Wieldr echts zeedijk hield het! Motorboten met drie bevrijde boerengezinnen sloegen om In de avond rukte het leger Brabant binnen Zoeklichten-colonnes vormden de stoottroep Willemstad en Numansdorp geisoleerd 's Gravendeel huist op de daken en is van alles verstoken SwShoop onnemu Rust keert terug in atmosfeer Eiland van Dordrecht één kolkende zee Afsluitdijk hield zich goed Nu was er werk voor hem Rampen uit vroeger eeuwen Vier sleepscliepen op de Waal gezonken Zware slag voor gebied om Bergen op Zoom Gezin van twaalf personen verdronk Spoorweg-team op eerste inspectie Schiphol bleef in actie Amsterdam kan duizenden evacué's herbergen Ook water in de Langstraat MAANDAG 2 FEBRUARI 1953 PAGÏNA Dordtse Kil brak los In een half uur Boten sloegen om COLLECTE VOOR SLACHTOFFERS WATERS NOOD Wieldrecht won! Auto werd overvallen Hulp-expedities Drie uren doodsnood Machinefabriek heeft schade van 1.500.000 Boerderijen onbereikbaar Op de daken zftn. Drie amphibie-tanks Een nieuwe nacht HOESTBUIEN, VAST SLIJM SLUM-OPLOSSEND JVoord-Oostenwind met vorst ho^=-^eV^S: (Van onze speciale verslaggever) WIELDRECHT, Zondagavond. Het Hollands Diep begint sedert Zaterdagavond al bij Wieldrecht: ruim 6 kilometer Noordelijker dan op elke betrouwbare kaart staat aangegeven. En op de Wieldreehtse Zeedijk komt het aan! Bezwijkt ook deze dijk, dan wordt heel de stad Dordrecht eveneens een weerloze prooi van het wild om zich heen klauwende water, dat reeds vele Zuidelijke polders van het Eiland van Dordrecht heeft verzwolgen: de Oude Beerpolder en de Nieuwe Beerpolder, de Prinsenpolder en de Louisapolder, de Oudedijkpolder en de Tougplaat, de Gammemanspolder en de Zuidplaat. Het was in een half uur gebeurd. De loeiende Noordwester orkaan beukte met donderend geweld op de Kilse dijk, die aan de Westzijde het Eiland van Dor drecht tegen de Dordtse Kil beveiligde. Fel en onstuimig tornde de Dordtse Kil op tegen de dijk, vrat zich een weg tussen de bazaltblokken, sloeg met schuimende kop over de kruinen, kolkte aan de voet en zoog door met onvergelijkbare woede d» grond steeds dieper weg, boorde en schuurde een net van kanalen door de meters dikke dijkwand, kwam dan eens klaps aan de achterzijde van de muur te voorschijn: sijpelend en lekkend, dan 1 eens bruisend en spuitend, tenslotte on geremd en als een ziedende bandjir. Het water komt! De alarmkreet ging door de stikdonkere •nheilzwangere nacht. Daar waar hij ioodrecht op d® W rechtse Zeedijk staat was de K'Uedijk doorgebroken; een gat van enige tiental len meters. De Dordtse Kil had vrij spel. Enorme watermassa's, opgejaagd in_een afschuwelijke springvloed, stroomden Oostwaarts, het Eiland van Dordrecht binnen. Tezelfdertijd sprong meer naar t Zuidoosten een dijk van de Dordtse Bies- bosch. 7 if In een half uur tijd stond een opper vlakte van zes bij acht kilometer blank, anderhalve meter hoog. De her en der in dit wijde land verspreide boerderijen stonden op slag geïsoleerd. De bevolking, op haar hoede, kon toch nog slechts met rennen, maar een lifter die bij hem in de wagen zat, kon zich in het kolkende wa ter niet staande houden en werd mèt de auto weggesleurd. Zondagochtend vroeg tekende de Wiel dreehtse Zeedijk een scherpe scheidings lijn in dit land van vechten of vergaan. Alle huisjes die tegen de Zuidzijde van de dijk staan gebouwd, waren halfweg onder gelopen, erbij behorende schuren en lood sen door de druk van het water uiteenge slagen, kippenhokken verbrijzeld. Waar de blinden niet voor de ramen waren, kon men het meubilair door de beste kamer zien drijven. De Noordzijde van de dijk was droog achter de ramen zag men de witte gezichtjes van dodelijk bevreesde kindertjes, met hun over haar zenuwen heen gesloofde moeders in de nacht der verschrikking weggevlucht en bij verre buren en goede vrienden in veiligheid ge bracht de mannen stonden aan de dijk, zandzakken te stuwen. En zowel van hen die van de Zuidzij waren gevlucht als van hen die aan de Noordzij liefderijk