VIER van de VIJF VROUWEN
willen een plastic mantel
Goudsmeedkunst in Frankrijk
Juwelier stimuleerde herleving
DE DAG VAN DE MOEDERS
t^Uliput
Regenmantel moet echter aan tal van eisen voldoen
Leeskabinet je voor de
vrouw
Slaapt U slecht
Zo zie ik Parijs
Vrouwenleven
Keurmerk voor regen-
mantels
Vier van de vijf vrouwen
Wat mankeert er aan?
Salomonswijsheid gevraagd
l?del?„J!,e>nam ™ar
ZATERDAG 9 MEI 1953PAGINA
Terwijl wij nog over plastic praten, komt er ook nylon regenkleding
voor moeder en dochter aan de markt. Eveneens licht, en gemakkelijk
te verpakken. Wie zal het wihnen?
Vier van de vijf vrouwen zijn van mening, dat plastic regenmantels voor
zien in een behoefte die niet door andere regenmantels gedekt wordt. Dat
is zojuist bekend geworden door het resultaat van een enquête die door
De Nederlandse Huishoudraad werd ingesteld op verzoek van de
Keuringscommissie Kunststofartikelen. Om helemaal nauwkeurig te zijn:
79 pet van de antwoorden luidde bevestigend, 9 pet kon de behoefte aan
een plastic mantel niet inzien, terwijl 12 pet van de ondervraagden (vrou
wen uit een groot aantal organisaties die alle groepen van de bevolking
vertegenwoordigen) op dit punt geen mening had. Alle „standsverschillen"
ten spijt, bleken de opvattingen over het dragen van plastic regenkleding
in onze vrouwenwereld over de hele linie genomen wonderlijk eenstemmig.
Nu rijn er aan het dragen van een
plastic regenmantel tal van voordelen ver
bonden. Zo zijn bijvoorbeeld alle voor
standsters het er over eens, dat zo'n kle
dingstuk behalve licht van gewicht, ook
klein is op te vouwen en daardoor makke
lijk m'ee te nemen. 43 pet van de vrouwen
vindt het een voordeel dat die jassen
waterdicht zijn, 40 pet prijst de goed
koopte en 28 pet laat zich tevens leiden
door de gedachte, dat een plastic mantel
overal overheen kan worden gedragen.
Dat laatste is natuurlijk voornamelijk
het geval wanneer men voor het overige
goed gekleed gaat. Een doorschijnende
plastic mantel verdraagt nu eenmaal niet,
dat hij even over een oud huisjurkje wordt
aangeschoten. Vooral niet, wanneer dat
Het is misschien wel simplistisch maar
dat er „damesbladen" zijn en bladen voor
het ljjkt ons toch niet zo gek om te stellen
de vrouw. De damesbladen brengen heel
gezellig de laatste mode, naai- en brei-
patronen, recepten, adviezen inzake pro
bleem-kinderen, dokterspraatje, het leven
van een filmster, een toneelactrice of een
schrijfster. Het is allemaal net zo knus als
een onderonsje met een buurvrouw of
vriendin, het blijft dicht bij huis, het
schept geen problemen of het moest zijn
dat het advies van de redactrice aan
mensen met problemen, de andere leze
ressen van die rubriek ook aan het den
ken zet.
Natuurlijk hebt U al begrepen, dat ik
ook een ijverig lezeres van een damesblad
ben. Tenslotte wil ik ook wel eens een
truitje breien, weten hoe ik mijn bloemen
verzorg en ik ben gewoonweg gek op een
romantisch verhaal vooral na een dag was
of kasten uithalen.
