voor geschenk van
Twee en twintigste Nationale
Bedevaart naar Dokkum
t geloof
m
Nationale bedevaart
naar Dokkum
BROOD ZONDER ZOUT
Toekomstvisie voor industrieel
„IJmond"-gebied
Vraag naar wol blijft op hoog
niveau
NIEUWE AANWINSTEN uit de
verzameling Scheen
Waarom de Romantische School
geen grotere bekendheid verwierf
I
Fraai Processiepark
En toch geen klap in het gezicht''''
Bulgaars-Grieks gesprek
over demarcatielijn
Productiviteitsnota laat
op zich wachten
Oven, die 50 jaar gaat
branden
Over drie decennia zal bevolking bijna
verdrievoudigd zijn
Stedelijke uitbreiding
aansluitend bij
Beverwijk
Enige herleving van de vraag bij Amerikaanse
consument
Verkoop van vierk. centimeters
De kapel
„DAG YAN HET VLAAMSE
LIED"
Nu toch in Brussel?
ENGELSE KATOEN-AAN
KOOP-COMMISSIE
Handelsverlies van 25 millioen
geleden
BRABANT KAN STENEN
BAKKEN
NAGUIB EIST NIEUWE
GELOOFSBRIEVEN
Schilderij weer autonoom
Geen gloed en spanning
Twee oplossingen
Wijk aan Zee moet
opgeofferd worden
ang»"
Bij St. Bonifatius op de knieën
In het hart van Dokkum, op het plein bij het oude raadhuis schijnen de
huizen met onbedorven trapgevels te dromen en in de bomen op de oude
stadswallen ruist de historie. Maar als er één punt is in deze fraaie oude
stad, waar zijn vroegste historie en het heden elkaar raken, dan is het aan
de Bronlaan, in de prachtige St. Bonifatius-kapel. De oorsprong van het
christendom in Friesland heeft hier gestalte gekregen op deze plaats, die
dwingt tot devotie, tot verering, tot dankbaarheid en inkeer, enkele hon
derden meters verwijderd van het punt, waar twaalf eeuwen geleden de
H.H. Bonifatius en Gezellen werden vermoord en waar het begin ligt van
het christendom in Friesland en van de stad Dokkum. Ieder jaar komen
honderden gelovigen hier samen om Bonifatius en zijn Gezellen te eren en
hun geloof te versterken, in het kader van de Friese en Groningse Voet- en
Fietsbedevaarten en van de Nationale Bedevaart, die dit jaar weer op
6 Juli zal worden gehouden en waarvan de geestelijke leiding zal berusten
bij twee in Friesland geboren bisschoppen, namelijk door mgr Constans
Kramer (O.F.M.), bisschop van Loeanfoe in Sjansi in China, die uit zijn
bisdom is verjaagd en mgr Hettinga (Mill Hill)bisschop van Rawlpindi in
Pakistan, terwijl pater Eusebius Peters O.E.S.A. uit Nijmegen een predikatie
zal houden.
En weer zullen honderden vol overgave
bidden: „Neergeknield op de grond, die
door het bloed van de H.H. Bonifatius en
zijn 52 metgezellen is geheiligd, kom ik om
U mijn God dank te betuigen voor de grote
genade van het geloof; hetzelfde geloof dat
twaalf eeuwen geleden in deze streken
door de H. Bonifacius gepredikt werd,
welk geloof de Katholieke Kerk nu nog
belijdtOp deze plaats hernieuw ik
mijn voornemen; mijn geloof hoog te hou
den. Het te beleven in trouwe plichtsver
vulling, en in alle omstandigheden te ver
dedigenH.H. Bonifacius en Gezellen,
bidt voor mij, opdat ik tot aan mijn dood
trouw bevonden worde".
De Bonifatius-kapel staat voor een deel
verscholen tussen het geboomte van het
mooie processiepark en ge kunt het park
noch de kapel betreden op de gewone
dagen, tenzij de parkwachter het ijzeren
hek opent, hetgeen hij overigens met liefde
doet. Dan pas kunt ge de wijdingsvolle
stilte die om en in de kapel heerst door
voelen. Wij zijn de ten hemel rijzende in
gang doorgeschreden onder het geweldige
kruis, dat onder de Romaanse bogen hangt
door, de kapel binnen, die geheel in
Romaanse stijl is gebouwd in een cirkel,
het hoofdaltaar van de rijen eikenhouten
banken gescheiden door een grasveld onder
de open lucht. Wij zijn gaan zitten in de
verlaten kapel. Ergens zingt een merel, een
mus zet zich neer op het grasveld en plot
seling komen de flarden van de historie op
ons toe, en 754 schijnt geen 1200 lange jaren
meer geleden te zijn. Twaalf eeuwen ver
liezen een deel van hun lengte in deze
stilte.
