Onderwatersnufjes voor de haringvangst
Wat er aa
vooraf ging
DE DOORBRAAK VAN 1903
Ml
Aan de voor
avond van
Vlaggetjes-dag
Een stenen Jubilaris
ISHpiilliiii!!
J£TEK»A£ 23
MEI 1953
PAGINA 7
"Ouder water kim je
toch niet kijken
Modder-echo anders
Verraderlijke halve
maant je&
atrrhrao onder
de
loupt
zth- -v ,y >y
Blind in wonderland
der techniek
'.ondc '8 onder water
MaSt daarvan
v
r;
w
4
V
r
°osd.
ëeunge registratie
van bodemprofiel
ift'K' SeC°nde S°ms t0t
DE KEIJZER EN ZOCHER
Echolood „liegt niet"
„Geschoten met vlijt...."
Kunnen vissen lioren?
JJ 4
ELKE VISSOORT HEEFT EEN
EIGEN ECHO
S). n 5"e vroegte zullen Maandagmorgen weer de „wegbrengers" aan het havenhoofd
v Tl.
wanneer dan de schippers van al de loggers hun kar weer op „volle kracht"
hart®0 Sooien om driftig het zeegat uit te gaan, de steeds weer even spannende
„j., !lsrace tegemoet, suilen al die vrouwen nog één keer „Dag Deen" roepen en
en Ariel." („Dag Moeder!" komt het verwaaid terug in de waterklare morgen),
verzeker U, dat dat een mooi moment is.
st i; trl<e snel,e moderne loggers, niet te vergelijken met de romantischer museum-
hal/14' men (nog slechts op schilderijen, van vissers-amateur-schilders) met
Uoo- sereefd tuig ziet opboksen tegen een vals getijgerde zee (maar toén was het
k«fcheWen!" zal!en Maandag weer de gepensionnecrde vissersmaimeri aan de wal
raJV loesers, die ze nu zien vertrekken zijn bijna alle uitgerust met een moderne
e;i(telefoidezender, welke de thuisblijvers in staat stelt om over de visserijhand
tjvond het „voor •alle-die-meel'uistere: welte-ruste, hoor!" toegewenst te kragen,
^•er met een rtehtanteime, waardoor twee schepen elkaar ook in het dikste
ee» ,'mdelings kunnen opzoeken; loggers, die misschien zelfs zijn uitgerust met
gefp ander echolood, waarop automatisch de diepte van het water worat
V.:
En. toch, ziet het ernaar uit, dat de kleine
l°agen, die Maandag aan de hand van zijn
hloecter slaapdronken zal staan mee wui
ven, misschien over een jaar of vijftien
biet zelf een vissersvaartuig onder de voe
ten, nog slechts die schouders zal ophalen
over de voorhistorische methoden van vis
vangst, die zijn owe erop nahield.
Wanneer men namelijk recente publica-
'le visserij-vakpers mag geleven,
ren b'ets meer ei! minder dan
gjj *tie in d« vangstmethoden.
Eneljerealli; technische vooruitgang van
bietjiu,j v8aartui'geiii, betere comerverings-
ter veilig. 2el"®rder verbindingen en gro-
Wejjjjg kneict, i» er tot nu toe essentieel
soh^SlldeTd in dfi visserij.
fa®rtje j^PPer bestudeert het haring-
lerie téeS' ellt jaar door het rainis"
"sud verstrekt (opgemaakt aan de
"'6b'h bcTw Va»gstgegevens in vorige ja-
ria»r ie a alt ®ede aan de band daarvan,
te"ung hoof*01". vl®£t zal gaam. maar de
Zich Haar» iii+c»t,qqt,H nipt flHTl
zich daar uiteraard niet aan
""tiooi-rv er fcwaK1 tot na toe steeds
ah zijn «J;Mke dosis feeling aan te pas.
N Jüist d.v van zijn „gok" (waar-
..nt of H-»ar,' waarom nog niet een mi-
«f.
