ZANGERSFEEST in Brabants
hoofdstad
<~Üluckttge ontmoetingen met drie
3Coorieidero
PLEIZIER NAAST CULTUUR!
Het geheim van het leken-priesterschap
Het feestprogram
w
H
VOORWAARDE TOT
APOSTOLAAT
De Meierij een woud vol zangvogels
it dit
Reveil in Nederlandse koorzang
Jos. Vranken:
organisator
Mannenkoor een half
koor?
Vl^aïod"
Wieke Jordans:
Benjamin
Fred. Roeske: Nestor
"«ra p^?:no 8 u-! 8 u-:
<§od en wereld
ZATERDAG 23 MEI 1953
PAGINA 5
Dienende functie
Op de tinnen van de Bossche St Jan staan deze drie figuren als bewijs hoezeer de zang als spontane uiting van
menselijke gevoelens van oudsher in Brabant een levende functie heeft vervuld
Kl
Peri ater^°ud in de Bierstube
fe* }?eertoi,rieeft me dese begrenzing
mn ng tp 'n om voor deze vocale
rip,!lnenkoor*nSctlrVven temeer wijl de
r/'},°P de j?MF enkele decennia gele-
lu2 ^r^°Pe-n ±fse Liedertafelstijl was
ten Deze manier van zingen
te' ni°l met *jn
vam
Seest hei'
v
Nieuwe mogelijkheden
Bossche traditie
Geen gemakzucht
Positief reveil
Behalve muziekstacl is Den Bosch een maand lang
ook feeststad
Italiaans lustoord
]\|ET HET BREDE en gulle gebaar van een goede Brabantse gastvrouw
beeft Brabants hoofdstad haar armen geopend om de zangerscharen te
?ntvangen. Ter gelegenheid van het eeuwfeest van het Koninklijk Neder-
atlds Zangersverbond zullen tientallen koren ter strekte van zeven duizend
ftlannnen naar het Bossche Muziekfeest komen. Niet om, zoals in ouderwetse
c°Rcoursen het geval was, te proberen elkaar de loef af te steken, maar om
gedurende vier weekeinden, op tal van concerten van hun eigen zang-aard
'jk te geven. En zo zal de Meierij zijn als 'n woud vol zangvogels: van
bartel tot koekoek en van leeuwerik tot nachtegaal. Uitmaken wie nu de
aeR en wie de ander is in dit „vogelenkoor", behoort straks tot de attractieve
ezigheden van de luisteraars.
at het zangfestijn nu juist zal plaatsvinden in het eertijds klassieke
j 11®11 van de Nederlandse koorzang; rond de geboortestreek van de grote
acob Obrecht, de enige belangrijke meester uit de Nederlandse School
er XVe eeuw in de schaduw van Neêrlands unieke kathedraal, die
®n&iaal als een beschermende arm over de zangersscharen en over e
]a^le^scbeppers uit dat roemrijke tijdperk, zal ieder muziekminnen e
genoot met vreugde héhben vernomen.
„Reeds in haar oudst bekende re
kening, die van 1330, vindt men zeer
veel uitgaven geboekt voor zangers en
organisten, voor aangekocht perka
ment om er de gezangen op te laten
schrijven", zegt de onlangs overleden
archivaris H. J. M. Ebeling in „Bra-
bantia". ,,De béste zangers van ver
buiten de grenzen van Brabant werden
naar 's-Hertogenbosch gehaald en aan
de meest bekende componisten werd
opdracht gegeven tot het maken van
missen en kerkelijke gezangen. In eeri
der zangboeken maken we nog kennis
met het voorschrift op welke wijze de
daarin voorkomende gezangen uit
gevoerd moesten worden".
In die „ordonnantie" staat te lezen
hoe ..die zanghers dit navolgende lof
singhen sullen".
„Inden iersten sal den organist een
lange poese spelen om die sanghers
bij te comen ende dan sal die sang-
meester beghinnen dat responsorium
Tuam crucem, dwelck die sanghers
statelyck uyt singihen sullen".
En dat alles, zo heet het verder:
„sal men singhen oetmoedelyck in
simpelen sanck".
