II Ons Succespatroon van deze week Neil Lyndon ontsnapt Sla niet te veel brandstof in voor uw „lichaamsmotor" Behartigenswaardige wenken ten aanzien van het snoepen Bevrijdt U Guur weer in Sankt Anton V HOE BESTEL IK MIJN PATROON? Geautoriseerde vertaling uit het Engels van VICTOR BRIDGES ZATERDAG 3 JANUARI 1953 PAGINA 4 Televisie de grote dreiging. Hollywood stelt zich te weer. Cinerama, Natuurvisie en Trio-opticon als ivapen. Steeds meer kleurenfilms. Maar het zwart wit wint het in artistiek opzicht. „The Sound Barrier", film van het jaar. - Engelse productie op de eerste plaats. Oorlog en gemengd nieuws inspireerden de Amerikaanse regisseurs. „Miracolo a Milano" (Italië) en „Dagboek van een Dorpspastoor" Frankrijk Minder dan middelmatige Duitse productie. „Limelight", grootste teleurstelling van het jaar. Nederlandse productie in 1952. A'DAMSE GRAANMARKT Koningin ontvangt Bonds kanselier Xu de wensen van een zalig, een ge lukkig, een zegenryk en een voorspoe dig Nieuwjaar ons nog in de oren klinken, lijkt het ons op de eerste Za terdag van 1953 niet ongewenst om In deze wekelijkse rubriek, die er ten gevolge van de grote drukte tijdens de jaarswisseling enige malen bü inge schoten is, eens na te gaan, wat het jaar 1953 ons op het gebied van de film heeft gebracht. De televisie, enkele jaren geleden nog een curiositeit voor enkele be voorrechten, is in het achter ons lig gende jaar meer en meer dreiging ge worden, waarmee de machtige filmin dustrie in Hollywood ernstig rekening moet houden. In ons land is het nog lang niet zover, maar in de Verenigde Staten daalt het bioscoopbezoek merk baar. doordat de bezitters van een te levisietoestel er de voorkeur aan geven, hun avonden tliuis door te brengen. Het spreekt vanzelf, dat de filmindu strie in Amerika, waar de gevolgen van de groeiende belangstelling voor de tele visie zich het sterkst doen gevoelen, de eerste is om middelen en wegen te zoe ken, die het publiek in de bioscoop amu sement en ontspanning te bieden, welke de televisie niet geven kan. Dit ligt te meer voor de hand, omdat alleen Holly wood over de reusachtige kapitalen be schikt, die daarvoor nodig zijn. In dit licht bezien ziet de toekomst van de filmproductie buiten de V.S. er vrij som ber uit. Immers naarmate de vervaardi ging van de films een grotere investering van kapitaal eist, zal de toch al over wegende positie van het rijke Hollywood nog meer worden versterkt, zodat het gevaar van een volledige Amerikaanse hegemonie op dit in cultureel opzicht zo belangrijke gebied niet denkbeeldig is. Op welke wijze tracht Hollywood het «teeds toenemende gevaar van de tele visie te bestrijden? Over de proeven, die worden genomen met nieuwe systemen als Cinerama, Na- tuusvisie en Trio-Opticon hebben we reeds meermalen geschreven. Al deze systemen hebben ten doel aan het vlakke beeld van de film de derde dimensie de diepte toe te voegen, die het tele visiebeeld voorlopig nog zal moeten missen. Dat men daarmee het wezen van de film aantast en dat er zich in ar tistiek opzicht althans moeilijkheden en ongedachte hinderpalen zullen voor doen, die men pas na jaren zoeken en experimenteren of wellicht nimmer zal kunnen overwinnen, daarom bekomme ren de heren in Hollywood zich niet, wie het er alleen maar om te doen is een ge vaarlijke commerciële concurrent het hoofd te bieden. Intussen verkeren al deze nieuwe sy stemen nog min of meer in het experi mentele stadium, al geloven we met een gerust hart te kunnen voorspellen, dat althans Amerika, waar het televisiege vaar het grootst is, nog dit jaar zijn eerste „driedimensionale bioscoop" zal krijgen. Hen wapen in de strijd tegen de tele visie, dat zijn bruikbaarheid reeds heeft bewezen, is de kleurenfilm en dit wapen wordt dan ook door Hollywood ten volle benut.Steeds groter wordt het aantal films in diverse kleursystemen, dat op het witte doek in de bioscopen wordt ge projecteerd. Maar ook hier zijn de tech nische en vooral artistieke moeilijkheden nog lang niet overwonnen. Het percen tage films, waarin de kleur een kunst zinnig verantwoorde rol speelt, is uiterst klein. Maar wel wordt in vele gevallen het door de commerciële filmproducen ten gestelde doel bereikt: de aantrekke lijkheid van de films als sensationeel of amusant kijkspel wordt er voor het grote publiek en met name voor de televisie- bezitters, die het zonder kleuren moeten stellen, door verhoogd. Van de vele goede en zelfs uitstekende films, die gedurende het achter ons lig gende jaar in de Nederlandse bioscopen in vertoning kwam, was er vrijwel geen enkele in kleuren. Wel