Onderwatersnufjes voor de haringvangst Wat er aa vooraf ging DE DOORBRAAK VAN 1903 Ml Aan de voor avond van Vlaggetjes-dag Een stenen Jubilaris ISHpiilliiii!! J£TEK»A£ 23 MEI 1953 PAGINA 7 "Ouder water kim je toch niet kijken Modder-echo anders Verraderlijke halve maant je& atrrhrao onder de loupt zth- -v ,y >y Blind in wonderland der techniek '.ondc '8 onder water MaSt daarvan v r; w 4 V r °osd. ëeunge registratie van bodemprofiel ift'K' SeC°nde S°ms t0t DE KEIJZER EN ZOCHER Echolood „liegt niet" „Geschoten met vlijt...." Kunnen vissen lioren? JJ 4 ELKE VISSOORT HEEFT EEN EIGEN ECHO S). n 5"e vroegte zullen Maandagmorgen weer de „wegbrengers" aan het havenhoofd v Tl. wanneer dan de schippers van al de loggers hun kar weer op „volle kracht" hart®0 Sooien om driftig het zeegat uit te gaan, de steeds weer even spannende „j., !lsrace tegemoet, suilen al die vrouwen nog één keer „Dag Deen" roepen en en Ariel." („Dag Moeder!" komt het verwaaid terug in de waterklare morgen), verzeker U, dat dat een mooi moment is. st i; trl<e snel,e moderne loggers, niet te vergelijken met de romantischer museum- hal/14' men (nog slechts op schilderijen, van vissers-amateur-schilders) met Uoo- sereefd tuig ziet opboksen tegen een vals getijgerde zee (maar toén was het k«fcheWen!" zal!en Maandag weer de gepensionnecrde vissersmaimeri aan de wal raJV loesers, die ze nu zien vertrekken zijn bijna alle uitgerust met een moderne e;i(telefoidezender, welke de thuisblijvers in staat stelt om over de visserijhand tjvond het „voor •alle-die-meel'uistere: welte-ruste, hoor!" toegewenst te kragen, ^•er met een rtehtanteime, waardoor twee schepen elkaar ook in het dikste ee» ,'mdelings kunnen opzoeken; loggers, die misschien zelfs zijn uitgerust met gefp ander echolood, waarop automatisch de diepte van het water worat V.: En. toch, ziet het ernaar uit, dat de kleine l°agen, die Maandag aan de hand van zijn hloecter slaapdronken zal staan mee wui ven, misschien over een jaar of vijftien biet zelf een vissersvaartuig onder de voe ten, nog slechts die schouders zal ophalen over de voorhistorische methoden van vis vangst, die zijn owe erop nahield. Wanneer men namelijk recente publica- 'le visserij-vakpers mag geleven, ren b'ets meer ei! minder dan gjj *tie in d« vangstmethoden. Eneljerealli; technische vooruitgang van bietjiu,j v8aartui'geiii, betere comerverings- ter veilig. 2el"®rder verbindingen en gro- Wejjjjg kneict, i» er tot nu toe essentieel soh^SlldeTd in dfi visserij. fa®rtje j^PPer bestudeert het haring- lerie téeS' ellt jaar door het rainis" "sud verstrekt (opgemaakt aan de "'6b'h bcTw Va»gstgegevens in vorige ja- ria»r ie a alt ®ede aan de band daarvan, te"ung hoof*01". vl®£t zal gaam. maar de Zich Haar» iii+c»t,qqt,H nipt flHTl zich daar uiteraard niet aan ""tiooi-rv er fcwaK1 tot na toe steeds ah zijn «J;Mke dosis feeling aan te pas. N Jüist d.v van zijn „gok" (waar- ..nt of H-»ar,' waarom nog niet een mi- «f. °I tien V n°S mel een IIU" va men Nd°°.r§estoomd?) hing het dan n, ®d blaak,.» t één sMg het halve seizoen be ar Weer i^an weI de andere ochtend elders zijn geluk moest gaan uae kans om de eerste heel dhre°e^n' PractjsA?.ri?,g aan de wal te brengen j^avo^eh al verkeken. het te hehhZSlen' na tient Won Water ».ren bestudeerd, ae wind en rd: etodelijk dan het verlossende niej'l .ibaar, onder water kun je h!!