i Ons Succespatroon van deze week DE DUBBELGANGSTER i,mm& mm Wat doen we met Zomergroenten? Elke dag een ander menu Pensioenfonds Koiiinklij ke/Sliell HOE BESTEL IK MIJN PATROON? CHARLES ZATERDAG 11 JULI 1953 PAGINA 4 Era dan de bliffsèrrtfl Piet Bron, rechter; .diQJseh ttèpndfë rfij hééft.—{^Réchter Thomas Scène 76 -Nacht Inst. 385''. Geen imitatie van Hollywood. Iedereen moet mee aanpakken. Filmen in het Haagse Huis van Bewaring. Voor Susan Shentall is filmen een reusachtige grap. - Fernandel in Public Enemy No. 1". En quosimodo in „Notré Dame de Paris". Gate- chismusles met film. I A'DAMSE GRAANMARKT GELDHOEVEELHEID IN NEDERLAND 15WÜ (Van onze Filmredacteur). EN dan fl-p-fl-p, de bliksem", zegt regisseur Walter Smith tegen Piet Bron, als we de kleine, maar doel matige studio van Profilti in Den Haag binnentreden. U hebt er eenvoudig geen idéé van, hoe belangrijk de bliksem kan zijn in het oog van een niets ontziende filmcamera. Na de vierde repetitie, waarbij aarzelende op komsten en ordeloze bewegingen langza merhand de gestalte van een strak ge speelde scène beginnen te krijgen, neemt regisseur Smith dan ook de bliksem, of liever de man die deze belangrijke rol met de hulp van het gemeentelijke ener giebedrijf speelt, nog eens extra onder handen. Piet Bron, die er met zijn sprekende grijze kop en in zijn rode kamerjas uitziet als een rechter, die een avondje vrij heeft van het vonnissen vellen wat hij in deze film-in-wording precies is loopt voor de vijfde maal naar de openslaande deuren van zijn studeerkamer, waardoor Ton van Duinhoven als een vage schim zichtbaar is. Het is een deftige en toch gezellige stu deerkamer. Er staat een imposant bureau- ministre, een indrukwekkende boeken kast, maar er is ook een gezellig zitje bij de gemetselde haard, cr staat een fleurige kamerlinde, frisse klimplanten hangen in rekjes aan de muur en boven de schoor steen prijkt een schilderij: een echt Hol lands waterlandschap met een molen. Een typische kamer van een Hollander uit de betere stand. De bliksem schijnt ditmaal naar genoe gen te zijn geweest, want Walter Smith knikt goedkeurend en vervangt zijn tel kens herhaalde „Opgelet, repetitie" door: „Opgelet, geheel compleet". Dit betekent, dat Joop. de voortvluchtige delinquent (Ton van Duinhoven) nu met een drui pend-nat windjack de studeerkamer bin nenglipt. dat de microfoons worden inge schakeld en dat de „clapper-boy" in actie komt met zijn plankje, waarop in grote letters te lezen staat: „Rechter Thomas Scène 76 Nacht Inst. 385". Bovendien daalt achter de glasgordijnen uit een angstvallig buiten het gezichtsveld van de camera gehouden gieter een ware plens- regen neer. hetgeen de regisseur de uit roep ontlokt: „Het is prachtig, met geluid en al. Maar het lijkt wel, of er daar ergens een paard staat. WAT doen we?" vraagt Walter Smith even later. „Opnemen, natuurlijk", klinkt T beslist uit de mond van Piet Bron, die al heel wat ervaring heeft met het werk voor de camera. Hij speelde de Kruik in de Nederlandse film „Merijntje Gijzen's Jeugd", vertolkte onder regie van Kurt Gerron een rol in de Italiaans-Nederland- se productie „Drie Wenschen" en werkte ook onder spelleiding van Detlev Sierck mee aan „Boefje". Dan klinken de lang verwachte, maar toch altijd weer gevreesde studio-woor den: „Opgelet. Stilte. Opnamen". Plotseling zijn de zenuwen tot het uiter ste gespannen. Onder het flitsen van de bliksem klopt Ton van Duinhoven tegen het raam van de deur. Piet Bron laat hem binnen, hoort dat hij op de vlucht is voor de politie, grijpt de telefoon, maar bedenkt zich, als hij de angstkreet hoort: „Niet de politie". Precies op tijd flitst weer het hemel licht. Een gil van Ton van Duinhoven: „Daar zijn ze". Piet Bron treedt op de deur toe, kijkt naar buiten en stelt gerust stellend vast, dat het maar de bliksem is. „Stoppen!" roept Walter Smith en er is een nieuwe- scène van de film „Rechter Thomas" op- de band vastgelegd. Maar zonder het geluid van de plasregen uit de gieter. Dat zal .er-later wel eens aan .wor den toegevoegd. WE zijn er niet. op uit om Holly wood na te doen en alles zo duur y mogelijk te maken", vertelt ons de productieleider, de heer J. Apon, als we later onze verwondering en tegelijk bewondering er over uitspreken, dat er hier zo hard, eendrachtig en doeltreffend wordt samengewerkt. Tijdens de repetities groeit een scène en' neemt geleidelijk haar definitieve vorm aan, waarbij regisseur Smith een open oor heeft voor elke opmerking, die het effect kan