Het bloed van Bonifatius had de Friese
bodem vruchtbaar gemaakt voor het
Christendom. De pelgrimages verdwenen
echter na de Hervorming. Pas in 1876 be
gon de bedevaart naar Dokkum opnieuw
op te bloeien. Als gevolg van een verzoek
van Z.D.H. mgr A. I. Schaepman aan Z.H.
de Paus werd een besluit hernieuwd,
waarbij aan al degenen die op 5 Juni of
op een andere dag van die maand, de kerk
van Dokkum bezoeken en daar bidden
voor de voortplanting van het H. Geloof,
een volle aflaat werd verleend. Op 26 Juni
kwamen vele mannen weer ter bedevaart
naar Dokkum, onder leiding van de deken
van Leeuwarden, pastoor A. P. Hendriks.
De belangstelling taande echter weer
spoedig.
Op 5 Maart 1925 werd de Bonifatius-
stichting opgericht door Z.E. A. Arends,
pastoor te Dokkum, met onder meer de
heer H. Demes, met het doel om Dokkum
weer tot nationale bedevaartplaats te
maken. En, de nijvere pastoor kwam op
een limineus idee. Hjj kwam in de ge
legenheid vijftienduizend vierkante meter
grond te kopen. Daarvan wilde hij een
processiepark laten maken en hij wilde er
zo mogelijk een kapel met een rustaltaar
bouwen. Groningen was al begonnen om
hiervoor gelden bijeen te brengen, maar
pastoor Arends deed het anders. Hij ging
de grond verkopen, per vierkante meter en
naar men fluistert zelfs per vierkante
centimeter, echter met die bepaling, dat de
stichting het eeuwigdurend gebruik van
de grond mocht houden. En Katholiek
Nederland offerde. De grondverkoop was
de pastoor echter nog niet genoeg en hij
stelde de kopers ook nog in de gelegenheid
hun grond te laten onderhouden, hij orga
niseerde een wied-actie en ook die bleef
niet zonder resutaat.
De kapel kwam er, ook dank zij het feit,
dat mgr Jansen zich achter de plannen
stelde en dank zij de medewerking van het
Aartsbisdom. Op de St Bonifatiusdag 1934
legde deken-pastoor J. H. Vaas de eerste
steen en op 6 Augustus van dat jaar werd
de nieuwe kapel, geheel in Romaanse stijl
opgetrokken naar een ontwerp van H. W.
Valk uit Den Bosch, ingewijd en het altaar
geconsacreerd. Bij de eerste-steenlegging
werd bij de liturgische plechtigheden, ge
assisteerd door wijlen prof. dr. Titus
Brandsma O.Carm., die ook een groot aan
deel heeft gehad in de totstandkoming van
de veertien fraaie Kruiswegstaties, waar
voor hij met grote verering voor de H.H.
Martelaren de kruiswegoefening schreef in
de gevangenis te Scheveningen, zulks tot
de dertiende statie, waarop het Lichaam
van Jesus in de schoot van Maria wordt
gelegd. De kunstenaar Jac. Maris, die deze
staties vervaardigde, heeft op de twaalfde
statie de nagedachtenis van prof. dr Titus
Brandsma geëerd door er een strofe op
aan te brengen uit een vers, dat deze in
Dachau schreef:
„Want Gij o Jesus zijt bij mij,
Ik was U nimmer zo nabij
Blijf bij mij, bij mij Jesus zoet,
Uw bijzijn maakt mij alles goed'.
De staties zijn opgericht uit stenen van
de oude kloosters, die overal in het
Friese landschap hebben gestaan, van
„Sion" bij Niawier, „Klaarkamp" bij Rin-
sumageest, „Foswerd" bij Ferwerd en
andere, en zo komt hier in Dokkum een
respectabel stuk geschiedenis van het
Christendom in Friesland op bedevaart
ganger en vreemdeling toe.
Het processiepark met ingang tot de
B onifaciuskapel
Zoals wij al opmerkten, zal de 22ste
Nationale Bonifatius-bedevaart naar
Dokkum, onder de geestelijke leiding
staan van een tweetal Nederlandse mis-
Msiebisschoppen, n.l. mgr Kramer, bis-
DOnijatlUS 1V1 ar telle HChop van Luanfu, en van mgr Hettinga,
bisschop van Rawalpindi. Is het op zich
geen troostrijke maar ook bemoedigende
gedachte, dat bij het graf van een Angel
saksische missionaris, die als missiebis
schop in ons land het leven liet, nu twee
Nederlandse missiebischoppen zich weer
aan het hoofd stellen van deze nationale
bedevaart om daar bij het graf van hun
grote voorganger kracht en geestdrift te
putten voor hun zware en moeilijke taak
als missiebisschop? Dank zij het leven en
werken van St. Bonifatius in ons land
kan Nederland thans jaarlijks honderden
priesterzonen uitzenden naar vreemde
landen om daar de boodschap, welke Bo
nifatius hier aan onze voorouders bracht,
na 12 eeuwen weer verder door te geven.
