Bewapening en veiligheid Moeilijke groei der eenheid Nieuw-Guinea vertrouwt alleen op de Nederlanders Moeilijkheden voor medische studenten Zelfbewuste mode Nederlands aandeel in het Missiewerk De hotelierambassadeur van de goodwill van ons volk Wij zagen de shows Metz en Heymans Te Maastricht wordt een Middelbare Hotelvakschool geopend Postzegels en vliegtuigen Salazar bezoekt Franco Nooit meer een Indonesisch bestuur Dreigende verpaupering van medische stand SEPTEMBER 1950 „Inboedel" van A.O.A. werd overgedragen HANDEL V. S. EN OOST EUROPA In Juli gestegen DUITS CONSULAAT IN AMSTERDAM DEENSE UITVOER VAN ZUIVEL- EN VEETEELT PRODUCTEN Productie boven niveau van 1938 PAGINA Emigratie Indonesië stuurt propagandisten WIE GRIMEERT „KAREL I" HET BEST? ZWEEDSE PAPIERPRIJZEN HOGER LAGERE WOLPRIJZEN TE KAAPSTAD NEDERL. FORD VORMT DIVIDENDRESERVE OP 556 GELOVIGEN EEN MISSIONARIS Echter sterke daling in de roepingen Hoeden, bont en fluweel 'tls al bewapening, wat de klok slaat! Werkelijk een immens verschil met de periode tussen de twee wereldoorlogen, toen mtwapening de grote leuze was. Met een zekere hilariteit zag men toen maals in het zo gezaghebbende Parijse blad, de „Temps" (tegenwoordig de „Mon de" geworden) soms tweemaal per week een hAfdartikel verschijnen met de al tijd onveranderd weerkerende titel „Le désarmement", afgewisseld me* 'n tweede reeks, ook met een onveranderbare titel: „La sécurité" (de veiligheid). Er is echter ook één grote overeen komst: noch toen noch nu weet men pre cies, hoe men de overheersende gedachte kan en zal verwezenlijken. Evenmin als men tussen 1918 en 1939 een duidelijk idee had, hoe men de ontwapening tot stand kon brengen, heeft men than, een uitge werkt program om een waarlijk doeltref fende Europese bewapening in elkaar te zetten. Waarbij men evenwel nu dit voor deel heeft, dat het makkelijker valt de bewapening uit te breiden dan haar lo gisch er. universeel te beperken, zonder de werkelijke veiligheid van een land en derhalve van de gehele wereld in ge vaar te brengen.- We zullen allerminst beweren, dat we momenteel een volkomen ongeordende herbewapening doormaken; maar aan de echte coördinatie van een Atlantisch of zelfs Europees leger zijn we nog lang niet toe. De gedachte bijv. dat de Neder landse divisies in de Vogezen zouden staan, en laten we de uiterste conse quentie van 'n Europese verdediging ne men de Spaanse troepen tussen IJssel en Elbe, is voorlopig nog geen gemeengoed van de Europeaan. En wat te denken van de mogelijkheid, welke in de practijk toch denkbaar zou zijn, om de Fransen in ge val van een oorlog in Duitsland en de Duitsers in Frankrijk in slagorde te stel len! Men vindt het heel natuurlijk, da* de Verenigde Staten en de Canadezen, de Zuid-Afrikanen en de Australiërs naar de •lagvelden van Europa komen; dat is reeds in twee oorlogen gebeurd: men be- ■eft, dat zij binnen de grenzen van ons werelddeel hun eigen land verdedigen. En we hebben zelfs enig bewustzijn ge kregen, dat op Korea iets meer verdedigd wordt dan Z -id-Korea alleen. Maar dat een Europees, of juister nog een Atlan tisch leger niet precies is gebonden aan de geboortegrond van de afzonderlijke divisies is een stelling, welke er nog met in wil. Wij zullen gemakkelijker 'n strijd macht naar Korea zenden om daar tegen de communistische agressie te strijden dan dat wij diezelfde soldaten voor het zelfde doel naar de Vogezen zouden stu ren. Wat bewijst, dat er helaas nog wei nig Europees besef in West-Europa leeft Hetzelfde geldt, zodra de kwestie van de herbewapening van Duitsland aan de orde komt. Wij menen niet te overdrij ven, als we neerschrijven, dat alle opper bevelhebbers en alle staatslieden van welk land van de Atlantische gemeenschap ook in "t diepst van hun zielen absoluut over tuigd zijn van de onontkoombare noodza kelijkheid om West-Duitsland actief in 't plan der Europese verdediging in te scha kelen. Maar zodra het op de bestudering aankomt van de wijze waarop deze in nerlijke overtuiging in de practijk van het internationale leven kan worden om gezet, schrikken allen, zelfs de Ameri kanen, voor de consequenties van hun ze kerheid terug. De een is wat voortvaren der dan de ander, maar allen worden toch beheerst door een onmiskenbare, vage angst voor een Duits leger. Wij zullen niet ontkennen, dat het ver leden