Edward Dmytryk filmt Pinewood-studio's m de De raadselachtige verdwijning Hoe kiezen wij nu een goede voeding? Mgr. Breton, DE BLIJMOEDIGE Vior de filmcamera Steunpilaar van het katholicisme in Japan door BRAM VERSCHOOR ZATERDAG 13 NOVEMBER 1948 FILMKRANT NEDERLAND' PAGINA De Pinewood-studio's van de Rank-organisatie, waar Edward Dmytryk zijn film „Obsession" zal draaien. DE WAARDE VAN VOEDINGS MIDDELEN ILOU BANDY JUBILEERT beschermende waarde voedingsmiddelen met beschermende waarde voedingsmiddelen zonder ft - (mop die! Er komt een toenemend aantal Katholieke films van goede kwaliteit, waarvoor geen afzetgebied kan worden gevonden Edward Dmytryk ,de man, die „Cross fire" (Kruisverhoor), een film over het anti-semitisme maakte, Is Maandag j.l. in Engeland begonnen met het draaien van een film, nadat hij door Hollywood was ontslagen en op de zwarte lijst geplaatst. De Britse filmmagnaat J. Arthur Rank, die zich daarvan niets aantrekt, steunt de onafhankelijke producent, die met Dmytryk samenwerkt. Hollywood heeft, zoals wij indertijd heüben gemeld, Dmytryk tegelijk met negen andere Amerikaanse producenten, regisseurs en scenarioschrijvers op straat gezet, omdat zij weigerden antwoord te geven op de standaardvraag van het Comité van on-Amerikaamse Activiteit: „Zijt gij communist 7" De filmproducent Nat Bransten haal de Dmytryk naar Engeland om de regie te voeren van de fiilm „Obsession", een komische „thriller." Hollywood bewoog hemel en aarde om Dmytryk het wer ken ook in Engeland onmogelijk te ma ken. Het ontzegde ruimte in. zyn Engelse studio's aan iedere maatschappij, welke Dmytryk in dienst nam. Bovendien ver zekerde het, dat zijn film n /it in Ame rika zou worden vertoond. Drie maanden lang zijn Dmytryk en Bransten bezig geweest om voor hun film acteurs, een studio en een maat schappij te vinden, welke bereid zou zijn de film te distribueren. i Gedurende het afgelopen week-eind heeft mr. Rank er in toegestemd voor Obsession" ruimte ter beschikking te stellen in zijn Pinewood-Studio's. Hij zal de fiilm ook distribueren en haar in zijn bioscopen in Engeland vertonen. „Met de politieke opvattingen van een man", aldus mr. Rank ,,heb ik niets te maken." Bronsten, de producent, verklaarde op zijn beurt: „De voorwaarden van mr. Rank zijn buitengewoon gunstig^ We kunnen op staande voet beginnen." Op 40-jarige leeftijd was Edward Dmy tryk een van Hollywood's beste regis seurs. Hij maakte „Crossfire" in 22 da gen voor- een bedrag van minder dan 1.200.000 gulden. De film bracht 6.000.000 op en verwierf de „Humanitarian Award" een onderscheiding wegens de mense lijkheid van haa ronderwerp, terwijl zij in ons land het praedicaat Film van de Maand verkreeg. Onder de naam „Filmkrant Nederland" is een stichting in het leven geroepen, welke zich ten doel stelt korte cultureel waardevolle filmprogramma s te verto nen in een speciaal gebouwde rijdende filmzaal. Deze rijdende filmzaal, waarschijnlijk uniek in wereld, is gemonteerd op een speciale DAF-constructie uit Eindhoven. De wagen is 12 meter lang. Aangezien zowel de voor- als achterwielen draai baar 'zijn gemaakt, een constructie, welke nog niet in ons land is gemaakt, komt de bestuurbaarheid van het voertuig overeen met die van een normale aan hangwagen van 6 meter lengte. De z.g. zelfdragende carosserie, welke van betrekkelijk lichte constructie is, is met het oog op geluid, warmte en koude dubbelwandig gebouwd met daar tussen isolerend materiaal. Alle afme tingen van de wagen zijn de maxi mum toelaatbare: lengte 12 meter, breed te 2.50 meter, hoogte 3.50 meter. Een auto van dergelijke afmetingen is nog niet eerder in ons land gebouwd. De projectie vindt plaats door middel van twee moderne geluids-smalfilm-pro- jectoren van 16 mm, welke uit Engeland zijn geïnjporteerd en welke staan opge steld in een aparte fiimcabine. De electriciteit moet van het plaatse lijke sterkstroomnet worden betrokken. De verwarming geschiedt electrisch en wordt automatisch geregeld. In de zaal en in de cabine zijn ventilatoren opge steld, welke de lucht in de gehele ruim te in enkele minuten kunnen verversen. Een bijzonder snufje is een koker ter grootte van het projectiedoek, welke 2 meter naar buiten kan worden gescho ven gedur.ende de voorstellingen. Daar door wordt ruimte gewonnen, zodat 60 bezoekers in de „filmzaal" Kunnen plaats nemen. De voorste zitplaatsen zijn twee meter van het doek verwijderd en laten een behoorlijke waarneming van het filmbeeld toe. Een ander snufje is, dat de wagen ge durende de voorstellingen van de wiel- druk wordt ontlast door het omlaag- draaien van vier draadspilsteunen, welke onmiddellijk aoher de wielen zijn gemon teerd. Dank zij deze steunen kon de wagen, welke in totaal 8.500 kg. weegt, met luchtbanden worden uitgerust. De filmwagen zal niet willekeurig van plaats tot plaats gaan rijden, doch iedere week één dag of twee dagen in de vol gende steden