°I tien V n°S mel een IIU"
va men Nd°°.r§estoomd?) hing het dan
n, ®d blaak,.» t één sMg het halve seizoen
be ar Weer i^an weI de andere ochtend
elders zijn geluk moest gaan
uae kans om de eerste heel
dhre°e^n'
PractjsA?.ri?,g aan de wal te brengen
j^avo^eh al verkeken.
het te hehhZSlen' na tient
Won Water ».ren bestudeerd, ae wind en
rd: etodelijk dan het verlossende
niej'l .ibaar, onder water kun je
h!!üsterlcJ ike"---:." Reeds bij voorbaat
spreiding, des te minder last heeft men
ook van het geruis dat het schip zelf
maakt. De moderne echoloodapparatuur
bestaat uit een oscillator, die hoogfre
quente trillingen uitzendt,, en 'n ontvang-
oscillator, die de echo daarvan weer „ver
taalt" in een wisselstroompje, dat naar 'n
schrijfstift gaat. Op een van 'n diepte-
schaalaanduiding voorziene rol papier, die
langzaam rondraait, en synchronisch is
afgesteld op de uitgezonden pulsen, no
teert deze schrijfstift automatisch- de
diepte, doet dus al het „rekenwerk".
Tegenwoordig, gebruikt men een spe
ciaal soort grafietpapier, zwart, dat met
een eleetriach geleidend, wit laagje is
overtrokken.
Kén klein vonkje, opgewekt door een
binnenkomende, in wisselstroom omgezet
te echo-trilling, brandt telken» een gaatje
in de witte bovenlaag, vormt dus een
zwart stipje.
Wanneer elke echo zo'n stipje vormt,
precies op diepte (op de diepteschaal van
de papierrol). zullen duizenden echo's op
deze langzaam doordraaiende rol een lijn
vormen, even onregelmatig stijgend en
dalend als het bodemprofiel, welks echo
ze „vertalen".
Uit zo'n „echogram" (het lijnenverloop
op de papierrol) kan men echter nog veel
méér conclusies trekken, veiliger naar
mate het gebruikte instrument gevoeliger
is. Niet alle echo's zijn even sterk: een
harde rotsige bodem b.v. zendt een ster
kere echo terug, dan een modderige sfik-
Iaag. Een dergelijke sliklaag wordt boven
dien anders genoteerd; de geluidstrillin-
gen dringen er dieper in door, worden
dus ook van iets grotere diepte weer
teruggekaatst (zwakker weliswaar), vor
men daardoor een bredere liïn op het
echogram, dan de echo's van de rotslaag.
Ook metaal dht zich op de bodem be
vindt, en hout, ja zelfs half in bet zand
verscholen platvissen, welke door de tril
lingen warden getroffen geven verschil
lende echo's, welke met enige ervaring
gemakkelijk te determineren rijm
Het is zelfs mogeKjk om zónder bodem
monsters tot op zeer grot» diept» een vmj
nauwkeurig beeld- te krijgen van het bo
demprofiel en zijn geaardheid.
Door op verschillende diepten onder
water glazen ballen, aan te brengen, at
kunstvissen, en er vervolgens met een
echolood; overheen te varen, heeft men
uitgemaakt dat deze hoogfrequente tril
lingen vanaf de oscillator in een soort,
steeds breder wordende kegel de diepte
ingingen. Dit verklaart de vreemde vorm,
welke de echo van een enkele vis op een
echogram maakt. Vaart men over een stil
staande vis heen. dan wordt deze vis, zo
dra hij binnen de kegel der geluidstril
lingen komt, steeds opnieuw getroffen
door trillingen, maar zolang bij zich nog
aan de buitenrand vaii de kegel bevindt,
zal de echo op het papier .dieper" geno-
teerd staan, dan wanneer 'ito zich in de
middellijn van. deze kegel bevindt.
Een dergelijke eenzame vi* ziet er op
I een echogram van eeB niet te «nel varend
schip uit al» een horizontaal liggend
maantje (bolle kant naar boven) van alle-
maal loodrecht naast elkaar staande
streepjes.
Hoe hoger de vis zwemt (hoe dichter bij
de oscillator), des te korter zal hij zich in
de kegel bevinden. de3 (e geringer zal dus
het aantal echo-streep,., „in, des te klei
ner het maansikkeltje.
