DE „BANKA" VOER UIT De Narcose matroos en zijn wekker met een liter whisky I TOON en zijn Cabaretschool Eindhoven baadde in zee van licht IN GROTE BEDEVAART NEDERLAND TERUG m POOLSE V.N.-GEDELEGEERDE VRAAGT ASYL W Verhaal van de zee. Verkeersongelukken in IJmuiden Genoeg jonge mensen met liefde voor *t vak Senator McCarthy gaat trouwen Geen theatervrees Zinvolle bevrijdingslier den king in P.S.V.-stadion Dr Drees ontstak het vuur Onvergetelijk afscheid van Lourdes Onderhandelingen afgebroken Diplomatieke post ging in vlammen op De zaak-Avifauna en Zy n wereld Stakingen in Indonesië opgeheven Saterdag 19 september 1953 PAGINA 7 Sterren en strepen Djongos in het meervoud Bier voor de notaris GENERAAL KAPITTEL MISSIONARISSEN H. HART Motorrijder en kind gedood 199 99 De Chinese troepen in Birma Brand a. b. van de Celebes Nog geen beslissing over accoord jmmm A Geen vetdotten" meer aan boord maar scheepswerktuigkundigen Zeven korte stoten en één lange loeiden over de golvenWe hingen dat wil zeggen van voren en van achteren een dikke hobbel, zodat we over de railing van de „Banka", een mooi nieuw schuitje van honderd-zes- er uitzien, alsof er plotseling besloten is om carnaval te gaan vieren. De tig meter lang, je kijkt zo maar eens geboeid naar die glinsterende golven, brandrol lang, kort, lang, kort en de sluitrol één lange stoot, die waar geen einde aan is en naar de zeemeeuwen, die het schip een eindweegs betekent: alle waterdichte deuren en patrijspoorten sluiten, blijven ons vergezellen in de hoop waarschijnlijk zo'n kleinigheidje mee te pikken, gelukkig bespaard. Dat gebeurt overigens aan het begin van iedere zeereis, dat is voorschrift. Voorzichtigheid is de moeder van de porceleinkast. Per slot van rekening kun je op een schip nog wegkomen als er wat gebeurt. dat de kok in de keuken uit de patrijspoort gooit. En terwijl ge diepzinnig staat te staren op dat zacht deinende schip over de eindeloze zee, schrikt ge opeens op van die zeven korte stoten uit de sirene, gevolgd door één lange, alles besluitende, bange stoot. Sloepenrol betekent dat. Je kunt maar nooit weten wat er gebeuren gaat op dat slappe te vragen.' zegt de officier, die ,de Heeft er nog iemand iets zwemvesten heeft uitgedeeld. Als er eens wat gebeurt, zeg ik, mag je dan ook naar huis zwemmen? 1 1 u t 1 1 0 ja, is het antwoord, maar ik zou U wel aanraden van te voren aan water en dus moeten we op dat sein allemaal naar de aangewezen sloep ,i„ 11 1 1 f i- 1 e tt 11 1 r de kok een vaatje zuurkool 01 iets van die aard te vragen, of U maakt kans om te weten waar we wezen moeten als de zee raar gaat doen. En dus onderweg te verhongeren. Iets om te kamperen onderweg zou ook niet staan we allemaal in een ommezien bij onze sloep met een zwemvest aan, kwaad zijn. De „Banka" op zijn eerste tocht Even later hangt ge dan weer over de railing, want dat water ziet ge, dat is toch zo eindeloos schoon. En daar snijdt dat schone schip dan maar doorheen met ik weet niet wat voor electrische installaties, koelinrich- tingen, watervoorziening, magnetische en gyroscopische compassen, radar en een keuken om er moeder de vrouw een paar dagen lang van te vertellen. En die „Banka" is dan nog maar een vracht schip met passagiersaccommodatie zoals dat heet. Die eetzaal en rookzaal en ve randa's zijn allemaal voor die twaalf pas sagiers, die het van plan is mee te ne men. Napr Nieuw Guinea of naar Nieuw Mexico of naar Nieuw York. Een machinist op zee heet geen ma chinist meer. En mitsgaders een hoofdmachinist geen hoofdmachinist. Meneer de Koning is hoofdmachinist bij de maatschappij Nederland, die per jaar nog altijd zo'n honderd en zestig millioen omzet trouwens voor de hele Nederlandse scheepvaart loopt dat ook nogal in de papieren tot zo rond twee milliard en zo'n 'machinist is dus een voornaam man naar landrottelijke be grippen gerekend. Want een zeeman is nooit voornaam, al zit hij dan in een ka mertje, dat er wezen mag met een echt schrijfbureau, een rondgebouwde bank. telefoon en een aardig ameublementje. Een zeeman is een zeeman al heeft hij dan ook een mooi blauw pak aan met vier gouden strepen op zijn mouw. Trouwens daar kan ik