Gesol met Heilige Plaatsen Erfdeel van alle katholieken m gevaar SCHULDIG of ONSCHULDIG? Een Italiaanse film over Maria Belgisch-Nederlands probleem der havens en waterwegen Katholieke onderwijzers over liet probleem Jeugd en Film t) Middenstands- politiek Internationalisatie de enige oplossing Reina Prinsen Geerligs- prijs uitgereikt Twee oude tantes als detectives Mr. W. M. Houwing t Maakt Schelde-regiem en Rijmverbinding de moeilijkheden YRUDAG 24 NOVEMBER 1950 PAGINA 4 Einde van Jeruzalem „Séjour" van J. Blokker bekroond 2.200.000 vrouwen doen beroep op V. N. J. P. ROOVERS f EINDE MARSHALLHULP AAN ENGELAND? Laatste toewijzing al verbruikt AMERIKA VERNIETIGT AARDAPPELEN Prof. dr ir E. DE VRIES Verlaat Landbouwhogeschool Directeur Amsterdamsche- en Incasso Bank „MATER DEP' KOERSWIJZIGING CANADESE DOLLAR Het regiem van de Schelde Temaaien en Ter neuzen Rijn-Scheldeverbinding TELEURSTELLEND RAPPORT NIEUWE FABRIEK VAN HEINEKEN IN VENEZUELA «■it. „De Katholieken lopen gevaar hun •eeuwenoude rechten op de H Plaatsen in Palestina te verliezen", schrijft de bekende Italiaanse auteur Ig'mo Giordani in het partijblad van de Christen-Democratische Partij in Italië. In zijn beschouwing over de achtergrond van de huidige gang van zaken ten aanzien van de internationali satie van Jeruzalem en de andere H.H. Plaatsen werpt hij Engeland voor de voe ten, dat dit in de twist rondom de H.H. Plaatsen een prachtige gelegenheid, ziet om zvn invloed op de beide partijen Joden en Arabieren te versterken en dat het bereid is Jeruzalem aan een van beide partijen aan te bieden of onder beide partijen te verdelen. Het Katholieke Frankrijk, zo vervolgt hij, is tot alles be reid, wanneer het op andere punten der wereld-politiek voordeel kan behalen. De Verenigde Staten tenslotte hebben haast om het conflict rondom Jeruzalem te be ëindigen, omdat zij de Middellandse Zee strjjdklaar willen hebben voor een even tueel conflict met Rusland. Pit zijn volgens Giordani enkele van de redenen, waarom zo gesold wordt met de internationalisatie van Jeruzalem en van de H.H. Plaatsen. Daarom zijn de Katholieken over de gehele wereld ver plicht de politici te herinneren aan de godsdienstige en geschiedkundige bete kenis van Jeruzalem, de stad, aldus Giordani, waarover Christus heeft ge weend en waar Hij Zijn bloed heeft ver goten. Zij moeten alles in het werk stel len om de best mogelijke oplossing van dit probleem te verkrijgen. En de beste oplossing is de internationalisatie van Je ruzalem en omgeving. Een van de redenen daarvoor is. aldus Giordani. de stad voor de verwoestingen van een eventuele wereldbrand te sparen. Zij, die niet Katholiek zijn, hebben geen rechten in Palestina te verdedigen, daar om hebben, zo zegt de Italiaanse schrij ver, de Raad van Protestantse Kerken in Amerika en de Kerk van Engeland de idee der internationalisatie laten varen. Voor de Katholieken echter betekent de internationalisatie, dat deze gebieden aan politieke schommelingen worden onttrok ken. Zü dienen zich daarom uit alle macht te verzetten tegen alle oplossingen, die voor de H.H. Plaatsen een gevaar be tekenen van oorlog en die de H-H. Plaat sen zouden blootstellen aan beroving of onverdraagzaamheden. Het plan, dat nu in studie is en dat hier en daar internationale punten wil stichten, zal het einde van Jeruzalem be tekenen. Deze internationale punten kun nen tezamen geen neutrale zone vormen die als „stootkussen" zal kunnen dienen tussen twee strijdende machten, die. zoals men weet. het gunstige ogenblik afwach ten ran met de wapens en de verovering van Jeruzalem hun slag te slaan. Alle Katholieke organisaties en persor- De reina Prinsen Geerligsprtfs is dit jaar toegekend aan J. A. Blokker voor z'dn verhaal „Séjour". De prijs werd he denmiddag uitgereikt, waarbij het rap port van do jury werd voorgelezen. De jury noemde de bekroonde novelle „een kunstwerk, waarvan de gaafheid en de rijpheid haar zeer had getroffen. Zij is geschreven in een stijl die op dezelfde hoogte blijft: gaaf, rhythmisch met zijn afwisselende korte en soms langere perio den, beeldend en zeer geserveerd. Daarbij komt, dat zij iets eigens en origineels ver toont: de eigenlijke hoofdpersoon, de Franse verzetsman kuelen Dutonné is in de oorlog gefusilleerd, maar hij leeft nog in de harten van alle mensen: waar de verteller ook komt, zier hij achter iede re figuur deze Lucien". Voorts noemde de jury het verhaal „zo suggestief en reëel verteld, dat het de Weergave van een persoonlijke belevenis schijnt". Een eervolle vermelding kreeg J. Vrij man voor een probleemroman. Genoemd werden verder „Pension" van Johan de Vries, „De hongerigen" van J. Voerman en een novelle „Het geval dr J. Hevelin gen" van H. Schollier. Van de poëtische inzendingen werd het werk van Sila Gans geprezen. ganen moeten er uitdrukkelijk op wijzen, dat het meest kostbare erfdeel der Ka tholieken over de gehele wereld op het spel staat. Zij moeten hun invloed en hun autoriteit doen gelden, opdat die oplos sing gevonden wordt, die als de verstan digste en voorzichtigste geldt, aldus de schrijver. Het gaat erom de Heilige Plaatsen van beperkingen, speculaties en angsten te bevrijden en dit kan slechts geschieden door een systeem, dat aan de bewoners en aan hun woningen, aan de