Visceholen treke»en zich ,f al, donkere
I vlekken, donkerder Baar mïte ze com-
par*PT e« «*e echo des ie krachtiger
is. Harde makreel zat e duidelijker echo
geve» dan zachtere vi° lifting b.v.»;
kwallen en plankton, wier rrllectielactor
Y!S"r SerinKer is, zullen »ich nog onduide
lijker en slechts als een soort donkere.
Flauw zichtbare wolk aftekenen. Tonijn -
een harde vis die z,.er SBel zwemt- zal
als een zwarte, schcr» getekende tijn
(meestal zigzaggend, 2oa,s 00k de tonijn
zelf) op het echogram verschijnen.
Vissen tellen ia een school is niet mo
gelijk. til el kan men (je hoogte en de leng
te van zoti „spokkie'* bpnalen op de pa
pierrol. H
Een eeholaodtabriek in Kiel is erin ge
slaagd om een electronenst-aalbuis (welke
o-m. ook by. radar zorgt voor het fosfores-
cerende scherm, waaron 7\ch de contouren
van, allertei obstakels groen-lichtend af
tekenen) dienstbaar te maken aaa onder
waterverkenning. Het principe is hetzelf
de, alleen heeft men papierrol meer
nodig en wordt op het fosforescerende
scherm elke echoreeks ais een horizon
tale uitslag zichtbaar. Ook op dit scherm
is een diepte-schaal, zodat men direct zien
kan,, hoe diep zich het obstakel bevind*,
waartegen de trillingen zijn terugge-
botst.
Als nieuwste vinding bracht deze zelfde
firma de „Fischlupe" op de markt. Met
deze- „vrsloupe" (..vïsdetector", zoals het
wvwi--
hier heet), is het mogelijk om op het
scherm niet alleen alle echo's tussen kiel
en zeebodem te registreren (en ook van de
bodem zélf uiteraard), maar ook elke
diepte nog eens apart en vergroot te be
kijken. Van elke waterlaag van 15 meter
kan men een vergroot echobeeld bestu
deren, zonder „hinderlijke" neven-ecjio's".
Dit apparaat is zeer gevoelig: één enkel
harinkje wordt erop tot een diepte van
150 meter geregistreerd en zelfs het
plankton verschijnt op het scherm. Men
is op deze apparatuur en haar toepassing
nog lang niet uitgestudeerd-
Er zijn b.v. aanwijzingen, dat diver
se vissoorten op diverse echoloden an
ders reageren: van kabeljauw zou men
de beste echo krijgen met een lood van
10 kHz (Herz trillingseenheid per se
conde), haring, makreel en wijting zou
men het best opsporen met een toestel
dat 30.000 trillingen/sec. uitzendt, ter
wijl sprot, bliek en sardines de beste
echo zouden geven- indien 50 kHz oscil-
latoren werden gebruikt.
Dit alles lezend dachten wij hoe snel
deze ontwikkeling thans doorzet.
Wij herinneren ons een trawireis in '49,
waarop het automatisch echolood nog al
leen gebruikt werd om diepten te peilen,
„Ze zegge, dat je daer ook visse mee zou
kunne zien", zei de schipper toen, maar hij
gebruikte dit wonder van techniek zélfs
nauwelijks om zijn diepte in „vaemen" af
te lezen. Hij had dat hele echolood niet
nodig, en de zeekaart nauwelijks. „Over
een paer minute wordt het wat droger
(minder diep)" voorspelde hij, „dan gaen
we een diepe trog over, dan komen we aen
een ondiepte, waer het barst van de stene.
als ik al de nette had die daer verspeeld
zijn.
Hij kende de Noordzee als zijn eigen zak.
Toen wq het bodemprofiel controleerden
op het echolood, klopten zjjn voorspellin
gen precies.
Dit soort vakmanschap zal een komende
generatie nog nauwelijks nodig hebben.
En ook zij zullen al me nieuwe won-
derinstrumenten niet behoeven te „be
grijpen", evenmin als U, die gedach-
tenloos op Hilversum, Parijs of Brussel
afstemt, ook maar één syllabe hoeft te
snappen van het kastje vol golflengten in
Halve eeuw
ritste^ f '"ais aneen een vissersman
rii vett uh n' maar toch, zonder het te
e eerste reken, hopend, dat de zee
v, "acht zilver zou zijn
,,nieU\Vs?r tdch niet zien
één*hen v'nd'nsen beweren boud-
er in e,"fel c t9t op 158 meter diepte zelfs
te„ dc toet aidnkje ontdekken kan, dat
heif»Za' Worrtamst geen vleet meer gescho-
n? v»n n- zonder de absolute zeker-
dei-nZe Zelccrv,0' zoveel kantjes.
