan mij op: Wie ben Je, Si Margaga? Ben je slechts een mens, verklaar me dan hoe het mogelijk is uit de verte mis daden te zien en te vervolgen? Zeg me hoe het mogelijk Is, dat je hier, ln een ok Jou volkomen vreemde omgeving, doelbewust, langs de kortste weg de moor denaars vin&t en dat deze zich zonder enige strijd, zonder een poging tot ont vluchten aan je overgeven? Maar de fakir, die mij deze gedachte van het voorhoofd scheen te lezen en voor wie, naar het mij voorkwam, trouwens niets verborgen bleef, schudde slechts bedroefd het hoofd en zei zacht: „Allah heeft mij de macht gegeven, maar desondanks ben ik een mens, gelijk allen. Want ziet, heer, die daar, die geboeid op de grond liggen, zijn slechts de helpers van een duivel. Zolang ik dat beestmens niet vinden en vernietigen kan, zijn al mijn daden nutteloos. Maar, heer, ik draag het bevel van de profeet in me, hij zal mij de nodige kracht en het verstand ge ven. Rode 'strepen tekenen de weg, die de voet van de moordenaar heeft betreden". Wat? Rode strepen? Zoek, Mar gaga' Tracht dit ondier voor mij te vinden en ik zal je rijkelijk belonen! Weldra vonden wij nu ook mijn ar me vriend König, gruwelijk verminkt, een Maleise kris stak hein hart, precies zoals de fakir my het enige uren te voren had geschilderd. Nadat wij het stoffelijk overschot naar de plantage Briton Turu hadden over gebracht, zocht ik m de wong van Friedrich Kömg tevergeefs naar nagelaten aanwijzingen; behalve eni^e onbelangrijke papieren vond ik mei*, dat op de een of andere manier opne dering kon verschaffen omtrent hem zelf of zijn familiebetrekkingen. Er bleef mij daarom niet veel anders over dan de waardevolle voorwerpen, die we de gevangenen weer afgenomen hadden, in zijn schrijfbureau te bergen, deuren en vensters met het gebruiklijke ambte lijke zegel te sluiten en de leiding van de plantage voorlopig over te dragen aan de oudste assistent. De vier bedienden van mijn, door moordenaarshand om het leven ge brachte vriend, verrieden hun opdracht gever de man met de drie rode strepen, niet en derhalve werden zij voorlopig alln aan de justitie te Batavia overge leverd. Nadat ik mij ook van deze taak had gekweten, keerde de fakir, die mij vergezeld had, mee terug naar Bila. Tij dens de reis was hij zeer zwijgzaam en ln aichzelf gekeerd, msar nauwelijks waren we in mijn woning aangekomen, of hij verdween plotseling zonder afscheid te nemen en zonder enig motief voor dit overhaaste vertrek op te geven. Het was hari-bajaran, een rustdag, waarop in de ochtenduren aan de ar beiders der plantages, d.w.z. aan de Chinese koelies, Maleiers, Javanen enz., Ionen en voorschotten worden uitge* keerd. De hari-bajaran is derhalve een feestdag, waarop men zich tevens aan allerlei genoegens pleegt over te geven, voor zover die althans op een eenzame plantag diep in het oerwoud en ver van de brandpunten der beschaving, kunnen worden geboden. De uitbetaling der lonen geschiedt niet, zoals in Europa, elke Zaterdag, maar uitsluitend op de eerste en ds vijftiende van elke maand. Op de andere dagen wordt gewerkt. Het spreekt dus vanzelf, dat een hari-barajan mei alleen in verband met de distributie van klinkende munt met verlangen tegemoet wordt gezien, maar ook vanwege zijn arbeidsvrijheid, die elkeen, hetzij em ployé of arbeider, dringend nodig heeft om zich te ontspannen en nieuwe krach ten te vergaren. Ook ik lag dientengevolge reeds in de vroege ochtend lang uitgestrekt in