STEREOSCOPISCHE FILM Zoekt u een modern kapsel f vJi.Toorenburg&Damme WEER EEN NIEUWE DISNEY-F1I.M De raadselachtige verdwijning AXMINSTER KARPETTEN Song of the South Een Nederlandse vinding door BRAM VERSCHOOR ZATERDAG 8 JANUARI 1949 RAGIiNA 1 Voor de filmcamera VERI-VISION-SYSTEEM Laurence Olivier de beste, Bing 'Crosby de meest populaire acteur van 1948 Laurence Olivierdie tot de beste filmspelers van 1948 werd uitge roepen wegens de vertolking van de titelrol in „Hamlet". „Queue de canard" en ponnie zijn dernier cri HAD U NIET GEDACHT. Hè? (Van onze Parijse mode medewerkster) Er was een tijddat een dames kapper het doodnatuurlijk vond zichzelf te betitelen met „coiffeur pour dames". Iedereen begreep wat dat zeggen wilde en geen sterveling zou het in zijn hoofd hebben gehaald deze benaming als minderwaardig te beschouwen. Maar nu! Nu heet alleen een kap per in de volkswijken of in de provincie nog „Coiffeur pour da mes". Ijl Parijs noemt een kapper, die zich zelf respecteert en die begrip van reclame heeft, zich een „visagiste", waarmee hij bedoelt, dat hij niet alleen een prachtig kapsel kan maken maar ook zo, dat Voor het vijfde achtereenvolgende jaar bleek Bing Crosby de acteur te zijn, wiens films de beste recettes maakten. yy het flatteert. Of hij daarin slaagt staat nog te bezien, maar in ieder geval zijn de prijzen van een visagiste nog gepeperder dan die van een eenvoudig „Coiffeur pour dames". Walt Disney gaf de bewoners van Brussel als Nieuwjaars geschenk „Song' of the South". Toch is dit werk van anderhalf uur eigenlijk minder van deze tove naar met de tekenpen dan van zijn medewerkers Harvey Foster, voor het gefotografeerde en van Wil fred Jackson, voor het getekende gedeelte. Want het is andermaal een mengsel van „Cartoon"-hélden en levende acteurs, waarmee wij te doen hebben, een voortzetting dus van de formule der „Three Caballeros", maar ditmaal met maar één derde getékende figuren tegen twee-derde acteurs. rvenwel de voorkeur aan om voor 5000 vaneen dame (Ruth Warrick), die tijde Namiddagjapon met Egypte-rood corsage en zwarte rok, die keurs lijfje vormt. Model: Carven; foto: Denyse SmithJoly. diny k—w. groene zijde en borduursel. WELVAARTSPLAN voor STILLE ZUIDZEE (Wordt vervolgd in de eerste Filmcamera van het Nieuwe Jaar willen we onze lezers iets meer vertellen over een nieuwe vinding waarvan wij enige tijd gele den in het kort hebben melding ge maakt. Wij hebben hierbij het oog op de volgens het Veri-Vision-systeem vervaardigde stereoscopische film. Onze Haagse redacteur is in de gele genheid. geweest enige volgens dit sy steem vervaardigde films te zien en op grond van zijn bevindingen durft hij te verklaren, dat het probleem van de na tuurgetrouwe stereoscopische film is op gelost. De beelden van de films, vervaardigd volgens het door dr. F. M. Reijnders, arts te Schipluiden, uitgevonden Veri- Vision-systeem, maken werkelijk de in druk drie-dimensionaal te zijn en in de diepte los van elkaar te staan, zodat voor het oog de werkelijkheid zeer dicht wordt benaderd. Vertekening en schrik- of lachwekkende fouten, welke vroegere stereoscopische films aankleefden, kun nen bij het Veri-Vision-systeem worden vermeden. Een merkwaardige eigenschap van deze films is bovendien, dat zij de lichteffecten op water of blinkende voor werpen sterker en natuurlijker weerge ven dan de gewone film. Van de Veri-Vision-films, welke door ir. F. A. Weber, die de technische com merciële en financiële ontwikkeling de- zer uitvinding verzorgt, werden ver toond, voldeden het bd&t de kleuren films, opgenomen ter gelegenheid van de Kroningsfeesten .ofschoon het systeem ook voor de zwart-wit-film ongetwijfeld een ware revolutie zal betekenen Dr. Reijnders, die als officier van ge zondheid is belast geweest met het keu ren van militaire piloten, heeft een spe ciale studie gemaakt van de stereosco- pie in verband met het verschijnsel, dat sommige aspirant-vliegers minder vlug waren in het schatten van afstanden. Later plattelandsdokter geworden, heeft hij zijn studie op dit gebied voortgezet en is hij tot de uitvinding van een ste reoscopisch filmsysteem gekomen, waar bij hij is uitgegaan van het polarisatie principe. De stereoscopische filmopnamen wor den daarbij gemaakt met twee camera's, welke gesychroniseerd naast elkaar wer ken. Voor de lens van de ene camera bevindt zich een polarisatiefilter, dat alleen horizontale en voor de lens van de andere camera een filter, dat uitslui tend