II
Ons Succespatroon
van deze week
Neil Lyndon ontsnapt
Sla niet te veel brandstof in voor
uw „lichaamsmotor"
Behartigenswaardige wenken ten aanzien
van het snoepen
Bevrijdt U
Guur weer in Sankt
Anton
V
HOE BESTEL IK MIJN PATROON?
Geautoriseerde vertaling uit het Engels van
VICTOR BRIDGES
ZATERDAG 3 JANUARI 1953
PAGINA 4
Televisie de grote dreiging. Hollywood stelt zich
te weer. Cinerama, Natuurvisie en Trio-opticon als
ivapen. Steeds meer kleurenfilms. Maar het zwart
wit wint het in artistiek opzicht. „The Sound Barrier",
film van het jaar. - Engelse productie op de eerste
plaats. Oorlog en gemengd nieuws inspireerden de
Amerikaanse regisseurs. „Miracolo a Milano" (Italië)
en „Dagboek van een Dorpspastoor" Frankrijk
Minder dan middelmatige Duitse productie.
„Limelight", grootste teleurstelling van het jaar.
Nederlandse productie in 1952.
A'DAMSE GRAANMARKT
Koningin ontvangt Bonds
kanselier
Xu de wensen van een zalig, een ge
lukkig, een zegenryk en een voorspoe
dig Nieuwjaar ons nog in de oren
klinken, lijkt het ons op de eerste Za
terdag van 1953 niet ongewenst om
In deze wekelijkse rubriek, die er ten
gevolge van de grote drukte tijdens de
jaarswisseling enige malen bü inge
schoten is, eens na te gaan, wat het
jaar 1953 ons op het gebied van de
film heeft gebracht.
De televisie, enkele jaren geleden
nog een curiositeit voor enkele be
voorrechten, is in het achter ons lig
gende jaar meer en meer dreiging ge
worden, waarmee de machtige filmin
dustrie in Hollywood ernstig rekening
moet houden. In ons land is het nog
lang niet zover, maar in de Verenigde
Staten daalt het bioscoopbezoek merk
baar. doordat de bezitters van een te
levisietoestel er de voorkeur aan
geven, hun avonden tliuis door te
brengen.
Het spreekt vanzelf, dat de filmindu
strie in Amerika, waar de gevolgen van
de groeiende belangstelling voor de tele
visie zich het sterkst doen gevoelen, de
eerste is om middelen en wegen te zoe
ken, die het publiek in de bioscoop amu
sement en ontspanning te bieden, welke
de televisie niet geven kan. Dit ligt te
meer voor de hand, omdat alleen Holly
wood over de reusachtige kapitalen be
schikt, die daarvoor nodig zijn. In dit
licht bezien ziet de toekomst van de
filmproductie buiten de V.S. er vrij som
ber uit. Immers naarmate de vervaardi
ging van de films een grotere investering
van kapitaal eist, zal de toch al over
wegende positie van het rijke Hollywood
nog meer worden versterkt, zodat het
gevaar van een volledige Amerikaanse
hegemonie op dit in cultureel opzicht zo
belangrijke gebied niet denkbeeldig is.
Op welke wijze tracht Hollywood het
«teeds toenemende gevaar van de tele
visie te bestrijden?
Over de proeven, die worden genomen
met nieuwe systemen als Cinerama, Na-
tuusvisie en Trio-Opticon hebben we
reeds meermalen geschreven. Al deze
systemen hebben ten doel aan het vlakke
beeld van de film de derde dimensie
de diepte toe te voegen, die het tele
visiebeeld voorlopig nog zal moeten
missen. Dat men daarmee het wezen van
de film aantast en dat er zich in ar
tistiek opzicht althans moeilijkheden
en ongedachte hinderpalen zullen voor
doen, die men pas na jaren zoeken en
experimenteren of wellicht nimmer zal
kunnen overwinnen, daarom bekomme
ren de heren in Hollywood zich niet, wie
het er alleen maar om te doen is een ge
vaarlijke commerciële concurrent het
hoofd te bieden.
Intussen verkeren al deze nieuwe sy
stemen nog min of meer in het experi
mentele stadium, al geloven we met een
gerust hart te kunnen voorspellen, dat
althans Amerika, waar het televisiege
vaar het grootst is, nog dit jaar zijn
eerste „driedimensionale bioscoop" zal
krijgen.
Hen wapen in de strijd tegen de tele
visie, dat zijn bruikbaarheid reeds heeft
bewezen, is de kleurenfilm en dit wapen
wordt dan ook door Hollywood ten volle
benut.Steeds groter wordt het aantal
films in diverse kleursystemen, dat op
het witte doek in de bioscopen wordt ge
projecteerd. Maar ook hier zijn de tech
nische en vooral artistieke moeilijkheden
nog lang niet overwonnen. Het percen
tage films, waarin de kleur een kunst
zinnig verantwoorde rol speelt, is uiterst
klein. Maar wel wordt in vele gevallen
het door de commerciële filmproducen
ten gestelde doel bereikt: de aantrekke
lijkheid van de films als sensationeel of
amusant kijkspel wordt er voor het grote
publiek en met name voor de televisie-
bezitters, die het zonder kleuren moeten
stellen, door verhoogd.
Van de vele goede en zelfs uitstekende
films, die gedurende het achter ons lig
gende jaar in de Nederlandse bioscopen
in vertoning kwam, was er vrijwel geen
enkele in kleuren. Wel een bewijs van de
zeer ondergeschikte rol, die de kleur in
artistiek opzicht bij de film speelt.