verhogen. „Voordat we aan de slag gingen", vervolgt de heer Apon. „hebben we bepaald, dat ieder mee moet aanpak ken". En dat gebeurt dan ook in de Pro- filti-studio. Hier geen „specialisten", „vaklieden" of „deskundigen"' om eén vaasje bloemen te verzetten, of een tafelkleedje recht te leggen, zoals we dat in sommige buiten landse .studio's hebben gezien. Hier geen vijf of .zes proef opnamen, waaruit de re gisseur* later zijn keuze, kan doen. Het zal Walter Smith, nooit gebeuren, zoals eens in Hollywood, waar er een hevige discus sie ontbrandde over de vraag welke van de twee opnamen de beste was. De lijd zame man in de cabine, die dezelfde op name tweemaal had gedraaid, omdat er toevallig maar één -voor hem was klaar gelegd, liet op het bevel om proefop name III eens te draaien schouderopha lend de strook celluloid voor de derde maal door zijn projector lopen. Waarop iedereen het er volkomen over eens was, dat deze laatste opname de beide vorige in alle opzichten overtrof...: Elke scène wordt zó grondig voorbereid en zo vaak gerepeteerd dat in de meeste gevallen met één opname kan worden volstaan. Het geluid wordt op een syn chroon met de camera lopend bandappa raat opgenomen, zodat er vrijwel geen gevoelig én kostbaar filmmateriaal ver loren gaat. Niemand heeft een scherp om lijnde taak, maar ieder helpt naar beste weten en kunnen mee. IN dienst van de „Nationale. Filmpro ductie-Maatschappij", die de Nederland se nieuwste film „Rechter Thomas" pro duceert, staan alleen de productieleider de heer J. Apon, de regisseur Walter Smith en een „script-girl". Alle technici de eerste cameraman Piet Buijs die ook de fotografie van „De Dijk is dicht" heeft verzorgd, de tweede cameraman Jan Schefer en hun assistent, de geluidsinge nieur Otto Krooshof, de chefbelichter R. de Zwart én zijn zes helpers behoren tot het vaste personeel van de Profilti- studio, die door de filmmaatschappij is gehuurd. Over de medewerking, die men bij de vervaardiging van de film ontvangt van de autoriteiten, had de heer Apön niets dan lof. Walter SnJ-ith heeft het Huis van Bewaring in Den Haag als decor „mogen gebruiken. Een belangrijke scène, waarin Bob de Lange een bijzonder overtuigende officier van justitie speelt, is in de gróte zaal van het gerechtsgebouw aan de Prin segracht opgenomen. Leden van de Par- ketgroep van de Rijkspolitie hebben voor de camera gestaan en levensechte recher cheurs en agenten, leden van de amateur toneelvereniging „Dindua" van de Haagse politie, zijn als figuranten opgetreden. Thans is mèn ongeveer klaar niet de helft van de opnamen, die men in de eer ste week van Augustus geheel gereed hoopt te hebbfeni Een-en "ander hefeft t'ot gevolg, dat .rpen reeds nu-met- zekerheid kan zeggen, dat de productiekosten van deze film ver beneden de. 1,% tot 3'A ton blijven, die de na-oorlogse Nederlandsè films tot nog toe hebben gekost. Waarmee een belangrijke stap is gedaan in de richting van de mogelijkheid om in Nederland tot een permanente filmpro ductie te komen. SUSAN SHENTALL, het Engelse typis- tetje, is wel het laatste persoontje in de wereld, van wie men zou hebben ver wacht dat ze haar filmdebuut zou maken als Shakespeare's Julia. Momenteel ver toeft ze, zoals bleek uit de foto die we verleden week publiceerden, in Verona, waar ze angstvallig gehoorzaamt aan elk bevel van haar regisseur Rcnato Castel- lani. Haar papa. Jack Shentall. die een com binatie van kruidenierswinkels exploi teert, is onlangs in Engeland terugge keerd, na zijn dochter te hebben gecha peronneerd, een taak, die thans door ma ma is overgenomen. Bij zijn thuiskomst verklaarde hij: „Tot op zekere hoogte heeft die filmerij Su san's opvoeding voltooid. Ik. moet eerlijk bekennen, dat ze me verbaasd heeft doen staan". Susan Shentall heeft ook heel wat an deren verbaasd doen staan. Het onbeken de typistetje, dat geen enkele ervaring heeft op het gebied van acteren, voldoet boven alle verwachtingen als Julia. Zelf beschouwt ze haar hele optreden voor de filmcamera's als een reusachtige grap. „Een film maken", aldus zegt ze. „is net alsof je midden op Piccadilly-circus woont". Eén ding staat voor Susan Shentall vast: ze is niet van plan te blijven filmen. Te genover haar kennissen heeft ze nadruk kelijk verklaard, dat „Romea and Juliet" het einde van haar filmloopbaan betekent: „Het geld kon me niet schelen, toen ik werd gekozen". Wie heeft ook weer gezegd: „Hongerige actrices zijn de beste, omdat ze haar kan sen moeten benutten"? .Maar tenslotte hoeft een filmactrice