verticale lichttrillingen doorlaat. Het stereoscopisch effect wordt verkre gen door de onderlinge afstand tussen de beide opname-apparaten, welke af stand groter of kleiner moet zijn naar mate de afstand van het op te nemen beeld tot de lenzen der toestellen gro ter of kleiner is. De positieven van beide aldus opgenomen films worden gelijk tijdig over elkaar op het witte 'doek ge projecteerd. Wanneer men nu deze pro jectie beziet door een bril met gepola riseerde glazen, waarvan het ene glas allleen verticale en het andere horizon tale lichttrillingen doorlaat, ziet men de beelden zuiver stereoscopisch, zoals in de werkelijkheid, Worden de beelden geprojecteerd op een volgens roostersysteem werkend zo- gjenaamd Russisch scherm, dam heeft men zelfs geen gepolariseerde bril nodig. Het Russisch scherm heeft echter het nadeel, dat men daarbij slechts in een gedeelte der zaal de film stereoscopisch kan zien en dat men bovendien voor een goed stereoscopisch effect zó tegen over het scherm moet zitten, dat het ene oog precies de verticaal en het an dere oog de horizontaal trillende stra len opvangt. Een kleine zijdelingse be weging van het hoofd kan dit beletten en dan ziet men niet anders dan een wazige vlakke film. Dr. Reijnders en ir, Weber menen echter in staat te zijn, een verbetering im het Russisch scherm aan te brengen, waardoor dit euvel wordt verholpen. Om dit te bereiken is researchwerk nodig, waarvoor zij een subsidie bij het minis terie van Onderwijs, Kunsten en We tenschappen hebben aangevraagd. Het bezwaar, dat voor het projecteren van stereoscopische films twee gesyn chroniseerde projectie-apparaten nodig zijn, kan gemakkelijk worden ondervan gen. Zijn bijvoórbeeld de linker en rechter opnamen gemaakt op 16 mm- stroken, dan kunnen deze op een 35 mm-film worden afgedrukt. Een gewone bioscoop-projector kam worden gebruikt. Deze wordt dan alleen voorzien van een klein prisma-voorzetstuk, waardoor bei de beelden over elkaar op het doek wor den geworpen. Bij gelegenheid van de jaarswis9eling is de New Yorkse kring van filmcritici bij een geweest, bestaande uit 18 recensen ten van 10 vooraanstaande nieuwsbladen. Op deze bijeenkomst werden Laurence Olivier en Olivia de Havilland aangewe zen als de beste filmspelers van 1948 voor hun vertolkingen in de films „Hamlet" en „The Snake Pit". De Italiaanse film „Paisa" werd door hen tot de beste buitenlandse film uitge roepen. De kring besloot miss Robertson, een Engelse filmrecensente, te steunen in haar conflict met Goldwyn Mayer, die haar om haar critieken heeft aangeklaagd wegens smaad en laster. De traditie getrouw, heeft de „Motion Picture Herald" de filmsterren aangewe zen, wier films in het afgelopen jaar de beste recettes /hebben gemaakt. Voor het vijfde achtereenvolgende jaar is als zo danig aangewezen Bing Crosby, die op de voet wordt gevolgd door Betty Grable, terwijl de derde plaats wordt bezet door de komieken Abbott en Costello. De vier de tot en met tiende plaats werden bezet door Gary Cooper, Bob Hope, Humphrey Bogart, Clark Gable, Cary Grant, Spencer Tracy en Ingrid Bergman, In Broot-Brittannië ziet deze lijst er als volgt uit: Anna Neagle, Margaret Lock- wood, John Mills, Michael Wilding, Ste wart Granger, Michael Denison, Jack Warner, Googie Withers, Patricia Roc, terwijl de tiende plaats wordt gedeeld door James Mason en Dennis Price. gulden per week in Australië te gaan to neelspelen. Even groot als zijn verbazing over „de onzakelijke houding van die acteur", is Samüels bewóndering voor diens talen ten. In een interview verklaarde hij ten minste, dat hij „Olivier de grootste acteur van onze tijd vindt en „Hamlet" de groot ste film". Jammer alleen, dat Samuel nu eenmaal altijd in superlatieven spreekt. Darryl Zanuck, de producer, die be kend is geworden door „Gentleman's Agreement", waarin een aanval werd ge daan op het in de Verenigde Staten heer sende anti-semitisme, maakt thans plan nen voor een film, welke „Quality" zal heten en welke op even openhartige wijze de discriminatie der negers zal behande len. I 120 x 180 f 49.— 140 x 200 f 63.— 170 x 240 f 89.— 185 x 230 f 95.