DE „BANKA" VOER UIT
De
Narcose
matroos en zijn wekker
met een liter whisky
I
TOON en zijn Cabaretschool
Eindhoven baadde in zee van licht
IN
GROTE BEDEVAART
NEDERLAND TERUG
m
POOLSE V.N.-GEDELEGEERDE
VRAAGT ASYL
W
Verhaal van de zee.
Verkeersongelukken in
IJmuiden
Genoeg jonge mensen met liefde voor *t vak
Senator McCarthy gaat
trouwen
Geen
theatervrees
Zinvolle bevrijdingslier den king in
P.S.V.-stadion
Dr Drees ontstak het
vuur
Onvergetelijk afscheid van Lourdes
Onderhandelingen
afgebroken
Diplomatieke post ging
in vlammen op
De zaak-Avifauna
en Zy n wereld
Stakingen in Indonesië
opgeheven
Saterdag 19 september 1953
PAGINA 7
Sterren en strepen
Djongos in het meervoud
Bier voor de notaris
GENERAAL KAPITTEL
MISSIONARISSEN H. HART
Motorrijder en kind gedood
199
99
De Chinese troepen in Birma
Brand a. b. van de Celebes
Nog geen beslissing over accoord
jmmm
A
Geen vetdotten" meer aan boord
maar scheepswerktuigkundigen
Zeven korte stoten en één lange loeiden over de golvenWe hingen dat wil zeggen van voren en van achteren een dikke hobbel, zodat we
over de railing van de „Banka", een mooi nieuw schuitje van honderd-zes- er uitzien, alsof er plotseling besloten is om carnaval te gaan vieren. De
tig meter lang, je kijkt zo maar eens geboeid naar die glinsterende golven, brandrol lang, kort, lang, kort en de sluitrol één lange stoot, die
waar geen einde aan is en naar de zeemeeuwen, die het schip een eindweegs betekent: alle waterdichte deuren en patrijspoorten sluiten, blijven ons
vergezellen in de hoop waarschijnlijk zo'n kleinigheidje mee te pikken, gelukkig bespaard. Dat gebeurt overigens aan het begin van iedere zeereis,
dat is voorschrift. Voorzichtigheid is de moeder van de porceleinkast. Per
slot van rekening kun je op een schip nog wegkomen als er wat gebeurt.
dat de kok in de keuken uit de patrijspoort gooit.
En terwijl ge diepzinnig staat te staren op dat zacht deinende schip over
de eindeloze zee, schrikt ge opeens op van die zeven korte stoten uit de
sirene, gevolgd door één lange, alles besluitende, bange stoot. Sloepenrol
betekent dat. Je kunt maar nooit weten wat er gebeuren gaat op dat slappe
te vragen.'
zegt de officier, die ,de
Heeft er nog iemand iets
zwemvesten heeft uitgedeeld.
Als er eens wat gebeurt, zeg ik, mag je dan ook naar huis zwemmen?
1 1 u t 1 1 0 ja, is het antwoord, maar ik zou U wel aanraden van te voren aan
water en dus moeten we op dat sein allemaal naar de aangewezen sloep ,i„ 11 1 1 f i- 1 e tt 11
1 r de kok een vaatje zuurkool 01 iets van die aard te vragen, of U maakt kans
om te weten waar we wezen moeten als de zee raar gaat doen. En dus onderweg te verhongeren. Iets om te kamperen onderweg zou ook niet
staan we allemaal in een ommezien bij onze sloep met een zwemvest aan, kwaad zijn.
De „Banka" op zijn eerste tocht
Even later hangt ge dan weer over de
railing, want dat water ziet ge, dat is
toch zo eindeloos schoon.
En daar snijdt dat schone schip dan
maar doorheen met ik weet niet wat
voor electrische installaties, koelinrich-
tingen, watervoorziening, magnetische
en gyroscopische compassen, radar en
een keuken om er moeder de vrouw een
paar dagen lang van te vertellen. En
die „Banka" is dan nog maar een vracht
schip met passagiersaccommodatie zoals
dat heet. Die eetzaal en rookzaal en ve
randa's zijn allemaal voor die twaalf pas
sagiers, die het van plan is mee te ne
men. Napr Nieuw Guinea of naar Nieuw
Mexico of naar Nieuw York.
Een machinist op zee heet geen ma
chinist meer.
En mitsgaders een hoofdmachinist geen
hoofdmachinist.
Meneer de Koning is hoofdmachinist
bij de maatschappij Nederland, die per
jaar nog altijd zo'n honderd en zestig
millioen omzet trouwens voor de hele
Nederlandse scheepvaart loopt dat ook
nogal in de papieren tot zo rond twee
milliard en zo'n 'machinist is dus een
voornaam man naar landrottelijke be
grippen gerekend. Want een zeeman is
nooit voornaam, al zit hij dan in een ka
mertje, dat er wezen mag met een echt
schrijfbureau, een rondgebouwde bank.
telefoon en een aardig ameublementje.