Slechts voor „The River" van de Franse
filmer Jean Renoir zouden wij een uit
zondering willen maken, die de regel be
vestigt. In deze poëtische en ontroerende
film, die het leven in India schildert, is
de technicolor op verantwoorde wijze en
met zeldzaam artistieke smaak toege
past.
Overigens zijn alle films van 1952, die
men om haar gave vorm of originele in
houd met graagte in de herinnering te
rugroept, in zwart-witte beelden.
Hoewel Amerika, dank zij zijn zeer
omvangrijke productie het grootste aan
tal films heeft geleverd, komt Engeland,
dat in 1951 Italië van de eerste plaats
heeft verdrongen, wederom de eer toe
van de beste productie met de naar
verhouding meeste goede en zelfs uit
stekende films. Bovendien heeft Enge
land bij het scheiden van de markt met
„The Sound Barrier" (De Geluidsbar
rière) van David Lean, die tegen Kerst
mis voor het eerst hier te lande in ver
toning kwam, o.i. de beste film van het
jaar 1953 geleverd. In deze film belicht
Lean een actueel facet de pogingen
om sneller te vliegen dan het geluid
van de menselijke zucht naar ontdekking
en verovering en hjj doet dit op een
wijze, die volkomen in overeenstemming
is met dit even belangwekkende als dra
matische gegeven. De technische en
menselijke spanningen, die hij in zjjn
film oproept, heeft hij volledig met
elkaar in evenwicht weten te houden.
Met zijn „Sound Barrier" heeft Lean dan
ook, zoals wij reeds schreven, een wezen
lijke bijdrage geleverd tot de filmkunst.
Bovendien is, naar intussen wordt ge
meld, Sir Ralph Richardson, die in deze
film de centrale figuur van de vliegtuig
bouwer uitbeeldt, om zijn spel door de
New Yorkse filmcritici gekozen tot de
beste acteur van 1952.
Van de overige Engelse films noemen we
nog „Mandy" van Alexander Mackendrick,
waarin het probleem van de doofheid bij
de geboorte en de daaruit voortvloeiende
psychologische gevolgen worden behan
deld, „I believe in you" van Basil Dear-
den, die het reclasseringswerk op sympa
thieke en overtuigende wijze aan de orde
stelt, „Lady with a lamp", het door Her-
bert Wilcox verfilmde leven van Florence
Nightingale, dat voornamelijk om het ge
geven de aandacht verdient, „S.O.S., kind
vermist" (Hunted) van Charles Crichton
en „Cry to beloved coutry", die het ras
senprobleem in Zuid-Afrika behandelt, een
film, die een uitstekende tegenhangster
vindt in „The Well" van de Amerikaanse
regisseurs Leo Popkin en Russell Rouse.
De serie filmkomedies, waarin de Engel
se productie uitmunt, is gedurende het
afgelopen jaar Weer met twee voortreffe
lijke exemplaren uitgebreid: „The Gallo
ping Major" (Alles op één kaart) van Hen
ry Cornelius en „The Card" van Ronald
Neame met Alec Guinness in de hoofdrol.
De oorlog en de daarmee samenhangen
de conflicten en problemen hebben de
Amerikaanse regisseurs geïnspireerd tot
de sterkste films, die in de loop van 1952
op het witte doek in Nederland zijn ver
schenen: „Het Zevende Kruis" en „Teresa"
van Fred Zinneman, die in de eerste het
onmetelijke lijden schildert van degenen,
die aan het Hitlerregime weerstand poog
den te bieden, terwijl hij in de tweede
de moeilijkheden schetst van een Italiaans
kind-vrouwtje, dat zich na haar huwelijk
met een Amerikaans soldaat moet aanpas
sen aan het leven in haar nieuwe vader
land en „Decision before dawn" van Ana-
tole Litvak, die wel een zeer bijzonder as
pect belicht van de jongste wereldoorlog,
namelijk de positie van de man, die uit
idealisme spion en verrader wordt.
Het „gemengde nieuws" heeft verder de
Amerikanen stof geleverd voor een aan
tal belangwekkende films als „The Big
Carnival" (Het Grote Carnaval) van Billy
Wilder, „Fourteen Hours" van Henry Ha
thaway, „The Sniper" van Edward Dmy-
tryk en „Detective Story" van William
Wyler.
Het genre van de Wild West-film wordt
op een meer verantwoord artistiek niveau
geplaatst door films als „Rancho Noto
rious" van Frit? Lang en „High Noon" die
door niemand minder dan Frcd Zinneman
werd geregisseerd. Een „musical" in tech
nicolor van bijzonder formaat was „An
American in Paris", waarin de excentrie
ke danskunst van Gene Kelly valt te be
wonderen.
De Italiaanse bijdrage tot de Neder
landse bioscoopprogramma's in 1952 is
slechts zeer bescheiden. De beste Italiaan
se film van het jaar is „Miracolo a Milano"
(Wonder in Milaan) van Vittorio de Sica,
die echter met deze film zijn onvergetelijke
„Fietsendieven" niet wist te evenaren.
Verder verdienen vermelding de films
„Anni difficili" en „Cuori senza frontiere"
(De Slagboom), beide van Luigi Zampa
alsmede „Peppino e Violetta" en de fa
meuze „Don Camillo", hoewel deze twee
laatste films door Franse regisseurs (Mau
rice Cloche en Julien Duvivier) zijn ge
maakt.