Het is daarom misschien wel te begrij
pen, maar niet te verontschuldigen dat de
bladen voor de vrouw in veel gevallen
aan de aandacht ontgaan. Want nietwaar,
houdt het damesblad ons bezig bij een
kopje thee op dat gezegende uur in de
middag waarop wij menen klaar te zijn
en dus te kunnen gaan zitten, het blad
voor de vrouw dwingt ons er aan te den
ken, dat al zijn de kamers aan kant, de
kinderen verzorgd en het eten gereed, we
nog lang niet klaar zijn, dat er buiten ons
huis nog tal van problemen zijn, aan wier
oplossing wij wellicht met onze eigqn
activiteit kunnen meewerken. Ook de
Katholieke vrouw moet er zich op dit
ogenblik van bewust zijn dat wij ons niet
afzijdig mogen houden van de grote
vraagstukken van alledag.
Terecht citeert Vrouwenleven in een van
zijn artikelen enkele passages uit de rede
die de Paus in October 1945 hield voor de
vrouw:
„Iedere vrouw, zonder uitzondering,
heeft dus, hoort het goed, de plicht, de
strikte gewetensplicht om zich niet
afzijdig te houden, in actie te komen (in
de vorm en op de wijze, die voor ieders
omstandigheden het meest geschikt zijn
ten einde de stromingen welke het gezin
bedreigen, tegen te houden
Vrouwenleven, het uitstekende blad
voor de katholieke vrouw, wijdt zijn
jongste editie aan het Kromstaf-jubileum,
dat in verschillende aantrekkelijke bij
dragen wordt herdacht en in zijn betrek
kingen tot het leven van de vrouw wordt
bezien.
Advertentie
door rheumatiek, spit, ischias, hoofd- en
zenuwpijnen, neemt dan Togal. Verdrijft
in al die gevallen snel en afdoende die
pijnen en U slaapt heerlijk Togal baat!
Zuivert de nieren en is onschadelijk voor
hart en maag. Bij apotheek en drogist
f 0.95, f 2.40, f 8.88.
oude huisjurkje nog korte mouwen h'eeft,
die van de vrouw-in-plastic een glimmen
de spookverschijning maken. Maar dat is
dan meer een kwestie van goede smaak,
die bij dit onderzoek niet aan de orde was
gesteld.
Hier ging het Immers vooral om prac-
tische overwegingen, die naar verwacht
mag worden binnen afzienbare tijd hun
bevestiging zullen vinden in een keur
merk, dat in de plastic mantels die aan
de eisen van de draagsters voldoen, zal
worden aangebracht.
Wanneer alles loopt zoals het lopen
moet, dat wil zeggen, wanneer ook de
betrokken fabrikanten hun medewerking
geven, zal het er in de toekomst op uit
lopen, dat er in de prijsklasse tussen tien
en vijftien gulden reeds dergelijke „keur"-
mantels verkrijgbaar zijn. Dat heeft voor.
al z(jn practische reden, omdat uit de
practijk gebleken is, dat 91 pet van de bü
ons gedragen plastic mantels niet goed
koper dan vijf en niet duurder dan twintig
gulden zijn. Nu is het voorlopig moeilijk
aan te nemen, dat er een fabrikant zal
zijn die er in slaagt om alle goede eigen
schappen voor minder dan een tientje te
leveren, maar aan de andere kant acht de
commissie uit de Nederlandse Huishoud
raad het niet uitgesloten, dat degenen die
tot nog toe goedkopere plastic mantels
kochten, in de toekomst iets meer zullen
willen neertellen voor een product dat de
garantie van een keurmerk geeft.
Eer dergelijke garantie lijkt ons hierom
waardevol, omdat met vrij grote zekerheid
mag worden aangenomen, dat de tegen de
dunne plasticfilm bestaande bezwaren
zoals snel scheuren, wisselende soepelheid
bij de in Nederland normale tempera-
tuursschommelingen en kleven, ondervan
gen zullen worden. Daarvoor heeft de
Keuringscommissie Kunststofartikelen nl.
reeds eerder normen vastgesteld, die zeker
niet zullen nalaten om invlo'ed uit te
oefenen op de productie. Deze normen
houden echter nog geen rekening met de
lichte brandbaarheid van het materiaal en
het blijft daarom de vraag, of ook hierin
in de toekomst niet zal moeten worden
voorzien.