mijn geliefde ligstoel op de voorgale rij. De grote jalouzieën, welke de ge hele galerij aan de straatzijde afslo ten, had ik laten ophalen, waardoor ik een vrij uitzicht had op de, in volle bloemenpracht prijkende tuin, de vrij drukke hoofdweg, de kazerne, de paar den- en olifantenstallen en de aardig aangelegde, kleine rivierhaven. De houten trap, welke toegang gaf tot de voorgalerij, kraakte en een ogen blik later stond mijn adjudant in stram- militaire houding voor me. Geergerd hulde ik mezelf in een dichte wolk si garenrook, want dezè onverwachte sto ring kwam me al zeer ongelegen. Wan neer mijn adjudant zelf verscheen, kon ik er van op aan, dat hij iets belangrijks had mede te delen. Apa loe maoe?, vroeg ik eindelijk. Toean commandant., meldde hij: de moefti Si Timbo is uit Negri Lama geko men. Hij heeft een soerat (brief) bij zich, sama toean commandant. Waarom geeft de moefti jou die brief niet? pe brief is van Radja Buso, toean commandant. Hij heeft opdracht, de brief dc toean zelf te overhandigen, oi Timbo zegt, het is een belangrijke brief. Sai" zo, zo, zuchte ik nadenkend: Een helanartike brief? Nu, laat hem dan maar hier komen, Sodikromo. Ik zal eens met de man praten. Saja, toean commandant! Een ogenblik, ..ik heb nog iels. Heb jè nog niets van dc fakir gehoord? Tida apa! (Niets). Merkwaardig. Ik ook met. Sodikro mo. De onderofficier haalde zijn schouders op. Margaga is een tovenaar, heer. Hij komt en gaat, is nergens en toch overal. Saja! Maar zijn plannen zijn meestal goed! Ik knikte. Ja, dat is zo. de moefti maar hier komen, SoaikromQ._ De adjudant salueerde, t»i*ecJ^s omkeert en haastte zich naar de ka- in grote plooien hangend pnestergewaaa „I f «„uiinen. Dè man was hem wat groter schijnen- me bepaald onsympathiek en zijn e rende, onrustige hlik waarschuwde me op mijn hoede te zijn. Zijn enigszins opdringerig optreden was al evenmin in staat wat minzamer op te wekken, maar aan de andere kant moest ik toegeven, dat Dij etwijfeld tot de belangrijkste Mohammedaanse geesteliiken behoorde en zijn snel begrip en energie ,om nog maar te zwijgen van zijn fanatisme, hem ver boven zijn ras genoten deden uitateken. Wel, Si Timbo, begon ik op zo vrien delijk mogelijke toon: Het moet wel iets heel belangrijks zijn, als de vorst speciaal jou heeft uitgekozen. Heb je een brief voor me? De moefti boog wederom diep en eer- b'saia, toean commandant! Ik breng een brief van Toenggoe Buso. De grote Toenggoe zei: De toean commandant is mijn vriend, hij zal me raden en hel- E Met deze woorden overhandigde de moefti mij het schrijven van de radja. Ik opende het met het vorstelijk zegel gesloten couvert en las: De Radja van Bila en Negri Lama aan de commandant der gewapende politie van Bila, toean besar Hartenau. Allah zegene mijn vrienden en in het bijzonder u, commandant, die ik hoog acht. De profeet moge u be schermen als een gelovige! Si Tim bo brengt u op mijn bevel deze brief met mijn groeten U zoudt mij, uw vriend, een grote eer bewijzen, ais u, kapitein, de priester zoudt willen be velen te spreken, om u mijn wensen persoonlijk kenbaar te maken. Ik hoop, dat Allah u de nodige wijsheid zal schenken om de weg te vinden, veel leed in vreugde te doen verkeren. Beneh-Buso ten Mehar-Selar Radja da Bila, Negri Lama. Langzaam vouwde ik de brief samen en keek de priester aan. Welnu, Si Timbo, spreek! Vertel me wat de radja je heeft opgedragen om mij te berichten! De afgezant boog