nog steeds drukt. De ervaringen, welke men in een eeuw tijde met de ver schillende Duitslanden, van Bismarck, Wilhelm II en Hitier, heeft opgedaan, zijn inderdaad niet bijzonder aanmoedigend. Maar de harde realiteit dwingt. Als men West-Europa aan de Elbe wil verdedigen, zoals uit de garantie, welke de grote Wes telijke Drie aan Adenauer hebben gege ven, duidelijk blijkt, dan is de vraag of West-Europa daartoe in staat is. volko men gerechtvaardigd. Tijdens de besprekingen, welke op het ogenbli'- tussen de ministers van buiten landse .ken en van defensie van de Ver enigde Staten, Engeland en Frankrijk aan de gang zijn, hebben Acheson en generaal Marshall aan hun collega's tamelijk rond uit, al was de formulering heel voorzich tig, de vraag gesteld: „Kunt ge ons waar borgen, dat ge met de strijdkrachten, wel ke ge hebt; welke ge in elk geval binnen enkele maanden zult hebben, in staat zult zijn een eventueel offensief uit het Oos ten te weerstaan? Zo ja, dan zullen we niet aandringen en zeer gewillig er van afzien u Duitse versterkingen op te drin gen". Het is goed, dat dit probleem wordt opgeworpe door een man met het gezag van een generaal Marshall. Men heeft de indruk, dat de Engelsen langzaam aan voor de Amerikaanss gedachtengang wor den gewonnen, maar de Fransen wijzen hem nog steeds af. Bij hen is de angstvoor een herbewapend Duitsland nog zo sterk, dat z'i het boven het uit het Casten ko mende communistische gevaar schijnen te stellen. Zij hebben een eigen oplossing voor het moeilijke geval: zij wensen een federatief Duitsland (maar dan met een zeer losse federatie' met elke staat een eigen legertje, die dan alle. maar ieder afzonderlijk in een Europees leger zouden worden opgenomen. Voor een deel is de gedachte aan een zodanige federatie door de feiten reeds acht irhaald; Duitsland is nu eenmaal historisch tot een eenheid ge groeid, zodat de gehele oplossing tamelijk fantastisch lijkt. Het schijnt, dat Frankrijk hardnekkig blijft, maar waarschijnlijk zal te New York wel zo'n druk worden uitgeoefend, dat het een eind weegs, echter verder dan de 30,000 politiemannen, zal moeten toegeven; als het op het „gijt ge in staat?" geen afdoend nntwoc 1 kan geven. Gistermiddag om drie uur Ned. tijd stapten vier gezagvoerders van vlieg tuigen der American Overseas Airlines tijdens hun vlucht over de Atlantische Oceaan de passagierscabines van hun toe stellen binnen en hingen daar een bordje op, waarop stond te lezen: „Dit vliegtuig was het eigendom van de A.O.A. en be hoort van dit ogenblik af aan 'de Pan American World Airways'. Op hetzelfde ogenblik overhandigde ergens in New- York een vertegenwoordiger van de P. A. A. een cheque ter waarde van 17% mil- lioen dollar aan de directie van A.O.A., waarmede de American Overseas Airlines een feit was. De „inboedel" van de A.O.A., die ge heel gespecificeerd aan de Pan American Worlds Airways werd overgedragen, va rieert van postzegels van 3 cent tot vlieg tuigen van 1% millioen dollar. He Amerikaanse uitvoer naar de Sov jet-Unie en andere Oost-Europese lan den had in Juli j.L een waarde van 11.6 millioen dollars tegen 9 millioen dollars in Juni. De invoer van de Ver. St. uit deze landen beliep in Juli 12.5 millioen dollar tegen 11.1 millioen dollar in Juni. De in voer omvatte bont, fabrikaten, mangaan en chroom. Het staat thans vast, dat het Duitse consulaat-generaal voor Nederland In Amsterdam zal worden gevestigd. De Portugese premier, dr Antonio Salazar, brengt incognito een bezoek aan Spanje, aldus werd gisteren te Madrid vernomen. Hij verblijft als gast van gene raal Franco in het landhuis van de gene raal nabij La Coruna. In politieke kringen gelooft men, dat het bezoek verband houdt met de aan staande besprekingen in de Algemene Vergadering der V.N. over de kwestje- Spanje en met een eventuele opneming van het land in het kader van het Atlantisch-Pact. Maandagmiddag hebben Balazar en generaal Franco tezamen met de Spaanse minister van buitenlandse zaken. Martin Artajo en de Spaanse ambassadeur te Lissabon, Nicolas Franco, een bezoek ge bracht aan de kustbatterijen op de berg San Spedro. Men verwacht, dat Salazar tot Woensdag in Spanje zal blijven. Over de besprekingen bewaart men het stil zwijgen. De exportcijfers van de voornaamste Deense veeteelt- en zuivelproducten ge durende het tijdvak Januari