voor geschenk van Twee en twintigste Nationale Bedevaart naar Dokkum t geloof m Nationale bedevaart naar Dokkum BROOD ZONDER ZOUT Toekomstvisie voor industrieel „IJmond"-gebied Vraag naar wol blijft op hoog niveau NIEUWE AANWINSTEN uit de verzameling Scheen Waarom de Romantische School geen grotere bekendheid verwierf I Fraai Processiepark En toch geen klap in het gezicht'''' Bulgaars-Grieks gesprek over demarcatielijn Productiviteitsnota laat op zich wachten Oven, die 50 jaar gaat branden Over drie decennia zal bevolking bijna verdrievoudigd zijn Stedelijke uitbreiding aansluitend bij Beverwijk Enige herleving van de vraag bij Amerikaanse consument Verkoop van vierk. centimeters De kapel „DAG YAN HET VLAAMSE LIED" Nu toch in Brussel? ENGELSE KATOEN-AAN KOOP-COMMISSIE Handelsverlies van 25 millioen geleden BRABANT KAN STENEN BAKKEN NAGUIB EIST NIEUWE GELOOFSBRIEVEN Schilderij weer autonoom Geen gloed en spanning Twee oplossingen Wijk aan Zee moet opgeofferd worden ang»" Bij St. Bonifatius op de knieën In het hart van Dokkum, op het plein bij het oude raadhuis schijnen de huizen met onbedorven trapgevels te dromen en in de bomen op de oude stadswallen ruist de historie. Maar als er één punt is in deze fraaie oude stad, waar zijn vroegste historie en het heden elkaar raken, dan is het aan de Bronlaan, in de prachtige St. Bonifatius-kapel. De oorsprong van het christendom in Friesland heeft hier gestalte gekregen op deze plaats, die dwingt tot devotie, tot verering, tot dankbaarheid en inkeer, enkele hon derden meters verwijderd van het punt, waar twaalf eeuwen geleden de H.H. Bonifatius en Gezellen werden vermoord en waar het begin ligt van het christendom in Friesland en van de stad Dokkum. Ieder jaar komen honderden gelovigen hier samen om Bonifatius en zijn Gezellen te eren en hun geloof te versterken, in het kader van de Friese en Groningse Voet- en Fietsbedevaarten en van de Nationale Bedevaart, die dit jaar weer op 6 Juli zal worden gehouden en waarvan de geestelijke leiding zal berusten bij twee in Friesland geboren bisschoppen, namelijk door mgr Constans Kramer (O.F.M.), bisschop van Loeanfoe in Sjansi in China, die uit zijn bisdom is verjaagd en mgr Hettinga (Mill Hill)bisschop van Rawlpindi in Pakistan, terwijl pater Eusebius Peters O.E.S.A. uit Nijmegen een predikatie zal houden. En weer zullen honderden vol overgave bidden: „Neergeknield op de grond, die door het bloed van de H.H. Bonifatius en zijn 52 metgezellen is geheiligd, kom ik om U mijn God dank te betuigen voor de grote genade van het geloof; hetzelfde geloof dat twaalf eeuwen geleden in deze streken door de H. Bonifacius gepredikt werd, welk geloof de Katholieke Kerk nu nog belijdtOp deze plaats hernieuw ik mijn voornemen; mijn geloof hoog te hou den. Het te beleven in trouwe plichtsver vulling, en in alle omstandigheden te ver dedigenH.H. Bonifacius en Gezellen, bidt voor mij, opdat ik tot aan mijn dood trouw bevonden worde". De Bonifatius-kapel staat voor een deel verscholen tussen het geboomte van het mooie processiepark en ge kunt het park noch de kapel betreden op de gewone dagen, tenzij de parkwachter het ijzeren hek opent, hetgeen hij overigens met liefde doet. Dan pas kunt ge de wijdingsvolle stilte die om en in de kapel heerst door voelen. Wij zijn de ten hemel rijzende in gang doorgeschreden onder het geweldige kruis, dat onder de Romaanse bogen hangt door, de kapel binnen, die geheel in Romaanse stijl is gebouwd in een cirkel, het hoofdaltaar van de rijen eikenhouten banken gescheiden door een grasveld onder de open lucht. Wij zijn gaan zitten in de verlaten kapel. Ergens zingt een merel, een mus zet zich neer op het grasveld en plot seling komen de flarden van de historie op ons toe, en 754 schijnt geen 1200 lange jaren meer geleden te zijn. Twaalf eeuwen ver liezen een deel van hun lengte in deze stilte. Het bloed van Bonifatius had de Friese bodem vruchtbaar gemaakt voor het Christendom. De pelgrimages verdwenen echter na de Hervorming. Pas in 1876 be gon de bedevaart naar Dokkum opnieuw op te bloeien. Als gevolg van een verzoek van Z.D.H. mgr A. I. Schaepman aan Z.H. de Paus werd een besluit hernieuwd, waarbij aan al degenen die op 5 Juni of op een andere