een bewijs van de zeer ondergeschikte rol, die de kleur in artistiek opzicht bij de film speelt. Slechts voor „The River" van de Franse filmer Jean Renoir zouden wij een uit zondering willen maken, die de regel be vestigt. In deze poëtische en ontroerende film, die het leven in India schildert, is de technicolor op verantwoorde wijze en met zeldzaam artistieke smaak toege past. Overigens zijn alle films van 1952, die men om haar gave vorm of originele in houd met graagte in de herinnering te rugroept, in zwart-witte beelden. Hoewel Amerika, dank zij zijn zeer omvangrijke productie het grootste aan tal films heeft geleverd, komt Engeland, dat in 1951 Italië van de eerste plaats heeft verdrongen, wederom de eer toe van de beste productie met de naar verhouding meeste goede en zelfs uit stekende films. Bovendien heeft Enge land bij het scheiden van de markt met „The Sound Barrier" (De Geluidsbar rière) van David Lean, die tegen Kerst mis voor het eerst hier te lande in ver toning kwam, o.i. de beste film van het jaar 1953 geleverd. In deze film belicht Lean een actueel facet de pogingen om sneller te vliegen dan het geluid van de menselijke zucht naar ontdekking en verovering en hjj doet dit op een wijze, die volkomen in overeenstemming is met dit even belangwekkende als dra matische gegeven. De technische en menselijke spanningen, die hij in zjjn film oproept, heeft hij volledig met elkaar in evenwicht weten te houden. Met zijn „Sound Barrier" heeft Lean dan ook, zoals wij reeds schreven, een wezen lijke bijdrage geleverd tot de filmkunst. Bovendien is, naar intussen wordt ge meld, Sir Ralph Richardson, die in deze film de centrale figuur van de vliegtuig bouwer uitbeeldt, om zijn spel door de New Yorkse filmcritici gekozen tot de beste acteur van 1952. Van de overige Engelse films noemen we nog „Mandy" van Alexander Mackendrick, waarin het probleem van de doofheid bij de geboorte en de daaruit voortvloeiende psychologische gevolgen worden behan deld, „I believe in you" van Basil Dear- den, die het reclasseringswerk op sympa thieke en overtuigende wijze aan de orde stelt, „Lady with a lamp", het door Her- bert Wilcox verfilmde leven van Florence Nightingale, dat voornamelijk om het ge geven de aandacht verdient, „S.O.S., kind vermist" (Hunted) van Charles Crichton en „Cry to beloved coutry", die het ras senprobleem in Zuid-Afrika behandelt, een film, die een uitstekende tegenhangster vindt in „The Well" van de Amerikaanse regisseurs Leo Popkin en Russell Rouse. De serie filmkomedies, waarin de Engel se productie uitmunt, is gedurende het afgelopen jaar Weer met twee voortreffe lijke exemplaren uitgebreid: „The Gallo ping Major" (Alles op één kaart) van Hen ry Cornelius en „The Card" van Ronald Neame met Alec Guinness in de hoofdrol. De oorlog en de daarmee samenhangen de conflicten en problemen hebben de Amerikaanse regisseurs geïnspireerd tot de sterkste films, die in de loop van 1952 op het witte doek in Nederland zijn ver schenen: „Het Zevende Kruis" en „Teresa" van Fred Zinneman, die in de eerste het onmetelijke lijden schildert van degenen, die aan het Hitlerregime weerstand poog den te bieden, terwijl hij in de tweede de moeilijkheden schetst van een Italiaans kind-vrouwtje, dat zich na haar huwelijk met een Amerikaans soldaat moet aanpas sen aan het leven in haar nieuwe vader land en „Decision before dawn" van Ana- tole Litvak, die wel een zeer bijzonder as pect belicht van de jongste wereldoorlog, namelijk de positie van de man, die uit idealisme spion en verrader wordt. Het „gemengde nieuws" heeft verder de Amerikanen stof geleverd voor een aan tal belangwekkende films als „The Big Carnival" (Het Grote Carnaval) van Billy Wilder, „Fourteen Hours" van Henry Ha thaway, „The Sniper" van Edward Dmy- tryk en „Detective Story" van William Wyler. Het genre van de Wild West-film wordt op een meer verantwoord artistiek niveau geplaatst door films als „Rancho Noto rious" van Frit? Lang en „High Noon" die door niemand minder dan Frcd Zinneman werd geregisseerd. Een „musical" in tech nicolor van bijzonder formaat was „An American in Paris", waarin de excentrie ke danskunst van Gene Kelly valt te be wonderen. De Italiaanse bijdrage tot de Neder landse bioscoopprogramma's in 1952 is slechts zeer bescheiden. De beste Italiaan se film van het jaar is „Miracolo a Milano" (Wonder in Milaan) van Vittorio de Sica, die echter met deze film zijn onvergetelijke „Fietsendieven" niet wist te evenaren. Verder verdienen vermelding de films „Anni difficili" en „Cuori senza frontiere" (De Slagboom), beide