op een vaste plaats worden gestationneerd: Alphen a.d. Rijn, Vlaar- dingen, Schiedam. Rotterdam en Gouda- S V De studenten van de Londense univer siteit, die van plan waren om een afbeel ding van de Amerikaanse komiek Danny Kaye (bekend uit films als „Wonderman" en „De Kampioen Melkboer") op Guy Fawkes-avond te verbranden, verander den van besluit na protesten van de bond van Britse variété-altisten. Om te tonen, dat zij hem heus geen kwaad hart toedroegen, zonden de studs aan Kaye het volgende telegram: „Our love for you is burning true Tonight it will consume you But havé no fear: the idea here Is nothing but to boost you". (Onze genegenheid jegens jou is brandend heet en zal je vannacht verte ren. Wees echter niet bang, want we wil len alleen maar reclame voor je maken). In optocht trokken de studenten naar het voorplein van de universiteit, waar zij het lichaam van de afbeelding verbrand den. Het hoofd evenwel, vervaardigd van papier-maché door studenten van Henry Moore, de beeldhouwer, werd door hen bewaard als mascotte- Dit compromis stelde de federatie van Britse Variété-artisten tevreden, die eerst had betoogd, dat het „verbranden" van Danny Kaye „een belediging was voor het beroep vui variété-artist in het alge meen". De Schotse aceur Alastalr Sim („This Man in Paris"', „Hue and Cry", „Green for Danger") staat met de studenten op een heel wat betere voet. De studenten van de universltei van Edinburgh hebben hem namelijk tot rector gekozen. Hij kreeg 2.078 stemmen tegen 802, die wer den uitgebracht op mr. Harold Macmil- lan, conservatief lagerhuislid voor Brom ley. De 48-jarige acteur was onafhanke lijk candidaat en zijn aanhangers domi neerden de hele verkiezingscampagne. Iedere student, die ervan verdacht werd, een aamhanger te zijn van Macmillan, werd begroet met emmers water, zakken meel, vuurwerk en rotte vis, als hij een poging deed de stembus te naderen. Alastair Sim is lector in de welspre kendheid geweest aan het Church of Scotland New College te Edinburgh in 1924. De weleerw- heer J. A. V. öurke, se cretaris van het Britse Katholieke Film genootschap, heeft de katholieke zaken mensen in. Engeland opgeroepen, zich aaneen te sluiten en zich toe te leggen op filmexploitatie, zodat een keten van bioscopen katholieke en andere goede films, vooral Europese, zal kunnen ver tonen. „Er is een toenemend aantal katho lieke films van goede kwaliteit, waar voor geen afzetgebied kan worden ge vonden door gebrek aan bioscopen, welke ze willen vertonen", aldus Bur ke. „Ofschoon in Ierland het totale aantal katholieken geringer is dan in sommige andere landen, worden daar katholieke films vertoond, omdat er een katholiek publiek en een katholieke bedrijfsleiding in de bioscopen is". De heren in Hollywood zijn op het ogenblik bezig de laatste haren uit hun spaarzaam begroeide schedels te trekken, omdat ze Margaret Truman geen voorde lig contract als zangeres hebben gegeven. Nu de uitslag van de presidentsverkie zingen bekend is, vraagt ze het dubbele. Barbara Ann Scott, de Canadese we reldkampioene sehoonrijden op de schaats bij de Olympische Spelen, zal met Kerst mis op Broadway haar debuut maken als „prof' tegen een bescheiden somme tje van 25.000 gulden per week. Een nieuw bewijs, hoezeer deze spor tieve Spelen de sportieve geest stimu leren. Hoe lang zal het nu nog duren eer we Barbara Ann op het witte doek zien verschijnen? Jammer dat de Engelse film „Scott of the Antarctic" al klaar is, anders had ze als diens vrouw kunnen .fungeren. Maar misschien maakt Hollywood er ooit nog wel eens een Amerikaanse versie van. Herinnert u zich Lassie, de wonderhond -uit de film „Lassie komt terug", welke thans in ons land rouleert? Lassie, of liever haar baas, heeft een contract ge sloten met een filmmaatschappij in Holly- wood, waarin is vastgelegd, dat Lassie een gereserveerde eerste klasse coupé krijgt tijdens alle treinreizen, die ze voor de film moet maken. Leal Riefenstahl, Hitler's favoriete ci- neaste en filmactrice, is door een hof van onderzoek te Villingen „zuiver" ver klaard van betrekkin-gen met de nazi- party Haar bekende film „Olympiade 1936"3 is volgens het hof „onder dwang gemaakt". Minder bekend, maar bijzonder mooi is haar film „Das Blaue Licht (Het Blauwe Licht) naar een legende uit de Tiroolse bergen. Deze prachtige film is vóór de oorlog gedurende slechts enkele dagen in een Nederlandse bioscoop ver toond- Toen ontstonden er moeilijkheden over de auteursrechten van de muziek. Er volgde een proces, de film werd uit roulatie genomen en is sindsdien met meer in ons land vertoond. Leni Riefenstahl, wier films werden vertoond in Hitler's privé-bioscoop, ver blijft thans met haar echtgenoot, een voormalig officier, te Koeningsfeld, in het Zwarte Woud- Greta Garbo zal opnieuw op het witte doek verschijnen in een film over het leven van Georges Sand. De Franse Bisschop Mgr. Albert Bre ton, die nu