Gesol met Heilige Plaatsen
Erfdeel van alle katholieken
m gevaar
SCHULDIG of ONSCHULDIG?
Een Italiaanse film over Maria
Belgisch-Nederlands probleem
der havens en waterwegen
Katholieke onderwijzers over
liet probleem Jeugd en Film
t)
Middenstands-
politiek
Internationalisatie de enige oplossing
Reina Prinsen Geerligs-
prijs uitgereikt
Twee oude tantes als detectives
Mr. W. M. Houwing t
Maakt
Schelde-regiem en Rijmverbinding
de moeilijkheden
YRUDAG 24 NOVEMBER 1950
PAGINA 4
Einde van Jeruzalem
„Séjour" van J. Blokker
bekroond
2.200.000 vrouwen doen
beroep op V. N.
J. P. ROOVERS f
EINDE MARSHALLHULP
AAN ENGELAND?
Laatste toewijzing al
verbruikt
AMERIKA VERNIETIGT
AARDAPPELEN
Prof. dr ir E. DE VRIES
Verlaat Landbouwhogeschool
Directeur Amsterdamsche- en
Incasso Bank
„MATER DEP'
KOERSWIJZIGING CANADESE
DOLLAR
Het regiem van de Schelde
Temaaien en Ter neuzen
Rijn-Scheldeverbinding
TELEURSTELLEND
RAPPORT
NIEUWE FABRIEK VAN
HEINEKEN IN VENEZUELA
«■it.
„De Katholieken lopen gevaar hun
•eeuwenoude rechten op de H Plaatsen in
Palestina te verliezen", schrijft de bekende
Italiaanse auteur Ig'mo Giordani in het
partijblad van de Christen-Democratische
Partij in Italië. In zijn beschouwing over
de achtergrond van de huidige gang van
zaken ten aanzien van de internationali
satie van Jeruzalem en de andere H.H.
Plaatsen werpt hij Engeland voor de voe
ten, dat dit in de twist rondom de H.H.
Plaatsen een prachtige gelegenheid, ziet
om zvn invloed op de beide partijen
Joden en Arabieren te versterken en
dat het bereid is Jeruzalem aan een van
beide partijen aan te bieden of onder
beide partijen te verdelen. Het Katholieke
Frankrijk, zo vervolgt hij, is tot alles be
reid, wanneer het op andere punten der
wereld-politiek voordeel kan behalen. De
Verenigde Staten tenslotte hebben haast
om het conflict rondom Jeruzalem te be
ëindigen, omdat zij de Middellandse Zee
strjjdklaar willen hebben voor een even
tueel conflict met Rusland.
Pit zijn volgens Giordani enkele van
de redenen, waarom zo gesold wordt met
de internationalisatie van Jeruzalem en
van de H.H. Plaatsen. Daarom zijn de
Katholieken over de gehele wereld ver
plicht de politici te herinneren aan de
godsdienstige en geschiedkundige bete
kenis van Jeruzalem, de stad, aldus
Giordani, waarover Christus heeft ge
weend en waar Hij Zijn bloed heeft ver
goten. Zij moeten alles in het werk stel
len om de best mogelijke oplossing van
dit probleem te verkrijgen. En de beste
oplossing is de internationalisatie van Je
ruzalem en omgeving. Een van de redenen
daarvoor is. aldus Giordani. de stad voor
de verwoestingen van een eventuele
wereldbrand te sparen.
Zij, die niet Katholiek zijn, hebben geen
rechten in Palestina te verdedigen, daar
om hebben, zo zegt de Italiaanse schrij
ver, de Raad van Protestantse Kerken in
Amerika en de Kerk van Engeland de
idee der internationalisatie laten varen.
Voor de Katholieken echter betekent de
internationalisatie, dat deze gebieden aan
politieke schommelingen worden onttrok
ken. Zü dienen zich daarom uit alle macht
te verzetten tegen alle oplossingen, die
voor de H.H. Plaatsen een gevaar be
tekenen van oorlog en die de H-H. Plaat
sen zouden blootstellen aan beroving of
onverdraagzaamheden.
Het plan, dat nu in studie is en dat
hier en daar internationale punten wil
stichten, zal het einde van Jeruzalem be
tekenen. Deze internationale punten kun
nen tezamen geen neutrale zone vormen
die als „stootkussen" zal kunnen dienen
tussen twee strijdende machten, die. zoals
men weet. het gunstige ogenblik afwach
ten ran met de wapens en de verovering
van Jeruzalem hun slag te slaan.
Alle Katholieke organisaties en persor-
De reina Prinsen Geerligsprtfs is dit
jaar toegekend aan J. A. Blokker voor
z'dn verhaal „Séjour". De prijs werd he
denmiddag uitgereikt, waarbij het rap
port van do jury werd voorgelezen.
De jury noemde de bekroonde novelle
„een kunstwerk, waarvan de gaafheid en
de rijpheid haar zeer had getroffen. Zij
is geschreven in een stijl die op dezelfde
hoogte blijft: gaaf, rhythmisch met zijn
afwisselende korte en soms langere perio
den, beeldend en zeer geserveerd. Daarbij
komt, dat zij iets eigens en origineels ver
toont: de eigenlijke hoofdpersoon, de
Franse verzetsman kuelen Dutonné is
in de oorlog gefusilleerd, maar hij leeft
nog in de harten van alle mensen: waar
de verteller ook komt, zier hij achter iede
re figuur deze Lucien".
Voorts noemde de jury het verhaal „zo
suggestief en reëel verteld, dat het de
Weergave van een persoonlijke belevenis
schijnt".
Een eervolle vermelding kreeg J. Vrij
man voor een probleemroman. Genoemd
werden verder „Pension" van Johan de
Vries, „De hongerigen" van J. Voerman
en een novelle „Het geval dr J. Hevelin
gen" van H. Schollier. Van de poëtische
inzendingen werd het werk van Sila
Gans geprezen.
ganen moeten er uitdrukkelijk op wijzen,
dat het meest kostbare erfdeel der Ka
tholieken over de gehele wereld op het
spel staat. Zij moeten hun invloed en hun
autoriteit doen gelden, opdat die oplos
sing gevonden wordt, die als de verstan
digste en voorzichtigste geldt, aldus de
schrijver.