van Luigi Zampa alsmede „Peppino e Violetta" en de fa meuze „Don Camillo", hoewel deze twee laatste films door Franse regisseurs (Mau rice Cloche en Julien Duvivier) zijn ge maakt. Van de eveneens weinig omvangrijke Franse productie noemen we allereerst „Het Dagboek van een Dorpspastoor" van ■Robert Brensson, naar aanleiding waar van men van de geboorte van het neo-spi- ritualisme in de film zou kunnen spreken en vervolgens „Allen zijn wij moorde naars" waarin André Cayatte een fel re quisitoir houdt tegen de doodstraf, zoals die in zijn land wordt toegepast, „La Nuit est mon Royaume" van Georges Lacombe over het leven der blinden, „Seulsau monde" (De Open Deur) van René Lefèvre over de opvoeding van de verweesde en verwaarloosde jeugd, de merkwaardige semi-documentaire film „La vie commence demain", samengesteld door Nicole Vedrès uit journaalstroken en gespeelde fragmen ten en de virtuoos door Chnstian-Jaque gemaakte „Fanfan-la-Tulipe". Duitsland kon het in 1952 niet verder brengen dan middelmatigheden als ,,'s Nachts langs de weg" en „Heidelberger Romanze" (om de beste te noemen), die intussen een schril contrast vormen met de uit 1931 daterende, maar opnieuw in vertoning gebrachte „Dreigroschenoper" van G. W. Pabst. Films, die alleen reeds om de naam van haar makers de aan dacht trokken, waren ..Alice in Wonder land" van Walt Disney", „David en Bath- sheba" en „The Greatest Show on Earth", waarin de fameuze Cecil B. DeMille zijn lust tot het spektakelstuk botvierde, Othello" van Orson Welles en tenslotte „Limelight" van Charles Chaplin, die de grootste teleurstelling van het jaar kan wórden genoemd. Tot slot nog iets over onze eigen film productie. Nederlandse speelfilms van nor male vertoningsduur heeft het jaar 1952 niet opgeleverd. Daarentegen dwong Her man van der Horst met zijn zeldzaam gave en boeiende film „Houen zo" over Rotter dam alom bewondering af. Uitstekend werk verrichtten ook Bert Haanstra met zijn film „Panta Rhei" en Max de Haas met „Maskerage". Van minder formaat, maar toch van be lang omdat zij producten zijn van eigen bodem, zijn „Hij, zij en een wereldhaven", die Ytzen Brusse in Rotterdam maakte, „Herwonnen Levenskracht", door Kees Strooband vervaardigd in opdracht van de R.K. Vereniging tot bestrijding van de tu berculose en van het Sanaturium Berg en Bosch te Bilthoven, „Rendez-vous in Hol land" een propagandafilmpje in kleuren van Rudi Hornecker en „De Zwarte Stroom" van Umberto Bolzi over de Lim burgse mijnen. De enige Nederlandse kinderfilm van 1952 werd onder de titel „Het Geheim van de Valckenhorst" vervaardigd door pater R. van Sasse van Ysselt, waarbij met be scheiden middelen veel werd bereikt. Sir Ralph Richardson, die voor zijn spel in de film „The Sound Barrier" door de New-Yorkse filmcritici werd uitgeroepen tot de beste acteur van 1952. Gedurende de afgelopen week was de markt over het algemeen kalm gestemd. Het VIB stelde eind December nog 5000 ton maalgerst ter beschikking van de han del .Van de overige artikelen is nog vol doende beschikbaar. Enkele transacties werd gedaan in vrij geïmporteerde Yel- lowmais tot 34.35 boordvrij Zoals be kend, zijn de verlaagde prijzen voor bui tenlandse granen per 2 Januari ingegaan. Voor binrimlandse granen had de markt een onregelmatig verloop. Haver 54/55 kg werd per directe levering gelaten voor 27.80, terwijl Februari levering te koop was voor 28.10. Doorsnee-rogge werd ge offreerd voor 27.75 en rogge' m'ët 17 pet vochtgarantie voor 28.10. Zomergerst werd al naar kwaliteit aangeboden voor 33 a 34. Advertentie. van rheumatiek, spit, ischias, hoofd en zenuwpijnen. Neemt daarvoor regelmatig Togal, het middel bij uitnemendheid, dat baat waar andere falen. Togal zuivert de nieren en is onschadelijk voor hart en maag. Bij apoth. en drog. f 0.95, f 2.40, f 8.88. Ziezo, de feestdagen zijn achter de rug. Bent U ook met frisse moed en met goede voornemens het nieuwe jaar begonnen? Een héél goed voornemen voor velen onder ons is: voortaan minder snoepen zo schrijft het Voorlichtingsbureau van de Voedingsraad. Wij zijn een volk van zoe tekauwen; velen onder ons snoepen zonder enige terughouding, mèt en zonder aan leiding Dit geldt natuurlijk niet voor een ieder. Er zijn nog beheersten en matigen en mensen op wie zoetigheid geen aantrek kingskracht uitoefent. Maar de anderen zouden we willen waarschuwen: denk om Uw lijn! Niet zozeer met het oog op de mode als wel terwille van Uw gezond heid. Dik zijn is niet gezond waarmee we natuurlijk niet willen zeggen, dat u maar broodmager, dus zonder enige reserve in uw