"Lr v#» "Gld fïankt mprv nar» Hp mo-
zoals alleen een vissersman
Op Woensdag 2: Mei 1903 werd de door H. P. Bertage ontworpen
Koopmansbeurs aan liet Damrak te Amsterdam, nadat er vijf jaar aan was
gebouwd, door Koningin Wilbelmina, in gezelschap van Prins Hendrik
cn Koningin-Moeder Emma plechtig in gebruik genomen.
Naast vele notabelen uit handels- en industriekringen en stedeMjke
autoriteiten waren o.m. hij de opening aanwezig Berlage, Mendes da Costa,
Toorop, Derkinderen, Verwey en Roland Holst, die allen betrokken waren
bij de totstandkoming van deze Beurs. Om dit gebouw heen waren een
nieuwe passage, plein en straat verschenen. De passage werd in het
openingsjaar gebouwd door de Algemeene Maatschappij van Levens
verzekering en Lijfrente op de plaats van de vroegere Baafjessteeg een
„duistere" steeg waarvan men nooit de oorsprong van de naam te weten is
gekomen. Voordat liet Damrak van de Ondebrugsteeg tot aan de Dam
gedempt werd, om de Beurs te bouwen, reikte het zgn „Water" tot aan de
achtergevels van de huizen in de Warmoesstraat, zoals dit bij bet Noorde
lijk gedeehe nog het geval is. Door demping ontstond dus ten W esten van
het Beursgebouw een nieuwe straat, die de naam Beursstraat kreeg.
Beurs
van
van het echolood,
is zeer eenvoudig:
Watèy Zicl1 voort in aIle stof. ook
Geh,-^rinciDp iingen
teg0 ^ater
oin Het verzet er zich echter
Serie? j1* hpt k®* ene medium over te
cier re' Weliswaar wordt een
^aay"i "rinvf ?eluidstriHingen „geabsor-
Xvo,i. act een ander medium door.
v1-' LfëruuBAl3*6. gedeelte der trillingen
*st op het scheidings-
-o-v„ataing is des te sterker
beide aan elkaar grenzende
ne ~"etisch~~*tng in dichtheid verschillen.
dit verschijnsel hierop
'n een ander medium door,
teTt'"JOt3te 6'
haaÜ I>ezeU?gelCaatst op het scheidings-
biPi?"ate Afriigkaatsirtg is des te sterker
c?a Orirterii .0 aan elkaar grenzende
LISetiach t1 g in dichtheid verschillen.
linJ dat K°mt dit verschijnsel hierop
Wen, "puIs" (stoot van geluidstril-
rp.JP "aar k»6 vanaf de bodem van een
b «het a,0,"edt>n wordt gestoten, lood-
doötNb Vaa doorklieft, de zeebodem
bori e geaht ®en kleiner of groter ge-
kec®"1 vOortzpt>eer<^ wordt (zlch in die
Bh en ^an a*s ec^° terug-
van nu! planten
'Oiuj^e Snt?c z'oh in koud water voort
loont fi'ote» 5!d van 1490 meter per sc-
h-t {„.bssen men dc ttjd, welke ver-
b;-., 'aSker. zenden van die puls, en
h--> '"èi-f van de echo, vercaleuieert
eender, da voortplantingssnelheid in
I'. 'le 'eert een eenvoudig reken-
1
,'hpdenet?dger'
een eenvoudig
In -ep h
ratuursverschillen, door gro
zoutgehalte, door onzui-
°0°{r 'e.'nnLdie" het water is.
water kan deze voort-
varjgtr beid van het geluid welis-
-B, tredn„ !,,maar fouten van meer dan
v/aarTr o aaarK-i „i»+
daarbij niet op en worden
ar? !9'bgen worden verdeeld in
'bi.i,, „are). wier trillingsgetal
lOt- u b'ssen de 20 en 15.000 per
1 :'«ar t?A e" u!tra sonore, niet meer
'"bfai Sn- mensel«k oor, waarbij
veriiest d/Zt? fr,edufbtie, des te min-
de puls zich in zijwaartse 1
taca<^ van de Amsterdamse Beurs
viet zijn „Beugel".