Het gaat erom de Heilige Plaatsen van
beperkingen, speculaties en angsten te
bevrijden en dit kan slechts geschieden
door een systeem, dat aan de bewoners
en aan hun woningen, aan de wegen en
aan de monumenten die vreedzame neu
traliteit verzekert, welke alleen door in
ternationalisatie kan worden gegaran
deerd.
Dezelfde voorstellen en compromise i
te de Verenigde Staten, d'ie voor Gior
dani aanleiding waren tot het schrijven
van bovenstaand artikel, waren voor de
Katholieke vrouwen van Frankrijk het
sein om zich tot de voorzitter van de
Algemene Vergadering te richten met
het volgende telegram.
„Twee miilioen twee honderd duizend
vrouwen, verenigd in de „Ligue feminine
d'Action Catholique franpaise", verzoe
ken de Algemene Vergadering der Ver
enigde Naties met het oog op de resolu
ties van 29 November 1947, 11 Decembe»
1948 en 9 December 1949, rekening te
houden met het bij uitstek godsdienstige
en universele karakter van het vraag
stuk der Heilige Plaatsen in Palestina
en sct vredeswerk te voltooien door ds
internationalisatie van Jeruzalem te
krach tigen, volgens het statuut, aange
boden door de Commissie van Toezicht
De definitieve aanvaarding van deze
rechtvaardige oplossing, die bij stemming
reeds driemaal een grote meerderheid
heeft behaald, zal het bewijs zijn van de
eerbied van de Algemene Vergadering
voor èe geestelijke belangen van de
mensheid en zal het vertrouwen ver
meerderen van de gelovige mensen over
de gehele wereld, in het bijzonder van
de Katholieken van Frankrijk in de uit
werking van het vredeswerk der Ver
enigde Naties."
In de nacht van 20 op 21 November
overleed in Den Haag plotseling de heer
Johannes Roovers op 73-jarige leeftijd.
In het uit Rotterdam stammende ge
slacht Roovers manifesteerde zich een
zeer kunstzinnige aanleg, die van vader
op zoon met innige toewhding werd ge
cultiveerd en tot een familie-traditie uit
groeide. Zo verwierf de overledene zich
door heel Nederland een zeldzame repu
tatie als calligraaf en heraldicus.
Talloze opdrachten, waaronder de meest
eervolle werden door de thans overledene
uitgevoerd. In het Shakespeare House te
Strafford bewaart men nog een door Hoo
ver geïllustreerde gedicht van de grote
Engelse diehter. Onder de gedenknaald op
het Regentesseplein te 's-Gravenhage is
een door H. M. Koningin Wilhelmina on
dertekende en door de overledene gete
kende oorkonde ingemetseld. Verder kun
nen nog genoemd worden opdrachten aan
geboden aan Z. H. de Paus, De Duitse
Keizer de Carnegiestichting etc.
Gedurende meer dan 25 jaar was Jo
hannes Pieter Roovers verbonden aan het
R.K. Centraal Bureau voor Onderwijs en
Opvoeding te 's-Gravenhage, alwaar zijn
arbeid met de pauselijke onderscheiding
Pro Ecclesia en Pontifice werd beloond.
Op een conferentie te Horneten over de
Marshall-hulp is een van de grootste
Britse economische vraagstukken te be
handeling genomen: 'Zal de Marshall
hulp thans worden beëindigd, zal zij woo
den voortgezet af zal zij worden vermin
d-erd?
Het is niet waarschijnlijk, dat de Don
«erdag gehouden bijeenkomst van do
Britse minister van financiën, de ambas
sadeur van het plan-Marshall en het hoofd
van de E.C.A.-miesie in Engeland een on
middellijke beslissing zal opleveren.
Gewoonlijk goed ingelichte financiële
kringen te T nden zijn chter van me
ning, dat het einde van de Marshall-hulp
aan Engeland is gel-.men en dat het
voornaamste doel van de conferentie is
geweest vast te stellen hoe het Britse
voik voorzichtig op de hoogte kan wor
den gesteld van het nieuws.
In afwachting van deze belangrijke
beslissing is de dollarhulp aan Engeland
in feite reeds stopgezet. De laatste toe
wijzing werd een maand geleden ver
■strekt en alles of bijna alles is reeds ger
bruikt voor aankopen in het dollarge
{sied.
Kopers waren niet te vinden
Blijkens officiële statistieken zijn er
di. jaar totduverre 20,7 miilioen scae-
pels „overgchof-sardappelen door het
m ikaanse ministerie van landbouw
vernietigd. De regering had deze aardap
pelen van de boeren gekocht, teneinde
do prijzen op peil te houden. Zij hoopte
tie "iflen in het buitenland tc
kunnen verkopen. Aangezien dit verko
pen te langzaam ging, heeft de regering
de aardappelen vernietigd.
In 1949 zijn 10,7 miilioen schepels
„Qverseh»t"-aardappelen vernietigd. De,
regering heeft dit jaar ongeveer 20 mjl
lioen dollars aan de boeren betaald, Uit
sluitend om de aardappelen buiten de
markt te houden en ze op te slaan.
De Amerikaanse regering bezit nog
61 miilioen pounds aan aardappelmeel,
die sedert 194K opgeslagen liggen. Hoe
wel er ernstig gebrek is aan industrie
alcohol toonden de fabrikanten niet vee)
'lust om dit zetmeel te kopen. Het mini-
Temidden van het telkens afwisselende
wereldgebeuren heeft het proces tegen
Thomas Stillwell voor het hof van het
stadje Arundel in Zuid Engeland nauwe
lijks de aandacht getrokken. Deze jonge,
onaanzienlijke man had zich te verant
woorden wegens daden van geweld en
moord op een zeven en twintig-jarig
meisje: Joan Woodhouse uit Londen.
Het proces, dat feitelijk een proefproces
was het moest uitmaken, of er vol
doende bewijzen tegen Thomas Stillwell
bestonden, om hem in staat van besehul
diging te stellen - kan inmiddels be
schouwd worden als een typisch symp
toom van de Engelse mentaliteit, die ge
symboliseerd is in de markante figuur van
John Buil. de buldog, die vasthoudt, wat
hij heeft.