Bonifatius kwam op bijna tachtigjarige
leeftijd opnieuw naar Friesland, nadat hij
het klooster te Fulda had gesticht. Hij
kwam naar het hoge Noorden met een
schip, waarin een hele bibliotheek werd
vervoerd en met tweeënvijftig gezellen
naar Oosterga, waar hij in het voorjaar
voet aan wal zette, om Christus' leer te
verkondigen.
Een arbeid die niet zonder resultaat
bleef, want reeds op 5 Juni, zo was aan
gekondigd, zou het H. Vormsel worden toe
gediend aan een aantal bekeerlingen. In
plaats van een plechtigheid werd er echter
op die 5de Juni een bloedbad aangericht,
waarin Bonifatius en zijn Gezellen de mar
teldood stierven. Over de details van dit
alles verkeert men nog steeds in onzeker
heid. Was deze massale moord een gevolg
van een hetze tegen het Christendom, van
hen, die hierdoor hun macht bedreigd
zagen, was het een roofmoord om de kost
baarheden die Bonifatius en Gezellen naar
het hoge Noorden hadden gevoerd? Boni
fatius, die de Kerk in Duitsland reorgani
seerde, die de Frankische Bisschoppen
weer opwekte tot trouw aan Rome, stierf
de marteldood in een gewest, dat zich
steeds tegen het Christendom had weten
te verzetten.
Zijn stoffelijk overschot werd eerst naar
Utrecht vervoerd en daarna in Fulda be
graven volgens de wens die de H. Boni
fatius had uitgesproken. Zijn dood was niet
tevergeefs. Niet slechts overal in de plaat
sen waarlangs het stoffelijk overschot naar
Fulda was vervoerd ontstond een Bonifa-
tiusverering, maar vooral in Dokkum. De
gelovigen kwamen al spoedig na 754 naar
Dokkum om Bonifatius en zijn Gezellen
te eren. Op de plaats waar hij stierf ver
rees een klooster, een paar honderd meter
Noord-Oostelijk van de plaats waar nu de
kapel staat. En niet slechts in Dokkum
verrees een klooster, ze stonden overal in
het wijde Friese land en allerwegen, vooral
langs de kust vindt men werken, onder
meer kustverdedigingswerken, die hun
oorsprong vinden in de arbeid door kloos
terlingen verricht. En, behalve kloosters
verrezen er kerkjes, tientallen eenvoudige,
maar fraaie bouwwerken, en op de plaats,
waar de gelovigen samenkwamen om
Bonifatius en zijn Gezellen te eren, groeide
de plaats Dokkum.
plicht van dankbaarheid, om deze beide
missiebisschoppen ditmaal te vergezellen
en zjjn gebed met het hunne te vereni
gen? Mogen dan ook zeer velen aan de
oproep van beide bisschoppen dit maal
weer gehoor geven en met hen op 6 Juli
optrekken naar Dokkum.
Het martelaarsbloed van de H. Boni
fatius kleurde niet alleen onze vader
landse bodem, maar drenkte ook de
zaden in onze voren, waarvan een over
vloedige wasdom het gevolg was. Een
van de rijkste vruchten van deze wasdom
is wel, dat Nederlandse zonen, die mede
aan St. Bonifatius hun Katholieke geloof
te danken hebben, nu met eenzelfde of
fervaardigheid en geloofsmoed van hun
grote voorganger naar vreemde gebieden
trekken om datgene, wat wij Neder
landers van mannen als een Bonifatius
ontvingen, weer uit te dragen. En ook
deze Nederlandse mannen zijn bereid de
waarheid van deze boodschap met hun
bloed te bezegelen.
In dp Chinese missie van mgr Kramer
hebben de laatste jaren verscheidene Ne
derlandse missionarissen onder de wrede
communistische Kerkvervolging het offer
van hun leven gebracht. Nu gaat deze
keer de bisschop van deze Nederlandse
martelaren naar het graf van St. Boni
fatius om daar de hulp van God voor zijn
vervolgde Kerk en missionarissen af te
smeken. En mgr Kramer roept zijn Ka
tholieke landgenoten nu op, met hem op
G Juli te Dokkum door de voorspraak
van de H. Bonifatius Gods bijzondere
hulp en bescherming af te smeken voor
zijn missie, die op het ogenblik zo zwaar
te lijden heeft onder de communistische
Kerkvervolging.
Ook in India maakt de Kerk tenge
volge van de sterk oplevende nationalis
tische beweging een zeer moeilijke tijd
door en vandaar, dat ook de bisschop
van Rawalpindi, mgr Nic. Hettinga, dit
jaar zich aan het hoofd stelt van deze
nationale bedevaart, om ook voor zijn
missie de bijzondere bescherming van de
H, Bonifatius in te roepen.
Is het geen eretaak, een ereplicht voor
Katholiek Nederland, maaf ook een
Er is zo in de loop der tijdén nogal een
en ander gedevalueerd. Behalve het geld
in de laatste decennia ook het zout. Maar
deze devaluatie voltrok zich over een heel
wat langer tijdsverloop. In de oudheid
gold het zout als een kostbaar handels
artikel, zelfs als betaalmiddel. Een goede
slaaf was zijn gewicht aan zout waard,
zei men.