geen wijs uit.. Als landrot weet je zo niet wat al die strepen betekenen. Want de kapitein heeft cr ook vier, maar meneer de Ko- nink legt mij uit, dat die er nog een krul op heeft en twee sterretjes op zijn jas. Ik ben zo maar eens zijn schone com partiment binnengewandeld, dat hele maal met licht eiken is betimmerd en daar vertelt hij mij, dat hij tegenwoor dig hoofdscheepswerktuigkundige heet, nadat ik hem hoofdscheepsbouwwerk- tuigkundige heb genoemd. Nu moet u het niet nog erger ma ken dan het al is, zegt hij. Dat komt al lemaal zo'n beetje, legt een andere me neer uit, omdat een stuurman geen stuurman meer heet maar officier en waarom zou dan een machinist, die maar heeft te zorgen, dat die hele stad vaart, geen scheepswerktuigkundige zijn? Maar die pakkies van jullie, zeg ik, dat leer ik nooit. Ik heb eens, vertel ik hem, met mijn teerbeminde gade een andere proeftocht meegemaakt op een heel erg deftig schip met heel erg deftige meneren. Ge neraals en admiraals cn zo. We zwier ven toen een dag of wat op die wjjde plas en toen was er een bal aan boord, zodat iedereen verzocht werd in avond kleding te verschijnen. Mijn gade pakte haar avondkleed uit de koffer en be vond, dat dit gewaad nogal gekreukt was. Nu kun je aan boord van zo'n groot schip alles laten opknappen, ook wassen en strjjken doen ze daar. Dus nam zij haar japon over de arm en ging op zoek naar een strjjkgelegenheid. En daar kwam ze in een der gangen een meneer In uniform tegen, die er wel zowat uit zag als een steward. Och zoudt u even mijn avondjurk willen opstrijken vroeg ze met haar beminnelijkste glimlach. Maar natuurlijk mevrouw ant woordde hjj. Geeft u maar hier! Ik ben wel geen steward, ik ben admiraal zus en zo, maar dat mag niet hinderen. Ja maar, hoe kan ik dat nou ook zien? klaagde zy toen. U kijkt maar naar de knopen me vrouw en hij ging heen met de jurk. Zie je zei meneer de Koning zo zijn nu zeelui, tot admiraals toe. Het schip is overgedragen cn de vlag van de Maatschappij „Nederland" gaat in top. Nog voordat het schip door de bouwer, meneer Vuyk, aan meneer Kretschmar van Veen, de directeur van de maatschap pij „Nederland", werd overgedragen, be gon het borreluur al. Ik vond het nogal vroeg, half twaalf in de morgen. Maar dat hoorde zo op een schip, wist men mij te vertellen en dan viel straks bij de overdracht de champagne beter. En daar kwam dan in de rooksalon een hele rij djongossen binnen dat meer-' voud van djongos zal wel niet deugen, maar dat is niet zo erg, nademaal een djongos (bediende) in deze moderne tijd geen djongos meer heet, maar boeng (vriend). Maar als we boeng riepen, kwam er nooit een, dus hielden we het maar bij djongos. Bovendien wordt het meervoud van boeng helemaal een moei lijke zaak. Ik zat bij meneer de Koning en vertel de hem het verhaal van die andere ma chinist, die op een oude, verroeste Schotse schuit ergens op zee de eerste stuurman had verlost van een acute blindedarm. Ze hadden de stuur op de tafel in de eetkamer vastgebonden en hem bewuste loos gemaakt met een litertje echte Schot se whiskey, dat behendig in zijn keelgat was gegoten ondanks het vaststaande feit, dat hij geheelonthouder was. Maar er zat niets anders op, omdat de ether op was, daar de kapitein het laatste restje had ge bruikt om zijn hoed schoon te maken, toen hij de laatste maal aan wal ging. Kort en goed, het medische scheepsboek werd er bijgehaald, waarin heel uitvoerig het interieur van een eerste stuurman stond afgebeeld schaal één op zes dus was het een koud kunstje om met meetlat, passer en een stompje blauw pot lood een plattegrondje op de patient te tekenen en uit te zoeken waar die blinde darm ergens moest zitten. En toen dat eenmaal uitgerekend was, was dat ding er zo uit. Dat was een verhaal uit „Schots en Scheef" van Gilpatrick, en dat wilde de hoofdscheepswerktuigkundige maar we ten, ziet U. Verhalen van de zeeHij vertelde 't verhaal van die matroos, die te laat aan boord kwam. Die moest bij de kapitein komen. En die kreeg toen hij vroeg waar om de matroos te laat aan boord was ge komen, het volgende verhaal te horen. Kijk eens kaptein, dat zal ik U nou 's haarfijn vertellen. Ik