lichaam, moet gaan rondlopen Maar o.a. uit de statistieke van levensverzeke ringsmaatschappijen is gebleken, dat onder mensen met een te groot gewicht verschil lende afwijkingen en ziekten (zoals ver hoogde bloeddruk, hart- en leverkwalen en suikerziekte) meer voorkomen en vaker een dodelijke afloop hebben dan onder degenen wier gewicht normaal is. U weet natuurlijk, dat het, naast een overdaad aan vet, vooral de zoetigheden zijn die onze slanke lijn bedreigen. Sui ker, snoeperijen, koekjes, gebak en veler lei zoet broodbelegsel leveren voor ons lichaam weinig of geen beschermende en opbouwende stoffen, maar wel veel „brandstoffen" op. En wanneer er meer brandstoffen worden aangevoerd dan wij nodig hebben om ons inwendige kacheltje brandende en onze „lichaamsmotor" op toerental te houden, dan wordt dat te veel omgezet in vet. Ja, maar suiker hebben we toch nodig om onze spieren te stalen? vraagt u mis schien, gedachtig aan de hardlopers en kanaalzwemmers die onderweg af en toe een klontje in hun mond steken. Neen, dat hebben we niet: uit de zet meel- en suikerstoffen die in ons dage lijks voedsel, in brood, aardappelen, pap, erwten en bonen, fruit en andere spijzen voorkomen, maakt ons lichaam zelf sui ker genoeg voor onze spierwerking. Het voordeel van de pure suikertabletjes voor athleten is, dat die onder het lopen ge makkelijk gegeten kunnen worden en dan zeer snel verteren en in het bloed oplos sen. Daarom kunnen ze bij dergelijke grote inspanningen, waarbij men geen tijd heeft voor een normale maaltijd, het ener gieverlies bijna onmiddellijk aanvullen. Maar dat wil nog niet zeggen dat extra suikergebruik in normale omstandigheden is aan te bevelen. Door snoepen raken we immers gemakkelijk onze eetlust voor beter voedsel kwijt. Laten we matig zijn. Iets lekkers op zijn tijd zal de huiselijke gezelligheid zeer verhogen. U behoeft de koektrommeltjes en de taartschoteltjes heus niet de laan uit te sturen. Maar zou het niet beter zijn om ze na en niet te kort vóór een maaltijd te voorschijn te halen en om room- taartjes en dure bonbons voor verjaar dagen en andere feesten te reserveren, de lekkere koekjes voor de Zondag te hou den en ook gevulde koeken e.d. een spe ciale tractatie te laten blijven? Zijn onze ouders ons minder lief omdat ze ons vroeger niet hebben volgepropt met snoepjes, kauwgom, lollies en ijsjes? Neen immers! Laten wij dan ook zo verstan dig en flink zijn om tegen onze kinderen „neen" te zeggen als dat nodig is en hun daarbij het goede voorbeeld geven in dit nieuwe jaar! Hoewel het weer minder gunstig is ge worden sedert Oudejaarsavond sneeuwt het en het is vrij guur maakten de Ko ningin en de prinsessen en haar gezel schap ook Donderdag en gisteren skitoch ten in de omgeving van Sankt Anton, of volgden zij de lessen van de skiklassen. Donderdagmiddag nam prinses Margriet deel aan kinderwedstrijden en zij verliet enthousiast het strijdperk met een kinder onderscheiding van de skischool. Gisteren moest prinses Irene het bed houden wegens een lichte verkoudheid maar tegen de avond mocht zij weer op staan. Prinses Beatrix trok er dientenge volge alleen op uit met haar gids Toni Mart en zij oefenden ijverig de slalom. Als gasten van H. M. de Koningin zullen he denavond de bondskanselier en mevr. Figl de maaltijd in hotel „Post" gebruiken. Zeepost. Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waar op de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan tussen haakjes achter de naam van het schip vermeld: Indonesië M.S. „Willem Ruys" (21 Jan.); New Guinea S.S. „Overijssel" (19 Jan.); Ned. Antillen M.S. „Sibajak" (5 Jan.); M.S. „Sarpedon" (8 Jan.); Suriname M.S. „Nestor" (7 Jan.); Unie van Z. Airika M.S. „Arundel Castle" (3 Jan); Canada S.S. „Claiborne" (5 Jan.); M.S. „Noordam" (8 Jan.); Australië via Engeland (3 Jan.) M.S. „Sibajak" uitsl. New Zeeland (5 Jan.) Zuid Amerikaanse staten: Argentinië, Chili, Paraguay en Bolivia: M.S. „Cordoba" (7 Jan.); Brazilië en Urugay: S.S. „Ande«" (12 Jan.). Nu de feestdagen weer ten einde zijn, hebben de dames weer even tijd, baar kleding in orde te maken. Vooral nu we weer naar bet voor jaar gaan en we dan aan de schoon maak gaan denken. Dan denken we ook aan een practisch jasschort. Dit model is met een flinke overslag en beschermt zodoende uw jurkjes. Dit jasschort is erg aardig van gebloem de stof en de garnering van een effen kleur, die in de stof voorkomt. Dit patroon is verkrijgbaar in maat 40, 44, 46, 48, 50, 52. Hoeveelheid stof 4,50 a 5,50 a 6 m. van 70 a 80 cm breed. Plak aan de adreszjjde van een briefkaart, naast en buiten het frankeerzegel het verschuldigde bedrag aan geldige postzegels en zend deze naar ATELIER CROON, BEATRIJSSTRAAT 4, ROTTERDAM Vermeld aan de andere zijde duidelijk uw naam. adres, woonplaats en maat en nummer van het gewenste model. Plak nooit meer dan f 1.op een kaart, wat meer geplakt wordt is waardeloos. Girostortingen eveneens ten name van Atelier Croon op nummer 271291. Afgehaald elke dag van 9 tot 12 en van 2 tot 5 uur. Behalve 's Zaterdags. 