Tegenwoordig worden er kwade dingen
van dit mineraal verteld, ook al erkent
men in gezaghebbende kringen, dat het
onontbeerlijk is voor het leven van de
mens. Medici en voedingsspecialisten
hebben uitgerekend, dat een normaal mens
dagelijks behoefte heeft aan 15 a 20 gram
keukenzout voor de goede functionnering
van de lichaamscellen. Ons dagelijks voed
sel bevat echter een aanmerkelijk groter
kwantum, maar dat doet een gezond mens
geen kwaad, althans volgens dr O. den
Hartog, directeur van het Voorlichtings
bureau van de Voedingsraad. En daar
houden wij ons dan maar aan: dat is
prettiger dan het afschrikwekkende ge
luid van andere deskundigen op dit ge
bied.
Doch evenzeer staat vast, dat het ge
bruik van zout voor enkele categorieën
van mensen, die lijden aan bepaalde
ziekten als hart- en nierkwalen of te hoge
bloeddruk, schadelijk, ja zelfs funest kan
zijn. Ook voor a.s. moeders in sommige
gevallen. Zo komt het, dat een steeds
groter percentage van de Ned. bevolking
op medisch advies verplicht is zich gedu
rende kortere of langere tijd een zout
loos dieet op te leggen.
Het toppunt van die narigheid is naar
de mening van de slachtoffers gelegen
in de verplichting om zoutloos brood te
gebruiken. Wat erger is dan een toch ook
al niet smakelijk zoutloos diner.
Er daagt gelukkig uitkomst voor deze
consumenten. Een meelfabrikant ergens
tussen Maas en Waal zekere heer v. d.
Sande is er in geslaagd na vijfjarige
proeven in samenwerking met het Cen
traal Instituut voor Voedingsonderzoek
een meelsoort te bereiden, waaruit een
weliswaar niet hartig, maar toch smake
lijk brood kan worden gebakken. Als
graansoort worden hiervoor speciaal uit
gezochte tarwesoorten gebruikt, gemengd
met organische stoffen. De samenstelling
is officieel erkend en ook medici hebben
er hun fiat aan verleend.
Nog in de loop van deze week wordt
met de verkoop van dit brood gestart.
Van Den Haag en Nijmegen uit begint
naar de uitvinders hopen de victorie.
Het ligt n.l. in de bedoeling geleidelijk
de voorziening over het gehele land uit
te breiden.
De burgemeester van Brussel heeft het
comité „De dag van het Vlaamse lied"
toestemming verleend op 12 Juli a.s. te
Brussel een zangfeest te houden op voor
waarde dat deze manifestatie geen en
kele aanleiding geeft tot ordeverstoringen.
Zoals bekend werd het zangfeest dat het
comité oorspronkelijk voor 14 Juni j.l. had
georganiseerd, verboden, omdat een ex
tremistische Vlaamse groepering hiervan
een „feest van de weerwraak" wilde ma
ken en in het bijzonder propaganda wil
de voeren voor een amnestie der politieke
delinquenten. Linkse groeperingen uit, het
verzet hadden hierop aangekondigd dat zij
een tegendemonstratie zouden houden.
De burgemeester heeft in de gemeente
raad meegedeeld dat het comité „De dag
van het Vlaamse lied" zich geheel heeft
los gemaakt van de organisatoren van
het „algemeen zangverbond", die, naar hij
zeide, een separatisme nastreven en de
bonafide Vlamingen willen meeslepen in
een anti-Belgische actie.
De gemeenteraad van Antwerpen heeft
het algemeen Nederlands Zangverbond
inmiddels verboden op 19 Juli te Ant
werpen een zangfeest te houden.
De Engelse commissie voor de aankoop
van katoen in het groot, do Raw Cotton
Commission, heeft blijkens het jaarver
slag in het Augustus van vorige jaar ge-
eindigde jaar een handelsverlies geleden
van ongeveer 25 millioen.
Dit verlies wordt toegeschreven aan de
terugslag, welke verleden jaar over de
gehele wereld in de textielindustrie in
trad en waardoor het wekelijkse katoen-
verbruik, op het tijdstip, dat de terug
slag het grootst was, verminderde tot 51
pet. van het gemiddelde van 1951 en 49
pet. van de spinspoelen in Lancashire stil
kwamen te liggen.
In de plaats van het invoermonopolie
voor ruwe katoen, dat de R.C.C. bezat, is
thans een gemengd stelsel gekomen, dat
het aan spinners mogelijk maakt, wan
neer zij daaraan de voorkeur geven, zelf
katoen in te voeren. Hiermede is echter
een einde gekomen aan de verplichting
van de commissie er voor te zorgen, dat
zij te allen tijde over voorraden beschikt,
die voldoende zijn voor de globale be
hoeften der industrie. De fabrieken zul
len deze verantwoordelijkheid thans zelf
moeten dragen.