gong met me maat van boord en ik zeg nog tegen me maat: laten we nou zorgen, zeg ik, dat me op tijd binnen benne, want de kaptein heb er zo'n hekel an, als je te laat komp. Ik zeg tege me maat, weet je wat: wacht hier effies an de wal voor me gane, dan haal ik me wekker. En ik te rug om me wekker te halen. Ik zet dat ding op half twaalf kapitein, met de ge dachte: da's safe, nou kan d'r lekker niks gebeure. En laat me nou dat rotwekker niet afgaan! Maar midden in nog zo'n verhaal gaat de telefoon in de kajuit van de hoofd scheepswerktuigkundige. Het schip wordt overgedragen en daar moet hij bij zijn. Het is gauw gebeurd. Zeelui praten niet veel. De vlag van Vuyk gaat omlaag, die van de maatschappij „Nederland" 'om hoog. De „Banka" is in bezit genomen. De champagne wordt gedronken op een goe de vaart. Soem, Saleh en Saioen brengen nog meer champagne. Iedereen behoort mee te drinken op een goede vaart. Intussen deint het schip onder je voe ten en als landrot weet je dan niet of het van de zee komt of van de champagne Maar het schip is nu van kapitein Heeren. In de machinekamer regelen de machinisten de voortstuwing, de water voorziening, de electriciteit, de luchtver versing, de riolering en alles wat er zo aan het menselijk leven in een schip te pas komt. Och het is waar ook, het zijn volgens de wet Molengraaf van 1923 geen machinisten meer, die vóór die tijd meestal minachtend „die vetdotten" wer den geheten. Het zijn bekwame vaklie den, die voor heel die ingewikkelde ma chinerie hebben te zorgen. En intussen heeft kapitein Heeren zijn plaats op de brug ingenomen, want na- vigare necesse est, zo heette het al in de oudheid. Er moet genavigeerd worden. Als ge in het radarapparaat kijkt, ziet ge op een zwart fond de groene kustlijn op lichten en daarnaast flikkeren telkens overal groene lichtjes op, kleine groene Puntjes, dat zijn schepen op zee, die in het oog van het radarapparaat vallen. Na de overdracht is de zee opeens woe lig geworden. Als je over de railing tuurt, zie je an dere schepen, ook geen kleine jongens, gezellig met hun neus in de zee duiken. Het water slaat er overheen, maar.het loopt de spuigaten weer uit. We behoeven niet bang te zijn, zegt men, het schip is gebouwd volgens de hoogste klasse van het bureau „Veritas" en als ik zo eens luister, schijnt dat in de scheepvaart zo veel te betekenen als een bunker in oor logstijd. Als ik het wel heb, kan je dan op zee niks meer gebeuren. Maar de golven worden hoger en het schip gaat wel een beetje op en neer nu. Volgens de stadsmensen althans. Voor een zeeman is dat nog niks. In een smal gangetje steekt de kok zijn hoge muts uit zijn kombuis, dat, als ik er binnen ga, geen kombuis meer blijkt te zijn maar een voortreffelijke ruime keu ken als in een hotel. En dit is dan nog maar een vrachtschip. Er is een eerste kok, een koksmaat-bakker, een koksmaat en twee bedienden. Er zijn onder de be manning ook vier handlangers aan boord, drie oliemannen (zonder Fordje), een do zijntje matrozen en lichtmatrozen, twee kwartiermeesters en een timmerman. Niet al die functies zijn ons even duide lijk. Wat is bijvoorbeeld een handlanger? Ik troost mij er maar mee, dat je niet op één dag alles kunt leren. Ik zal het nog eens wat langer over moeten doen. Het wordt nu een beetje als een cakewalk op een kermis. Maar daar trekt de „Banka' zich niets van aan. Het bureau Veritas niet waar? Maar een notaris, die naast mij staat en die zal wel iets met het opmaken van de acte voor de overdracht van 't schip te maken hebben gehad. Hij trekt tenminste wat wit weg. Daar komt juist de hofmeester aan, die hem zo eens aanziet. Hebben we niet een beetje een wilde chauffeur? vraagt de notaris. Twee glazen bier, meneer, zegt de hofmeester, dan is het zo over. Gaat U maar even mee! De notaris zwaait de gang door en krijgt zijn bier. Tegen de avond komt de kust in zicht. Andere boten varen weer uit, kleine en grote, die wij zien dansen op de golven. De haven heeft twee lange armen in zee gestoken om ons welkom te heten. Dan legt het schip aan. De stoomfluit geeft zeven korte en één lange stoot. Als de stoomfluit dat doet en niet de sirene betekent