Engeland ls nog steeds Engeland en het
recht heeft er onverbiddelijk zijn loop-
Zelfs toen het fameuze Scotland Yard de
zaak—Woodhouse in zijn archieven op
borg, nadat zijn beste speurhonden niet
In staat waren geweest, haar op te hel
deren, was er een rechter, die tot het
Uiterste ging. om te bereiken, dat Tho
mas Stillwell zijn straf niet zou ontlopen,
indien.... hij werkelijk schuldig was.
De mysterieuze zaak had zich als volgt
toegedragen. In Augustus 1948 kwam bij
de politie van Arundel een zenuwachtige,
lange, magere jongeman, Thomas Stilte
wel) genaamd, aangifte doen, dat hij in
het park van een In de omgevtng staand
kasteel het lijk van een meisje gevonden
had, grotendeels door takkenbossen be
dekt De politie stelde een onderzoek in.
De politiedokter, die het lijk schouwde,
kwam tot de conclusie, dat de dood door
wurging was Ingetreden en nadat het
metsje mishandeld was.
Thomas Stillwell verklaarde, zijn weg
door het park te hebben genomen, om
sneller op zijn plaats van bestemming te
komen. Hij had die middag ergens een
fiets geleend en, door het park fietsende,
had hij zöo lugubere ontdekking gedaan.
Later kwam hij OP verklaring terug.
Hij had in het park konijnen willen stro
pen en dit In eerste instantie niet gezegd,
omdat hij niet voor een stroper wilde
worden aangezien. De politie van Arundei
besloot In verband met die tegenstrijdige
verklaringen Scotland Yard te hulp te
roepen. Er werden mannenharen gevon
den, maar deskundigen konden met ze
kerheid vaststellen, dat die niet van
Thomas Stillwell waren.
Hij werd wegens gebrek aan bewijs op
vrije voeten gesteld në 'mussen een al
lesbehalve gunstige indruk te hebben
achtergelaten. Voor het feit, dat Thomas
Stillwell zelf naar de politie was gegaan,
zouden schrijvers van detective-verhalen
tal van Interessante redenen hebben aan-
gevoerd. Maar de politie zelf moest zich
er rekenschap van geven, halt te moeten
houden wegens het ontbreken van bruik
bare gegevens.
In Londen legden' de twee oude tantes,
dames van omstreeks zeventig jaaL die
het meisje Joan, na de vroege dood van
de moeder groot gebracht hadden, zich
niet bij de beslissing van Scotland varti
neer. Ze wilden, dat aan hun pleegkind
gerechtigheid zou geschieden. De moor
denaar moest gestraft worden. En ze ge
loofden, dat Thomas Stillwell en niemand
anders de moordenaar was, ofschoon ze
niet konden verklaren, waarom Joan he
lemaal van Londen naar Arundel gereisa
was. Het was een eenvoudig, niet befa
mooi, rustig meisje, dat In een bibliotheeK
werkte en nooit de aandacht op zich ves
tigde, bovendien zeer godsdienstig.
De twee oude tantes besloten, zelf het
onderzoek ter hand te nemen en behalve
yan de hulp van adviseurs van Scotland
Yard, verzekerden ze zich, met grote
financiële opofferingen, van die van een
der bekendste Engelse, particuliere de
tectives, Tom Jacks. Deze begon het on
derzoek van voren 'af aan, bijgestaan door
de twee tantes, die tn Arundel met aller
lei mensen spraken.
Bijna twee jaar lang duurde het on
derzoek. Toen ze materiaal genoeg ver
zameld meenden te hebben, wendden de
tantes zich tot een advocaat en deze zorg
de er voor, dat ze zich op een oude be
paling in de Engelse wet konden beroe
pen welke aan elke Engelse burger het
recht geeft, iemand voor het gerecht te
dagen die ze van moord af poging tot
moord' verdenken- Dit gerecht moet dan
uitmaken of het aangevoerde materiaal
voldoende is om een nieuwe instructie te
openen, welke dan eventueel tot nieuwe
behandeling van de mak elden poet.
Aldus stond Thomas Still wel korl^ge
leden wederom terecht en opn
Arundel. Er was bijzonder grote belang»
■telling voor deze zaak. Ondei *?pn
bliek op de publieke tribune jonden
zich zowel voor- als tegenstanders van
Thomas Stillwell. ~,«t
De rechter had thans te beslissen, wat
beter was. een onschuldige te verooi de
len of Iemand, die misschien een misdaad
op zijn geweten bad, vrij te laten, ui-
dens de rechtszitting beantwoordde Tho
mas Stillwell flegmatiek de hem gestelde
vragen. Hij wekte sympathie noch anti
pathie op. Het ging bij het publiek trou
wens niet om zijn persoon, maar om de
vraag, of hier een onschuldige in staat
van beschuldiging zou worden gesteld of
Men volgde met belangstelling de ver
klaringen van Jacks en de oude dames.
Jacks bracht als getuige een vrouw naar
voren, <Jie hem kort te voren een brief
had geschreven, waarin ze hem mede
deelde, gezien te hebben, dat Thomas
Stillwell en Joan Woodhouse in het park
een twistgesprek voerden Toen de zaak
bij de politie in handen was, had ze ge
zwegen.
De vrouw leek een kroongetuige. „Met
bevende vingers", zo had ze aan Jacks
geschreven, nadat ze in de krant gelezen
had dat deze het onderzoek had hervat,
„schrijf ik u bijzonderheden, welke voor
Thomas Stillwell noodlottig zullen woA
den".
Maar tijdens het strenge verhoor, waar
aan de rechter? haar onderwierpen, bleek
ze niet in staat, de juiste datum te noe-
gezien had. Haar getuigenis werd tenslot
te, tot grote opluchting van het publiek,
als van nul en generlei waarde bestem
peld, vooral ook omdat Thomas Stillwell
ontkende, Joan Woodhouse ooit ontmoet
te hebben.