Een zeeman is een zeeman al heeft hij
dan ook een mooi blauw pak aan met
vier gouden strepen op zijn mouw.
Trouwens daar kan ik geen wijs uit..
Als landrot weet je zo niet wat al die
strepen betekenen. Want de kapitein
heeft cr ook vier, maar meneer de Ko-
nink legt mij uit, dat die er nog een
krul op heeft en twee sterretjes op zijn
jas.
Ik ben zo maar eens zijn schone com
partiment binnengewandeld, dat hele
maal met licht eiken is betimmerd en
daar vertelt hij mij, dat hij tegenwoor
dig hoofdscheepswerktuigkundige heet,
nadat ik hem hoofdscheepsbouwwerk-
tuigkundige heb genoemd.
Nu moet u het niet nog erger ma
ken dan het al is, zegt hij. Dat komt al
lemaal zo'n beetje, legt een andere me
neer uit, omdat een stuurman geen
stuurman meer heet maar officier en
waarom zou dan een machinist, die maar
heeft te zorgen, dat die hele stad vaart,
geen scheepswerktuigkundige zijn?
Maar die pakkies van jullie, zeg ik,
dat leer ik nooit.
Ik heb eens, vertel ik hem, met mijn
teerbeminde gade een andere proeftocht
meegemaakt op een heel erg deftig
schip met heel erg deftige meneren. Ge
neraals en admiraals cn zo. We zwier
ven toen een dag of wat op die wjjde
plas en toen was er een bal aan boord,
zodat iedereen verzocht werd in avond
kleding te verschijnen. Mijn gade pakte
haar avondkleed uit de koffer en be
vond, dat dit gewaad nogal gekreukt
was. Nu kun je aan boord van zo'n groot
schip alles laten opknappen, ook wassen
en strjjken doen ze daar. Dus nam zij
haar japon over de arm en ging op zoek
naar een strjjkgelegenheid. En daar
kwam ze in een der gangen een meneer
In uniform tegen, die er wel zowat uit
zag als een steward.
Och zoudt u even mijn avondjurk
willen opstrijken vroeg ze met haar
beminnelijkste glimlach.
Maar natuurlijk mevrouw ant
woordde hjj. Geeft u maar hier! Ik ben
wel geen steward, ik ben admiraal zus
en zo, maar dat mag niet hinderen.
Ja maar, hoe kan ik dat nou ook
zien? klaagde zy toen.
U kijkt maar naar de knopen me
vrouw en hij ging heen met de jurk.
Zie je zei meneer de Koning
zo zijn nu zeelui, tot admiraals toe.
Het schip is overgedragen cn
de vlag van de Maatschappij
„Nederland" gaat in top.
Nog voordat het schip door de bouwer,
meneer Vuyk, aan meneer Kretschmar
van Veen, de directeur van de maatschap
pij „Nederland", werd overgedragen, be
gon het borreluur al. Ik vond het nogal
vroeg, half twaalf in de morgen. Maar
dat hoorde zo op een schip, wist men mij
te vertellen en dan viel straks bij de
overdracht de champagne beter.
En daar kwam dan in de rooksalon een
hele rij djongossen binnen dat meer-'
voud van djongos zal wel niet deugen,
maar dat is niet zo erg, nademaal een
djongos (bediende) in deze moderne tijd
geen djongos meer heet, maar boeng
(vriend). Maar als we boeng riepen,
kwam er nooit een, dus hielden we het
maar bij djongos. Bovendien wordt het
meervoud van boeng helemaal een moei
lijke zaak.
Ik zat bij meneer de Koning en vertel
de hem het verhaal van die andere ma
chinist, die op een oude, verroeste Schotse
schuit ergens op zee de eerste stuurman
had verlost van een acute blindedarm.
Ze hadden de stuur op de tafel in de
eetkamer vastgebonden en hem bewuste
loos gemaakt met een litertje echte Schot
se whiskey, dat behendig in zijn keelgat
was gegoten ondanks het vaststaande feit,
dat hij geheelonthouder was. Maar er zat
niets anders op, omdat de ether op was,
daar de kapitein het laatste restje had ge
bruikt om zijn hoed schoon te maken,
toen hij de laatste maal aan wal ging.
Kort en goed, het medische scheepsboek
werd er bijgehaald, waarin heel uitvoerig
het interieur van een eerste stuurman
stond afgebeeld schaal één op zes
dus was het een koud kunstje om met
meetlat, passer en een stompje blauw pot
lood een plattegrondje op de patient te
tekenen en uit te zoeken waar die blinde
darm ergens moest zitten. En toen dat
eenmaal uitgerekend was, was dat ding er
zo uit. Dat was een verhaal uit „Schots en
Scheef" van Gilpatrick, en dat wilde de
hoofdscheepswerktuigkundige maar we
ten, ziet U.
