Bewapening en veiligheid
Moeilijke groei der eenheid
Nieuw-Guinea vertrouwt alleen
op de Nederlanders
Moeilijkheden voor medische
studenten
Zelfbewuste
mode
Nederlands aandeel in het
Missiewerk
De hotelierambassadeur van de
goodwill van ons volk
Wij zagen de shows Metz en
Heymans
Te Maastricht wordt een Middelbare
Hotelvakschool geopend
Postzegels en
vliegtuigen
Salazar bezoekt Franco
Nooit meer een
Indonesisch bestuur
Dreigende verpaupering van medische stand
SEPTEMBER 1950
„Inboedel" van A.O.A. werd
overgedragen
HANDEL V. S. EN OOST
EUROPA
In Juli gestegen
DUITS CONSULAAT IN
AMSTERDAM
DEENSE UITVOER VAN
ZUIVEL- EN VEETEELT
PRODUCTEN
Productie boven niveau van
1938
PAGINA
Emigratie
Indonesië stuurt
propagandisten
WIE GRIMEERT „KAREL I"
HET BEST?
ZWEEDSE PAPIERPRIJZEN
HOGER
LAGERE WOLPRIJZEN
TE KAAPSTAD
NEDERL. FORD VORMT
DIVIDENDRESERVE
OP 556 GELOVIGEN EEN
MISSIONARIS
Echter sterke daling in de
roepingen
Hoeden, bont en fluweel
'tls al bewapening, wat de klok slaat!
Werkelijk een immens verschil met de
periode tussen de twee wereldoorlogen,
toen mtwapening de grote leuze was.
Met een zekere hilariteit zag men toen
maals in het zo gezaghebbende Parijse
blad, de „Temps" (tegenwoordig de „Mon
de" geworden) soms tweemaal per week
een hAfdartikel verschijnen met de al
tijd onveranderd weerkerende titel „Le
désarmement", afgewisseld me* 'n tweede
reeks, ook met een onveranderbare titel:
„La sécurité" (de veiligheid).
Er is echter ook één grote overeen
komst: noch toen noch nu weet men pre
cies, hoe men de overheersende gedachte
kan en zal verwezenlijken. Evenmin als
men tussen 1918 en 1939 een duidelijk idee
had, hoe men de ontwapening tot stand
kon brengen, heeft men than, een uitge
werkt program om een waarlijk doeltref
fende Europese bewapening in elkaar te
zetten. Waarbij men evenwel nu dit voor
deel heeft, dat het makkelijker valt de
bewapening uit te breiden dan haar lo
gisch er. universeel te beperken, zonder
de werkelijke veiligheid van een land
en derhalve van de gehele wereld in ge
vaar te brengen.-
We zullen allerminst beweren, dat we
momenteel een volkomen ongeordende
herbewapening doormaken; maar aan de
echte coördinatie van een Atlantisch of
zelfs Europees leger zijn we nog lang
niet toe. De gedachte bijv. dat de Neder
landse divisies in de Vogezen zouden
staan, en laten we de uiterste conse
quentie van 'n Europese verdediging ne
men de Spaanse troepen tussen IJssel en
Elbe, is voorlopig nog geen gemeengoed
van de Europeaan. En wat te denken van
de mogelijkheid, welke in de practijk toch
denkbaar zou zijn, om de Fransen in ge
val van een oorlog in Duitsland en de
Duitsers in Frankrijk in slagorde te stel
len!
Men vindt het heel natuurlijk, da* de
Verenigde Staten en de Canadezen, de
Zuid-Afrikanen en de Australiërs naar de
•lagvelden van Europa komen; dat is
reeds in twee oorlogen gebeurd: men be-
■eft, dat zij binnen de grenzen van ons
werelddeel hun eigen land verdedigen.
En we hebben zelfs enig bewustzijn ge
kregen, dat op Korea iets meer verdedigd
wordt dan Z -id-Korea alleen. Maar dat
een Europees, of juister nog een Atlan
tisch leger niet precies is gebonden aan
de geboortegrond van de afzonderlijke
divisies is een stelling, welke er nog met
in wil. Wij zullen gemakkelijker 'n strijd
macht naar Korea zenden om daar tegen
de communistische agressie te strijden
dan dat wij diezelfde soldaten voor het
zelfde doel naar de Vogezen zouden stu
ren. Wat bewijst, dat er helaas nog wei
nig Europees besef in West-Europa leeft
Hetzelfde geldt, zodra de kwestie van
de herbewapening van Duitsland aan de
orde komt. Wij menen niet te overdrij
ven, als we neerschrijven, dat alle opper
bevelhebbers en alle staatslieden van welk
land van de Atlantische gemeenschap ook
in "t diepst van hun zielen absoluut over
tuigd zijn van de onontkoombare noodza
kelijkheid om West-Duitsland actief in 't
plan der Europese verdediging in te scha
kelen. Maar zodra het op de bestudering
aankomt van de wijze waarop deze in
nerlijke overtuiging in de practijk van
het internationale leven kan worden om
gezet, schrikken allen, zelfs de Ameri
kanen, voor de consequenties van hun ze
kerheid terug. De een is wat voortvaren
der dan de ander, maar allen worden toch
beheerst door een onmiskenbare, vage
angst voor een Duits leger.