- i
Voordat echter in 19"3 de paardentram
over het Damrak langs de nieuwe, veel
omstreden schepping van Berlage kon rij
den, hebben de Amsterdamse handelaren
op heel wat plekken hun zaken moeten
doen. In het maandblad „Ons Amster
dam" is van de hand van de heer J. Krui-
zinga een interessante gesehiedbeschrij-
ving van de voorlopers van Berlage's
Beurs verschenen. Het was voor 1600
gewoonte dat de „Coop'uyden"' aan het
einde van de Warmoesstraat bijeenkwa
men waar zij bij regen konden schuilen
onder de brede luifels van de huizen. Hun
aantal groeide echter dermate, dat in
1592 een verordening werd uitgevaardigd
waarin stond dat zij voortaan alleen maar
mochten samenkomen Mi het paalhuisje
aan het einde van het Damrak. Enige
jqren later werd de St OIofskapel en
korte tijd daarna de oude kerk als
beurs" ingericht. In 1602 verordineerden
de kerkmeesters van de oude Kerk dat
f.®b yan de twee hondenslagers op beurs-
"Jd in de kerk moest zijn.
De Amsterdamse kooplieden waren
echter niet tevreden met deze oplossing.
f vonden een kerk niet de geschikte
plaats om hun zaken af t" handelen en
deze opvatting werd ook door het vroed
schap gedeeld met het gevolg dat Hen-
dnek de Keyzer naar Londen werd ge
stuurd om bij de Londense beurs indruk
ken op te doen voor de bouw van een
beurs in de hoofdstad. Keijzer vond
die inspiratie en ontwierp de eerste koop
mansbeurs. De zoon van burgemeester
Cornelis Pieterszoon Hooft legde op 29
Mei 1608 de eerste steen en vijf jaar later
dus even lang als Berlage voor de bouw
yab ZÜQ ontwerp nodig zou hebben werd
Het Achtste Weereltswonderstuck ge
opend aan het Rokin. Op deze eerste Am
sterdamse Beurs, die voor de Bouw van
Jacob Van Campen's meesterwerk op de
Dam als het eerste en voornaamste ge
bouw van Amsterdam werd beschouwd
speelde zich in 1622 het bekende bus
kruitverraad af.
In 1835 traden verzakkingen op en twee
jaar later was de beurs van Hendrick de
Keijzer gesloopt terwijl ®ar? J- O. Zocher
jr werd opgedragen een nieuwe te bou-
Deze beurs werd geplaatst op de
Berlag
raadsvergaderingen, waarbij buitenland
se journalisten speciaal naar Amsterdam
kwamen, werd bij besluit van 4 Februari
1896 door B. en W. de architect H. P.
Berlage Zn aangewezen om de vereiste
technische voorlichting te geven bij zijn
ontwerp waarmede hij tezamen met de
ir P. Sanders in 1884 aan de Beursprijs-
vraag had deelgenomen en waarvoor hij
een prijs had behaald. In 1898 was zijn
uiteindelijk plan voltooid en vijf jaar
later sierde zijn schepping het Damrak.
In hetzelfde gebouw waar de koop
mansbeurs is gevestigd bevinden zich
thans ook de Schippersbeurs, de Land-
bonwbeurs, de Graanbeurs en de Lucht-
bevrachtingsbeurs. Een onde traditie
werd na de bezettingsjaren weer in ere
hersteld zodat men thans op iedere beurs-
dag van half twee tot vijf over half twee
de beursbengel kan horen luiden, die na
de bevrijding tot randschrift heeft deze
regel van Jan Engelman „Weer roep ik j
zonder dwingeland de handel van de
Amstelkant". 1
de hoek van uw kamer.