Verhalen van de zeeHij vertelde 't
verhaal van die matroos, die te laat aan
boord kwam. Die moest bij de kapitein
komen. En die kreeg toen hij vroeg waar
om de matroos te laat aan boord was ge
komen, het volgende verhaal te horen.
Kijk eens kaptein, dat zal ik U nou
's haarfijn vertellen. Ik gong met me
maat van boord en ik zeg nog tegen me
maat: laten we nou zorgen, zeg ik, dat me
op tijd binnen benne, want de kaptein
heb er zo'n hekel an, als je te laat komp.
Ik zeg tege me maat, weet je wat:
wacht hier effies an de wal voor me
gane, dan haal ik me wekker. En ik te
rug om me wekker te halen. Ik zet dat
ding op half twaalf kapitein, met de ge
dachte: da's safe, nou kan d'r lekker niks
gebeure. En laat me nou dat rotwekker
niet afgaan!
Maar midden in nog zo'n verhaal gaat
de telefoon in de kajuit van de hoofd
scheepswerktuigkundige.
Het schip wordt overgedragen en daar
moet hij bij zijn.
Het is gauw gebeurd. Zeelui praten niet
veel. De vlag van Vuyk gaat omlaag, die
van de maatschappij „Nederland" 'om
hoog.
De „Banka" is in bezit genomen. De
champagne wordt gedronken op een goe
de vaart.
Soem, Saleh en Saioen brengen nog
meer champagne. Iedereen behoort mee
te drinken op een goede vaart.
Intussen deint het schip onder je voe
ten en als landrot weet je dan niet of het
van de zee komt of van de champagne
Maar het schip is nu van kapitein
Heeren. In de machinekamer regelen de
machinisten de voortstuwing, de water
voorziening, de electriciteit, de luchtver
versing, de riolering en alles wat er zo
aan het menselijk leven in een schip te
pas komt. Och het is waar ook, het zijn
volgens de wet Molengraaf van 1923 geen
machinisten meer, die vóór die tijd
meestal minachtend „die vetdotten" wer
den geheten. Het zijn bekwame vaklie
den, die voor heel die ingewikkelde ma
chinerie hebben te zorgen.
En intussen heeft kapitein Heeren zijn
plaats op de brug ingenomen, want na-
vigare necesse est, zo heette het al in de
oudheid. Er moet genavigeerd worden.
Als ge in het radarapparaat kijkt, ziet ge
op een zwart fond de groene kustlijn op
lichten en daarnaast flikkeren telkens
overal groene lichtjes op, kleine groene
Puntjes, dat zijn schepen op zee, die in
het oog van het radarapparaat vallen.
Na de overdracht is de zee opeens woe
lig geworden.
Als je over de railing tuurt, zie je an
dere schepen, ook geen kleine jongens,
gezellig met hun neus in de zee duiken.
Het water slaat er overheen, maar.het
loopt de spuigaten weer uit. We behoeven
niet bang te zijn, zegt men, het schip is
gebouwd volgens de hoogste klasse van
het bureau „Veritas" en als ik zo eens
luister, schijnt dat in de scheepvaart zo
veel te betekenen als een bunker in oor
logstijd. Als ik het wel heb, kan je dan
op zee niks meer gebeuren.
Maar de golven worden hoger en het
schip gaat wel een beetje op en neer nu.
Volgens de stadsmensen althans. Voor een
zeeman is dat nog niks.
In een smal gangetje steekt de kok zijn
hoge muts uit zijn kombuis, dat, als ik er
binnen ga, geen kombuis meer blijkt te
zijn maar een voortreffelijke ruime keu
ken als in een hotel. En dit is dan nog
maar een vrachtschip. Er is een eerste
kok, een koksmaat-bakker, een koksmaat
en twee bedienden. Er zijn onder de be
manning ook vier handlangers aan boord,
drie oliemannen (zonder Fordje), een do
zijntje matrozen en lichtmatrozen, twee
kwartiermeesters en een timmerman.
Niet al die functies zijn ons even duide
lijk. Wat is bijvoorbeeld een handlanger?
Ik troost mij er maar mee, dat je niet op
één dag alles kunt leren. Ik zal het nog
eens wat langer over moeten doen. Het
wordt nu een beetje als een cakewalk op
een kermis. Maar daar trekt de „Banka'
zich niets van aan. Het bureau Veritas
niet waar?
Maar een notaris, die naast mij staat
en die zal wel iets met het opmaken van
de acte voor de overdracht van 't schip te
maken hebben gehad. Hij trekt tenminste
wat wit weg.
Daar komt juist de hofmeester aan, die
hem zo eens aanziet.
Hebben we niet een beetje een wilde
chauffeur? vraagt de notaris.
Twee glazen bier, meneer, zegt de
hofmeester, dan is het zo over.
Gaat U maar even mee! De notaris
zwaait de gang door en krijgt zijn bier.