hadden daar met een smalle dakpunt nog maar nauwelijks boven het water uitrezen, za- j ten nog drie mensen, die in de nacht had den willen blijven „om het af te wachten": boeren die van hun huis en hun goed niet hadden kunnen scheiden. Ze werden ge haald, in een tocht die van elf uur 's mor gens tot twee uur 's middags ettelijke keren aan levensgevaar grensde. Om drie uur 's middags ging de expe- ditie-Schaepkens voor de tweede maal uit; in de Nieuwe Beerpolder waren er tóch nog twee halsstarig op hun zolders gebleven, maar in de Oude Beerpolder voelde men op de vliering het water aan zftn voeten. De motorvlet, rank en smal, werd met j twintig sterke mannen- en evengoed vrou wen kraohlen(!) over de dijk gesleurd; men dorst, gezien het gevaar van de in het water drijvende electrische bovenleidin gen, niet de spoordijk te overvaren, nam deze scheiding tussen de beide Beerpol- ders „te land". Kort na deze tweede expedtiie ging een derde van wal, een motorvlet met marine personeel onder commando van de Dordt se pontonniers-sergeant Molenaar. Twee slanke bootjes in een wilde zee, op zoek naar drie mannen, vier vrouwen en negen kinderen, die in de verre afzon dering van Nieuwe Beerpolder en Nieu- wedftkpolder te snel door de nachtelijke vloed waren overvallen, de families Kloot wijk en Gerrit en Henk Kaften. Na veel voorzichtig tasten en zoeken over het door ontwortelde bomen en los drijvend wrakhout van uiteengeslagen opstallen konden beide vletten de zestien wanhopigen van hun zolders halen. Maar het veilige Wieldrecht was nog ver Op de terugreis sloegen de woeste gol ven steeds meer water in de schier over bezette bootjes, zoveel tenslotte dat men het niet meer kon hozen. Ten einde raad stuurde men op de spoorbaan Dordt Te Katwijk aan Zee werd een grooi strandpaviljoen een prooi van water en storm. De afsluitdijk en de Zuiderzeewerken hebben slechts op enkele plaatsen schade opgelopen die echter geen gevaar oplevert Het verkeer over de afsluitdijk werd weliswaar bemoeilijkt door overslaande watermassa's, waarin stukken hout wer den meegesleurd, doch door uiterst voor zichtig rijden was het voor automobilisten toch mogelijk over de dijk te rijden. De gehele nacht is het personeel van de Rijkswaterstaat waarkzaam geweest om bij eventuele schade in te grijpen. De Zuiderzeewerken zelf hebben zich buitengewoon goed gehouden en alleen aan de Noord-Oostpolderdijk is enige scha de geconstateerd. B. en W. van Den Haag hebben in over leg met het Rode Kruis, afd. Den Haag, besloten op Zaterdag 7 Februari een col lecte te doen houden voor de slachtoffers van de watersnood. medeneming v'an het allernoodzakelijkste het vege lijf redden in een wilde over haaste vlucht. Het werd, in de storm en en het duister, in regenvlagen en stijgend water, een marteltocht. Het water groef in de Rijksstraatweg Dordrecht-Breda ga ten waar men onverhoeds in struikelde en volledig onderging. Men reikte elkaar de hand en ging weer voort. Later in de nacht klapte ook de dijk van de Nieuwe Beerpolder onder Dubbeldam en opnieuw joeg het water van de Dordtse Kil verder Oostwaarts, nieuwe dammen overspoelend. Hoge sterke dijken werden tot slijk en losten zich op. De electrische gemalen doken onder, wegen zakten weg, huizen stortten ineen, schuren werden uit- eengeslagen tot wrakhout. Maar de Wieldreehtse Zeedijk hield het! j Met man en macht fejouwde men de ganse nacht en ochtend, de middag en de avond En toen het opnieuw duister werd, konden vierhonderd dappere en onvermoeibare Wieldreehtse mannen met gerust hart het nieuwe hoogtij afwachten. Tussen zeven uur en kwart voor acht zou de strijd beslist worden.. Het dijkleger won. Duizenden zakken zand en ander be- schermings- en afdekmateriaal had het op zwakke plekken gestuwd, uren en uren achtereen, tot de laatste vrachtauto voor bij was en geen volgende zich meer in het snel vallende duister over de smalle en beslijkte dijk durfde wagen. De Wieldreehtse Zeedijk bleef overeind, van de Dordtse