— MAAK DAT U ER BIJ IS! NIEUWE BINNENWEG 340 t O. Plantsoen Botterdam Telefoon 34138 Op de internationale lijst komen de volgende namen voor: Bing Grosby, Anna Neagle, Margaret Lockwood, John Mills, Michael Wilding, Fredric March, Bob Hope, Danny Kaye, Myrna Loy en Gre gory Peck. In een belastingontduikingsproces te Baltimore (V.S.) voerde de verdediging aan, dat beklaagde zo onnozel was, dat hjj „zelfs de intrige van een Wild West-film niet kon dragen". De rechter sprak verdachte vrij, doch voegde er aan toe: „Eerlijk gezegd, snap ik er ook nooit wat van". James Mason en zijn vrouw hebben samen een boek geschreven, getiteld „The Cats in Our Lives" (De katten in ons le ven). Het zou ons veel meer interesseren te weten, wat die katten van James Mason en zijn vrouw hebben te zeggen. Samuel Goldwyn heeft een hele tijd nodig gehad om te bekomen van zijn verbazing over Laurence Olivier. De Amerikaanse filmmagnaat had de maker en vertolker van „Hamlet" een honora rium geboden van 50.000 gulden per week, als hij voor de Hollywoodse camera's zou willen optreden. Sir Laurence gaf er Van de laatste creaties der bekende Parijse kappers heeft het krullenkap sel, dat veel lijkt op dat van 1925, het meeste succes. Het staat nagenoeg alle gezichten, mits ze niet te dik zijn. 't Be zwaar is dat het zó in de smaak valt, dat het nu al algemeen dreigt te wor den. Noodgedwongen bedenken de visa gisten dus iets anders. Wel blijven ze het tamelijk kort. geknipte haar getrouw. Bij de laatste kapsels wordt het naar in grote golven gekamd. Die golven ein digen van achteren in een soort van op staand eendenstaartje bij het kapsel „en queue de canard": zo'n staartje valt op zij van het voorhoofd. De coiffure 5 ia mayol heeft van voren de grote lok. die het pruikje van de be kende chansonnier sierde. Van achteren wordt het haar in een platte krul achter het oor gelegd. Dit kapsel is stellig flat teuzer dan dat van het eendenstaartje, dat alleen heel jonge gezichtjes staat. Het nieuwe Jeanne d'Arckapsel heeft natuurlijk dikke ponnie. maar nu van links naar rechts gekamd. Op zij en van achteren is het haar even naar buiten omgekruld. Dit kapsel is geïnspireerd op de Jeanne d'Arcoiffure van Ingrid Berg man. Het omsluit het hoofd niet zo strak -v- (Van onze Brusselse correspondent) Het onevenwichtige van deze combina tie valt dadelijk op. Terwijl anderzijds ook niet onopgemerkt voorbij gaat, dat de mengeling van figuurtjes en levende wezens er technisch weer iets op is voor uit gegaan. Dat blijkt o.m. wanneer een getekende kikvors zijn pijp aansteekt aan een lucifer van een acteur en men daar een heuse vlam ziet branden. Het gegeven werd ontleend aan een in Amerika hekend boek: „Fabels van oom Remus". Het betreft de avonturen van een jongetje i (Bobby Driscoll), van de oude neger-ooih Remus (James Baskett) lijk van haar man verwijderd leeft op een katoenplantage ergens in Georgië, van twee stoute jongens en van een zeer lief meisje (Luana Patten). Van tijd tot tijd ziet men negers van de plantage te rugkomen die hun aangrijpende „Spiri tuals" zingen, welke ons doen schamen om de niet zelden decadente muziek van vele onzer liederen. Oom Remus vertelt tussen de bedrijven door episoden uit het leven van de Haas en diens eeuwige vijand de Vos, die als bondgenqot heeft de steeds naar een lek ker hapje hunkerende Beer. De Haas is natuurlijk zijn beide tegenstanders steeds te slim af. Het zijn deze dieren-episodes, die het eigenlijk getekende gedeelte uit maken. Alles in technicolor, dat spreekt vanzelf. Als de moeder van oordeel is, dat de verhalen van Remus te veel op haar ro mantisch aangelegd zoontje inwerken, zendt zij Remus weg. Doch de kleine wordt ziek. In zijn ijlkoorts roept hij om Remus, die wordt terug gehaald, terwijl ook de vader inmiddels is teruggekeerd. En alles komt natuurlijk terecht! Men gaat echter niet naar een werk van Disney om levende acteurs te zien spelen, maar wel om uit de werkelijk heid te ontsnappen en in een toverwereld te worden opgenomen. Op dat gebied laat deze film onvoldaan. Dat oom Remus aan Rex Ingram uit de „Green Pastures" doet denken, hindert niet. Maar wel is soms hinderlijk een nogal goedkoop kleu reneffect, op dit gebied zeker het min ste van Disney's technicolors. Dat alles zal evenwel niet beletten, dat „Song of the South" in het algemeen ge nomen zeker even graag door het pu bliek zal worden gezien als „Dumbo" of I als „Bambi". en glad als het gewone Jeanne d'Arc kapsel. Trouwens alle nieuwe kapsels hebben Iets onregelmatigs; de haren val len heel losjes om het hoofd daar ciq punten van het haar erg uitgedund zijn. Dit is ook het geval bij de krullenkap sels boven op het hoofd, want enkele visagisten blijven deze coiffure getrouw. Zwart fluwelen avondmantel met Ook Nederland vertegenwoordigd