Toen de rechtbank tenslotte verklaarde,
dat Thomas Stillwell van rechtsvervolging
ontslagen werd en zich als vrij man kon
beschouwen, brak er een ovatie los. Deze
ovatie vond weerklank oij het gehele En
gelse volk, dat de affaire Thomas Still-
well met grote belangstelling had ge
volgd.
In Engeland kan nog steeds een onschul
dige niet veroordeeld worden. Welk een
schrille tegenstelling, als men kijkt naar
landen, waar duizenden onschuldigen in
schijnprocessen tot zware kerkerstraffen
en zelfs ter dood worden veroordeeld-
niet.
In verband met zijn benoeming tot
hoofd van de afdeling economische hulp
bronnen van de Internationale Bank van
Reconstructie en Ontwikkeling in de
Verenigde Staten van Noord-Amerika is
op zijn verzoek aan pirof. dr ir E. de Vries
bij Kon. besluit eervol ontslag verleend
als hoogleraar aan de Landbouw-Hoge-
sehool te Wagentegen.
Prof. De Vries doceerde hier de land
huishoudkunde van de Overzeese Ge
biedsdelen en het Indonesische agrarische
recht van het Indonesische staats- en
strafrecht. Ais zodanig werd hij in Maart
1947 benoemd na zijn terugkeer uit Indo
nesië, waar hij gedurende de oorlogsjaren
in een gevangenenkamp was geïnterneerd
Wagentegen verliest door zijn vertrek een
zeer geziene figuur, die ook op het gebied
van de internationale betrekkingen be
langrijke diensten aan ons land heeft be
wezen
Te Amsterdam is gistermiddag te de
leeftijd van 58 jaren overleden de heer
mr W. M. Houwing, directeur van de
Amsterdamsche Bank N.V., Incassobank
N.V.
De heer Houwing, die te Hoorn is ge
boren en te Leiden rechten heeft ge
studeerd, kwam spoedig na de beëindi
ging van deze studie in dienst van de
Amsterdamsche Bank, waarbij hij op 1
April 1923 tot procuratiehouder werd be
noemd. Op 1 November van het volgende
jaar ging hij over naar de Rotterdamsche
Bank, doch 1 September 1927 keerde hij
bij de Amsterdamsche Bank terug en wel
als directeur van de Bijbank te Rotter
dam. 1 Mei 1932 werd hij directeur v«n de
Amsterdamsche Bank N-V. Na de fusie
mei de Incasso Bank op 1 Januari 1948
werd hij directeur van de beide vennoot
schappen.
Daarnaast heeft de heer Houwing ver
scheidene functies vervuld In de bankiers-
en zakenwereld van de hoofdstad Zo was
hij plaatsvervangend voorzitter van de
Amsterdamse Bankiersvereniging, be
stuurslid van de vereniging van devjezen-
banken, lid van de raad van bijstand der
bedrijfsgroep handelsbanken, commissaris
van de N.V. Hollandsche Koopmansbank,
commissaris van de N.V Nederlandsche
Standaard F ank alsmede commissaris van
de Nederlandsche Credietverzekering
Maatschappij N.V.
Hulde aan de Heilige Maagd ter
gelegenheid van de dogma-
afkondiging
Ter gelegenheid van de afkondiging
van het dogma der Tenhemelopneming
heeft de Italiaanse filmmaatschappij
REF-INCAR onder de titel „Mater Dei"
(Moeder Gods) een kleurenfilm in
anco-color vervaardigd, waarin op
dramatische wijze het aardse leven van
de Allerheiligste Maagd wordt uitge
beeld, in het hijzonder Haar taak als
Moeder, Medeverlosseres en Bemidde-
lares van heel de mensheid,
In de openingsbeelden van deze film
wordt de mens getoond in zijn paradijse
lijke staat, welke kan wordep samenge
vat in de woorden: vrede en sereniteit,
Vrede met God van de eerste mens, die
intens leeft in de liefde tot zijn Schepper.
Totdat deze zon van geluk wordt over
schaduwd en zondige handen elkander
vinden in het overreiken van de appel der
vervloeking. Dan wordt alles duister en
vol droefheid. Maar zoals een zonnestraal
de aarde verlicht en haar weer doet
lachen, zo wordt ook de hoop geboren in
de harten van de kinderen der mensen,
wanneer God tot de slang zegt: „Ik zal
vijandschap stellen tussen u en de vrouw,
tussen uw zaad en het hare; en zij zal u
de kop verpletteren". Van dat ogenblik
af zien de ogen van alle rechtschapenen
uit naar de Vrouw, die zal komen om de
wereld te verblijden.
In aangrijpende taferelen schildert de
film daarna, zoals Albertinp Barbieri in
het Italiaanse blad „Orizzonti" beschrijft,
de Boodschap des Engels, de droeve reis
van Maria en Joseph naar Bethlehem en
het eerste Kerstfeest, tot bjj de Opdracht
in de Tempel duidelijk de bestemming
van het Kind en Zijn Moeder wordt ont
huld „Zie, Deze is gesteld tot val en op
standing van velen in Israël en tot een
teken van tegenspraak: en Uw ziel zal
met een zwaard worden doorboord".
Van dat ogenblik af is het lot van de
Moeder zó nauw verbonden met dat van
de Zoon, dat het niet meer kan worden
gescheiden. Haar leven wordt geken
merkt door smart, een verstilde smart,
bedwongen door een onwankelbaar geloof
en door een bovennatuurlijke hoop. Bjj de
ontelbare markante gebeurtenissen in
het leven van Haar Zoon is Zij tegen
woordig met Haar leidende geest, met
Haar ziel, die geheel is gericht op de over
winning van Haar Kind aan het kruis.
Onder dat; kruis vindt de mateloze om
helzing plaats van Maria met de mens
heid, het onzichtbare accoord van mil-
iioenen wezens, besloten in Haar hart.
Wezens, die Haar Moeder, Koningin en
Heerseres over het heelal mogen noemen.
Dan laat de film zien, hoe Maria, als
een moeder, die nooit moede wordt haar
kindje de eerste stappen te leren, de
mensheid brengt naar Haar Zoon. Aldus
verhaalt deze film het leven en de zen
ding van de H. Maagd ten opzichte van
het menselijke geslacht en het antwoord
van de mensen aan Maria.