Kil en het Mallegat in het Westen tot aan de Kop van het Land in het Oosten. De stad Dordrecht bleef voor ernstige rampen gespaard, al kwam ook in deze Merwede-veste het water hier en daar een halve meter hoog. Want benoor den de Kop van het Land liepen onder de druk van het Wantij de Stadspolder en de Nieuwe Stadspolder onder, alsmede een gedeelte van de Westmerwedepolder, ter wijl ook over enkele lage plekken in de Noordendijk hier en daar was water rees. Voor de grote ramp van een complete onderstroming van anderhalf tot twee meter bleef Dordrecht echter gespaard. Want het grootste gevaar daartoe kwam uit het Westen, waar de Wieldreehtse Zeedijk en de Kildftk langs de Zeehaven echter, dank zft enorme versterkingen, stand hielden. In Wieldrecht hebben ze vanavond de hulde van hun leven ver diend! Dat was Zondagavond. Maar in de Za terdagnacht en de Zondagmiddag hebben zich daar bezuiden Wieldrecht nog dra ma's van onbeschrijfelijke omvang afge speeld. Zo snel rees, in nauwelijks een half uur tijd nadat op verscheidene plaat sen de dijk langs de Dordtse Kil was be zweken, het water tot anderhalve meter hoog, dat de grote Rijksstraatweg Dor- drecht-Moerdijk plotseling vlak achter Wieldrecht ophield te bestaan. Een Rotter damse automobilist, die meende de Moer dijk nog juist te kunnen halen, werd door de vloed overvallen toen hij Wieldrecht juist door was. Zelf wist hij nog uit zijn 'auto te klimmen en in een panische angst terug achter de Wieldreehtse Zeedijk te hemel: dat de Wieldreehtse Zeedijk het houden mocht, voor hun leven en dat van het kostbare vee dat enkelen in de wilde vlucht toch nog hadden kunnen meene men. Beneden de Wieldrechtsedijk, onmiddel lijk langs de Spoorbaan DordrechtBreda (die onmiddellijk achter de dijk steeds die per wegzakte in het water, tot men naar mate de ogen de vage contouren van de in de verte schemerende Moerdijkbruggen zochten, slechts aan de scheef en schots weggezakte masten van de bovenleiding kon zien waar ooit de spoorbaan gelopen had), was het „hoofdkwartier" van ser geant Schaepkens van de Dordtse genie troepen gevestigd. Samen met zes andere Dordtse en Dubbeldamse militairen, die met verlof waren doch hun garnizoen niet meer konden bereiken, rustte hij in de keuken van de familie Van den Berg zijn reddingsexpeditie uit. had men de voet in de zuigende berm van de baan gezet, of beide vletten sloegen om en zonken. Redders en geredden hebben toen een onbeschrijfelijke marteltocht over de al ver onder water liggende spoorbaan ge maakt, houvast zoekend aan de verwron gen rails en losgeslagen bielzen, steeds weer vallend in diepe gaten, steeds drei gend weg te giftden in de genadeloze zee rondom. Van Wieldrecht uit is toen een hulp expeditie eveneens de verwoeste spoor baan opgegaan en met lijnen en stokken heeft men de vertwijfeld vechtende schip breukelingen in veiligheid kunnen lood sen. Het gevecht op de spoorbaan alleen had al meer dan drie uren geduurd; en men J moet het ons niet kwalijk nemen, maar toen deze mensen uitgeput aan wal strom- Zeven militairen en de Wieldreehtse pelden en door de Wieldrechtenaren in hun burger Henk de Baat trokken dik in de droog gebleven huizen werden gedragen, zwemvesten, met een motorvlet van de hadden wij niet meer de moed om hun Dordtse pontonniers de wijde watervlakte j nog om een interview te vragen op. In drie van de boerderijen, die hier en We stonden nog vóór het aanbreken van de dag met starre ontzetting te zien naar het opdringende water aan de Rotter damse Westzeedijk. Later nog vóór de middag staarden we met stygende angst naar de woeste watervlakte, die de Beerpolder bjj Wiel drecht tot een kokende zee maakte. Om vlak daarop vpor het eerst en hopelijk voor het laatst in ons leven onder aan een djjk te staan, op de Kilkade in Dor drecht; een dyk, die als door reuzenhan- den opztf geperst en geduwd werd. We waren in Dordrecht, in een volmaakt ondergelopen binnenstad, we zagen op nieuw de ravage, aangericht