wegen en aan de monumenten die vreedzame neu traliteit verzekert, welke alleen door in ternationalisatie kan worden gegaran deerd. Dezelfde voorstellen en compromise i te de Verenigde Staten, d'ie voor Gior dani aanleiding waren tot het schrijven van bovenstaand artikel, waren voor de Katholieke vrouwen van Frankrijk het sein om zich tot de voorzitter van de Algemene Vergadering te richten met het volgende telegram. „Twee miilioen twee honderd duizend vrouwen, verenigd in de „Ligue feminine d'Action Catholique franpaise", verzoe ken de Algemene Vergadering der Ver enigde Naties met het oog op de resolu ties van 29 November 1947, 11 Decembe» 1948 en 9 December 1949, rekening te houden met het bij uitstek godsdienstige en universele karakter van het vraag stuk der Heilige Plaatsen in Palestina en sct vredeswerk te voltooien door ds internationalisatie van Jeruzalem te krach tigen, volgens het statuut, aange boden door de Commissie van Toezicht De definitieve aanvaarding van deze rechtvaardige oplossing, die bij stemming reeds driemaal een grote meerderheid heeft behaald, zal het bewijs zijn van de eerbied van de Algemene Vergadering voor èe geestelijke belangen van de mensheid en zal het vertrouwen ver meerderen van de gelovige mensen over de gehele wereld, in het bijzonder van de Katholieken van Frankrijk in de uit werking van het vredeswerk der Ver enigde Naties." In de nacht van 20 op 21 November overleed in Den Haag plotseling de heer Johannes Roovers op 73-jarige leeftijd. In het uit Rotterdam stammende ge slacht Roovers manifesteerde zich een zeer kunstzinnige aanleg, die van vader op zoon met innige toewhding werd ge cultiveerd en tot een familie-traditie uit groeide. Zo verwierf de overledene zich door heel Nederland een zeldzame repu tatie als calligraaf en heraldicus. Talloze opdrachten, waaronder de meest eervolle werden door de thans overledene uitgevoerd. In het Shakespeare House te Strafford bewaart men nog een door Hoo ver geïllustreerde gedicht van de grote Engelse diehter. Onder de gedenknaald op het Regentesseplein te 's-Gravenhage is een door H. M. Koningin Wilhelmina on dertekende en door de overledene gete kende oorkonde ingemetseld. Verder kun nen nog genoemd worden opdrachten aan geboden aan Z. H. de Paus, De Duitse Keizer de Carnegiestichting etc. Gedurende meer dan 25 jaar was Jo hannes Pieter Roovers verbonden aan het R.K. Centraal Bureau voor Onderwijs en Opvoeding te 's-Gravenhage, alwaar zijn arbeid met de pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia en Pontifice werd beloond. Op een conferentie te Horneten over de Marshall-hulp is een van de grootste Britse economische vraagstukken te be handeling genomen: 'Zal de Marshall hulp thans worden beëindigd, zal zij woo den voortgezet af zal zij worden vermin d-erd? Het is niet waarschijnlijk, dat de Don «erdag gehouden bijeenkomst van do Britse minister van financiën, de ambas sadeur van het plan-Marshall en het hoofd van de E.C.A.-miesie in Engeland een on middellijke beslissing zal opleveren. Gewoonlijk goed ingelichte financiële kringen te T nden zijn chter van me ning, dat het einde van de Marshall-hulp aan Engeland is gel-.men en dat het voornaamste doel van de conferentie is geweest vast te stellen hoe het Britse voik voorzichtig op de hoogte kan wor den gesteld van het nieuws. In afwachting van deze belangrijke beslissing is de dollarhulp aan Engeland in feite reeds stopgezet. De laatste toe wijzing werd een maand geleden ver ■strekt en alles of bijna alles is reeds ger bruikt voor aankopen in het dollarge {sied. Kopers waren niet te vinden Blijkens officiële statistieken zijn er di. jaar totduverre 20,7 miilioen scae- pels „overgchof-sardappelen door het m ikaanse ministerie van landbouw vernietigd. De regering had deze aardap pelen van de boeren gekocht, teneinde do prijzen op peil te houden. Zij hoopte tie "iflen in het buitenland tc kunnen verkopen. Aangezien dit verko pen te langzaam ging, heeft de regering de aardappelen vernietigd. In 1949 zijn 10,7 miilioen schepels „Qverseh»t"-aardappelen vernietigd. De, regering heeft dit jaar ongeveer 20 mjl lioen dollars aan de boeren betaald, Uit sluitend om de aardappelen buiten de markt te houden en ze op te slaan. De Amerikaanse regering bezit nog 61 miilioen pounds aan aardappelmeel, die sedert 194K opgeslagen liggen. Hoe wel er ernstig gebrek is aan industrie alcohol toonden de fabrikanten niet vee) 'lust om dit zetmeel te kopen. Het mini- Temidden van het telkens afwisselende wereldgebeuren heeft het proces tegen Thomas Stillwell voor het hof van het stadje Arundel in Zuid Engeland nauwe lijks de aandacht getrokken. Deze jonge, onaanzienlijke man had zich te verant woorden wegens daden van geweld en moord op een zeven en twintig-jarig meisje: Joan Woodhouse uit Londen. Het proces, dat feitelijk een proefproces was het moest uitmaken, of er vol doende bewijzen tegen Thomas Stillwell bestonden, om hem in staat van besehul diging te stellen - kan inmiddels be schouwd worden als een typisch symp toom van de Engelse mentaliteit, die ge symboliseerd is in de markante figuur van John Buil. de buldog, die vasthoudt, wat hij heeft. Engeland ls nog steeds Engeland en het recht heeft er onverbiddelijk zijn loop- Zelfs toen het fameuze