reeds 43 jaar in Japan werkt, kan terecht beschouwd worden als een steunpilaar van het katholicisme in dit land, waar hij alom geëerd wordt. Dezer dagen erkende ook de Franse regering zijn verdiensten door hem de versierselen van het Legioen van Eer te doen uitrei ken. Een wel zeer internationaal gezel schap was hiervan te Yokusaka getuige: een muziekcorps van de Amerikaanse marine speelde de Marseillaise, terwijl de leden van de Franse ambassade, Ameri kaanse autoriteiten, de Apostolische Dele- gaat in Japan alsmede de inheemse bis schop van Fukuoka en vertegenwoordigers van de missiegenootschappen toekeken. De persoonlijkheid van Mgr. Breton, die een sterk humoristische inslag heeft, als mede zijn langdurige ondervinding heb ben ertoe geleid, dat de geallieerde be zettingsautoriteiten evenals de kerkelijke en wereldlijke hoogwaardigheidsbekleders in Japan ten zeerste op zijn medewerking zijn gesteld. Wat hij, ook sinds het eind van de oorlog, gepresteerd heeft voor het algemeen welzijn en de volksgezondheid is van onschatbare waarde voor het her stel van zijn tweede vaderland. Yokosuka. dat sedert 1945 het brandpunt van zün activiteit is, wordt door de Amerikaanse experts geprezen als een modelgemeen schap. Hier stichtte Mgr. Breton o. m. het St. Josephshospitaal met 10 dokters, 35 verpleegsters, 25 leerlingverpleegsters en 12 nonnen, van wie een de doctorsgraad in de medicijnen heeft. Tezamen met ka pitein John Owsley, Amerikaans officier van gezondheid, heeft hij hier, in de on middellijke nabijheid van de wereldsteden Tokio en Yokohama, het gezondheids wezen opgevoerd tot een peil, dat in Ja pan onbekend was. Zijn bekendheid met de Japanse mentaliteit was onmisbaar bij het overkomen van het heersend bijgeloof ten aanzien van zijn desbetreffend pro gramma. Een hindernis was, dat een Ja panner, die in het ziekenhuis werd op genomen, zijn hele gezin meevoerde! De echtgenote bracht dan haar draagbaar for nuisje mee, teneinde voor haar man te koken; vanzelfsprekend kon zij haar kin deren daarbij niet in de steek laten. Thans zijn in de meeste grote ziekenhuizen cen trale keukens gevestigd en worden de patiënten er bediend door het verplegend personeel. Sinds Mgr. Breton, die thans 66 jaar is, in 1905 Japan betrad, heeft hij de Kerk zien groeien van een „zwevend" missie orgaan tot een steeds krachtiger en sta biel element in het nationale leven. In lsfèl werd hij benoemd tot bisschop van Fukuoka. Toen in 1941 de Japanse rege ring slechts Japanners in dergelijke func ties wenste, moest hij zijn zetel opgeven (welke thans wordt ingenomen door Mgr. Dominicus Fukahori). Doch hij bleef zijn opvolger van advies dienen tot hij als „gevaarlijk" door de autoriteiten werd ge ïnterneerd. Zij lieten hem na vier maan den weer vrij, omdat volgens Mgr. Breton de Japanners niet langer tegen zijn voortdurend gezang konden! Over zijn humor en scherpe geest weten ook de Amerikaanse autoriteiten te vertellen. Vlak na de oorlog, toen in heel Japan geen verf te krijgen was, merkte genoem de kapitein Owsley, dat de ziekenzalen In het St. Josephshospitaal blinkend wit geschilderd waren. „Waar ter wereld hebt U deze verf gevonden?" vroeg hij aan de Bisschop. „Niet in deze wereld", ant woordde Mgr. Breton, „die verf komt recht uit de Hemel!" Een paar dagen later ontdekte de kapitein, dat het sous-terrain van het ziekenhuis niet was opgeschil derd. Mgr. Breton zei hem, dat er geen verf meer te krijgen was. „Wat is er dan met de Hemel gebeurd?" vroeg Owsley. „Daar hebben wij het contact mee ver loren", aldus de Bisschop. En momenteel weten de autoriteiten nog niet, waar de Bisschop zijn verf haalde. Het Voorlichtingsbureau van de Voe dingsraad meldt: De prijsverhoging van enkele belang rijke levensmiddelen (straks van kolen) maakt bet in mie-ni-g gezin noodzakelijk, d-e uitgaven voor h-et dagelijks levenson derhoud nog eens nauwkeurig te bezien. Van nature heeft over net algemeen een huisvrouw al sterk het gevoel, dait die gezondheid van haar gezin 't laatste is, wiat in het gedrang mag komen. Hoe het inkomen met h-et oog hierop het b-est be steed kan worden, is een kwestie die ieder gezin voor zichzelf moet opl-ossen, da-ar immers overal de omstandigheden anders zijn. Voor hert kiezen van een juiste voeding in verband met de gezond heid is het «echter noodzakelijk dat men enig inzicht heeft in de waarde van de voedingsmiddelen. Wij hebben dagelijks een aantal stoffen nodig: 'Om het lichaam in stand te houden en bet (bij kinderen) te doen groeien: om alle levensverrichtingen in het lichaam goed te laten verlopen; om h-et lichaam op temperatuur te houden en het ar beidsvermogen te leveren. Wij noemen deze stoffen de voedingsstoffen. Er zijn levensmiddelen, die zeer veel voedings stoffen bevatten, welke nodig zijn voor de groei en h-et in stand houden van het lichaam. Wij noemen deze „Voedingsmid- dle-len mot hoge beschermende waarde". Er