Moeilijker zal het intussen zijn met de
klachten die de vrouwen hebben over de
wijze van verwerking van de thans in de
handel zijnde mantels. Daarover zegt de
enquête:
Te nauw 62
Onvoldoende sluiting, speciaal tot
onderaan 47 °/o
Geen goed model capuchon 25
Openwaaien 21
En verder klagen ruim 30 pot van de
ondervraagde dames over de slechte venti
latie van de mantel en de kans op natte
benen, gedeeltelijk als gevolg van het ge
bruikte materiaal en gedeeltelijk ook door
de wijze van verwerking.
Voor de verwerkende industrie ligt hier
een nuttige taak. Vooral wanneer zij be
reid zal blijken om rekening te houden
met de door de vrouwen zelf gegeven
aanwijzingen. Want als huisvrouwen met
zin voor werkelijkheid hebben zij niet na.
gelaten, ook in die richting haar stem te
laten horen.
Zo zal de wijdte verkregen kunnen wor
den door een apart voorstuk (dat wij in
sommige gabardine modellen reeds toege
past zagen), een grote overslag, een split
van achteren en wijde, bij voorkeur raglan
mouwen.
Gaatjes onder de armen voor het ver
beteren van de ventilatie, maar ook
plaatselijke versterkingen van het plastic
door textiel om het gemakkelijk inscheu
ren bij knoopsgaten, kraag en zakken te
voorkomen. In een land waar het zoveel
En hier een goede capuchon. Ruim,
met brede omslag, en bovendien de
mogelijkheid om hem onder de kin
vast te knopen. (Model: Fidamac)
waait zijn korte mantels natuurlijk uit
den boze; en bij de lange mantels zal dan
bovendien een verzwaring in de zoom, een
koordje bijvoorbeeld, het gemakkelijk
openwaaien zoveel mogelijk moeten voor
komen.
Toch zal er van degenen die zich met
het uitwerken van deze wensen gaan bezig
houden, nog heel wat Salomons-wjjsheid
worden gevraagd, want nu men eenmaal
goed en kwaad tegenover elkaar heeft ge
plaatst blijkt wel, dat de vrouwen welis
waar de voordelen die met een bepaalde
eigenschap van haar plastic mantel ver
band houden graag aanvaarden, maar dat
zij de daarmee samenhangende nadelen
afwijzen. Zij waarderen een mantel die
licht is en klein kan worden opgevouwen,
maar de daarmee geringe soliditeit wordt
door haar verworpen. Zij eisen water
dichtheid en een materiaal dat geen vocht
opneemt, maar aan de andere kant klagen
zij over gebrek aan ventilatie en af
druipen van vocht op de benen en in de
schoenen, iets wat vooral bij fietsen heel
hinderlijk kan zijn. De lage prjjs lacht
haar toe, maar het mede daaraan te wijten
gebrek aan deugdelijkheid en doelmatig
heid vinden zij toch wel een minder
prettige bijkomstigheid.
Intussen is het de vraag, in hoeverre
de voorkeur van 79 pet der verbruiksters
voor plastic mantels zal stand houden,
wanneer in een niet al te ver verwijderde
toekomst ook mantels van andere lichte
stoffen, zoals bijvoorbeeld nylon, in
grotere hoeveelheden en met meer fan
tasie verwerkt aan de markt komen.
Want ook daarin zijn immers al prijzen
mogelijk, die niet zo heel ver verwijderd
liggen van het door de plastic-verbruik-
sters gestelde ideaal.
VylolH
Jan van Konijnenburg heeft een
neef die ontdekkingsreiziger is. Gis
teravond toen ik mijn eerste bridge-
les kreeg en juist had gevraagd of
twee sans nou werkelijk méér is dan
drie ruiten begon die neef te ver
tellen. Over de menseneters. Daar
was hij een half jaar op visite ge
weest.
„Menseneters f afschuwelijk"
vond ik.