dat, dat de landrotten van boord moeten. Maar het is spijtig. Want diezelfde avond vaart het naar Antwerpen om lading in te nemen en dan naar Southampton. Vandaar naar Nieuw Guinea voor de eerste reis. Goede vaart Banka! FRANS SCHNEIDERS. Op het Generaal Kapittel der Missio narissen van het H. Hart, dat thans te Rome wordt gehouden, is tot algemeen overste herkozen de Hoogwaardige Pater Patricius Mc. Cabe (Australië). Als gene- raal-assistenten werden gekozen: Pater Joannes Verdonk (uit Nederland), Pater Cyrillus Bovier (uit Frankrijk), Pater Jo- sephus Riedlmaier (uit Oostenrijk) en Pater Petrus Pillarella (uit Italië). Nadat Donderdag in de gemeente Velsen een aantal ongelukken voorkwam, waarbij in totaal zes min of meer ernstig ge wonden vielen, zijn gisteren wederom 2 verkeersongevallen geschied, waarbij twee doden zijn te betreuren. De 47-jarige Haarlemse motorrijder B. van B„ die met zijn 5-jarig kleinzoontje achterop, uit de Frans Naereboutstraat de IJmuiderstraatweg wilde opzwenken, werd door een vrachtauto aangereden en tegen de weg geslingerd. Hij overleed na aankomst in het ziekenhuis. Hét kind be kwam een hoofdwonde en moest onder doktersbehandeling worden gesteld. In de nabijheid van de Visserijschool stak het 5-jarig jongetje R. V. plotseling de weg over en werd door een passerende zandauto gegrepen. Het kind kwam onder de achterwielen terecht.. Met een bekken fractuur en inwendige kneuzingen werd het naar het ziekenhuis gebracht, waar het na aankomst overleed. Senator McCarthy zorgt weer voor een verrassing. De 43-jarige senator zal nl. op 29 September te Washington in het huwe lijk treden met mej. Jean Kerr, een voor malige assistente van zijn bureau. Mej. Kerr is 29. Zij werd in 1945 gekozen tot knapste meisje van de „George Was- hangton"-universiteit. Zij werkte van 1928 tot 1952 op het bureau van McCarthy en hielp hem bij het maken van zijn redevoe ringen en pamfletten. Het huwelijk wordt in de Mattheus-kathedraal voltrokken. Mej. Kerr is een bekeerlinge. BIJ nr. 19 in de Plan tage Middenlaan te Amsterdam belde de zer dagen een jongeman aan. Lichtelijk nerveus informeerde hij of Toon Hermans misschien aan wezig was. Hij trof het niet: Neerlands „ballot- meester" was elders, maar de naam van de jonge man werd opgeschreven en men zei hem, dat hij beslist nader zou horen. Zo ging dat dezer dagen in Amsterdam en zo zal dat in de toekomst dik wijls het geval zijn, met dit verschil dat Toon Hermans dan wel dege lijk in zijn studio bereik baar is voor die jonge mensen, die zich onder zijn leiding aan de studie van de cabaretkunst zvfl- len gaan wijden. Studie van cabaretkunst Het klinkt een tikkeltje hoogdravend, maar het is dit beslist niet. Misschien zou men met Toon Hermans beter kunnen spreken van een cabaret- school, zoals er ook een toneelschool bestaat. We hadden hierover gisteren een gesprekje met Toon in diens kleed kamer in de Kleine Ko medie te Amsterdam waar zijn nieuwste crea tie „Ballot" avond na avond volle zalen trekt. „Kijk", zei Toon, ter wijl hij een vleug schmink op zijn gezicht wreef, „mijn plan is jon ge, beschaafde mensen liefde en begrip voor het theater bij te brengen. Ik ben namelijk van me ning, dat er nog heel wat jonge mensen zijn, die liefde voor ons vak heb ben en er ook wat in zou den kunnen bereiken als ze er maar de kans toe kregen en wat dik wijls het geval is niet belemmerd worden door iets, wat ik het beste theatervrees kan noemen. Die vrees weg te nemen stel ik mij o.a. ten doel en daarvoor heb ik nodig jonge mensen met karak ter, met die eigenschap pen ook, die hen in staat zullen stellen iets te be reiken. „Als je iets aandurft", vervolgde Toon, zijn das strikkend, „en je wijdt er oprecht al je krachten aan, dan heb je ook kans van slagen. Neem nu bij voorbeeld dat „Ballot", ons „Ballot" waar je zelf in meespeelt. Het is er gens een experiment ge weest en het blijkt het publiek aan te spreken. Voor mij is dat een reden te trachten „Ballot" te perfectionneren en het naar ik hoop in de toe komst, op internationaal niveau te brengen. In deze geest moet je ook die cabaretschool zien. Door het opleiden van be schaafde, talentvolle