tot Augustus 1950 waren als volgt: Jan./Aug. '50 Jan./Aug. '49 Boter 105.161 93.489 ton Kaas 26.244 19.510 Eieren 65.767 56.790 Bacon en varkensvlees 123.965 52.991 Vee 154.474 63.695 stuks De uitvoer heeft thans het vooroorlogs peil bereikt en in sommige gevallen zelfs overschreden. Men dient hierbij echter rekening te houden, dat in Denemarken boter nog steeds gerantsoeneerd is, wat betekent, dat de boterexport per jaar circa 15.000 ton hoger is dan deze anders zou zijn geweest. De productiecijfers voor het eerste half jaar 1950 waren als volgt (maandelijks gemiddelde in millioen kilo's): Jan./Juni Jan./Juni Gedurende 1950 1949 1938 450 394 452 14.8 12,5 15,8 4.7 5.4 2.9 28.4 19.2 25,8 13.3 11.6 10.3 13.2 9.5 14.1 „Als er een plebisciet werd gehou den onder het volk van Nieuw-Guinea onder welk bestuur het wil komen: Indonesisch of Nederlands, dan zou een overstelpende meerderheid voor Nederland bewijzen, dat wij van de Indonesiërs niets willen weten. Wat een Indonesisch bestuur is, hebben we leren kennen in de oorlogsjaren. Het geen we toen te verduren hadden, zijn wij nog niet vergeten. Een Indonesisch bestuur wensen wij nooit meer". Aldus ongeveer verklaarde voor de De medische studenten maken zich reeds lang zorgen. De colleges zijn overbevolkt en het contact met de do centen is slechts gereduceerd tot college uren en examens en tentam.ina. De universiteiten dreigen wetenschapsfa- brieken te worden, waar ieder een nummer is en op zijn beurt moet wach ten om bepaalde „voorrechten" te ge nieten, want het ziet er tegenwoordig naar uit, dat de vereiste co-assistenten opleiding een weelde wordt. Daarom haasten de medische studenten zich om op de wachtlijst te worden gezet om ergens een persoonlijke voorkeur speelt geen rol meer de vereiste op leiding te kunnen krijgen. Op 7 December 1948 richtte het Ver bond van Medische Faculteiten in Neder land, een verbond dat meer leden telt dan de Kon. Ned. Mij. ter Bevordering der Geneeskunst, zich met een adres tot de leden van de Tweede Kamer, waarin het wees op de onrustbarende omstandigheid waarin het medisch onderwijs aan de universiteiten was geraakt. Overvolle collegezalen schaden het contact tussen docent en student; doordat niet allen een plaats kunnen krijgen in deze zalen wordt het onderwijs geschaad. Aangezien de studenten vaak reeds een uur voor de aanvang van het college aanwezig moe ten zjjn, willen zij een redèlijke plaats veroveren om het onderwijs te volgen, wordt veel tijd verloren en nog komt het dan voor, dat niet allen in de zaal kun nen plaats nemen en dus moet het col lege worden gemist. Van de andere kant is de contröle op de kennis van de medische studen ten zeer onvoldoende wegens de on evenredige verhouding van het aantal studenten en docenten. Van weten schappelijk werk kan vaak geen sprake zijn De wetenschappelijke staf wordt in het algemeen zeer slecht gesala rieerd, waardoor het onmogelijk is om een gezin te stichten, als men niet door anderen financieel wordt geholpen- Situaties zoals die in Oostenrijk en W.-Duitsland voorkomen, waar artsen als ijscoman en tuinman worden tewerk gesteld wegens de systematische over productie van medici, moeten een vol doende waarschuwing zijn om hier zulke wantoestanden te introduceren. Van de zijde van officiële instanties moet gewezen worden op de moeilijkhe den die aan de medische studie zijn ver bonden. Door een scherpe selectie tracht men nog enigszins de bestaansmogelijk heid voor de arts te verzekeren. In het studiejaar 1948-49 werd 45% pct der stu denten afgewezen voor het propaedeutisch examen en 16% pct. voor het artsexamen 2de gedeelte. De duur van de studie is voor het merendeel van de studenten komen te liggen op negen jaar of langer Slechts 67,6 pct. van de medische studen ten voleinden hun studie in minder dan elf jaar. In verband met deze toestanden be studeert men de emigratiemogelijkheden van jonge medici. Deze zijn echter nog gering Naar aanleiding van de rede die minister Stikker op de 225ste verga- derin® der Ver. Naties uitsprak en waar in hij o.m. opmerkte dat de Nederlandse universiteiten en hogescholen jaarlijks een groot aantal goedgetrainde technici afleveren, die in het buitenland te werk kunnen worden gesteld, heeft het Ver bond van Medische Studenten zich tot de permanente vertegenwoordiger van Ne derland bjj de