De rol van Maria in de film wordt ver
tolkt door Myriam de Majo, een actrice
en zangeres uit Bulgarije. Door enkele
Italiaanse bladen is deze actrice voorge
steld als een ijverig communiste, maar
Don Emiljp Cordero van de Sociëteit van
San Paolo, die de film regisserde en er
het scenario voor schreef, verzekert, dat
zij vurig anti-eonimunistisch is en dat
haar ouders in Sofia ernstig zijn vervolgd.
De rol van de kleine Maria wordt ge
speeld door de jeugdige Maria Viva, een
leerlinge van de Russische danseres Ilja
Russkaia, terwijl de acteur Giorgio Cos-
iantini, o.a. bekend door zijn prachtige
vertolking als „Kapitein Fracassa", de
Christusrol is toevertrouwd.
De film „Mater Dei" is de eerste kleu
renfilm, die door de Italiaanse productie
in omloop zal worden gebracht. Het toe
gepaste systeem is niet technicolor, maar
anco-Bolor, dat minder opzienbarende,
maar, naar verzekerd wordt, meer reële
resultaten oplevert.
Blijkens mededeling van de Ned. Bank
js de koers van de Canadese dollar met
ingang van 23 November vastgesteld op
3.64%—3.66% (vorige notering 3.653.67).
(Van pnze Brusselse correspondent)
Rapporteur der begroting van het Bel
gische ministerie van Buitenlandse Zaken
wag ditmaal baron J. X. Van der Stra-
ten-Waillet, oud-minister. Kamerlid van
het arrondissement Antwerpen en ge
wezen nationaal voorzitter van de C.V.P
Deze behandelt in zy'n zojuist versche
nen verslag o.m ook „het Belgisch-Ne
derlands probleem van de havens en de
waterwegen".
Baron Van der Straten begint in mi
neurtoon: „Men weet, hoe zwaar sommige
geschillen in verhand met de waterwegen
en de havens sedert jaren drukken op de
Nederlands-Belgische betrekkingen", In
verband hiermede, werd op bijna al de
ministeriële conferenties van Benelux van
Belgische zijde aangedrongen „om deze
hindernissen weg te ruimen vóöv de tot
standkoming der Economische Unie".
Op de van 19 tot 13 Maart 1949 te 's Gra-
venhage gehouden conferentie „erkende
de Nederlandse regering dat men aan deze
problemen een voor de drie landen be
vredigende oplossing behoort te geven".
Men besloot alsdan, de studie van die
problemen aan een speciale commissie
toe te vertrouwen, welke in het bijzonder
de technische, economische en financiële
aspecten moest bestuderen van de pro
blemen betreffende de Havens en de wa
terwegen van Antwerpen. Gent en Luik.
De commissie had de opdracht, haar ver
slagen t)ij de regeringen binnen maximum
één jaar in te dienen. Deze datum is
sedert 15 October 1.1. verstreken, doch
nog geen enkel rapport werd ingediend.
Deze brede, doch vrij onnauwkeurige
omlijning van de opdracht der gemengde
commissie, „gaf aanleiding tot een be
langrijk meningsverschil tussen de Neder
landse en de Belgische delegaties toen de
commissie voor de eerste maal vergader
de (9 Dec. 1949). De Nederlandse delegatie
betwistte de bevoegdheid van de commis
sie voor het onderzoek van het vraagstuk
van net Schelderegiem. Zij stelde voor,
dit te verwijzen naar de technische Schel-
decommissie. ingesteld ingevolge de mi
nisteriële besprekingen te Luxemburg
(Januari 1948). Volgens de Belgische op
vatting, heeft deze uit ambtenaren samen
gestelde commissie een technische op
dracht en scheen zij de BelgisGhe auto
riteiten niet bevoegd principiële voorstel
len te doen qn de juridische aspecten van
het vraagstuk te bespreken". Het bleek
echter niet mogelijk, de Nederlandse de
legatie van haar standpunt te doen af
wijken".
Door dg beperkende interpretatie van
het mandaat der speciale commissie werd
nutteloos vee] tijd verloren, meent men
hier. „Doch" zegt baron Van der Straten,
„het is niet te laat om de verloren tijd
in te halen en om ook dit probleem met
vastberadenheid en goede wil dadelijk
aan te pakken". En dan een complimentje:
„Onze Noorderburen hebben te veel ge
zond verstand en nuchterheid om het uit
zonderlijk belang van een spoedige rege
ling ook op dit gebied niet duidelijk in te
zien".
De andere vraagstukken die tot de op
dracht van de commissie behoorden, wer
den in de loop van talrijke vergaderingen
?nto6' de medewerking van de beste
technici grondig bestudeerd. De opheffing
van de Stop van Temaaien. de bouw van
een nieuwe sluis te Terneuzen, en de aan
passing van het kanaal Gent-Terneuzen,
schijnen geen aanleiding te hebben ge
geven tot ernstige moeilijkheden. „Men
mag verwachten, dat een gemeenschap-
pelijk rapport over de uitvoering van die
werken zal worden ingediend".
Natuurlijk zou de rapporteur ook de
kwestie der RjjnTSchëldeverbinding met
onbesproken laten.
„De werkzaamheden met betrekking tot
de verbetering van de vaarweg tussen
Schelde ep Rijn, schijnen minder vlot te
zijn verlopen", zegt hij.
Met spanning wordt het indienen vaD
bet verslag der commissie Steenberghe-
Van Cauwelaert tegemoet gezien, „Met
spanning, dóch ook met vertrouwen".
En dari: „Het wil ons immers voorko
men, dat bet probleem der Schelde-Rijn-
verbinding, dat in het verleden steeds
onder het teken van de tegenstrijdige be
langen van Nederland en,België behan
deld werd. thans, op de vóóravond van de
verwezenlijking der Economische Unie
niet anders kan beslecht worden dan in
de geest van deze Unie". Baron van dei-
Straten betoogt dan, „dat in het econo
misch Benelux-complex dit kanaal een
bron zal worden van nieuwe welvaart
voor Noord en Zuid, een machtige trafiek-
scheppende waterweg, een prachtige si
tuatie voor nieuwe bedrijven, en het pand
van een eerlijke en gezonde wedijver tus
sen de twee grootste havens van het vas
teland".