Prof. dr. L. G. M. Baas Becking, oud directeur van 's Lands Plantentuin te Buitenzorg on voordien hoogleraar aan de Leidse Universiteit, is op voordracht van de Ned. regering benoemd tot vico- voorzitter van de Research Council of the South Pacific Commission". Deze in Februari '47 gestichte organisatie van de V.N. zetelt in Noumea (Frans Cale- donië) en heeft tot doel een welvaart s- plan te ontwerpen en uit te voeren in het gebied van de Stille Zuidzee. Dit welvaartsplan bevat drie afdelin gen: een hygiënische, een sociologische en een economische De contracterende landen Frankrijk, U.S.A., Nicuw-Zec- land. Australië, Engeland en Nederland hebben de diverse functies onderling verdeeld. Prof. Baas Becking, die 16 Januari naar Noumea vertrekt, acht het plan voor Nederland belangrijk omdat het ook be trekking heeft op Nieuw-Guinea, dat dus ook zal kunnen profiteren van het fei telijke streven der commissie de ont wikkeling van de achterlijke bevolking van het te „bewerken" gebied. Op 2 Febr. wordt in Nieuw-Zeeland een groot congres - gehouden, waar ook Nederland met een uitgebreide delegatie zal zijn vertgenwoordigd. Hierna zullen de eerste opnamen gemaakt worden per Catalina-vliegboot, een tocht, die twee maanden in beslag zal nemen Eerst wanneer dit gebeurd is, nemen ae work- zaamheden van de commissie een aan vang. Ons Romanbijvoegsel £oGOOOOOOOOOOOO(MOO<^^ GOOOGOOOOOOOOOOOOOGOOOOOQOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO _-t 7nu worden gelaten Behal- voor een enkel week-eihdje. En juist toen ■ve een datum! <üe van verstreken viel er iets voor, dat althans emg pers- Woensdag, stond er: „Van Bemmelen. De pectief opende, zaak vordert. Kraan 20 uur". HOOFDSTUK XXIII Je dacht, dat hij je zou komen ont- De detective Arie Arends heeft een zeer raadselachtige zaak ter hand ge nomen. De heer Karei van Bemmelen te Arnhem heeft namelijk zijn hulp in geroepen, doch blijkt spoorloos ver dwenen te zijn. Z'n neef, Ferdinand van Bemmelen, is onder vreemde om standigheden overleden. Bij het onderzoek maakt Arends kennis met de figuren rond de beide van Bemmelens, n.l. dr. Meertens; de huishoudster van de oude heer en z'n broer Hans van Bemmelen, toneelcriti cus in Den Haag. Deze drie personen worden later vermoord. Verder zijn er de vrouw van Ferdinand van Bemme len en de zuster van Karei, mevrouw de Zwart te Deventer. Onder bedrieglijke voorwendsels worden Arends en de verteller door iemand, die zich Krefeld noemt, naar Arnhem gelokt en aldaar overvallen. Ze brengen het er levend af en zetten het onderzoek verbeten voort. Volgens mevrouw van Bemmelen heet de man die zich Krefeld noemde in werkelijk heid van Balen. 17) Niets wat mjj bekend is. Ik heb geen idee, aan welke zijde ik moet zoe ken. Maar geen enkele geschiedenis neemt er genoegen mee, zonder pak kend slot te eindigen en dus, wanneer wij zelf geen slot verzinrfen, zal zich dit te zijner tijd wel bekend maken. Ik heb intussen een saai chantagegevalletje ter hand genomen, wat me de tijd ten minste nuttig doet doorbrengen en me 's avonds niet van huis lokt. Je hebt mama nog nooit in zo'n tevreden hu meur gezien als je haar nu zult ontmoe ten. Ik dacht met enige spijt aan mijn eigen verbeuzelde week. Mijn vriend, die he viger nog dan ik zelf in de zaak van Bemmelen geïnteresseerd moest zijn, had zich er geen nadeel van met nietsdien verbrachte dagen door laten opdringen. Met een gevoel van: dan moeten die lui het zelf maar weten, dwong ik mezelf vrij van gedachten aan ons nog niet ge- eindigde avontuur, toen ik Maandagmor gen weer thuis kwam. Ik werkte. Ik werkte vlot. Deze week ging daardoor veel vlugger voorbij dan de vorige en ik Was de tweede Zaterdag heel wat volda- ner. De zaak van Bemmelen stond niet meer als een domper over mijn stemming, doch ik stond er tegenover, ik zag ze nu op een afstand. Nog geen nieuws?, vroeg ik, nadat A. A. en ik enige minuten aan een har vorderingen gemaakt had. Ik heb haar natuurlijk hoopvol teruggeschreven. Dus zonder nieuws van betekenis heb je toch vorderingen gemaakt? Kijk eens, Bram. Al wat er in de zaak van Bemmelen gebeurt, hoort er als onmisbaar onderdeel bij. Wanneer we nu al veertien dagen rust beleven, is ook dat een noodzakelijk onderdeel van het geheel en wie weet, helpt ons juist dit onderdeel later misschien wel aan het inzicht, dat de hele duistere historie op- kl^drt. Ik bewonder je geduld, Arie. Ik voel me helemaal niet, alsof ik geduld oefen. Ik kan je verzekeren dat ik in