dag van die maand, de kerk van Dokkum bezoeken en daar bidden voor de voortplanting van het H. Geloof, een volle aflaat werd verleend. Op 26 Juni kwamen vele mannen weer ter bedevaart naar Dokkum, onder leiding van de deken van Leeuwarden, pastoor A. P. Hendriks. De belangstelling taande echter weer spoedig. Op 5 Maart 1925 werd de Bonifatius- stichting opgericht door Z.E. A. Arends, pastoor te Dokkum, met onder meer de heer H. Demes, met het doel om Dokkum weer tot nationale bedevaartplaats te maken. En, de nijvere pastoor kwam op een limineus idee. Hjj kwam in de ge legenheid vijftienduizend vierkante meter grond te kopen. Daarvan wilde hij een processiepark laten maken en hij wilde er zo mogelijk een kapel met een rustaltaar bouwen. Groningen was al begonnen om hiervoor gelden bijeen te brengen, maar pastoor Arends deed het anders. Hij ging de grond verkopen, per vierkante meter en naar men fluistert zelfs per vierkante centimeter, echter met die bepaling, dat de stichting het eeuwigdurend gebruik van de grond mocht houden. En Katholiek Nederland offerde. De grondverkoop was de pastoor echter nog niet genoeg en hij stelde de kopers ook nog in de gelegenheid hun grond te laten onderhouden, hij orga niseerde een wied-actie en ook die bleef niet zonder resutaat. De kapel kwam er, ook dank zij het feit, dat mgr Jansen zich achter de plannen stelde en dank zij de medewerking van het Aartsbisdom. Op de St Bonifatiusdag 1934 legde deken-pastoor J. H. Vaas de eerste steen en op 6 Augustus van dat jaar werd de nieuwe kapel, geheel in Romaanse stijl opgetrokken naar een ontwerp van H. W. Valk uit Den Bosch, ingewijd en het altaar geconsacreerd. Bij de eerste-steenlegging werd bij de liturgische plechtigheden, ge assisteerd door wijlen prof. dr. Titus Brandsma O.Carm., die ook een groot aan deel heeft gehad in de totstandkoming van de veertien fraaie Kruiswegstaties, waar voor hij met grote verering voor de H.H. Martelaren de kruiswegoefening schreef in de gevangenis te Scheveningen, zulks tot de dertiende statie, waarop het Lichaam van Jesus in de schoot van Maria wordt gelegd. De kunstenaar Jac. Maris, die deze staties vervaardigde, heeft op de twaalfde statie de nagedachtenis van prof. dr Titus Brandsma geëerd door er een strofe op aan te brengen uit een vers, dat deze in Dachau schreef: „Want Gij o Jesus zijt bij mij, Ik was U nimmer zo nabij Blijf bij mij, bij mij Jesus zoet, Uw bijzijn maakt mij alles goed'. De staties zijn opgericht uit stenen van de oude kloosters, die overal in het Friese landschap hebben gestaan, van „Sion" bij Niawier, „Klaarkamp" bij Rin- sumageest, „Foswerd" bij Ferwerd en andere, en zo komt hier in Dokkum een respectabel stuk geschiedenis van het Christendom in Friesland op bedevaart ganger en vreemdeling toe. Het processiepark met ingang tot de B onifaciuskapel Zoals wij al opmerkten, zal de 22ste Nationale Bonifatius-bedevaart naar Dokkum, onder de geestelijke leiding staan van een tweetal Nederlandse mis- Msiebisschoppen, n.l. mgr Kramer, bis- DOnijatlUS 1V1 ar telle HChop van Luanfu, en van mgr Hettinga, bisschop van Rawalpindi. Is het op zich geen troostrijke maar ook bemoedigende gedachte, dat bij het graf van een Angel saksische missionaris, die als missiebis schop in ons land het leven liet, nu twee Nederlandse missiebischoppen zich weer aan het hoofd stellen van deze nationale bedevaart om daar bij het graf van hun grote voorganger kracht en geestdrift te putten voor hun zware en moeilijke taak als missiebisschop? Dank zij het leven en werken van St. Bonifatius in ons land kan Nederland thans jaarlijks honderden priesterzonen uitzenden naar vreemde landen om daar de boodschap, welke Bo nifatius hier aan onze voorouders bracht, na 12 eeuwen weer verder door te geven. Bonifatius kwam op bijna tachtigjarige leeftijd opnieuw naar Friesland, nadat hij het klooster te Fulda had gesticht. Hij kwam naar het hoge Noorden met een schip, waarin een hele bibliotheek werd vervoerd en met tweeënvijftig gezellen naar Oosterga, waar hij in het voorjaar voet aan wal zette, om Christus' leer te verkondigen. Een arbeid die niet zonder resultaat bleef, want reeds op 5 Juni, zo was aan gekondigd, zou het H. Vormsel worden toe