De conclusie van de rapporteur is dat,
als de regeringen zich nu dadelijk aan het
werk zetten om ouderhandelingen aan te
knopen in het teken van Benelux, men
hier vertrouwt dat bovenuitgedrukte hoop
eerlang werkelijkheid zal worden. „Dan
zal °°k de Economische Unie in een nieu
we gtmpsfeer van ontspanning en harte
lijke samenwerking onder de meest geluk
kige auspiciën geboren worden".
Een Antwerpse motie
De gemeenteraad van Antwerpen heeft
Dinsdagavond ©en 'motie goedgekeurd, die
was voorgesteld door het college van bw-
gemeester en schepenen en ter kennis
van de regering zal worden gebracht.
In deze motie wordt de aandacht van
de regering gevestigd op de bezorgdheid
in Antwerpse handelskringen omtrent het
sluiten van een economische unie met
Nederland en Luxemburg, zonder epige
wgarbprg met betrekking tot 4® kwestie
van de Schelde—Rijnverbtoding en de
scheepvaart op de Schelde-
starie heeft bete nd ««maakt, dat het be
reid is het uit te voeren, maar er zijn men en nog minder het juiste uur, waarop
jgeeu biedingen gedaan. U« het tweetal ln het park bij Arundel
Belangrijkste en meest belang
wekkende vragen worden
onbeantwoord gelaten
Nu vrijwel iedereen in ons land zich
op gezette tijden met het vraagstuk
«lm en jeugd bezighoudt en er het zijne
van zegt, hebben de katholieke onder
wijzers, die uit hoofde van hun mooie,
maar zware beroep in nauw contact
staan mpt het laatste van de twee
elementen va« dit probleem, kennelijk
niet willen achterblijven. Onder de titel
„Jeugd en Film" is een rapport ver
schenen van het Katholieke OnderwU-
zersverbond, waarin de bevindingen
zijn neergelegd van een commissie van
vijf, die in opdracht van het verbonds-
bestuur een onderzoek naar deze kwes
tie heeft ingesteld.
De opdracht aan deze commissie, welke
blijkbaar zo belangrijk werd geacht, d»t
ze in de inleiding tot het rapport op één
en dezelfde pagina tot tweemaal toe
wordt herhaald, .uidde. a. na te gaan,
welke misstanden eF veroorzaakt, worden
door het bioscoopbezoek door kinderen
en b. de middelen aan te geven, waardoor
de jeugd tegen bioscoopgevaar kan wor
den beschermd.
Voorwaar belangwekkende vragen,
welker beantwoording de lezer van net
rapport met spanning tegemoet ziet. Een
nadere lezing leidt echter tot een ernstige
teleurstelling. In antwoord op de vraag:
Welke misstanden worden er veroorzaakt
door filmbezoek door kinderen?, wordt in
het rapport opgemerkt: „Om deze vraag
concreet te kunnen beantwoorden, werd
eergt nagegaan, of er in het algemeen
misstanden zijn, door de film veroorzaakt.
Daar beantwoording van deze vraag in
finesses buiten het terrein van dit rap
port ligt, wordt hier volstaan met de con
clusie, dat'bedoelde misstanden er zeer
zeker zijn"
ziet er inderdaad-heel indrukwekkend uit
en zal in haar algemeenheid door nie
mand worden bestreden- Maar degenen,
die zich voor het vraagstuk jeugd en film
interesseren hadden zonder twijfel graag
gehoord, wét voor misstanden nu eigen
lijk cjoor het filmbezoek onder onze Ne
derlandse kinderen zijn ontstaan. Een
onderwijzer om met ons voorbeeld in
stijl te blijven die zijn leerling vraagt,
hem een§ te vertellen, welke vissen er in
de Noordzee worden aangetroffen, is óók
niet tevreden met de verzekering, dat er
„zeer zeker" vissen in de Noordzee zijn,
Na aldus luchtig over de beantwoor
ding van de eerste vraag te zijn heen
gestapt, gaat het rapport op zoek naar de
oorzaak van de „zeer zeker" bestaande
misstanden, en het meent, dat die oorzaak
„mede en niet. op de laatste plaats" moet
worden gezocht in „de bestaande Bios
coopwet, welke ook het terrein der kin
derfilms bestrijkt". Volgt een overzicht
van het ontstaan van deze wet en van
haar toepassing in de practtjk, welke be
kend zijn aan Ieder, die belangstelt in het
filmprobleem.
Het rapport constateert vervolgens, dat
een vrij groot aantal films, die door de
Rijkskeuring toelaatbaar werden geacht
vpor personen van alle leeftijden in
een bijlage van het i-apport worden de
titels van vijftien van dergelijke films
opgesomd door de katholieke nakeu
ring voor de jeugd, en sommige zelfs voor
ouderen, ongeschikt werden geacht,
Om de vraag, welke invloed deze films
op de jeugd hebben gehad, te kunnen
beantwoorden, hebben samenstellers van
het rapport inlichtingen ingewonnen „bij
veie instanties, die met de jeugd te ma
ken hebben". Bovendien werd aan direc
ties van tuchtscholen de vraag gesteld, of
de jeugdcriminaliteit wordt bevorderd
door bioscoopbezoek.
Het juiste aantal noch de aard van de
geraadpleegde instanties worden ge-
noemd, terwijl er van de antwoorden, die
van de directies der tuchtscholen werden
ontvangen slechts één als het uitvoerigste
mate, waarin de film oorzaak is van de
nriminaliteit onder de jeugd, gezien de
kwaliteiten van de tegenwoordige speel
film", aldus luidt dit antwoord, „Hikt me
zeer groot. De hier geboden prikkelingen
zijn vaak to machtig voor de normaal
opgegroeide jongen. Om de toegang te
kunnen betalen, plegen ze kleine diefstal
len. De filmhelden worden hun idealen,
ook in het verkeerde en dat, bij voorkeur.
En wat „avontuur" leek, wordt in navol
ging „misdrijf'. Scherpe keuring door de
overheid is noodzakelijk".