zijn ook levensmiddelen, die een kleiner aantal of een kleinere hoeveel heid van deze voedingsstoffen bevatten. Is het t-och nog een belangrijke hoeveel heid dam noemen wij hen „Voedingsmid del-en m-et beschermende waarde". Tenslotte kennen wij nog producten, die slechts één voedingsstof bevatten; deze worden genoemd „Voedingsmiddelen zon der beschermende waarde". Een voeding is wi- Vandaag is het dertig jaar geleden dat Lou Bandy te Rotterdam voor het eerst op de planken kwam. Bij deze gelegen heid wordt in Tuschinski een feestvoor- stelling gegeven waarbij de populaire neer zii dagelijks een bepaa-l-de hoeveel- hSd „Voedingsmiddelen met hoge be- schermemde waarde" <m „Voedingsmidde len met beschermende waarde' oevat. Het is dan verder van minder belang of mipn 7:P nog aanvult met „Voedingsmidde len met weinig beschermende waarde" of mj_t Voedingsmiddelen zonder bescher mende waarde", hoewel natuurlijk /de Voedingsmiddelen met weinig bescher mende waarde" altijd nog te verkiezen zijn boven die zonder beschermende waande In onderstaande lijst zijn die voedings middelen volgens hun waarde opgegeven met de hoeveelheden, dae men er dage lijks van behoort te gebruiken. Van d-e gedistribueerde artikelen zijn de rant soenen opgegev-en. VOEDINGSMIDDELEN met hoge Melk of melkproducten: volwassenen a liter; kinderen liter; kaas; volwassenen: rants.; kinderen; rants, ei- volwassenen: rantsoen; kinderen: rantsoen- groenten; blad-: volwassenen 350 400 gf kinderen; 300 a 350 g; andere groenten; volwassenen: 250 gf. kinderen: 200 a 250 g; rauwe groenten: volwasse nen; 125 g; kinderen: 75 100 g; vruch ten: volwa^enen en kinderen: indien mogelijk. Vlees: (ook lams. en paardenvlees): volwassenen en kinderen: rantsoen; of vis (alle zeevis alle zoetwatervis): vol wassenen: 250 g; kinderen; 150 5 200 of mosselen (zonder schelp): idem; of 100 gj BESCHERMENDE WAARDE Suiker, jam, snoepgoed, gebak. Wij zien uit deze lijst, dat wij moeten, zorgen, dat er dagelijks: melk, melkge- rechten of melkproducten zoals yoghurt, karnemelk en hangop en verder kaas, giroenten en zo mogelijk vruchten in de voeding moeten voorkomen, omdat deze artikelen een hoge beschermende waarde hebben. De groenten dienen zoveel mogelijk af gewisseld te worden. Wanneer zij duur zijn is het verstandig ze rauw te gebrui. ken', omdat wij dan met minder kunnen volstaan. Verder behoort het rantsoen boter of gevitamineerde margarine gebruikt te worden en tevens vlees of vis of peul vruchten. Alle vleessoorten d-us ook 'f paarden vlees en alle vissoorten, dus ook de zoet watervis, hebben ongeveer dezelfde be schermende waarde. Dit mogen diegenen bedenken, bij wie de keuze afhangt van de prijs van het artikel. Naast de voedingsmiddelen met hoge beschermende waarde en met bescher mende waarde kunnen naar verkiezing gebruikt worden: aardappelen, bruin- brood, witbrood, havermout, gort, ver micelli, stroop suiker, jam en vele an dere artikelen Het is voor de gezondheid van weinig belang, welke andere producten men kiest mits afwisseling in de keuze van deize producten aangebracht wordt. Prijs en smaak zullen in hoofdzaak de keuze moeten bepalen Wij moeten echter goed in het oog houden, dat de voedingsmiddelen zonder beschermende waarde" voor de gezond heid van het minste belang zijn. Het zijn: suiker, jam, stroop, zoete boterhambeleg sels, snoepgoed, gebak. revue kmniek en liedjeszanger gehuldigd garnalen ■7*1 wnrHpn Dp baten van deze avond i kinderen. 75 a 100 g, of P^yrucn zól worden. De baten van deze avond zijn voor het Kankerfonds. volwassenen: 200 g; kinderen 100 200 g ©583 OOG Ons Roman 3QGQQOOOOQQQOOOOOOOQOOOOOOOOOOOOOOOOOOOGOGOOOGGOCOOQOQOOOGGGOOOOOOOGOOOQOQOOOOGGGOGG0GSOGOGOGOOQOOOOGQGGÓ KORTE INHOUD VAN HET VOOR- 1 AFGAANDE: De detective Arie Arends krijgt uit Arnhem van een zekere heer K. van Bemmelen een briefje, waarin hem dringend verzocht wordt om een onder houd. 's Avonds leest hij in de krant, dat de heer van Bemmelen spoorloos verdwenen is. Samen met de schrijver van het verhaal begeeft Arends zich naar Arnhem. Hij verneemt daar van de huishoudster van van Bemmelen, dat laatstgenoemde ongehuwd was en zich in zekere welstand verheugen mocht, vooral omdat hij vaak erfenis sen kreeg. Tevens verneemt hij, dat een neef, Ferdinand van Bemmelen, de Zondag tevoor plotseling gestorven is Arends en zijn vriend gaan een be zoek brengen aan de dokter van de oude heer van Bemmelen, in de hoop. van hem bizonderheden te vernemen. Maar de dokter komt zelfs niet thuis om te eten en blijkt op mysterieuze manier met zijn auto te zijn veronge lukt. De twee vrienden gaan hem in het ziekenhuis bezoeken. De dokter vertelt, dat hij door een onbekende was uitgenodigd om naar een bepaalde weg te komen. Daar gebeurde het ongeluk De beide vrienden gaan naar de plaats des onheils. Na het wrak te hebben bekeken, begint Arends samen met zijn vriend de band van het rech tervoorwiel