Tegen de avond komt de kust in zicht.
Andere boten varen weer uit, kleine en
grote, die wij zien dansen op de golven.
De haven heeft twee lange armen in
zee gestoken om ons welkom te heten.
Dan legt het schip aan.
De stoomfluit geeft zeven korte en één
lange stoot. Als de stoomfluit dat doet
en niet de sirene betekent dat, dat de
landrotten van boord moeten.
Maar het is spijtig.
Want diezelfde avond vaart het naar
Antwerpen om lading in te nemen en dan
naar Southampton.
Vandaar naar Nieuw Guinea voor de
eerste reis.
Goede vaart Banka!
FRANS SCHNEIDERS.
Op het Generaal Kapittel der Missio
narissen van het H. Hart, dat thans te
Rome wordt gehouden, is tot algemeen
overste herkozen de Hoogwaardige Pater
Patricius Mc. Cabe (Australië). Als gene-
raal-assistenten werden gekozen: Pater
Joannes Verdonk (uit Nederland), Pater
Cyrillus Bovier (uit Frankrijk), Pater Jo-
sephus Riedlmaier (uit Oostenrijk) en
Pater Petrus Pillarella (uit Italië).
Nadat Donderdag in de gemeente Velsen
een aantal ongelukken voorkwam, waarbij
in totaal zes min of meer ernstig ge
wonden vielen, zijn gisteren wederom
2 verkeersongevallen geschied, waarbij
twee doden zijn te betreuren.
De 47-jarige Haarlemse motorrijder B.
van B„ die met zijn 5-jarig kleinzoontje
achterop, uit de Frans Naereboutstraat de
IJmuiderstraatweg wilde opzwenken,
werd door een vrachtauto aangereden en
tegen de weg geslingerd. Hij overleed na
aankomst in het ziekenhuis. Hét kind be
kwam een hoofdwonde en moest onder
doktersbehandeling worden gesteld.
In de nabijheid van de Visserijschool
stak het 5-jarig jongetje R. V. plotseling
de weg over en werd door een passerende
zandauto gegrepen. Het kind kwam onder
de achterwielen terecht.. Met een bekken
fractuur en inwendige kneuzingen werd
het naar het ziekenhuis gebracht, waar
het na aankomst overleed.
Senator McCarthy zorgt weer voor een
verrassing. De 43-jarige senator zal nl. op
29 September te Washington in het huwe
lijk treden met mej. Jean Kerr, een voor
malige assistente van zijn bureau.
Mej. Kerr is 29. Zij werd in 1945 gekozen
tot knapste meisje van de „George Was-
hangton"-universiteit. Zij werkte van 1928
tot 1952 op het bureau van McCarthy en
hielp hem bij het maken van zijn redevoe
ringen en pamfletten. Het huwelijk wordt
in de Mattheus-kathedraal voltrokken.
Mej. Kerr is een bekeerlinge.
BIJ nr. 19 in de Plan
tage Middenlaan te
Amsterdam belde de
zer dagen een jongeman
aan. Lichtelijk nerveus
informeerde hij of Toon
Hermans misschien aan
wezig was. Hij trof het
niet: Neerlands „ballot-
meester" was elders, maar
de naam van de jonge
man werd opgeschreven
en men zei hem, dat hij
beslist nader zou horen.
Zo ging dat dezer dagen
in Amsterdam en zo zal
dat in de toekomst dik
wijls het geval zijn, met
dit verschil dat Toon
Hermans dan wel dege
lijk in zijn studio bereik
baar is voor die jonge
mensen, die zich onder
zijn leiding aan de studie
van de cabaretkunst zvfl-
len gaan wijden.
Studie van cabaretkunst
Het klinkt een tikkeltje
hoogdravend, maar het is
dit beslist niet. Misschien
zou men met Toon
Hermans beter kunnen
spreken van een cabaret-
school, zoals er ook een
toneelschool bestaat.
We hadden hierover
gisteren een gesprekje
met Toon in diens kleed
kamer in de Kleine Ko
medie te Amsterdam
waar zijn nieuwste crea
tie „Ballot" avond na
avond volle zalen trekt.
„Kijk", zei Toon, ter
wijl hij een vleug
schmink op zijn gezicht
wreef, „mijn plan is jon
ge, beschaafde mensen
liefde en begrip voor het
theater bij te brengen. Ik
ben namelijk van me
ning, dat er nog heel wat
jonge mensen zijn, die
liefde voor ons vak heb
ben en er ook wat in zou
den kunnen bereiken als
ze er maar de kans toe
kregen en wat dik
wijls het geval is niet
belemmerd worden door
iets, wat ik het beste
theatervrees kan noemen.
Die vrees weg te nemen
stel ik mij o.a. ten doel en
daarvoor heb ik nodig
jonge mensen met karak
ter, met die eigenschap
pen ook, die hen in staat
zullen stellen iets te be
reiken.