Bij lezing van dit rapport krijgt men
nolens volens de indruk, dat de samen
stellers ervan niet met die grandigneja
en objectiviteit zijn tewerk gegaari, weme
men mocht verwachten met oetrenmng
tot deze uiterst belangrijke materie. Een
ernstig gebrek is ook, dat <?e voornaamste
getuige, de jeugd zelf, niet 's_ 8 e hoorei,
hoewel niemand beter dan de onderwijzer
in de gelegenheid is, om door middel van
opstellen en door persoonlijke ondervra
ging, klassikaal zowel als individueel de
invloed van de film PP de jeugd te peilen.
Of is wellicht het p e ree n t a gek n d e r e n
dat in ons land geregeld de bioscoop be-
Ëen dergelijke apodictische bewering en meest leerzame wordt geciteerd. „De
toet een werkelijk ernstig gevaar vpor
een schadelijke beïnvloeding van de jeugd
door 'de film, zoals b v in Engeland wèl
het geval is, waar blukens een onlangs
gepubliceerd regeringsrapport slechts 2
procent van de kinderen tussen 10 en 15
jaar nooit naar de bioscoop gaat, terwijl
ongeveer 900.000 kinderen iedere Zater
dagmorgen 1.700 bioscopen bezoeken?
Omtrent het geregelde bioscoopbezoek
in ons land van kinderen beneden de 14
jaar zijn, zover ons bekend, nooit, be
trouwbare cijfers gepubliceerd. Als wij
echter evenais de samenstellers van het
rapport, op indrukken afgaan, dan menen
we te mogen aannemen, 'dat dit bezoek,
zeker in vergelijking met andere landen,
zeep laag is.
Dit neemt Intussen niet weg, dat alle
ten dienste staande middelen moeten
worden aangewend om de jeugd tegen
mogelijk bioscoopgevaar te beschermen.
Oojc ten aanzien Werv«n zijn de samsite
stellers van het rapport tot een conclu-
?le gekomen, volgens hen dient tegenover
ilms hetzelfde standpunt te worden inge
nomen als tegenover het boek. De grote
zorg, waarmee de jeugdlectuur wordt om
geven, moet. volgens hen ook worden
overgebracht op het terrein van de film
voor de kjnderen. Zij zijn van oordeel, dat
een algemeen verbod voor kinderen be
neden 14 jaar om de gewone bioscoop te
bezoeken, 1 enzb onder geleide van ouders
en opvoeders, als het meest gewenste is
te beschouwen. Een dergelijke bepaling
laat echter de mogelijkheid open, dat
bioscoopbezoekers of zelfs toevallige
voorbijgangers zich plotseling tot „ouders
of opvoeders zien gebombardeerd met
alle gevaren en nadelen daaraan verbon
den. In Engeland, waar een bepaling als
hier- wordt voorgestaan, geldt., heeft men
op dit punt zeer onaangename ervaringen
opgedaan.
Het rapport stelt ook enige eisen,
waaraan een jeugdfilm moet voldoen
Deze eisen zjjn negatief en positief. Nega-
tiet: de film moet onschuldig van inhoud
zijn, mag niet tot nadenken brengen over
problemen, welke niet des kinds zijn, en
ze mag niét ergeren of een verruwende
uitwerking hebben (als gooi- en smjjt-
films of een aaneenschakeling van vecht-
partpen). Positief: de film moet goed
amusement bieden, het verhaal moet be
vattelijk zijn en binnen het bereik van
het kinderlijke begrip blijven. Onschul
dig vermaak dus, dat leerzaam kin zijn,
maar dit laatste alleen als bijkomende
winst.
Deze j'eugdfilms moeten volgens het
rapport worden gekeurd door aparte
commissies, al dan niet als onderdeel
van de Rijkscommissie. In deze commis
sies moeien zitting hebben personen met
een paedagogisch inzicht als priesters,
predikanten, medici, onderwijzers en
jeugdleiders.
De stellers van het rapport zien hier
blijkbaar over het hoofd, dat er sprake
is van het probleem jeugd èn film en dat
het bij de keuring van jeugdfilms ook
wel eens van belang zou kunnen zijn om
personen in deze commissies op te nemen,
die over de waarde van de film pp zich
kunnen oordelen. Een paedagogisch ver
antwoorde film is alleen op grond daar
van nog niet een goecje film in de volle
zin van het woord. En bij het vraagstuk
jeugd en film moqt niet alleen rekening
worden gehouden met het belang van het
kind, doch óók met dat van de f'lm, de
goede en aesthetlsch verantwoorde film
wel te verstaap.
De conclusie, waartoe het rapport ten
slotte komt, geeft intussen blijk van ge
zond verstand en zin voor de werkelijk
heid. „Keuring op geschiktheid", aldus de
rapporteurs, „zal wel een vrome wens
blijven in 'n samenleving, zoals we die nu
kennen en zal niet door een wettelijke
regeling te bereiken zijn. Daarom moet de
toelaatbaarheidsnorm zo streng moge
lijk worden gesteld moeten de eisen om
trent „goede zeden en rust in de staat"
daarmee in overeenstemming worden ge
bracht".
Een conclusie, waarmee wij volkomen
instemmen, al hadden wij graag gezien,
dat dit rapport een dieper en vollediger
inzicht had gegeven ip een materie, wel
ke nog steeds op een gedegen en weten
schappelijk onderzoek wacht.
De economische positie van de in
dustriële en handeldrijvende midden
stand is de laatste jaren voorwerp van
de belangstelling geweest, zowel van de
belanghebbenden zelf, als van anderen,
die het grote belang van een krachtige
middenstand voor de samenleving in
zien.
Uit de kringen der middenstanders
heeft men niet nagelaten op de moei
lijkheden, aan hun economische en
financiële positie verbonden, te wijzen;
waarbij vooral de drukkende belastin
gen in het middelpunt der belangstel
ling stonden. Daarbij kwamen dan de
gewijzigde economische verhoudingen,
verhoudingen die zich vooral manifes
teerden in veranderde marktsituaties.