rond de Rot terdamse havens, snelden daarna, ge alarmeerd door de ramptydingen via de weg van Gorcum naar Den Bosch om te ervaren, dat in Alblasserdam de wereld ophield en het watergeweld ook deze weg diep onder had doen stromen en dat we beter via Utrecht naar Brabant konden gaan. We kwamen tenslotte in het rampzalige deel van West-Brabant, dat zo'n zware tol heeft betaald aan de taaie water-vijand van eeuwenlang, die deze tweede St. Eli- sobethsvloed veroorzaakte en op onze lange weg terug zagen we dan het front naderbij schuiven. Lange colonne's legerwagens begonnen bezit te nemen van Brabant. 's i v~„ j In de ochtend was het reeds begonnen. Door de extra-radio-meldingen waren alle soldaten, die met verlof waren, opge roepen zich zo spoedig mogelijk bij hun onderdelen te melden. En overal zag men het uit de bevrijdingsdagen zo bekende beeld weer: de soldaat met de duim om hoog langs de weg, zoekend naar de auto, die hem naar zijn standplaats kon bren gen. Het ging niet overal even vlot. De automobilisten hadden kennelijk even moeite om weer aan deze toestand te wennen. Maar allengs ook doordat de oproepen om de soldaten mee te nemen steeds dringender werden zag men de trossen soldaten langs de grote wegen verdwijnen. Hier en daar greep politie en ma rechaussee in. Alle auto's in de omgeving van Den Bosch werden aangehouden en men werd zeer dringend verzocht de al daar verzamelde soldaten mee te nemen, indien men hun richting uitging. Maar het werd laat in de avond, toen het leger goed op gang kwam. Twaalf uur na het „mobilisatie-bevel" kwamen we op terugweg uit Brabant naar Rotterdam tientallen colonnes militaire wagens tegen. En tot onze persoonlijk grote vreugde en ongetwijfeld ook van de sinds het in vallen van de avond in het volmaakt don ker werkende arbeiders aan de dijken werd de stoottroep gevormd door tiental len zoeklichten. Met grote spoed werden die naar de meest bedreigde plaatsen ge dirigeerd en ongeveer een half uur later kwam de tros er achter aan. Auto's, vol gepakt met soldaten, auto's met materiaal, tientallen grote vrachtwagens met pon tons, manschappen van de genie, alles tezamen een oprukkend leger vormend, dat werkelijk indrukwekkend was. Men kon van dat ogenblik af zeggen, dat de grote aanval op de chaos die het watergeweld links en rechts had veroor zaakt, was ingezet. Hft stond Zondagmiddag in de gure regen en de nog steeds bulderende stormwind bft het ben- zine-station op het verkeersplein bft Utrecht. Of hij met ons mee kon liften, als we de kant van Brabant uitgingen. „Militair?", vroegen we. „Neen, dat niet; ziet u, ik woon in Velp en ik hoorde door de radio van de waterramp in Brabant en het Westen van het land. Ik ben al drie maanden werkloos en ik dacht: zou ik daar nu niet iets goeds kun nen doen? Toen pakte ik mijn rug zak in, lifte van Velp hierheen en als u nu naar Brabant gaat, kom ik weer dichter bft mftn doel". We hebben hem meegenomen, die knaap uit Velp, die op deze ramp- Zondag niet achter de kachel wilde blftven zitten en leverden hem )af midden in de grootste ellende, die een mens zich maar denken kon. Het was in Dinteloord, dat we hem een uur later plotseling weer zagen: druk sjouwend met 'n stapel kleren en dozen en met enkele kinderen achter hem aan. Hft had zftn werk gevonden. Zo lang Nederland bestaat, heeft het een strijd op leven en dood moeten voeren tegen het water: zijn beste vriend en tevens zijn ergste vijand. De meest en vroegst bekende ramp was de St. ElizS- bethsvloed in 1421, die de Biesbosch deed ontstaan. In de zestiende eeuw kwamen acht hoge stormvloeden voor, waarvan ergste in 1570 West-Europa van het kk naai tot aan Jutland teisterde. Bij deze Allerheiligenvloed, die vier da gen duurde, liep het water in Noord-Hol land een halve meter over de dijken, die op vele plaatsen doorbraken. Een groot gedeelte van Groningen, Friesland en bijna alle Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden liepen onder water. Enkele stukken land