„O, maar die lui zijn tegenwoor
dig heus zo onbeschaafd niet meer
zei de neef van Konijnenburg
Ze gebruiken mes en vork mét
een servet om en na afloop zeggen
weUes' „Wel bekome het
„Hebben ze jou nooit es an het
braadspit geregen f" vroeg Jan.
Een keer heeft dat inderdaad
niet veel gescheeldlachte z'n neef.
„Dat zat zo: Omdat ik nogal be
vriend was met het stamhoofd ik
had hem een electrisch scheer-appa-
raat cadeau gedaan, een handvol
glazen kralen en nog wat van dat
geprul konden zij mij natuurlijk
niet als een gewoon door-de-weeks
stamppotje opdoen. Zij moesten
wachten tot er iets bijzonders aan
de hand ivas: een verjaardag of
een bruiloffie Op een goeie dag
merkte ik dat er zo'n feestje voor
de deur stond. Om beurten kwamen
de raadgevers van het stamhoofd
eens naar mij kijken. „Je moest es
wat meer melk drinken" zeiden
zeen smeer je boterhammen
toch wat dikkerje bent zo
mager!" Toen ze na een week of
wat bij elk bezoek nadrukkelijk met
hun lippen smakten en mij
ik
J - - v.v •oy in,
zou haast zeggen watertandend
opnamen, begon ik het benauwd te
krijgen. Wij zaten daar midden in
het oerwoud, moet je denken Er
kwam maar ééns in de veertien da
gen een autobus Jk ging met het
stamhoofd praten. „Stamhoofd" zei
ik... ,,'s lands wijs, 's lands eer...
Wat gebeuren moet, zal gebeuren
Jc bent altijd een fidele kerel voor
me geweest en ik wil geen spel
breker zijn".
„Wat bedoel je?" probeerde hij.
„Jullie hebben mij op het menu
staan".
Hij gaf me een knipoogje: „Nou
javroeg of laat moest het er
toch eens van komen hé?"
„Natuurlijk" gaf ik onmiddellijk
toe Maar één ding moet je me
beloven".
„Altijd" glunderde hij.
„Kijk eens" legde ik uit„Ik
ben je vriend en ik zou het afschu
welijk vinden als je stamgenoten
halverwege van tafel wegliepen met
de opmerking „daar zit 'kraak noch
smaak aan die vent". Snap je
een soort van zelfrespect, van
eigenwaardeKun je inkomen
niet?" Dat kon hij. „Welnu: vóór
ik opgediend word moet je me
eerst een nachtje in de azijn zetten
met een enkel laurierblaadje en
wat Spaanse pepertjesDat is
alles wat ik je vraag".
Aecoordbrulde hij.
„En?" bibberde ik met alle haren
in mijn nek recht overeind.
„Nou" lachte neef „Het was
een truc van meIk wist dat ze
geen azijn in huis haddenen
voor ik het vergeet: twee sans gaat
NIET boven drie ruiten".
SEBASTIAAN.
Enige jaren geleden hield
een bekende Parijse juwe
lier met veel succes een ex
positie van ouderwetse
bijoux. Hij had daarvoor tal
van broches, armbanden,
ringen en medaillons verza
meld, die nagenoeg alle
van de laatste helft van de
vorige eeuw dateerden. Geen
van alle waren stukken van
waarde, indertijd werden ze
stellig door z.g. „frangais
moyens" .aan hun vrouw
geschonken. Stellig werden
ze meer bewonderd om hun
vorm dan om de stenen
waarmee ze gesierd zijn. De
erfgenamen hadden het dan
ook niet de moeite waard ge
vonden ze te laten verande
ren en verkochten ze liever,
ongevoelig als ze waren voor
goudsmeedkunst.