spanning geleefd heb, of er een aan slag op een der beide dames zou worden gepleegd en wie dan *t eerste slachtoffer zou worden. Geleefd hèb?, vroeg ik verwonderd: Heb je jezelf dan overtuigd, dat die aan slag nu niet meer zal gebeuren? Het kan nog wel. Maar het kan ook van niet. In het laatste geval heeft de da der een reden, om juist die beide verwan ten te ontzien. Dat is vreemd, want dan valt de erfenis-theorie geheel in duigen. Doch tenslotte is alle theorie tot dusver voorbarig en wanneer je dat voortdurend in het oog houdt, dan kan je vanhn dui gen vallen eigenlijk niet spreken. Noen, Bram, we hebben werkelijk geen reden tot onvoldaanheid, al schiet de zaak ogen- schijnlijk geen centimeter op. We hadden een genoeglijk weekeinde, waarin ik me zozeer opgebeurd voelde, dat ik daarop volgende week vrucht baarder'dan ooit mijn machinelmtje ver sleet. Mijn beide verhalen kwamen gereed en ter post, ik schoot een heel stuk op aan de biographie van een beruchte, interna tionale oplichter, wiens merk-lucifers over de gehele wereld verspreid zijn en al keek ik elke avond gretig de krant door, om te zien of de dames van Bemmelen en Zwart geen ongeval overkomen was, over dag liet ik me niet meer door gedachten aan hen op een zijspoor leiden Ook het derde week-einde bracht me geen nieuws, behalve 't bewijs, dat A.A. de zaak niet losgelaten had, als beweeide hij kort geleden, dat hij rustig afwachtte. Ik ben een ervaring rijker, zei hij: Ik heb me afgevraagd waarom ik niets meer hoorde van Krefeld-Van Balen, of schoon hij na onze ontmoeting aan de Vel- perweg in elk geval weet, dat ik niet om kwam bij het bad in de Arnhemse haven. Hij wist mijn adres, want hij is hier ge weest: hij zou me dus hebben kunnen vin den want ik ben vrijwel niet weg ge weest. Ik veronderstelde, dat hij zich veilig begon te voelen, dat hij dacht, dat ik het zoeken zou opgeven, nu er niets nieuws trlIkInzlkrvangBhemmeknrNeeen, nog I meer gebeurdé"En dus probeerde ik hem v olstreït niets. Mevrouw van Bemmelen uit de tent te waren^ veel is in ernstig gesprek over de verkoop van haar huis; ze logeert nog steeds bij dezelfde vrienden, waar ze veertien da gen geleden bij introk. Dat is alles, wat ?nii deze week ter ore kwam, omdat ik van haar een briefje ontving. Hoofdzake lijk, omdat ze aas wilds yra^efi .ei ik al mogelijkheden; ik kon hem immers ner gens direct bereiken. Dus plaatste ik een advertentie in verschillende bladen, waarvan hij er stellig één zal lezen. Hij liet me de advertentie zien. Deze zeide niets tot niet ingewijden, doch van Balen moest er minstens uit zien4 dat liij moeten, vroeg ik. Daar kwam mijn uitnodiging op neer, antwoordde hij: doch mijn ver wachting ging minder ver. Ik verwachtte dat hij dit keer zelf zou schieten. Getroffen ben je intussen niet, dus neem ik aan, dat hij niet gekomen is. Erg vriendelijk van je, zei hij droog jes: Ik was er deze keer op voorbereid en je kunt van mij aannemen, dat ik geen gemakkelijk doelwit geweest ben. Overigens heb je het bij het rechte eind: er viel geen schot, ik zag van Balen niet. Ik zal maar niet veronderstellen, dat hij zoveel ontzag voor je gekregen heeft vroeg ik schertsend. Hij moet zich öf absoluut veilig voe len, óf hij heeft tenslotte toch mijn con vocatie niet gelezen, of hij was elders te zeer in beslag genomen om er gevolg aan te kunnen geven. Welke van deze drie mogelijkheden werkelijkheid is. kun nen we zomaar niet vaststellen. Zich vei lig voelen kan hij echter pas, wanneer zijn plan geheel ten uitvoer is gebracht, dus wanneer hij zijn doel bereikt heeft. En nu pieker ik me suf, welk doel thans bereikt zou kunnen zijn. Ik zie geen doel; het ziet er naar uit, dat de hele geschiedenis doodloopt. En ook dat kan ik niet zo maar aannemen. Het is vreemd, erkende ik: Wat doe je nu verder Het is, dat je er een blauwtje gelopen'hebt, daar aan de Arn hemse haven, maar anders zou ik je graag er heen vergezeld hebben. Ik wilde het doel niet gemakke lijker maken, door het te verdubbelen, antwoordde hij: Bovendien was ik er immers niet van overtuigd, dat hij ko men zou en de uitkomst heeft aange toond, dat ik je voor niets uit je .werk zou hebben gehaald, door je mee te ne men. Dus had je toch ook dit resultaat min of meer verwacht vroeg ik getrof fen. Ik had me er inderdaad op voorbe reid. Omdat hij uit zichzelf tot dusver geen hernieuwde poging gedaan heeft me uit de weg te ruimen. Wat ik verder doe, is zeer eenvoudig. Hetzelfde waar ik reeds drie