Filmprogramma's voor de Jeugd
MODE-
PRAATJE
HOE BESTEL IK MIJN PATROON?
Harris Burland
jEATERDAG 22 SEPTEMBER 1951
PAGINA 4
PRODUCTSCHAP
GEDISTILLEERDE DRANKEN
Oude Proever
'MHEK£R,
^öeneyvJ
•mcAtvadvUaiUt
óoftei A'mo jg
TWEE ONGEVALLEN IN
HELMOND
Textielarbeider gedood
Gisteravond is de 48-Jarige textielarbei
der Van den B. uit Mierlo bij het huis
waarts fietsen van zijn werk te Helmond,
op de Kanaaldijk aldaar onder een zware
bestelwagen geraakt, toen hij tijdens mor
relen aan zijn rijwiel even niet op het
aankomend verkeer lette. De man werd zo
ernstig verwond, dat hij ter plaatse over
leed.
LEUKE WINTERPYJAMA
VOOR DE MEISJES
C655
achtergrond te dienen voor de buiten
opnamen. De schrijver van het boek,
Guareschi, speelt op verzoek van Julien
Duvivier, die de regie voert, de rol van
de burgemeester Peppone. Die van Don
Camillo wordt vertolkt door Fernandel.
Men is reeds met de eerste opnamen
begonnen. De film zal tussen de 250 en
de 300 millioen lire moeten kosten. Fi
nancier is de uitgever van het boek, die
er, evenals de schrijver, reeds schatten
aan heeft verdiend, omdat het al in een
tiental talen enorme oplagen heeft be
leefd. Het stadje, waar de film wordt op
genomen, is Brescello, in de provincie
Reggio Emilia. Julien Duvivier koos dit
stadje uit, na tientallen andere „afge
keurd" te hebben.
De Subcommissie Organisatie Voedsel
voorzieningssector van de Sociaal Econo
mische Raad maakt bekend, dat zij in
overweging heeft genomen de mste.Ung
van een productschap voor gedistil
leerde dranken. Organisaties van belang
hebbenden, die uitgenodigd wensen te
worden van hun mening te doen Dlijxen,
gelieven hiervan zo spoedig mogelijk
mededeling te doen aan het secretariaat
der Subcommissie, Emmapark 1, 's-Gra-
venhage.
De edelste
grondstoffen, een
eeuwenoud recept,
het meesterschap
van de vakman. z{j
•chenken U een
superieur» genever.
waaraan reeds acht
ffeclachten de voor
keur ffaven.
de graten ontdoen. liter van het vis-
nat weer aan de kook brengen, binden
•met de aangemengde bloem an deze
saus afmaken met boter of margarine,
'peper) en zout. Aardappelen, kool en
de in stukjes verdeelde vis met de sau»
vermengen en in een schaal overdoen.
Ook op dit gerecht kan men in de
oven nog een bruin korstje laten komen-
VI8GOULA8H
500 750 g visfilets, 6 grote uien. 1H
eetlepel paprikapoeder, zout, peper, bo
ter of margarine of olie, een scheutje
bouillon, ('bijv. getrokken van kop en
graten).
De uien schillen., wassen, snipperen
en in de boter, de margarine of de olie
lichtbruin fruiten. De paprika, de bouil
lon peper el. zout toevoegen en de. vis
in dit mengsel smoren in uur. Bij
dit gerecht 11-1st droge rijst geven.
Guareschi, de schrijver van „Don
Camillo", speelt de rol van burge
meester Pappone in de film, die door
Julien Duvivier van zijn boek wordt
gemaakt. De buitenopnamen worden
gemaakt in het Italiaanse stadje
Brescello.
aan de eisen van het normale bewegings
tempo. pielt voor de technische prestatie
van Willy Mullens en zijn medewerkers.