Bulgarije heeft de V.N. Dinsdag doen
weten, dat het een Grieks voorstel aan
vaardt voor de vorming van 'n gemengde
commissie, die de demarcatielijn tussen
beide landen aan de rivier de Maritza
moet bepalen. Hierdoor zou een vreed
zame regeling kunnen worden bereikt
voor betwiste grenzen tussen beide lan
den. Zoals men zich herinnert, zijn de
eilandjes in de rivier de Maritza beurte
lings door Griekenland en Bulgarije op
geëist eh afwisselend door troepen
Griekse en Bulgaarse soldaten bezet.
Voor een kort zakelijk bezoek aan ons
land is Dinsdagmiddag per K.L.M.-
toestel op Schiphol aangekomen de
Australische minister van Immigratie,
de heer H. Helt. Hij werd vergezeld door
zijn echtgenote. De minister werd op 't
vliegveld begroet door de Australische
ambassadeur, de heer Alfred Stirling en
de Nederlandse minister van Sociale
Zaken, de heer J. G. Suurhoff. Minister
Suurhoff (links) begroet de Australische
minister (rechts). In het midden de
Australische ambassadeur, geheel rechts
mevrouw Helt.
Het Tweede-Kamerlid, Stapelkamp
heeft aan de minister voor publiekrech
telijke bedrijfs-organisatie gevraagd of
Z. Exc. kan mededelen of de verschijning
van de in de vergadering der Tweede
Kamer van 2 December 1952 toegezegde
tweede nota inzake het productiviteits-
vraagstuk binnenkort kan worden tege
moet gezien
Indien dat niet het geval is, dan zou de
heer Stapelkamp gaarne vernemen, wat
daarvan de oorzaak is.
(Van onze correspondent)
Om in het tekort aan stenen te voor
zien en te kunnen voldoen aan de vloed
van bestellingen, gaat Brabant met recht
zijn „steentje bijdragen", nu te Best een
der grootste vlamovens door een bekende
steenfabriek in gebruik werd genomen.
Deze enorme vlam-oven die 28 kamers
telt, welke elk 17.000 stenen kunnen be
vatten, bezit een productie-capaciteit van
plm. 8)2 millioen stenen per jaar. Het is
naar deze structuur de tweede oven die
in Brabant gebouwd werd. De directeur
van deze fabriek, de heer A. de Wert,
verrichtte in bijzijn van vele genodigden
(ie ontsteking. Aangenomen wordt, dat de
iven de eerste vijftig jaar continu zal
(tlijven doorbranden.
Toen de minister van Wederopbouw
en Volkshuisvesting enkele jaren gele
den het initiatief nam tot een speciale
studie van de ruimtelijke problemen in
het Westen des lands, gaf htf opdracht
daarbjj voorrang te geven o.m. aan het
gebied bij de uitmonding van het Noord-
Maandag waren de prijzen op de wol
veiling te Brisbane weer vaster en op
grond daarvan was de handel geneigd niet
te veel waarde te hechten aan de opval
lende zwakke toon, die de laatste twee
weken zo kenmerkend was voor de
Australische wolveilingen. Het was geen
scherpe daling, maar eenvoudig een so<jrt
stabilisatie op lager niveau. Volgens de
raming van de New Zealand Wool Com
mission beliep de gemiddelde prijs voor
merino 64's kamwol de vorige week 148 d.
per pound vergeleken met 152 d. de
voorafgaande week.
In handelskringen wordt er op gewe
zen, dat eenzelfde soort aarzeling in de
markt zich eind Januari voordeed, zonder
dat evenwel de vraag toen wegviel. Dit
laatste verwacht men thans evenmin. In
tegendeel, men neemt aan, dat het a^pbod
van de veilingen, die dit seizoen nog zullen
volgen, evenals dat van de Londense serie
veilingen de volgende maand, gemakkelijk
zal worden opgenomen, zij het dat mis
schien enig voorbehoud moet worden ge
maakt voor de inferieure soorten. De vol
gende week sluit het verkoopseizoen in
Australië.
De prijzen voor tops te Bradford voor
merinosoorten zijn niet meer dan 1 s. ge
daald beneden de topprijs van het seizoen,
voor grovere merino's 8 9 d. en voor
fijne crossbreds 4 k 6 d. per pound. Vol
gens de laatste berichten uit Bradford zijn
de afnemers van tops niet in de stemming
verbetering intreedt. Er is een gematigde
reactie merkbaar van de consument tegen
de aanwending van synthetische vezels in
de belangrijke branche van de heren-
zomerkleding.
Australië exporteerde in April 94.161.000
(v. j. 99.644.000) pounds wol vergeleken
met 122.457.000 in Maart. Engeland nam
hiervan 35.342.000 (34.665.000) vergeleken
met 42.413.000 in Maart; de V. S. namen
5.311.000 (13.609.000) vergeleken met
11.276.000 in Maart. Nederland ontving
510.000 pounds.