niet te -kunnen acteren. Er zijn voorbeelden te over van doodgewone mensen, die onder leiding van bekwame regisseurs een on vergetelijke rol voor de camera's hebben „gespeeld". FERNANDEL, wiens vervolg op de fa meuze „Don Camillo" binnenkort hier te lande onder de titel „Le Retour de Don Camillo" zal worden vertoond, be vindt zich op het ogenblik in Amerika, waar hij onder regie van Henri Verneuil en- met 'Zsa-^sa Gabor als tegenspeelster ..zal óptrpdan- ih,'de: film- „public Enemy No 1','(Sta'afevij^ndïNo 1). In October'.van dit jaar nog zal hij in Frankrijk terug zijn om op te treden in „Mam'zelle Nitouche", een kleurenfilm van Max Ophuls. Verder heeft hij nog op het programma „Ali-Baba et les 40 Voleurs", die zal worden geregisseerd door Jacques Becker en „Notre Dame de Paris", waarin hij Quasimodo zal spelen. De regie van deze laatste film zal wor den gevoerd door Julien Duvivier, regis seur van Fernandel's beide Camillo-films. rine en een welni nootmuskaat door de bonen. 2. Bind het kooknat bij met bloem of maizena, voeg een klontje boter of mar garine toe. Varieer desgewenst de saus door toevoeging van azijn en/of peterselie 3. Geef apart een mosterdsaus erbij. 4. Kook met de bonen gesnipperde ui of bieslook, dragon en een takje bonen kruid mee. Stoofschotel van aardappelen, sperciebonen en tomaat 1% kg aardappelen, kg sperciebonen 250 g kleine tomaten, zout, plm 50 g boter of margarine. (200 g gehakt). De aardappelen pitten en schillen of afborstelen. Grote exemplaren doorsnijden De bonen afhalen en desgewenst breken. Aardappelen en groenten opzetten met een weinig kokend water en zout en gaar koken in ongeveer 30 minuten. De tomaten ontvellen of wassen, en doormidden snijden. De tomaten en boter of margarine op de groenten en aardappelen leggen en het geheel nog 10 minuten stoven Desge wenst balletjes gehakt meestoven. Sla van sperciebonen Koude gekookte spercieboontjes ver mengen met wat fijngesnipperde prei of ui, in plakjes gesneden tomaat en mayon naise of sla-saus. De sla in een glazen schaal overdoen en met plakjes tomaat versieren. haver. Vooral voor maalmais en Canada gerst bestond goede kooplust, zodat deze contingenten reeds zo goed als geruimd zijn. Inlandse granen trokken heel weinig belangstelling. Oude oogst werd vrijwel niet meer aangeboden. Voor haver 54/55 kg op Aug./Sept. en Sept./Oct. levering werd 23-50 gevraagd. Zomergerst op levering Aug./Sept. was aan de markt voor 25.50 en rogge op levering Aug./ Sept. voor 23.25. Fernandel, hier afgebeeld als „Don Camillo", zal met Zsa-Zsa Gabor als tegenspeelster optreden in de Amerik. film „Public Enemy No. 1" „Rechter Thomas Scène 76 Nacht Inst. 385". Piet Bron (links) en Ton van Duinhoven in de Nederlandse film, die momenteel in de Haagse Profilti-studio onder regie van Waker Smith wordt gemaakt. Als we verschillende zomergroenten de revue laten passeren, zien we, dat zij niet alle dezelfde voedingswaarde hebben. Zo zal de ene soort bijv. veel rijker zijn aan vitamines dan de ander, terwijl die ander juist een goede bron van ijzer is. Daarom is het zo goed om iedere dag een andere groente op tafel te brengen. Welnu, dat is gemakkelijk genoeg en ook het klaarma ken op een wijze, dat de groenten ons niet vervelen, zal ons weinig moeite kosten. Bloemkool Snij de stronk kruisgewijze in. Kook bloemkool als regel in weinig kokend water met zout. Kook bloemkool in zoveel kokend water met zout, dat hij onder staat, wanneer U weet- dat U Van -het kooknat soep zult maken. Kook bloem kool 20 30 minuten. Dien de bloemkool op een der volgende manieren op: 1. Bedek de bloemkool met een sdus, gemaakt van het kooknat, verdund met melk. of van uitsluitend melk. 2. Varieer de saus door toevoeging van nootmuskaat, zeer fijngesneden peterselie gesnipperde ham, geraspte kaas. 3. Beleg de bloemkool met plakjes uit hakken bacon of ontbijtspek. 4. Schenk gesmolten boter over de bloemkool en zet er kleine gestoofde tomaatjes omheen. 