Wij zullen niet ontkennen, dat het ver
leden nog steeds drukt. De ervaringen,
welke men in een eeuw tijde met de ver
schillende Duitslanden, van Bismarck,
Wilhelm II en Hitier, heeft opgedaan, zijn
inderdaad niet bijzonder aanmoedigend.
Maar de harde realiteit dwingt. Als men
West-Europa aan de Elbe wil verdedigen,
zoals uit de garantie, welke de grote Wes
telijke Drie aan Adenauer hebben gege
ven, duidelijk blijkt, dan is de vraag of
West-Europa daartoe in staat is. volko
men gerechtvaardigd.
Tijdens de besprekingen, welke op het
ogenbli'- tussen de ministers van buiten
landse .ken en van defensie van de Ver
enigde Staten, Engeland en Frankrijk aan
de gang zijn, hebben Acheson en generaal
Marshall aan hun collega's tamelijk rond
uit, al was de formulering heel voorzich
tig, de vraag gesteld: „Kunt ge ons waar
borgen, dat ge met de strijdkrachten, wel
ke ge hebt; welke ge in elk geval binnen
enkele maanden zult hebben, in staat zult
zijn een eventueel offensief uit het Oos
ten te weerstaan? Zo ja, dan zullen we
niet aandringen en zeer gewillig er van
afzien u Duitse versterkingen op te drin
gen".
Het is goed, dat dit probleem wordt
opgeworpe door een man met het gezag
van een generaal Marshall. Men heeft de
indruk, dat de Engelsen langzaam aan
voor de Amerikaanss gedachtengang wor
den gewonnen, maar de Fransen wijzen
hem nog steeds af. Bij hen is de angstvoor
een herbewapend Duitsland nog zo sterk,
dat z'i het boven het uit het Casten ko
mende communistische gevaar schijnen te
stellen. Zij hebben een eigen oplossing
voor het moeilijke geval: zij wensen een
federatief Duitsland (maar dan met een
zeer losse federatie' met elke staat een
eigen legertje, die dan alle. maar ieder
afzonderlijk in een Europees leger zouden
worden opgenomen. Voor een deel is de
gedachte aan een zodanige federatie door
de feiten reeds acht irhaald; Duitsland is
nu eenmaal historisch tot een eenheid ge
groeid, zodat de gehele oplossing tamelijk
fantastisch lijkt.
Het schijnt, dat Frankrijk hardnekkig
blijft, maar waarschijnlijk zal te New
York wel zo'n druk worden uitgeoefend,
dat het een eind weegs, echter verder
dan de 30,000 politiemannen, zal moeten
toegeven; als het op het „gijt ge in staat?"
geen afdoend nntwoc 1 kan geven.
Gistermiddag om drie uur Ned. tijd
stapten vier gezagvoerders van vlieg
tuigen der American Overseas Airlines
tijdens hun vlucht over de Atlantische
Oceaan de passagierscabines van hun toe
stellen binnen en hingen daar een bordje
op, waarop stond te lezen: „Dit vliegtuig
was het eigendom van de A.O.A. en be
hoort van dit ogenblik af aan 'de Pan
American World Airways'. Op hetzelfde
ogenblik overhandigde ergens in New-
York een vertegenwoordiger van de P. A.
A. een cheque ter waarde van 17% mil-
lioen dollar aan de directie van A.O.A.,
waarmede de American Overseas Airlines
een feit was.
De „inboedel" van de A.O.A., die ge
heel gespecificeerd aan de Pan American
Worlds Airways werd overgedragen, va
rieert van postzegels van 3 cent tot vlieg
tuigen van 1% millioen dollar.
He Amerikaanse uitvoer naar de Sov
jet-Unie en andere Oost-Europese lan
den had in Juli j.L een waarde van 11.6
millioen dollars tegen 9 millioen dollars
in Juni.
De invoer van de Ver. St. uit deze
landen beliep in Juli 12.5 millioen dollar
tegen 11.1 millioen dollar in Juni. De in
voer omvatte bont, fabrikaten, mangaan
en chroom.
Het staat thans vast, dat het Duitse
consulaat-generaal voor Nederland In
Amsterdam zal worden gevestigd.
De Portugese premier, dr Antonio
Salazar, brengt incognito een bezoek aan
Spanje, aldus werd gisteren te Madrid
vernomen. Hij verblijft als gast van gene
raal Franco in het landhuis van de gene
raal nabij La Coruna.
In politieke kringen gelooft men, dat
het bezoek verband houdt met de aan
staande besprekingen in de Algemene
Vergadering der V.N. over de kwestje-
Spanje en met een eventuele opneming
van het land in het kader van het
Atlantisch-Pact.
Maandagmiddag hebben Balazar en
generaal Franco tezamen met de Spaanse
minister van buitenlandse zaken. Martin
Artajo en de Spaanse ambassadeur te
Lissabon, Nicolas Franco, een bezoek ge
bracht aan de kustbatterijen op de berg
San Spedro. Men verwacht, dat Salazar
tot Woensdag in Spanje zal blijven. Over
de besprekingen bewaart men het stil
zwijgen.