„Als je iets aandurft",
vervolgde Toon, zijn das
strikkend, „en je wijdt er
oprecht al je krachten
aan, dan heb je ook kans
van slagen. Neem nu bij
voorbeeld dat „Ballot",
ons „Ballot" waar je zelf
in meespeelt. Het is er
gens een experiment ge
weest en het blijkt het
publiek aan te spreken.
Voor mij is dat een reden
te trachten „Ballot" te
perfectionneren en het
naar ik hoop in de toe
komst, op internationaal
niveau te brengen.
In deze geest moet je
ook die cabaretschool zien.
Door het opleiden van be
schaafde, talentvolle jon
gelui hoop ik te kunnen
bijdragen tot verbetering
van het Nederlandse ca
baret".
Even later riep onze in-
speciënt zijn dagelijkse
„Aanvang!" en was ons
gesprekje afgelopen.
Het was kort, maar het
wierp weer een keer
een scherp licht op de
man, die zich niet tevre
den stelt met persoonlijke
roem, maar verder wil,
verder, samen met men
sen, van wie hij mag aan
nemen dat zij idealist zijn,
zoals hij.
FRED ROMBOUTS.
(Van onze correspondent).
De negende bevrijdingsdag te Eindho
ven heeft een bijzonder cachet gekregen
door de aanwezigheid van de minister
president, dr W. Drees, die met de door
wielrenners en athleten uit Bayeux mee
gevoerde bevrijdingsfakkel, ontstoken
aan het Monument d'Embarquement aan
de boulevard d'Eindhoven het bevrij
dingsvuur op de markt heeft doen ont
branden. Na dit met spanning tegemoet
geziene moment werd de gehele stad in
een zee van licht ontstoken.
Terwijl in de St Catharina-kerk de
ken H. Heezemans de plechtige H. Mis
van dankbaarheid opdroeg, waarbij een
detachement luchtvaarttroepen militaire
eer bewees; waarna een lange stoet gees
telijke, militaire en burgerlijke autori
teiten naar de algemene begraafplaats
trok, waar militaire attaché's van Ame
rika, Engeland en Canada kransen leg
den bij de graven van zevenhonderd ge
sneuvelde geallieerden, terwijl vervol
gens duizenden de kinderoptocht en de
militaire parade gadesloegen, was de
bevrijdingsfakkel via Mons en Brussel
op weg naar Eindhoven om tegen het
vallen van de avond de donkere stad te
worden binnengedragen.
In een geheel verduisterd P.S.V.-sta
dion, waar vele duizenden de tijd hadden
gekort met het aanschouwen van het
spectaculaire voetbalspel van de R.A.F.
tegen de L.S.K. (64), overhandigde de
wielrenner Rien van Griensven de be
vrijdingsfakkel aan burgemeester Kolf
schoten. In een zwjjgende stoet ging het
vervolgens door de donkere straten naar
de Markt, waar de burgemeester de
fakkel overdroeg aan dr Drees, die hier
mee een enorme gasvlam uit de licht-
zuil deed schieten.
Het enthousiasme van de duizenden
Eindhovenanen steeg tot een hoogte van
die van 18 September 1944, toen de En
gelse tanks daverend kwamen binnen
rollen.
Geheel Eindhoven werd plotseling een
zee van licht, vuurpijlen doorboorden de
zwarte hemel en veelkeurig straalde het
bevrijdingslicht in de rijk versierde bin
nenstad, op de openbare gebouwen, de
grote industrieën en niet minder in de
feestelijk verlichte wijken, die ook dit
jaar weer kosten noch moeiten gespaard
hadden om Eindhoven zijn traditionele
lichtjesdagen te geven.
Vijf Engelse militairen, behorende tot de
regimenten die in 1944 de stad hebben be
vrijd, en welke militairen deze dagen de
gasten zijn van de stichting Bevrijdings
herdenking Eindhoven, konden nauwelijks
hun ontroering bedwingen bij het beleven
van deze zinvolle plechtigheden en bij het
zien van het enorme enthousiasme, dat
zij zich zo goed weten te herinneren van
die 18e September 1944, toen zij midden
in de gigantische worsteling zaten-om de
vrijheid van West-Europa. Er is wel geen
stad in Nederland, waar de bevrijding zo
zinvol wordt herdacht als in Eindhoven,
aldus de conclusie van de minister-presi
dent en van de buitenlandse gasten.
De Nederlandse Nationale Bedevaart, in een koor, dat machtig door de zalen
ook wel de „grote bedevaart" genoemd,
is Donderdagmiddag na een voorspoedige
reis in Nederland teruggekeerd. Voor het
afscheid uit Lourdes hebben 300 zieken,
die in het asy! waren ondergebracht, een
lichtprocessie meegemaakt, welke zij wel
licht nooit zullen vergeten. De leiding van
het asyl had n.l. toestemming gegeven in
het ziekenhuis zelf een processie te hou
den.