toestemmend, ma»r wees intussen op mijn bedienden, die bij de deur stonden en verzocht op fluis terende toon: Wees dan zo goed. toean commandant, uw bedienden te beyelen ons alleen te laten. Wat ik u heb mee te delen, is slechts voor uw oor bestemd. Ik knikte en op mijn wenk verlieten de djongos de galerij. De moefti luisterde naar het. weg stervende geluid van hun voetklappen; daarna richtte hij zich op en zijn stem klonk nu plotseling als het rollen van de donder, toen hij zei: Toean comman dant! Het eigendom van de profeet is gestolen! Verschrikt sprong ik op. Wat, het heiligdom van jullie be dehuis? Saja, Heer! Ons heiligdom met da tulband van d» prcleet i» verdwenen De tulband van de profeet uit- de grote moskee Mesdschid al Haram in Mokka, die we honderd jaren, gewijd hebben, is ons door rovers ontnomen. Allah's toorn moge hen treffen Waar werd de tulpand bewaard In een grote kist, heer, die door gelovigen gesneden en met. kostbare edel stenen bezet is. En in deze kist lagen in zij-dé gehuld geschriften en bevestigin gen van de kalif naast de groene tulband van de profeet,. Alles was goed bewaard en werd met zorg bewaakt Een beroerde geschiedenismom pelde ik, ontstemd de voorgalèrij op en. neer lopend. Tenslotte wendde ik me weer 'lot dc priester, die ik streng in de van verontwaardiging fonkelende Ogen keek: Si Timbo, vroeg ik: heb je verdenking tegen iemand Op het donkere gelaat van de priester verscheen een lelijke, van haat vervulde grijns. «4 Verdenking? O, toean commandant, geen gelovige zal deze dingen immers anders dan in het gebed beroere\. De rover is ëen vreemdeling, een ongelovige! Hem hebben niet aleen de kostbare edel stenen aangetrokken, maar ook grim mige vijandschap tegen Mohammed heb ben hem tot zijn daad gebracht. Dat begrijp ik niet. Hoe kom Je op dat vérmoeaen Heer ik vond op de plaats, waar de heilige kist stond, een stuk papier, dat. door een gewone kris doorboord, vast aan het hout, was bevestigd. En op dat papier stond het heilige teken van de Hindoes: drie rode strepen Wat?, riép ik verrast: Drié verticale rode strepen? Hij knikte. Saja, toean commandant, drie rOde strepen, het striidteken van de Hindoes. Eèn ogenblik duizelde het mij. Ik dacht aan mijn vermoorde vriend, die dit ver vloekte teken in de dood had «rdreven, aan de fakir Si Margaga, die een spoor volgde; aan al het onheü. d •deze geheimzinnige onbekende nog zon Hsunnen aanrichten en ik begreep, hier met de grootste gestrengheid moest worden opgetreden. „i„smde En jij denkt, dat die vermalcdiide hindoe ook de kostbare kist van de P feet heeft gestolen? vijjh, Ja, toean commandant. Een noeiet zoekt geen edel8M ^aêt H1) slechts bevrediging voor JW1 bondcn. -heeft zich met de ,Bo?^tast*?er hebzucht met Chinese kooplieden w»kken en wier hij heeft weten op te wekse leider hij geweest is 'UK mo«fflljkheiaas vele Chinezen Negri Lama zijn --- en S maar de grote toenggoe z~t: - De'kapitcmvan Bila is slimmer enDe1Jradjaebeef"t'n8emakkelijk praten, dacht ik, maar het leek me verstandiger dit voor me te houden en ik bepaalde rae derhalve tot een neutraal antwoord: We zullen zien! Vervolgens ging ik naar de balustrade om de wacht voor de kazerne te roepen. F.en ogenblik later kwam mijn adjudant aangelopen. Sodikromo, riep ik hem toe: laat onmiddellijk de boot onder stoom bren gen; ik moet naar Negri Lama'. De onderofficier salueerde: Saja, toean commandant'. Jij en vijf man met geweren zullen me vergezellen