De exportcijfers van de voornaamste
Deense veeteelt- en zuivelproducten ge
durende het tijdvak Januari tot Augustus
1950 waren als volgt:
Jan./Aug. '50 Jan./Aug. '49
Boter 105.161 93.489 ton
Kaas 26.244 19.510
Eieren 65.767 56.790
Bacon en
varkensvlees 123.965 52.991
Vee 154.474 63.695 stuks
De uitvoer heeft thans het vooroorlogs
peil bereikt en in sommige gevallen zelfs
overschreden. Men dient hierbij echter
rekening te houden, dat in Denemarken
boter nog steeds gerantsoeneerd is, wat
betekent, dat de boterexport per jaar
circa 15.000 ton hoger is dan deze anders
zou zijn geweest.
De productiecijfers voor het eerste half
jaar 1950 waren als volgt (maandelijks
gemiddelde in millioen kilo's):
Jan./Juni Jan./Juni Gedurende
1950
1949
1938
450
394
452
14.8
12,5
15,8
4.7
5.4
2.9
28.4
19.2
25,8
13.3
11.6
10.3
13.2
9.5
14.1
„Als er een plebisciet werd gehou
den onder het volk van Nieuw-Guinea
onder welk bestuur het wil komen:
Indonesisch of Nederlands, dan zou
een overstelpende meerderheid voor
Nederland bewijzen, dat wij van de
Indonesiërs niets willen weten. Wat
een Indonesisch bestuur is, hebben we
leren kennen in de oorlogsjaren. Het
geen we toen te verduren hadden, zijn
wij nog niet vergeten. Een Indonesisch
bestuur wensen wij nooit meer".
Aldus ongeveer verklaarde voor de
De medische studenten maken zich
reeds lang zorgen. De colleges zijn
overbevolkt en het contact met de do
centen is slechts gereduceerd tot college
uren en examens en tentam.ina. De
universiteiten dreigen wetenschapsfa-
brieken te worden, waar ieder een
nummer is en op zijn beurt moet wach
ten om bepaalde „voorrechten" te ge
nieten, want het ziet er tegenwoordig
naar uit, dat de vereiste co-assistenten
opleiding een weelde wordt. Daarom
haasten de medische studenten zich om
op de wachtlijst te worden gezet om
ergens een persoonlijke voorkeur
speelt geen rol meer de vereiste op
leiding te kunnen krijgen.
Op 7 December 1948 richtte het Ver
bond van Medische Faculteiten in Neder
land, een verbond dat meer leden telt dan
de Kon. Ned. Mij. ter Bevordering der
Geneeskunst, zich met een adres tot de
leden van de Tweede Kamer, waarin het
wees op de onrustbarende omstandigheid
waarin het medisch onderwijs aan de
universiteiten was geraakt. Overvolle
collegezalen schaden het contact tussen
docent en student; doordat niet allen een
plaats kunnen krijgen in deze zalen wordt
het onderwijs geschaad. Aangezien de
studenten vaak reeds een uur voor de
aanvang van het college aanwezig moe
ten zjjn, willen zij een redèlijke plaats
veroveren om het onderwijs te volgen,
wordt veel tijd verloren en nog komt het
dan voor, dat niet allen in de zaal kun
nen plaats nemen en dus moet het col
lege worden gemist.
Van de andere kant is de contröle
op de kennis van de medische studen
ten zeer onvoldoende wegens de on
evenredige verhouding van het aantal
studenten en docenten. Van weten
schappelijk werk kan vaak geen sprake
zijn De wetenschappelijke staf wordt
in het algemeen zeer slecht gesala
rieerd, waardoor het onmogelijk is om
een gezin te stichten, als men niet door
anderen financieel wordt geholpen-
Situaties zoals die in Oostenrijk en
W.-Duitsland voorkomen, waar artsen als
ijscoman en tuinman worden tewerk
gesteld wegens de systematische over
productie van medici, moeten een vol
doende waarschuwing zijn om hier
zulke wantoestanden te introduceren.
Van de zijde van officiële instanties
moet gewezen worden op de moeilijkhe
den die aan de medische studie zijn ver
bonden. Door een scherpe selectie tracht
men nog enigszins de bestaansmogelijk
heid voor de arts te verzekeren. In het
studiejaar 1948-49 werd 45% pct der stu
denten afgewezen voor het propaedeutisch
examen en 16% pct. voor het artsexamen
2de gedeelte. De duur van de studie is
voor het merendeel van de studenten
komen te liggen op negen jaar of langer
Slechts 67,6 pct. van de medische studen
ten voleinden hun studie in minder dan
elf jaar.
In verband met deze toestanden be
studeert men de emigratiemogelijkheden
van jonge medici. Deze zijn echter nog
gering Naar aanleiding van de rede
die minister Stikker op de 225ste verga-
derin® der Ver. Naties uitsprak en waar
in hij o.m. opmerkte dat de Nederlandse
universiteiten en hogescholen jaarlijks
een groot aantal goedgetrainde technici
afleveren, die in het buitenland te werk
kunnen worden gesteld, heeft het Ver
bond van Medische Studenten zich tot de
permanente vertegenwoordiger van Ne
derland bjj de Ver. Naties gericht betref
fende de mogelijkheden tpt werkzaam
heid van Nederlandse artsen binnen dit
plan. Maar als antwoord kreeg het, dat
de plannen in een zeer weinig gevorderd
stadium verkeerden.