Deze laatste zinsnede openbaart wel
heel duidelijk het dienend karakter van
de koorzang der meerstemmigheid in de
late middeleeuwen en de radicaal tegen
gestelde mentaliteit van de in wezen
Een
ee^V^t weliswaar de mannenkoorzang
Ned |trekkelijk jong bestaan: dat het
f(wi -Zangersverbond zijn eerste eeuw-
her wYle.rt. wijst hier al op. Van ouds-
gine<J^s k°orzang gericht op de vier lig-
goscha„ Van het door de natuur ons m-
en alt) orgaan: vrouwelijk (sopraan
om Hp, ®n mannelijk (tenor en bas), en
meerstmn r?den is bijna alle klassieke
ëemenM mJgheid (Ned School) op deze
krijg* 5d® bezetting géricht. Men ver-
Scheidenblmeen leiding en een ver-
Jb.annenkoor X?,n timbres die bij het
'Da. Vandaar-rio* ^broaall ontoereikbaar
meeste- vfX d® scherpzinnige Fran
sen mannenkonXCent d' IndF zeide da
„?or. een even r de helft is van e?.n
nihe. n nuchtere als rake defi-
se
fab
■j-., bC/J f)rt» I riujlllts I l/Ui II ritn-yv»
,erstubeWste ver"band met de Duit-
T^ken JL' Diedermeyermode worst-
*Uchtiger n Paradepassen. Hoe luid-
m.ai' Jfevoelvoller, huilebalkeriger
de ™as »i"k0ren Z0n9en des te zeker-
uit
het
Gp l. o!X.n ,V.an applaus-salvo's
orf.r'",aa"Se 1' ons volgde men
v-icht i„a v°etspoor. Kampioenen in dit
Sn Richaranrde XlXe eeuwse componis-
r.anrlt<. R Olman met
»4v0),"uys
„De Rots tn
„Jerusalem";
niet „Droeve tijden";
uc „Zegepraal", enz. Dit
.P^etuir.fi veel klatergoud en bellen
ueo 1$ - Tia.YnAr,*-r -JJ. b/r«>v.
Ti
!eder,
vanJ?aradePaarden, die de bour-
tijd epateerden
8en dezg muziek
heeft nafruurlijke
die als een vloed
groei overspoelde
dam 'n de LaSe Landen vooral
kwam opgeworpen. De Hollander
et zijn reëel en klaar denkende
ties tot eerst van alle omringende na-
reactie n sP°edig algemeen wordende
De
ziek
jOrolutie
van de mannenkoormu-
de, laatste twintig jaar ten on-
J verbazingwekkend
reden wint de eeuwfeest-
|ent jg m
om Woord verbazingwekkend.
»»rb°nci „Xan. het Kon. Ned. Zangers-
J.°P ep„ ?>eniijk in betekenis en valt
s„ 6n is »i^i5errnate geschikt moment.
stÏP'ale pil Weer gaan bezinnen op de
0r, t en die mannenkoormuziek
cn een 1 «an niet worden ontkend dat
el<Wnatie moment deze vocale
geifiA ,?Ve,n dwingend kan zijn als
Sste«imrWerk v°or vrouwen- of jon-
Het criterium van mannenkoor ligt
in het tekstgegeven. De Liedertafelsttjl
bracht hier een vals sentiment door
morgen- en avondrood-meditaties; door
bespiegelingen over „droeve tijden", door
verheerlijkingen van een „rots in zee" of
lyrische ontboezemingen bij het zien van
Jerusalems' wallen.
Hiertegenover kwam een reactie. De
bronzen baritonale timbres, de stalen
tenorstemmen en de als bourdons gon
zende bassen, vonden in een „Allons Pi-
cars" van Pijper, de „Soldatenmis" van
Martinu, de „Chansons a boire" van Pou-
lenc maar bovenal in „Oedipus Rex"
van 'Strawinsky een nieuwe en zinrijke
toepassing.
Nieuwe mogelijkheden voor de man
nenkoorzang openden zich door het im
peratief van de tekst enerzijds, maar an
derzijds door de sinds de Liedertafel-
stijl volkomen geëvolueerde muzikale
componenten.
Een nieuw beeld van rhythme, melo
die en samenklank leidde tot ongehoorde
klankmogelijkheden. Daarbij voegde zich
instrumentale combinaties waarvan men
in de goede oude tijd nog geen besef
had en die, zoals in Strawinsky's en
Martinu's werken ,tot een verbazingwek
kend perspectief leidden.
DAT nu juist in Brabants hoofdstad
het festijn der mannenkoormuziek
zal plaats vinden is geen toevallig
heid. Zingen zit de zuiderling in het
bloed. Hij zingt als hfj lacht en hij lacht
als hij zingt; hij zingt ook als hij bidt en
hü bidt als hij zingt; in dagen van
vreugde zowel als van smart, van liefde
of geestelijke nood welt hem het lied
naar de keel. Zingen is hem een levens
behoefte en ook in de koorzang vindt dit
een levendige weerspiegeling.
De muzikale traditie, van Den Bosch
geeft hiervan getuigenis. Reeds in
ontving de Illustre Lieve Vrouwen-
broederschap te 's-Hertogenbosch de
Kerkelijke goedkeuring van de bis
schop van Luik, Adolf v. d. March,
onder wiens jurisdictie toen nog de
Mfjerij behoorde. Het voornaamste
kenmerk van de geestelijke broeder
schap was om de eredienst in de Ka
thedraal met luister van zang en
klank te omgeven.