Scotland Yard de zaak—Woodhouse in zijn archieven op borg, nadat zijn beste speurhonden niet In staat waren geweest, haar op te hel deren, was er een rechter, die tot het Uiterste ging. om te bereiken, dat Tho mas Stillwell zijn straf niet zou ontlopen, indien.... hij werkelijk schuldig was. De mysterieuze zaak had zich als volgt toegedragen. In Augustus 1948 kwam bij de politie van Arundel een zenuwachtige, lange, magere jongeman, Thomas Stilte wel) genaamd, aangifte doen, dat hij in het park van een In de omgevtng staand kasteel het lijk van een meisje gevonden had, grotendeels door takkenbossen be dekt De politie stelde een onderzoek in. De politiedokter, die het lijk schouwde, kwam tot de conclusie, dat de dood door wurging was Ingetreden en nadat het metsje mishandeld was. Thomas Stillwell verklaarde, zijn weg door het park te hebben genomen, om sneller op zijn plaats van bestemming te komen. Hij had die middag ergens een fiets geleend en, door het park fietsende, had hij zöo lugubere ontdekking gedaan. Later kwam hij OP verklaring terug. Hij had in het park konijnen willen stro pen en dit In eerste instantie niet gezegd, omdat hij niet voor een stroper wilde worden aangezien. De politie van Arundei besloot In verband met die tegenstrijdige verklaringen Scotland Yard te hulp te roepen. Er werden mannenharen gevon den, maar deskundigen konden met ze kerheid vaststellen, dat die niet van Thomas Stillwell waren. Hij werd wegens gebrek aan bewijs op vrije voeten gesteld në 'mussen een al lesbehalve gunstige indruk te hebben achtergelaten. Voor het feit, dat Thomas Stillwell zelf naar de politie was gegaan, zouden schrijvers van detective-verhalen tal van Interessante redenen hebben aan- gevoerd. Maar de politie zelf moest zich er rekenschap van geven, halt te moeten houden wegens het ontbreken van bruik bare gegevens. In Londen legden' de twee oude tantes, dames van omstreeks zeventig jaaL die het meisje Joan, na de vroege dood van de moeder groot gebracht hadden, zich niet bij de beslissing van Scotland varti neer. Ze wilden, dat aan hun pleegkind gerechtigheid zou geschieden. De moor denaar moest gestraft worden. En ze ge loofden, dat Thomas Stillwell en niemand anders de moordenaar was, ofschoon ze niet konden verklaren, waarom Joan he lemaal van Londen naar Arundel gereisa was. Het was een eenvoudig, niet befa mooi, rustig meisje, dat In een bibliotheeK werkte en nooit de aandacht op zich ves tigde, bovendien zeer godsdienstig. De twee oude tantes besloten, zelf het onderzoek ter hand te nemen en behalve yan de hulp van adviseurs van Scotland Yard, verzekerden ze zich, met grote financiële opofferingen, van die van een der bekendste Engelse, particuliere de tectives, Tom Jacks. Deze begon het on derzoek van voren 'af aan, bijgestaan door de twee tantes, die tn Arundel met aller lei mensen spraken. Bijna twee jaar lang duurde het on derzoek. Toen ze materiaal genoeg ver zameld meenden te hebben, wendden de tantes zich tot een advocaat en deze zorg de er voor, dat ze zich op een oude be paling in de Engelse wet konden beroe pen welke aan elke Engelse burger het recht geeft, iemand voor het gerecht te dagen die ze van moord af poging tot moord' verdenken- Dit gerecht moet dan uitmaken of het aangevoerde materiaal voldoende is om een nieuwe instructie te openen, welke dan eventueel tot nieuwe behandeling van de mak elden poet. Aldus stond Thomas Still wel korl^ge leden wederom terecht en opn Arundel. Er was bijzonder grote belang» ■telling voor deze zaak. Ondei *?pn bliek op de publieke tribune jonden zich zowel voor- als tegenstanders van Thomas Stillwell. ~,«t De rechter had thans te beslissen, wat beter was. een onschuldige te verooi de len of Iemand, die misschien een misdaad op zijn geweten bad, vrij te laten, ui- dens de rechtszitting beantwoordde Tho mas Stillwell flegmatiek de hem gestelde vragen. Hij wekte sympathie noch anti pathie op. Het ging bij het publiek trou wens niet om zijn persoon, maar om de vraag, of hier een onschuldige in staat van beschuldiging zou worden gesteld of Men volgde met belangstelling de ver klaringen van Jacks en de oude dames. Jacks bracht als getuige een vrouw naar voren, <Jie hem kort te voren een brief had geschreven, waarin ze hem mede deelde, gezien te hebben, dat Thomas Stillwell en Joan Woodhouse in het park een twistgesprek voerden Toen de zaak bij de politie in handen was, had ze ge zwegen. De vrouw leek een kroongetuige. „Met bevende vingers", zo had ze aan Jacks geschreven, nadat ze in de krant gelezen had dat deze het onderzoek had hervat, „schrijf ik u bijzonderheden, welke voor Thomas Stillwell noodlottig zullen woA den". Maar tijdens het strenge verhoor, waar aan de rechter? haar onderwierpen, bleek ze niet in staat, de juiste datum te noe- gezien had. Haar getuigenis werd tenslot te, tot grote opluchting van het publiek, als van nul en generlei waarde bestem peld, vooral ook omdat Thomas Stillwell ontkende, Joan Woodhouse ooit ontmoet te hebben. Toen de rechtbank tenslotte verklaarde, dat Thomas Stillwell van rechtsvervolging ontslagen werd en zich als vrij man kon beschouwen, brak er een ovatie los. Deze ovatie vond weerklank oij het gehele En gelse volk, dat de affaire Thomas Still- well met grote belangstelling