Op de veiling te Melbourne waren de
prijzen Maandag vast. Er was goede vraag
van de zijde van het V. K„ Europa en
plaatselijke fabrieken. Het aanbod was
aanmerkelijk boven het normale voor
deze tijd van het seizoen en de 9000 aan
geboden balen gingen geheel van de hand.
Op de wol veiling die Dinsdag te Brisbane
gehouden werd bestond van de zijde van
het continent en Engeland een flinke en
goed verdeelde belangstelling. Japan,
plaatselijke fabriekén en Amerika gaven
de markt enige steun. Iedere verandering
ten opzichte van Maandag was in het
voordeel van de verkopers. Het aanbod
van 12.100 balen ging geheel van de hand.
De hoofden' van de diplomatieke missies
om veel orders meer te plaatsen. Zij heb- ;n Cairo hebben Dinsdag bericht gekre-
ben hun eigen orderpositie tamelijk goed
gedekt en de spinnerijen schijnen er meer
op gebrand de productie van garens op te
voeren, dan nieuwe orders in tops te
plaatsen. De gemiddelde prijs voor 64's
warp bedraagt nu 166 d. en voor 58's super
ca 118 d. per pound.
Vastgesteld kan wel worden, dat de ver
wachtingen, die aan het begin van dit sei
zoen werden gekoesterd, n.l. dat de grote
voorraad Zuidamerikaanse wol een druk
kende invloed op de markt zou hebben,
niet is uitgekomen. Deze Zuidamerikaanse
voorraden zfln thans vrijwel tot normale
proporties teruggebracht. Dit is mogelijk
geworden door de aanhoudende wereld
vraag op hoog niveau, niettegenstaande
het teruglopende wolverbruik in de Ame
rikaanse textielindustrie.
Er z(jn nu zelfs tekenen, dat op de Ame
rikaanse markt in dit opzicht weer enige
gen, dat zij nieuwe geloofsbrieven aan
president Naguib zullen moeten overhan
digen. Deze geste zal tevens worden op
gevat als een erkenning van het nieuwe
regime in Egypte.
President Naguib heeft gisteren de pre
mier van India, Nehroe, en diens ta -
staanse collega, Moh. AU, met wie U
besprekingen heeft gevoerd over et g -
schil inzake het Suez-kanaal, een staaltje
van zijn populariteit ten hesle gegeven.
Na de conferentie sprak hu naar scnat
ting 100.000 tot 150.000 mensen die zich
voor het paleis van de republiek hadden
verzanfeld) waar Naguib met de twee
premiers had vergaderd, toe. Als ant
woord herhaalden de duizenden de eed,
waarbij Naguib als leider van de repu
bliek werd bevestigd en waarbij zi) zwoe
ren „de republiek te beschermen en het
land te bevrijden".
In bekendheid overvleugeld door de
Haagse school en door het Amsterdamse
Impressionisme in vergetelheid gebracht,
heeft de romantische schilderkunst nooit
veel erkenning ondervonden. Slechts wei
nigen van de schilders uit die tijd genie
ten algemene bekendheid (Koekkoek en
Schelfhout behoren tot de uitzonderin
gen), maar juist deze genoten de twijfel
achtige eer in talloze nabootsingen en
vervalsingen in collecties vertegenwoor
digd te zjjn.
Nu, op een afstand van een eeuw, en
nadat wij groter revoluties hebben door
staan dan die van de tachtigers en de
Amsterdamse schilders, blijkt er in de
romantische school meer te zijn dat waar
dering waard is dan vorige generaties
vermoedden. Wij zien in de schilders uit
de jaren '50 van de vorige eeuw meer dan
alleen wegbereiders tot de Haagse school
en de lyriek van Mathijs Maris, en wij
kunnen waarnemen dat niet elke ontwik
keling vanuit de romantische school een
vooruitgang is geweest. De bruine, stro
perige tint, die het werk van sommige
romantici zo nadelig beïnvloedt en vaak
minder genietbaar maakt, werd weliswaar
vervangen, maar hebben de eeuwige grij
zen der Hagenaars niet dikwijls een even
naar effect?
Het is de verdienste van de Haagse
kunsthandelaar Pieter A. Scheen de be
langstelling op dit weinig betreden gebied
te hebben gevestigd door zijn boek Hon
derd Jaren Nederlandsche Schilder- en
Teekenkunst 17501850, en meer nog door
de uiteraard steeds wisselende collectie
van zijn Kunsthandel in de Zeestraat te
Den Haag, die hij daar en vaak elders
in den lande ten toon stelt.
Tot 2 Juli zijn 40 nieuwe aanwinsten
uit deze collectie geëxposeerd in het fraai
gerestaureerde muurhuis, de kunshandel
,,'t Oude Wevershuys" te Amersfoort, en
het loont de moeite deze tentoonstelling
in een ideale omgeving te gaan zien. De
werken die tentoongesteld zijn dateren
van 1810 tot 1880, zodat men enerzijds de
aansluiting aan de 18de eeuw, aan de
andere kant het voortgaan van de oude
trant kan zien terwijl de nieuwe kunst
duidelijk zijn rechten deed gelden.