Vrijwel de enige uit de 15de en
16de eeuw geconserveerde zangboe
ken in Nederland zijn die welke in
het archief der Broederschap nu nog
te vinden zijn.
egoïstische snoeverij der Liedertafelarfl.
Dit dienend karakter vinden we even
eens terug op de met oneindig geduld
en veel iliefde en kunstzin getekende per
kamentbladen van genoemde zangboe
ken. Hiervan zijn nog twee gelijkluiden
de exemplaren behouden. Men ziet hier
muziek op het vierlijnig systeem van
het Gregoriaans genoteerd in „rotunda"-
vorm van noten. Toen was muziek-
schrpven namelijk nog een kunst die
later door de drukkunst zou worden ver
drongen. Tot de meest befaamde „muzic-
scnvers" die in Den Bosch hebben ge
werkt behoorde de Mechelaar Peter
van den Hove in officiële stukken ge-
heten: „escripvain et garde de livres de
la chapelle de mon dit Seigneur l'Ar-
dhiduc".
De aartshertog waar hier sprake van
is behoorde tot de Bourgondische en
Habsburgse Landheren die de Nederlan-
den tot het meest bloeiende cultuurge-
west van Europa inclusief de meer
stemmigheid deir Nederlandse School
gemaakt hebben.
De tentoonstelling „Bourgondische
Pracht m het Rijksmuseum te Amster
dam (1951) bevatte onder haar schat
ten zulk een zangboek, dat een wonden
mag genoemd worden van muziekschrift.
Peter van den Hove (alias: Alamire)
was onder de muziekschrijvers der zes
tiende eeuw wat Jeroen Bosch was voor
de beeldende kunst. De zangboeken van
zijn hand zijn pronkjuwelen van mu-
ziek-calligraphie waarvan de schutbla
den en de sierletters een wereld van
gelukkig mengsel van zuidelijke
en noordelijke eigenschappen heeft Jos.
Vranken in de zangerswereld tot een
leider in de breedste zin des woords
gemaakt. Des Zondags ziet men hem "P
de orgelbank van de Jezuïetenkerk aan
de Elandstraat in Den Haag: enige uren
daarna broedt hii met de bestuursleden
van het Kon. Ned. Zangersverbond op
nieuwe plannen. De ene avond vuurt hij
zijn Haghe Sangers aan in het repetitie
lokaal, vierentwintig uur later zwaait hij
de scepter over een koor in Bergen op
Zoom, om, na weer een etmaal, in Venlo
op te duiken als dirigent Van „Venlona".
En tussentijds ziet hij nog kans om met
consulaire autoriteiten over culturele
uitwisseling te confereren.
Voor het Bossche muziekfeest is hij
een der hoofd-organisatoren. En daarom
dit kleine interview.
„Als het over verwording van de koor
zang gaat, is het mannenkoor het zwarte
schaap. Liedertafel, zelfoverschatting en
ijdelheid zijn verkleefd aan het begrip
mannenkoor", aldus j0s. Vranken.
„Nu wij voor ons eeuwfeest een balans
opmaken zouden wij vergelijkin§en kun
nen treffen tussen de andere vormen van
koorzangbeoefening a]s gemengde,
capellakoren en vrouwenkoren.
Bij de gemengde koren is het de grote
verdienste van Averkamp's Gemengd
Ensemble, de Madrigaai_vereniging van
Sem Dresden, het paiestrinakoor en
later het Kamerkoor van Felix de Nobel,
die de koorzang uit het moeras van de
concoursen de juiste weg naar een toe
komst wezen.
Voor het vrouwenkoor bewezen A. B.
H. Verhey, Evert Comelis en later
Glastra v. Loon met het Kraüngs Vrou
wenkoor onschatbare diensten.
Bij het mannenkoor was het Apollo
uit Amsterdam dat vanaf l925 onder
leiding van Fred. Roeske doelbewust
nieuwe wegen en vormen ging zoeken;
in Den Haag legden Hub Cuypers en dr
Walther Boer de eerste grondslag voor
een beter musiceren.
Na de oorlog heeft het Kon. Ned.
Zangersverbond het zich tot taak gesteld
het streven der grotere koren: muzikaal
verantwoorde programma's uit te dragen
naar de uithoeken van ons land, te ver
werkelijken.
Hierbij werd uitgegaan van een vast
werkprincipe. Uit de rijke periode van
de middeleeuwse koorzang werden klei
nere werken uitgegeven.
Naast deze strenge, poiyphone muziek
hebben wij ook aandacht aan goede wer
ken uit de Romantiek geschonken: Schu
bert; Schumann; H. Wolff; M. Reger;
■Grieg en A. Bruckner. Daarnaast ook
aan de Russen Archangelsky, Gretchani-
now en de Tsjechen Smetena, Dvorak,
Janaceck, Martinu, enz.
En de eigentijdse muziek?