üsterlcJ ike"---:." Reeds bij voorbaat spreiding, des te minder last heeft men ook van het geruis dat het schip zelf maakt. De moderne echoloodapparatuur bestaat uit een oscillator, die hoogfre quente trillingen uitzendt,, en 'n ontvang- oscillator, die de echo daarvan weer „ver taalt" in een wisselstroompje, dat naar 'n schrijfstift gaat. Op een van 'n diepte- schaalaanduiding voorziene rol papier, die langzaam rondraait, en synchronisch is afgesteld op de uitgezonden pulsen, no teert deze schrijfstift automatisch- de diepte, doet dus al het „rekenwerk". Tegenwoordig, gebruikt men een spe ciaal soort grafietpapier, zwart, dat met een eleetriach geleidend, wit laagje is overtrokken. Kén klein vonkje, opgewekt door een binnenkomende, in wisselstroom omgezet te echo-trilling, brandt telken» een gaatje in de witte bovenlaag, vormt dus een zwart stipje. Wanneer elke echo zo'n stipje vormt, precies op diepte (op de diepteschaal van de papierrol). zullen duizenden echo's op deze langzaam doordraaiende rol een lijn vormen, even onregelmatig stijgend en dalend als het bodemprofiel, welks echo ze „vertalen". Uit zo'n „echogram" (het lijnenverloop op de papierrol) kan men echter nog veel méér conclusies trekken, veiliger naar mate het gebruikte instrument gevoeliger is. Niet alle echo's zijn even sterk: een harde rotsige bodem b.v. zendt een ster kere echo terug, dan een modderige sfik- Iaag. Een dergelijke sliklaag wordt boven dien anders genoteerd; de geluidstrillin- gen dringen er dieper in door, worden dus ook van iets grotere diepte weer teruggekaatst (zwakker weliswaar), vor men daardoor een bredere liïn op het echogram, dan de echo's van de rotslaag. Ook metaal dht zich op de bodem be vindt, en hout, ja zelfs half in bet zand verscholen platvissen, welke door de tril lingen warden getroffen geven verschil lende echo's, welke met enige ervaring gemakkelijk te determineren rijm Het is zelfs mogeKjk om zónder bodem monsters tot op zeer grot» diept» een vmj nauwkeurig beeld- te krijgen van het bo demprofiel en zijn geaardheid. Door op verschillende diepten onder water glazen ballen, aan te brengen, at kunstvissen, en er vervolgens met een echolood; overheen te varen, heeft men uitgemaakt dat deze hoogfrequente tril lingen vanaf de oscillator in een soort, steeds breder wordende kegel de diepte ingingen. Dit verklaart de vreemde vorm, welke de echo van een enkele vis op een echogram maakt. Vaart men over een stil staande vis heen. dan wordt deze vis, zo dra hij binnen de kegel der geluidstril lingen komt, steeds opnieuw getroffen door trillingen, maar zolang bij zich nog aan de buitenrand vaii de kegel bevindt, zal de echo op het papier .dieper" geno- teerd staan, dan wanneer 'ito zich in de middellijn van. deze kegel bevindt. Een dergelijke eenzame vi* ziet er op I een echogram van eeB niet te «nel varend schip uit al» een horizontaal liggend maantje (bolle kant naar boven) van alle- maal loodrecht naast elkaar staande streepjes. Hoe hoger de vis zwemt (hoe dichter bij de oscillator), des te korter zal hij zich in de kegel bevinden. de3 (e geringer zal dus het aantal echo-streep,., „in, des te klei ner het maansikkeltje. Visceholen treke»en zich ,f al, donkere I vlekken, donkerder Baar mïte ze com- par*PT e« «*e echo des ie krachtiger is. Harde makreel zat e duidelijker echo geve» dan zachtere vi° lifting b.v.»; kwallen en plankton, wier rrllectielactor Y!S"r SerinKer is, zullen »ich nog