In een der zalen stelde zich een stoet
van doktoren, brancadiers en verplegen-
den op, welke zingend en met brandende
kaarsen van afdeling tot afdeling trok.
Een enthousiasme, dat van moment tot
moment scheen te groeien, maakte zich
van de zieken meester. Het Frans en het
Nederlands klonken welluidend tezamen
weergalmde. De geïmproviseerde proces
sie belandde tenslotte in de kapel van het
asyl, waar een Franse priester, zelf mee
gesleept door een «uitzonderlijke geest
drift, een vurige rede hield, waarin
hij zeide, dat deze geen grenzen kennende
uitbarsting van liefde voor de Moeder
Gods Haar toch wel op specifieke manier
welgevallig moest zijn.
De tijdens het verblijf in Lourdes ge
houden collecte onder de Nederlandse
pelgrims voor de verfraaiing van de
heiligdommen heeft een bedrag opge
leverd van 121.100 francs of 1271 gul
den. Voor het volgende jaar zijn de be
devaarten van de Nederlandse Vereni
ging voor Bedevaarten vastgesteld op
het begin van Mei en het begin van
Augustus.
Een Birmese regeringswoordvoerder
heeft Donderdagavond te Kangoon ver
klaard, dat de besprekingen te Bangkok
over het naar Formosa overbrengen der
Chinees-nationalistische troepen in Noord-
Birma, overblijfselen van het voormalige
26ste Kwomintang-leger, zijn afgebroken.
De Birmese vertegenwoordigers worden
teruggeroepen.
De besprekingen over de wegvoering
begonnen, zoals bekend, in Mei j .1., maar
geraakten eind Juli door onenigheid over
bijzonderheden in het slop.
De Birmese delegatie keerde een maand
geleden naar Bangkok terug om de onder
handelingen te hervatten. Thans zijn deze
onderhandelingen eveneens vastgelopen.
De raad voor de scheepvaart heeft Don
derdagmiddag 'n onderzoek ingesteld naar
de oorzaak van de brand in de mail aan
boord van het m.s. „Celebes". Op 28 April
j.l. was het schip uit New York naar
Alexandrië vertrokken en had op het
laatste moment nog 295 zakken vracht
aan boord gekregen, die wegens ruimte
gebrek werden opgeslagen in een deel
van de officiers-mess, die daarvoor werd
ingeruimd.
Op 29 April werd brand ontdekt, die
met 'n ontzettende rookontwikkeling ge
paard ging. Dank zij snel en krachtig in
grijpen van de bemanning was men het
vuur binnen een half uur meester, zo
vertelden de kapitein en de stuurman.
Vier en twintig postzakken gingen geheel
verloren en in totaal werden ruim 100
ernstig beschadigd. Een deel der post be
stond uit diplomatieke mail van het Sta
te Department uit Washington en was be
stemd voor de verschillende diplomatieke
posten langs de route, die het schip
maakte.
Gisteren vond te Amsterdam in het
gerechtsgebouw de verificatievergadering
piaats van de schuldeisers in het faillisse
ment van het Vogelpark Avifauna te Al
phen aan den Rijn. Na verifiëring van de
lange lijst van preferente crediteuren,
waarbij voor enkelen de beslissing tot na
der onderzoek werd verdaagd, heeft de
rechter-commissaris op voorstel van de
vereniging „Pro Avifauna" een commis
si e van schuldeisers ingesteld bestaande
uit de heren mr Bartels en G. Prast, bei
den te Amsterdam en de heer N. J. Ver-
kley, voorzitter van genoemde vereniging.
Wat betreft 't accoord van dhr. Van den
Brink waarvan wij Donderdag een sa
menvatting gaven, is gebleken dat dit niet
tijdig genoeg ter griffie is kunnen worden
gedeponeerd, weshalve rechtercommissa
ris mr Stheeman mede op verzoek van
mr W. Russell, de rechtkundige van de
familie Van den Brink, ondersteund door
het merendeel van de aanwezige credi
teuren, de behandeling van dit accoord
heeft verdaagd tot Vrijdag 9 October des
voormiddags 9 uur.
De Poolse communistische regering is
niet erg gelukkig met zjjn vertegenwoor
digers in het buitenland. Nog heeft niet
een Pools lid van de neutrale commissie
in Korea bij de Amerikanen om asyl aan
geklopt, of dit voorbeeld vindt in New
York navolging. Prof. dr Korowicz, hoog
leraar aan de universiteit van Krakau
en eeiste plaatsvervangend lid der Poolse
V. N.-delegatie heeft zich, naar thans be
kend werd, Woensdag als politiek vluch
teling tot de Amerikaanse autoriteiten
gewend.