Van de eveneens weinig omvangrijke
Franse productie noemen we allereerst
„Het Dagboek van een Dorpspastoor" van
■Robert Brensson, naar aanleiding waar
van men van de geboorte van het neo-spi-
ritualisme in de film zou kunnen spreken
en vervolgens „Allen zijn wij moorde
naars" waarin André Cayatte een fel re
quisitoir houdt tegen de doodstraf, zoals
die in zijn land wordt toegepast, „La Nuit
est mon Royaume" van Georges Lacombe
over het leven der blinden, „Seulsau
monde" (De Open Deur) van René Lefèvre
over de opvoeding van de verweesde en
verwaarloosde jeugd, de merkwaardige
semi-documentaire film „La vie commence
demain", samengesteld door Nicole Vedrès
uit journaalstroken en gespeelde fragmen
ten en de virtuoos door Chnstian-Jaque
gemaakte „Fanfan-la-Tulipe".
Duitsland kon het in 1952 niet verder
brengen dan middelmatigheden als
,,'s Nachts langs de weg" en „Heidelberger
Romanze" (om de beste te noemen), die
intussen een schril contrast vormen met
de uit 1931 daterende, maar opnieuw in
vertoning gebrachte „Dreigroschenoper"
van G. W. Pabst. Films, die alleen reeds
om de naam van haar makers de aan
dacht trokken, waren ..Alice in Wonder
land" van Walt Disney", „David en Bath-
sheba" en „The Greatest Show on Earth",
waarin de fameuze Cecil B. DeMille zijn
lust tot het spektakelstuk botvierde,
Othello" van Orson Welles en tenslotte
„Limelight" van Charles Chaplin, die de
grootste teleurstelling van het jaar kan
wórden genoemd.
Tot slot nog iets over onze eigen film
productie. Nederlandse speelfilms van nor
male vertoningsduur heeft het jaar 1952
niet opgeleverd. Daarentegen dwong Her
man van der Horst met zijn zeldzaam gave
en boeiende film „Houen zo" over Rotter
dam alom bewondering af. Uitstekend
werk verrichtten ook Bert Haanstra met
zijn film „Panta Rhei" en Max de Haas
met „Maskerage".
Van minder formaat, maar toch van be
lang omdat zij producten zijn van eigen
bodem, zijn „Hij, zij en een wereldhaven",
die Ytzen Brusse in Rotterdam maakte,
„Herwonnen Levenskracht", door Kees
Strooband vervaardigd in opdracht van de
R.K. Vereniging tot bestrijding van de tu
berculose en van het Sanaturium Berg en
Bosch te Bilthoven, „Rendez-vous in Hol
land" een propagandafilmpje in kleuren
van Rudi Hornecker en „De Zwarte
Stroom" van Umberto Bolzi over de Lim
burgse mijnen.
De enige Nederlandse kinderfilm van
1952 werd onder de titel „Het Geheim van
de Valckenhorst" vervaardigd door pater
R. van Sasse van Ysselt, waarbij met be
scheiden middelen veel werd bereikt.
Sir Ralph Richardson, die voor zijn
spel in de film „The Sound Barrier"
door de New-Yorkse filmcritici werd
uitgeroepen tot de beste acteur
van 1952.
Gedurende de afgelopen week was de
markt over het algemeen kalm gestemd.
Het VIB stelde eind December nog 5000
ton maalgerst ter beschikking van de han
del .Van de overige artikelen is nog vol
doende beschikbaar. Enkele transacties
werd gedaan in vrij geïmporteerde Yel-
lowmais tot 34.35 boordvrij Zoals be
kend, zijn de verlaagde prijzen voor bui
tenlandse granen per 2 Januari ingegaan.
Voor binrimlandse granen had de markt
een onregelmatig verloop. Haver 54/55 kg
werd per directe levering gelaten voor
27.80, terwijl Februari levering te koop
was voor 28.10. Doorsnee-rogge werd ge
offreerd voor 27.75 en rogge' m'ët 17 pet
vochtgarantie voor 28.10. Zomergerst
werd al naar kwaliteit aangeboden voor
33 a 34.
Advertentie.
van rheumatiek, spit, ischias, hoofd
en zenuwpijnen. Neemt daarvoor
regelmatig Togal, het middel bij
uitnemendheid, dat baat waar andere
falen. Togal zuivert de nieren en is
onschadelijk voor hart en maag.
Bij apoth. en drog. f 0.95, f 2.40, f 8.88.
Ziezo, de feestdagen zijn achter de rug.
Bent U ook met frisse moed en met goede
voornemens het nieuwe jaar begonnen?
Een héél goed voornemen voor velen
onder ons is: voortaan minder snoepen
zo schrijft het Voorlichtingsbureau van de
Voedingsraad. Wij zijn een volk van zoe
tekauwen; velen onder ons snoepen zonder
enige terughouding, mèt en zonder aan
leiding
Dit geldt natuurlijk niet voor een ieder.
Er zijn nog beheersten en matigen en
mensen op wie zoetigheid geen aantrek
kingskracht uitoefent. Maar de anderen
zouden we willen waarschuwen: denk om
Uw lijn! Niet zozeer met het oog op de
mode als wel terwille van Uw gezond
heid.
Dik zijn is niet gezond waarmee we
natuurlijk niet willen zeggen, dat u maar
broodmager, dus zonder enige reserve in
uw lichaam, moet gaan rondlopen Maar
o.a. uit de statistieke van levensverzeke
ringsmaatschappijen is gebleken, dat onder
mensen met een te groot gewicht verschil
lende afwijkingen en ziekten (zoals ver
hoogde bloeddruk, hart- en leverkwalen en
suikerziekte) meer voorkomen en vaker
een dodelijke afloop hebben dan onder
degenen wier gewicht normaal is.