Ver. Naties gericht betref fende de mogelijkheden tpt werkzaam heid van Nederlandse artsen binnen dit plan. Maar als antwoord kreeg het, dat de plannen in een zeer weinig gevorderd stadium verkeerden. Het onderzoek da. prof. Goudriaan heeft ingesteld naar mogelijkheden in Zuid-Afrika, leverde ook niet veel op. De toestand aldaar wordt beheerst door de neiging tot bescherming van de aanwe zige nationale artsenstand.De enige moge lijkheid is wellicht emigratie naar Zuid- Afrika na het doctoraalexamen, waarna de studie aldaar in drie jaar zou kunnen worden voltooid. De toestand in de U.S.A. is nog niet geheel duidelijk. In Februari van dit jaar werd daar de opmerking gelanceerd om studenten en afgestudeerden in 't buiten land dezelfde rechten te verlenen als de Amerikanen. In verband hiermede zijn enkele vertegenwoordigers naar Amerika vertrokken om dit vraagstuk aldaar ver der te bestuderen. pers In Den Haag de heer N, Jouwe, poli tiek vertegenwoordiger hier te lande van het volk van Nieuw-Guinea. En met klem van woorden betoogde hij, dat dit volk, hoe onontwikkeld het dan nog moge zijn, verstandig genoeg is om veilig zijn vertrouwen te kunnen stellen in Nederland. Die keuze dateert al van 1944, direct na de bevrijding. En ze is duide lijk gebleken irt de tijd nadien, toen de bevolking zelve de geïnfiltreerde benden uit Indonesië opspoorde en uitleverde. Wij zijn Papoea's, zeide de heer Jouwe, en bovendien in meerderheid Christe nen. Wij willen als volk blijven voortbe staan en niet ondergaan in het mil- lioenenvolk der Indonesiërs, die voor het grootste deel Islamietisch zijn. Spr. bepleitte, dat Australië en Neder land zullen samenwerken in het belang van de Papoea's opdat er op den duur één staat zal komen van geheel Nieuw- Guinea samen met Melanesië en Poly nesia. Over het sultanaat van Tidore, waar toe N.-Guinea lange jaren heeft be hoord, zeide de heer Jouwe, dat dit nim mer iets deed voor de vooruitgang. Het aantal aanhangers van Indonesië onder de Irianen schatte spr. niet hoger dan een goede vijfduizend. En daar tegenover staan de honderdduizenden anderen, Protestanten, Katholieken en evenzeer de Mohammedanen, die slechts een Nederlands bewind wensen. Deze wens zullen zij bekend metken onder de volken van het Westen en daartoe komen over enkele dagen de heren Ariks, Kasiepo en Abdullah Arfan in Nederland aan. Zij zullen mét de heer Jouwe hun belangen bepleiten. Op Ne derland is hun vertrouwen gesteld, zij hopen, dat Nederland dit vertrouwen zal belonen. Intussen zit Indonesië ook niet stil. Waarschijnlijk op 28 September zal een parlementaire commissie van 9 perso nen uit Djakarta naar Nederland ver trekken om in het buitenland voorlich ting te gaan geven over het vraagstuk Nieuw Guinea, zoals men het in Indonesië ziet Melk Boter Kaas Bacon en vark-vlees Eieren Vlees In alle opzichten heeft de productie dus het niveau van 1938 bereikt of overschre den. Het is van belang op te merken, dat dit resultaat bereikt is met een kleinere hoeveelheid geïmporteerd veevoeder dan i in 1938, aldus een bericht van de make laars F. N. W. H. Montauban van Swyndregt De jaarlijkse selectiewedstrijden voor het landskampioenschap grimeren 1950 zullen dit jaar worden gehouden op 8 October te Deventer, 15 October te Gro ningen, 22 October te Rotterdam, 29 October te Tilburg en 5 November te Sitard. De finale is vastgesteld op 19 Nov. te Amsterdam, De deelnemers moeten een verplicht en een vrij type grimeren. Het verplichte type bestaat dit jaar uit de bekende historische figuur „Karei I". Leidende Zweedse papierfabrikanten hebben besloten hun prijzen voor pak papier met gemiddeld 15 per ton en voor boterhammenpapler met 16 per ton te verhogen. Deze prijsverhogingen, die overeenkomen met de hogere prijzen van cellulose, zullen niet voor het einde van 't jaar berekend worden. Terzelfder- tijd verklaarden Zweedse cellulose produ centen dat zij hun prijzen voor het vierde kwartaal in de Ver. Staten met 25 tot 35 per ton verhoogd hebben. Op de gisteren gehouden wolveiling te Kaapstad waren de prijzen vijf tot tien percent lager, dan die welke op de veiling van Dinsdag vorige week werden ge maakt. JJit alle delen des lands komen de dames per diesel en per auto, om de nationale show van Metz te zien in Victoria te Amsterdam. Waarom is deze show zo nationaalDit is iets