5. Laat de bloemkool afkoelen "en be dek hem met mayonrtaise (die gevarieerd kan wórden op dezelfde wijze als de bloemkoolsaus). Geef bij bloemkool een pittige vlees soort, garnalen of een kaasgerecht. Het smoren van groenten De bloemkool of de boontjes schoon maken en in stukjes verdelen. In een koekenpan of braadpan boter of marga rine lichtbruin laten worden. De stukjes groente hierin zachtjes lichtbruin en gaar bakken in ongeveer 15 minuten zonder toevoeging van water. Tiidens het bakken de pan sluiten. Wanneer de groente gaar ls, desgewenst geraspte kaas er over strooien. Zomerbieten Snijd de bladeren weg, maar laat een klein stukje van de stelen en de wortel zitten, tegen het verkleuren. Borstel de bieten flink af. Kook de bieten gaar in 30 a 45 minuten. Stroop de bieten. Dien de bieten op een der volgende manieren op: J. Maak een sausje van een deel van het kooknat'en aardappelmeel. Voeg een laurierblad en een stukje ui toe. Snijd de bieten in stukjes. Stoof ze in het sausje een kwartiertje. Verwijder de kruiden en voeg een scheutje azijn en een weinig suiker toe. 2. Rasp de bieten en verwarm ze enige minuten met azijn, suiker, kruidnagel poeder en peper. 3. Laat de bieten afkoelen, schaaf ze in plakjes en .leg deze enige tijd in een mengsel van olie, azijn en zeer fijnge sneden ui. Gebruik de bieten bij wijze van sla. Sperciebonen Neem een bosje bonen in de hand en haal ze tegelijk af. Kook ze in wéinig water gaar. Kooktijd 20 a 30 minuten. Dien ze op een der volgende manieren op: 1. Schud een klontje boter of marga- AMSTERDAM, 11 Juli. Het Bedrijfschap maakte bekend, dat de import van voeder- granen vanaf 9 Juli j.l. door importeurs zelf kan geschieden- De Cekagra regeling blijft gehandhaafd tot 4 September a.s. De Vib voorraden welke na die datum nog aanwezig zijn, zullen tegen de dan gel dende marktprijzen worden opgeruimd. De voedergranen welke door importeurs wor den aangekocht, mogen niet vroeger ver laden worden dan 1 Augustus a.s. Meerdere aankopen werden reeds ver richt in Plata-mais, Irakgerst, Marokko haver en Plata-rogge op Augustus tot No vember afscheep. Het Vib stelde ter be schikking van de handel een verdeling van ca. 29.000 ton buitenlandse granen, be staande uit 4000 ton maalmais, 5000 ton Australische gerst, 5000 ton Canada gerst, 5000 ton Plata-gerst en 10.000 ton maal- Verschéheh iS heUversIag van het. Pen sioenfonds der ,(Kómrik4$ke/Shel!" over 1951. Melding wordt gemaakt van een overeenkomst met het Vóörzieningsfonds der „Koninklijke Shell", waarbij o.a. is bepaald, dat dit laatste zijn beleggingen en liquide middelen aan het Pensioen fonds overdraagt en een rentevergoeding ontvangt gelijk aan de door het Pensioen fonds gekweekte rente. Het Pensioen fonds verstrekt de nodige bedragen ter voldoening van de verplichtingen van het Voorzieningsfonds, terwijl dit laatste aan 3 o „e„Iis'O0n'onds een bedrag van 2.000.000 zal vergoeden. Het aantal Fondsleden in dienst der bedr°eg per eind 1951 11.408 (v.j. 10.915) en het aantal ingegane pensioenen 822 (670). Gedurende 1951 werden de volgende pensioenuitkeringen en terugbetalingen van ledenstortingen verricht: pensioenen 2.252.818; terugbetaalde ledenstortingen 448.537; pensioenen aan leden van het pensioenfonds der B.P.M. 841.595, totaal 3.542.951. De samenstelling van de beleggingspor tefeuille per eind 1951 was als volgt: hypo theken 13.208.000 (4.4 pet); effecten 128.437.866 (42.9) leningen op schuldbe kentenis 137.944.073 (46); andere beleg gingen 20. 188.358 (6.7)totaal 299.778.297 (100). Blijkens gegevens van het C.B.s. beliep de geldhoeveelheid in Nederland aan het einde van de maand Mei 8039 millioen (v.m. 7851 millioen) waarvan 3172 (v. m. 3167 millioen) chartaal geld en 4867 (v. m. 4684) millioen giraal geld. C 72 6 Een vlot stelletje voor jonge meisjes. Blousjes en rokjes wor den deze zomer veel door jonge meisjes en kinderen gedragen. Dit modelletje is met een aangeknipt mouwtje met een omslag, van vo ren een pat met knopen een bobbed kraagje en elastiek in de taille. Het rokje is met een ceintuur, welke er van voren vast aangezet wordt en van achteren er los overheen. Het rokje heeft van voren aan elke kant twee plooien en midden rug een plooi. Het patroon van dit blouse en rokje is a 0.60 verkrijgbaar in maat 60 - 70 - 80 - 36 - 38. Dit jasje is verkrijgbaar in maat 60 - 70 - 80 -36 38 a 0.60, te zamen 1.-. Plak aan de adreszijde van een briefkaart, naast en buiten het frankeerzegel het verschuldigde bedrag aan geldige postzegels en zend deze naar ATELIER CROON, BEATRIJSSTRAAT Jf, ROTTERDAM Vermeld aan de andere zijde duidelijk uw naam, adres, woonplaats en maat en nummer van het gewenste model. Plak nooit meer dan 1,op een kaart, wat meer geplakt wordt is waardeloos. Girostortingen eveneens ten name van Atelier Croon op nummer 271291. Afgehaald elke dag van 9 tot 12 en van 2 tot 5 uur. Behalve 's Zaterdags. Wegens vacantie is ons bedrijf van 11 tot 18 Juli gesloten. Bestellingen worden dan na die datum weer uitgevoerd. Ik kan haar niet ontvangen; ik zou het niet kunnen