gediend aan een aantal bekeerlingen. In plaats van een plechtigheid werd er echter op die 5de Juni een bloedbad aangericht, waarin Bonifatius en zijn Gezellen de mar teldood stierven. Over de details van dit alles verkeert men nog steeds in onzeker heid. Was deze massale moord een gevolg van een hetze tegen het Christendom, van hen, die hierdoor hun macht bedreigd zagen, was het een roofmoord om de kost baarheden die Bonifatius en Gezellen naar het hoge Noorden hadden gevoerd? Boni fatius, die de Kerk in Duitsland reorgani seerde, die de Frankische Bisschoppen weer opwekte tot trouw aan Rome, stierf de marteldood in een gewest, dat zich steeds tegen het Christendom had weten te verzetten. Zijn stoffelijk overschot werd eerst naar Utrecht vervoerd en daarna in Fulda be graven volgens de wens die de H. Boni fatius had uitgesproken. Zijn dood was niet tevergeefs. Niet slechts overal in de plaat sen waarlangs het stoffelijk overschot naar Fulda was vervoerd ontstond een Bonifa- tiusverering, maar vooral in Dokkum. De gelovigen kwamen al spoedig na 754 naar Dokkum om Bonifatius en zijn Gezellen te eren. Op de plaats waar hij stierf ver rees een klooster, een paar honderd meter Noord-Oostelijk van de plaats waar nu de kapel staat. En niet slechts in Dokkum verrees een klooster, ze stonden overal in het wijde Friese land en allerwegen, vooral langs de kust vindt men werken, onder meer kustverdedigingswerken, die hun oorsprong vinden in de arbeid door kloos terlingen verricht. En, behalve kloosters verrezen er kerkjes, tientallen eenvoudige, maar fraaie bouwwerken, en op de plaats, waar de gelovigen samenkwamen om Bonifatius en zijn Gezellen te eren, groeide de plaats Dokkum. plicht van dankbaarheid, om deze beide missiebisschoppen ditmaal te vergezellen en zjjn gebed met het hunne te vereni gen? Mogen dan ook zeer velen aan de oproep van beide bisschoppen dit maal weer gehoor geven en met hen op 6 Juli optrekken naar Dokkum. Het martelaarsbloed van de H. Boni fatius kleurde niet alleen onze vader landse bodem, maar drenkte ook de zaden in onze voren, waarvan een over vloedige wasdom het gevolg was. Een van de rijkste vruchten van deze wasdom is wel, dat Nederlandse zonen, die mede aan St. Bonifatius hun Katholieke geloof te danken hebben, nu met eenzelfde of fervaardigheid en geloofsmoed van hun grote voorganger naar vreemde gebieden trekken om datgene, wat wij Neder landers van mannen als een Bonifatius ontvingen, weer uit te dragen. En ook deze Nederlandse mannen zijn bereid de waarheid van deze boodschap met hun bloed te bezegelen. In dp Chinese missie van mgr Kramer hebben de laatste jaren verscheidene Ne derlandse missionarissen onder de wrede communistische Kerkvervolging het offer van hun leven gebracht. Nu gaat deze keer de bisschop van deze Nederlandse martelaren naar het graf van St. Boni fatius om daar de hulp van God voor zijn vervolgde Kerk en missionarissen af te smeken. En mgr Kramer roept zijn Ka tholieke landgenoten nu op, met hem op G Juli te Dokkum door de voorspraak van de H. Bonifatius Gods bijzondere hulp en bescherming af te smeken voor zijn missie, die op het ogenblik zo zwaar te lijden heeft onder de communistische Kerkvervolging. Ook in India maakt de Kerk tenge volge van de sterk oplevende nationalis tische beweging een zeer moeilijke tijd door en vandaar, dat ook de bisschop van Rawalpindi, mgr Nic. Hettinga, dit jaar zich aan het hoofd stelt van deze nationale bedevaart, om ook voor zijn missie de bijzondere bescherming van de H, Bonifatius in te roepen. Is het geen eretaak, een ereplicht voor Katholiek Nederland, maaf ook een Er is zo in de loop der tijdén nogal een en ander gedevalueerd. Behalve het geld in de laatste decennia ook het zout. Maar deze devaluatie voltrok zich over een heel wat langer tijdsverloop. In de oudheid gold het zout als een kostbaar handels artikel, zelfs als betaalmiddel. Een goede slaaf was zijn gewicht aan zout waard, zei men. Tegenwoordig worden er kwade dingen van dit mineraal verteld, ook al erkent men in gezaghebbende kringen, dat het onontbeerlijk is voor het leven van de mens. Medici en voedingsspecialisten hebben uitgerekend, dat een normaal mens dagelijks behoefte heeft aan 15 a 