23. Ik liet haar hand los, om de gevoelens van de kellner te sparen, die juist binnen gekomen was. leunde terug in mijn stoel en vroeg om de rekening. We liepen naar het station, waar ik Joyce in een eerste klas coupé bracht en kuste haar onder de afkeurende blik ken van een oude dame in de andere hoek. Ik bleef op het perron, tot de trein langzaam het station uitstoomde. Het zal nagenoeg half vijf geweest zijn, toen ik het eind van de pier bereik te. Mijn vriend met de ruwe stem en de blauwe trui was er nog in de buurt; hij zag er dorstig en vermoeid uit, na zijn inspannende dagtaak van op de jol te letten. Ik gaf hem een rijksdaalder en met de beste wensen overladen zette ik af. De wind was naar het Zuiden gelopen en daar de vloed nog opkwam, besloot ik liever de kreek uit te zeilen, dan de motor aan te zetten. Zoals dikwijls ge beurt op mooie lentedagen verdween de mooie helderheid van de middag lang zaam in een fijne nevel, die echter niet dicht genoeg was om mij maar enigszins te hinderen, en onder fok en grootzeil had de „Betty" zulk een vaart, dat ik Gravesend Reach in gezicht had, voor het licht en het getij mij hier in de steek lieten. Ik meende de ingang van de kreek nu goed genoeg te kennen, om er zeilend binnen te lopen, ofschoon het een werk was, dat een grote mate van voorzich tigheid vereiste. Ik besloot het. echter te wagen en stuurde de smalle ingang in, waar ik zorgvuldig op de ondiepten te letten had. Ik was zo met de boot bezig, dat ik op niets anders acht sloeg, tot plotseling een stem van de oever mij deed opschrikken. Ik keek op, waardoor ik de boot bijna liet vastlopen en op de oever zag ik een gesticulerende gestalte, die ik onmiddellijk als die van Tommy herkende. Ik riep een groet terug en de „Betty" rondbrengend, legde ik haar na genoeg op dezelfde plaats, waar wij de vorige avond hadden geankerd. Tommy, die zich tot aan de rand van het water haastte, groette mij opnieuw. Maak voort, ouwe jongen! riep hij mij toe. Er is iets aan de hand! Een aansporing tot haast van Tommy betekende zulk een dringendheid, dat ik geen tijd verkwistte met vragen; ik gooi de het anker uit, wierp mij in de jol en roeide zo snel mogelijk naar het land. Het spijt me, dat ;k je heb laten wachten. Tommy, zei ik, terwijl hij in de boot sprong. Al lang hier? Drie uur, antwoordde hij. Ik vroeg me al af, of je dood was. Ik schudde mijn hoofd. -Nog geen tijd voor, antwoordde ik. Wat is er voor moeilijkheid? Hij keek op zijn horloge. Wel, hoofdzakelijk de tijd. Denk je, dat je om half tien in Sheppy kan zijn? Ik hield met roeien in. Sheppy? herhaalde ik. Maar, Tommy, ik kom juist van Sheppy van daan. Nu was het Tommy's beurt verbaasd te zijn. Wel vervloekt, riep hij uit. Wat bracht je daar heen? Eigenlijk met de „Betty", antwoord de ik. Zo kort mogelijk vertelde ik hem wat wij die dag hadden gedaan. Ik was juist daarmee gereed, toen wij langs boord kwamen. Prachtig, die uitvinding, zei hij. ter wijl ihij aan dek klom. Waar is Gow? Joyce gaf hem vacantie, antwoord de ik, en hij is nog niet terug. De jol vastmakende vroeg ik: Wat is er toch aan de hand, Tommy? Voor de dag er mee! Latimer, antwoordde hij. Ik vertel de je, dat ik bericht van hem verwachtte Dat kwam vanochtend en ik beloofde hem, dat ik om half tien in de kreek on der de bungalow van de drie Russen zou zijn. Ik moet daar zien te komen, hoe dan ook. O, dat kan gebeuren, antwoordde ik vrolijk. Wat moet je er doen? Ik denk, dat hij daar eens rondkij ken wil. Hij is er in elk geval maar al leen en hij is er op gesteld, er mij te vinden. Maar waarom vroeg hij jou? Hij wist, dat ik een boot heb- Ik denk, dat hij dit spelletje zonder officië le hulp wil uitspelen. Voor zover ik be grijp, wil hij zekerheid hebben omtrent die lui, voor hij toeslaat. Men heeft in de geheime dienst niet veel op met iemand die een fout maakt. Laat ons de tijd niet verpraten, merkte ik op. Als je daar om half tien wilt zijn, moeten we dadelijk weg. Maar jij?, riep Tommy uit. Je kunt niet mee. Hij heeft jou aan de hut ge zien- Wat hindert dat? wierp ik tegen. Als hij mij niet heeft herkend als dege ne, die