„Bij ons eeuwfeest komtn van aller
wegen blijken van belangstelling van de
meest representatieve componisten. U
weet trouwens hoe voortreffelijk Debus
sy en Ravel, Stravinsky en Bartok zich
in de geheimen van het mannenkoor
hebben verdiept, hoe nauwkeurig zij
de liggingen kenden, de kleur en de
dynamiek het mannenkoor eigen. Het is
waar dat het mannenkoor begrensd is m
z'n mogelijkheden en daarom is het com
poneren hiervoor bijzonder moeilijk.
Maar ik verblijd me in de verworven
resultaten en het ls een dagelijkse
vreugde mij aan deze taak te kunnen
wijden."
Onder de mannenkoordirigenten is
Wieke Jordans de Benjamin. Nauwe
lijks dertig jaar oud breekt hij reeds
door de barrières heen die ieder uitvoe-
-end kunstenaar in zijn loopbaan ont-
noet. I"ij is de stuwende leider van het
thans jubilerende Kon. Bossche vrou
wenkoor.
Wieke is de broer van Hein Jordans
die het Brabants Orkest dirigeert. In
vele gevallen is het bezit van een be
gaafd of gerenommeerd familielid een na
deel. Niet zelden leidt zulk een ver
wantschap tot een kunstmatige zelfdunk.
In dit geval echter heeft het talent een
diepere wortel; baiden zijn zonen van
één muzikant.
Na de Jacobsladder die alle echte
Amsterdamse huizen in wentelende of
stijlrechte lijn bezitten te hebben be
klommen traden we de werkkamer bin
nen van de oudste mannenkoorleider
van ons land: Frederik Roeske.
Hij ontving ons met die hartelijke
jovaliteit de Amsterdammers eigen en
temidden van zulk een stapel souvenirs,
portretten, schilderijen, herinnerings- of
eretekenen dat men eigenlijk de eerste
tijd niets behoeft te vragen of te zeggen,
wijl de geschiedenis van Roeske s leven
hier als een open boek ter lezing ligt.
Daar ziet men portretten uit de oude
tijd van Bernard Zweers, Messchaert,
Durigo en Mengelberg, maar ook een op
de Steingraber-vleugel prijkende foto
van Igor Strawinsky; verder grote op
namen van aubaden voor het Paleis op
de Dam; van indrukwekkende zangers
bijeenkomsten; oorkonden van erelid
maatschappen en kranslinten.
Roeske is nu 84 jaar oud maar zijn ge
zicht vertoont nog weinig rimpels en zijn
gezondheid laat niets te wensen.
„Maar dit jaar ga ik van „Apollo"
(het Amsterdamse mannenkoor) afscheid
nemen. Mannenkoor dirigeren is een
zwaar werk en ik heb het nu 56 jaar
gedaan. „We" bestaan met Juni honderd
jaar en gaan dit feest vieren met uit
sluitend Nederlandse werken. Ik vind
dat men veel te weinig aandacht aan de
muziek van onze landgenoten schenkt
en we moeten met onze tijd meegaan",
aldus de nestor van het koorleidersgilde.
Hij stamt uit de tijd dat het liedertafe
len (d.i. zingen aan lange, al of niet met
bitter- of bierglazen gevulde, tafels) nog
volop In zwang was. Maar naar zijn op
vatting kwam de Liedertafelstijl meer in
de mode door onkunde der betrokken
leiders die slechts naar uiterlijk effect
streefden, dan door de componisten. Hij
heeft met ambitie in die jaren werken
van Schubert, Brahms, Schumann en
later d' Indy laten zingen.
„En hoe vond U Strawinsky?" vroegen
wij.
„Ik heb van hem hier in Amsterdam
de eerste uitvoering van Oedipus Rex
met „Apollo" geleid (1928) en Strawinsky
was daar erg tevreden over." „Ik voor
mij vind het prettig om eens 'n nieuw
geluid te laten horen", gaat Roeske ge
moedelijk glimlachend verder.
Deze sportieve opvatting verraadt wel
iswaar nog niet zijn voorkeur, maar wel
z'n breedheid om het eigentijdse te pro
pageren. Met Diepenbrock en Pijper
trouwens onderhield Roeske vriend
schappelijke relaties en van de eerste
bracht hij alle mannenkoorwerken ten
gehore terwijl hij van Pijper's „De
coninck van Castilië" een eerste uitvoe
ring gaf.
Ik zou graag willen dat men alle Ne
derlandse componisten In de gelegenheid
zou stellen om nieuw werk aan te kon
digen en door verspreiding der partitu
ren bi) de belangrijkste koren te propa
geren. Hoe anders moet men op de hoog
te komen van hetgeen zij componeren T"
„Hebt u nog voorkeur voor bepaalde
werken of componisten Roeske's ge
laat plooide zich nu tot die zachte glim
lach die met z'n zilverig-zijden haardos
zo overeenkomt.