U weet natuurlijk, dat het, naast een
overdaad aan vet, vooral de zoetigheden
zijn die onze slanke lijn bedreigen. Sui
ker, snoeperijen, koekjes, gebak en veler
lei zoet broodbelegsel leveren voor ons
lichaam weinig of geen beschermende en
opbouwende stoffen, maar wel veel
„brandstoffen" op. En wanneer er meer
brandstoffen worden aangevoerd dan wij
nodig hebben om ons inwendige kacheltje
brandende en onze „lichaamsmotor" op
toerental te houden, dan wordt dat te
veel omgezet in vet.
Ja, maar suiker hebben we toch nodig
om onze spieren te stalen? vraagt u mis
schien, gedachtig aan de hardlopers en
kanaalzwemmers die onderweg af en toe
een klontje in hun mond steken.
Neen, dat hebben we niet: uit de zet
meel- en suikerstoffen die in ons dage
lijks voedsel, in brood, aardappelen, pap,
erwten en bonen, fruit en andere spijzen
voorkomen, maakt ons lichaam zelf sui
ker genoeg voor onze spierwerking. Het
voordeel van de pure suikertabletjes voor
athleten is, dat die onder het lopen ge
makkelijk gegeten kunnen worden en dan
zeer snel verteren en in het bloed oplos
sen. Daarom kunnen ze bij dergelijke
grote inspanningen, waarbij men geen tijd
heeft voor een normale maaltijd, het ener
gieverlies bijna onmiddellijk aanvullen.
Maar dat wil nog niet zeggen dat extra
suikergebruik in normale omstandigheden
is aan te bevelen. Door snoepen raken we
immers gemakkelijk onze eetlust voor
beter voedsel kwijt.
Laten we matig zijn. Iets lekkers op
zijn tijd zal de huiselijke gezelligheid zeer
verhogen. U behoeft de koektrommeltjes
en de taartschoteltjes heus niet de laan
uit te sturen. Maar zou het niet beter
zijn om ze na en niet te kort vóór een
maaltijd te voorschijn te halen en om room-
taartjes en dure bonbons voor verjaar
dagen en andere feesten te reserveren,
de lekkere koekjes voor de Zondag te hou
den en ook gevulde koeken e.d. een spe
ciale tractatie te laten blijven?
Zijn onze ouders ons minder lief omdat
ze ons vroeger niet hebben volgepropt met
snoepjes, kauwgom, lollies en ijsjes? Neen
immers! Laten wij dan ook zo verstan
dig en flink zijn om tegen onze kinderen
„neen" te zeggen als dat nodig is en hun
daarbij het goede voorbeeld geven in
dit nieuwe jaar!
Hoewel het weer minder gunstig is ge
worden sedert Oudejaarsavond sneeuwt
het en het is vrij guur maakten de Ko
ningin en de prinsessen en haar gezel
schap ook Donderdag en gisteren skitoch
ten in de omgeving van Sankt Anton, of
volgden zij de lessen van de skiklassen.
Donderdagmiddag nam prinses Margriet
deel aan kinderwedstrijden en zij verliet
enthousiast het strijdperk met een kinder
onderscheiding van de skischool.
Gisteren moest prinses Irene het bed
houden wegens een lichte verkoudheid
maar tegen de avond mocht zij weer op
staan. Prinses Beatrix trok er dientenge
volge alleen op uit met haar gids Toni
Mart en zij oefenden ijverig de slalom. Als
gasten van H. M. de Koningin zullen he
denavond de bondskanselier en mevr. Figl
de maaltijd in hotel „Post" gebruiken.
Zeepost. Met de volgende schepen kan
zeepost worden verzonden. De data, waar
op de correspondentie uiterlijk ter post
moet zijn bezorgd, staan tussen haakjes
achter de naam van het schip vermeld:
Indonesië M.S. „Willem Ruys" (21 Jan.);
New Guinea S.S. „Overijssel" (19 Jan.);
Ned. Antillen M.S. „Sibajak" (5 Jan.);
M.S. „Sarpedon" (8 Jan.); Suriname M.S.
„Nestor" (7 Jan.); Unie van Z. Airika
M.S. „Arundel Castle" (3 Jan); Canada
S.S. „Claiborne" (5 Jan.); M.S. „Noordam"
(8 Jan.); Australië via Engeland (3 Jan.)
M.S. „Sibajak" uitsl. New Zeeland (5 Jan.)
Zuid Amerikaanse staten: Argentinië,
Chili, Paraguay en Bolivia: M.S. „Cordoba"
(7 Jan.); Brazilië en Urugay: S.S. „Ande«"
(12 Jan.).
Nu de feestdagen weer ten einde
zijn, hebben de dames weer even tijd,
baar kleding in orde te maken.
Vooral nu we weer naar bet voor
jaar gaan en we dan aan de schoon
maak gaan denken. Dan denken we
ook aan een practisch jasschort. Dit
model is met een flinke overslag en
beschermt zodoende uw jurkjes. Dit
jasschort is erg aardig van gebloem
de stof en de garnering van een effen
kleur, die in de stof voorkomt.
Dit patroon is verkrijgbaar in
maat 40, 44, 46, 48, 50, 52.
Hoeveelheid stof 4,50 a 5,50 a 6 m.
van 70 a 80 cm breed.
Plak aan de adreszjjde van een briefkaart, naast en buiten het frankeerzegel
het verschuldigde bedrag aan geldige postzegels en zend deze naar
ATELIER CROON, BEATRIJSSTRAAT 4, ROTTERDAM
Vermeld aan de andere zijde duidelijk uw naam. adres, woonplaats en maat
en nummer van het gewenste model.