had ge volgd. In Engeland kan nog steeds een onschul dige niet veroordeeld worden. Welk een schrille tegenstelling, als men kijkt naar landen, waar duizenden onschuldigen in schijnprocessen tot zware kerkerstraffen en zelfs ter dood worden veroordeeld- niet. In verband met zijn benoeming tot hoofd van de afdeling economische hulp bronnen van de Internationale Bank van Reconstructie en Ontwikkeling in de Verenigde Staten van Noord-Amerika is op zijn verzoek aan pirof. dr ir E. de Vries bij Kon. besluit eervol ontslag verleend als hoogleraar aan de Landbouw-Hoge- sehool te Wagentegen. Prof. De Vries doceerde hier de land huishoudkunde van de Overzeese Ge biedsdelen en het Indonesische agrarische recht van het Indonesische staats- en strafrecht. Ais zodanig werd hij in Maart 1947 benoemd na zijn terugkeer uit Indo nesië, waar hij gedurende de oorlogsjaren in een gevangenenkamp was geïnterneerd Wagentegen verliest door zijn vertrek een zeer geziene figuur, die ook op het gebied van de internationale betrekkingen be langrijke diensten aan ons land heeft be wezen Te Amsterdam is gistermiddag te de leeftijd van 58 jaren overleden de heer mr W. M. Houwing, directeur van de Amsterdamsche Bank N.V., Incassobank N.V. De heer Houwing, die te Hoorn is ge boren en te Leiden rechten heeft ge studeerd, kwam spoedig na de beëindi ging van deze studie in dienst van de Amsterdamsche Bank, waarbij hij op 1 April 1923 tot procuratiehouder werd be noemd. Op 1 November van het volgende jaar ging hij over naar de Rotterdamsche Bank, doch 1 September 1927 keerde hij bij de Amsterdamsche Bank terug en wel als directeur van de Bijbank te Rotter dam. 1 Mei 1932 werd hij directeur v«n de Amsterdamsche Bank N-V. Na de fusie mei de Incasso Bank op 1 Januari 1948 werd hij directeur van de beide vennoot schappen. Daarnaast heeft de heer Houwing ver scheidene functies vervuld In de bankiers- en zakenwereld van de hoofdstad Zo was hij plaatsvervangend voorzitter van de Amsterdamse Bankiersvereniging, be stuurslid van de vereniging van devjezen- banken, lid van de raad van bijstand der bedrijfsgroep handelsbanken, commissaris van de N.V. Hollandsche Koopmansbank, commissaris van de N.V Nederlandsche Standaard F ank alsmede commissaris van de Nederlandsche Credietverzekering Maatschappij N.V. Hulde aan de Heilige Maagd ter gelegenheid van de dogma- afkondiging Ter gelegenheid van de afkondiging van het dogma der Tenhemelopneming heeft de Italiaanse filmmaatschappij REF-INCAR onder de titel „Mater Dei" (Moeder Gods) een kleurenfilm in anco-color vervaardigd, waarin op dramatische wijze het aardse leven van de Allerheiligste Maagd wordt uitge beeld, in het hijzonder Haar taak als Moeder, Medeverlosseres en Bemidde- lares van heel de mensheid, In de openingsbeelden van deze film wordt de mens getoond in zijn paradijse lijke staat, welke kan wordep samenge vat in de woorden: vrede en sereniteit, Vrede met God van de eerste mens, die intens leeft in de liefde tot zijn Schepper. Totdat deze zon van geluk wordt over schaduwd en zondige handen elkander vinden in het overreiken van de appel der vervloeking. Dan wordt alles duister en vol droefheid. Maar zoals een zonnestraal de aarde verlicht en haar weer doet lachen, zo wordt ook de hoop geboren in de harten van de kinderen der mensen, wanneer God tot de slang zegt: „Ik zal vijandschap stellen tussen u en de vrouw, tussen uw zaad en het hare; en zij zal u de kop verpletteren". Van dat ogenblik af zien de ogen van alle rechtschapenen uit naar de Vrouw, die zal komen om de wereld te verblijden. In aangrijpende taferelen schildert de film daarna, zoals Albertinp Barbieri in het Italiaanse blad „Orizzonti" beschrijft, de Boodschap des Engels, de droeve reis van Maria en Joseph naar Bethlehem en het eerste Kerstfeest, tot bjj de Opdracht in de Tempel duidelijk de bestemming van het Kind en Zijn Moeder wordt ont huld „Zie, Deze is gesteld tot val en op standing van velen in Israël en tot een teken van tegenspraak: en Uw ziel zal met een zwaard worden doorboord". Van dat ogenblik af is het lot van de Moeder zó nauw verbonden met dat van de Zoon, dat het niet meer kan worden gescheiden. Haar leven wordt geken merkt door smart, een verstilde smart, bedwongen door een onwankelbaar geloof en door een bovennatuurlijke hoop. Bjj de ontelbare markante gebeurtenissen in het leven van Haar Zoon is Zij tegen woordig met Haar leidende geest, met Haar ziel, die geheel is gericht op de over winning van Haar Kind aan het kruis. Onder dat; kruis vindt de mateloze om helzing plaats van Maria met de mens heid, het onzichtbare accoord van mil- iioenen wezens, besloten in Haar hart. Wezens, die Haar Moeder, Koningin en Heerseres over het heelal mogen noemen. Dan laat de film zien, hoe Maria, als een moeder, die nooit moede wordt haar kindje de eerste stappen te leren, de mensheid brengt naar Haar Zoon. Aldus verhaalt deze film het leven en de zen ding van de H. Maagd ten opzichte van het menselijke geslacht en het antwoord van de mensen aan Maria. De rol van Maria in de film wordt ver tolkt door Myriam de Majo, een actrice en zangeres uit Bulgarije. Door enkele Italiaanse bladen is deze actrice voorge steld als een ijverig communiste, maar Don Emiljp Cordero van de Sociëteit