jon gelui hoop ik te kunnen bijdragen tot verbetering van het Nederlandse ca baret". Even later riep onze in- speciënt zijn dagelijkse „Aanvang!" en was ons gesprekje afgelopen. Het was kort, maar het wierp weer een keer een scherp licht op de man, die zich niet tevre den stelt met persoonlijke roem, maar verder wil, verder, samen met men sen, van wie hij mag aan nemen dat zij idealist zijn, zoals hij. FRED ROMBOUTS. (Van onze correspondent). De negende bevrijdingsdag te Eindho ven heeft een bijzonder cachet gekregen door de aanwezigheid van de minister president, dr W. Drees, die met de door wielrenners en athleten uit Bayeux mee gevoerde bevrijdingsfakkel, ontstoken aan het Monument d'Embarquement aan de boulevard d'Eindhoven het bevrij dingsvuur op de markt heeft doen ont branden. Na dit met spanning tegemoet geziene moment werd de gehele stad in een zee van licht ontstoken. Terwijl in de St Catharina-kerk de ken H. Heezemans de plechtige H. Mis van dankbaarheid opdroeg, waarbij een detachement luchtvaarttroepen militaire eer bewees; waarna een lange stoet gees telijke, militaire en burgerlijke autori teiten naar de algemene begraafplaats trok, waar militaire attaché's van Ame rika, Engeland en Canada kransen leg den bij de graven van zevenhonderd ge sneuvelde geallieerden, terwijl vervol gens duizenden de kinderoptocht en de militaire parade gadesloegen, was de bevrijdingsfakkel via Mons en Brussel op weg naar Eindhoven om tegen het vallen van de avond de donkere stad te worden binnengedragen. In een geheel verduisterd P.S.V.-sta dion, waar vele duizenden de tijd hadden gekort met het aanschouwen van het spectaculaire voetbalspel van de R.A.F. tegen de L.S.K. (64), overhandigde de wielrenner Rien van Griensven de be vrijdingsfakkel aan burgemeester Kolf schoten. In een zwjjgende stoet ging het vervolgens door de donkere straten naar de Markt, waar de burgemeester de fakkel overdroeg aan dr Drees, die hier mee een enorme gasvlam uit de licht- zuil deed schieten. Het enthousiasme van de duizenden Eindhovenanen steeg tot een hoogte van die van 18 September 1944, toen de En gelse tanks daverend kwamen binnen rollen. Geheel Eindhoven werd plotseling een zee van licht, vuurpijlen doorboorden de zwarte hemel en veelkeurig straalde het bevrijdingslicht in de rijk versierde bin nenstad, op de openbare gebouwen, de grote industrieën en niet minder in de feestelijk verlichte wijken, die ook dit jaar weer kosten noch moeiten gespaard hadden om Eindhoven zijn traditionele lichtjesdagen te geven. Vijf Engelse militairen, behorende tot de regimenten die in 1944 de stad hebben be vrijd, en welke militairen deze dagen de gasten zijn van de stichting Bevrijdings herdenking Eindhoven, konden nauwelijks hun ontroering bedwingen bij het beleven van deze zinvolle plechtigheden en bij het zien van het enorme enthousiasme, dat zij zich zo goed weten te herinneren van die 18e September 1944, toen zij midden in de gigantische worsteling zaten-om de vrijheid van West-Europa. Er is wel geen stad in Nederland, waar de bevrijding zo zinvol wordt herdacht als in Eindhoven, aldus de conclusie van de minister-presi dent en van de buitenlandse gasten. De Nederlandse Nationale Bedevaart, in een koor, dat machtig door de zalen ook wel de „grote bedevaart" genoemd, is Donderdagmiddag na een voorspoedige reis in Nederland teruggekeerd. Voor het afscheid uit Lourdes hebben 300 zieken, die in het asy! waren ondergebracht, een lichtprocessie meegemaakt, welke zij wel licht nooit zullen vergeten. De leiding van het asyl had n.l. toestemming gegeven in het ziekenhuis zelf een processie te hou den. In een der zalen stelde zich een stoet van doktoren, brancadiers en verplegen- den op, welke zingend en met brandende kaarsen van afdeling tot afdeling trok. Een enthousiasme, dat van moment tot moment scheen te groeien, maakte zich van de zieken meester. Het Frans en het Nederlands klonken welluidend tezamen weergalmde. De geïmproviseerde proces sie belandde tenslotte in de kapel van het asyl, waar een Franse priester, zelf mee gesleept door een «uitzonderlijke geest drift, een vurige rede hield, waarin hij zeide, dat