los te maken, waarin een revolverkogel gevonden wordt. Men heeft dus blijkbaar dr. Meertens uit de weg willen ruimen. De grote vraag is: waarom? Ook Waldhof, de boekhouder van het Effectenkantoor van Bemmelen, krijgt een bezoek van de detective. Hij ver telt, dat zijn overleden patroon wel eens zaken deed met de verdwenen oude heer van Bemmelen. Er was een apart dossier voor deze transacties, maar dit was spoorloos verdwenen. Het volgende bezoek geldt een broer van de vermiste, n.l. de heer Hans van Bemmelen in Den Haag, die niet veel verheffends over neef Ferdinand ver telt. De beide vrienden gaan weer naar Arnhem om mevrouw Groenewegen, de huishoudster van de vermiste, te gaan ondervragen. Daar op een her haaldelijk gebel niet wordt opengedaan, drin-gen de vrienden het huis binnen. Zij vinden het lijk van de huishoudster die vermoord werd. Bij onderzoek van het bureau van de vermiste, wordt een brief van Hans van Bemmelen gevonden, waarin deze zijn broer om geld vroeg. 9) Je kan gelijk hebben. Je hebt wel vaker gelijk, zei ik. Maar wat denk je van duizend gulden honorarium voor een bundel overdrukken?. De indruk van een fantast te zijr maakte de man toch niet, verontschuldig de A. A- zich; Al is een dergelijk bedrag ongetwijfeld uit de lucht gegrepen. Ook ligt trouwens in de overdreven eerlijke toon van de brief iets dat er op wijst, dat hij zijn broer probeert te bezwende len. Een zekere onnozelheid spreekt daar uit. En het was geen onnozele, die hier de hand in het veel ernstiger spel had Brammetje. Dat is een zaak, die zeker is, citeer de ik een auteur, die A. A. destijds gaar ne las. Hij keek me schuins omhoog eens gui tig aan. Waterverf?, vroeg hij. Dat zeg ik niet. Nee, maar je denkt het wellicht. Ik had, in alle voorgaande avonturen nooit reden gevonden, het oordeel van mijn vrier.d als onjuist te kwalifiseren en dus deed ik dit ook nu niet, al hield ik toch stilletjes die Haagse broer in ge dachten als een mogelijk direct of zijde lings schuldige. Ik gaf echter geen ant woord; ik keek toe, terwijl A. A. de vol gende brieven uit de couverts haalde. Het waren er drie. De eerste: een uitnodiging voor een «intiem feestje ter gelegenheid van een zakenjubileum, gedateerd drie maanden terug. De tweede: een verzoek om inlichtingen omtrent een zekere Jansje Tersteeg, die zich had aangebo den als dienstbode. De derde, huurach terstand. Deze laatste eveneens van al oudere datum. Het Is niet veel, constateerde Ik. Het is niets, verklaarde A. A. Behalve die brief van Hans. Het klonk gerekt, als over Iets onbe duidends. Jammer, dat van Bemmelen geen schrijfmachine gebruikte, dan zouden er misschien doorslagen van zijn brie ven zijn. Het antwoord aan zijn broer kan heel wat belangwekkender zijn dan diens schrijven. Dus tóch?, vroeg ik, vaag triomfan telijk- Niet om het effect daarvan op de broer, Bram, doch om de gemoedstoestand van de schrijver. De boreauvakjes en laden leverden ver der niets op. Er was een grote verzame ling ongesorteerde postzegels, wat wees op bijzondere spaarzaamheid; evenals een doosje met elastiekjes, zoals men gen komen in Nederland behalve in goed kope detectiveromans, niet voor, stellig niet van volwassenen. Chèqueboekjes be waart men doorgaans in een bureau, vooral wanneer daar nog zoveel plaat3 In is. Tegen de wand stond een oude, eiken houten kast, een kussenkast, met een enorme sleutel- De aanwezigheid van d e sleutel maakte het uiterst onwaarschijn lijk, dat de door A. A. gezochte beschei den in die kast zouden zijn geborgen. Ik zag aan de uitdrukking van Arie's ge zicht, dat hij daar niets van betekenis hoopte te vinden en om mijzelf zekerheid te verschaffen, opende ik de zware deur. Allemachtig, ontviel me: Dit is iets voor jou, Arie. Hij stond traag op en kwam naar mij toe. Een prachtige collectie sigaren stond er in de kast, verder niets. Hij schijnt te hebben gerekend op schaarste, constateerde mijn vriend. Een zorgzaam man, en een zuinig man is onze verdwenen heer van Bemmel. Je krijgt er trek van. Ik gebaarde hem, alsof ik hem een keus wilde laten doen uit een voorraad die mij toebehoorde, doch hij wimpelde af. Xk ben gewend aan deze, zei hij, een Pantertje uit een doosje nemend. Je krijgt niet de indruk, dat er hier naar iets gezocht is, Bram. Je krijgt geen andere indruk dan van een volkomen normaal vertrek, ant woordde ik. We zullen nog eens met Hans gaan praten. Maar voorlopig gaan we naar de slaapkamer. We bezochten niet alleen de slaapka mer van van Bemmelen, doch alle andere vertrekken bovendien. Echter zonder re sultaat. Aan de wastafel liet A. A. mij, over bodig dunkt me, opmerken. dat van Bemmelen Gilletmesjes gebruikte om zich te scheren. Arie had de mogelijkheid dus niet uitgesloten geacht, dat mevr. Groenewegen niet met voorbedachte rade vermoord werd. Hij wilde dus blijkbaar het bezoek van de misdadiger niet toe «chrijven aan de noodzaak de huishoud ster uit