Diezelfde trawlschipper merkte op een
avond dat zijn telefoniezender kapot was;
zonder een spier te vertrekken begon bij
toen met zijn dikke eeltige vingers de
enorme kast, veel ingewikkelder dan een
radio, te slopen, peuterde er wat lampen
uit, legde die in z'n pet (de schuit ging
nogal aardig tekeer), zette er andere lam
pen in, en even later kwam z'n buurman,
die een graad of wat beOosten ons zat
weer „glashard" door, deelde mee, dat het
bij hem al net zo weinig „visnamig" was
als t»ij ons, en nodigde ons met een
„Ik gaan eens naer je luistere, Gerrit" uit
om zelf ook in de aether te komen.
Gerrit ledigde z'n pet, zette ze weer op,
zei: „Goejenaevend Leen, ik kan je best
verstaen" deelde vangstresultaten mee,
maar vond het niet eens de moeite waard
om iets van z'n blinde avonturen in het
toverrijk der techniek te vertellen.
Nee, ook met die nieuwe visdetector zul
len ze het wel rooien.
Plotseling zal er dan in de toekomst op
hun radar-onderwaterscherm een school
vis oplichten, of eensklaps zal er op het
echogram vlak boven de dikke onregelma
tige lijn van het bodemprofiel een soort
kegelvormige piek zichtbaar worden: een
„spokkie"haring.
„Laat het echolood bijstaan, trek daarna
nog even door, haal op, wanneer men ze
ker is dat de school overvaren is, en in
recordtijd is het net volraadt de ad
junct-inspecteur der Visserijen, de heer
P. A. de Boer, uit wiens publicaties wij
een en ander putten. En al is het dan mo
menteel nog zo, dat men op het echogram
wél reeds een school makreel van een
school haring kan onderscheiden en dat
ook een tonijn duidelijk te onderkennen is
aan zijn echo (maar met de rest moet men
nog voorzichtig zijn, en soms lijken kwal
len b.v. ook bedrieglijk op haring!), in
de toekomst zal het nog wel mogelijk wor
den „iele" haring van „kuitziekers" te on
derscheiden, en zal men niet eerder gaan
trawlen voor men een spok „prachtige
vaste haering" in z'n „kassie" ziet.
„Houdt ook op het echogram het plank
ton in de gaten: waar geen plankton is, is
ook geen haring", raadt de visserijvoor
lichting verder.
Onderzoekingen van de heer De Boer,
aan boord van het regeringsvaartuig voor
visserij-onderzoek, hebben verder aange
toond, dat een tactisch triicje dat bijna
alle drijfnetvissers tijdens de jacht op de
eerste nieuwe, toepasseri weinig zin heeft:
Wanneer een logger de eerste nacht niets
gevangen heeft, luistert men 's ochtends
in alle vroegte de radio uit om te horen
waar men fortuinlijker is geweest, stoomt
daar met behulp van de richtantenne on
middellijk heen. Dit kan men net zo goed
laten, want: „Scholen zijn zeer plaatselijk",
zegt de heer de Boer. Toen zijn vaartuig
met behulp van het echolood een zeer
rijke buit binnenhaalde kreeg een logger
die zich nog geen 300 meter verder be
vond, practisch niets boven, en geen enkel
schip dat zich in een gebied van 10 vier
kante mijl bevond, was veel fortuinlijker.
„Een echolood kan niet liegen", conclu
deert men, „verknoei geen tijd meer met
vissen, (lie ie niet ziet.
Zal het een dikker belegde boterham
betekenen voor visser en reder? Wij gun
nen het hun graag, maar we kunnen ons
anderzijds niet aan de indruk onttrekken,
dat het dan met die romantiek van vlag
getjesdag en haringrace ook op een eind
loopt, al is er bitter weinig romantiek in
een lege vleet, met zoveel vlijt en moeite
geschoten, met zoveel berusting onder een
schouderophalend „Onder water kan je
toch niet kijken weer binnenboord
gehaaid.