onduide lijker en slechts als een soort donkere. Flauw zichtbare wolk aftekenen. Tonijn - een harde vis die z,.er SBel zwemt- zal als een zwarte, schcr» getekende tijn (meestal zigzaggend, 2oa,s 00k de tonijn zelf) op het echogram verschijnen. Vissen tellen ia een school is niet mo gelijk. til el kan men (je hoogte en de leng te van zoti „spokkie'* bpnalen op de pa pierrol. H Een eeholaodtabriek in Kiel is erin ge slaagd om een electronenst-aalbuis (welke o-m. ook by. radar zorgt voor het fosfores- cerende scherm, waaron 7\ch de contouren van, allertei obstakels groen-lichtend af tekenen) dienstbaar te maken aaa onder waterverkenning. Het principe is hetzelf de, alleen heeft men papierrol meer nodig en wordt op het fosforescerende scherm elke echoreeks ais een horizon tale uitslag zichtbaar. Ook op dit scherm is een diepte-schaal, zodat men direct zien kan,, hoe diep zich het obstakel bevind*, waartegen de trillingen zijn terugge- botst. Als nieuwste vinding bracht deze zelfde firma de „Fischlupe" op de markt. Met deze- „vrsloupe" (..vïsdetector", zoals het wvwi-- hier heet), is het mogelijk om op het scherm niet alleen alle echo's tussen kiel en zeebodem te registreren (en ook van de bodem zélf uiteraard), maar ook elke diepte nog eens apart en vergroot te be kijken. Van elke waterlaag van 15 meter kan men een vergroot echobeeld bestu deren, zonder „hinderlijke" neven-ecjio's". Dit apparaat is zeer gevoelig: één enkel harinkje wordt erop tot een diepte van 150 meter geregistreerd en zelfs het plankton verschijnt op het scherm. Men is op deze apparatuur en haar toepassing nog lang niet uitgestudeerd- Er zijn b.v. aanwijzingen, dat diver se vissoorten op diverse echoloden an ders reageren: van kabeljauw zou men de beste echo krijgen met een lood van 10 kHz (Herz trillingseenheid per se conde), haring, makreel en wijting zou men het best opsporen met een toestel dat 30.000 trillingen/sec. uitzendt, ter wijl sprot, bliek en sardines de beste echo zouden geven- indien 50 kHz oscil- latoren werden gebruikt. Dit alles lezend dachten wij hoe snel deze ontwikkeling thans doorzet. Wij herinneren ons een trawireis in '49, waarop het automatisch echolood nog al leen gebruikt werd om diepten te peilen, „Ze zegge, dat je daer ook visse mee zou kunne zien", zei de schipper toen, maar hij gebruikte dit wonder van techniek zélfs nauwelijks om zijn diepte in „vaemen" af te lezen. Hij had dat hele echolood niet nodig, en de zeekaart nauwelijks. „Over een paer minute wordt het wat droger (minder diep)" voorspelde hij, „dan gaen we een diepe trog over, dan komen we aen een ondiepte, waer het barst van de stene. als ik al de nette had die daer verspeeld zijn. Hij kende de Noordzee als zijn eigen zak. Toen wq het bodemprofiel controleerden op het echolood, klopten zjjn voorspellin gen precies. Dit soort vakmanschap zal een komende generatie nog nauwelijks nodig hebben. En ook zij zullen al me nieuwe won- derinstrumenten niet behoeven te „be grijpen", evenmin als U, die gedach- tenloos op Hilversum, Parijs of Brussel afstemt, ook maar één syllabe hoeft te snappen van het kastje vol golflengten in Halve eeuw ritste^ f '"ais aneen een vissersman rii vett uh n' maar toch, zonder het te e eerste reken, hopend, dat de zee v, "acht zilver zou zijn ,,nieU\Vs?r tdch niet zien één*hen v'nd'nsen beweren boud- er in e,"fel c t9t op 158 meter diepte zelfs te„ dc toet