hem het briefje bij Parelli zond, kunnen we gemakkelijk genoeg een ver klaring vinden. Zeg hem, dat ik pas lid van de zeilclub geworden ben en dat je mij ontmoette en meenam om met de boot te helpen- Er is geen reden, waarom 'n fotograaf niet zou zeilen. Ik sprak er licht over, maar eigenlijk vertrouwde ik Tommy's oordeel over Latimer's oprechtheid wat de gebeurte nis in het hotel betreft niet geheel, even min als over zijn bezoek aan de huk Ik was echter vast besloten mee te gaan naar Sheppy- De toestand was nu op het punt gekomen, waar men met voorzich tigheid niets winnen kan. Latimer had mij herkend of niet. In het eerste geval wist hij reeds, dat Tommy hem niet de waarheid had verteld en dat de my thische kunstschilder niemand anders was dan ikzelf. Als dat juist was, wist ik geen betere oplossing dan de stier bij de horens te vatten en uit te vinden, welke rol hij mij inderdaad toekende. Ik had zijn leven gered en al leven wij ook in een ondankbare wereld, hij moest toch wel min of meer in mijn voordeel gestemd zijn. Bovendien zou Tommy zeker hulp op de „Betty" nodig hebben. Hij zeilde, goed, goed genoeg, maar met mist over de ri vier en toenemende duisternis is de mond van de Theems geen plaats om alleen te bezeilenvooral wanneer men haast heeft. Tommy erkende dit blijkbaar, want hij maakte geen verdere bezwaren- Goed dan, zei bij met een enigszins onverschillige lach. We spelen een beetje hoog, maar dat ligt aan de kaarten. Het anker op, Neil, en vooruit! Ik haalde het anker in en haastte mij naar de zeilen, die ik in mijn haast om naar de jol te komen, los op het dek had neergelaten. Na enkele welgeslaagde po gingen kreeg Tommy de motor aan de gang en wij voeren langzaam de kreek uit, die thans door de vloed een aanzien lijke oppervlakte water had. Lachend zette ik mij in de cockpit. Ik had nooit gedacht, dat ik de tocht nog eens maken zou vanavond, zei ik. Ik begin me zo ongeveer tc voelen als een kapitein op een passagiersboot, die je voor een penny overbrengt. Tommy, dje de belangrijke bezigheden van sturen en een pijp stoppen deed sa mengaan, keek op van zijn werk- De Lyndon-Morrison Lijn, zei hij- Van Tilbury naar Sheppy. Tweemaal per dag- Passagiers worden verzocht niet te sipreken met de man aan het stuurwiel. Ik denk, Tommy, antwoordde ik, dat we voor mijnheer Latimer een uitzonde ring zullen moeten maken. HOOFDSTUK XX Nader tot de oplossing Een Chinees spreekwoord beweert, dat er driehonderd en zes en veertig onder werpen voor gesprek zijn. maar gedu rende deze tocht beperkte Tommy en ik ons tot twee punten- Het ene was Bruee Latimer en het andere Joyces's verras sende ontdekking over McMürtrie en Marks. - Hierover was Tommy even verbaasd als ik Verdikkeme, als ik weet wat ik daarvan denken moet, Neil, zei hij. Als het iemand anders dan Joyce was ge weest zou ik denken dat bet een vergis sing was. Wat kan McMurtrie in 's he melsnaam met die Marks hebben te ma ken gehad. Joyce denkt, dat hij aardig wat met hem te maken had, zei ik. Dat weet ik. Zij is overtuigd, dat hij dat werkje opgeknapt heeft. Maar men gaat toch Zo maar niet iemand vermoor den zonder begrijpelijke reden? - Ik kan mij verschillende grondige redenen om Marks te vermoorden beden ken, antwoordde ik onpartijdig. Maar ik denk toch niet, dat die voor Mc Murtrie hebben kunnen gelden. Wat mij hem voor al doet wantrouwen is, dat hij George kent en dit voor mij verborgen houdt. Tk vermoed, dat hij door hem van mijn uit vinding afwist. George was de enige, die dat wist, Ik heb altijd gedacht, dat het een vreemd geval was, gromde Tommy, maar hoe meer er van aan het licht komt, des te ingewikkelder wordt het. Die lui van jou Mac Murtrie en Savaroff zijn op zichzelf al een paar helse gasten, maar nu uitkomt, dat zij met George in verband staan en met Marks nog...* Hij zweeg, na 'n ogenblik voegde hij er half spottend aan toe: Het zal nog blijken, dat Latimer er ook in betrokken is. Het zou me niet verbazen, antwoord de ik. Ik kan niet alles aannemen, wat hij jou verteld heeft. Het laat te veel on verklaard. Zie je, ik ben er vrij zeker van, dat de kerel, die hem wilde vergif tigen tot McMurtrie's kring behoort, maar dan Dan, onderbrak Tommy met een kor te lach, zullen we zeker 'n interessante avond hebben- Me dunkt, Neil, dat we ne- zig zijn, onze eigen boten te verbranden, vanavond. Plotseling kwam de oude wroeging, dat ik Joyce en Tommy in mijn zaken had gehaald met vernieuwde kracht weer in mij op. Ik ben een zelfzuchtige bruut. Tho mas, zei ik spijtig. Het beste, wat ik wer kelijk zou kunnen doen, is