weken mee bezig ben: afwach ten. Ik doe mee, zei ik: Doch ik werk er bij. Dat is me best bevallen, want ik blijk 'buitensporig productief de laatste dagen. Ook dat week-einde brachten we ver der genoeglijk door bij Arie Arends thuis en de daarop volgende week bedroog mijn hoop, dat de productivite-t nog een poosje zou aanhouden, mij niet. De da gen vlogen als het ware voorbij: de door de vacantie ontstane achterstand had ik weldra ingehaald. Toen volgde het vierde week-einde. Eveneens zonderbijzondere gebeurtenis. En het vijfde kwam zonder dat er iets voorgevallen was. De zomer had ingezet met een hitte golf, die me, zelfs in een dunne shirt en flanellen broek, het type tot een corvee maakte. Ik had daarenboven zoveel werk verzet dat ik best weer eens een weekje zou kunnen pauzeren. Dus schreef ik mijn vriend, dat ik Zaterdag voor een paar dagen sou komen inplaats Een terugkeer. De Zondag en de Maahdag brachten we door. zoals we reeds een reeks Zon en Maandagen hadden doorgebracht: Het Maandagavondblad echter bracht nieuws. Uit Arnhem werd gemeld: Zaterdagmiddag keerde, na een af wezigheid van bijna twee maanden, onze stadgenoot, de heer Karei van Bemme len, terug uit Parijs, waar hij, zonder iets van wat inmiddels alhier is voorgeval len te hebben vernomen gedurende al die tijd verbleef. De heer van Bemmelen was uitermate verontrust, toen hem de moord op zijn huishoudster, mevr. Groenewegen, werd medegedeeld. Dat ook zijn vriend dr. Meertens gewelddadig om het leven werd gebracht, trok hij zich zo aan, dat wij hem eerst Zondagavond aantroffen m een toestand waarin hij ons iets over zich zelf kon mededelen. De vrees, die vrij- wel algemeen geheerst heeft, dat hem iets zou zijn overkomen, blijkt geheel ongegrond te zijn geweest. We zaten in A.A.'s kamer, het raam wijd open, onze lage stoelen er zo dicht mogelijk bij. Ik keek mijn vriend vragend a'd— Dat is de gebeurtenis die we nodig hadden, zei hij: Maar ik moet erkennen, dat ik juist die in hpt geheel niet had verwacht. Jij dacht, dat hij gedood was, her innerde ik. Heel die theorie over ontvoering valt zelfs uiteen, hernam hij: Want een romannetje van gevangenhouden in een der misdadigersholen van Parijs zuilen we maar niet eens overwegen. Ik zal me geheel op nieuw moeten instellen, doch ik twijfel geen seconde ,of nu zal er licht op de zaak vallen. Door Karei van Bemmelen Misschien. Het meest echter, door dat hij beslist een aantrekkelijker doel wit zal Dhjken, dan ik Was. Mijn adver tentie kom van Balen ontgaan, dit kan hem onmogelijk verborgen blijven, want hoe dan ook moet Kareltje blijken, een belangrijk, zo niet het belangrijkste ob ject van de serie misdrijven te zijn. Aha. De dames zijn niet aantrek kelijk genoeg, om vermoord te worden en nu zal onze vriend van Balen zijn schotvastheid op Kareltje moeten tonen, meen je Hoe kan het anders Dan is dus thans de tijd aangebro ken, je belofte aan mevrouw van Bem melen in te lossen. Welke belofte Dat je haar oom, wanneer hij terug keerde. zou weten te beveiligen. Inderdaad, belofte maakt schuld. Ik vind echter, dat we ons niet al te zeer behoeven te haasten, want die schavuit heeft oins ook lang genoeg laten wachten. Achteraf blijkt zijn broer Hans hem toch wel goed te hebben gekend. Hij im mers beweerde voortdurend, dat de ge zochte vandaag of morgen doodleuk uit zichzelf wel weer te voorschijn zou ko men. Ook zijn zuster, mevrouw Zwart, dacht er zo over, herinnerde A.A. Waneer gaan wc h yropg ikj Morgen. Tenslotte moet ik nog steeds de opdracht bij hem gaan nalen, waar over hij me schreef en die. indirect, de oorzaak werd, dat we met de familie van Bemmelen kennis maakten. Als je niet al besloten had een paar dagen te blijven, zou ik je er nu toe uitnodigen, Bram. Want ik heb zo'n idee, dat we van nu af regelrecht naa rde opheldering van het mysterie zullen kuieren. Toen we aan het huis van van Bemme len aan de Zypendaalseweg aanbelden, werd de deur voor ons geopend door een oude bekende, wier aanwezigheid ons even verraste, doch eigenlijk meer, zo ging het althans mij, omdat ik die niet reeds verondersteld had. Immers dit was de logische oplossing van twee moeilijk heden. Mevrouw van Bemmelen, zei mijn vriend: Dus is uw oom terug Ik bied u mijn welgemeende gelukwensen aan. Zouden wij mijnheer een ogenblikje kun nen spreken? Erg gelegen komt u, eerlijk gezegd niet, antwoordde ze: Oom rust. Hij is ontzaglijk vermoeid, want wat er tijdens zijn afwezigheid is gebeurd heeft hem