aidnkje ontdekken kan, dat heif»Za' Worrtamst geen vleet meer gescho- n? v»n n- zonder de absolute zeker- dei-nZe Zelccrv,0' zoveel kantjes. "Lr v#» "Gld fïankt mprv nar» Hp mo- zoals alleen een vissersman Op Woensdag 2: Mei 1903 werd de door H. P. Bertage ontworpen Koopmansbeurs aan liet Damrak te Amsterdam, nadat er vijf jaar aan was gebouwd, door Koningin Wilbelmina, in gezelschap van Prins Hendrik cn Koningin-Moeder Emma plechtig in gebruik genomen. Naast vele notabelen uit handels- en industriekringen en stedeMjke autoriteiten waren o.m. hij de opening aanwezig Berlage, Mendes da Costa, Toorop, Derkinderen, Verwey en Roland Holst, die allen betrokken waren bij de totstandkoming van deze Beurs. Om dit gebouw heen waren een nieuwe passage, plein en straat verschenen. De passage werd in het openingsjaar gebouwd door de Algemeene Maatschappij van Levens verzekering en Lijfrente op de plaats van de vroegere Baafjessteeg een „duistere" steeg waarvan men nooit de oorsprong van de naam te weten is gekomen. Voordat liet Damrak van de Ondebrugsteeg tot aan de Dam gedempt werd, om de Beurs te bouwen, reikte het zgn „Water" tot aan de achtergevels van de huizen in de Warmoesstraat, zoals dit bij bet Noorde lijk gedeehe nog het geval is. Door demping ontstond dus ten W esten van het Beursgebouw een nieuwe straat, die de naam Beursstraat kreeg. Beurs van van het echolood, is zeer eenvoudig: Watèy Zicl1 voort in aIle stof. ook Geh,-^rinciDp iingen teg0 ^ater oin Het verzet er zich echter Serie? j1* hpt k®* ene medium over te cier re' Weliswaar wordt een ^aay"i "rinvf ?eluidstriHingen „geabsor- Xvo,i. act een ander medium door. v1-' LfëruuBAl3*6. gedeelte der trillingen *st op het scheidings- -o-v„ataing is des te sterker beide aan elkaar grenzende ne ~"etisch~~*tng in dichtheid verschillen. dit verschijnsel hierop 'n een ander medium door, teTt'"JOt3te 6' haaÜ I>ezeU?gelCaatst op het scheidings- biPi?"ate Afriigkaatsirtg is des te sterker c?a Orirterii .0 aan elkaar grenzende LISetiach t1 g in dichtheid verschillen. linJ dat K°mt dit verschijnsel hierop Wen, "puIs" (stoot van geluidstril- rp.JP "aar k»6 vanaf de bodem van een b «het a,0,"edt>n wordt gestoten, lood- doötNb Vaa doorklieft, de zeebodem bori e geaht ®en kleiner of groter ge- kec®"1 vOortzpt>eer<^ wordt (zlch in die Bh en ^an a*s ec^° terug- van nu! planten 'Oiuj^e Snt?c z'oh in koud water voort loont fi'ote» 5!d van 1490 meter per sc- h-t {„.bssen men dc ttjd, welke ver- b;-., 'aSker. zenden van die puls, en h--> '"èi-f van de echo, vercaleuieert eender, da voortplantingssnelheid in I'. 'le 'eert een eenvoudig reken- 1 ,'hpdenet?dger' een eenvoudig In -ep h ratuursverschillen, door gro zoutgehalte, door onzui- °0°{r 'e.'nnLdie" het water is. water kan deze voort- varjgtr beid van het geluid welis- -B, tredn„ !,,maar fouten van meer dan v/aarTr o aaarK-i „i»+ daarbij niet op en worden ar? !9'bgen worden verdeeld in 'bi.i,, „are). wier trillingsgetal lOt- u b'ssen de 20 en 15.000 per 1 :'«ar t?A e" u!tra sonore, niet meer '"bfai Sn- mensel«k oor, waarbij veriiest d/Zt? fr,edufbtie, des te min- de puls zich in zijwaartse 1 taca<^ van de Amsterdamse Beurs viet zijn „Beugel". - i Voordat echter in 19"3 de paardentram over het Damrak langs de nieuwe, veel omstreden schepping van Berlage kon rij den, hebben de Amsterdamse handelaren op heel wat plekken hun zaken moeten doen. In het maandblad „Ons Amster dam" is van de hand van de heer J. Krui- zinga een interessante gesehiedbeschrij- ving van de voorlopers van Berlage's Beurs verschenen. Het was voor 1600 gewoonte dat de „Coop'uyden"' aan het einde van de Warmoesstraat bijeenkwa men waar zij bij regen konden schuilen onder de brede luifels van de huizen. Hun aantal groeide echter dermate, dat in 1592 een verordening werd uitgevaardigd waarin stond dat zij voortaan alleen maar mochten samenkomen Mi het paalhuisje aan het einde van het Damrak. Enige jqren later werd de St OIofskapel en korte tijd daarna de oude kerk als beurs" ingericht. In 1602 verordineerden de kerkmeesters van de oude Kerk dat f.®b yan de twee hondenslagers op beurs- "Jd in de kerk moest zijn. De Amsterdamse kooplieden waren echter niet tevreden met deze oplossing. f vonden een kerk niet de geschikte plaats om hun zaken af t" handelen en deze opvatting werd ook door het vroed schap gedeeld met het gevolg dat Hen- dnek de Keyzer naar Londen werd ge stuurd om bij de Londense beurs indruk ken op te doen voor de bouw van een beurs in de hoofdstad. Keijzer vond die inspiratie en ontwierp de eerste koop mansbeurs. De zoon van burgemeester Cornelis Pieterszoon Hooft legde op 29 Mei 1608 de eerste steen en vijf jaar later dus even lang als Berlage voor de bouw yab ZÜQ ontwerp nodig zou hebben werd Het Achtste Weereltswonderstuck ge opend aan het Rokin. Op deze eerste Am sterdamse Beurs, die voor de Bouw van Jacob Van Campen's meesterwerk op de Dam als het eerste en voornaamste ge bouw van Amsterdam werd beschouwd speelde zich in 1622 het bekende bus kruitverraad af. In 1835 traden verzakkingen op en twee jaar later was de beurs van Hendrick de Keijzer gesloopt terwijl ®ar? J- O. Zocher jr werd opgedragen een nieuwe te bou- Deze beurs werd geplaatst op de Berlag raadsvergaderingen, waarbij buitenland se journalisten speciaal naar Amsterdam kwamen, werd bij besluit van 4 Februari 1896 door B. en W. de architect H. P. Berlage Zn aangewezen om de vereiste technische voorlichting te geven bij zijn ontwerp waarmede hij tezamen met de ir P. Sanders in 1884 aan de Beursprijs- vraag had deelgenomen en waarvoor hij een prijs had behaald. In 1898 was zijn uiteindelijk plan voltooid en vijf jaar later sierde zijn schepping het Damrak. In hetzelfde gebouw waar de koop mansbeurs is gevestigd bevinden zich thans ook de Schippersbeurs, de Land- bonwbeurs, de Graanbeurs en de Lucht- bevrachtingsbeurs. Een onde traditie werd na de bezettingsjaren weer in ere hersteld zodat men thans op iedere beurs- dag van half twee tot vijf over half twee de beursbengel kan horen luiden, die na de bevrijding tot randschrift heeft deze regel van Jan Engelman „Weer roep ik j zonder dwingeland de handel van de Amstelkant". 1 de hoek van uw kamer. Diezelfde trawlschipper merkte op een avond dat zijn telefoniezender kapot was; zonder een spier te vertrekken begon bij toen met zijn dikke eeltige vingers de enorme kast, veel ingewikkelder dan een radio, te slopen, peuterde er wat lampen uit, legde die in z'n pet (de schuit ging nogal aardig tekeer), zette er andere lam pen in, en even later kwam z'n buurman, die een graad of wat beOosten ons zat weer „glashard" door, deelde mee, dat het bij hem al net zo weinig „visnamig" was als t»ij ons, en nodigde ons met een „Ik gaan eens naer je luistere, Gerrit" uit om zelf ook in de aether te komen. Gerrit ledigde