ivat wij ons zelf afvragen bij het binnendrommen van de ontelbare bezoekers die deze show verkie zen, alle internationale stromingen ten spijt. Want in de getoonde model len herkennen we wel de grote lijn van de stromingen, maar uiteindelijk zijn ze zo vrijgevochten van kleur en snit, dat alleen het zelfbeivuste Nederland zich deze kan permitteren. We zien de jonge huisvrouw, in de ochtendstond gehuld in een groen geray- eerde peignoir, die volkomen aan een mantel doet denken, breed uitlopende schouderkraag met zwarte bont gegar neerd en een vlotte kazuifelrug om haar vroege vaardigheid te accentueren. Voor het vrouwje in de wittebroods weken is de peignoir van oudrose wol, de wijde mouwen afgezet met Chinees gallon. Heeft zij misschien in haar koffer het skipak van haar Zwitserse reis, een duivels lichtrood velours, brede schou derkappen, waaronder de smalle aan sluitende mouw, de ceintuur gesloten met een brede parure van glad gecise leerd zilver? En ter completering een jockeypetje, dat een applaus ontlokt? Brede schouders De brede schouderlijn uitgebouwd tot schouderkappen kenmerkt dit seizoen de modellen van Metz. Voor de over- gooiers in ruit. in uni, in grove geray- eerde stof, zelfs voor de mantels, die hierdoor een boers accent krijgen, prach tige kappen met een weloverwogen bor duursel, waarbij men wijselijk een hoofd doek lanceert. In het reiscostuum van gróve tweed ls de overvloedige ruimte verdwenen, de stof ls prachtig en practisch, de snit zake lijk en beknopt. Iets fantastischer ls het blauw-groen ensemble in flausch, de redingote met puntige schouderstukken (driehoeken die de ronde afhangende lijn onderbreken) en een vestblouse in du- vetlne met een glanzing van knopen ln donker smaragd. Wollen jurken in parel- moertinten. verklaren de sombere herfst- en wintermiddag. Ruimte is er in hel voorpand van de rok, die de heupen sluik omsluit, ruimte ln het'achterpand, dat door een panneau neervalt van de blou- sende rug. Zo was er de robe in water- blauwe dunne wol, het corsage gekruist, de smalle overslaande rok in grlekse lijn, de brede ceintuur bewerkt in goud en topaas. De klassieke dracht van dit seizoen, zwart, is niet vergeten, maar onze Hol landse couture mist het raffinement om zwart ook voor de Jeugdige vrouw aan trekkelijk te maken. Voor wat de Fran sen doen. met een „petit rlen", hebben wij een overdadige garnering nodig, en Zwart fluwelen complet met los jasje (Maison Denis, A'dam). Grote fluwelen namiddaghoed met grijze vogel. (Max Heymans). De raad van beheer der N.V. Neder- landsche Ford Automobielfabriek te Am sterdam heeft besloten aan de binnenkort te houden jaarlijkse algemene vergade ring van aandeelhouders voor te stellen een dividend-reserve te vormen ten be drage van 720.000, zijnde 12 pct. van het aandelenkapitaal der vennootschap en de raad van beheer te machtigen op een of meer tijdstippen te zijner keuze deze di videndreserve geheel ot gedeeltelijk tot uitkering te brengen. In het tijdschrift .filet Missiewerk" wordt een overzicht gegeven van het aan deel, dat Nederland heeft in het directe missiewerk. Volgens deze gegevens zijn er in Nederland 36 priesterorden en con gregaties, die zich toeleggen op het mis siewerk en tezamen als missionarissen nu in de missies werkzaam hebben 2.747 le den, waarvan 2.292 priesters, 404 broeders en 51 fraters. Uitsluitend broedercongre gaties zijn er negen, die 492 leden in de missie tewerk stelden. Zustercongregaties zijn er 59, die 2.394 leden naar de missie zonden, waarvan 62 leden van beschou wende orden. Daarnaast staan nog de lekeninstitutendie 47 leden in actieve missiedienst hebben. Er zijn 60 kerkvors ten in de missiegebieden van Nederlandse afkomst, waarvan 51 met de bisschoppe lijke waardigheid bekleed; naar hun bis dom van herkomst zijn de getallen als volgt: Utrecht 15, Breda 4, Haarlem 15, 's Hertogenbosch 15, Roermond 8, terwijl drie buiten Nederland zijn geboren. Van deze Nederlandse kerkvorsten is éen Apostolisch Internuntius, één Aposto lisch Delegaat, één Consultor van de Pro paganda Fide, één residerend aartsbis schop, negen residerende bisschoppen, ze ven en dertig Apostolisch Vicarissen, acht Apostolische Prefecten en twee Apostoli sche Administrators. Vijf van hen kregen hun emeritaat. Over de missielanden ver deeld is het één in Finland, twintig in