Plak nooit meer dan f 1.op een kaart, wat meer geplakt wordt is
waardeloos.
Girostortingen eveneens ten name van Atelier Croon op nummer 271291.
Afgehaald elke dag van 9 tot 12 en van 2 tot 5 uur. Behalve 's Zaterdags.
23.
Ik liet haar hand los, om de gevoelens
van de kellner te sparen, die juist binnen
gekomen was. leunde terug in mijn stoel
en vroeg om de rekening.
We liepen naar het station, waar ik
Joyce in een eerste klas coupé bracht
en kuste haar onder de afkeurende blik
ken van een oude dame in de andere
hoek. Ik bleef op het perron, tot de trein
langzaam het station uitstoomde.
Het zal nagenoeg half vijf geweest
zijn, toen ik het eind van de pier bereik
te. Mijn vriend met de ruwe stem en de
blauwe trui was er nog in de buurt; hij
zag er dorstig en vermoeid uit, na zijn
inspannende dagtaak van op de jol te
letten. Ik gaf hem een rijksdaalder en
met de beste wensen overladen zette
ik af.
De wind was naar het Zuiden gelopen
en daar de vloed nog opkwam, besloot
ik liever de kreek uit te zeilen, dan de
motor aan te zetten. Zoals dikwijls ge
beurt op mooie lentedagen verdween de
mooie helderheid van de middag lang
zaam in een fijne nevel, die echter niet
dicht genoeg was om mij maar enigszins
te hinderen, en onder fok en grootzeil
had de „Betty" zulk een vaart, dat ik
Gravesend Reach in gezicht had, voor
het licht en het getij mij hier in de steek
lieten.
Ik meende de ingang van de kreek nu
goed genoeg te kennen, om er zeilend
binnen te lopen, ofschoon het een werk
was, dat een grote mate van voorzich
tigheid vereiste. Ik besloot het. echter te
wagen en stuurde de smalle ingang in,
waar ik zorgvuldig op de ondiepten te
letten had. Ik was zo met de boot bezig,
dat ik op niets anders acht sloeg, tot
plotseling een stem van de oever mij
deed opschrikken. Ik keek op, waardoor
ik de boot bijna liet vastlopen en op de
oever zag ik een gesticulerende gestalte,
die ik onmiddellijk als die van Tommy
herkende. Ik riep een groet terug en de
„Betty" rondbrengend, legde ik haar na
genoeg op dezelfde plaats, waar wij de
vorige avond hadden geankerd.
Tommy, die zich tot aan de rand van
het water haastte, groette mij opnieuw.
Maak voort, ouwe jongen! riep hij
mij toe. Er is iets aan de hand!
Een aansporing tot haast van Tommy
betekende zulk een dringendheid, dat ik
geen tijd verkwistte met vragen; ik gooi
de het anker uit, wierp mij in de jol en
roeide zo snel mogelijk naar het land.
Het spijt me, dat ;k je heb laten
wachten. Tommy, zei ik, terwijl hij in de
boot sprong. Al lang hier?
Drie uur, antwoordde hij. Ik vroeg
me al af, of je dood was.
Ik schudde mijn hoofd.
-Nog geen tijd voor, antwoordde ik.
Wat is er voor moeilijkheid?
Hij keek op zijn horloge.
Wel, hoofdzakelijk de tijd. Denk je,
dat je om half tien in Sheppy kan zijn?
Ik hield met roeien in.
Sheppy? herhaalde ik. Maar,
Tommy, ik kom juist van Sheppy van
daan.
Nu was het Tommy's beurt verbaasd
te zijn.
Wel vervloekt, riep hij uit. Wat
bracht je daar heen?
Eigenlijk met de „Betty", antwoord
de ik. Zo kort mogelijk vertelde ik hem
wat wij die dag hadden gedaan. Ik was
juist daarmee gereed, toen wij langs
boord kwamen.
Prachtig, die uitvinding, zei hij. ter
wijl ihij aan dek klom. Waar is Gow?
Joyce gaf hem vacantie, antwoord
de ik, en hij is nog niet terug.
De jol vastmakende vroeg ik: Wat
is er toch aan de hand, Tommy? Voor
de dag er mee!
Latimer, antwoordde hij. Ik vertel
de je, dat ik bericht van hem verwachtte
Dat kwam vanochtend en ik beloofde
hem, dat ik om half tien in de kreek on
der de bungalow van de drie Russen zou
zijn. Ik moet daar zien te komen, hoe dan
ook.
O, dat kan gebeuren, antwoordde ik
vrolijk. Wat moet je er doen?
Ik denk, dat hij daar eens rondkij
ken wil. Hij is er in elk geval maar al
leen en hij is er op gesteld, er mij te
vinden.
Maar waarom vroeg hij jou?
Hij wist, dat ik een boot heb- Ik
denk, dat hij dit spelletje zonder officië
le hulp wil uitspelen. Voor zover ik be
grijp, wil hij zekerheid hebben omtrent
die lui, voor hij toeslaat. Men heeft in
de geheime dienst niet veel op met iemand
die een fout maakt.
Laat ons de tijd niet verpraten,
merkte ik op. Als je daar om half tien
wilt zijn, moeten we dadelijk weg.
Maar jij?, riep Tommy uit. Je kunt
niet mee. Hij heeft jou aan de hut ge
zien-
Wat hindert dat? wierp ik tegen.