Langzamerhand toch was
men algemeen gaan denken
en dit doet men nu nog
dat alleen kostbare stenen,
die bij verkoop weinig van
hun waarde verliezen, het
kopen waard zijn. De oor
logen en de revoluties van
de laatste vijftig jaar hebben
die mening nog versterkt. In
geval van nood is 'n diaman
ten armband of halsketting
makkelijk te verstoppen en
kan een geducht appeltje
voor de dorst worden!
Bijoux met kleine diamant
jes of met halfedelstenen
mogen niet veel werk vragen
want ze worden uitsluitend
gekocht door een zeer een
voudige clientèle. Veel geld
voor de eigenlijke goud
smeedkunst heeft het gegoe
de publiek niet meer over en
dat valt te meer te betreu
ren als men de bijoux van
vroeger vergelijkt met veel
die op het ogenblik verkocht
worden.
Sint Eloy-prijs
Hoewel de juweliers dat
heel goed inzien, is het een
horlogezaak die het eerste
een poging doet, om de goud
smeedkunst weer in ere te
herstellen. Met behulp van
het ministerie van schone
kunsten heeft deze zaak de
Sint-Eloy-prijs gesticht. De
ze heeft tot doel de jonge ar-
tisten aan te moedigen dit
oude en mooie vak nieuw
leven in te blazen, goudsme
den die trots op hun vak
zijn, te belonen, het prestige
van de oude goudsmeed
kunst te vergroten, nieuwe
lijnen en vormen voor da
meshorloges te inspireren en
de waardering van het pu
bliek voor de vakbekwaam
heid van de bijoutiers-horio-
gemakers te doen toenemen.
Boven: Een van de bekroonde modellen. Onder: Het be
kroonde eenvoudige horloge.
Ieder jaar wordt een con
cours gehouden, dat voor ar-
tisten van alle nationalitei
ten openstaat. Gevraagd wor
den: tekeningen van dames
armbandhorloges. versierd
met diamanten; een luxe
gouden dameshorloge met
bewerkte gouden band maar
zonder stenen; een eenvou
dig gouden dameshorloge
zonder gouden armband en
zonder edelstenen. Reeds nu
en tot 15 November kan men
zich voor deze prijsvraag in
laten schrijven, die dan het
volgend voorjaar wordt uit
gereikt.
400 armbandhorloges
Dit keer waren 400 teke
ningen ingekomen waarvan
26 werden uitgekozen; van
die 26 werden er 4 bekroond.
De eerste prijs is toege
kend voor een horloge waar
van de band bestaat uit een
gouden torsade. Een en der
tig diamanten in platina ge
zet versieren de armband.
Alle vakmensen waren het
met die keuze eens, maar het
publiek gaf grotendeels de
voorkeur aan 't model waar
de armband gevormd werd
door kleine gladde gouden
plaatjes, terwijl het horloge
schuil gaat onder de koepel
bestaande uit goudmotieven
en diamanten. Dit horloge
kreeg de tweede prijs.
Wat onwennig stond het
publiek bij de manchet van
gevlochten goud en waar het
horloge verborgen wordt on
der de manchetknoop, die
met diamanten is versierd.
Dit horloge is heel nieuw
van vorm. misschien staat 't
heel mooi op een strakke
zwarte mouw, maar de man
nequin die het toonde droeg
het op een mouw die er zich
totaal niet voor leende. Dit
model had 350 uren handar
beid geëist en zal dus heus
niet gauw algemeen worden!
Het eenvoudige horloge aan
leren armband was mooi en
werd gevormd door dunne
gouden cirkels, die in elkaar
pasten (ook handarbeid).
Bij al deze horloges wordt
het glas vervangen door een
witte saffier.
Het is te hopen, dat de
poging om de belangstelling
voor de goudsmeedkunst
wakker te roepen, bjjva! zal
vinden en het publick be-
prijpen zal, dat een sieraad,
ook al is 't niet met diaman
ten bezaaid, mooi kan zijn.
Het is in ieder geval een
uitnemend idee de mededin
ging voor de Parijse Sint-
Eloy-prijs ook open te stel
len voor de buitenlanders.