Korowicz is naar verluidt vrijgezel en
heeft geen familie in zijn vaderland. Hij
zou zich ongerust gemaakt hebben over
zijn lot toen hij onmiddellijk na aankomst
DE MACHT VAN DE KERK
AT vele niet-katholieken tijdens het gesprek
is het machtsstreven en machtsbewustzijn, die
„aar zij menen voor deze Kerk kenmerkend
zijn Hiermee bedoelen zij meestal ongeveer het vol
gende. De Katholieke Kerk is een organisatie, die
door mensen wordt geleid, bestuurd en in stand ge
houden; de leiders én bestuurders van deze organi
satie willen via hun organisatie invloed oefenen; ze
willen dat hun organisatie, hun Kerk, een bepaalde
belangrijke positie verovert of handhaaft op alle
plaatsen, waar zij voet aan de grond krijgt. Haar
stem moet gehoord kunnen worden en zo algemeen
mogelijk gehoorzaamd. Haar wil moet wet zijn. Op
alle gebieden van het leven moet zij kunnen ingrijpen
en beslissen, niet alleen op godsdienstig vlakmaar
ook in sectoren van het sociale leven, de politiek, de
cultuur en de internationale verhoudingen.
De Kerk zo ziet men het moet overal en
telkens regelend en gebiedend kunnen optreden; zij
moet de machtigste wereld-organisatie worden, haar
ideeën en opvattingen moeten pveral ingang vinden
en de overhand hebben; zij moet groeien en uitermate
sterk zjjn; een krachtig gesloten blok, het reusachtig
wereldfront van een strijdbare verbeten massa, die
alles wil veroveren en alles wil overheersen. Van het
Vaticaan uit strengelen de grijparmen van deze Kerk
zich om de wereld heen; als in Friesland enkele
paters Franciscanen of Augustijnen een huis openen
voor geloofsverkondiging en herenigingswerk, dar
heet het: „Rome is ook in Friesland begonnen".
In deze opvatting van de naar onbeperkte mach'
strevende Katholieke Kerk is „Rome" het tover
woord, waarachter allerlei vormen van dictatuur
allerlei geheimzinnige plannen, complotten en intri
ges in de strijd om de wereld-heerschappij schuil
gaan.
HET zal de hedendaagse kafholiek opvallen, dat
men de laatste tijd in katholieke publica
ties minder nadruk legt op het organisatorische
aspect der Kerk, niet omdat wij niet weten of willen
weten, dat de Katholieke Kerk óók een organisatie
is, een geordende en door gezag geleide gemeenschap
van mensen; niet omdat wij dit organisatorische al te
onbelangrijk vinden, om er over te schrijven; maar
omdat wij allereerst de volle nadruk willen leggen
op het diepste wezen der Katholieke Kerk, op het
meest fundamentele geheim san haar bestaan: op
het feit n.l., dat zij in onze ogen van God, van Chris
tus is; dat de Kerk lééft, zoals het menselijk lichaam
leeft, en door alle verschillende ledematen dezelfde
levenskracht stroomt die alles bijeenhoudt en samen
bindt.
Alles wat leeft is strijdbaar. Zeker het geschapen
en onvoltooide leven, dat nog niet af is, nog niet
klaar, nog niet volgroeid, moet strijden, om zichzelf
te kunnen handhaven en om tot volwassenheid te
kunnen geraken.
We spreken dan ook over de strijdende Kerk.
Leven is eigenlijk altijd, in begrensde vorm waarin wij
het kennen, strijd, overwinning op tegenstand. Een
mens, die leeft, zal moeten vechten voor zijn bestaan.
Zijn leven wordt voortdurend bedreigd door inwen
dige aanslagen op zijn gezondheid en door dreigingen
van buitenaf.
ONGEVEER een gelijksoortig proces voltrekt zich
in de levende Katholieke Kerk. Ook daar moet,
ten bate van het leven in die Kerk, het kwade
en schadelijke worden weggestoten, terwijl al het
menselijk goede, schone en waarachtige moet worden
geassimileerd. De Kerk leeft in de wereld en heeft
met de wereld te maken; met 't goede van de wereld
evenzeer als met het slechte. Het goede moet zij
verzamelen, zegenen, heiligen, vruchtbaar maken en
stimuleren; tegen het kwade moet zij zich onver
biddelijk verzetten. De zondaar moet zjj redden,
want er is veel goeds in de zondaar; maar de zonde
moet zij bestrijden met alle kracht, welke God haar
gaf. De macht, die haar door Christus geschonken
werd, de macht om te prediken, om te dopen, de zon
den te vergeven, het Offer te vieren tot gedachtenis
aan Hem, de macht om te binden en te ontbinden
op aarde, zal zij uiteraard gebruiken. Krachtens
goddelijke opdracht is dit noodzaak voor haar,
levensnoodzaak.
Het mag haar echter om die macht niet te doen
zijn en nog veel minder mag het haar streven zjjn
die macht te misbruiken, om mensen te beroven van
hun vrjje persoonlijkheid en van hun eigen verant
woordelijkheid. Macht is voor haar nooit doel, hoog
stens middel.