Indonesië, 13 in Azië, vijftien ln Afrika, zeven in Centraal- en Zuid-Amerika. Wanneer wij deze getallen gaan verge lijken met andere jaren, dan zien wij een zeer grote stijging; vergeleken bij 1927 is het aantal Ned. missionarissen zelfs ver dubbeld. De grootste stijging ligt tussen 1930 en 1940. Tijdens deze tien jaren nam het aantal missionarissen toe met 2.479, een gemiddelde dus van 250 per jaar. In de periode van 1940 tot 1950 echter kwamen er slechts 454 bij, een gemiddel de van 45 per jaar. Dit kan niet uitslui tend zijn oorzaak vinden in de oorlogs jaren. In deze vijf jaren konden geen missionarissen worden uitgezonden, doch direct na de oorlog konden zij, die tijdens de oorlog hun opleiding afmaakten, wel naar de missie vertrekken; ook het feit, dat grote missiegebieden als China en tij delijk ook Indonesië voor uitzending wer den gesloten, kan geen voldoende verkla ring geven. De diepste oorzaak voor deze wel zeer scherpe neergang moeten wij ongetwijfeld zoeken in het feit, dat het aantal broeders en zusters in steeds dalende lijn gaat; het aantal priesters der missie-orden en -con gregaties stijgt nog, doch in zeer ver traagd tempo, terwijl er een achteruit gang in aantal is hij degenen, die zich op het ogenblik op het priesterschap voor bereiden. Deze daling, aldus het blad, te zamen met het feit, dat het werk in ziel zorg, onderwijs en charitatieve instellin gen in Nederland zelf beslag legt op krachten, die feitelijk voor de missie wa ren bedoeld, is de oorzaak, dat wij, on danks het feit, dat Nederland op 556 ge lovigen een missionaris telt, waarop wij met recht trots kunnen zijn, toch met bezorgdheid de toekomst tegemoet zien en ons afvragen, of Nederland zijn ere plaats in het missiewerk zal kunnen be houden, of Katholiek Nederland mis schien niet meer die gezonde voedings bodem is, waaruit missionarissen plegen voort te komen. (Van onze Limburgse redacteur) Jongens, die kellner, chef kok of bedrijfsleider in een hotel wilden worden, trok ken vroeger meestal naar het buitenland. Zij gingen in be trekking in de voorname ho tels van Berlijn, Wenen, Pa rijs, Londen of Nice en deden daar spelenderwijze de vereiste talenkennis op. Gewoonten en gebruiken van de verschillende volkeren leerden zij uit de practijk kennen. Na verloop van tijd wisten zij precies, hoe de Fransman, Duitser, Engels man of Amerikaan zijn ont bijt opgediend wil hebben. Handig balancerend wet schotels en schalen gingen zij dagelijks om met de exquise gerechten van de gerenommeerde Franse keu ken, waarop Auguste Escof- jler de onovertroffen grootmeester zijn stempel heeft gedrukt. Toen de mobilisatie kwam, gingen de grenshomen dicht. Gedurende de bezettings periode werden talloze jonge ,m Duitsland te werk gesteld. Velen doken onder. Na de bevrijding zijn hele contingenten van Nederlandse mili tairen naar Indonesië verscheept. Onder deze ongunstige omstandigheden kwam er van degelijke vakopleiding op flinke schaal weinig of niets meer terecht, zodat te>,te Meedrijven een groot tekort is ontstaan aan bekwaam en goed onder legd personeel. Het euvel is des te ernstiger, ornaat het hier een zeer belangrijke tak van indu strie betreft, want volgens de laatste sta tistische gegevens telt ons land op dit ge bied 27000 bedrijven, waarin 59000 men sen hun brood verdienen. In deze cijfers rekenen wij het personeel van de stoom vaartmaatschappijen, vliegdiensten en Wagons-Lits nog niet eens mee. Het toe risme is bovendien een altijd vloeiende bron van welvaart. Volgens een globale berekening vermeerderen de vreemdelin gen, die ons land bezoeken, het nationaal vermogen jaarlijks met 27 millioen gul den aan deviezen. De indruk, die buitenlandse gasten in de hotels opdoen, is doorgaans bepalend voor het waardeoordeel, dat zij bij een vluchtig bezoek over ons land vormen. De hotelhouder, die beschouwd mag wor den als de ambassadeur van de goodwill en de standing van het volk, waarmede de vreemdeling in aanraking komt, be kleedt derhalve een invloedrijke positie in de maatschappij. Om zijn gasten in alle opzichten te kunnen gerieven, moet hij over geschoold, karaktervast en moreel hoogstaand personeel kunnen beschikken. Want voor dit veeleisend beroep worden mannen met ruggegraat vereist! Middelbaar of hoger onderwijs Op initiatief van de vakorganisatie „H.O.C.R.E.S.", waarin