Het vroegst gedateerde werk is van de
in 1776 te Den Haag geboren P. C. van
Os, een slapende herder bij herkauwend
vee voorstellende, dat nog sterk aan de
18de eeuw herinnert, maar in het senti
ment en vooral in de prachtig geschil
derde wolkenlucht daagt de nieuwe op
vatting: de natuur wordt anders gezien.
Het schilderij is niet meer een zuiver or
namentaal onderdeel van het interieur,
zoals het Chinese porcelein en de empire
wandkastjes, maar wordt weer autonoom
in die eerste jaren van de 19de eeuw, in
tiemer en vooral persoonlijker. En omdat
de persoonlijkheid van Van Os minder
was ingesteld op de berceuse poëzie van
het ancien régime sluit zijn werk dichter
aan bij de grote voorbeelden Potter en
Adr. van de Velde.
Het hoofdaccent van de tentoonstelling
valt op 7 schilderijen, ontstaan omstreeks
de helft der eeuw. In deze periode zijn
de verschillende stromingen tot een con
solidatie gekomen. Het beeld van de
schilderkunst is helder, klaar, het tech
nisch kunnen staat op een hoog niveau.
Daarom vormen deze stukken een goed
uitgangspunt voor het leren kennen van
de romantische school
Vergeleken met de Franse voorbeelden
Delacroix en Géricault, en de schitterende
werken der Engelsen Bonington en Con
stable, die vooral in de jaren na '40 een
grote invloed uitoefenden, zjjn de uitin
gen van onze romantici bescheiden van
aard, rustig en huiselijk. Het gevoel dat
eruit spreekt is burgerlijk en gedegen:
geen felle erupties, geen botsingen van
meningen en opvattingen, geen gloed,
voortkomende uit hevige zielsconflicten.
Het Europese leven aan de vooravond
van de industriële revolutie gaat onze
burgers niet aan. Men leest en illustreert
Ferdinand Huyck en Camera Obscura en
is, in kleine stadjes, die niets van onze
steden hebben, tevreden. Op zijn slechtst
weerspiegelt de schilderkunst deze levens
wijze in weke genrestukjes zoals op de
tentoonstelling een doek van Davidson
aantoont, dat alleen interessant is als
tijdsdocument; een summum van burger
lijke wansmaak. Op zijn best echter
brengt deze kunst landschappen voort,
zoals men in Amersfoort er één van B.
C. Koekkoek en één van Leickcrt kan
zien. In de landschapskunst bereikte deze
richting zijn hoogtepunten, en moge
Koekkoek welbekend zijn, het stuk van
Leickert met zjjn schitterende ruimtewer
king en fraaie compositie zal voor velen
een openbaring zijn.
Voorts vermelden wij twee stukken van
H. ten Kate, één is een rechte afstamme
ling van het in de 17de eeuw geliefde cor-
tegaerdje, het ander, een 18de-eeuws in
terieur, valt op door een schitterende
detailweergave, een gave stemming en vol
maakt vakmanschap. Het gegeven: een
grote salon met musicerende, lezende,
schaakspelende en converserende elegan
te lieden, is door de prachtige weergave
cultuurhistorisch belangrijk; het schilderij
door de hamronie der kleuren, de onver
dachte, beheerste compositie en het ar
tistieke arrangement een kunstwerk van
klasse.
Hoe deze romantische richting bleef
voortleven toen de Haagse school reeds
in fleur was, toont de vergelijking van
een stadsgezicht uit '81 van P. G. Vertin
met een polderlandschap van Gabriel, 7
jaren vroeger gemaakt.
Wanneer men zich afvraagt waarom de
romantische school geen grotere bekend
heid heeft verworven, moet men me
nen wij het antwoord zoeken in een
reeks factoren op de eerste plaats is er
stellig een zekere miskenning geweest,
waarop wij hierboven reeds wezen. Maar
het burgerlijke en gematigde van de kun
stenaars heeft stellig ook een rol gespeeld.
De opleiding hier verschilde niet wezen
lijk van de buitenlandse, maar met een
opleiding alleen krijgt men geen Constable
en geen Corot- Geniale schilders worden
geboren en niet gemaakt. De romantische
school is de mindere van de zeventiende
eeuwse niet door de onderwerpen, noch
door het technische kunnen, maar door
de afwezigheid van de artistieke span
ning en een gemakkelijk tegemoet komen
aan de verlangens van de burgerij.
Misschien zou Nuyen in staat zijn ge
weest alle krachten van zijn tijd te bun
delen en op een hoger plan te brengen,
maar hij is reeds op 26-jarige leeftijd
gestorven. Dit wil niet zeggen dat het
werk van onze romantische schilders on
belangrijk zou zijn. Ook al betekent deze
school geen absoluut hoogtepunt in onze
zo rijke schilderkunst, zij is waard aan
dachtig bekeken te worden, want kennen
doet ook hier genieten. De kans die thans
in Amersfoort geboden wordt blijve niet
ongebruikt.