Begrepen? Saja, toean commandant! antwoord de de man, terwijl hij naar de kazerne terugsnelde. En jij, wendde ik me tot de priester, mag me eveneens op mijn schip verge- Hij meakte een diepe buiging. Een be vredigd lachje gleed over zijn bruin ge laat. Saja toean command ast! Nadat ik nog enige aanwijmngen had gegeven voor dê eerstvolgende dagen, trok Ik lïiiin uniform aan eri gespte mijn sabel om. Daarna nam ik nog haastig een. verfrissende dronk en enige minuten la. ter stond ik bij de landingsbrug. Het stoomboot e blies dikke rookwol ken in de cgnalblauwe lucht en de volop gestookte ketels zoemden en aisten hun eigen melödiê. De reeds aanwezige manschappen sa lueerden en klommen aan boord. Ik gaf opdracht de Nederlands-Indische dienst- viag te hi,jsen en toen deze in een lichte bries aan de achtersteven wapperde, wer den de machines in werking gesteld, de sirene liet een doordringend geloei ho ren. de schroef sloeg het water van de rivier tot golven en de boot zette zich in beweging. Meedogenloos wierp de zon haar ver zengende stralen op onze hoofden en ondanks het zonnezeil was de hitte on draaglijk. Met flinke snelheid schoot het schip over het spiegelgladde herhaaldelijk wisselende landschappen trókken aan ons oog voorbij. Reusachtige mangroven, teakeiken. berken, palmen en rottang wisselden af met de moerassige, gele oevers van de Bila-rivier, waarop krokodillen rich in de zon koesterden en in hun levenloze houding de indruk maakten ven gevelde boomstammen. De rivier liep als een mooie, brede straat dwars door het oerwoud naar de residentie van de Maleise vorst en zo was deze tocht, ondanks de hitte, ong twijfeld Interessant. Nochtans bleef mijn stemmme hent en peil, omdat ik nu eenmaal nietKon ver kroppen, dat men mij ook deze han ba- ïaran ais reeds zo vaak tevoren weer grondig had bedorven. Na een-uur bereikten we de residèntie van de radja. Met opzèt had ik, teneinde niet onnodig' opzien te wekken, mijn komst niet telefonsch aangekondigd en zo kon het gebeuren, dat ik bij de lan dingsbrug niemand anders vond dan eèn paar leeglopers, die hier gewoonlijk de dag plachten door te brengen. Gevolgd door de priester, mijn bedien den en de soldaten, ging ik aan wal en onder leiding van eerstgenoemde begaf ik mij onmiddellijk naar de tokovan een der markantste vertegenwoordigers der kooplieden uit het hemelse rijk, de Chinees Khung Ho. Toen ik hem het doel van mlin bezoek meedeelde, wierp hij zich onmiddellijk voorover op de grond, onder vele dure eden zijn onschuld betuigend. Ik deelde hem echter mede, dat hij zó lang voor de wandaden van zijn landgenoten zou moeten boeten tot de eigenlijke daders waren gearresteerd. Op mijn wenk namen twee soldaten hem in hun mid den en twee Chinezen, die op zijn ge krijs kwamen toesnellen, ondergingen hetzelfde lot. Natuurlijk verspreidde het bericht van dc arrestatie van de rijke Chinese koop man zich als een lopend vuurtje door de omgeving en toen wij naar buiten tra den! hadden wij dan cok waarlijk met over gebrek aan belangstelling te klagen. Vooral de Mohammedaanse bevolking toonde zich zeer opgewonden en nam een zo dreigende houding tegen de geares teerden aan. dat wij alle moeite hadden, de opringende menigte op een be v - lijk® afstand te houden en tenslotte zelfs uiteen te drijven. In de-loop van de oohtend stelden wij voorts nog vier Chinese juweliers in ar- rest en dit gehele gezelschap bet ik over- brengen naar het. gerechtsgebouw, waar