Het onderzoek da. prof. Goudriaan
heeft ingesteld naar mogelijkheden in
Zuid-Afrika, leverde ook niet veel op.
De toestand aldaar wordt beheerst door
de neiging tot bescherming van de aanwe
zige nationale artsenstand.De enige moge
lijkheid is wellicht emigratie naar Zuid-
Afrika na het doctoraalexamen, waarna
de studie aldaar in drie jaar zou kunnen
worden voltooid.
De toestand in de U.S.A. is nog niet
geheel duidelijk. In Februari van dit jaar
werd daar de opmerking gelanceerd om
studenten en afgestudeerden in 't buiten
land dezelfde rechten te verlenen als de
Amerikanen. In verband hiermede zijn
enkele vertegenwoordigers naar Amerika
vertrokken om dit vraagstuk aldaar ver
der te bestuderen.
pers In Den Haag de heer N, Jouwe, poli
tiek vertegenwoordiger hier te lande
van het volk van Nieuw-Guinea. En met
klem van woorden betoogde hij, dat dit
volk, hoe onontwikkeld het dan nog
moge zijn, verstandig genoeg is om veilig
zijn vertrouwen te kunnen stellen in
Nederland. Die keuze dateert al van 1944,
direct na de bevrijding. En ze is duide
lijk gebleken irt de tijd nadien, toen de
bevolking zelve de geïnfiltreerde benden
uit Indonesië opspoorde en uitleverde.
Wij zijn Papoea's, zeide de heer Jouwe,
en bovendien in meerderheid Christe
nen. Wij willen als volk blijven voortbe
staan en niet ondergaan in het mil-
lioenenvolk der Indonesiërs, die voor het
grootste deel Islamietisch zijn.
Spr. bepleitte, dat Australië en Neder
land zullen samenwerken in het belang
van de Papoea's opdat er op den duur
één staat zal komen van geheel Nieuw-
Guinea samen met Melanesië en Poly
nesia.
Over het sultanaat van Tidore, waar
toe N.-Guinea lange jaren heeft be
hoord, zeide de heer Jouwe, dat dit nim
mer iets deed voor de vooruitgang.
Het aantal aanhangers van Indonesië
onder de Irianen schatte spr. niet hoger
dan een goede vijfduizend. En daar
tegenover staan de honderdduizenden
anderen, Protestanten, Katholieken en
evenzeer de Mohammedanen, die slechts
een Nederlands bewind wensen.
Deze wens zullen zij bekend metken
onder de volken van het Westen en
daartoe komen over enkele dagen de
heren Ariks, Kasiepo en Abdullah Arfan
in Nederland aan. Zij zullen mét de heer
Jouwe hun belangen bepleiten. Op Ne
derland is hun vertrouwen gesteld, zij
hopen, dat Nederland dit vertrouwen zal
belonen.
Intussen zit Indonesië ook niet stil.
Waarschijnlijk op 28 September zal een
parlementaire commissie van 9 perso
nen uit Djakarta naar Nederland ver
trekken om in het buitenland voorlich
ting te gaan geven over het vraagstuk
Nieuw Guinea, zoals men het in Indonesië
ziet
Melk
Boter
Kaas
Bacon en
vark-vlees
Eieren
Vlees
In alle opzichten heeft de productie dus
het niveau van 1938 bereikt of overschre
den. Het is van belang op te merken, dat
dit resultaat bereikt is met een kleinere
hoeveelheid geïmporteerd veevoeder dan
i in 1938, aldus een bericht van de make
laars F. N. W. H. Montauban van
Swyndregt
De jaarlijkse selectiewedstrijden voor
het landskampioenschap grimeren 1950
zullen dit jaar worden gehouden op 8
October te Deventer, 15 October te Gro
ningen, 22 October te Rotterdam, 29
October te Tilburg en 5 November te
Sitard.
De finale is vastgesteld op 19 Nov. te
Amsterdam, De deelnemers moeten een
verplicht en een vrij type grimeren.
Het verplichte type bestaat dit jaar uit
de bekende historische figuur „Karei I".
Leidende Zweedse papierfabrikanten
hebben besloten hun prijzen voor pak
papier met gemiddeld 15 per ton en
voor boterhammenpapler met 16 per
ton te verhogen. Deze prijsverhogingen,
die overeenkomen met de hogere prijzen
van cellulose, zullen niet voor het einde
van 't jaar berekend worden. Terzelfder-
tijd verklaarden Zweedse cellulose produ
centen dat zij hun prijzen voor het vierde
kwartaal in de Ver. Staten met 25 tot
35 per ton verhoogd hebben.
Op de gisteren gehouden wolveiling te
Kaapstad waren de prijzen vijf tot tien
percent lager, dan die welke op de veiling
van Dinsdag vorige week werden ge
maakt.