De toestanden van na de oorlog toen de
vraag naar goederen het aanbod in be
langrijke mate overtrof, hebben plaats
gemaakt voor verhoudingen die ietwat
omgekeerd liggen, tengevolge waarvan
de concurrentie weer een voorname rol
ls gaan spelen Voeg daarbij het stijgen
de prijspeil, met als noodzakelijk gevolg
de behoefte aan meer bedrijfskapitaal
en het is duidelijk dat hierdoor speciale
moeilijkheden ontstonden.
Het is mede aan dit alles loe te
schrijven dat de positie van de midden
stand ook ip 's lands vergaderzaal de
laatste jaren meer dan eens aan de
orde werd gesteld en dat van verschil
lende zijden voqr de middenstand het
pleit is gevoerd.
Ook de K.V.p. is daarbij niet in ge
breke gebleven en zij heeft, evenals
voorgaande jaren, ook dit jaar wederom
van haar daadwerkelijke belangstelling
voor deze belangrijke maatschappelijke
groep doen blijken. In het Voorlopig
Verslag op hoofdstuk I der Rijks
begroting werd door de K.V-P. erop
gewezen, dat in het beleid der regeling
aan de middenstand als gedifferentieerd
complex zeker een evenwaardige aan
dacht behoort te worden geschonken
als aan de arbeid en de landbouw. De
regering antwoordde daarop o.m. dat
zij met de K.V.P.rleden de middengroe
pen „kostbare elementen" vindt „voor
een hechte opbouw van de samenleving.
Hierop is prof- Ronune, bij de Alge
mene Beschouwingen nader terugge
komen, waarbij hij er op wees, dat men
bij aanvaarding van een dergelijke po
sitie, ook, de instrumenten moet smeden
om die aandacht aan de middenstand
te kunnen wijden, welke evenwaardig
is aan de aandacht, welke, gelukkig,
wordt geschonken aan de arbeid en aan
de landbouw. Naar het oordeel van
prof Ronune ontbrak er aan dat instru
mentarium van de Overheid, met be
trekking tot de mjddenstahd, wel iets.
En na er op gewezen te hebben, dat de
middenstand met verschillende depar
tementen te maken heeft, waarbij hij
reeds jarenlang getoond heeft behoefte
te hebben aan een centraal punt voor
de eigen maatschappelijke kring, waar
voor weleer de Middenstandsraad
fupetioaneerde, vestigt hij er de aan
dacht op dat hij thans weer doende is
zich een eigen centrum te scheppen in
het verband van de Sociaal-Economi
sche Raad.
Prof Homme gaf echter als zijn me
ning te kennen, dat wanneer dit geluk
te. daarmede toch nog maar de helft
zou zijn geschied van wgt geschieden
ipoet om een apparaat te doen werken,
dat de kracht van de middenstand, ten
bate van de gehele samenleving, kan
bevorderen. Daarom achtten hij en zijn
politieke vrienden een centrale tegen
speler van de middenstand aan de zijde
van de Overheid nodig. En op grond
daarvan bepleitte hij de vorming, door
de regering, van een interdepartemen
tale middenstandscommissie, waarmede
het eigen maatschappelijke centrum
van de middenstand geregeld voeling
zou kunnen houden en overleg zou
kunnen plegen. Prof Romme stelde
daarbij voor, deze commissie te doen
staan onder de Staatssecretaris van
Economische Zaken. Dit laatste om het
element van de politieke verantwoor
delijkheid in de commissie vervat te
hebben.
De Minister-Presidept heeft in zijn
antwoord op ctere opmerkingen van
prof. Rompie. alsmede ter zake van
diens voorstel er o.m. op gewezen, dat
de Minister van Economische Zaken
zeker rekening zou houden met de
wens pm aan de middenstand evenveel
aandacht te schenken als aan de arbei
ders, wat echter niet wilde zeggen dat
men voor de middenstand evenveel kan
regelen als voor degenen, die in loon
dienst werker,. Dat ligt bij de onder
nemers, aldus de heer Drees, nu een
maal anders. De vervolmaking van hef
instrumentarium vau de Overheid, zai,
aldus de Minister, een nader punt van
overweging uitmaken. Voor wat de
centrale tegenspeler van de zijde van
de Overheid betreft, beloofde de Mi
nister-President dc kwestie onder de
aandacht van de Minister van Economi
sche Zaken te zullen brengen, om te
overwegen hoe zij interdepartementaal
kan worden geregeld.
Naar onze mening is hier een belang
rijk initiatief 8el>omen' Een initiatief
dat goed uitgewerkt, voor de midden
stand, maar daarvoor stellig niet alleen,
goede vruchten kan afwerpen. De grote
grief was immers maar al te vaak dat
men voor het nemen van maatregelen
van de zijde der Overheid het geëigen
de orgaan miste, tengevolge waarvan
men, omdat men met meer dan één
departement te maken had, het gelijk
richten vgn de wil niet kon bereiken.
Dit was voor een vruchtbaar optreden
meer dan eens funest en het schiep een
sfeer, welke niet bij uitstek geschikt
was voor een vruchtbare samenwer
king.
Door het creëren van een orgaan, als
door prof. Romme bedoeld, kan hierin
verandering komen; waardoor dan te
vens wordt bereikt, dat de middenstand
op een niveau kan werken, evenredig
aan' zijn betekenis- Wij hopen dan ook
dat de regering bij haar nadere over
weging tot de conclusie zal komen dat
prof. Romme's voorste) moet worden
overgenomen. Middenstand en volk
kunnen er slechts wel bij varen.
ANDRIESSEN
De Heineken's Bierbrouwerij Mij. N.V.
die, zoals bekend, belangen heeft bij een
aantal brouwerijen in het buitenland,
heeft in October j.l. besloten om ook in
Venezuela een bierbrouwerij op te rich
ten. Deze maatschappij draagt de naam
C A. Cerveceria Hemeker. de Venezuela.
Het kapitaal bedraagt il.60Q.000 boli-
varejs. (1 bolivar is ca. 1,13). De brou
werij zal gevestigd worden te Caracas.
Met de bouw en de installatie der ma
chinerieën zal ongeveer twee jaar ge
moeid zijn. x