van San Paolo, die de film regisserde en er het scenario voor schreef, verzekert, dat zij vurig anti-eonimunistisch is en dat haar ouders in Sofia ernstig zijn vervolgd. De rol van de kleine Maria wordt ge speeld door de jeugdige Maria Viva, een leerlinge van de Russische danseres Ilja Russkaia, terwijl de acteur Giorgio Cos- iantini, o.a. bekend door zijn prachtige vertolking als „Kapitein Fracassa", de Christusrol is toevertrouwd. De film „Mater Dei" is de eerste kleu renfilm, die door de Italiaanse productie in omloop zal worden gebracht. Het toe gepaste systeem is niet technicolor, maar anco-Bolor, dat minder opzienbarende, maar, naar verzekerd wordt, meer reële resultaten oplevert. Blijkens mededeling van de Ned. Bank js de koers van de Canadese dollar met ingang van 23 November vastgesteld op 3.64%—3.66% (vorige notering 3.653.67). (Van pnze Brusselse correspondent) Rapporteur der begroting van het Bel gische ministerie van Buitenlandse Zaken wag ditmaal baron J. X. Van der Stra- ten-Waillet, oud-minister. Kamerlid van het arrondissement Antwerpen en ge wezen nationaal voorzitter van de C.V.P Deze behandelt in zy'n zojuist versche nen verslag o.m ook „het Belgisch-Ne derlands probleem van de havens en de waterwegen". Baron Van der Straten begint in mi neurtoon: „Men weet, hoe zwaar sommige geschillen in verhand met de waterwegen en de havens sedert jaren drukken op de Nederlands-Belgische betrekkingen", In verband hiermede, werd op bijna al de ministeriële conferenties van Benelux van Belgische zijde aangedrongen „om deze hindernissen weg te ruimen vóöv de tot standkoming der Economische Unie". Op de van 19 tot 13 Maart 1949 te 's Gra- venhage gehouden conferentie „erkende de Nederlandse regering dat men aan deze problemen een voor de drie landen be vredigende oplossing behoort te geven". Men besloot alsdan, de studie van die problemen aan een speciale commissie toe te vertrouwen, welke in het bijzonder de technische, economische en financiële aspecten moest bestuderen van de pro blemen betreffende de Havens en de wa terwegen van Antwerpen. Gent en Luik. De commissie had de opdracht, haar ver slagen t)ij de regeringen binnen maximum één jaar in te dienen. Deze datum is sedert 15 October 1.1. verstreken, doch nog geen enkel rapport werd ingediend. Deze brede, doch vrij onnauwkeurige omlijning van de opdracht der gemengde commissie, „gaf aanleiding tot een be langrijk meningsverschil tussen de Neder landse en de Belgische delegaties toen de commissie voor de eerste maal vergader de (9 Dec. 1949). De Nederlandse delegatie betwistte de bevoegdheid van de commis sie voor het onderzoek van het vraagstuk van net Schelderegiem. Zij stelde voor, dit te verwijzen naar de technische Schel- decommissie. ingesteld ingevolge de mi nisteriële besprekingen te Luxemburg (Januari 1948). Volgens de Belgische op vatting, heeft deze uit ambtenaren samen gestelde commissie een technische op dracht en scheen zij de BelgisGhe auto riteiten niet bevoegd principiële voorstel len te doen qn de juridische aspecten van het vraagstuk te bespreken". Het bleek echter niet mogelijk, de Nederlandse de legatie van haar standpunt te doen af wijken". Door dg beperkende interpretatie van het mandaat der speciale commissie werd nutteloos vee] tijd verloren, meent men hier. „Doch" zegt baron Van der Straten, „het is niet te laat om de verloren tijd in te halen en om ook dit probleem met vastberadenheid en goede wil dadelijk aan te pakken". En dan een complimentje: „Onze Noorderburen hebben te veel ge zond verstand en nuchterheid om het uit zonderlijk belang van een spoedige rege ling ook op dit gebied niet duidelijk in te zien". De andere vraagstukken die tot de op dracht van de commissie behoorden, wer den in de loop van talrijke vergaderingen ?nto6' de medewerking van de beste technici grondig bestudeerd. De opheffing van de Stop van Temaaien. de bouw van een nieuwe sluis te Terneuzen, en de aan passing van het kanaal Gent-Terneuzen, schijnen geen aanleiding te hebben ge geven tot ernstige moeilijkheden. „Men mag verwachten, dat een gemeenschap- pelijk rapport over de uitvoering van die werken zal worden ingediend". Natuurlijk zou de rapporteur ook de kwestie der RjjnTSchëldeverbinding met onbesproken laten. „De werkzaamheden met betrekking tot de verbetering van de vaarweg tussen Schelde ep Rijn, schijnen minder vlot te zijn verlopen", zegt hij. Met spanning wordt het indienen vaD bet verslag der commissie Steenberghe- Van Cauwelaert tegemoet gezien, „Met spanning, dóch ook met vertrouwen". En dari: „Het wil ons immers voorko men, dat bet probleem der Schelde-Rijn- verbinding, dat in het verleden steeds onder het teken van de tegenstrijdige be langen van Nederland en,België behan deld werd. thans, op de vóóravond van de verwezenlijking der Economische Unie niet anders kan beslecht worden dan in de geest van deze Unie". Baron van dei- Straten betoogt dan, „dat in het econo misch Benelux-complex dit kanaal een bron zal worden van nieuwe welvaart voor Noord en Zuid, een machtige trafiek- scheppende waterweg, een prachtige si tuatie voor nieuwe bedrijven, en het pand van een eerlijke en gezonde wedijver tus sen de twee grootste havens van het vas teland". De conclusie van de rapporteur is dat, als