z'n pet, zette ze weer op, zei: „Goejenaevend Leen, ik kan je best verstaen" deelde vangstresultaten mee, maar vond het niet eens de moeite waard om iets van z'n blinde avonturen in het toverrijk der techniek te vertellen. Nee, ook met die nieuwe visdetector zul len ze het wel rooien. Plotseling zal er dan in de toekomst op hun radar-onderwaterscherm een school vis oplichten, of eensklaps zal er op het echogram vlak boven de dikke onregelma tige lijn van het bodemprofiel een soort kegelvormige piek zichtbaar worden: een „spokkie"haring. „Laat het echolood bijstaan, trek daarna nog even door, haal op, wanneer men ze ker is dat de school overvaren is, en in recordtijd is het net volraadt de ad junct-inspecteur der Visserijen, de heer P. A. de Boer, uit wiens publicaties wij een en ander putten. En al is het dan mo menteel nog zo, dat men op het echogram wél reeds een school makreel van een school haring kan onderscheiden en dat ook een tonijn duidelijk te onderkennen is aan zijn echo (maar met de rest moet men nog voorzichtig zijn, en soms lijken kwal len b.v. ook bedrieglijk op haring!), in de toekomst zal het nog wel mogelijk wor den „iele" haring van „kuitziekers" te on derscheiden, en zal men niet eerder gaan trawlen voor men een spok „prachtige vaste haering" in z'n „kassie" ziet. „Houdt ook op het echogram het plank ton in de gaten: waar geen plankton is, is ook geen haring", raadt de visserijvoor lichting verder. Onderzoekingen van de heer De Boer, aan boord van het regeringsvaartuig voor visserij-onderzoek, hebben verder aange toond, dat een tactisch triicje dat bijna alle drijfnetvissers tijdens de jacht op de eerste nieuwe, toepasseri weinig zin heeft: Wanneer een logger de eerste nacht niets gevangen heeft, luistert men 's ochtends in alle vroegte de radio uit om te horen waar men fortuinlijker is geweest, stoomt daar met behulp van de richtantenne on middellijk heen. Dit kan men net zo goed laten, want: „Scholen zijn zeer plaatselijk", zegt de heer de Boer. Toen zijn vaartuig met behulp van het echolood een zeer rijke buit binnenhaalde kreeg een logger die zich nog geen 300 meter verder be vond, practisch niets boven, en geen enkel schip dat zich in een gebied van 10 vier kante mijl bevond, was veel fortuinlijker. „Een echolood kan niet liegen", conclu deert men, „verknoei geen tijd meer met vissen, (lie ie niet ziet. Zal het een dikker belegde boterham betekenen voor visser en reder? Wij gun nen het hun graag, maar we kunnen ons anderzijds niet aan de indruk onttrekken, dat het dan met die romantiek van vlag getjesdag en haringrace ook op een eind loopt, al is er bitter weinig romantiek in een lege vleet, met zoveel vlijt en moeite geschoten, met zoveel berusting onder een schouderophalend „Onder water kan je toch niet kijken weer binnenboord gehaaid. Maar wanneer die kleine jongen, die Maandagmorgen zijn vader weer uitwuift, I zèif een brug onder zijn voeten zal heb ben, .en ingespannen de zwarte h erogly- phen in de gaten houden zal, die eensklaps het verborgene zullen onthullen, dat tien tallen meters onder water op zijn vleet, op de lege tonnetjes bij hem aan boord! op het feestelijk bevlagde karretje bij u in de straat, op uw grage mond zit te wachten wanneer die kleine jongen dan gebogen over zijn hypermoderne echo- installaties en visdetectoren het zinrijk ce remonieel vergeten mocht zijn, waarmee zijn vader zo'n