Schilderij van de romantische
schilder 7 en Kate op de tentoon
stelling te Amersfoort.
zeekanaal in de zee, veelal aangeduid
als de „IJmond". Aanleiding hiertoe .f
vormde de te verwachten sterke expan-
sie van de aldaar gevestigde zware In-
dustrie (de Hoogovens met hun aan- 'f,
gesloten bedrijven), ingeleid door de 1
stichting van het op 25 Juni a.s. of-
ficieel in gebruik te stellen Breed-
bandbedrjjf.
De voor dit onderzoek ingestelde
werkcommissie heeft over de vraag
stukken aan de IJmond etn interim
rapport uitgebracht, dat in beginsel als
grondslag voor de komende ruimtelijke,.,.^
ontwikkeling aanvaard is. aii;o
De bevolking van de IJmond telt thans v'
ruim 82.000 mensen; meer dan de helft
hiervan woont op de zandgronden variq
de duinstrook in de gemeente Velsen-
De bouw van de Breedbandfabriek,
waardoor het aantal werknemers bij de
Hoogovens stijgt tot ongeveer 8500, heeft
een uitgroei in Noordelijke richting in
gezet. Naar deze kant zullen op de hier
voor nodige draagkrachtige duinterrei
nen ook verder de mogelijkheden moeten
worden opengehouden. Te verwachten is,
dat de ontwikkeling van het Hoogoven
complex aanleiding zal geven tot de ves
tiging van bedrijven.
Uitvoerige berekeningen hebben uit
gewezen, dat bij een optimale indus
triële ontwikkeling na verloop van b.v.
3 decennia een bevolkingscijfer moge
lijk zou zijn in de orde van grootte van
225.000.
Schattingen leiden ertoe, dat men aan
de IJmond in het veronderstelde geval
inderdaad met een aanzienlijke foren
senbeweging zal hebben te rekenen.
Om de gedachten te bepalen zou men
kunnen stellen, dat deze ongeveer het
dubbele zou kunnen bedragen van de
forensenstroom uit het Gooi naar Am-
sterdam.
Voor de bestuurlijke indeling zijn twee
oplossingen: de Noord- en de Zuid-oever
van het kanaal als zwaartepunt van de
toekomstige agglomeratie. Kiest men het
eerste, dan zou deze oplossing betekenen
de uitbreiding van IJmuiden met een
nieuwe stad in het duingebied aan de
Zuidzijde. Daartegenover staan volstrekt
overwegende nadelen: het dwars verkeer
over het kanaal zal op, voor de scheep
vaart ontoelaatbare wijze worden opge
voerd, terwijl ook het landverkeer z»lf
ernstige bezwaren zal ondervinden. Ook
zou dan op den duur aan het gevaar van
volledig samengroeien met Haarlem niet
zijn te ontkomen. Bovendien zou de hier
bedoelde oplossing slechts mogelijk ziin
ten koste van een uit nationaal oogpunt
hoogst belangrijk duingebied en van be
langen der waterwinning.
Om al deze redenen is de Zuidelijke op
lossing verworpen. Dit behoeft echter aap
«e normale ontwikkeling van IJmuiden-
niet in de weg te staan.
Bij keuze van de Noordelijke oplossing
kan men aannemen, dat in het veronder
stelde geval (uitgroei tot 225.000 inwoners)
het aandeel van de Zuidelijke kernen is
te stellen op rond 50.000 en dat voor de
Noordoever moet worden gerekend op
rond 175.000 inwoners. Hiervan kan rond
70.000 worden opgenomen door de normale
uitgroei van de bestaande kernen. Er
blijfs dus eventueel te voorzien in het
huisvesten van rond 105.000 inwoners,
waarbij men denkt aan een stedelijke uit
breiding aansluitend bij Beverwijk. Voor
gesteld wordt uit te gaan van 75°/» ar
beiderswoningen en 25"/» middenstandS-
bouw, in beide gevallen met 40"/e eenge-
^inshuizen en 60'/» etagebouw. In de na
bijheid van Beverwijk en Heemskerk zul
len nog niet onbelangrijke oppervlakten
aan tuingrond bij het plan moeten worden
betrokken.
Het strand ten Zuiden van de haven is
reeds ten volle nodig (en niet eens vol
doende) voor de bevolking van IJmuiden
en de achtergelegen agglomeraties Haar
lem en Amsterdam; dat ten Noorden van
de sluizen zal vooral van belang zijn voor
de nieuw te verwachte bevolking. De
vraag, of opoffering van Wijk aan Zee
zou moeten worden overwogen om een
belangrijk betere opzet te verkrijgen voor
de industriële complexen heeft men ge
meend niet serieus onder de ogen te moe
ten zien. Wel wordt als vaststaand aan
genomen, dat deze badplaats van karakter
zal veranderen.
Of getracht moet worden meer naar het
Noorden een nieuwe familiebadplaats te
scheppen van het type, dat met Wijk aan
Zee verloren zal gaan, wordt aan de ver
dere studie overgelaten.