Van het bekende Italiaanse boek „Don
Camillo", waarin de strijd wordt geschil
derd tussen een pastoor en een commu
nistische burgemeester, wordt een film
gemaakt. Na lang zoeken heeft men een
stadje gevonden, dat geknipt was om tot
Een paar uur vroeger op de middag
werd de bejaarde dame S. uit Deurne op
de hoek van de Margrietlaan te Helmond
door een vrachtauto gegrepen. In zeer
zorgwekkende toestand moest zij naar het
St. Antoniusgasthuls worden overgebracht.
Ter afwisseling eens een effen broek
met een gebloemd jasje, al wil dat
natuurlijk niet zeggen, dat het ook
niet geheel van gebloemd of effen
materiaal gemaakt kan worden.
De broek is van boven in de taille
met elastiek afgewerkt, mat aan de
pijp een omslagvan gebloemd. Het
jasje heeft voor en achter oen schou
derstuk, waaronder iets ruimte uitvalt.
De hals is met een bobbedkraagje
afgewerkt en de lange mouw met een
smal manchetje.
Het patroon is verkrijgbaar in maat
50 60 70 80 90 36 0,75.
Plak aan de adreszijae van een briefkaart, naast en bulten de frankeer
zegel het. verschuldigds bedrag aan geldige postzegels en zend deze naar
ATELIER CROON, BEATRIJSSTRAAT 4, ROTTERDAM
Vermeld aan de andere zijde duidelijk uw naam, adres, woonplaats en
maat en nummer van het gewenste patroon.
Plak nooit meer dan f I.— op een kaart, wat meer geplakt wordt is
waardeloos.
(jtiros.ortingen eveneens ten name van Atelier Croon op nummer 271291.
Afgehaald elke dag van 9 tot 12 en van 2 tot 5 uur. Behalve 's Zaterdags.
genoeg onderscheiden, maar 2e hoorde
toch zijn gemompel.
Ja, mijn man., zei ze langzaam en
met moeite. Zeg me nu, waar je die
armband gevonden hebt! En de waar
heid.. de volle waarheid, hoor!
Hij kon geen woord uitbrengen. Eerst
na een poosje zei hij op een toon van
het diepste medeldijden.
Ik vond hem., aan de arm., van
een lijk.
Gelukkig! zei ze met nadruk. Ik
dank de hemel, dat hij dood is.
Trégat huiverde en schudde haar hand
ruw van zijn arm.
Ach., je veracht me, riep ze heftig.
Je vindt, dat ik er bedroefd om moest
zijn. Maar die man heeft mijn hele leven
verknoeid! Acht jaar lang heb ik gewe
ten, dat hij dood was.maar nu heb :k
het zekerste bewijs! Grote goedheid.,
wat is dat..? Vlug jongen., we hebben
onze tijd verpraat., gauw., verberg
je.o!.'t is te laat.
Trégat wende zich om en zag enige
lichtjes dwalen, die in hun richting be
wogen. Zijn Uitweg naar het pad over
de heuvels was afgesneden. Tegelijker
tijd hoorde hij riemslagen en het schuren
van een boot over het kiezel van het
strand. Ook van de andere kant kwamen
énige mannen aan. Hij was omsingeld.
HOOFDSTUK XIII.
In de mazen van het net.
Een enkel ogenblik stond Trégat be
sluiteloos. Hij dacht niet aan zichzelf, macr
aan de vrouw, die gekomen was om hem
te redden en die nu onder verdenking
van medeplichtigheid zou komen. Hij
draaide zich om en greep haar arm ruw
beet.
Schreeuw! zei hij fluisterend
Schreeuw hard, zodat ze je goed ho
ren! Gil, alsof je in doodsangst bent!
Gauw!
Ze zweeg.
Drommels, schreeuw dan toch! be
val hij rijw en hij kneep haar zo hard in
de arm, dat ze een gil van pijn uitte.
Daarop holde hij haastig van haar weg,
alsof mj na een poging tot moord wade
ontvluchten. Het kwam er niet op aan,
welke kant hij uitliep. Aan de ene zijde
was de hoge klip; aan de andere zijde
de zee met twee boten; voor en achter
hem de donkere gedaanten van zijn ver
volgers. Hij liep snel op de mannen, die
uit de boot gesprongen waren toe en
bleef vóór hen staan.