Waarom zouden in Neder
land geen jonge artisten zijn
die daarvoor voelen
DINY K.-W.
In uw moeder en in de mijne eren wij Zondag alle moeders van de
wereld. De bloemen en de kleine geschenken zijn er maar uiterlijkheden
van. Voornamer is het gebed van allen die haar dierbaar zijn, de speciale
H. Mis waarmee in sommige parochies deze dag op het juiste plan wordt
gezet, solieder en meer verheven dan het cake-fundament van de traditionele
taart. Want de dag van de moeders is veel meer de dag van het hart dan
de dag van het verstand.
Zoals het ons vrouwenverstand is, dat
ons naast de vreugden ook de moeilijkhe
den van een moederlijke roeping vol van
zelfsprekendheid doet aanvaarden, zo is
het 't hart van onze huisgenoten, van de
kinderen vooral, dat ze doet bidden. Voor
haar, die overal ter wereld Maria is en
Martha tegelijk. Liefhebbend en dienend,
een vat vol levensblijheid, een schat van
levenswijsheid, hoedster van roepingen
en opvoedkundige bij de gratie van Onze
Lieve Heer, econome met 'n bescheiden
beurs en beoefenaarster van al die am
bachten die nodig zijn om het gezin juist
dat te geven wat het allemaal behoeft.
Trouwe kameraad daarbij in het bedrijf
van de man, het mag dan een winkelzaak
zijn of een bankbedrijf, of misschien een
bescheiden boerderij die al evenzeer de
hele persoon vraagt
Bij zoveel veelzijdigheid eren wij toch
vooral datgene in haar leven dat wij als
een afschaduwing zien van die andere,
grote Moeder uit Nazareth. Het model
waarnaar alle moeders zijn gevormd en
dat ook dag na dag in onze gebeden is.
Aan de poverheid die elke materiële
Het kerkje van Chateaufort waakt over
de vallei.
(Van onze speciale medewerkster).
Het is 'nog niet voldoende tot de bui
tenlandse vacantieganger doorgedron
gen, dat er in feite ook in de Franse
campagne veel te genieten valt. Vooral te
veel Nederlanders versnoepen hun hele
vacantie in Parijs, alsof er goud te vinden
is. Ze maken in ijltempo een ware martel
tocht langs tientallen monumenten en
merendeels zien ze zo veel kerken en
paleizen, dat ze, thuis gekomen, de Made
leine op de Butte Montmartre plaatsen en
de Eiffeltoren op de Place de L'Opera
zetten. Tegen de avond keren ze terug in
hun hotelkamer met de schoenen vol
bloed, maar even zo vrolijk beginnen ze
de volgende dag weer, want het lijstje is
nog niet klaar. Slechts een zeer geringe
minderheid weet werkelijk van Parijs te
genieten: zet U neer op een terrasje, neem
een glas bier of wijn en laat de wereld
voor II defileren. Of zoek een lege bank
in het Bois de Boulogne of een ijzeren
stoeltje in de Tuileries. Probeer het eens!
Tien tegen één, dat ge tevreden zijt met
deze goedkope raad. Eigenlijk zijn de
monumenten van Parijs maar bijzaak. Uw
opvoeding behoeft niet onvolledig te zijn,
omdat de lift naar de derde étage van de
Eiffeltoren te duur is, of omdat de
Schouwburgen voor shows te hoog en
treegeld vragen....
En slechts een klein percentage van die
geringe minderheid trekt vanuit Parijs
de campagne in om er te genietep van
heerlijke landschappen, groene valleien,
I watervallen en rotspartijen met of zonder
ruïnes, waar de geesten van Middeleeuw
se ridders nog rond dolen. Het wordt
I bovendien zo gemakkelijk gemaakt, dat
ge niet een spoorboekje hoeft te raadple
gen. Eén van de metro-stations heet n.l.
Denfert-Rochereau en ligt aan de zuid
zijde van de Viile Lumière. Hier vertrek
ken geregeld metro's naar Saint-Remie,
een lief dorpje in de vallei van Chevreuse.