20 gram keukenzout voor de goede functionnering van de lichaamscellen. Ons dagelijks voed sel bevat echter een aanmerkelijk groter kwantum, maar dat doet een gezond mens geen kwaad, althans volgens dr O. den Hartog, directeur van het Voorlichtings bureau van de Voedingsraad. En daar houden wij ons dan maar aan: dat is prettiger dan het afschrikwekkende ge luid van andere deskundigen op dit ge bied. Doch evenzeer staat vast, dat het ge bruik van zout voor enkele categorieën van mensen, die lijden aan bepaalde ziekten als hart- en nierkwalen of te hoge bloeddruk, schadelijk, ja zelfs funest kan zijn. Ook voor a.s. moeders in sommige gevallen. Zo komt het, dat een steeds groter percentage van de Ned. bevolking op medisch advies verplicht is zich gedu rende kortere of langere tijd een zout loos dieet op te leggen. Het toppunt van die narigheid is naar de mening van de slachtoffers gelegen in de verplichting om zoutloos brood te gebruiken. Wat erger is dan een toch ook al niet smakelijk zoutloos diner. Er daagt gelukkig uitkomst voor deze consumenten. Een meelfabrikant ergens tussen Maas en Waal zekere heer v. d. Sande is er in geslaagd na vijfjarige proeven in samenwerking met het Cen traal Instituut voor Voedingsonderzoek een meelsoort te bereiden, waaruit een weliswaar niet hartig, maar toch smake lijk brood kan worden gebakken. Als graansoort worden hiervoor speciaal uit gezochte tarwesoorten gebruikt, gemengd met organische stoffen. De samenstelling is officieel erkend en ook medici hebben er hun fiat aan verleend. Nog in de loop van deze week wordt met de verkoop van dit brood gestart. Van Den Haag en Nijmegen uit begint naar de uitvinders hopen de victorie. Het ligt n.l. in de bedoeling geleidelijk de voorziening over het gehele land uit te breiden. De burgemeester van Brussel heeft het comité „De dag van het Vlaamse lied" toestemming verleend op 12 Juli a.s. te Brussel een zangfeest te houden op voor waarde dat deze manifestatie geen en kele aanleiding geeft tot ordeverstoringen. Zoals bekend werd het zangfeest dat het comité oorspronkelijk voor 14 Juni j.l. had georganiseerd, verboden, omdat een ex tremistische Vlaamse groepering hiervan een „feest van de weerwraak" wilde ma ken en in het bijzonder propaganda wil de voeren voor een amnestie der politieke delinquenten. Linkse groeperingen uit, het verzet hadden hierop aangekondigd dat zij een tegendemonstratie zouden houden. De burgemeester heeft in de gemeente raad meegedeeld dat het comité „De dag van het Vlaamse lied" zich geheel heeft los gemaakt van de organisatoren van het „algemeen zangverbond", die, naar hij zeide, een separatisme nastreven en de bonafide Vlamingen willen meeslepen in een anti-Belgische actie. De gemeenteraad van Antwerpen heeft het algemeen Nederlands Zangverbond inmiddels verboden op 19 Juli te Ant werpen een zangfeest te houden. De Engelse commissie voor de aankoop van katoen in het groot, do Raw Cotton Commission, heeft blijkens het jaarver slag in het Augustus van vorige jaar ge- eindigde jaar een handelsverlies geleden van ongeveer 25 millioen. Dit verlies wordt toegeschreven aan de terugslag, welke verleden jaar over de gehele wereld in de textielindustrie in trad en waardoor het wekelijkse katoen- verbruik, op het tijdstip, dat de terug slag het grootst was, verminderde tot 51 pet. van het gemiddelde van 1951 en 49 pet. van de spinspoelen in Lancashire stil kwamen te liggen. In de plaats van het invoermonopolie voor ruwe katoen, dat de R.C.C. bezat, is thans een gemengd stelsel gekomen, dat het aan spinners mogelijk maakt, wan neer zij daaraan de voorkeur geven, zelf katoen in te voeren. Hiermede is echter een einde gekomen aan de verplichting van de commissie er voor te zorgen, dat zij te allen tijde over voorraden beschikt, die voldoende zijn voor de globale be hoeften der industrie. De fabrieken zul len deze verantwoordelijkheid thans zelf moeten dragen. Bulgarije heeft de V.N. Dinsdag doen weten, dat het een Grieks voorstel aan vaardt voor de vorming van 'n gemengde commissie, die de demarcatielijn tussen beide landen aan de rivier de Maritza moet bepalen. Hierdoor zou een vreed zame regeling kunnen worden bereikt voor betwiste grenzen tussen beide lan den. Zoals men zich herinnert, zijn de eilandjes in de rivier de Maritza beurte lings door Griekenland en Bulgarije op geëist eh afwisselend door troepen Griekse en Bulgaarse soldaten bezet. Voor een kort zakelijk bezoek aan ons land is Dinsdagmiddag per K.L.M.