ik hen onmiddellijk aan een langdurig verhoor onderwierp. Het bleek echter al «poedig, dat er noch in het goede, noch in het kwade iet» met de meaien te beginnen wu, Z.u lieten geen woerd l«i en toonden tiah verontwaardigd alio! hun het grootste onrecht waa aangedaan. Ten einde raad. dacht ik er reeda over, het verhoor t* beëindigen en de gearresteerden ln vrij. held te stellen, toen een hunner zich plotseling liet ontvsllen, dat de werke lijke dieven zich waarschijnlijk niet. eens meer in Negri Lana zouden ophouden, daar zij reeds de vorige avond naar het berenhol hadden willen vluchten. Miin belangstelling waa weer opge wekt, De Overige kooplieden schenen hevig geschrokken te zijn. want zij over laadden de verrader met eèn stortvloed van Chtnese scheldwoorden, waarvan ik er helaas geen enkele verstond. De man begreep, dat hii zich vergaloppeerd had en al miin aandringen ten spijt, was er mijn aandringen ten spijt, was er geen woord meer uit hem te krijgen. Ik liet derhalve de andere gevangenen, wegleiden en bleef met deze ene juwelier die zijn mond voorbij had gepraat, alleen achter. Schuw keèk hg de en toen de deur zich achter hen sloot, slaakte hij een zucht van verlichting Nochtans oordeelde hij het verstandig in ziin zwijgende houding te volharden. Hü gluurde me met ziin «i^togcn, slechts van terzijde aan en apeflde ver- lègWKmaaKcher. begon ik: zou JO niet vertellen, wat je vart de k weet? yt" zbn "'f 'onder elkaar. Wanneer 1e altes eerlijk opbiecht, kan Je „.sn behoortilke belóning rekenen! De Ohdnees zweeg en staarde peinzend naar de grond. Eindelijk bracht hii er met enige moeite uit: Toean comman dant, wie zal mij tegen de wraak der anderen beschermen? U bent Euro peaan en u kent ons niet, Chinezen, zjil zullen me vermoorden.... als Ik spreek. Khung Ho ls machtig! flf zal desondanks wel weten M beschermen. Tacher. Ja kunt ma vartrou- WDe juwelier wierp nog eens een schuwe blik om zich heen. alsof hij er zich van wilde overtuigen, ht we waren. Daarna trad hu dicht op mij toe Toean commandant. De Chlneien be geren de heiligdommen der Mohammeda nen niet. Slechts de Hindoepriester wil- de die! De Hindoepriester? vroeg ik ver- r#- Saja, toean. De Hindoepriester, de man met de drie rode voorhoofd. Hij zei, dathij de m«(t haat én zich wilde slpchts uit wraak. De heiligdommen even wel Hagen in een stevige wonderkist. d» met kostbare edelstenen bezet is. Ik schat de waarde van de juwelen op meer dan één millioen gulden. De Chinese juwe liers weten veel van de zeldzame pracht van deze stenen te vertellen. Een paar dagen geleden heb ik enige handelaars, die erover sprakèn. beluisterd. "De Hin- doepriester zal er hen wel toe hebben aangezet, de kist te stelen om haar daar na naar China te kunnen brengen. Wie heeft de kist nu gestolen, Tscher? De Hindoepriester met dé drie rode stre pen of.... de juweliers? Dé Chinees haalde zijn schouder* op. Wie hem gestolen heeft of wie de aanvoerder was, weet ik ook niet, maar ik kan u wel vertellen, dat ik gisteravond vijftien zwaar bewapende koelies heb ge zien, die de kist, in een dekén gewkkeld, tussen zich in droegen. De man, de hen aanvoerde, droeg een masker. Zij kwa men allen uit de achterdeur van de Mos kee. spoedden zich langs mijn winkel en verdwenen in het bos. En hoe weet je, dat ze wonder- klst droegen en van plin wuen in het berenhol te vluchten?

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1948 | | pagina 4