de weg te ruimen, doch aan de behoefte iets te komen zoeken, waarbij hij de huishoudster te bed zou hebben gevonden en haar, om ontdekking te voorkomen, zou hebben vermoord. Even vóór middernacht verlieten wij, naar ik meende: niets wijzer, het huis. om nog tijdig een hotel te kunnen vin den. zoek had uiteengezet, waarbij hij uiter aard hoofdzakelijk over haar broer Ka- rel gesproken had, zei ze: Ja, ik heb in de krant dat berichtje wel gelezen en natuurlijk heeft het mij aangegrepen. Ik heb zelfs op punt gestaan naar Arn hem te gaan en er te zien, of ik iets zou kunnen doen. Maar wat moest ik doen? Karei en ik, we zijn zo van elkaar vervreemd, dat ik er bijna aan twijfel, of ik hem nog zou herkennen. Het is ze ker vijf tot zes jaar geleden, dat ik hem voor het laatst ontmoette. Onenigheid?, informeerde A.A. O neen, volstrekt niet. Maar ik heb mijn eigen gezin en Karei is niet iemand, die je naloopt. Dat is altijd zo geweest. Zag je hem, dan was er geen wolkje aan de lucht, doch was 1®.met elkaar, dan leek het alsof hij je een kasboek, zei A.A. En een bankboek heeft hij natuurlijk ook, afgezien nog van giroboekjes, die hij zeker had, want hij heeft een gironummer. Die dingen sleur je niet overal mee naar toe. Tenzij je van plan bent, een poos weg te blijven, antwoordde ik. Dan zou broer Hans gelijk krijgen. Mijn opmerking negerend, hernam A. A.: En een ander dan de rekeninghouder heeft er totaal niets aan, tenzij die reke ninghouder ontvoerd werd en er losgeld van hem wordt verlengd, Maar ontvoerin- HOOFDSTUK XIII De familie Zwart De volgende dag bracht ons naar De venter, naar de zuster van Karei en die om pakjes in de winkels krijgt. j Hanr'mevrouw""Zwart/ wier echtgenoot Er moet toch ergens zoiets zijn als» j -jw»n nnd voor- praktiserend advocaat was. Een oud voor naam huis aan een gracht. Een gedeelte van de parterre was in gebruik als kan toor. doch had een aparte ingang, Wij vervoegden ons aan het woonhuis. Mevrouw Zwart geboren Sophie van Bemmelen, bleek een vriendelijke dame van tegen de vijftig jaar. Ze toonde zich dadelijk bereid ons te ontvangen en ons alle mogelijke inlichtingen te verstrek ken. Later begreep ik, dat dit niet veel van haar gevergd was, want ze kon ons slechts zeer weinig vertellen. Toen A. A, haar het doel van ons ba- volkomen vergeten was. We hadden dan ook niet veel gemeen. Ik houd van ge zellig, huiselijk leven. Ik heb trouwens mijn gezin, nietwaar? Terwijl Karei altijd op zichzelf is aangewezen, vroeger ook al. Hij past zich zo moelijk aan. Een zijner vrienden vertelde me toch. dat hij regelmatig gezelschapzocm Zeker, waneer dit niet te ver te v den is. Tot vóór zes jaar kwam h j nog wed eens een enkele J.®erJ? L venter en ik geloof, dat Hans - in Den Haag - tofhedentoe zo nu en dan bezoekt. Maar D-even e is Den Haag niet. Hier heeft mets an ders te zoeken dan mij en dat schijnt hem niet voldoende te trekken. La:ngiamer- hand is onze omgang zo verslapt, dat ten slotte zelfs met verjaardagen niet meer werd geschreven. Wie dit het eerst na liet, zou ik niet kunnen zeggen. Het is best mogelijk, dat ik hier evenveel schuld heb als Karei. Het enige, wat ik over hem hoorde, vernam ik van mijn broer Hans die sporadisch wel eens komt logeren. Schrijft uw broer Hans u wel? Nooit! Zelfs niet wanneer hij wil overkomen. Hij weet wel, dat er hier altijd iemand thuis is en dat er altijd een kamer voor hem beschikbaar is. Ja, niet speciaal voor hem natuurlijk, maar óók voor nem. Jammer, dat de familieband soms zo kan verslappen, merkte A.A. min- zaam-spijtig glimlachend op. Dat vind ik ook. Per saldo heb je toch een gemeenschappelijke jeugd gehad en wanneer Hans hier is, balen we ook wel herinneringen op. Maar het dagelijkse leven, mijnheerIk heb vier kinderen. En men zegt wel, ais die opgroeien krij# je het er minder druk mee, ben je er minder door gebon den, maar ik merk da-ar niet veel van. Ik zou bijna zeggen: integendeel. Elk jaar brengt weer nieuwe problemen en je kunt daar de ktaderen niet mee alléén laten, je deelt ze, je bent er van ver vuld. Daar komt nog bij, dat mijn man er volstrekt niets voor voelt, bij Karei te gaan logeren. Bij een vrijgezel, zegt hij, voel je je altijd spelbreker. En hij heeft gelijk. Maar hebt u nieuws over mijn broer? Och, hoe kan ik dat vragen? U 'komt er voor bij mij". Wij weten niets van hem, antwoord de A. A.: En wanneer hij zó eenzelvig geleefd heeft, als u veronderstelt, zou lk vrezen, dat ik nooit iets over hem hoor Uw broer in Den Haag is er van over tuigd, dat de verdwenene vandaag of morgen doodleuk terug zal komen, met een heel eenvoudige verklaring van zijn afwezigheid. Uitgesloten is dat zeker niet, her nam mevrouw Zwart: Hij heeft ons vroe ger al eens ongferust gemaakt, toen we nog allemaal thuis waren. Dat vergeten we nooit Toon was hij zonder vader oi moeder iets te zeggen, kalm een paar weken naar Parijs gegaan. Wat een angst onze ouders