verdragen, murmelde zij zwakjes. Ga naar haar toe, Lucy; zeg haar dat ik te ziek ben; dat ik mijn best zal doen om dapper te zijn en haar vanavond morgenochtend te ontvangen. Terwijl ze dat zorgvuldig-ingestudeerde toespraakje uitstamelde, kwam de stem van de hertogin, vol medelijden en teder heid, door de half open deur. Irene, Irene; liefste kind! Ik mag toch wel een ogenblikje bij je komen? Madge klemde haar tanden opeen. Ga het haar zeggen; ga haar zeggen dat ik niet kan, zei ze èn haar toon leek zóveel op een boosaardige grauw, dat Lucy ontzet een stap achteruit deed. Als je haar of wie ook binnenlaat, dan stuur ik je op staande voet weg. Lucy ging naar de deur en bracht bevend de boodschap over. De hertogin gaf hoofd schuddend toe en verliet de kamer, vech tend met haar tranen, om de dokter te gaan opzoeken. Ik moet mevrouw verzoeken, kalm te blijven, zei deze Lady Irene is geheel uitgeput door de doorstane emoties, en het is dunkt me veel beter, haar volledige rust te gunnen. Als ik u een raad mag geven, zou ik u willen adviseren, naar Londen terug te gaan en daar lady Irene's komst af te wachten. En haar heel alleen laten met haai groot verdriet? vroeg de hertogin. Ja mevrouw;; zulk verdriet draagt men het best alleen. Ik weet werkelijk niet, wat het beste zal zijn. Het is zo helemaal niets voor Irene. Ze is altijd dadelijk bij nuj ge komen met al haar kleine moeilijkheden; en nu, in dit grote leed, heeft zij me toch zeker meer nodig dan ooit. Ik ben als een moeder voor haar geweest, zei de arme vrouw door haar tranen heen. Neen, ik kan in geen geval weggaan. Ik zal hier blijven en afwachten. Maar naarmate de dag verstreek werd lady Irene's toestand ernstiger; het advies van de dokter werd een bevel, en tot Madge's onuitsprekelijke verlichting be richtte Lucy haar eindelijk het vertrek van de hertogin naar Londen. Ik moet u naar Ormonde House bren gen, zodra u zich weer goed genoeg voelt, my lady, zei Lucy. Maar Madge zuchtte en schudde haar hoofd. Dat zou ik niet kunnen verdragen, Lucy. Ik wil naar huis. Naar Hurstpoint, my lady? De be grafenis zal daar plaats hebben. O, neemt u me niet kwalijk; ik had daar niet over willen spreken. Dat lieve óüde Hurstpoint, mompelde ze voor zich -heen. Jij laat me eeiis' zien* Lucy ik ben zo in de war, zo van streek, ik kan niet denken, me niets her inneren ben jij daar al eens geweest, op Hurstpoint? Neen, my lady, zei Lucy kalmerend, ik ben nog in geen van de huizen ge weest behalve in Carlton House Terrace, weet u wel? O ja, ja, mompelde Madge. Lucy, ik voel me erg ziek. Als als ik niet zou kunnen gaan, moet jij me helpen. Ik zal alles aan jou overlaten. Een staatsman heeft weinig tijd om zich te verdiepen in persoonlijke aangelegen heden en persoonlijk leed. Door de dood van zijn chef was Redmayne een persoon van gewicht geworden in de wereld der politiek. Op een dag de vierde na de dood van lord Mersia kwam de heer Craig hem opzoeken. Ik heb een geboortebewijs van ds graaf nodig, zei hij. Zijn lordschap had het; het moet tussen zijn papieren zijn. Wilt u met me meegaan en me er naar helpen zoeken? Ze gingen naar het huis en betraden de halfdonkere bibliotheek. Hier zijn de sleutels; ik heb die mee gebracht toen ik in Parijs was, zei de heer Craig. Ik zal in de safe kijken; door zoekt u dan onderwijl het bureau. Hij sloot de brandkast open en Red mayne verbrak het zegel van het_ bureau en opende het evenals Madge vóór hem gedaan had. Een ogenblik aarzelde hij be sluiteloos, bevreesd voor wat hij ontdek ken zou. Toen vond hij de veer en liet de geheime lade openspringen. Ze was leeg. De papieren waren weg. Hij haalde diep adem en zweetdruppels braken uit op zijn bleek voorhoofd. De graaf had een beslissing genomen had de papieren vernietigd. Irene zou lady Mersia blijven. En hij, Redmayne, had beloofd, het ge heim te bewaren, alles te vergeten, wat Mersia hem had verteld. Zijn lippen waren voorgoed gesloten. Hier is het, ik heb het al, mijnheer Redmayne, zei de notaris, zich omkerend met het papier in de hand. Wel wat scheelt er aan? Voelt u zich niet goed? Neen, neen, antwoordde Redmayne schor. U ziet er uit, alsof u een grote schok doorstaan hebt, zei de oude heer bezorgd Mijn waarde heer, u bent overspannen door het werk en de drukte, die dit treurig sterfgeval met zich heeft gebracht. Laat me om wat wijn bellen Neën, dank u, ik héb er werkelijk geen behoèfte aan. -Hebt u alles, wat u nodig heb? Laten we hij keek om zich heen en huiverde laten we dan gaan. HOOFDSTUK XXVI