gingen voorgoed verloren, zoals delen van verschillende dorpen langs de Hollandse kust, de Broodcloospoldcr bij Tholen en het eiland Wulpen bft Cadzand. Bij overstromingen in de 17e eeuw (er waren er toen 10) liepen de pas droogge legde Purmer en Beemster onder en stond het water een keer van Amsterdam tot Leiden. Zes rampen telde de 18e eeuw. Onbere kenbaar was de schade en boven alle be schrijving de ellende in Holland, tenge volge van de overstromingen op 14 en 15 November 1775. Er was toen nauwelijks een stad, die van het water verschoond bleef. De eilanden Wieringen, Marken, Urk en Schokland werden geheel over spoeld. Op 15 Januari 1808 werden alle huizen op Marken vernield door de storm en het water. Bij de Noordwesterstorm begin Febru ari 1825 ontstond zulk een overstroming, dat 800 personen en 46.000 stuks vee om het leven kwamen. De schade die deze ramp aan Nederland bracht bedroeg acht millioen gulden. Duizenden landgenoten herinneren zich nog de Januariramp van 1916 toen 16 men sen om het leven kwamen. Het ergst heeft van deze vloed te lijden gehad het gebied rondom de Zuiderzee. Ten Zuiden van Monnikendam bijvoorbeeld werden tien gaten geslagen van 40 tot 60 meter. Edam en Volendam verkeerden in gevaar, de Westfriese Zeedijk werd bedreigd, de dijk van de Anna Paulownapolder bij de Ewijcksluis bezweek, de zeer grote polder Waterland was een onafzienbare water vlakte, van Muiden was het grootste ge deelte overstroomd en zo zouden er nog veel meer plaatsen te noemen zijn. Het allerergste was de toestand op het eiland Marken, waar zich ontzettende tonelen afspeelden en velen het leven lieten. Met deze nieuwe ramp in 1953 is het aantal van 29 grote water-catastrophes bereikt. Ook dieper in het land heeft het in de nacht van Zaterdag op Zondag op de ri vieren duchtig gespookt. Bij Tiel verging een voor anker gegane sleep van drie schepen in zijn geheel de schepen Zoll- verein, Matterhorn en Festina de sleep boot Haniel XV wist op tijd los te maken en aan het gevaar te ontkomen. De opva renden van de drie sleepböten konden al len in veiligheid worden gebracht. Bij Ga meren zonk, eveneens in de nacht van Za terdag op Zondag, het sleepschip Vulcaan IV, dat gesleept werd door de Raab Kar- cher 9 ook hier konden alle opvarenden zich redden. Ook rond Bergen-op-Zoom zijn in de nacht van Zaterdag op Zondag de dijken op vele plaatsen bezweken. Het schijnt, dat Halsteren in deze omgeving 't zwaarst is getroffen. Men telde daar alleen al zeventien doden tot gisteravond, maar men vreest, dat het nog wel tot het dub bele van dit getal zal rijzen. In de Auvergne- eh Theoroduspolders zijn vijftig boerderijen en huizen onder water komen te staan. Een tiental daar van is reeds vernield en honderden stuks vee zijn omgekomen. Ook de polders ten Zuiden van Ossendrecht en ten Westen van de lijn OssendrechWWoensdrecht zijn door het water verzwolgen. In de Tholense dijk werden acht gaten geslagen. De machinefabriek „Holland" te Bergen- op-Zoom is onder water geraakt: de schade wordt alleen hier reeds op ander- half millioen gulden geraamd. In het Gorzenkwartier te Schiedam heeft men ook weer van de watersnoml zijn deel mee gekregen. WIELDRECHT, Zondagavond. In de middaguren kruiste ons pad op de Wieldreehtse Zeedijk dat van een inspec tie-team van de Nederlandse Spoorwegen, bestaande uit directeur D. J. Wansink en vier hoofden van dienst. De heren waren 's morgens al op pad gegaan voor een eer ste onderzoek naar de stand van zaken bij de twee vitale spoorlijnen welke ten Oos ten en ten Zuiden van Rotterdam waren getroffen. De lijn van Rotterdam naar Utrecht was van het volledig overstroomde Station Maas (heel Rotterdam-Oost een verdron ken land, op Woudestein geen woud laat staan een struik meer te zien, de thee tuin Rustwat verborgen rustend onder de golven) tot aan de nieuwe lijn bij Nieu- werkerk aan de IJssel volledig onbegaan baar. En hoe de lijn van Rotterdam via Dordrecht naar Moerdijk en Breda er voorbij