Als hij mij niet heeft herkend als dege
ne, die hem het briefje bij Parelli zond,
kunnen we gemakkelijk genoeg een ver
klaring vinden. Zeg hem, dat ik pas lid
van de zeilclub geworden ben en dat je
mij ontmoette en meenam om met de boot
te helpen- Er is geen reden, waarom 'n
fotograaf niet zou zeilen.
Ik sprak er licht over, maar eigenlijk
vertrouwde ik Tommy's oordeel over
Latimer's oprechtheid wat de gebeurte
nis in het hotel betreft niet geheel, even
min als over zijn bezoek aan de huk Ik
was echter vast besloten mee te gaan
naar Sheppy- De toestand was nu op het
punt gekomen, waar men met voorzich
tigheid niets winnen kan. Latimer had
mij herkend of niet. In het eerste geval
wist hij reeds, dat Tommy hem niet de
waarheid had verteld en dat de my
thische kunstschilder niemand anders
was dan ikzelf. Als dat juist was, wist
ik geen betere oplossing dan de stier bij
de horens te vatten en uit te vinden,
welke rol hij mij inderdaad toekende. Ik
had zijn leven gered en al leven wij
ook in een ondankbare wereld, hij moest
toch wel min of meer in mijn voordeel
gestemd zijn.
Bovendien zou Tommy zeker hulp op
de „Betty" nodig hebben. Hij zeilde, goed,
goed genoeg, maar met mist over de ri
vier en toenemende duisternis is de mond
van de Theems geen plaats om alleen te
bezeilenvooral wanneer men haast
heeft.
Tommy erkende dit blijkbaar, want hij
maakte geen verdere bezwaren-
Goed dan, zei bij met een enigszins
onverschillige lach. We spelen een beetje
hoog, maar dat ligt aan de kaarten. Het
anker op, Neil, en vooruit!
Ik haalde het anker in en haastte mij
naar de zeilen, die ik in mijn haast om
naar de jol te komen, los op het dek had
neergelaten. Na enkele welgeslaagde po
gingen kreeg Tommy de motor aan de
gang en wij voeren langzaam de kreek
uit, die thans door de vloed een aanzien
lijke oppervlakte water had.
Lachend zette ik mij in de cockpit.
Ik had nooit gedacht, dat ik de
tocht nog eens maken zou vanavond, zei
ik. Ik begin me zo ongeveer tc voelen
als een kapitein op een passagiersboot,
die je voor een penny overbrengt.
Tommy, dje de belangrijke bezigheden
van sturen en een pijp stoppen deed sa
mengaan, keek op van zijn werk-
De Lyndon-Morrison Lijn, zei hij-
Van Tilbury naar Sheppy. Tweemaal per
dag- Passagiers worden verzocht niet te
sipreken met de man aan het stuurwiel.
Ik denk, Tommy, antwoordde ik, dat
we voor mijnheer Latimer een uitzonde
ring zullen moeten maken.
HOOFDSTUK XX
Nader tot de oplossing
Een Chinees spreekwoord beweert, dat
er driehonderd en zes en veertig onder
werpen voor gesprek zijn. maar gedu
rende deze tocht beperkte Tommy en ik
ons tot twee punten- Het ene was Bruee
Latimer en het andere Joyces's verras
sende ontdekking over McMürtrie en
Marks. -
Hierover was Tommy even verbaasd
als ik
Verdikkeme, als ik weet wat ik
daarvan denken moet, Neil, zei hij. Als
het iemand anders dan Joyce was ge
weest zou ik denken dat bet een vergis
sing was. Wat kan McMurtrie in 's he
melsnaam met die Marks hebben te ma
ken gehad.
Joyce denkt, dat hij aardig wat met
hem te maken had, zei ik.
Dat weet ik. Zij is overtuigd, dat hij
dat werkje opgeknapt heeft. Maar men
gaat toch Zo maar niet iemand vermoor
den zonder begrijpelijke reden?
- Ik kan mij verschillende grondige
redenen om Marks te vermoorden beden
ken, antwoordde ik onpartijdig. Maar ik
denk toch niet, dat die voor Mc Murtrie
hebben kunnen gelden. Wat mij hem voor
al doet wantrouwen is, dat hij George
kent en dit voor mij verborgen houdt. Tk
vermoed, dat hij door hem van mijn uit
vinding afwist. George was de enige, die
dat wist,
Ik heb altijd gedacht, dat het een
vreemd geval was, gromde Tommy, maar
hoe meer er van aan het licht komt, des
te ingewikkelder wordt het. Die lui van
jou Mac Murtrie en Savaroff zijn
op zichzelf al een paar helse gasten, maar
nu uitkomt, dat zij met George in verband
staan en met Marks nog...*
Hij zweeg, na 'n ogenblik voegde hij er
half spottend aan toe: Het zal nog blijken,
dat Latimer er ook in betrokken is.
Het zou me niet verbazen, antwoord
de ik. Ik kan niet alles aannemen, wat hij
jou verteld heeft. Het laat te veel on
verklaard. Zie je, ik ben er vrij zeker
van, dat de kerel, die hem wilde vergif
tigen tot McMurtrie's kring behoort,
maar dan
Dan, onderbrak Tommy met een kor
te lach, zullen we zeker 'n interessante
avond hebben- Me dunkt, Neil, dat we ne-
zig zijn, onze eigen boten te verbranden,
vanavond.
Plotseling kwam de oude wroeging, dat
ik Joyce en Tommy in mijn zaken had
gehaald met vernieuwde kracht weer in
mij op.