„Och meneer wat zal ik u zeggen
Het is met de componisten als met de
vrouwen de een heeft mooie ogen, de
ander prachtig haar; een derde een aar
dig figuur. Zeg dan maar eens van wie
je het meeste houdt!"
Oorspronkelijk uit Duitsland afkom
stig was vader Jordans in Venlo orga
nist-dirigent-leraar, en al vroeg kwamen
Hein en Wieke in zijn muzieksfeeT. Als
bij ingeving kreeg Wieke in die tijd de
gedachte om zich geheel aan muziek te
gaan wijden. Hij doorliep het Conserva
torium te Amsterdam; volgde dirigenten
cursussen in Salzburg en ontplooide in
deze laatste hoedanigheid al ras een gro
te activiteit.
Met onstuimig jeugdig elan wierp hij
zich ln de branding van de mannen
koorzang, en met evenveel geestdrift
wierp hij zich op voor de eigentijdse mu
ziek van zijn landgenoten en voor alles
wat met nieuwe adem is bezield. Bij de
ze taak zet hij z'n gehele wezen in en
als men hem ziet dirigeren doet hij dit
met een spanning als van een vat bus-
krult. Deze dynamiek is kenmerkend
voor zijn dirigeerwijze en voor zijn per
soonlijkheid.
„Ik vind het onjuist om aan de muziek
van deze tjjd voorbij te gaan. Naar mjjn
mening getuigt het van kortzichtigheid
om te doen alsof er op het gebied der
hedendaagse kunst niets, of niets be
langrijks wordt gepresteerd. Het ge
tuigt van gemakzucht om zich alleen
maar bezig te houden met dat, wat
„men" direct mooi vindt en wat direct
in het gehoor ligt.
Natuurlijk moet het kaf van het ko
ren worden gescheiden, zoals bjj alles in
het leven. Dus ais we ons met moderne
muziek bezig houden, moeten we niet
alles a priori verwerpen maar ook niet
alles luide toejuichen. Bij een juiste
geestelijke instelling voelt de mens in
tuïtief, wat uit het diepste innerlijk van
de componist is voortgekomen en wat
dus naar alle waarschijnlijkheid de tij
den zal trotseren."
Hield u in uw jeugd van jazzmuziek?
„In mijn jeugdjaren heb ik dikwijls
jazz gespeeld tot verdriet van mijn
vader, welk verdriet overigens slechts
duurde totdat na de Bevrijding de Ame
rikanen in Venlo kwamen, voor wie ik
jazz moest spelen. In ruil hiervoor kre
gen wij de ingrediënten die we na de
honger-winter nodig hadden
Ze wilden me bovendien nog als jazz
pianist meenemen en deden verlokke
lijke voorstellen. Maar toen werd het
ernst en ik heb in Amsterdam een mach
tige leerschool doorgemaakt."
Wieke bladert in z'n actetas die vol
zit met nieuwe partituren en hij 6preekt
over 't ene stuk met nog meer geest
drift dan over het andere.
Een sprankelend talent waarvan we
nog veel verwachten.
kleuren en symbolische figuren laten
zien.
Dit edele spel van muziek vormen in
dienst van de Allerhoogste en rond de
torens der St. Jan duurde tot aan,
dagen der beeldstormers. Toen braken
de stenen heiligen-figuren en ook de
krachten van de koorzang.
Veel ls er sinds dien gedaan om het
muziekleven in het hart van Brabant
weer ten leven te wekken. Maar deze
pogingen bewogen zich in de richting
van de profane kunst van orkestrale mu
ziek, van blaasmuziek en, wat de koor
zang betreft, in de Liedertafelmuziek.
Eerst sinds de bevrijdingsdagen
klinken stemmen die op een positief
réveil wijzen van de symphomsche kunst
enerzijds en de koorzang anderzjds. Het
Brabants Orkest is een Verworvenheid
der laatste jaren die een muz'kaa'.
ten achter geraakte pr0YLncie met n'ea]X
leven gaat bezielen. Net Kathedral
Koor, het Bossche Mannenkoor en andere
koorgroepen doen eindeluk weer een
eigentijds geluid van eigen bodem klin
ken als een soort kazumstoot door de
nacht van het verleden. En als dan
straks van heinde en ver de
groepen naar 's-Hertogenbosch zuiden
toestromen, zal dit feest wel eens kun-
nen aantonen dat Nederland geluk m
vroeger eeuwen weer toonaangevend
cultuurgebied is voor het zingen in koor
gemeenschap.
MARIUS MONNIKENDAM.
- .q? vv||
Een der paviljoens van het amusementspark „ln den muziekhof
dat gisteren werd geopend.
Bi,
enkele der be-
woSr.iret Mii»ifr.amm»"punten
- h e- „?l'«kfcest ln Den
mierès van Frieso Moolenaar,
B. v. d. Sigtenhorst Meyer,
fl»l"15ljyek'ecst in Den Lennox Berkely, Lex van
^°or 1, ste*"avond geopend Delden, Joh. Bordewijk-Roep-
koo».. Rn„eei? Kala-concert man).