Toen de deur van haar vaderlijk huis zich achter haar gesloten had, liep Irene met gebogen hoofd en vlugge stappen recht voor zich uit, zonder er aan te denken, waar ze eigenlijk heen wilde. Ze was een voudig verdoofd door de slag, die haar zo onverwacht getroffen had. Plotseling herinnerde ze zich het papier, dat Madge haar gegeven had, en Vze nam het uit haar zak en las het adres. DSar kon zij tenminste een onderdak vinden voor de nacht. - De volgende morgen zou ze dan misschien beter in staat zijn, over haar toekomst na te denken en plannen te maken. Terwijl ze daar met het papier in haar hand stond, bleef een vrouw dicht bij haar staan en keek haar nieuwsgierig aan, en Irene, die haar blik opving, ging naar haar toe en hield haar het beschreven blad voor. Zoudt u me alstublieft kunnen zeggen, waar dit is? vroeg ze met haar lage, zachte stem. Om te beginnen hier rechtuit, Oxford Street door. En daar kunt u dan béter nog eens vragen. Wilt u niet liever een taxi nemen? Irene dankte haar cn keek hulpeloos en verstrooid naar de voorbijschietende wagens. Bent u vreemd in Londen? vroeg de vrouw nieuwsgierig. Wacht, ik zal er wel een voor u aanroepen, voegde ze er vriendelijk bij, maar Irene hield haar terug. Het sommetje geld, dat ze bij zich had, was tenslotte niet onuitputtelijk, en ze móest zuinig zijn, daar ze er geen ver moeden van had, wat de toekomst brengen zou. Ik geloof,, dat ik toch maar liever zal lopen, zei Z.e. Dank u pog wel. Na een poosje stond ze in een vale, slecht verlichte straat, die ze .in het gehèel niet kende. Ze liep vérder, na nog een paar maal gevraagd te hebben, en pas na een minuut of tien ontdekte ze plotseling, dat ze het papier, dat ze aldoor in de hand had gehouden, verloren had. Ze bleef stilstaan, ontzet. Wat moést ze beginnen? Naar een behoorlijk hotel wilde zé niet gaan; men zou haar kunnen herkennen van foto's, die zo vaak in de geïllustreerde bladen ver schenen '1 zou aanleiding kunnen geven :.tot verwonderde gissingen, praatjes. En ze had haar zustér immers beloofd, onopval- lend en spoorloos té verdwijnen. Nooit mocht ze zich meer bewegen in kringen, waar men haar, zij' het slechts van por tretten, kende; ze moest zich verbergen, schuilgaan in de eenvoudige volksklasse, buiten de stad, als het enigszins kon. Ze dwaalde verder en verder, tot aan de rand der zuidelijke voorsteden; de huizen werden schaarser en waren ge scheiden door flinke tuinen; hiér en daar lag ëen stuk weilahd als een oase in de dorre woestijn van grauwe stadsstraten. Besluiteloos, wachtend tot ze' iémand zou zien, wie ze kon vragen naar een ver trouwd logement of naar de halte van een of andere late bus naar buiten, leunde ze tegen een houten hekje. In de verte kwam een gemoedelijk-treuzelende marktkar aan, uit de richting van Londen. Ze luisterde naar de hoefslag va», het paard, het ge- knerp van de wielen toen plotseling alles om haar heen leek te draaien en ze, over mand door de ongewone vermoeienis en de doorstane emoties, duizelend ineenzakte tegen de houten paaltjes. Het moest al diep iri de nacht zijn, en de voerman verwachtte zekér niét, óp deze eenzame weg nog een menselijk wezen tegen te komen. Toen het licht van zijn lantaarn op de roerloze, Ineengedoken ge daante viel, hield hij verschrikt zijn paard in en sprong van de bok. Drommels, wat is dat nou een mens of wat anders? mompelde hij en klopte zijn paard, dat wat schuchtig deed, kalmerend op de nek, toen een onderdrukte snik van de bewegingloze gedaante alle twijfel op loste. Met een paar passen was hij bij haar en zag, dat hij met een jong, goed- gekleed meisje te maken had. Wat scheelt eraan m'n kind vroeg hij goedig. Waarom zit jé hier zo? Irene keek hem verwezen aart. Het drong niet tot haar door, dat dit de voerman was van de wagen, die Ze had zien aankomen vóór de duizeling haar overviel. Ben je ziek of alleen maar moe? vroeg hij. Het is laat of beter gezegd, te vroeg voor zo'n jong ding om alleen over straat te zwerven. Waar wou je heen? Dat weet ik niet, zei Irene apatisch. Weet ik niet, echode hij verbluft, zich op het hoofd krabben! Wou je naar Lon den of naar buiten? Niet naar Londen, zei Irene met een huivering, die de man niet ontging. O, je zit in je rats, hè?'En welke richting wil je nu het liefst uit? Irene schudde het hoofd en, zwaer op het hekje leunend, kwam ze overeind eri trachtte verder te gaan, maar haar krach ten begaven haar weer en ze wankelde. Och Heer, je bent helemaal aan je end, dat zie ik wel, zei de gemoedelijke