deze geen grenzen kennende uitbarsting van liefde voor de Moeder Gods Haar toch wel op specifieke manier welgevallig moest zijn. De tijdens het verblijf in Lourdes ge houden collecte onder de Nederlandse pelgrims voor de verfraaiing van de heiligdommen heeft een bedrag opge leverd van 121.100 francs of 1271 gul den. Voor het volgende jaar zijn de be devaarten van de Nederlandse Vereni ging voor Bedevaarten vastgesteld op het begin van Mei en het begin van Augustus. Een Birmese regeringswoordvoerder heeft Donderdagavond te Kangoon ver klaard, dat de besprekingen te Bangkok over het naar Formosa overbrengen der Chinees-nationalistische troepen in Noord- Birma, overblijfselen van het voormalige 26ste Kwomintang-leger, zijn afgebroken. De Birmese vertegenwoordigers worden teruggeroepen. De besprekingen over de wegvoering begonnen, zoals bekend, in Mei j .1., maar geraakten eind Juli door onenigheid over bijzonderheden in het slop. De Birmese delegatie keerde een maand geleden naar Bangkok terug om de onder handelingen te hervatten. Thans zijn deze onderhandelingen eveneens vastgelopen. De raad voor de scheepvaart heeft Don derdagmiddag 'n onderzoek ingesteld naar de oorzaak van de brand in de mail aan boord van het m.s. „Celebes". Op 28 April j.l. was het schip uit New York naar Alexandrië vertrokken en had op het laatste moment nog 295 zakken vracht aan boord gekregen, die wegens ruimte gebrek werden opgeslagen in een deel van de officiers-mess, die daarvoor werd ingeruimd. Op 29 April werd brand ontdekt, die met 'n ontzettende rookontwikkeling ge paard ging. Dank zij snel en krachtig in grijpen van de bemanning was men het vuur binnen een half uur meester, zo vertelden de kapitein en de stuurman. Vier en twintig postzakken gingen geheel verloren en in totaal werden ruim 100 ernstig beschadigd. Een deel der post be stond uit diplomatieke mail van het Sta te Department uit Washington en was be stemd voor de verschillende diplomatieke posten langs de route, die het schip maakte. Gisteren vond te Amsterdam in het gerechtsgebouw de verificatievergadering piaats van de schuldeisers in het faillisse ment van het Vogelpark Avifauna te Al phen aan den Rijn. Na verifiëring van de lange lijst van preferente crediteuren, waarbij voor enkelen de beslissing tot na der onderzoek werd verdaagd, heeft de rechter-commissaris op voorstel van de vereniging „Pro Avifauna" een commis si e van schuldeisers ingesteld bestaande uit de heren mr Bartels en G. Prast, bei den te Amsterdam en de heer N. J. Ver- kley, voorzitter van genoemde vereniging. Wat betreft 't accoord van dhr. Van den Brink waarvan wij Donderdag een sa menvatting gaven, is gebleken dat dit niet tijdig genoeg ter griffie is kunnen worden gedeponeerd, weshalve rechtercommissa ris mr Stheeman mede op verzoek van mr W. Russell, de rechtkundige van de familie Van den Brink, ondersteund door het merendeel van de aanwezige credi teuren, de behandeling van dit accoord heeft verdaagd tot Vrijdag 9 October des voormiddags 9 uur. De Poolse communistische regering is niet erg gelukkig met zjjn vertegenwoor digers in het buitenland. Nog heeft niet een Pools lid van de neutrale commissie in Korea bij de Amerikanen om asyl aan geklopt, of dit voorbeeld vindt in New York navolging. Prof. dr Korowicz, hoog leraar aan de universiteit van Krakau en eeiste plaatsvervangend lid der Poolse V. N.-delegatie heeft zich, naar thans be kend werd, Woensdag als politiek vluch teling tot de Amerikaanse autoriteiten gewend. Korowicz is naar verluidt vrijgezel en heeft geen familie in zijn vaderland. Hij zou zich ongerust gemaakt hebben over zijn lot toen hij onmiddellijk na aankomst DE MACHT VAN DE KERK AT vele niet-katholieken tijdens het gesprek is het machtsstreven en machtsbewustzijn, die „aar zij menen voor deze Kerk kenmerkend zijn Hiermee bedoelen zij meestal ongeveer het vol gende. De Katholieke Kerk is een organisatie, die door mensen wordt geleid, bestuurd en in stand ge houden; de leiders én bestuurders van deze organi satie willen via hun organisatie invloed oefenen; ze willen dat hun organisatie, hun Kerk, een bepaalde belangrijke positie verovert of