de Wieldreehtse Zeedijk uitzag, konden zij hier in één oogopslag wel zien. Samen stonden wij op die dijk, het water kolkte aan onze voeten, de spoorbaan was alleen nog maar aanduidbaar aan hier en daar een reepje grond en aan afgeknapte bovenleidingstnasten en in het water ge zakte hoogspanningsdraden. „Geen prettige thuiskomst voor meneer Den Hollander", aldus de heren, die om half vijf hun president-directeur, terug vliegend uit het buitenland, op Schiphol zouden afhalen. „Maar verder kunnen we niets zeggen. We moeten afwachten. Deze ramp is een waterstaatkundige aangele genheid en wij zijn even goed slachtoffers als de boeren hier Wel is te zeggen, dat het wel een hele tijd zal duren alvorens bij deze deplorabele toestand het trein verkeer over de Moerdijk hervat zal kun nen worden", 's-GRAVENDEEE, Zondagavond. Wft reden nog één keer de Wieldreehtse Zeedijk rond, belandden tenslotte bij de kasteleinsvrouw in Wieldrecht-dorp tegenover het veer naar 's-Gravendeel. Een laconieke kasteleinsvrouw, die nors en niet een schouder-ophalen op onze vraag, of ze dacht dat het veilig zou blijven, slechts antwoordde met „We hopen het". Terwftl enige honderden nieters verderop tientallen mannen nu al uren aan één stuk in de bfttende kou en de allesdoordringende regen bezig waren met het stuwen van zandzakken op een critieke plaats in de dftk, stonden in het café drie jongelui te biljarten. Alsof het hun niet aangingDe koffie dampte, onze regen jassen en modderbroeken dampten; en luttele meters buiten het venster kolkte en kookte de nog lang niet uitgeraasde Dordtse Kil. En voor de veerpont ver drongen zich tientallen auto's, welker bestuurders maar één wens hadden: naar de overkant en helpen. Men stelde die hulp overigens in 's-Gravendeel maar matig op prfts. Twee kloeke mannen in een klein groen Volkswagentje uit.Haarlem, een vrachtwagen met vrijwilligers onder leiding van het Rode Kruis uit Rotter dam, luxe-auto's met verpleegsters en andere meisjes uit Utrecht en Gelder land, twee overvolle personenauto's van de Kath. E.H.B.O- uit Overschie. „Hoe en waarom hier gekomen" „Radio ge hoord en willen helpen!" Het was in 's Gravendeel heel erg; het was het verzamelpunt van heel de Ooste lijke Hoeksewaard, waar de dijk van de Eendrachtspolder op drie en de dijk bij Numansdorp op twee plaatsen was ge broken. Van drie kanten was het water binnengekomen: uit het Westen van de Binnen-Maas, uit het Zuidwesten bij Strijensas, uit het Noordwesten van de Oude Maas en ten overvloede had de Dordtse Kil ook in het haventje nog het een en ander gekraakt. Men huisde in 's Gravendeel letter lijk op de daken- En erger eraan toe waren de gezinnen, die op de geïsoleer de boerderijen volkomen onbereikbaar waren, omdat de hier en daar door de wilde watermassa's lopende dftken om de paard honderd meter onbegaanbaar waren. Op deze volledig ingesloten boerderijen zag men halsreikend uit naar hulp, die echter door auto's niet kon worden geboden. In het dorp zelf waren er niet zó veel gezinnen, die wilden evacueren; slechts zft, wier huizen in het water waren verzonken en die bft anderen geen plaats meer konden krftgen. Maar in de hoger gelegen huizen hokte men met vijf en twintig of dertig mensen in één of twee kamertjes en wilde men van geen weggaan weten. Het zou met een dag wel over xfta en dan wilde men weer. het liefst zo dicht mogelijk bft huis Men stelde in 's Gravendeel die evacuatie-colonnes niet zo bijster op prijs, ofschoon burgemeester Van Heesen zelf daartoe een radio-boodschap had laten omroepen- Wat men in 's Gravendeel wel wilde, was warm eten en brood, melk en andere drank. Laat in de avond stelde het Rode Kruis nog pogingen in het werk om in Dordrecht en Rotterdam daarvoor te zorgen, maar het is de vraag of men de slachtoffers nog tijdens de nacht heeft kunnen helpen. Het is een barre nacht geweest in 's Gravendeel. En de Zondag was niet beter: verstoken van gas en electriciteit, van telefoon en drinkwater, van levens