eerste vleet schoot dan is hij met zijn echolood alweer verder van huis dan zijn ouderwetse „ouwe" op dat „voorhistorisch" schip van 'm. Want weet, dat begin volgende week weer rond de 56e breedtegraad op tien tallen Nederlandse loggers de schipper met zijn pet in de hand de schotters zal toeroepen: „Schieten maar, op hoop van zegen En wanneer dan de laatste zwinkers overboord zijn, het laatste net in zee staat en de reep zal zijn bevestigd om de bolder, zal de afhouder aan de schipper melden: „Geschoten met vRJt, God zegene onze arrebeid. En het zal ook voor de komende gene ratie geen kwaad kunnen om dit vrome gebruik in stand te houden, zelfs wan neer ze de spokken haring „grijpbaar" zeker op hun echogram of visdetector- scherm zouden hebben. J. W. HOFWIJK De toepassing van al deze hier naast beschreven moderne opspo ringsmiddelen wint ook in Neder land geleidelijk veld. In Engeland was men echter vooruitstrevender, terwijl er in Duitsland alweer hele bibliotheken ontstaan zijn over deze echotechniek. Titels als: „Der ge- genwartige Stand und die Grenzen der Deutung von Fischzeigen im Echogram" en „Beobachtungen über die Tiefenverteilung von Hering- aehwarmen in der nördlichen und mittjeren Nordsee icn August 1950" bewijzen bovendien, dat ook d-it on derwerp wel weer iets „gründ- licher" werd aangepakt, dan bij gaande bescheiden gepopulariseerde poging. De Nederlandse vissersman meen de aanvankelijk, dat deze trillingen de haring wel eens aan het schrik ken zou kunnen brengen. Proeven hebben echter aange toond, dat vissen weliswaar horen kunnen, dat ze bovendien ook kun nen „praten", vermoedelijk om het contact met elkaar niet te verliezen in een school, maar dat ze evenmin als de mens gevoelig zijn voor ul- trasonore trillingen. Wel heeft men op een echogram plotseling een school zien verdwij nen. toen er aan boord van een log ger met een stuk ijzer tegen de scheepswand werd geslagen. Wal vissen (zoogdieren) schijnen wél „oren" te hebben naar hoogfrequen te trillingen. Er zijn reeds enkele trawlers uit gerust met deze opsporingsmidde len. Statistieken nog zeer voor lopige, want de nieuwe apparaten werd'en eerst in '51 en '52 gebruikt zouden reeds hebben uitgewezen, dat dergelijke trawlers per reisdag ongeveer 18 pet méér haring vingen dan „blinde" vissersvaartuigen. Een percentage dat, volgens deskundigen gemakkelijk nog kan worden opge voerd. wanneer men meer ervaring heeft opgedaan. I Oude Vismarkt met het toen nog open Damrak aan de achterkant en de hoofd- I gevel gekeerd naar de Dam. In 1845 werd door Koning Willem II deze op een j Griekse tempel gelijkende gebouw in ge bruik genomen. De zijgevels van de Mer- curiustempel waren met hun blinde muurvlakken en uitstekende delen dit al spoedig in de volksmond „puisten" ge noemd werden verre van fraai. Reeds spoedig moest de open Mnnenplaats we gens de geweldige tocht overkapt wor den. Zocher had geen rekening gehouden met het feit dat de eeuw van trekschui ten en diligences voorbij was en dat in het begin van de negentiende eeuw door de ontwikkeling van de stoomvaart en de uitbreiding van het spoorwegbedrijf een geweldige opleving ontstond. Wat nie mand bij de opening had vermoed ge beurde; reeds in 1903 werd de „tempel" door mokers gesloopt. De fundamenten fnoesten zelfs met dynamiet worden op geruimd. Het Damrak werd gedempt en een prijsvraag werd uitgeschreven voor een nieuw