de regeringen zich nu dadelijk aan het werk zetten om ouderhandelingen aan te knopen in het teken van Benelux, men hier vertrouwt dat bovenuitgedrukte hoop eerlang werkelijkheid zal worden. „Dan zal °°k de Economische Unie in een nieu we gtmpsfeer van ontspanning en harte lijke samenwerking onder de meest geluk kige auspiciën geboren worden". Een Antwerpse motie De gemeenteraad van Antwerpen heeft Dinsdagavond ©en 'motie goedgekeurd, die was voorgesteld door het college van bw- gemeester en schepenen en ter kennis van de regering zal worden gebracht. In deze motie wordt de aandacht van de regering gevestigd op de bezorgdheid in Antwerpse handelskringen omtrent het sluiten van een economische unie met Nederland en Luxemburg, zonder epige wgarbprg met betrekking tot 4® kwestie van de Schelde—Rijnverbtoding en de scheepvaart op de Schelde- starie heeft bete nd ««maakt, dat het be reid is het uit te voeren, maar er zijn men en nog minder het juiste uur, waarop jgeeu biedingen gedaan. U« het tweetal ln het park bij Arundel Belangrijkste en meest belang wekkende vragen worden onbeantwoord gelaten Nu vrijwel iedereen in ons land zich op gezette tijden met het vraagstuk «lm en jeugd bezighoudt en er het zijne van zegt, hebben de katholieke onder wijzers, die uit hoofde van hun mooie, maar zware beroep in nauw contact staan mpt het laatste van de twee elementen va« dit probleem, kennelijk niet willen achterblijven. Onder de titel „Jeugd en Film" is een rapport ver schenen van het Katholieke OnderwU- zersverbond, waarin de bevindingen zijn neergelegd van een commissie van vijf, die in opdracht van het verbonds- bestuur een onderzoek naar deze kwes tie heeft ingesteld. De opdracht aan deze commissie, welke blijkbaar zo belangrijk werd geacht, d»t ze in de inleiding tot het rapport op één en dezelfde pagina tot tweemaal toe wordt herhaald, .uidde. a. na te gaan, welke misstanden eF veroorzaakt, worden door het bioscoopbezoek door kinderen en b. de middelen aan te geven, waardoor de jeugd tegen bioscoopgevaar kan wor den beschermd. Voorwaar belangwekkende vragen, welker beantwoording de lezer van net rapport met spanning tegemoet ziet. Een nadere lezing leidt echter tot een ernstige teleurstelling. In antwoord op de vraag: Welke misstanden worden er veroorzaakt door filmbezoek door kinderen?, wordt in het rapport opgemerkt: „Om deze vraag concreet te kunnen beantwoorden, werd eergt nagegaan, of er in het algemeen misstanden zijn, door de film veroorzaakt. Daar beantwoording van deze vraag in finesses buiten het terrein van dit rap port ligt, wordt hier volstaan met de con clusie, dat'bedoelde misstanden er zeer zeker zijn" ziet er inderdaad-heel indrukwekkend uit en zal in haar algemeenheid door nie mand worden bestreden- Maar degenen, die zich voor het vraagstuk jeugd en film interesseren hadden zonder twijfel graag gehoord, wét voor misstanden nu eigen lijk cjoor het filmbezoek onder onze Ne derlandse kinderen zijn ontstaan. Een onderwijzer om met ons voorbeeld in stijl te blijven die zijn leerling vraagt, hem een§ te vertellen, welke vissen er in de Noordzee worden aangetroffen, is óók niet tevreden met de verzekering, dat er „zeer zeker" vissen in de Noordzee zijn, Na aldus luchtig over de beantwoor ding van de eerste vraag te zijn heen gestapt, gaat het rapport op zoek naar de oorzaak van de „zeer zeker" bestaande misstanden, en het meent, dat die oorzaak „mede en niet. op de laatste plaats" moet worden gezocht in „de bestaande Bios coopwet, welke ook het terrein der kin derfilms bestrijkt". Volgt een overzicht van het ontstaan van deze wet en van haar toepassing in de practtjk, welke be kend zijn aan Ieder, die belangstelt in het filmprobleem. Het rapport constateert vervolgens, dat een vrij groot aantal films, die door de Rijkskeuring toelaatbaar werden geacht vpor personen van alle leeftijden in een bijlage van het i-apport worden de titels van vijftien van dergelijke films opgesomd door de katholieke nakeu ring voor de jeugd, en sommige zelfs voor ouderen, ongeschikt werden geacht, Om de vraag, welke invloed deze films op de jeugd hebben gehad, te kunnen beantwoorden, hebben samenstellers van het rapport inlichtingen ingewonnen „bij veie instanties, die met de jeugd te ma ken hebben". Bovendien werd aan direc ties van tuchtscholen de vraag gesteld, of de jeugdcriminaliteit wordt bevorderd door bioscoopbezoek. Het juiste aantal noch de aard van de geraadpleegde instanties worden ge- noemd, terwijl er van de antwoorden, die van de directies der tuchtscholen werden ontvangen slechts één als het uitvoerigste mate, waarin de film oorzaak is van de nriminaliteit onder de jeugd, gezien de kwaliteiten van de tegenwoordige speel film", aldus luidt dit antwoord, „Hikt me zeer groot. De hier geboden prikkelingen zijn vaak to machtig voor de normaal opgegroeide jongen. Om de toegang te kunnen betalen, plegen ze kleine diefstal len. De filmhelden worden hun idealen, ook in het verkeerde en dat, bij voorkeur. En wat „avontuur" leek, wordt in navol ging „misdrijf'. Scherpe keuring door de overheid is noodzakelijk". Bij lezing van dit rapport krijgt men nolens volens de indruk, dat de samen stellers ervan niet met die grandigneja en objectiviteit zijn tewerk gegaari, weme men mocht