handhaaft op alle plaatsen, waar zij voet aan de grond krijgt. Haar stem moet gehoord kunnen worden en zo algemeen mogelijk gehoorzaamd. Haar wil moet wet zijn. Op alle gebieden van het leven moet zij kunnen ingrijpen en beslissen, niet alleen op godsdienstig vlakmaar ook in sectoren van het sociale leven, de politiek, de cultuur en de internationale verhoudingen. De Kerk zo ziet men het moet overal en telkens regelend en gebiedend kunnen optreden; zij moet de machtigste wereld-organisatie worden, haar ideeën en opvattingen moeten pveral ingang vinden en de overhand hebben; zij moet groeien en uitermate sterk zjjn; een krachtig gesloten blok, het reusachtig wereldfront van een strijdbare verbeten massa, die alles wil veroveren en alles wil overheersen. Van het Vaticaan uit strengelen de grijparmen van deze Kerk zich om de wereld heen; als in Friesland enkele paters Franciscanen of Augustijnen een huis openen voor geloofsverkondiging en herenigingswerk, dar heet het: „Rome is ook in Friesland begonnen". In deze opvatting van de naar onbeperkte mach' strevende Katholieke Kerk is „Rome" het tover woord, waarachter allerlei vormen van dictatuur allerlei geheimzinnige plannen, complotten en intri ges in de strijd om de wereld-heerschappij schuil gaan. HET zal de hedendaagse kafholiek opvallen, dat men de laatste tijd in katholieke publica ties minder nadruk legt op het organisatorische aspect der Kerk, niet omdat wij niet weten of willen weten, dat de Katholieke Kerk óók een organisatie is, een geordende en door gezag geleide gemeenschap van mensen; niet omdat wij dit organisatorische al te onbelangrijk vinden, om er over te schrijven; maar omdat wij allereerst de volle nadruk willen leggen op het diepste wezen der Katholieke Kerk, op het meest fundamentele geheim san haar bestaan: op het feit n.l., dat zij in onze ogen van God, van Chris tus is; dat de Kerk lééft, zoals het menselijk lichaam leeft, en door alle verschillende ledematen dezelfde levenskracht stroomt die alles bijeenhoudt en samen bindt. Alles wat leeft is strijdbaar. Zeker het geschapen en onvoltooide leven, dat nog niet af is, nog niet klaar, nog niet volgroeid, moet strijden, om zichzelf te kunnen handhaven en om tot volwassenheid te kunnen geraken. We spreken dan ook over de strijdende Kerk. Leven is eigenlijk altijd, in begrensde vorm waarin wij het kennen, strijd, overwinning op tegenstand. Een mens, die leeft, zal moeten vechten voor zijn bestaan. Zijn leven wordt voortdurend bedreigd door inwen dige aanslagen op zijn gezondheid en door dreigingen van buitenaf. ONGEVEER een gelijksoortig proces voltrekt zich in de levende Katholieke Kerk. Ook daar moet, ten bate van het leven in die Kerk, het kwade en schadelijke worden weggestoten, terwijl al het menselijk goede, schone en waarachtige moet worden geassimileerd. De Kerk leeft in de wereld en heeft met de wereld te maken; met 't goede van de wereld evenzeer als met het slechte. Het goede moet zij verzamelen, zegenen, heiligen, vruchtbaar maken en stimuleren; tegen het kwade moet zij zich onver biddelijk verzetten. De zondaar moet zjj redden, want er is veel goeds in de zondaar; maar de zonde moet zij bestrijden met alle kracht, welke God haar gaf. De macht, die haar door Christus geschonken werd, de macht om te prediken, om te dopen, de zon den te vergeven, het Offer te vieren tot gedachtenis aan Hem, de macht om te binden en te ontbinden op aarde, zal zij uiteraard gebruiken. Krachtens goddelijke opdracht is dit noodzaak voor haar, levensnoodzaak. Het mag haar echter om die macht niet te doen zijn en nog veel minder mag het haar streven zjjn die macht te misbruiken, om mensen te beroven van hun vrjje persoonlijkheid en van hun eigen verant woordelijkheid. Macht is voor haar nooit doel, hoog stens middel. WIL de Kerk dan heel de wereld niet beïnvloeden? Zeker, maar „beïnvloeden" is heel wat anders dan „onder dictatoriale macht brengen". De vraag waar het op aankomt is: hoe en waarmee wil de Kerk de liele wereld beïnvloeden? Zij wil be vrijding brengen en verlossing: zij wil mensen bevei ligen tegen het kwaad en hoeden voor een rampzalig einde. Zij wil het werk. waarmee