Bosch' Mannen- Maandag, Dinsdag en Woens-
Z0rir^ dag 1, 2 en 3 Juni: Casino 8 u.:
Ki
24 ïvr^i. T Muziekstad.-operette.
tlge s?.Vaa Den z,evin z°ndag 7 J"ni: Stadion 3 u.:
iVT-n °hgen luie plech- Muziekfantasie voor harmo-
25 i5rif..erJ o nieën m.m.v. Bossche carnavals
door v.'e CJlslno 8 u* verenigingen, Ambonese dan-
Öinai de Roovtad-°Perette sers en de beiaardier Toon v.
Balkom.
K.n H:V'; Eerste1 eï:r.t?T^ziekhof _Zondag 7 Juni: Provinciaal
Tw^ l'ibeck f**"» B van Genootschap 4 en 8 uur: Voort-
8 V,' Vr'-Eig 28 Mo?-r A i zetting Zangersfeest ipremières
8 uur?0?, 31 Casino 4 en feest "(VXeXXT"1'1"" ZanBers"
„Voortzetting concerten- Tnphnoob rnières van Lc
1 Z-*^eestS (o.a! pre-
Louis
en
Zondag 14 Juni: Casino 4 en
8 uur: Zangersfeest (premières
van Jaap Vranken, Andrée
Bonhomme, Marius Monniken
dam, Paul Müller en Franz
Burkhart).
Donderdag 18 Juni: Casino
8 uur: Opening Jongeren-mu-
ziek-week.
Zaterdag 20 Juni: Prov. Ge-
nootsch. 8 uur: Afscheids
concert Fred. Roeske.
Zondag 21 Juni: Parade 2.30
uur: Massazang „Cantate op
het eeuwfeest (Wouter Paap).
Zondag 21 Juni: Casino 4 en
8 uur: Zangersfeest (premières
Matty Niel. Aug. Vörding, G. F.
Malipiero, Michel Ciry).
Woensdag 24 Juni: Casino
8 uur: Ballet-avond -(Jongeren
Muziekweek).
Vrijdag 26 Juni: Casino 8 u.:
„Orfeo ed Eurldice" (Brab.
Kamerkoor) Muziekhof 10 uur
Vuurwerk.
Zondag 28 Juni: Casino 8 u.:
Sluitings-concert Concertge
bouw-orkest o.l.v. Josef Krlps.
ET IS ONGETWIJFELD waar, dat het men
selijk gelaat priesterlijke trekken vertoont,
dat wil zeggen dat de mens natuurlijker
wijze is aangewezen op dienstbaarheid en offer,
dat hij daartoe een wezenlijke geschiktheid ver
toont en dat hij een dienende, bemiddelende
functie vervult in het leven der menselijke gemeen
schap. Maar evenzeer is het waar, dat er aan dat
algemeen-menselijke priesterschap iets ontbreekt
zodat het ons niet geheel en al kan bevredigen. Een
mens zal in de praktijk van zijn leven nl. altijd be
merken, dat hij met zijn eigen aangeboren priester
schap niet klaar komt, dat hij ermee moet vechten
en dat hij de edelste en zuiverste impulsen van dit
priesterschap niet steeds in de hand heeft. Er zijn in
ieder mens krachten en strevingendie zich tegen die
priesterlijke dienstbaarheid en offergezindheid ver
zetten.
Duidelijk wordt dit geïllustreerd in de brief van
Paulus aan de Romeinen, waar hü schrijft: „Immers
ik begrijp er niets van, wat ik doe: want ik doe niet
wat ik wil, maar ik doe juist wat ik verfoei"
Men bemerkt, hoe zich hier de voortdurende wor
steling openbaart tussen twee grootheden in de mens
zijn diepe hunkering naar het goede, en zün duistere
gedrevenheid naar het kwade. Wie dienstbaar wil
zjjn en offervaardig, wie zün menselijke priester
schap wil uitoefenen, ervaart, dat hij daarbij door
zichzelf wordt tegengewerkt. De overgave en toe
wijding, waartoe de vrouw met heel haar wezen ge
roepen is, wordt belemmerd door de zwakheid en
ontoereikendheid van haar lichaam en geest. De ar
beidende en zorgende verant-woordelükheidvan de
man wordt teruggehouden door zijn zelfzucht en
eigendunk. Liefde wordt vertroebeld door de onzui
verheid van allerlei baatzuchtige bijbedoelingen
Hartstochten botsen tegen elkaar op; het leed dat
moest louteren en als glanzende gave belangeloos op
het altaar wordt gelegd, dreigt te verbitteren en te
vereenzamen; goede voornemens blijven steken in
een soort gevoel van machteloosheid.