middelen en van elke verbinding met de veilige overkant, hebben honderden hun isolement in bange twijfel en doodsnood ondergaan. En men kan slechts bevroe den, wat zich in de nacht van Zondag op Maandag daar nog zal gaan afspelen; het was met een bezwaard gemoed, om de drama's die zich achter onze rug gin gen ontwikkelen, dat wij „de overkant" weer opzochten, langs tientallen verdron ken en tot bouwvallen stukgeslagen huis jes, langs een huis ook waar de klap van het water kortsluiting had veroorzaakt en dat merkwaardigerwijs niet door de vloed maar doorbrand was verwoest. In de haven, waar aan kaden en schepen enorme ravages waren aange richt, maakte men zich op om van de nog liggende schepen de roeibootjes af te haken, teneinde nog vóór het duis ter de hier en daar in het dorp op de daken gevluchte bewoners in veiligheid te brengen. En vol verwachting zag men uit naar de drie door mariniers en genietroepen bemande amphibietanks, die van Dordrecht uit onderweg waren. Met deze amphiebietanks hoopte men de afgelegen boerderijen te kunnen bereiken. Maar hoe dat in de stik donkere nacht zou gaan, durfde men zich nauwelijks af te vragen. Men vatte nauwelijks nieuwe moed bij het verheugende gerucht, dat in het ge heel geisoleerde Willemsdorp, op de uiterste pufit van het Eiland van Dor drecht tussen. Hollands Diep en Dordtse Kil, geisoleerd doordat ook aan de Zui delijke uitloper de dijk langs de Dordtse Kil was bezweken, de sedert de oorlog slechts enige tientallen inwoners allen veilig binnen de marechaussee-kazerne waren geborgen. Een enkele moedige zei met een matte glimlach: „Wat Willems dorp kan, kan 's Gravendeel ook: stand houden". Maar aan „de overkant" wachtten de tientallen autobussen aan de Wieldreehtse dijk tevergeefs op evacués.... Wat er met de zeer onregelmatig overvarende veerpont aan vluchtelingen meekwam, was slechts een kleine minderheid. En de colonnes vrijwilligers keerden vergeefs naar huis. Met hen ook ons autootje om te trachten nog vóór het hoogste water het grotendeels blank staande Dordrecht achter ons te laten. De veerpont maakte om zes uur zijn laatste tocht; nam bij het ontbreken van electrisch licht en bij de door het nieuwe hoogwater nog verergerende ravage in het haventje geen risico's meer. 's Gravendeel bleef alleen, een nieuwe nacht. Na informaties bij de K.L.M. is geble ken, dat zowel de luchthaven Schiphol als de Nederlandse luchtvloot weinig schade van de ramp heeft ondervonden. Wel heeft de storm het luchtverkeer bo ven Europa danig dwars gezeten. Diverse diensten moesten worden geannuleerd, zo als van Schiphol de diensten naar Parijs en Frankfort-München. Het toestel op de lijn Hamburg-Amsterdam-Londen vloog over de Amsterdamse luchthaven heen en ging direct naar de Engelse hoofdstad door. De Zondagochtenddienst yan de K.L.M. naar Londen is voorlopig uitgesteld. Zondagmorgen is het KLM-toestel uit New York nog binnengeloodst. Wat de toestand op Schiphol zelf betreft, de schade viel erg mee. Natuurlijk hadden hier en daar wat ruiten het begeven, was van enkele barakken het dak min of meer beschadigd en aan de fietsenstallen schade toegebracht, maar aan de vliegtuigen mankeerde niets. Schiphol is er wonder lijk goed afgekomen. Noch in Willemstad noch in Numans dorp, het ene aan de Zuidelijke, het an dere aan de Noordelijke oever van het Haringvliet, sliep men vannacht. Het 4500 zielen tellende Numansdorp in de Hoekschewaard is zwaar getroffen. De dij ken braken op verschillende plaatsen door en in de loop van de dag werden 3000 personen naar omliggende dorpen geëva cueerd. Het grootste deel werd onderge bracht in Klaaswaal. Tal van woningen stortten in minstens 25 personen worden vermist. Aangenomen moet worden dat 't grootste deel van hen is verdronken. Een groot gezin, bestaande uit man, vrouw en tien kinderen, Is zeker in zftn geheel om gekomen. De situatie in Willemstad moet allerbe droevendst zijn. Men heeft uit deze plaats (Van onze weerkundige medewerker). Vanochtend