beursgebouw. Na stormachtige Sedert 1903 ligt aan de Oostzijde van Damrak een voor het winkelend publiek dood stuk, een langgerekte gevel, die de wandelaar niet zoekt, omdat er geen étalages of bomen zijn om hem die kant uit te trekken. Dat is de Koopmans beurs. het levensprogram in steen van de bouwer Berlage en een voorbeeld, dat niet alleen spotdichten en schrijf pennen, maar ook reeksen tekenstiften in beweging heeft gebracht. Want als Just Havelaar in zijn boekje over Ber lage's werk opmerkt „een nieuwe norm was ons gegeven", is dat voor zijn jonge tijd volkomen juist. Berlage worstelde niet alleen zichzelf, maar een hele reeks van bouwende tijdgenoten los uit de on macht om iets moois te maken, dat uit drukking kon geven wat er in die tijd leefde. De vorige eeuw had de nieuwe opgaven niet aangekund. Met fabrieks hallen, grotere winkelpanden, handels gebouwen en een ruimere stadsopzet, wisten de kunstenaars geen raad. zij vluchtten in romantische dromen om het vandaag in al zijn onverzettelijkheid van een snelle technische vooruitgang maar niet te ontmoeten. En Berlage brak de ban. In het begin leek hij zijn tijd genoten alleen te overtreffen in een wat krachtiger hanteren van boogven sters, zuiltjes en filegrain-werk-op-het- dak Maar in de Beurs ontdekte Berlage zijn kracht, de vormgevende mogelijk heden, die in zijn eerlijkheidsbeginselen verscholen lagen. Het eerste ontwerp was al indrukwekkend genoeg om bekroond te worden Een langge rekt gebouw, waarvan de kem door de grote beurshal werd gevormd, omgeven door gaanderijen met kantoorlokalen, terwijl een duidelijke, maar nog sterk aan de neo-gothiek herinnerende absis, opengebroken door brede poorten, een afzonderlijke toegangspartij vormde. Vanuit dit vertrekpunt is Berlage gaan versoberen en afsnijden, wat niet nit de aard en de strnctuur van 't gebouw voort vloeide. ZUn kennis van de Italiaanse bouwkunst hielp hem aan de indruk wekkende en bijna ruige forsheid der Berlage's eerste Beursontwerp uit 1891. weerbare bouwmassa's, zijn Hollandse zin voor een zuivere behandeling van de materialen, voor eerlijk ambachts- werk, gaf het geheel en de onderdelen, dat oprechte en tegelijk hechte karak ter, dat na door iedere fijnproever wordt bewonderd. Definitief is gebro ken met de minachting voor goed- Hollandse bakstenen, gecombineerd met hardstenen schoorstukken. Inhoud en vorm van het getouw han gen zo uitdrukkelijk samen, dat aan de achterzijde zelfs een al te toevallig lij kende compositie van bouwmassa's, to rentjes en schoorstenen is ontstaan. Maar dat valt Berlage maar al te ge^ makkelijk te vergeven, als we bedenken dat overdrijving een bijna noodzakelijke hebbelijkheid van baanbrekers is. Vijftig jaar staat het gebouw nu in zijn stoere beslotenheid, met zijn prach tige rhythme van torentjes, toegangs poorten en vensterpartijen langs het Damrak. In 1903 viel het velen moeilijk dit eerste gave teken van een nieuwe bouwkunst te begrijpen en de scheuren die het gebouw door bodem-technisehé omstandigheden opliep, werden al jauw aanleiding tot een honend straatlied Nu houdt vrijwel iedere Amsterdam mer yan zijn Beurs met Bengel, al heeft die met het voordeel door étalage-reek sen deel te nemen aan het winkelend leven, zoals dat aan de Rotterd-™ Coolsingel, door de zoveel jongere beur* van Staal Sr., nog wordt versterkt.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1953 | | pagina 7