de kath. werk gevers zich hebben verenigd en de Hotel- bediendenbond „St. Antonius", welke de werknemers in dit beroep omvat, is de Stichting „Katholieke Middelbare Hotel vakschool te Maastricht" opgericht. Deze Stichting heeft het deftige hotel „Du Lévrier et de l'Algle Noir" in de Lim burgse hoofdstad gehuurd met de bedoe ling daarin een instituut te vestigen ter vorming van leidinggevend personeel ln het hotel-, café- en restaurantbedrijf. Daartoe is dit gebouw, dat uit twee ge deelten bestaat, uitermate geschikt. De achterbouw wordt tot internaat ingericht. In het voorste gedeelte wordt het be drijf op dezelfde voet als voorheen voort gezet, doch gedurende de winter moet de capaciteit enigermate worden ingekrom pen. In de zomermaanden zwermen de leerlingen naar diverse bedrijven uit om daar practische ervaring op te doen. Terwijl de opleiding aan de vakschool van Horecaf te Den Haag bestaat uit een negen-maanden-cursus, zal daartegen over de Maastrichtse school een opleiding geven, welke drie jaren duurt. Zij zal dan ook zeker niet onderdoen voor die van de instituten in het buitenland, zoals Lausanne, Koksyde (België) of Grenoble, welke eveneens een meerjarige cursus hebben. Drie richtingen De candidaten moeten minstens in het bezit van een Mulo-diploma zijn. Van degenen, die reeds aangenomen werden hebben meerderen de H.B.S. of het gym nasium doorlopen. Een van hen is zelfs op de universiteit geweest. Zij moeten een gunstig medisch attest kunnen over- leggen en zijn verplicht zich aan een psy chotechnisch onderzoek te onderwerpen, waarbij zij speciaal op hun' geschiktheid voor dit beroep worden gekeurd. Zij be hoeven niet katholiek te zijn, doch moe ten een godsdienstige en beginselvaste levensovertuiging hebben. Vijf van de dertig leerlingen, waarmede de vakschool Donderdag a.s, start, behoren tot ander kerkgenootschap. Na hün eerste studiejaar kunnen de leerlingen drie richtingen uit: zij' mogen kiezen tussen een opleiding tot chef-kok, oberkellner of bedrijfsleider. Niettegen staande deze drieledigheid wórdt bij de opleiding zoveel mogelijk naar een all round-vorming gestreefd, waarmede men tevens doelbewust wil bereiken dat de traditionele naijver tussen koks als witkielen enerzijds en kellners als zwart rokken anderzijds voorkomen wordt Aan beide partijen wordt begrip voor elkan ders bezigheden èn moeilijkheden bij gebracht. Leerprogramma De vaktechnische hoofdvakken: keu- kenleer en serveerkunde vormen de voor- sste gangen van het wetenschappelijk menu dat de studenten in „Du Lévrier krijgen voorgezet. Door gespecialiseerde vaklieden worden ztj bovendien onder wezen in ontleedkunde, warenkennis, tex tiel, verwarming, verluchtingsleer enz. Ook wordt hun technisch inzicht in de diverse te gebruiken materialen bijge bracht. Verder vermeldt het rooster lessen in vreemde talen en practische handels wetenschappen zoals boekhouden, han delstekenen, economie, zakenmoraal, sociologie, organisatiewezen en experi mentele psychologie. En dan niet te ver geten: geschiedenis en aardrijkskunde. Aan de culturele vorming wordt zeer veel aandacht besteed. Uit dit uitgebreide leerprogramma valt de wezenlijke betekenis van de nieuwe vakschool af te leiden. De instelling, die een universitair karakter draagt, bedoelt haar studenten niet alleen tot volwaar dige vaklieden op te leiden, doch hun tevens voor het verdere leven een ge degen persoonlijkheidsvorming mee te geven, welke hen in staat stelt het amu sementsleven en vreemdelingenverkeer beheersend te beïnvloeden. Beroepskerstening Herhaalde malen heeft Z.H. de Paus op de z.g. beroepskerstening aangedrongen. Want het grootste gedeelte van hun leven brengen de meeste mensen niet in gezin of kerk, doch op kantoor magazijn, in klaslokaal, hotel, fabriek enz door. Het geloof moet het beroep, dat 'zü uitoefe nen, doordesemen Wanneer dit niet meer het geval mocht zijn moet het opnieuw gekerstend worden. Vergeten wij niet, dat 70 van alle Nederlandse hotel-, café- en restaurantbedrijven in katholieke han den zijn De leerlingen, die deze vak school doorlopen hebben, moeten door drongen zijn van de chnstelijke geest. Daarom werd de leiding in handen van een priester gelegd. De zeereerw. heer J. Spronck, tot dusver kapelaan aan de St. Hubertuskerk te Maastricht, is tot direc teur benoemd. Als Limburgs adviseur