was de wind aanzienlijk af genomen. Van de lichtschepen voor onze kust werd toen nog een snelheid van 70 kilometer per uur gemeld, maar aan de kust zelf werd niet meer dan 50 kilometer gemeteen. Het ziet er naar uit, dat de wind geleidelijk verder zal afnemen en daarbij zal ruimen naar Noord-Oost. Aangezien zich boven Schotland, waar Zaterdagochtend de rampzalige depressie was gelegen nu een gebied van hoge druk bevindt, dat alle mogelftke depressie-acti viteit op de Oceaan tegenhoudt, is er voor lopig gelukkig geen kans meer op een opnieuw aanwakkeren van de wind. Wel zal er mee moeten worden gerekend, dat met een Noord-Oostenwind koudere lucht zal worden aangevoerd en dat het in de komende dagen reeds zal vriezen. Daarbij neemt de kans op buien, die vanmorgen nog vrft talrijk waremmet regen, hagel er. sneeuw, verder af, terwftl overdag de zon gedurende vrft lange perioden zal kunnen schijnen. De rust in de atmosfeer keert dus geleidelijk terug. Zondakavond laat deelde de centrale in Amsterdam, waar adressen werden verza meld van hoofdstedelingen, die woon ruimte ter beschikking van slachtoffer: van de stormramp willen stellen, ons mede, dat de hoofdstad reeds duizenden evacue's kan opvangen. Gehele hotels en pensions, ook buiten de stad, staan open voor de getroffen me deburgers. i nog maar weinig exacte gegevens omdat het water daar de streek geheel blank heeft gezet. Meer dan 1200 mensen zijn ingesloten. Zij hebben een laatste toe vlucht gezocht op de daken, in boomtop pen en op de nog niet ondergelopen dij ken. Uit Hedel ging een sleep met acht pontons naar het bedreigde gebied om te trachten de mensen uit hun zeer benarde positie te bevrijden. Ook van Geertrui- denberg ging een sleep met pontonniers uit. Wat zij hebben kunnen uitrichten is nog niet bekend. Waar Zaterdag nog vruchtbare poldeis waren, is nu een woelige waterma Sm' ÏÏïït&S SÏÏjSS ef ITrfenT^mafren1 be^oT' het ode vee, nadat het op hoger gelegen land is aaneesDoeld Politie, militairen, brand weerlieden - van wie er twee tijdens het reddingswerk werden vermist en niet in de laatste plaats de burgerbevolking, doen wat zij kunnen om de slachtoffers bij te staan. Om een uur gisternacht sloeg even ten oosten van Willemstad het eerste gat in de dijk bft de Nieuwe Sluis. Terwftl men bezig was het te dichten brak ten Oosten van het stadje eveneens de dftk door. Even later vielen twee gaten in de dftk bft fort De Nel, waarbij een boerderft, bewoond door de wed. Komt-Os die daar met een broer en een dienstbode woonde werd meegesleurd. Ongeveer 5000 ha geraakte onder water in het gebied tussen Hollandsch Diep- Volkerak. Dit gebied beslaat het domein van de Ruigennieuw-polder, waar onge veer 75 gezinnen wonen. De meesten daar van zijh thans geëvacueerd. Luit.-gen. De Kroon, commandant van het district Bra bant van het Rode Kruis schatte, dat in het gebied rond Willemstad thans onge veer 10 tot 12 doden zijn te betreuren. Maar het is een slag in de lucht", zo zeide hij- „Er kunnen er wel veel meer zijn". Tot een tien kilometer ten Zuiden van de Moerdijk spoelt het water thans over het land. De dijk bij de „Blauwe Hand" is doorgebroken en de grote weg staat geheel blank. Een lege dieseltrein staat bij de Zevenbergse Hoek vlak voor het water als klacht tegen de onmacht van de menselijke techniek tegen de oerkrachten, die de natuur soms loslaat. Een twaalftal wensen zou hier het slachtoffer van de ramp zijn geworden. Doch het is weer een slag in de lucht, zo zei een lid van de marechaussee. Alle polders rond Waspik in de Lang straat (N.B.) zijn ondergelopen. De boeren hebben met hun vee kunnen vluchten. In Waspik, waar alleen aan de buitenrand het water staat, zijn drie huizen ingestort. Er is nog één verbinding over de weg, naar Kaatsheuvel, open. Bij de watersportvereniging „Schiedain' kwam een los geslagen schip, ais een walvis-spook dreigend, „onderdak" zoeken,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1953 | | pagina 4