voer man. Nou, ik kan je hier toch, niet in de steek laten. Hij keek hulpeloos om zich heen. Als je niet weet waar je precies heengaat, dan kun je evengoed een eind meerijden in ipijn groentenwagen. Ik moet er mee naar Frimstone, en er is ruimte genoeg op het ogenblik. Met een goedige boerse hoffelijkheid nam hij haar hand en hielp haar in de bijna lege kar, waar hij van wat zakken j een ligplaats voor haar spreidde. Hij gaf haar wat koude thee uit een i blikken kannetje en, een snee brood met boter, en Iréne nam èen en ander dank-* baar aan, hoewel- ze geen kruimel van het brood doo'r haar keel kon krijgen. Maar de thee voor ze er van gedronken had, had ze zelf niet geweten, hoe ze ver smachtte van dorst. De voerman zette zich weer op de bok en het paard zette zich in beweging. Tot nu toe had Irene het vanzelfsprekend ge vonden, dat de beste en de zwaarste auto's haar zonder een enkel schokje over het asphalt deden glijden; nu vond ze het een weldaad, lang uitgestrekt op de ruwe zak ken te liggen in die hobbelende wagen en te voeléh,' hóe ze v.óoruit kwam zonder enigeinspanning harerzijds!.. Ze1 viel in slaap-',en' wél/zo 'vast,(dat de voerman haar driemëal bij Ctè, schoikfer rtioest- schudden vóór-hij Kaar'wakkerikreeg. Het spijt-me, het split me, zei hij me delijdend. Maar we zijn er bijna en eh zie je, juffrouw, ik heb een vrouw, een bovenste beste, daar niét van, maar, weet je, ze is niet op haar mondje gevallen en als ze een knap jong ding in mijn wagen vond, nou Maar och, u bent zelf een vrouw, dus je zult het wel kunnen be grijpen. Ik dank u wel voor de rit, zei ze. ik wilde, dat ik zeggen kon, hoe dankbaar ik u ben voor uw vriendelijkheid. Instinctmatig haalde ze haar beursje te voorschijn en deed het open, maar de man deed een stap achteruit en zijn verweerd gezicht kleurde. Nee, nee, daar nou niet van, zei hij. Je bent welkom juffrouw, ik wilde dat ik je mee naar huis kon nemen. Maar d'r is niet aan te denken. Wacht eens effentjes. Het is nauwelijks morgen, en je moet toch ergens onderdak zien te komen. Zie je daar dat licht? Dat is een soort van vroeg koffiehuis voor ons voerlui en groente boeren. Ga daar maar eens naar toe, daar hebben ze wel wat warms voor je, zodat je wat op krachten komt voor je verder gaat waar je dan ook heen wil. Goeie morgen juffrouw, en 't beste d'r mee. Irene keek de wagen na, tot die uit het gezicht verdwenen was; toen liep ze lang zaam naar het huis, waar 't licht brandde. Het was een kleine boerenhoeve; de straat-deur, die meteen toegang gaf tot de voorkamer, stond open. Er brandde een vuur en een vrouw was bezig, eieren te bakken. Ze keerde zich om, toen Irene binnenkwam, en keek haar aan, niet al te verbaasd, alsof ze gewoon was aan vreemdelingen en zwervers van allerlei slag. Kan ik iets warms krijgen thee ot Wat u hebt?? vroeg Irene zwakjes. Zeker binnen vijf minuten; het wa ter kookt juist. Komt u maar bij het vuur en Warmt u zich een beetje. U ziet er nog al verkleumd uit. Ze trok een stoel bij het vuur en Irene liet er zich op neervallen. Toen de thee gezet was, bracht de vrouw die naar de verste hoek van de kamer en zette ze op een tafeltje achter 'n leunstoel met hoge rug. Zo, daar zit u rustiger, juffrouw, als er soms nog meer volk komt, zei ze op geruimd. Irene knikte haar dankbaar toe, dronk wat thee en trachtte iets te eten, maar dat laatste lukté toch niet. Ze leunde achter over, sloot haar ogen en poogde na te denken, maar ze viel slechts in een soort verdoving. Tenslotte schrok ze op door het binnenkomen van een Paar andere klanten. Van haar hoekje uit kon zij ze zien, maar zelf zat ze voor hun blik ver borgen. Ze trok zich nog verder in de schaduw terug, leunde tegen de muur en was enige ogenblikken later vast in slaap. HOOFDSTUK XXVII Het was helder dag, toen Irene wakker werd; ze betaalde haar kleine rekening en verliet het koffiehuis- Na een kwartiertje loipen naderde ze een dorpje zó klein, dat men het eerder een gehucht kon noemen. H-et gezicht van een popperig bakkers winkeltje her innerde haar er aan, dat ze nu toch eigenlijk honger begon te krijgen en ze kocht' een groot stuk gevulde koek en wat bisciet'jes en ging er mee op zoek naar een plekje, waar zij ze ongestoord ko-n opeten. Ze vond zo'n plekje bij de ingang van een kleine kwekerij, een eindje verder, en, op een boomstronk zittend, begon ze haar maal te verorberen. Na een paar happen had ze echter al genoeg, en ze wilde juist opstaan en verder gaan op haar doelloze weg. toen een reusachtige hond uit