- toestel op Schiphol aangekomen de Australische minister van Immigratie, de heer H. Helt. Hij werd vergezeld door zijn echtgenote. De minister werd op 't vliegveld begroet door de Australische ambassadeur, de heer Alfred Stirling en de Nederlandse minister van Sociale Zaken, de heer J. G. Suurhoff. Minister Suurhoff (links) begroet de Australische minister (rechts). In het midden de Australische ambassadeur, geheel rechts mevrouw Helt. Het Tweede-Kamerlid, Stapelkamp heeft aan de minister voor publiekrech telijke bedrijfs-organisatie gevraagd of Z. Exc. kan mededelen of de verschijning van de in de vergadering der Tweede Kamer van 2 December 1952 toegezegde tweede nota inzake het productiviteits- vraagstuk binnenkort kan worden tege moet gezien Indien dat niet het geval is, dan zou de heer Stapelkamp gaarne vernemen, wat daarvan de oorzaak is. (Van onze correspondent) Om in het tekort aan stenen te voor zien en te kunnen voldoen aan de vloed van bestellingen, gaat Brabant met recht zijn „steentje bijdragen", nu te Best een der grootste vlamovens door een bekende steenfabriek in gebruik werd genomen. Deze enorme vlam-oven die 28 kamers telt, welke elk 17.000 stenen kunnen be vatten, bezit een productie-capaciteit van plm. 8)2 millioen stenen per jaar. Het is naar deze structuur de tweede oven die in Brabant gebouwd werd. De directeur van deze fabriek, de heer A. de Wert, verrichtte in bijzijn van vele genodigden (ie ontsteking. Aangenomen wordt, dat de iven de eerste vijftig jaar continu zal (tlijven doorbranden. Toen de minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting enkele jaren gele den het initiatief nam tot een speciale studie van de ruimtelijke problemen in het Westen des lands, gaf htf opdracht daarbjj voorrang te geven o.m. aan het gebied bij de uitmonding van het Noord- Maandag waren de prijzen op de wol veiling te Brisbane weer vaster en op grond daarvan was de handel geneigd niet te veel waarde te hechten aan de opval lende zwakke toon, die de laatste twee weken zo kenmerkend was voor de Australische wolveilingen. Het was geen scherpe daling, maar eenvoudig een so<jrt stabilisatie op lager niveau. Volgens de raming van de New Zealand Wool Com mission beliep de gemiddelde prijs voor merino 64's kamwol de vorige week 148 d. per pound vergeleken met 152 d. de voorafgaande week. In handelskringen wordt er op gewe zen, dat eenzelfde soort aarzeling in de markt zich eind Januari voordeed, zonder dat evenwel de vraag toen wegviel. Dit laatste verwacht men thans evenmin. In tegendeel, men neemt aan, dat het a^pbod van de veilingen, die dit seizoen nog zullen volgen, evenals dat van de Londense serie veilingen de volgende maand, gemakkelijk zal worden opgenomen, zij het dat mis schien enig voorbehoud moet worden ge maakt voor de inferieure soorten. De vol gende week sluit het verkoopseizoen in Australië. De prijzen voor tops te Bradford voor merinosoorten zijn niet meer dan 1 s. ge daald beneden de topprijs van het seizoen, voor grovere merino's 8 9 d. en voor fijne crossbreds 4 k 6 d. per pound. Vol gens de laatste berichten uit Bradford zijn de afnemers van tops niet in de stemming verbetering intreedt. Er is een gematigde reactie merkbaar van de consument tegen de aanwending van synthetische vezels in de belangrijke branche van de heren- zomerkleding. Australië exporteerde in April 94.161.000 (v. j. 99.644.000) pounds wol vergeleken met 122.457.000 in Maart. Engeland nam hiervan 35.342.000 (34.665.000) vergeleken met 42.413.000 in Maart; de V. S. namen 5.311.000 (13.609.000) vergeleken met 11.276.000 in Maart. Nederland ontving 510.000 pounds. Op de veiling te Melbourne waren de prijzen Maandag vast. Er was goede vraag van de zijde van het V. K„ Europa en plaatselijke fabrieken. Het aanbod was aanmerkelijk boven het normale voor deze tijd van het seizoen en de 9000 aan geboden balen gingen geheel van de hand. Op de wol veiling die Dinsdag te Brisbane gehouden werd