Ik ben een zelfzuchtige bruut. Tho
mas, zei ik spijtig. Het beste, wat ik wer
kelijk zou kunnen doen, is overboord te
vallen. De hemel weet in wat voor moei
lijkheden ik jou nog brengen zal, voor dit
alles ten einde i6.
In de moeilijkheid je te vertellen,
dat je ogenblikkelijk je mond zult hou
den, antwoordde hij. Hij stond op en keek
uit over de verre vage watervlakte, die
hier en daar met lichten beplekt was en
vervolgde vrolijk:
Neem jij haar nu, Neil, we zijn aan
het eind van de Yanylet. En na vanavond
ken jij de weg beter dan ik.
Hij gaf mij het roer over en kreeg zijn
horloge, die hij dicht bij de scheepslamp
hield.
Bijna kwart voor negen, zei hij. We
zullen keurig op tijd zijn, als de machine
geen kuren krijgt,
Ik hoop het, antwoordde ik. Ik zou
niet graag een regeringsbeambte laten
wachten.
We liepen de brede ingang van de
Queensborough-haven voorbij, waar de
zwarte gevaarten van twee oorlogssche
pen vaag uit de mist opdoemden. Het
werd een vreemde, opwindende gewaar
wording, zo voort te glijden door het half
duister, onbekende mogelijkheden tege
moet.
We doen beter, wat te matigen, als
we nabij komen, zei Tommy. Latimer
vroeg uitdrukkelijk, de boot zo stil mo
gelijk binnen te brengen.
Je hebt gelijk, zei ik. In ieder geval
zou ik me niet hebben gehaast. Het is «en
moeilijk water en ik zou liever geen twee
de eiland meer kapot maken. Eén per dag
is meer dan genoeg.
Ik verminderde de gang tot ongeveer
vier knopen per uur en in deze waardige
vaart hielden wij dicht langs de kust, zoe
kend naar de ingang van de kreek. Ten
slotte zagen wij aan de vage vorm van
het land, dat hier rees, dat wij in de on
middellijke nabijheid waren; ik draaide
dus bij en bracht de „Betty" voorzichtig
naar land. Het was ontmoedigend duister
voor de man aan het roer, maar Tommy,
die op de boeg was gaan staan, gaf mij
instructies en met eindeloze zorgvuldig
heid slaagden wij er in de kreek goed
binnen te lopen.
Deze kreek was zeer smal. Aan de an
dere kant was de oever hoog, vijftien voet
misschien. Aan de overkant lag blijk
baar een modderbank of een aanslibbing.
Wat nu Tommy? vroeg ik onderwor
pen. Wenden?
Hij kwam naar achteren terug.
Ja zei hij; wendt maar. Dan zal ik
de motor zoveel mogelijk afstellen. Ik
durf de machine niet helemaal te stop
pen, misschien zou ik haar niet weer aan
de gang kunnen krijgen.
Wij volbrachten de beweging met suc
ces en wierpen het anker uit. Ik zette
mij op het dak van de kajuit en begon
mijn pijp te stoppen.
Ik ben benieuwd hoe lang het zal
duren, zei ik. Ik vermoed dat spionneren
een werk is waarvan men de tijd niet zo
nauwkeurig kan bepalen.
Ik drukte de tabak met mijn duim aan.
Tommy keek weer op zijn horloge.
Precies kwart voor tien, zei hij. La-
timer zei, dat ik hem na half elf niet
meer verwachten moest.
Me dunkt. begon ik.
De interessante opmerking, die ik op
het punt was te maken, werd nooit geuit.
Van de hoge oever aan de linkerkant
klonk plotseling met buitengewone kwaad
aardigheid de knal van een revolver, bijna
onmiddellijk gevolgd door een tweede
schot.
Tommy en ik sprongen gelijktijdig op,
beiden door dezelfde gedachte bezield.
Daar ik echter de helft dichter bij was,
bereikte ik de jol het eerst.
Al klaar riep ik. Ik zal hem wel
oppikken. Haal jij het anker op en houd
je gereed om te vertrekken.
Ik weet niet wat het record is voor jol-
roeien in het donker, maar ik denk, dat
ik er wel binnen bleef. Ik was weg van
het jacht en roeide met alle kracht naar
land in ongeveer dezelfde tijd, die het
nam om dit zinnetje té schrijven.
Ik hield recht in de richting, vanwaar
ik de schoten had gehoord. Het was het
steilste gedeelte van de klip, maar het
was waarschijnlijk, dat hier mijn hulp
nodig zou zijn. Iemand neemt meestal de
kortste weg, wannéér hem revolverkogels
om de oren vliegen. Enkele meters van
het strand bleef ik op de riemen rusten
en staarde door het duister naar om
hoog. Het was juist licht genoeg om de
top van de klip te onderscheiden, die
dicht begroeid scheen met gagel van ver
scheidene voeten hoog. Ik roeide enkele
slagen achteruit en terwijl ik dit deed
klonk een geluid van breken en ritselen
van omhoog en het volgend ogenblik
kwam de gestalte van een man uit het
struikgewas te voorschijn.
Hij keek in spanning naar het water.
Jij daar Morrisson? riep hij met een
zachte duidelijke stem, die ik onmiddel
lijk herkende.
Ja, antwoordde ik kort. Het was de
tijd niet voor langere uiteenzettingen.
Mijnheer Latimer was blijkbaar van de
zelfde mening; zonder een woord meer te
zeggen stapte hij naar de rand van de klip
nam een sprong en kwam met een zware
plons in het water neer, een meter of tien
van de jol.
Hij kwam onmiddellijk weer boven en
het volgend ogenblik was Ik naast hem.