Maar wanneer die kleine jongen, die
Maandagmorgen zijn vader weer uitwuift, I
zèif een brug onder zijn voeten zal heb
ben, .en ingespannen de zwarte h erogly-
phen in de gaten houden zal, die eensklaps
het verborgene zullen onthullen, dat tien
tallen meters onder water op zijn vleet,
op de lege tonnetjes bij hem aan boord!
op het feestelijk bevlagde karretje bij u
in de straat, op uw grage mond zit te
wachten wanneer die kleine jongen
dan gebogen over zijn hypermoderne echo-
installaties en visdetectoren het zinrijk ce
remonieel vergeten mocht zijn, waarmee
zijn vader zo'n eerste vleet schoot dan
is hij met zijn echolood alweer verder
van huis dan zijn ouderwetse „ouwe" op
dat „voorhistorisch" schip van 'm.
Want weet, dat begin volgende week
weer rond de 56e breedtegraad op tien
tallen Nederlandse loggers de schipper
met zijn pet in de hand de schotters zal
toeroepen: „Schieten maar, op hoop van
zegen
En wanneer dan de laatste zwinkers
overboord zijn, het laatste net in zee
staat en de reep zal zijn bevestigd om de
bolder, zal de afhouder aan de schipper
melden:
„Geschoten met vRJt, God zegene onze
arrebeid.
En het zal ook voor de komende gene
ratie geen kwaad kunnen om dit vrome
gebruik in stand te houden, zelfs wan
neer ze de spokken haring „grijpbaar"
zeker op hun echogram of visdetector-
scherm zouden hebben.
J. W. HOFWIJK
De toepassing van al deze hier
naast beschreven moderne opspo
ringsmiddelen wint ook in Neder
land geleidelijk veld. In Engeland
was men echter vooruitstrevender,
terwijl er in Duitsland alweer hele
bibliotheken ontstaan zijn over deze
echotechniek. Titels als: „Der ge-
genwartige Stand und die Grenzen
der Deutung von Fischzeigen im
Echogram" en „Beobachtungen über
die Tiefenverteilung von Hering-
aehwarmen in der nördlichen und
mittjeren Nordsee icn August 1950"
bewijzen bovendien, dat ook d-it on
derwerp wel weer iets „gründ-
licher" werd aangepakt, dan bij
gaande bescheiden gepopulariseerde
poging.
De Nederlandse vissersman meen
de aanvankelijk, dat deze trillingen
de haring wel eens aan het schrik
ken zou kunnen brengen.
Proeven hebben echter aange
toond, dat vissen weliswaar horen
kunnen, dat ze bovendien ook kun
nen „praten", vermoedelijk om het
contact met elkaar niet te verliezen
in een school, maar dat ze evenmin
als de mens gevoelig zijn voor ul-
trasonore trillingen.
Wel heeft men op een echogram
plotseling een school zien verdwij
nen. toen er aan boord van een log
ger met een stuk ijzer tegen de
scheepswand werd geslagen. Wal
vissen (zoogdieren) schijnen wél
„oren" te hebben naar hoogfrequen
te trillingen.
Er zijn reeds enkele trawlers uit
gerust met deze opsporingsmidde
len. Statistieken nog zeer voor
lopige, want de nieuwe apparaten
werd'en eerst in '51 en '52 gebruikt
zouden reeds hebben uitgewezen,
dat dergelijke trawlers per reisdag
ongeveer 18 pet méér haring vingen
dan „blinde" vissersvaartuigen. Een
percentage dat, volgens deskundigen
gemakkelijk nog kan worden opge
voerd. wanneer men meer ervaring
heeft opgedaan.