van H.O.C.R.E.S, heeft hij drie jaar lang op intense wijze kennis genomen van de ge dachten en problemen, welke de hotel houders en restaurateurs momenteel bezig houden. Onder zijn leiding wordt op deze vakschool het goede zaad uitge strooid, dat later voor dit beroep vruch ten zal afwerpen. In aanwezigheid van kerkelijke en wereldlijke autoriteiten en vooraanstaan de vertegenwoordigers van het bedrijfs leven zal de Maastrichtse Middelbare Hotelvakschool, die onder de< daadwerke lijke sympathie van het Bisdom van Roermond, gemeente en provincie en per soonlijke belangstelling van de minister van O., K. en W. tot stand is gekomen. Donderdag 28. September a.s. officieel ge opend worden. Breitschwanz kap, met in de klep en bol bruin fluweel gedrapeerd, samengehouden door juwelen clip. (Hoed Max Heymans, A'dam; col lier en clip Roger Scemama, Paris), (Max Heymans), blijven we in het sobere, dan lijkt had ons armoedig. Neen in de lichte en tedere kleuren» het turkoois groen en wisselend blauwt in de openvallende cocktailrok, waaron der zwart fluweel in de matelas robe van gnsperle, de robe in koningsblauw met Stuartkraag en getrokken heupceintuur, de felle kleuren der korte en aangesloten jasjes, vooral in het bijzondere papaver rood. de vesten en blouses ln goudkleurig velours, afgezet met zwart en gitborduur sel, geïnspireerd op de donkere zigeuners en hun zuidelijk melancholie, ligt do kracht en de charme van deze zo op zich zelf staande Nederlandse couture. Even kwam in deze show de Franse geest boven in de witte jurk „Marquise", kostbare kant over rokken van satijn, om plotseling naar eigen aard en wezen te besluiten met een avondtoilet van robijnrode satijn, de heupen en panier, de rok even slepend, het slanke corsage tot halverwege bedekt met de arabesken Van een rouwzwarte guipure. Op de hoedenshow van Max Heymane showt Madame Denis, Haute Couture mede. Deze ingenieuze vrouw, heeft zich begraven in een berg fluweel, niet he* velours chiffon, dat wij al jaren eer biedigen, neen, in heit stoere, rijke. Utrechtse fluweel, waarvan de glans vereeuwigd is op menig oud schilderij in de musea. En Dora van de Ven, Tilburg, heeft haar bontjassen afgestaan, enkele exem plaren uit de grote collectie, de koffie bruine hermelijn en princesse, de klas sieke nerz, de persianer, soepel en vlot in grove krul, grote puntige kragen, waarin men wegduikt, de lange stola van poolvos, wit als de eeuwige sneeuw om het witte uitgebogen avondkapje van veertjes te accentueren. We beginnen met een simpele cloche ini breitschwanz, klein randje, de Chamber lain parapluiestok ook in hetzelfde bont. Een steekje in reebruin met een gegolfd randje is omwonden met een sluier in tweekleurig voile ninon, om de kin ge strikt. Bij de tailleur in driekwart en dit keer tweed in geel en groen, grote re vers in wolf naturel, wordt een tam- bourijntje gedragen in bleek abrikoo» met donkere veergarnering. Chinees geïnspireerd Heymans brengt veel suikerbroodjes, niet puntig, doch met hoge, afgeplatte, gedeukte of getrokken bol. Soms is het randje in onregelmatige lijn. Meestal lint of veergarnering. Ook wel een en kele clip in strass, een Frans byou. Da kleine toque in jade heeft zijvleugels, grof goud geborduurd, aan de korte kant een kokarde. T' Zwart wollen middagjapon, van voren tailleur, van achteren met los pand (Jeanne Lafaurie, Paris). Breitschwanz ensemble, hoed en mof, witte handschoenen. De platte fluwelen hoedjes hebben vaak een Chinees accent. Zij zijn versierd met aigrettes, reigerveren, een waaiertje van gekortwiekte pauwenpluimen, met reser- ve aangebracht. Bij de goudbruine tail leur in fluweel, strakke rok, hoog inge zette kapmouwen, wordt een smalle beige toque gelanceerd met een wulvenda kokarde in blauwvos. Er ls zelfs een cloche in wit vilt, met neervallende rand even geplooid, zwart omboord en zwart omstrikt, en een toque in wit fluweel, met de etherische vleugels van ivoor kleurige sprieten aan belde zijden. Bij avond- en cocktaildracht gro*» hoeden. Napoleonsteek, fluweel oaa» boord, als cocarde flonkerend fluweel bij zwart fluwelen ensemble, met geestige grote manchet van marter. Kostbare hoeden in warme tinten dlP echter wat model betreft nog al eens i# herhaling vallen. HENRIETTE C. N. 12.33

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1950 | | pagina 4