JJit alle delen des lands komen de dames per diesel en per auto, om de
nationale show van Metz te zien in Victoria te Amsterdam.
Waarom is deze show zo nationaalDit is iets ivat wij ons zelf afvragen
bij het binnendrommen van de ontelbare bezoekers die deze show verkie
zen, alle internationale stromingen ten spijt. Want in de getoonde model
len herkennen we wel de grote lijn van de stromingen, maar uiteindelijk
zijn ze zo vrijgevochten van kleur en snit, dat alleen het zelfbeivuste
Nederland zich deze kan permitteren.
We zien de jonge huisvrouw, in de
ochtendstond gehuld in een groen geray-
eerde peignoir, die volkomen aan een
mantel doet denken, breed uitlopende
schouderkraag met zwarte bont gegar
neerd en een vlotte kazuifelrug om
haar vroege vaardigheid te accentueren.
Voor het vrouwje in de wittebroods
weken is de peignoir van oudrose wol,
de wijde mouwen afgezet met Chinees
gallon. Heeft zij misschien in haar koffer
het skipak van haar Zwitserse reis, een
duivels lichtrood velours, brede schou
derkappen, waaronder de smalle aan
sluitende mouw, de ceintuur gesloten
met een brede parure van glad gecise
leerd zilver? En ter completering een
jockeypetje, dat een applaus ontlokt?
Brede schouders
De brede schouderlijn uitgebouwd tot
schouderkappen kenmerkt dit seizoen
de modellen van Metz. Voor de over-
gooiers in ruit. in uni, in grove geray-
eerde stof, zelfs voor de mantels, die
hierdoor een boers accent krijgen, prach
tige kappen met een weloverwogen bor
duursel, waarbij men wijselijk een hoofd
doek lanceert.
In het reiscostuum van gróve tweed ls
de overvloedige ruimte verdwenen, de
stof ls prachtig en practisch, de snit zake
lijk en beknopt. Iets fantastischer ls het
blauw-groen ensemble in flausch, de
redingote met puntige schouderstukken
(driehoeken die de ronde afhangende lijn
onderbreken) en een vestblouse in du-
vetlne met een glanzing van knopen ln
donker smaragd. Wollen jurken in parel-
moertinten. verklaren de sombere herfst-
en wintermiddag. Ruimte is er in hel
voorpand van de rok, die de heupen sluik
omsluit, ruimte ln het'achterpand, dat
door een panneau neervalt van de blou-
sende rug. Zo was er de robe in water-
blauwe dunne wol, het corsage gekruist,
de smalle overslaande rok in grlekse lijn,
de brede ceintuur bewerkt in goud en
topaas.
De klassieke dracht van dit seizoen,
zwart, is niet vergeten, maar onze Hol
landse couture mist het raffinement om
zwart ook voor de Jeugdige vrouw aan
trekkelijk te maken. Voor wat de Fran
sen doen. met een „petit rlen", hebben
wij een overdadige garnering nodig, en
Zwart fluwelen complet met los
jasje (Maison Denis, A'dam). Grote
fluwelen namiddaghoed met grijze
vogel. (Max Heymans).
De raad van beheer der N.V. Neder-
landsche Ford Automobielfabriek te Am
sterdam heeft besloten aan de binnenkort
te houden jaarlijkse algemene vergade
ring van aandeelhouders voor te stellen
een dividend-reserve te vormen ten be
drage van 720.000, zijnde 12 pct. van het
aandelenkapitaal der vennootschap en de
raad van beheer te machtigen op een of
meer tijdstippen te zijner keuze deze di
videndreserve geheel ot gedeeltelijk tot
uitkering te brengen.
In het tijdschrift .filet Missiewerk"
wordt een overzicht gegeven van het aan
deel, dat Nederland heeft in het directe
missiewerk. Volgens deze gegevens zijn
er in Nederland 36 priesterorden en con
gregaties, die zich toeleggen op het mis
siewerk en tezamen als missionarissen nu
in de missies werkzaam hebben 2.747 le
den, waarvan 2.292 priesters, 404 broeders
en 51 fraters. Uitsluitend broedercongre
gaties zijn er negen, die 492 leden in de
missie tewerk stelden. Zustercongregaties
zijn er 59, die 2.394 leden naar de missie
zonden, waarvan 62 leden van beschou
wende orden. Daarnaast staan nog de
lekeninstitutendie 47 leden in actieve
missiedienst hebben. Er zijn 60 kerkvors
ten in de missiegebieden van Nederlandse
afkomst, waarvan 51 met de bisschoppe
lijke waardigheid bekleed; naar hun bis
dom van herkomst zijn de getallen als
volgt: Utrecht 15, Breda 4, Haarlem 15,
's Hertogenbosch 15, Roermond 8, terwijl
drie buiten Nederland zijn geboren.
Van deze Nederlandse kerkvorsten is
éen Apostolisch Internuntius, één Aposto
lisch Delegaat, één Consultor van de Pro
paganda Fide, één residerend aartsbis
schop, negen residerende bisschoppen, ze
ven en dertig Apostolisch Vicarissen, acht
Apostolische Prefecten en twee Apostoli
sche Administrators. Vijf van hen kregen
hun emeritaat. Over de missielanden ver
deeld is het één in Finland, twintig in
Indonesië, 13 in Azië, vijftien ln Afrika,
zeven in Centraal- en Zuid-Amerika.