Wat willen jullie van me? vroeg hij
bedaard. Laat me door!
Hij zag enige geweerlopen op zich ge
richt, maar geen der mannen kwam op
hem af.
Laat me door! herhaalde hij. Ik
ben Eric Trégat en julliie doen beter,
me niet in de weg te staan!
We zullen het toch doen! zei een
stem, en het bleek Jean Vallon te zijn.
De anderen grinikten.
Trégat's bloed begon te koken. Hij
dacht er aan, hoe hij veertien dagen ge
leden die man het leven gered had.
Jullie zijn gek! schreeuwde hij.
Jullie zitten de verkeerde achterna!
Laat me voorbij!
(Wordt vervolgd).
strook kiezel strekte zich meer dan een
halve kilometer uit. Het was de befaam
de landtlong van Garfui. Volgens de
overlevering was dit gedeelte in over
oude tijden met een verzonken land ver-
bónden geweest en was deze landtong 't
laatste overblijfsel van die verbinding.
Tot op vijftien kilometer buiten de kust
is die bank onder water nog zichtbaar,
ofschoon het water aan beide zijden op
slechts vijftig meter afstand meer dan
achttien vademen diep is. De vissers be
weren, dat bij laag water aan het uit
einde van de landtong de ruïnen van
een stad zijn te zien. En ze verhalen ook
van vreemde, vage gedaanten, die in het
groene water heen en weer zweven, van
zachte geestesmuziek en het luiden van
klokken in de verre diepten.
Trégat had al die verhalen in zijn
jeugd gehoord en hij herinnerde zich
nu al die legenden, terwijl hij over de
zee stond te staren. Het scheen hem
zelfs, dat hij die stemmen kon horen, die
hem aanrieden uit het land weg te
vluchten, maar als hij dan naar de heu
vels van Ltnonvaux keek, wist hij, dat
dat gaan v-oor hem onmogelijk was, zo
lanig hij over Solange kon waken, opdat
zij niet aan het gruwelijke monster ten
prooi zou vallen.
Toen de gehele baai dóór de stralen
der opgaartie zon in een statoom van
goud scheen veranderd, ging hij naar
binnen en legde zich te rusten. Want
's nachts moest hij er op uit, om te jagen
naar het monster. Hij lag te luisteren
naar het eentonig gedruppel van het
water, tot hij ten laatste in slaap
viel.
Zo leefde Trégat een 'ag of veertien in
zijn hol, waarbuiten hij zich bij dag nooit
waagde, maar waaruit hij in de nacht te
voorschijn kwam, om in de bossen rond
te dwalen. Nog enkele malen kwam hij
zo dicht bij Solange, dat hij tot haar had
kunnen spreken, maar na hun afscheid
wilde hij dat niet eerder doen, dan wan
neer zijn naam van alle blaam gezuiverd
zou zijn.
Gedurende die sombere dagen hoorde
hij slechts van verre het geluid van
menselijke stemmen en vond hij geen
enkel ander spoor, dan het raadselach
tige web in het wóud. Urenlang kon hij
in de nabijheid zitten wachten, of het
monster soms te voorschijn kwam. Maar
geen énkele keer kreeg hij het te zien,
ofschoon hij wist, dat het in de nabij
heid Zijn moest, omdat telkens weer an
dere dieren aan het net werden vastge
maakt. Twee maal trof hij op zijn nach
telijke tochten Jean Vallon op zijn weg.
Eens op het grasveld van' Linionvaux,
Sprekend met mijnheer Margau en eens,
gaande door het Trégat woud, met we
derom een klein pakje bij zich. Hij wist
niet, wat hij van deze nieuwe geheim
zinnigheid denken moest. Hij volgde
Vallon weer en zag hem ook ditmaal
naee- het «trand gaan, waar hij met mijn-