bestond van de zijde van het continent en Engeland een flinke en goed verdeelde belangstelling. Japan, plaatselijke fabriekén en Amerika gaven de markt enige steun. Iedere verandering ten opzichte van Maandag was in het voordeel van de verkopers. Het aanbod van 12.100 balen ging geheel van de hand. De hoofden' van de diplomatieke missies om veel orders meer te plaatsen. Zij heb- ;n Cairo hebben Dinsdag bericht gekre- ben hun eigen orderpositie tamelijk goed gedekt en de spinnerijen schijnen er meer op gebrand de productie van garens op te voeren, dan nieuwe orders in tops te plaatsen. De gemiddelde prijs voor 64's warp bedraagt nu 166 d. en voor 58's super ca 118 d. per pound. Vastgesteld kan wel worden, dat de ver wachtingen, die aan het begin van dit sei zoen werden gekoesterd, n.l. dat de grote voorraad Zuidamerikaanse wol een druk kende invloed op de markt zou hebben, niet is uitgekomen. Deze Zuidamerikaanse voorraden zfln thans vrijwel tot normale proporties teruggebracht. Dit is mogelijk geworden door de aanhoudende wereld vraag op hoog niveau, niettegenstaande het teruglopende wolverbruik in de Ame rikaanse textielindustrie. Er z(jn nu zelfs tekenen, dat op de Ame rikaanse markt in dit opzicht weer enige gen, dat zij nieuwe geloofsbrieven aan president Naguib zullen moeten overhan digen. Deze geste zal tevens worden op gevat als een erkenning van het nieuwe regime in Egypte. President Naguib heeft gisteren de pre mier van India, Nehroe, en diens ta - staanse collega, Moh. AU, met wie U besprekingen heeft gevoerd over et g - schil inzake het Suez-kanaal, een staaltje van zijn populariteit ten hesle gegeven. Na de conferentie sprak hu naar scnat ting 100.000 tot 150.000 mensen die zich voor het paleis van de republiek hadden verzanfeld) waar Naguib met de twee premiers had vergaderd, toe. Als ant woord herhaalden de duizenden de eed, waarbij Naguib als leider van de repu bliek werd bevestigd en waarbij zi) zwoe ren „de republiek te beschermen en het land te bevrijden". In bekendheid overvleugeld door de Haagse school en door het Amsterdamse Impressionisme in vergetelheid gebracht, heeft de romantische schilderkunst nooit veel erkenning ondervonden. Slechts wei nigen van de schilders uit die tijd genie ten algemene bekendheid (Koekkoek en Schelfhout behoren tot de uitzonderin gen), maar juist deze genoten de twijfel achtige eer in talloze nabootsingen en vervalsingen in collecties vertegenwoor digd te zjjn. Nu, op een afstand van een eeuw, en nadat wij groter revoluties hebben door staan dan die van de tachtigers en de Amsterdamse schilders, blijkt er in de romantische school meer te zijn dat waar dering waard is dan vorige generaties vermoedden. Wij zien in de schilders uit de jaren '50 van de vorige eeuw meer dan alleen wegbereiders tot de Haagse school en de lyriek van Mathijs Maris, en wij kunnen waarnemen dat niet elke ontwik keling vanuit de romantische school een vooruitgang is geweest. De bruine, stro perige tint, die het werk van sommige romantici zo nadelig beïnvloedt en vaak minder genietbaar maakt, werd weliswaar vervangen, maar hebben de eeuwige grij zen der Hagenaars niet dikwijls een even naar effect? Het is de verdienste van de Haagse kunsthandelaar Pieter A. Scheen de be langstelling op dit weinig betreden gebied te hebben gevestigd door zijn boek Hon derd Jaren Nederlandsche Schilder- en Teekenkunst 17501850, en meer nog door de uiteraard steeds wisselende collectie van zijn Kunsthandel in de Zeestraat te Den Haag, die hij daar en vaak elders in den lande ten toon stelt. Tot 2 Juli zijn 40 nieuwe aanwinsten uit deze collectie geëxposeerd in het fraai gerestaureerde muurhuis, de kunshandel ,,'t Oude Wevershuys" te Amersfoort, en het loont de moeite deze tentoonstelling in een ideale omgeving te gaan zien. De werken die tentoongesteld zijn dateren van 1810 tot 1880, zodat men enerzijds de aansluiting aan de 18de eeuw, aan de andere kant het voortgaan van de oude trant kan zien terwijl de nieuwe kunst duidelijk zijn rechten deed gelden. Het vroegst gedateerde werk is van de in 1776 te Den Haag geboren P. C. van Os, een slapende herder bij herkauwend vee voorstellende, dat nog sterk aan de 18de eeuw herinnert, maar in