verwachten met oetrenmng tot deze uiterst belangrijke materie. Een ernstig gebrek is ook, dat <?e voornaamste getuige, de jeugd zelf, niet 's_ 8 e hoorei, hoewel niemand beter dan de onderwijzer in de gelegenheid is, om door middel van opstellen en door persoonlijke ondervra ging, klassikaal zowel als individueel de invloed van de film PP de jeugd te peilen. Of is wellicht het p e ree n t a gek n d e r e n dat in ons land geregeld de bioscoop be- Ëen dergelijke apodictische bewering en meest leerzame wordt geciteerd. „De toet een werkelijk ernstig gevaar vpor een schadelijke beïnvloeding van de jeugd door 'de film, zoals b v in Engeland wèl het geval is, waar blukens een onlangs gepubliceerd regeringsrapport slechts 2 procent van de kinderen tussen 10 en 15 jaar nooit naar de bioscoop gaat, terwijl ongeveer 900.000 kinderen iedere Zater dagmorgen 1.700 bioscopen bezoeken? Omtrent het geregelde bioscoopbezoek in ons land van kinderen beneden de 14 jaar zijn, zover ons bekend, nooit, be trouwbare cijfers gepubliceerd. Als wij echter evenais de samenstellers van het rapport, op indrukken afgaan, dan menen we te mogen aannemen, 'dat dit bezoek, zeker in vergelijking met andere landen, zeep laag is. Dit neemt Intussen niet weg, dat alle ten dienste staande middelen moeten worden aangewend om de jeugd tegen mogelijk bioscoopgevaar te beschermen. Oojc ten aanzien Werv«n zijn de samsite stellers van het rapport tot een conclu- ?le gekomen, volgens hen dient tegenover ilms hetzelfde standpunt te worden inge nomen als tegenover het boek. De grote zorg, waarmee de jeugdlectuur wordt om geven, moet. volgens hen ook worden overgebracht op het terrein van de film voor de kjnderen. Zij zijn van oordeel, dat een algemeen verbod voor kinderen be neden 14 jaar om de gewone bioscoop te bezoeken, 1 enzb onder geleide van ouders en opvoeders, als het meest gewenste is te beschouwen. Een dergelijke bepaling laat echter de mogelijkheid open, dat bioscoopbezoekers of zelfs toevallige voorbijgangers zich plotseling tot „ouders of opvoeders zien gebombardeerd met alle gevaren en nadelen daaraan verbon den. In Engeland, waar een bepaling als hier- wordt voorgestaan, geldt., heeft men op dit punt zeer onaangename ervaringen opgedaan. Het rapport stelt ook enige eisen, waaraan een jeugdfilm moet voldoen Deze eisen zjjn negatief en positief. Nega- tiet: de film moet onschuldig van inhoud zijn, mag niet tot nadenken brengen over problemen, welke niet des kinds zijn, en ze mag niét ergeren of een verruwende uitwerking hebben (als gooi- en smjjt- films of een aaneenschakeling van vecht- partpen). Positief: de film moet goed amusement bieden, het verhaal moet be vattelijk zijn en binnen het bereik van het kinderlijke begrip blijven. Onschul dig vermaak dus, dat leerzaam kin zijn, maar dit laatste alleen als bijkomende winst. Deze j'eugdfilms moeten volgens het rapport worden gekeurd door aparte commissies, al dan niet als onderdeel van de Rijkscommissie. In deze commis sies moeien zitting hebben personen met een paedagogisch inzicht als priesters, predikanten, medici, onderwijzers en jeugdleiders. De stellers van het rapport zien hier blijkbaar over het hoofd, dat er sprake is van het probleem jeugd èn film en dat het bij de keuring van jeugdfilms ook wel eens van belang zou kunnen zijn om personen in deze commissies op te nemen, die over de waarde van de film pp zich kunnen oordelen. Een paedagogisch ver antwoorde film is alleen op grond daar van nog niet een goecje film in de volle zin van het woord. En bij het vraagstuk jeugd en film moqt niet alleen rekening worden gehouden met het belang van het kind, doch óók met dat van de f'lm, de goede en aesthetlsch verantwoorde film wel te verstaap. De conclusie, waartoe het rapport ten slotte komt, geeft intussen blijk van ge zond verstand en zin voor de werkelijk heid. „Keuring op geschiktheid", aldus de rapporteurs, „zal wel een vrome wens blijven in 'n samenleving, zoals we die nu kennen en zal niet door een wettelijke regeling te bereiken zijn. Daarom moet de toelaatbaarheidsnorm zo streng moge lijk worden gesteld moeten de eisen om trent „goede zeden en rust in de staat" daarmee in overeenstemming worden ge bracht". Een conclusie, waarmee wij volkomen instemmen, al hadden wij graag gezien, dat dit rapport een dieper en vollediger inzicht had gegeven ip een materie, wel ke nog steeds op een gedegen en weten schappelijk onderzoek wacht. De economische positie van de in dustriële en handeldrijvende midden stand is de laatste jaren voorwerp van de belangstelling geweest, zowel van de belanghebbenden zelf, als van anderen, die het grote belang van een krachtige middenstand voor de samenleving in zien. Uit de kringen der middenstanders heeft men niet nagelaten op de moei lijkheden, aan hun economische en financiële positie verbonden, te wijzen; waarbij vooral de drukkende belastin gen in het middelpunt der belangstel ling stonden. Daarbij kwamen dan de gewijzigde economische verhoudingen, verhoudingen die zich vooral manifes teerden in veranderde marktsituaties. De toestanden van na de oorlog toen de vraag naar goederen het aanbod in be langrijke mate overtrof, hebben plaats gemaakt voor verhoudingen die ietwat omgekeerd liggen, tengevolge waarvan de