Wanneer wij deze getallen gaan verge
lijken met andere jaren, dan zien wij een
zeer grote stijging; vergeleken bij 1927 is
het aantal Ned. missionarissen zelfs ver
dubbeld. De grootste stijging ligt tussen
1930 en 1940. Tijdens deze tien jaren nam
het aantal missionarissen toe met 2.479,
een gemiddelde dus van 250 per jaar.
In de periode van 1940 tot 1950 echter
kwamen er slechts 454 bij, een gemiddel
de van 45 per jaar. Dit kan niet uitslui
tend zijn oorzaak vinden in de oorlogs
jaren. In deze vijf jaren konden geen
missionarissen worden uitgezonden, doch
direct na de oorlog konden zij, die tijdens
de oorlog hun opleiding afmaakten, wel
naar de missie vertrekken; ook het feit,
dat grote missiegebieden als China en tij
delijk ook Indonesië voor uitzending wer
den gesloten, kan geen voldoende verkla
ring geven.
De diepste oorzaak voor deze wel zeer
scherpe neergang moeten wij ongetwijfeld
zoeken in het feit, dat het aantal broeders
en zusters in steeds dalende lijn gaat; het
aantal priesters der missie-orden en -con
gregaties stijgt nog, doch in zeer ver
traagd tempo, terwijl er een achteruit
gang in aantal is hij degenen, die zich op
het ogenblik op het priesterschap voor
bereiden. Deze daling, aldus het blad, te
zamen met het feit, dat het werk in ziel
zorg, onderwijs en charitatieve instellin
gen in Nederland zelf beslag legt op
krachten, die feitelijk voor de missie wa
ren bedoeld, is de oorzaak, dat wij, on
danks het feit, dat Nederland op 556 ge
lovigen een missionaris telt, waarop wij
met recht trots kunnen zijn, toch met
bezorgdheid de toekomst tegemoet zien
en ons afvragen, of Nederland zijn ere
plaats in het missiewerk zal kunnen be
houden, of Katholiek Nederland mis
schien niet meer die gezonde voedings
bodem is, waaruit missionarissen plegen
voort te komen.
(Van onze Limburgse redacteur)
Jongens, die kellner, chef
kok of bedrijfsleider in een
hotel wilden worden, trok
ken vroeger meestal naar het
buitenland. Zij gingen in be
trekking in de voorname ho
tels van Berlijn, Wenen, Pa
rijs, Londen of Nice en
deden daar spelenderwijze
de vereiste talenkennis op.
Gewoonten en gebruiken van
de verschillende volkeren
leerden zij uit de practijk
kennen. Na verloop van tijd
wisten zij precies, hoe de
Fransman, Duitser, Engels
man of Amerikaan zijn ont
bijt opgediend wil hebben.
Handig balancerend wet
schotels en schalen gingen
zij dagelijks om met de
exquise gerechten van de
gerenommeerde Franse keu
ken, waarop Auguste Escof-
jler de onovertroffen
grootmeester zijn stempel
heeft gedrukt.
Toen de mobilisatie kwam,
gingen de grenshomen dicht.
Gedurende de bezettings
periode werden talloze jonge
,m Duitsland te werk gesteld.
Velen doken onder. Na de bevrijding zijn
hele contingenten van Nederlandse mili
tairen naar Indonesië verscheept. Onder
deze ongunstige omstandigheden kwam
er van degelijke vakopleiding op flinke
schaal weinig of niets meer terecht, zodat
te>,te Meedrijven een groot tekort
is ontstaan aan bekwaam en goed onder
legd personeel.
Het euvel is des te ernstiger, ornaat het
hier een zeer belangrijke tak van indu
strie betreft, want volgens de laatste sta
tistische gegevens telt ons land op dit ge
bied 27000 bedrijven, waarin 59000 men
sen hun brood verdienen. In deze cijfers
rekenen wij het personeel van de stoom
vaartmaatschappijen, vliegdiensten en
Wagons-Lits nog niet eens mee. Het toe
risme is bovendien een altijd vloeiende
bron van welvaart. Volgens een globale
berekening vermeerderen de vreemdelin
gen, die ons land bezoeken, het nationaal
vermogen jaarlijks met 27 millioen gul
den aan deviezen.
De indruk, die buitenlandse gasten in
de hotels opdoen, is doorgaans bepalend
voor het waardeoordeel, dat zij bij een
vluchtig bezoek over ons land vormen.
De hotelhouder, die beschouwd mag wor
den als de ambassadeur van de goodwill
en de standing van het volk, waarmede
de vreemdeling in aanraking komt, be
kleedt derhalve een invloedrijke positie
in de maatschappij. Om zijn gasten in alle
opzichten te kunnen gerieven, moet hij
over geschoold, karaktervast en moreel
hoogstaand personeel kunnen beschikken.
Want voor dit veeleisend beroep worden
mannen met ruggegraat vereist!