het senti ment en vooral in de prachtig geschil derde wolkenlucht daagt de nieuwe op vatting: de natuur wordt anders gezien. Het schilderij is niet meer een zuiver or namentaal onderdeel van het interieur, zoals het Chinese porcelein en de empire wandkastjes, maar wordt weer autonoom in die eerste jaren van de 19de eeuw, in tiemer en vooral persoonlijker. En omdat de persoonlijkheid van Van Os minder was ingesteld op de berceuse poëzie van het ancien régime sluit zijn werk dichter aan bij de grote voorbeelden Potter en Adr. van de Velde. Het hoofdaccent van de tentoonstelling valt op 7 schilderijen, ontstaan omstreeks de helft der eeuw. In deze periode zijn de verschillende stromingen tot een con solidatie gekomen. Het beeld van de schilderkunst is helder, klaar, het tech nisch kunnen staat op een hoog niveau. Daarom vormen deze stukken een goed uitgangspunt voor het leren kennen van de romantische school Vergeleken met de Franse voorbeelden Delacroix en Géricault, en de schitterende werken der Engelsen Bonington en Con stable, die vooral in de jaren na '40 een grote invloed uitoefenden, zjjn de uitin gen van onze romantici bescheiden van aard, rustig en huiselijk. Het gevoel dat eruit spreekt is burgerlijk en gedegen: geen felle erupties, geen botsingen van meningen en opvattingen, geen gloed, voortkomende uit hevige zielsconflicten. Het Europese leven aan de vooravond van de industriële revolutie gaat onze burgers niet aan. Men leest en illustreert Ferdinand Huyck en Camera Obscura en is, in kleine stadjes, die niets van onze steden hebben, tevreden. Op zijn slechtst weerspiegelt de schilderkunst deze levens wijze in weke genrestukjes zoals op de tentoonstelling een doek van Davidson aantoont, dat alleen interessant is als tijdsdocument; een summum van burger lijke wansmaak. Op zijn best echter brengt deze kunst landschappen voort, zoals men in Amersfoort er één van B. C. Koekkoek en één van Leickcrt kan zien. In de landschapskunst bereikte deze richting zijn hoogtepunten, en moge Koekkoek welbekend zijn, het stuk van Leickert met zjjn schitterende ruimtewer king en fraaie compositie zal voor velen een openbaring zijn. Voorts vermelden wij twee stukken van H. ten Kate, één is een rechte afstamme ling van het in de 17de eeuw geliefde cor- tegaerdje, het ander, een 18de-eeuws in terieur, valt op door een schitterende detailweergave, een gave stemming en vol maakt vakmanschap. Het gegeven: een grote salon met musicerende, lezende, schaakspelende en converserende elegan te lieden, is door de prachtige weergave cultuurhistorisch belangrijk; het schilderij door de hamronie der kleuren, de onver dachte, beheerste compositie en het ar tistieke arrangement een kunstwerk van klasse. Hoe deze romantische richting bleef voortleven toen de Haagse school reeds in fleur was, toont de vergelijking van een stadsgezicht uit '81 van P. G. Vertin met een polderlandschap van Gabriel, 7 jaren vroeger gemaakt. Wanneer men zich afvraagt waarom de romantische school geen grotere bekend heid heeft verworven, moet men me nen wij het antwoord zoeken in een reeks factoren op de eerste plaats is er stellig een zekere miskenning geweest, waarop wij hierboven reeds wezen. Maar het burgerlijke en gematigde van de kun stenaars heeft stellig ook een rol gespeeld. De opleiding hier verschilde niet wezen lijk van de buitenlandse, maar met een opleiding alleen krijgt men geen Constable en geen Corot- Geniale schilders worden geboren en niet gemaakt. De romantische school is de mindere van de zeventiende eeuwse niet door de onderwerpen, noch door het technische kunnen, maar door de afwezigheid van de artistieke span ning en een gemakkelijk tegemoet komen aan de verlangens van de burgerij. Misschien zou Nuyen in staat zijn ge weest alle krachten van zijn tijd te bun delen en op een hoger plan te brengen, maar hij is reeds op 26-jarige leeftijd gestorven. Dit wil niet zeggen dat het werk van onze romantische schilders on belangrijk zou zijn. Ook al betekent deze school geen absoluut hoogtepunt in onze zo rijke schilderkunst, zij is waard aan dachtig bekeken te worden, want kennen doet ook hier genieten. De kans die thans in Amersfoort geboden wordt blijve niet ongebruikt. Schilderij van de romantische schilder 7 en Kate op de tentoon stelling te Amersfoort. zeekanaal in de zee, veelal aangeduid als de „IJmond". Aanleiding hiertoe .f vormde de te verwachten sterke expan- sie van de aldaar gevestigde zware In- dustrie (de Hoogovens met hun aan- 'f, gesloten bedrijven), ingeleid door de 1 stichting van het op 25 Juni a.s. of- ficieel in gebruik te stellen Breed- bandbedrjjf. De voor dit onderzoek ingestelde werkcommissie heeft over de vraag stukken aan de IJmond etn interim rapport uitgebracht, dat in beginsel als grondslag voor de komende ruimtelijke,.,.