concurrentie weer een voorname rol ls gaan spelen Voeg daarbij het stijgen de prijspeil, met als noodzakelijk gevolg de behoefte aan meer bedrijfskapitaal en het is duidelijk dat hierdoor speciale moeilijkheden ontstonden. Het is mede aan dit alles loe te schrijven dat de positie van de midden stand ook ip 's lands vergaderzaal de laatste jaren meer dan eens aan de orde werd gesteld en dat van verschil lende zijden voqr de middenstand het pleit is gevoerd. Ook de K.V.p. is daarbij niet in ge breke gebleven en zij heeft, evenals voorgaande jaren, ook dit jaar wederom van haar daadwerkelijke belangstelling voor deze belangrijke maatschappelijke groep doen blijken. In het Voorlopig Verslag op hoofdstuk I der Rijks begroting werd door de K.V-P. erop gewezen, dat in het beleid der regeling aan de middenstand als gedifferentieerd complex zeker een evenwaardige aan dacht behoort te worden geschonken als aan de arbeid en de landbouw. De regering antwoordde daarop o.m. dat zij met de K.V.P.rleden de middengroe pen „kostbare elementen" vindt „voor een hechte opbouw van de samenleving. Hierop is prof- Ronune, bij de Alge mene Beschouwingen nader terugge komen, waarbij hij er op wees, dat men bij aanvaarding van een dergelijke po sitie, ook, de instrumenten moet smeden om die aandacht aan de middenstand te kunnen wijden, welke evenwaardig is aan de aandacht, welke, gelukkig, wordt geschonken aan de arbeid en aan de landbouw. Naar het oordeel van prof Ronune ontbrak er aan dat instru mentarium van de Overheid, met be trekking tot de mjddenstahd, wel iets. En na er op gewezen te hebben, dat de middenstand met verschillende depar tementen te maken heeft, waarbij hij reeds jarenlang getoond heeft behoefte te hebben aan een centraal punt voor de eigen maatschappelijke kring, waar voor weleer de Middenstandsraad fupetioaneerde, vestigt hij er de aan dacht op dat hij thans weer doende is zich een eigen centrum te scheppen in het verband van de Sociaal-Economi sche Raad. Prof Homme gaf echter als zijn me ning te kennen, dat wanneer dit geluk te. daarmede toch nog maar de helft zou zijn geschied van wgt geschieden ipoet om een apparaat te doen werken, dat de kracht van de middenstand, ten bate van de gehele samenleving, kan bevorderen. Daarom achtten hij en zijn politieke vrienden een centrale tegen speler van de middenstand aan de zijde van de Overheid nodig. En op grond daarvan bepleitte hij de vorming, door de regering, van een interdepartemen tale middenstandscommissie, waarmede het eigen maatschappelijke centrum van de middenstand geregeld voeling zou kunnen houden en overleg zou kunnen plegen. Prof Romme stelde daarbij voor, deze commissie te doen staan onder de Staatssecretaris van Economische Zaken. Dit laatste om het element van de politieke verantwoor delijkheid in de commissie vervat te hebben. De Minister-Presidept heeft in zijn antwoord op ctere opmerkingen van prof. Rompie. alsmede ter zake van diens voorstel er o.m. op gewezen, dat de Minister van Economische Zaken zeker rekening zou houden met de wens pm aan de middenstand evenveel aandacht te schenken als aan de arbei ders, wat echter niet wilde zeggen dat men voor de middenstand evenveel kan regelen als voor degenen, die in loon dienst werker,. Dat ligt bij de onder nemers, aldus de heer Drees, nu een maal anders. De vervolmaking van hef instrumentarium vau de Overheid, zai, aldus de Minister, een nader punt van overweging uitmaken. Voor wat de centrale tegenspeler van de zijde van de Overheid betreft, beloofde de Mi nister-President dc kwestie onder de aandacht van de Minister van Economi sche Zaken te zullen brengen, om te overwegen hoe zij interdepartementaal kan worden geregeld. Naar onze mening is hier een belang rijk initiatief 8el>omen' Een initiatief dat goed uitgewerkt, voor de midden stand, maar daarvoor stellig niet alleen, goede vruchten kan afwerpen. De grote grief was immers maar al te vaak dat men voor het nemen van maatregelen van de zijde der Overheid het geëigen de orgaan miste, tengevolge waarvan men, omdat men met meer dan één departement te maken had, het gelijk richten vgn de wil niet kon bereiken. Dit was voor een vruchtbaar optreden meer dan eens funest en het schiep een sfeer, welke niet bij uitstek geschikt was voor een vruchtbare samenwer king. Door het creëren van een orgaan, als door prof. Romme bedoeld, kan hierin verandering komen; waardoor dan te vens wordt bereikt, dat de middenstand op een niveau kan werken, evenredig aan' zijn betekenis- Wij hopen dan ook dat de regering bij haar nadere over weging tot de conclusie zal komen dat prof. Romme's voorste) moet worden overgenomen. Middenstand en volk kunnen er slechts wel bij varen. ANDRIESSEN De Heineken's Bierbrouwerij Mij. N.V. die, zoals bekend, belangen heeft bij een aantal brouwerijen in het buitenland, heeft in October j.l. besloten om ook in Venezuela een bierbrouwerij op te rich ten. Deze maatschappij draagt de naam C A. Cerveceria Hemeker. de Venezuela. Het kapitaal bedraagt il.60Q.000 boli- varejs. (1 bolivar is ca. 1,13). De brou werij zal gevestigd worden te Caracas. Met de bouw en de installatie der ma chinerieën zal ongeveer twee jaar ge moeid zijn. x

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1950 | | pagina 4