De reis zelf is 140 franken waard, omdat
ge drie kwartier langs en door typische
Franse plaatsjes moogt boemelen. Behoor
lijke panorama's, prachtige detailkijkjes,
eigen gebouwde huisjes, viaducten en
kronkelweggetjes, die naar de hemel
schijnen te voeren.
Saint-Remie is een lief dorpje met pret
tige mensen. Ze hebben twee benzinepom
pen en een politiepost en daarom matigen
ze zich al stads-allures aan. Met een
blauwe of rode autobus kunt ge van hier
uit verder het lie de France intrekken.!
Maar beter en bekoorlijker is een voet-!
tocht. I
Op wandelafstand ligt het oud-Romein
se stadje Chevreuse te dromen in de zon.'
Het is hier heerlijk rustig. Permanent!
schijnen de bewoners met vacantie .te zijn,
want in de zomer hebben ze de luiken ge
sloten, omdat het te warm is en 's winters
doen ze ze dicht wegens de kou. Mensen
met lange adem en een prima hart kun
nen de helling op klimmen om de ruïnes
van een oude abdij te gaan zien. Vandaar-
uit ligt aan uw voeten een heerlijk pano
rama. Racine was in zijn goede tijd al ver
liefd op deze uitkijk. Verderop komt ge
aan Dampierre, dat beheerst wordt door
een imposant paleis en weer een paar
kilometer verder bent ge bij de rotsen van
Cernayla-Ville. Een lief bergbeekje, dat
ge stroomopwaarts een stuk kunt volgen
loopt in een rustige vijver, die aan de ene
zijde wordt begrensd door een hoge heu
velrug en aan de andere kant door kie
zelsteentjes, ter grote van een huis. Wan
del maar raak, want overal is iets aardigs
te zien. Ge kunt b.v. het treintje ook twee
haltes vroeger verlaten en in Gif uitstap
pen. Als ge dan verder naar Villier le
Bacle en Chateaufort slentert geniet ge
ook met volle teugen en krijgt ge enig be
grip wat en hoe Frankrijk is.
De zachtgroene berm langs de weg, de
mysterieuze bossen en de speelse glooiin
gen nodigen uit om vaak te rusten en te
dromen. Doe dat! Ge moet U tijd gunnen
om vacantie te houden. Maak hier en daar
in Uw Zondagse Frans een praatje met de
dorpbewoners. Kijk eens op een erf, ge
niet en vergelijk, maar denk niet', dat
a priori in Holland alles beter is, ook.
al is het hier wat anders, zelfs al kennen
vele lieden hier geen waterleiding, al
heeft de helft geen W.C. Ik maak me
sterk, dat ge deze Nederlandse gemakken
zoudt willen offeren voor vier muren en
een dak in deze streek. Het pensioentje
behoeft niet eens groot te zijn, want aard
appelen en groenten groeien in de bodem,
de kippen leggen eitjes en aan de bomen
en struiken komen peren en appelen, per
ziken en pruimen, noten en bessen. Het
volk hier zegt, dat God dit lachende land
ten Zuiden van Versailles geschapen heeft
voor zijn liefste engelen. Ik geloof het
graag!
waardering blijft, heeft zij daarom in
haar hart maar weinig behoefte. Haar
eigen rijkdom is altijd zoveel groter, want
daarin liggen de elementen van liefde en
gebed. Het blijvende vertrouwen van de
kinderen, van wie haar hart het school-
vertrek is geweest. Het gebed, dat zij ze
zelf leerde. Want
toch, zeg maar je gebedje,
voordat je zal slapen gaan,
Dan buigt de Lieve Vrouwe
en ziet je vriend'lijk aan,
En al de glinstrende Engelen
zien luistrend, stille en recht
Naar 't Kindje op blote voetjes,
dat „Ave Maria" zegt.
Juist zulke moeders zijn gelukkig. Het
hele jaar door en nog vele jaren daarna.