^ ontwikkeling aanvaard is. aii;o De bevolking van de IJmond telt thans v' ruim 82.000 mensen; meer dan de helft hiervan woont op de zandgronden variq de duinstrook in de gemeente Velsen- De bouw van de Breedbandfabriek, waardoor het aantal werknemers bij de Hoogovens stijgt tot ongeveer 8500, heeft een uitgroei in Noordelijke richting in gezet. Naar deze kant zullen op de hier voor nodige draagkrachtige duinterrei nen ook verder de mogelijkheden moeten worden opengehouden. Te verwachten is, dat de ontwikkeling van het Hoogoven complex aanleiding zal geven tot de ves tiging van bedrijven. Uitvoerige berekeningen hebben uit gewezen, dat bij een optimale indus triële ontwikkeling na verloop van b.v. 3 decennia een bevolkingscijfer moge lijk zou zijn in de orde van grootte van 225.000. Schattingen leiden ertoe, dat men aan de IJmond in het veronderstelde geval inderdaad met een aanzienlijke foren senbeweging zal hebben te rekenen. Om de gedachten te bepalen zou men kunnen stellen, dat deze ongeveer het dubbele zou kunnen bedragen van de forensenstroom uit het Gooi naar Am- sterdam. Voor de bestuurlijke indeling zijn twee oplossingen: de Noord- en de Zuid-oever van het kanaal als zwaartepunt van de toekomstige agglomeratie. Kiest men het eerste, dan zou deze oplossing betekenen de uitbreiding van IJmuiden met een nieuwe stad in het duingebied aan de Zuidzijde. Daartegenover staan volstrekt overwegende nadelen: het dwars verkeer over het kanaal zal op, voor de scheep vaart ontoelaatbare wijze worden opge voerd, terwijl ook het landverkeer z»lf ernstige bezwaren zal ondervinden. Ook zou dan op den duur aan het gevaar van volledig samengroeien met Haarlem niet zijn te ontkomen. Bovendien zou de hier bedoelde oplossing slechts mogelijk ziin ten koste van een uit nationaal oogpunt hoogst belangrijk duingebied en van be langen der waterwinning. Om al deze redenen is de Zuidelijke op lossing verworpen. Dit behoeft echter aap «e normale ontwikkeling van IJmuiden- niet in de weg te staan. Bij keuze van de Noordelijke oplossing kan men aannemen, dat in het veronder stelde geval (uitgroei tot 225.000 inwoners) het aandeel van de Zuidelijke kernen is te stellen op rond 50.000 en dat voor de Noordoever moet worden gerekend op rond 175.000 inwoners. Hiervan kan rond 70.000 worden opgenomen door de normale uitgroei van de bestaande kernen. Er blijfs dus eventueel te voorzien in het huisvesten van rond 105.000 inwoners, waarbij men denkt aan een stedelijke uit breiding aansluitend bij Beverwijk. Voor gesteld wordt uit te gaan van 75°/» ar beiderswoningen en 25"/» middenstandS- bouw, in beide gevallen met 40"/e eenge- ^inshuizen en 60'/» etagebouw. In de na bijheid van Beverwijk en Heemskerk zul len nog niet onbelangrijke oppervlakten aan tuingrond bij het plan moeten worden betrokken. Het strand ten Zuiden van de haven is reeds ten volle nodig (en niet eens vol doende) voor de bevolking van IJmuiden en de achtergelegen agglomeraties Haar lem en Amsterdam; dat ten Noorden van de sluizen zal vooral van belang zijn voor de nieuw te verwachte bevolking. De vraag, of opoffering van Wijk aan Zee zou moeten worden overwogen om een belangrijk betere opzet te verkrijgen voor de industriële complexen heeft men ge meend niet serieus onder de ogen te moe ten zien. Wel wordt als vaststaand aan genomen, dat deze badplaats van karakter zal veranderen. Of getracht moet worden meer naar het Noorden een nieuwe familiebadplaats te scheppen van het type, dat met Wijk aan Zee verloren zal gaan, wordt aan de ver dere studie overgelaten.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1953 | | pagina 6