Middelbaar of hoger onderwijs
Op initiatief van de vakorganisatie
„H.O.C.R.E.S.", waarin de kath. werk
gevers zich hebben verenigd en de Hotel-
bediendenbond „St. Antonius", welke de
werknemers in dit beroep omvat, is de
Stichting „Katholieke Middelbare Hotel
vakschool te Maastricht" opgericht. Deze
Stichting heeft het deftige hotel „Du
Lévrier et de l'Algle Noir" in de Lim
burgse hoofdstad gehuurd met de bedoe
ling daarin een instituut te vestigen ter
vorming van leidinggevend personeel ln
het hotel-, café- en restaurantbedrijf.
Daartoe is dit gebouw, dat uit twee ge
deelten bestaat, uitermate geschikt. De
achterbouw wordt tot internaat ingericht.
In het voorste gedeelte wordt het be
drijf op dezelfde voet als voorheen voort
gezet, doch gedurende de winter moet de
capaciteit enigermate worden ingekrom
pen. In de zomermaanden zwermen de
leerlingen naar diverse bedrijven uit om
daar practische ervaring op te doen.
Terwijl de opleiding aan de vakschool
van Horecaf te Den Haag bestaat uit een
negen-maanden-cursus, zal daartegen
over de Maastrichtse school een opleiding
geven, welke drie jaren duurt. Zij zal
dan ook zeker niet onderdoen voor die
van de instituten in het buitenland, zoals
Lausanne, Koksyde (België) of Grenoble,
welke eveneens een meerjarige cursus
hebben.
Drie richtingen
De candidaten moeten minstens in het
bezit van een Mulo-diploma zijn. Van
degenen, die reeds aangenomen werden
hebben meerderen de H.B.S. of het gym
nasium doorlopen. Een van hen is zelfs
op de universiteit geweest. Zij moeten
een gunstig medisch attest kunnen over-
leggen en zijn verplicht zich aan een psy
chotechnisch onderzoek te onderwerpen,
waarbij zij speciaal op hun' geschiktheid
voor dit beroep worden gekeurd. Zij be
hoeven niet katholiek te zijn, doch moe
ten een godsdienstige en beginselvaste
levensovertuiging hebben. Vijf van de
dertig leerlingen, waarmede de vakschool
Donderdag a.s, start, behoren tot
ander kerkgenootschap.
Na hün eerste studiejaar kunnen de
leerlingen drie richtingen uit: zij' mogen
kiezen tussen een opleiding tot chef-kok,
oberkellner of bedrijfsleider. Niettegen
staande deze drieledigheid wórdt bij de
opleiding zoveel mogelijk naar een all
round-vorming gestreefd, waarmede men
tevens doelbewust wil bereiken dat
de traditionele naijver tussen koks als
witkielen enerzijds en kellners als zwart
rokken anderzijds voorkomen wordt Aan
beide partijen wordt begrip voor elkan
ders bezigheden èn moeilijkheden bij
gebracht.
Leerprogramma
De vaktechnische hoofdvakken: keu-
kenleer en serveerkunde vormen de voor-
sste gangen van het wetenschappelijk
menu dat de studenten in „Du Lévrier
krijgen voorgezet. Door gespecialiseerde
vaklieden worden ztj bovendien onder
wezen in ontleedkunde, warenkennis, tex
tiel, verwarming, verluchtingsleer enz.
Ook wordt hun technisch inzicht in de
diverse te gebruiken materialen bijge
bracht.
Verder vermeldt het rooster lessen in
vreemde talen en practische handels
wetenschappen zoals boekhouden, han
delstekenen, economie, zakenmoraal,
sociologie, organisatiewezen en experi
mentele psychologie. En dan niet te ver
geten: geschiedenis en aardrijkskunde.
Aan de culturele vorming wordt zeer veel
aandacht besteed.
Uit dit uitgebreide leerprogramma valt
de wezenlijke betekenis van de nieuwe
vakschool af te leiden. De instelling, die
een universitair karakter draagt, bedoelt
haar studenten niet alleen tot volwaar
dige vaklieden op te leiden, doch hun
tevens voor het verdere leven een ge
degen persoonlijkheidsvorming mee te
geven, welke hen in staat stelt het amu
sementsleven en vreemdelingenverkeer
beheersend te beïnvloeden.
Beroepskerstening
Herhaalde malen heeft Z.H. de Paus op
de z.g. beroepskerstening aangedrongen.
Want het grootste gedeelte van hun leven
brengen de meeste mensen niet in gezin
of kerk, doch op kantoor magazijn, in
klaslokaal, hotel, fabriek enz door. Het
geloof moet het beroep, dat 'zü uitoefe
nen, doordesemen Wanneer dit niet meer
het geval mocht zijn moet het opnieuw
gekerstend worden. Vergeten wij niet, dat
70 van alle Nederlandse hotel-, café-
en restaurantbedrijven in katholieke han
den zijn De leerlingen, die deze vak
school doorlopen hebben, moeten door
drongen zijn van de chnstelijke geest.
Daarom werd de leiding in handen van
een priester gelegd. De zeereerw. heer J.
Spronck, tot dusver kapelaan aan de St.