Christus begon, op de wereld voortzetten, opdat zo velen als mogelijk is er van zouden profiteren. Daarom moet de Kerk zich laten zien: zij kan en mag zich niet op de achtergrond houden: want als zij geheel verborgen blijft, schiet zij te kort. Wat kan zij echter van zichzelf laten zien? Niet haar diepste geheim. Dat is juist de tragiek; de Kerk kan aan de wereld alleen maar laten zien wat bijkomstig aan haar is en op dit bijkomstige baseert zich dan meestal de crititek. rAT dr Kerk aan de wereld b.v. duidelijk toont, is een organisatie met bepaalde machts verhoudingen. De Kerk is ook een organisatie met bepaalde machtsverhoudingen. Maar zij is in tussen oneindig veel meer. onuitsprekelijk en onzicht baar veel meer dan uiterlijke organisatie. Haar strijd is dm niet enkel een strijd voor uiterlijke en orga nisatorische belangen, maar een strijd allereerst voor het heil der zielen, voor de verlossing der wereld; een strijd, niet om de mensen met macht te kunnen overheersen, maar om de mensen in dienstbaarheid te kunnen helpen. De macht van de Kerk is een macht tot dien s t- baarheid. Dit moet samen kunnen gaan, zoals het uitstekend samenging in Christus, Die getuigde: ,Mv is alle macht gegeven in de hemel e op aarde", en Die eveneens kon getuigen: ..De Mensenzoon is niet gekomen, om gediénd te worden, maar om te dienen". Deze strijd, het duurzaam gevecht tussen goed en kwaad, is hard en vol gevaren. Wjj geloven echter, dat de overwinning zal zijn aan de Kerk, die leeft, omdat Christus leeft. S. JELSMA, M.S.C. te New York zijn paspoort op het Poolse consulaat moest inleveren. Belegerd door persfotografen en repor ters zeide prof. Korowicz gisteren in het gebouw van Radio-Vrij Europa te New York: „Ik ben erg blij eindelijk vrij te zijn in een vrije wereld. Het leven in Polen was een nachtmerrie". Hij zei de delegatie verlaten te hebben „om samen te werken met vrije Polen in het buiten land voor de bevrijding van zijn vader land en het door het Russische commu nisme onderdrukte volk". Hij had in brieven aan mevr. Pandit, voorzitster van de Algemene Vergadering, en Dag Hammarskjoeld, secretaris-gene raal van de V. N., officieel zijn lidmaat schap van de Poolse delegatie, die „óp geen enkele wijze het Poolse volk, maar alleen het Sovjet-regime, vertegenwoor digt", opgezegd. Desgevraagd deelde prof. Korowicz mede, dat hij, tot zijn grote verbazing, onlangs het verzoek kreeg om als lid van de Poolse delegatie naar New York te gaan, gezien zijn kennis van het internationale recht. Korowicz was het eerste niet-lid van de Poolse communistische partij die daarvoor uit genodigd werd. „Dit was het moment, waarop ik jaren had gewacht om in ver binding te komen met de vrije wereld en asyl te zoeken in Amerika", zo zei hij Volgens hem staat tenminste 95 procent van het Poolse volk „geheel afwijzend tegenover het communistische regiem" en gelooft men in Polen niet, dat het land onder Sovjet-invloed zal blijven. De Po len geloven, zo voegde Korowicz hieraan toe, dat de Sovjet-macht „van binnen uit zal worden vernietigd". Hij vertelde voorts, hoe hij er in ge slaagd was te New York in verbinding te komen met Stefan Korbonski, voor malig hoofd van de ondergrondse bewe ging in Polen, die, naar hij wist, in 1948 naar Amerika was ontsnapt. Samen met Korbonski had hij zijn vlucht geregeld. Voor dag en dauw had hij zijn hotel ver laten en zich bij de politie gemeld. De Sarbupri heeft gisteren bekend ge maakt. dat zij geen reden meer ziet de staking op de ondernemingen voort te zetten, in afwachting van een herziening van de beslissing van de commissie ter beslechting van arbeidsgeschillen. De sta king was begonnen als protest tegen deze beslissing. Vice-premier Wongsonegoro heeft Don derdagavond over de staking aan Aneta medegedeeld, dat de regering te kennen heeft gegeven, dat zij bereid is pogingen te doen, opdat de bij de Sarbupri aange sloten arbeiders loonsverhoging krijgen, „doch", zo voegde hij hieraan toe, „de re gering wenst niet, dat er druk op haar wordt uitgeoefend en zij laat zich met intimideren door wie dan ook".

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1953 | | pagina 7