toen hebben uitgestaan! Zo iets blijft je altijd bij. Het is dus begrij pelijk, dat Hans nu weer zo iets van Karei denkt en eerlijk gezegd, ja, ik was ongerust toen ik dat bericht in de krant gelezen had, maar daarna heb ik werke lijk niet aanhoudend meer aan mijn broer gedacht. Een teken, dat die herinnering ook in mij de verwachting heeft gewekt, dat hij wel weer op zijn pootjes tereent komt. Naar Parijs? vroeg A. A.: Heeft uw broer daar bepaalde relaties? Waar u zoudt kunnen informeren bedoelt u? Mevrouw Zwart glimlachte, d0CJ? glimlachte bij vrijwel elk woord, dat ze Spr_!kIk ken ze niet, als hij ze heeft. Maar Karei heeft voor Frankrijk een bepaald ZWlk U hex,t in zo lange tijd niets van hem gehoord, dus weet u ook met, hoe hij er finantieel voorstond? Inderdaad, weten doe ik het niet. Doch ik kan 'me niet voorstellen, dat het Karei anders dan goed zou gaan. Hij was de handigste van ons drieën, hij heeft nooit anders dan fortuinlijk zaken gedaan en met de belegging van zijn winst liet hij zich niet voor de gek hou den, Hij ging niet over één nacht ijs. Zes jaar geleden bezat hij een aardig vermogen, Het is geen onbescheidenheid - als ik u vraag, of u weet, hoe groot dat ver mogen was. zei A. A. Toen stellig drie vierhonderddui zend gulden. Dat moet, als hij niet zéér sterk veranderd is. sindsdien nog aan merkelijk zijn toegenomen. Want al had hij een zwak voor Parijs, hij leefde zeer economisch. Dit zwak voor Parijs deed me de heer van Bemmelen zien in een nieuw licht. Het bracht me de uit de band gesleten Franse dictionnaire in het schrijfbureau voor de geest en het vertekende de be- zëdigde oudere heer tot een stille bon vivant Dat hij daarbij uitgesproken economisch leefde, dus paal en perk zou stellen aan het rondstrooien van zijn geld, maakte hem in mijn ogen nog meer tot een gewilde prooi voor iemand, die het op zijn geld zou hebben gemunt A. A. ging hierop, al vermoedde ik, dat hij eveneens iets.in die zin over wogen had, niét verder in. En uw neef Ferdinand?, vroeg hij. Mevrouw Zwart trok de wenkbrauwen op. Ze begreep de overgang niet en moest haar gedachten opeens omstellen op geheel ander terrein. - U noch uw broer uit Den Haag zijn op zijn begrafenis geweest al hebt u beiden daarvoor een uitnodiging gekre gen, verduidelijkte mijn vriend Ik persoonlijk? Ja, natuurlijk ik ook, maar die was toch meer gericht :ot mijn man en mij. Mijn man heeft werke lijk niet veel tijd en h'i voelde er niets voor. een dag uit te breken terwille van Ferdinand. Toen ben ik ook maar thuis gebleven. Het' schijnt, dat uw neef niet erg gezien was in de familie? Dat was hij stellig niet. En dat was zijn eigen schuld. Bij mijn man heeft hij het verbruid, toen hij een paar jaar ge leden nogal., laat ik zeggen: onbehoor lijk sterk aandrong op een, ik geloof op een zekere belangengemeenschap. Het juiste weet ik er niet van, ik bemoei me nooit met de zakelijke handelingen van mijn man, maar zoiets was het denk ik. In die tijd richtte Ferdinand, naar hij zei, een effectenkantoor op en het schijnt, dat hij daaraan de naam van mijn man, als meester in de rechten, wil de verbinden. In elk geval wilde hij, dat wij hem kapitaal ter beschikking zouden stellen, door zijn bemiddeling effecten zouden kopen of zo. Toen mijn man dit afsloeg, werd hij op het laatst tamelijk grof en uit de houding van mijn man leidde ik af, dat er een nogal ernstige onenigheid is geweest. Na die tijd he - ben we nooit meer iets van hem 8® oók niet, of hij zo'n kantoor had o geopend heeft. Trouwens vóórg die tijd zagen k^d van een jong: ofschoon hij G igncffl no£?a1 gestorven broer en hij m zijn jeuga nogal door ons werd verwend. De manier, waarop ook uw broer in Den Haag over deze neef spreekt, doet Ferdinand nu niet bepaald kennen als een favoriet van de familie, merkte A. A. droogjes op: Maar dat is heel verklaar baar, wanneer men het wantrouwen hoort, dat in uw twijfel of hij ooit zulk een effectenkantoor bezeten heeft, ligt. O, maar Ferdinand was niet te ver trouwen. Het is Hans en mij altijd eeh raadsel gebleven, waarom Karei hem zo de hand boven het hoofd hield. Zou dit verklSard kunnen worden, doordat zij gemeenschappelijk zaken dre ven, die, eh, minder oirbaar waren? Karei en Ferdinand? Daar hoeft u geen moment aan te denken. Karei ging steeds recht door zee. Ferdinand niet blijkbaar. Neen, inderdaad, dat moet, wanneer die twee omgang gehouden hebben tot nu toe, een voortdurende reden tot erger nis van mijn broer geweest zijn. De enige mogelijke reden moet zijn, dat mijn broer, die Ferdinand verscheidene jaren in huis heeft gehad en nogwel zonder toezicht van een vrouw, van een moeder, zich nog altijd verantwoordelijk voelde voor wat onze neef deed. In dergelijke gevallen gaat de kruik zolang te water, tot ze breekt, meende A ,A„ op een toon, die mij de situatie opeens weer geheel anders deed zien. Dat ik zijn verzwegen bedoeling juist