Hubertuskerk te Maastricht, is tot direc
teur benoemd. Als Limburgs adviseur van
H.O.C.R.E.S, heeft hij drie jaar lang op
intense wijze kennis genomen van de ge
dachten en problemen, welke de hotel
houders en restaurateurs momenteel
bezig houden. Onder zijn leiding wordt
op deze vakschool het goede zaad uitge
strooid, dat later voor dit beroep vruch
ten zal afwerpen.
In aanwezigheid van kerkelijke en
wereldlijke autoriteiten en vooraanstaan
de vertegenwoordigers van het bedrijfs
leven zal de Maastrichtse Middelbare
Hotelvakschool, die onder de< daadwerke
lijke sympathie van het Bisdom van
Roermond, gemeente en provincie en per
soonlijke belangstelling van de minister
van O., K. en W. tot stand is gekomen.
Donderdag 28. September a.s. officieel ge
opend worden.
Breitschwanz kap, met in de klep
en bol bruin fluweel gedrapeerd,
samengehouden door juwelen clip.
(Hoed Max Heymans, A'dam; col
lier en clip Roger Scemama, Paris),
(Max Heymans),
blijven we in het sobere, dan lijkt had
ons armoedig.
Neen in de lichte en tedere kleuren»
het turkoois groen en wisselend blauwt
in de openvallende cocktailrok, waaron
der zwart fluweel in de matelas robe van
gnsperle, de robe in koningsblauw met
Stuartkraag en getrokken heupceintuur,
de felle kleuren der korte en aangesloten
jasjes, vooral in het bijzondere papaver
rood. de vesten en blouses ln goudkleurig
velours, afgezet met zwart en gitborduur
sel, geïnspireerd op de donkere zigeuners
en hun zuidelijk melancholie, ligt do
kracht en de charme van deze zo op zich
zelf staande Nederlandse couture.
Even kwam in deze show de Franse
geest boven in de witte jurk „Marquise",
kostbare kant over rokken van satijn,
om plotseling naar eigen aard en wezen
te besluiten met een avondtoilet van
robijnrode satijn, de heupen en panier,
de rok even slepend, het slanke corsage
tot halverwege bedekt met de arabesken
Van een rouwzwarte guipure.
Op de hoedenshow van Max Heymane
showt Madame Denis, Haute Couture
mede. Deze ingenieuze vrouw, heeft zich
begraven in een berg fluweel, niet he*
velours chiffon, dat wij al jaren eer
biedigen, neen, in heit stoere, rijke.
Utrechtse fluweel, waarvan de glans
vereeuwigd is op menig oud schilderij
in de musea.
En Dora van de Ven, Tilburg, heeft
haar bontjassen afgestaan, enkele exem
plaren uit de grote collectie, de koffie
bruine hermelijn en princesse, de klas
sieke nerz, de persianer, soepel en vlot
in grove krul, grote puntige kragen,
waarin men wegduikt, de lange stola
van poolvos, wit als de eeuwige sneeuw
om het witte uitgebogen avondkapje
van veertjes te accentueren.
We beginnen met een simpele cloche ini
breitschwanz, klein randje, de Chamber
lain parapluiestok ook in hetzelfde bont.
Een steekje in reebruin met een gegolfd
randje is omwonden met een sluier in
tweekleurig voile ninon, om de kin ge
strikt. Bij de tailleur in driekwart en dit
keer tweed in geel en groen, grote re
vers in wolf naturel, wordt een tam-
bourijntje gedragen in bleek abrikoo»
met donkere veergarnering.
Chinees geïnspireerd
Heymans brengt veel suikerbroodjes,
niet puntig, doch met hoge, afgeplatte,
gedeukte of getrokken bol. Soms is het
randje in onregelmatige lijn. Meestal
lint of veergarnering. Ook wel een en
kele clip in strass, een Frans byou. Da
kleine toque in jade heeft zijvleugels,
grof goud geborduurd, aan de korte kant
een kokarde.
T'
Zwart wollen middagjapon, van
voren tailleur, van achteren met los
pand (Jeanne Lafaurie, Paris).
Breitschwanz ensemble, hoed en
mof, witte handschoenen.
De platte fluwelen hoedjes hebben vaak
een Chinees accent. Zij zijn versierd met
aigrettes, reigerveren, een waaiertje van
gekortwiekte pauwenpluimen, met reser-
ve aangebracht. Bij de goudbruine tail
leur in fluweel, strakke rok, hoog inge
zette kapmouwen, wordt een smalle
beige toque gelanceerd met een wulvenda
kokarde in blauwvos. Er ls zelfs een
cloche in wit vilt, met neervallende rand
even geplooid, zwart omboord en zwart
omstrikt, en een toque in wit fluweel,
met de etherische vleugels van ivoor
kleurige sprieten aan belde zijden.
Bij avond- en cocktaildracht gro*»
hoeden. Napoleonsteek, fluweel oaa»
boord, als cocarde flonkerend fluweel
bij zwart fluwelen ensemble, met
geestige grote manchet van marter.
Kostbare hoeden in warme tinten dlP
echter wat model betreft nog al eens i#
herhaling vallen.
HENRIETTE C. N.
12.33