Men zou kunnen constateren, dat de priesterlijke
elementen in elke man en vrouw soms maar moeilijk
tot hun recht kunnen komen. Het zuiver natuurlijke
priesterschap van de mens schünt niet helemaal vrii
te zun gebonden als het is aan de zeer beperkte
mogelpkheden van het menselü'ke.
te
ALS GoD mens en priester wordt, krijgen we heel
iets anders te zien. Met Jesus Christus is een
Ander Priesterschap in deze wereld gekomen
een Priesterschap dat géén gebondenheid en eéén
grenzen erkent. K
Wij moeten dit goed verstaan. Het PriesterschaD
van Jesus plaatst zich niet tegenover het onze alleen
nni het onze te overtreffen of overbodig
maken De priesterJesus is met Zi-]" ^FesteXSCXXR
met Zijn dienstbaarheid. Zijn bemiddeling, en Zun
offer in deze wereld gekomen, om dat kleine, wor
stelende, ongenoegzame en,.jn Z1C verstrikte
Driesterschap van óns te bevruden.
Men zie goed toe, hoe Jesus leeft en sterft en hoe
zich in Zijn leven en sterven een Priesterschap open
baart dat in alles aan het onze geluk is, maar dat
ook in alles het onze glansrijk overtreft, samenvat
en vruchtbaar maakt.
JrorTS IS een mens Om als mens te kunnen leven,
moet Hü, evenals wü, zich veel ontzeggen, moet
Hii vechten en weerstand bieden, offeren en zich-
7Plf beheersen. Hij kiest in vrijheid. Als H\j dorst
hein vraagt Hü de Samaritaanse vrouw een dronk
water Maar in het lüden kiest Hü de ontbering en
brandt Zijn keel van de dorst. Als Hu moe is, kan
HH eaan slapen zoals geschiedde in de boot op het
stormachtige meer. Maar in stilte van de alom-aan-
weziÈe nacht kan Hü ook in eenzaam gebed met heel
Zün menselükheid de Vader zoeken.
In Zün menselük bewustzijn wil Hü met de Vader
mpeleven, innig geheel in Hem verloren. Maar op
het kruis kiest. Hü de Godverlatenheid als het meest
wrede en verbüsterende van Zün ondoorgrondelpk
jppri Als mens bezit Jesus allerlei mogelukheden,
zoals ook wü telkens allerlei kanten heen kunnen.
Én we zien, hoe Zün leven zich uiterlük voltrekt
met dezélfde priesterlijke kenmerken als het onze:
een man die telkens Zijn keuze doet, die weet dat
elke keuze de mogelükheid van pijn in zich sluit;
een man die vreugde heeft als wü en verdriet en
angst en bereidwilligheid tot het offer, zoals wü-
Toch is er Mi Hem iets anders. Iets dat ons tege-
I ijker tijd verontrust en stil maakt. Daar is allereerst
Zijn rechtlijnigheid, de eenheid en zekerheid en doel
gerichtheid bij alles wat Hij doet en bij elke keuze
die Hii maakt. Daar is de hartstocht van Zijn wil, die
zich met rustige verbetenheid volkomen schijnt toe
te wliden aan één taak en geen andere. Daar is de
grondeloze liefde, waarmee Hü alles wat komt, ook in
liet uur van Zijn lijden en dood, tegemoet treedt, als
iemand die de vleesgeworden Liefde is, als
iemand, die geen Priesterschap hééft
of uitoefent, maar die het concrete,
tastbare en volstrekt aanjwezige
Priesterschap is
ZO STAAT zün Priesterschap voor ons, als Hü
gaat sterven. Niet iemand sterft aan dit kruis,
die óók een offer brengt, voor zichzelf of voor
Zün naaste. Hier sterft de énige mens, die niet be
hoefde te sterven, uit absolute priesterlijke wil tot
bemiddeling, uit totale liefde kan zün. „Allen die Mü
zijn voorafgegaan", zegt Hü volgens de Schrift,„zün
dieven, rovers en moordenaars". Zie, waar wü met
ons priesterschap blüven, als Hü met Zün Priester
schap verschünt: „Vergeleken met Mü is de manier,
waarop gü elkander benadert en offers voor elkaar
brengt, roof en moord."
Ofschoon Hij dus alles doet, zoals wij het doen:
moe zijn, dorst hebben, honger en koude, bloeden uit
Zijn lichaam, bang zijn voor de dood en tóch door
zetten en hunkeren naar volle toewijding en over
gave, totdat alles zal zijn volbracht zoals ook wij
dat kunnen in onze beste ogenblikken)ofschoon
hij alles doet zoals wij, doet Hij het uit eeuwige,
goddelyke onuitputtelijke bronnen; met
een liefde, waarbij vergeleken ónze liefde diefstal is;
met een Priesterschap dat, vergeleken met het onze,
het andere, het t ot ale Priesterschap is.