I Oude Vismarkt met het toen nog open
Damrak aan de achterkant en de hoofd-
I gevel gekeerd naar de Dam. In 1845 werd
door Koning Willem II deze op een
j Griekse tempel gelijkende gebouw in ge
bruik genomen. De zijgevels van de Mer-
curiustempel waren met hun blinde
muurvlakken en uitstekende delen dit
al spoedig in de volksmond „puisten" ge
noemd werden verre van fraai. Reeds
spoedig moest de open Mnnenplaats we
gens de geweldige tocht overkapt wor
den. Zocher had geen rekening gehouden
met het feit dat de eeuw van trekschui
ten en diligences voorbij was en dat in
het begin van de negentiende eeuw door
de ontwikkeling van de stoomvaart en de
uitbreiding van het spoorwegbedrijf een
geweldige opleving ontstond. Wat nie
mand bij de opening had vermoed ge
beurde; reeds in 1903 werd de „tempel"
door mokers gesloopt. De fundamenten
fnoesten zelfs met dynamiet worden op
geruimd. Het Damrak werd gedempt en
een prijsvraag werd uitgeschreven voor
een nieuw beursgebouw. Na stormachtige
Sedert 1903 ligt aan de Oostzijde van
Damrak een voor het winkelend publiek
dood stuk, een langgerekte gevel, die
de wandelaar niet zoekt, omdat er geen
étalages of bomen zijn om hem die kant
uit te trekken. Dat is de Koopmans
beurs. het levensprogram in steen van
de bouwer Berlage en een voorbeeld,
dat niet alleen spotdichten en schrijf
pennen, maar ook reeksen tekenstiften
in beweging heeft gebracht. Want als
Just Havelaar in zijn boekje over Ber
lage's werk opmerkt „een nieuwe norm
was ons gegeven", is dat voor zijn jonge
tijd volkomen juist. Berlage worstelde
niet alleen zichzelf, maar een hele reeks
van bouwende tijdgenoten los uit de on
macht om iets moois te maken, dat uit
drukking kon geven wat er in die tijd
leefde. De vorige eeuw had de nieuwe
opgaven niet aangekund. Met fabrieks
hallen, grotere winkelpanden, handels
gebouwen en een ruimere stadsopzet,
wisten de kunstenaars geen raad. zij
vluchtten in romantische dromen om
het vandaag in al zijn onverzettelijkheid
van een snelle technische vooruitgang
maar niet te ontmoeten. En Berlage brak
de ban. In het begin leek hij zijn tijd
genoten alleen te overtreffen in een
wat krachtiger hanteren van boogven
sters, zuiltjes en filegrain-werk-op-het-
dak
Maar in de Beurs ontdekte Berlage
zijn kracht, de vormgevende mogelijk
heden, die in zijn eerlijkheidsbeginselen
verscholen lagen. Het eerste ontwerp
was al indrukwekkend genoeg om
bekroond te worden Een langge
rekt gebouw, waarvan de kem door de
grote beurshal werd gevormd, omgeven
door gaanderijen met kantoorlokalen,
terwijl een duidelijke, maar nog sterk
aan de neo-gothiek herinnerende absis,
opengebroken door brede poorten, een
afzonderlijke toegangspartij vormde.
Vanuit dit vertrekpunt is Berlage gaan
versoberen en afsnijden, wat niet nit de
aard en de strnctuur van 't gebouw voort
vloeide. ZUn kennis van de Italiaanse
bouwkunst hielp hem aan de indruk
wekkende en bijna ruige forsheid der
Berlage's eerste Beursontwerp uit 1891.
weerbare bouwmassa's, zijn Hollandse
zin voor een zuivere behandeling van
de materialen, voor eerlijk ambachts-
werk, gaf het geheel en de onderdelen,
dat oprechte en tegelijk hechte karak
ter, dat na door iedere fijnproever
wordt bewonderd. Definitief is gebro
ken met de minachting voor goed-
Hollandse bakstenen, gecombineerd met
hardstenen schoorstukken.
Inhoud en vorm van het getouw han
gen zo uitdrukkelijk samen, dat aan de
achterzijde zelfs een al te toevallig lij
kende compositie van bouwmassa's, to
rentjes en schoorstenen is ontstaan.
Maar dat valt Berlage maar al te ge^
makkelijk te vergeven, als we bedenken
dat overdrijving een bijna noodzakelijke
hebbelijkheid van baanbrekers is.
Vijftig jaar staat het gebouw nu in
zijn stoere beslotenheid, met zijn prach
tige rhythme van torentjes, toegangs
poorten en vensterpartijen langs het
Damrak. In 1903 viel het velen moeilijk
dit eerste gave teken van een nieuwe
bouwkunst te begrijpen en de scheuren
die het gebouw door bodem-technisehé
omstandigheden opliep, werden al jauw
aanleiding tot een honend straatlied
Nu houdt vrijwel iedere Amsterdam
mer yan zijn Beurs met Bengel, al heeft
die met het voordeel door étalage-reek
sen deel te nemen aan het winkelend
leven, zoals dat aan de Rotterd-™
Coolsingel, door de zoveel jongere beur*
van Staal Sr., nog wordt versterkt.