geweldig aangegrepen. Als u echter de tijd hebt, komt u dan binnen. Over een half uurtje zou hij opstaan en dan kunt u hem even ontmoeten. Nu hebt u dan toch als het ware vanzelf de oplossing gevonden die beter dan enige andere voor u geschikt zal zijn, hernam mijn vriend. Inderdaad. Ik heb me bij mijn vrienden werkelijk goed gevoeld, ik was er nooit teveel en zo, maar ja, je bent niet thuis. Dat ben ik hier ook wel niet, maar het is eigen, zei ze: Zal ik u voor gaan Ze bracht ons in de kamer, waarin hoelang was dit nu al geleden? de huishoudster ons had ontvangen. Ze liet ons plaats nemen, ging daarna evens zitten. Ze zag er blijmoediger uit, dan toen we haar de laatste keer zagen. U hebt geen idee, hoe oom wordt lastig gevallen met allerlei vragen en vooral met rouwbeklag over zijn ver liezen, ging ze na een ogenblik voort: De mensen vooral van de krant, willen van alles weten. Bijkomstigheden die je ge woon suf maken. En dan de politie! Stel u voor, dat ook die hem eerst niet met rust kon laten. Alsof hij aansprake lijk kon worden gesteld, voor wat hier - - .„pang te verkriieen. met zijn huishoudster gebeurde, terwij» óaar vergist u u. Ik laat geen jour gezien had, toen hem alles verteld werd Ik kan me voorsteilen, dat het ver schrikkelijk voor hem geweest is, ant woordde A. A.: Mijnheer van Bemme len ziet er niet naar uit, dat hij daden van geweld kan appreciëren. Kent u oom?, vroeg mevrouw van Bemmelën verrast. Alleen van dat foto'tje, waarop ook u staat. En uw man. Hier in de tuin, met de klimop als achtergrond. O, dat is eén vaag portret. Maar zelfs daarop, inderdaad, geeft oom geen indruk van ruwheid. En u hebt, zoals ik al opmerkte, nu de geschikte oplossing voor u zelf gevonden, herhaalde mijn vriend. ja voorlopig blijf ik hier. Oom kan niet alleen zijn in de huidige omstandig- heren- Niet alleen heeft hij nog geen hulp voor de huishouding, doch hij moet de eerste tijd iemand bij zich hebben, die niet vreemd voor hem is. Hij praat natuurlijk telkens over oom Hans en over dr. Meertens. Ook voor u, herhaalde A. A. nog eens, met bijzondere nadruk. Ja, natuurlijk, ook voor mij is het de eerste tijd beter. Ik weet nu tenmin ste wat ik te doen heb. U hebt van mijnheer van Balen niets gemerkt? Haar gezicht betrok; ze wilde klaar blijkelijk liever niet aan gevaar worden herinnerd. Gelukkig niet, antwoordde ze: Ik heb me trouwens strikt aan uw raad ge houden en ben 's avonds nooit uitge gaan, terwijl ik overdag altijd, wanneer ik buiten moest zijn, gezelschap had. Het is niet aangenaam, daaraan te denken, doch ik meen, er uw aandacht even althans op te moeten vesttigen. Uw verblijf bij uw vrienden is, mogen wij aannemen, voor van Balen een geheim gebleven. Dit adres echter moet hem zeer goed bekend zijn. O, begint u alstublieft niet weer. En als u mij een groot genoegen wil doen, spreek er dan vooral niet over tegen oom. Wanneer er nu ook nog vrees bij komt. dan heeft hij volstrekt niets meer aan het leven. En toch moet u op uw hoede blijven. U zegt zelf, dat er een overma.ige belang stelling wordt getoond door het publiek en vooral door mensen van de krant. Hoe gemakkelijk moet het zijn ,als lour' hij in Parijs was. Heeft de politie hem dan aanspra kelijk gesteld vroeg A.A. Niet ronduit, neen ,dat zou al zeer fraai geweest zijn. Doch veel scheelde het niet. Ze werden echter pas tevreden gesteld, toen oom zijn rapport aan hen had laten zien. Alsof hij het bewijs^ leve ren moest, dat hij inderdaad in Frank rijk geweest is. Het is eenvoudig schan de, dat men hem niet op zijn woord ge loofde. Het paspoort was natuurlijk bewijs genoeg Natuurlijk. Dat werd aan de grens gestempeld, toen hij Nederland verliet en toen hij er Zaterdag weer in terug kwam. Als hij nu eens niet in het bui tenland was geweest, wat dan Dan zou men hem dus niet geloofd hebben En wat zou men dan van hem gewila neo- ben Wanneer hij in Nederland gebleven zou zijn» dan zou hij natuurlijk hebben, gehoord, wat er is voorgevallen en dan zou hij eerder naar huis zijn gekomen. Met 'dergelijke veronderstellingen ach teraf komt men in de regel niet ver. Het ligt echter voor de hand, er aan toe te voegen: dan zou misschien mevrouw Groenewegen niet zijn vermoord, want dan was ze niet alleen in huis geweest. Dat is wel waar, ja, er is wel iets waars in wat u zegt. In elk geval de po litie nam er tenslotte genoegen mee, maar ik vind hun optreden eenvoudig ongemanierd. Oom had warempel al na- iiglicid genu eg. Narigheid 2 