In orde, zei ik, toen hij de steven beet
had. Morrisson is in de „Betty".
Ik hielp hem een handje. Ik greep zijn
arm om hem in de boot te helpen. Maar
hij slaakte even een scherpe kreet van
Pijn.
\Vat is er aan de hand? vroeg ik, ter
wijl ik mijn greep veranderde.
Niets ernstigs, dank u, antwoordde
hij, met zijn merkwaardige, beheerste
stem. Ik denk, dat een van onze vrienden
daar een gelukkiger schot deed dan hij
verdiende. Maar het is alleen mijn linker
arm.
Ik greep de riemen en begon snel naar
de „Betty" te roeien.
We zullen er dadelijk naar kijken, zei
ik. Zijn ze achter u aan?
Ja, achter mij aan zeker, merkte hij
lachend op. Ik nam de voorzorg, eerst een
andere richting in te slaan en toen ge
bukt terug te lopen. Dat werkte uitste
kend.
Hij sprak met dezelfde enigszins geamu
seerde langzaamheid als destijds bij de hut,
en in zijn gehele wezen was geen spoor
van haast of opwinding. Hij droeg nu,
ruwe alledaagse kleren en had zijn mo
nocle achterwege gelaten. Wanneer hij een
pet had gehad, was die blijkbaar bij zijn
duiking in zee kwijt geraakt.
Enkele slagen brachten ons bij de „Bet
ty", waar Tommy overboord leunde om
ons te helpen.
In orde? vroeg hij kalm, toen wij op
het dek klommen.
Niets van betekenis, antwoordde La-
timer. Dank zij jou en deze heer.
Vleugellam, Tommy, zei ik. Kun jij
de boot onder zeil krijgen, terwijl ik de
schade eens opneem?
Tommy antwoordde door de handel van
de motor over te halen en met een schok
begonnen wij de kreek uit te lopen. Ter
wijl wij daarmee bezig waren, riep een
stem van de wal ons aan.
Schip ahooi! Welke boot is dal?
Het was een diepe, enigszins bevelende
stem met een nauwelijks merkbaar vreemd
accent.
Latimer antwoordde onmiddellijk met
een opgewekte bromstem, geheel verschil
lend van zijn gewone toon:
Particulier jacht, „Vanity", Southend.
En wie ben jij?
Of de kracht van zijn antwoord de vra
ger in de war bracht, weet ik niet. Hij zei
niets terug en wij lieten hem verder 'den
ken, wat hij wilde en vervolgde onze weg
naar de rivier.
Kom in de kajuit en laat mij eens on
derzoeken, zei ik tot Latimer. In ieder ge
val moet u die natte kleren uittrekken.
Hij volgde mij in de kajuit, waar ik de
kleine hanglamp uitnam en op tafel zette.
Voorzichtg hielp ik hem uit zijn jas; hij
droeg een grijs flanellen hemd, waarvan
de linkermouw met bloed doordrenkt was.
Ik nam mijn mes en scheurde het van pols
tot schouder open. De wond zat even bo
ven de elleboog een klein rond gat van
voren tot achteren door de arm. 't Bloed
de wat.Maar ik zag onmiddellijk dat de
kogel langs het been was heengegaan.
U hebt geluk, zei ik. Een halve cen
timeter verder en u zou het de eerste
maanden zonder uw arm hebben moeten
stellen. Doet het veel pijn?
Hij schudde zijn hoofd.
In het geheel niet, antwoordde hij
onverschillig. Ik wist nauwelijks, dat ik
gewond was, voor u mij beet pakte.
Ik bond mijn zakdoek zo stijf mogelijk
juist boven de wond en haalde het fan-
tasiepak, dat de vorige keer voor Gow
had dienst gedaan, te voorschijn.
Trek dit eerst aan, zei ik, dan zal ik
u behoorlijk verbinden.
Ik stak mijn hoofd uit de kajuit om te
zien, hoe wij opschoten. Wij waren de
kreek al uit en hadden koers gezet naar
Queensbourough. Tommy zat aan het roei
en rookte kalm zijn pijpje, dat hij nu mt
zijn mond nam.
Waar gaat de reis heen? vroeg hij.
Ik weet het niet, zei ik. Ik zal het on
ze passagier vragen, zodra ik klaar ben
met doktertje spelen.
Ik keerde naar de kajuit terug, waar
Latimer, die zijn natte kleren uitgetrok
ken had, bezig was zich droog te wrijven
met een tafellaken.
Ik scharrelde een handdoek voor hem
op en toen hij een flanellen broek en een
vest aan had, zette ik mij om zijn arm
te verbinden- Een oud hemd van Tommy
deed dienst als zwachtel en ofschoon ik
er mij niet op beroemen kan een deskun
dige te zijn, wist ik genoeg van eerste hulp
om dit werk naar behoren klaar te krij
gen. In ieder geval verklaarde Latimer
er volkomen mee tevreden te zijn.
Drinkt u eerst wat, zei ik. Dat hoort
zo bij de behandeling.
Ik schonk hem een stevig glas in, dat hij
zonder verontschuldiging naar binnen
sloeg en nadat hij voorzichtig een jersey
en een jas had aangedaan gingen wij bei
den naar buiten.
Hallo! groette Tommy vriendelijk.
Hoe gaat het nu?
Onze gast zette zich op één van de zij.
banken in de cockpit en zag ons beiden
met zijn aangename glimlach aan.
Ik ben je dankbaar, Morrison, zei hij.
Je houdt er een manier op na om je af
spraken na te komen, die ik hoogst vol
doende vind.
(Wordt vervolgd)