h-et huisje, dat midden op de i'kwekerij stond, kwam aanstormen en op haar toestoof. dreigend blaffend. Irene stak kalmerend haar hand naar hem uit, en na haar behoedzaam besnuffeld te hebben, begon het dier plotseling te kwispelstaarten en trachtte haar handen te likken- Zijn plotselinge vriendschap o-ntroerde haar en ze ging weer zitten en vo-erde hem een paar van haar biscuits iWwij'l ze daarmee 'bezig was, kwam een lange vrouwegedaante in een stijve, slui ke mantel met een soort Zuidwester op. het huis uit err'riep de hond; toen kreeg ze Irene in het oog en kwam op 'haar toe, Ik ben bang, dat ik hier al op par ticulier terrein ben. Ik wist het met, zei het jonge meisje met een matte, ver moeide stem, die echter niets van naar zachte lieflijkheid had ingeboet. De vreemd-geklede vrouw nam haar nauwlettend op. Ja. dat meent u zei ze, z'o kortaf en zakelijk als een man; maar ik veronder stel dat u het werkelijk niet wist. U bent een vreemde hier, maar geen zwerfster, zoals ik op het eerste gezicht dacht, Ik ben bang, dat zulks toch wel he-t geval is, zei Irene met een vreugdeloos glimlachje. Dat wil zeggen, als een zwerf, ster iemand is* die rondtrekt op zoek naar werk. Wat voor werk bent u gewend te doen? vroeg ze. Geen enkel, zei Irene treurig. Dat spijt me, maar dan kan ik u niet helpen, zei de vrouw laconiek. t Misschien wilt u me zeggen, of ik in 'het dorp voorlopig een onderkomen kan vinden? vroeg Irene beleefd. Ze verhuren geen kamers aan vreemden, en er *fooont hier ook nauwe lijks iemand, die daar ruimte voor zou hebben. Het is maar een klein nest- U kunt beter naar het volgende dorp gaan, Rexford .Dat is zowat vijf of zes kilome ter verder, U hebt geen honger, wel.... ik zie, dat u wat te eten hebt, voegde ze erbij. J®* dank u, en ik heb ook wat geld. Ik bedel niet.... of ja. toch wel, want ik zou u graag vragen om een glas wa ter. zei Irene rustig. De zachte waardigheid in haar stem maakte blijkbaar indruk op de vrouw. Gaat u maar mee, zèi ze. Irene volgde haar langs het pad naar -het kleine huis. Het lag in een bosje, met een bloementuin er voor, en door de open achterdeur kon Irene een aantal broeikassen zien, wiaar exotische bloe men fel kleurden. De vrouw bracht haar een gi s melk. Daar zult u meer aan hebben dan aan water, zei ze. Dank u vriendelijk. Moet ik verder recht door lopen? Ja. Wat een schitterende bloemen hebt u daar! -* Ja, ik kweek ze zelf; het is mijn bedrijf- Wacht een ogenblikje. Ze ging de achterdeur uit en kwam te rug met een takje prachtige azaleabloe sem. Hier, dat is voor u! Ik zie. dat u dol op bloemen bent. Irene stak de bloemen op haar jasje en dankte hartelijk. Niettegenstaande de vriendelijkheid van de vrouw voelde ze zich nog eenza mer en neerslachtiger dan te voren, toen ze verder ging in de richting van 't dorp. Toen ze bij een bocht in de weg kwam, zowat een halve kilometer van de kwelke. rij, draafde een klein meisje uit de strui ken langs de kant, gevolgd door de grote hond, die Irene een paar minuten geleden gevoerd had. Het was een kind van een jaar of negen, heel licht blond, en nadat ze een paar minuten als besluiteloos aan de kant had gestaan, stapte ze midden op de weg. De hond volgde haar en blafte op een vreemde, opgewonden manier, en 'het meisje praatte tegen hem, alsof ze hem vroeg, wat hij van haar wilde. Op hetzelfde ogenblik zwenkte een vracht wagen, met zand beladen, in volle vaart de bocht om. De chauffeur gaf een signaal maar hoewel het meisje met haar gezicht recht naar de naderende auto stond ge keerd, bleef ze midden op de weg staan, alsof zij de wagen niet zag en alsof het spektakel, dat de 'hond maakte, haar belette, het toeteren te horen. In een ogenblik speelde zich alles af, Irene stond een seconde als verstijfd van ontzetting; toen vloog ze met een waar schuwende kreet vooruit, sprong letterlijk midden op de weg, greep het kind in haar armen en slingerde het met een krachtige zwaai buiten het bereik van het aanstor mend gevaar. Het kind viel in zijn volle lengte op de grond, buiten het bereik der brede wie len, maar de kant van de zandbak raakte Irene's schouder en wierp haar op de weg! Ze was niet ernstig gekwetst en in een oogwenk was ze weer overeind en had ze het kind opnieuw in haar armen, met de instinctieve impuls, het verder te beschermen. Meteen hoorden ze een sner pende kreet en de vrouw van de kweke rij kwam op hen toegestormd en rukte het meisje uit Irene's armen. (Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1953 | | pagina 4