Als u liem nalisten bij oom toe, nu met meer. En bovendien, glimlachte ze zelfverzekerd: ik kén die man immers. Hij zou zich welhcht anders kun nen voordoen, dan hij in werkelijkheid is, weersprak mijn vriend: Maar wan neer u denkt, dat het uw oom bijzonder zal grijpen, indien xk over het gevaar spreekt waarin hij stellig verkeert ol zal gaan verkeren dan zal ik dat voor heden althans achterwege laten. Wat ik van uw oom weten wil. is trouwens met zozeer, wat hij denkt te gaan doen, doch wat hij dacht te gaan doen. Ze trok de wenkbrauwen op m een traag. A. A. was dan ook lichtelijk duister. Hij vroeg mij een onderhoud, bij zicli aan huis, omdat de trein hem te vermoeiend was. Inplaats van dat onder houd te doen plaats hebben, ging hij met de trein niet naar mij, doch naar Parijs, wat 'n heel wat bezwarende reis is. Waarom hij mij spreken wilde, is wat ik graag van hem horen zou en dan boven dien: waarom hij zo spoorslags naar het buitenland snelde. Ja, dat weet ik natuurlijk niet. Hij heeft met geen woord gerept over iets, waarvoor hij uit de weg ging. Ook te genover de politie niet. Ik heb het idee, dat het een plotselinge inval geweest is. Erg plotseling, zo u wilt, doch daarom nog niet met een bijzondere betekiVis. Intussen zal oom zelf u daarover ver moedelijk wel willen inlichten, wanneer hij straks is opgestaan. Ik hoop alleen, dat het heui uiet teveel vermoeien ral. We zullen het zo goed mogeiyk in kleden, beloofde A. A. Ik had het gevoel, dat er gezegd was wat er gezegd moest worden. Aangezien van Bemmelen echter nog niet was opge staan en we dus moesten wachten, aan gezien men daarenboven niet zwijgend tégenover elkaar kan zitten, zonder een beklemming op tc r°epen, die de daarna volgende conversatie sterk belemmert, hield A. A. het gesprek gaande. Hij ver meed. het, pijnlijke onderwerpen aan te roeren; een bewijs, dat hij, al lijkt hij soms zeer ongevoelig, met veel tact weet op te treden, indien hij dit gewenst acht. Ik was nieuwsgierig naar de ontmoeting met de verdwenen rentenier; ik keek op de klok op de schoorsteenmantel en consta teerde, dat we reeds ruim 'n kwartier in de kamer vertoefden. Ik liet het gesprek tussen A. A. en mevrouw van Bemmelen langs me heen gaan. Totdat ik werd opge schrikt door het horen van een naam, die ik totaal niet verwacht had. Hoe is het afgelopen met Waldhof, uw vroegere boekhouder?, vroeg A. A. Is hü door de nieuwe eigenaar van het kantoor mee overgenomen? Overgenomen niet Dat zou direct bij de overdracht gebeurd moeten zijn en het gebeurde niet. Wat daarna is overeengeko men, is mij niet bekend. Wel weet ik, dat Waldhof nog eens zou proberen. Hoa komt u daar zo op? Vertrouwde u hem volkomen? Opnieuw gingen haar wenkbrauwen omhoog. Waarom zou ik hem met hebben ver. trouwd? Hij was de enige trouwens, die iets van de zaak wist en toen mijn man stierf was ik de eerste dagen dus wel op hem aangewezen, of ik hem vertrouwde of niet Doch ik zou niet weten, waarom ik hem z°u hebben moetenwantrou wen. Och, ik óok niet. Men zoekt echter in elke richting en ergens moet toch een band liggen, die de verschillende punten met elkaar in contact brengt Dan zou ik aan Waldhof maar niet meer denken, zei ze. Bent u er zeker van, dat het nutteloo3 zou zijn? Waldhof is een goede hulp geweest en zeker niet ontbloot van enige intelli gentie antwoordde mevrouw van Bemme len Zoveel heb ik echter wel uit uw vage gezegden afgeleid, dat u achter al wat er is voorgevallen een bijzondere scherpzinnige drijfkracht zoekt. En die zult u bij onze vroegere boekhouder stel lig niet vinden. Och. ik zeg ook maar zó. besloot A. A. En hij ging voort over iets geheel an ders, over de vermoeienissen van het huishouden in een weliswaar niet vreemd doch evenmin eigen huis. Vroeg of zij al hulp in het vooruitzicht had, want dat ze toch niet alles alleen zou kunnen blijven doen. Hij toonde zich opnieuw een onder houdend causeur, doch opnieuw gingen mijn gedachten uit naar de rustende oom, die nu toch langzamerhand wel eens mocht opstaan. Anders had mevrouw ons beter wat later kunnen doen terugkomen, meende ik. Het bracht even een niet onwelkome onderbreking, toen er gebeld werd en mevrouw de kamer uit moest, om te Zier wie er ifras. Hoe kom je zo opeens op die Walb vroeg ik. Je moet toch iets zeggen?, antwoi de A. A. Maar dat zei je niet maar zó. moet het al ver mis hebben, wanneer er niet een bedoeling mee had-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1949 | | pagina 4