begreep, bleek uit het vervolg van het gesprek: Maar uw broer zou, zoals zijn vriend dokter Meertens zeide, geen vlieg kwaad doen. De wenkbrauwen van mevrouw Zwart ging wederom opwaarts. Haar goedige gezicht kreeg er een ietwat stuipige uit drukking door; ze begreep in het minst de plotselinge overgang van mijn vriend niet. En toch: lag het niet voor de hand dat men, nu de zaken zó stonden, de ver dwenen «heer .van Bemmelen althans lich telijk verdacht, zelf daarna te zijn onder gedoken? Die vriend heeft gelijk,^ hernam ze, na een poosje: „Al is het ook niet let terlijk. Want Karei had vroeger een vrij grote collectie vlinders, die hij zelf ge vangen en opgeprikt had. Later, nadat er eerst een hele tijd geen nieuwe waren bijgekomen, heeft hij de hele boel wegge geven". Ze vroeg niet wat mijn vriend tot zijn herhaling van des dokters verklaring bracht. Ze kon trouwens niet voelen, dat het een insinuatie was, want ze moest er van overtuigd zijn, dat Ferdinand een natuurlijke dood gestorven was. Als het, mogelijk is, zou ik graag ook nog nog even mijnheer Zwart iets vragen, hernam A. A„ terwijl hij opstond, om afscheid te nemen. Mevrouw Zwart beduidde hem, dat hij weer olaats moest nemen. Als u een minuut of tien wacht, komt hij koffie drinken. Maar laat ik u 'n kop koffie laten brengen! En excuseert u mij dan een ogenblik; zo dadelijk ko men de kinderen thuis. Ze liet ons alleen. Even daarna bracht een dienstmeisje koffie, waarna we wederom samen in het vertrek bleven. We schieten al een aardig stuk op, zei ik niet zonder ironie. We mogen niet klagen, Bram. H-et klonk geméénd. Ofschoon mevrouw Zwart ons toch eigenlijk niets nieuws verteld had. Ik zei dit, i,na Behalve dat het er hoe langer hoe meer op gaat lijken, &*t onze neef Ferdi nand misschien wel nlet d® doodstraf verdiend heeft, maar dan toch genoeg op ziin kerfstok had, om door niemand te worden betreurd. En wat denk je van een man, die geen vlieg kwaad kan doen, doch vlinders opprikt? Vlinders opprikken heb ik mijn leven lang een der wreedste ge noegens gevonden, die je bedenken kunt. Het effectenkantoor van Ferdinand is bovendien niet op bepaald degelijke ba sis gegrondvest, dunkt me. Ik ben be nieuwd, of de advocaat daar iets naders over wil uitlaten. Er verliepen nog enige minuten vóór de heer des huizes, blijkbaar door zijn vrouw reeds ingelicht, de kamer binnen kwam. Hij was een kleine, enigszins ge zette, doch zeer beweeglijk man. Geen seconde bleef hij in volkomen rust. Alles aan hem verried een enorme vitaliteit Ik zag hem direct als een huisvader, die beurtelings met zijn kin deren stoeit en hen helpt bij hun huis werk. De jovialiteit van zijn ronde ge zicht gaf mij deze indruk, terwijl zijn scherpe oogopslag, eigenaardig bij don kere ogen, hem als jurist dedf herken nen. Hij moest de hem opgedragen zaken met grote toewijding behartigen, zonder zich evenwel door een cliënt om de tuin te laten leiden, Heren, waarmee kan ik u van dienst zijn? Het spijt me, maar ik moet u al aanstonds mededelen, dat ik zeer weinig tijd voor u beschikbaar heb. Mijn vrouw heeft me terloops ingelicht, zodat u een uitvoerige uitleg bespaard kan zijn. Direct ter zake dus, antwoordde A. A. Wel, ik wilde graag van u weten, hoe u denkt over mijnheer van Bem melen. Ik dacht, dat u mij iets vragen zou over Karei. Van hem weet ik zo goed als Biets. Van Ferdinand zeer weinig. Waren zijn zaken in de knoei? Ik verwachtte al, dat U daarop het eerst zou zinspelen, zei A. A. Uw ervaringen met hem zijn van dien aard, dat het woord „knoeien nu niet be paald toevallig door u gebruikt wordt? Hij was een knoeier eerste klas. En dat niet alleen: hij was daarbij onbehou wen genoeg om pertinent vol te houden, dat je hem bij zijn knoeierij moest hel pen. Uit het feit, dat ik er u naar vraag, blijkt overigens, dat ik absoluut niet met zijn zaken op de hoogte ben. Ik heb mezelf enige jaren geleden beloofd, dat ik hem niet meer zou ontmoeten. Dat blijkt nu uit te komen, zonder dat ik hem uit de weg behoef te gaan. Mevrouw heeft ons verteld, dat hij u indertijd bij zijn kantoor wilde inte resseren en U verklaarde dat hij perti nent wilde, dat u mee zou knoeien. Kunt u ons mededelen, welke voorstellen hij u deed? Hij wilde nagenoeg zonder dekking, op gevestigde namen een effectenhandel beginnen. Wanneer hij niemand gevon den heeft, die deelgenoot werd en hij er niettemin in geslaagd is iets dergelijks op te zetten, 'moet hij geraffineerd ge manipuleerd hebben. Is het niet mogelijk, dat uw zwager stil vennoot is geworden? Karei is geen idioot. Ook geen schurk. Nu ja, Karei behoefde daarvoor geen schurk te zijn, want hij kon dek king genoeg geven. Maar ik zei het al: hij is geen idioot. Toch deed hij zaken met Ferdinand. Weet u dat zeker? We wisten het, doch uitsluitend uit de mond van het Manusje-van-alles. (Wordt vervolgd). I

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1948 | | pagina 4