ELNIJ, het is dit andere, totale Priesterschap
van de Godmens, dat mét Hem in de wereld
is gekomen en in de wereld is gebléven Wan
neer wü spreken over het katholieke Priesterschap,
over het Priesterschap der lekengelovigen, dan be
doelen we dit: dat het Priesterschap, het Andere, het
bovenmenselijke, het Christus-Priesterschap, zich
realiseert en uitwerkt ln mensen van de mens Jesus
uit. Wie in Hém is gedoopt en door Zijn geest is ge
vormd leeft van Zijn leven en met Zijn priesterlijk
heid. Het natuurlijke priesterschap, dat ons als
mensen was ingeschapen, kreeg nu goddel ijk
gehalte en goddelijke pretenties.
Alleen met zulk een goddelü'k Priesterschap levend
en werkend in ziel en lichaam der lekengelovigen
kunnen zü zich Inzetten voor een apostolaat, dat cod-
delüke resultaten beoogt.
S. JELSMA, M.S.C.
EN ZO HEEFT DAN GISTERAVOND
niemand minder dan minister Cals
„Den Bosch Muziekstad 1953" geopend.
Dat betekent Jiet begin van een
ware lawine van muziek in Brabants
hoofdstad en tevens tenminste zo hoopt
men het begin van een nog veel grotere
lawine toeristen uit binmen- en buiten
land. Want dat tnen op uitbundig-Zuide-
lijke wijze musici en belangstellenden zal
kunnen onthalen, daarvoor staat de staf
van de Stichting 's-Hertogenbosch Muziek
stad wel borg, die onder voorzitterschap
van burgemeester Loeff al maanden in de
weer is.
Het eeuwfeest van 't Koninklijk Neder
lands Zangersverbond en het 50-jarig be.
staan van Koninklijk Bosch' Mannenkoor
hebben enige vindingrijke geesten op het
idee gebracht, om de feesten van deze
twee jubilea te combineren. En welke
stad is dan meer attractief, meer levend
en meer „Zuidelijk" dan 's-Hertogenbosch?
De organisatoren hebben nu reeds metter
daad het antwoord op deze vraag ge
geven, want het ziet er naar uit, dat de
komende weken alles op rolletjes zal
lopen. Men dient hierbij echter de man
nenkoor-concerten die op vier weekeinden
van 30 Mei tot 22 Juni plaats hebben, en
de andere manifestaties duidelijk te onder
scheiden. Deze laatste liggen namelijk,
afgezien van enkele symphonie-concerten
en opera-uitvoeringen, geheel op het ge
bied van het amusement.
Het meest attractieve project In dit
kader ls wel het tuinstadje In Den
Muziekhof, dat achter het Casino ls ver
rezen. Het ls een klein Italdaans lustoord
met een verlichting die men sprookjes
achtig pleegt te noemen, met genoeglijke
paviljoens en met allerlei herinneringen
aan de muziek, zoals de namen van de
drie toegangspoorten (opera-, bedaard- en
orgel-ingang,) tnuzdek-emlblemen, trommels
en triangels, in de bomen en een complete
volière met echte zangvogels. De burgerij
van Den Bosch heeft zich ook niet onbe
tuigd gelaten: onder de titel: „De charme
in de muziek" verzorgt zij een étalage
expositie en ook de versiering van het
stadscentrum nemen zij voor hun reke
ning.
De man, die altijd voor afwisseling weet
te zorgen, is Carel Bniels. Brieis laat het
programma de meest uiteenlopende pun
ten bevatten, van Carnavalsavonden tot
bijvoorbeeld Philips' reizende show; „Van
opname tot weergave" toe. Ook zal er een
treintje door de stad gaan rijden, uitgerust
met mobilofoon. Maar terecht heeft het
Nederlands Zangersverbond erop aange
drongen, dat de relatie met de muziek in
de meeste programma-onderdelen gehand
haafd zou worden; en dat men dat op zeer
gevarieerde wijze heeft weten te bereiken,
blijkt wel uit bovenstaande opsomming.
Speciale aandacht wordt besteed aan
een „festival" voor de jeugd, waarvoor
een commissie, bestaande uit vertegen
woordigers van de Stichting en enige
jongelui, een even onderhoudend als in
structief programma heeft samengesteld,
waarin toneel, film, ballet en muziek (ook
jazz) een belangrijke plaats hebben. Hier
mee zet Den Bosch overigens weer een
stap op de weg, die men daar al voor een
groter gedeelte heeft afgelegd dan in
andere Zuidelijke steden: de culturele op_
voeding van de scholier.
Zoals men ziet, is er aan alle facet ter.
van het programma hard gewerkt; ong»'
twijfeld zal het publiek van zangers,
toeristen en gastheren, zich uitstekend
amuseren in deze omgeving van „cultuur
plezier"