overboord te vallen. De hemel weet in wat voor moei lijkheden ik jou nog brengen zal, voor dit alles ten einde i6. In de moeilijkheid je te vertellen, dat je ogenblikkelijk je mond zult hou den, antwoordde hij. Hij stond op en keek uit over de verre vage watervlakte, die hier en daar met lichten beplekt was en vervolgde vrolijk: Neem jij haar nu, Neil, we zijn aan het eind van de Yanylet. En na vanavond ken jij de weg beter dan ik. Hij gaf mij het roer over en kreeg zijn horloge, die hij dicht bij de scheepslamp hield. Bijna kwart voor negen, zei hij. We zullen keurig op tijd zijn, als de machine geen kuren krijgt, Ik hoop het, antwoordde ik. Ik zou niet graag een regeringsbeambte laten wachten. We liepen de brede ingang van de Queensborough-haven voorbij, waar de zwarte gevaarten van twee oorlogssche pen vaag uit de mist opdoemden. Het werd een vreemde, opwindende gewaar wording, zo voort te glijden door het half duister, onbekende mogelijkheden tege moet. We doen beter, wat te matigen, als we nabij komen, zei Tommy. Latimer vroeg uitdrukkelijk, de boot zo stil mo gelijk binnen te brengen. Je hebt gelijk, zei ik. In ieder geval zou ik me niet hebben gehaast. Het is «en moeilijk water en ik zou liever geen twee de eiland meer kapot maken. Eén per dag is meer dan genoeg. Ik verminderde de gang tot ongeveer vier knopen per uur en in deze waardige vaart hielden wij dicht langs de kust, zoe kend naar de ingang van de kreek. Ten slotte zagen wij aan de vage vorm van het land, dat hier rees, dat wij in de on middellijke nabijheid waren; ik draaide dus bij en bracht de „Betty" voorzichtig naar land. Het was ontmoedigend duister voor de man aan het roer, maar Tommy, die op de boeg was gaan staan, gaf mij instructies en met eindeloze zorgvuldig heid slaagden wij er in de kreek goed binnen te lopen. Deze kreek was zeer smal. Aan de an dere kant was de oever hoog, vijftien voet misschien. Aan de overkant lag blijk baar een modderbank of een aanslibbing. Wat nu Tommy? vroeg ik onderwor pen. Wenden? Hij kwam naar achteren terug. Ja zei hij; wendt maar. Dan zal ik de motor zoveel mogelijk afstellen. Ik durf de machine niet helemaal te stop pen, misschien zou ik haar niet weer aan de gang kunnen krijgen. Wij volbrachten de beweging met suc ces en wierpen het anker uit. Ik zette mij op het dak van de kajuit en begon mijn pijp te stoppen. Ik ben benieuwd hoe lang het zal duren, zei ik. Ik vermoed dat spionneren een werk is waarvan men de tijd niet zo nauwkeurig kan bepalen. Ik drukte de tabak met mijn duim aan. Tommy keek weer op zijn horloge. Precies kwart voor tien, zei hij. La- timer zei, dat ik hem na half elf niet meer verwachten moest. Me dunkt. begon ik. De interessante opmerking, die ik op het punt was te maken, werd nooit geuit. Van de hoge oever aan de linkerkant klonk plotseling met buitengewone kwaad aardigheid de knal van een revolver, bijna onmiddellijk gevolgd door een tweede schot. Tommy en ik sprongen gelijktijdig op, beiden door dezelfde gedachte bezield. Daar ik echter de helft dichter bij was, bereikte ik de jol het eerst. Al klaar riep ik. Ik zal hem wel oppikken. Haal jij het anker op en houd je gereed om te vertrekken. Ik weet niet wat het record is voor jol- roeien in het donker, maar ik denk, dat ik er wel binnen bleef. Ik was weg van het jacht en roeide met alle kracht naar land in ongeveer dezelfde tijd, die het nam om dit zinnetje té schrijven. Ik hield recht in de richting, vanwaar ik de schoten had gehoord. Het was het steilste gedeelte van de klip, maar het was waarschijnlijk, dat hier mijn hulp nodig zou zijn. Iemand neemt meestal de kortste weg, wannéér hem revolverkogels om de oren vliegen. Enkele meters van het strand bleef ik op de riemen rusten en staarde door het duister naar om hoog. Het was juist licht genoeg om de top van de klip te onderscheiden, die dicht begroeid scheen met gagel van ver scheidene voeten hoog. Ik roeide enkele slagen achteruit en terwijl ik dit deed klonk een geluid van breken en ritselen van omhoog en het volgend ogenblik kwam de gestalte van een man uit het struikgewas te voorschijn. Hij keek in spanning naar het water. Jij daar Morrisson? riep hij met een zachte duidelijke stem, die ik onmiddel lijk herkende. Ja, antwoordde ik kort. Het was de tijd niet voor langere uiteenzettingen. Mijnheer Latimer was blijkbaar van de zelfde mening; zonder een woord meer te zeggen stapte hij naar de rand van de klip nam een sprong en kwam met een zware plons in het water neer, een meter of tien van de jol. Hij kwam onmiddellijk weer boven en het volgend