Juist zij zullen het zijn, die aan anderen
kunnen mededelen uit de overvloed van
haar rijkdom. Die anderen, dat zijn de
vrouwen die kinderloos bleven en toch
moeder zijn, omdat haar hart is als van
elke moeder.
Er is voor haar geen kinderhandje dat
zich vouwt. Zij genieten zelfs niet eens
de eer van een geschenken-slagzin. Voor
haar, de eenzamen, zij daarom het gebed
van al die andere, rijke moeders
BETTY DEN HAAN
r K moest er op eens
- a~
ik
weer aan denken
hoe ik mijn zoon
Overal ziet ge fraaie kastelen achter een groen grasveld of 'n spiegelende vijver.
-x/'" fzuui l
een maand of wat ne-
om hem bij zijn groot-
mtizelf Ult te besteden, terwijl ik
mciZ rJn een concert ging ver-
ernnJ1' eeds in de trein trof mij het
ne aantal manspersonen met
rauwe stemmen en popelende ge
zichten. De tram bood ons maar
nauivelijks plaats en we hadden de'
nt bijna gratis gemaakt, omdat de
conducteur zich niet los kon rukken
Uit een gesprek over een achter
hoede die „knudde" en een midvoor
die „ook niet je dat" was. Mijn zoon
luisterde ademloos. Toen we bij het
uitstappen een meneer in de armen
vielen die ons voor een papier met
„de opstelling" zocht te interes-
scren, toonde hij zich bitter veront
waardigd over mijn afwijzende hou
ding, hoewel hij niet lezen kan en
nooit een voetbalwedstrijd heeft ge
zien. Want het ging om een voetbal
wedstrijd, dat had ik ondertussen
begrepen en te oordelen naar de
lichte drommen die in de richting
van het stadion pelgrimeerden, was
'iet een erg belangrijke wedstrijd.
Ik weet niet tegen welk land er
lespeeld werd. Ik weet alleen dat
k enige uren later weer op de
vluchtheuvel stond met een hoofd
:ol Beethoven en Brahms, en de ene
stampvolle tram na de andere voor
bij zag razen. Het wemelde van ver
keersagenten, de hele stad stond op
kaar kop en om mij heen bespraken
rauwe stemmen vanuit thans mis
moedige gezichten de povere kwali
teit van dat éne doelpunt. Mijn zoon
was bijzonder kortaf, en toen ik
polste of hij mis
schien teveel Paas
eitjes gegeten had bij
oma én opa, viel hij
uit: „Moet ik soms
Lachen als dat snertelftal weer ver
loren heeft? Ze hadden een ver
keerde back, en die links-buiten,
nou, zo kan ik het ook".
Daar ging ik nou met mijn cultu
rele aspiraties, ik, die juist had
vastgesteld, dat de moderne sport-
vergoding aan mijn kinderen voorbij
moest gaan, en dat dan maar liever
Beethoven hun mid-voor moest wor
den en Brahms hun keeper. En ik
bloosde daar op die vluchtheuvel,
precies zoals ik drie jaar tevoren
onze fijn-beschaafde Italiaanse
vriend had zien blozen toen zijn
zoontje-met-het-muzikale stemmetje
ons als proeve van zijn kunnen
voorsong: „Als Bartali voorbij o-s
gaat, violen wil dan klinken' f„-
viva Ch.no Bartali, evviva Fansio
Coppi
Aan dat alles moest ik dezer
dagen weer denken toen wij opnieuw
in Italië logeerden en er onze eigen
■woorden niet meer koeden ver
staan, Het zoontje, dat thans een
baard in de keel en een bril op de
neus heeft gekregen, zou de weg
naar de wielerbaan niet eens meer
uéten en studeerde van vroeg 'nt.
laat verwoed op de „Sonate pallié-
tique".
Dwaas zijn wij ouders met ons
Qebloos! Alles heeft immers zijn
tijd!
H W.—N.