ogenblik was Ik naast hem. In orde, zei ik, toen hij de steven beet had. Morrisson is in de „Betty". Ik hielp hem een handje. Ik greep zijn arm om hem in de boot te helpen. Maar hij slaakte even een scherpe kreet van Pijn. \Vat is er aan de hand? vroeg ik, ter wijl ik mijn greep veranderde. Niets ernstigs, dank u, antwoordde hij, met zijn merkwaardige, beheerste stem. Ik denk, dat een van onze vrienden daar een gelukkiger schot deed dan hij verdiende. Maar het is alleen mijn linker arm. Ik greep de riemen en begon snel naar de „Betty" te roeien. We zullen er dadelijk naar kijken, zei ik. Zijn ze achter u aan? Ja, achter mij aan zeker, merkte hij lachend op. Ik nam de voorzorg, eerst een andere richting in te slaan en toen ge bukt terug te lopen. Dat werkte uitste kend. Hij sprak met dezelfde enigszins geamu seerde langzaamheid als destijds bij de hut, en in zijn gehele wezen was geen spoor van haast of opwinding. Hij droeg nu, ruwe alledaagse kleren en had zijn mo nocle achterwege gelaten. Wanneer hij een pet had gehad, was die blijkbaar bij zijn duiking in zee kwijt geraakt. Enkele slagen brachten ons bij de „Bet ty", waar Tommy overboord leunde om ons te helpen. In orde? vroeg hij kalm, toen wij op het dek klommen. Niets van betekenis, antwoordde La- timer. Dank zij jou en deze heer. Vleugellam, Tommy, zei ik. Kun jij de boot onder zeil krijgen, terwijl ik de schade eens opneem? Tommy antwoordde door de handel van de motor over te halen en met een schok begonnen wij de kreek uit te lopen. Ter wijl wij daarmee bezig waren, riep een stem van de wal ons aan. Schip ahooi! Welke boot is dal? Het was een diepe, enigszins bevelende stem met een nauwelijks merkbaar vreemd accent. Latimer antwoordde onmiddellijk met een opgewekte bromstem, geheel verschil lend van zijn gewone toon: Particulier jacht, „Vanity", Southend. En wie ben jij? Of de kracht van zijn antwoord de vra ger in de war bracht, weet ik niet. Hij zei niets terug en wij lieten hem verder 'den ken, wat hij wilde en vervolgde onze weg naar de rivier. Kom in de kajuit en laat mij eens on derzoeken, zei ik tot Latimer. In ieder ge val moet u die natte kleren uittrekken. Hij volgde mij in de kajuit, waar ik de kleine hanglamp uitnam en op tafel zette. Voorzichtg hielp ik hem uit zijn jas; hij droeg een grijs flanellen hemd, waarvan de linkermouw met bloed doordrenkt was. Ik nam mijn mes en scheurde het van pols tot schouder open. De wond zat even bo ven de elleboog een klein rond gat van voren tot achteren door de arm. 't Bloed de wat.Maar ik zag onmiddellijk dat de kogel langs het been was heengegaan. U hebt geluk, zei ik. Een halve cen timeter verder en u zou het de eerste maanden zonder uw arm hebben moeten stellen. Doet het veel pijn? Hij schudde zijn hoofd. In het geheel niet, antwoordde hij onverschillig. Ik wist nauwelijks, dat ik gewond was, voor u mij beet pakte. Ik bond mijn zakdoek zo stijf mogelijk juist boven de wond en haalde het fan- tasiepak, dat de vorige keer voor Gow had dienst gedaan, te voorschijn. Trek dit eerst aan, zei ik, dan zal ik u behoorlijk verbinden. Ik stak mijn hoofd uit de kajuit om te zien, hoe wij opschoten. Wij waren de kreek al uit en hadden koers gezet naar Queensbourough. Tommy zat aan het roei en rookte kalm zijn pijpje, dat hij nu mt zijn mond nam. Waar gaat de reis heen? vroeg hij. Ik weet het niet, zei ik. Ik zal het on ze passagier vragen, zodra ik klaar ben met doktertje spelen. Ik keerde naar de kajuit terug, waar Latimer, die zijn natte kleren uitgetrok ken had, bezig was zich droog te wrijven met een tafellaken. Ik scharrelde een handdoek voor hem op en toen hij een flanellen broek en een vest aan had, zette ik mij om zijn arm te verbinden- Een oud hemd van Tommy deed dienst als zwachtel en ofschoon ik er mij niet op beroemen kan een deskun dige te zijn, wist ik genoeg van eerste hulp om dit werk naar behoren klaar te krij gen. In ieder geval verklaarde Latimer er volkomen mee tevreden te zijn. Drinkt u eerst wat, zei ik. Dat hoort zo bij de behandeling. Ik schonk hem een stevig glas in, dat hij zonder verontschuldiging naar binnen sloeg en nadat hij voorzichtig een jersey en een jas had aangedaan gingen wij bei den naar buiten. Hallo! groette Tommy vriendelijk. Hoe gaat het nu? Onze gast zette zich op één van de zij. banken in de cockpit en zag ons beiden met zijn aangename glimlach aan. Ik ben je dankbaar, Morrison, zei hij. Je houdt er een manier op na om je af spraken na te komen, die ik hoogst vol doende vind. (Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1953 | | pagina 4