WIL de Kerk dan heel de wereld niet beïnvloeden?
Zeker, maar „beïnvloeden" is heel wat anders
dan „onder dictatoriale macht brengen". De
vraag waar het op aankomt is: hoe en waarmee
wil de Kerk de liele wereld beïnvloeden? Zij wil be
vrijding brengen en verlossing: zij wil mensen bevei
ligen tegen het kwaad en hoeden voor een rampzalig
einde. Zij wil het werk. waarmee Christus begon, op
de wereld voortzetten, opdat zo velen als mogelijk
is er van zouden profiteren. Daarom moet de Kerk
zich laten zien: zij kan en mag zich niet op de
achtergrond houden: want als zij geheel verborgen
blijft, schiet zij te kort.
Wat kan zij echter van zichzelf laten zien? Niet
haar diepste geheim. Dat is juist de tragiek; de
Kerk kan aan de wereld alleen maar laten zien wat
bijkomstig aan haar is en op dit bijkomstige baseert
zich dan meestal de crititek.
rAT dr Kerk aan de wereld b.v. duidelijk
toont, is een organisatie met bepaalde machts
verhoudingen. De Kerk is ook een organisatie
met bepaalde machtsverhoudingen. Maar zij is in
tussen oneindig veel meer. onuitsprekelijk en onzicht
baar veel meer dan uiterlijke organisatie. Haar strijd
is dm niet enkel een strijd voor uiterlijke en orga
nisatorische belangen, maar een strijd allereerst voor
het heil der zielen, voor de verlossing der wereld;
een strijd, niet om de mensen met macht te kunnen
overheersen, maar om de mensen in dienstbaarheid
te kunnen helpen.
De macht van de Kerk is een macht tot dien s t-
baarheid. Dit moet samen kunnen gaan, zoals het
uitstekend samenging in Christus, Die getuigde: ,Mv
is alle macht gegeven in de hemel e op aarde", en
Die eveneens kon getuigen: ..De Mensenzoon is niet
gekomen, om gediénd te worden, maar om te dienen".
Deze strijd, het duurzaam gevecht tussen goed en
kwaad, is hard en vol gevaren. Wjj geloven echter,
dat de overwinning zal zijn aan de Kerk, die leeft,
omdat Christus leeft.
S. JELSMA, M.S.C.
te New York zijn paspoort op het Poolse
consulaat moest inleveren.
Belegerd door persfotografen en repor
ters zeide prof. Korowicz gisteren in het
gebouw van Radio-Vrij Europa te New
York: „Ik ben erg blij eindelijk vrij te
zijn in een vrije wereld. Het leven in
Polen was een nachtmerrie". Hij zei de
delegatie verlaten te hebben „om samen
te werken met vrije Polen in het buiten
land voor de bevrijding van zijn vader
land en het door het Russische commu
nisme onderdrukte volk".
Hij had in brieven aan mevr. Pandit,
voorzitster van de Algemene Vergadering,
en Dag Hammarskjoeld, secretaris-gene
raal van de V. N., officieel zijn lidmaat
schap van de Poolse delegatie, die „óp
geen enkele wijze het Poolse volk, maar
alleen het Sovjet-regime, vertegenwoor
digt", opgezegd.
Desgevraagd deelde prof. Korowicz
mede, dat hij, tot zijn grote verbazing,
onlangs het verzoek kreeg om
als lid van de Poolse delegatie naar
New York te gaan, gezien zijn kennis
van het internationale recht. Korowicz
was het eerste niet-lid van de Poolse
communistische partij die daarvoor uit
genodigd werd. „Dit was het moment,
waarop ik jaren had gewacht om in ver
binding te komen met de vrije wereld
en asyl te zoeken in Amerika", zo zei
hij
Volgens hem staat tenminste 95 procent
van het Poolse volk „geheel afwijzend
tegenover het communistische regiem" en
gelooft men in Polen niet, dat het land
onder Sovjet-invloed zal blijven. De Po
len geloven, zo voegde Korowicz hieraan
toe, dat de Sovjet-macht „van binnen uit
zal worden vernietigd".
Hij vertelde voorts, hoe hij er in ge
slaagd was te New York in verbinding
te komen met Stefan Korbonski, voor
malig hoofd van de ondergrondse bewe
ging in Polen, die, naar hij wist, in 1948
naar Amerika was ontsnapt. Samen met
Korbonski had hij zijn vlucht geregeld.
Voor dag en dauw had hij zijn hotel ver
laten en zich bij de politie gemeld.
De Sarbupri heeft gisteren bekend ge
maakt. dat zij geen reden meer ziet de
staking op de ondernemingen voort te
zetten, in afwachting van een herziening
van de beslissing van de commissie ter
beslechting van arbeidsgeschillen. De sta
king was begonnen als protest tegen deze
beslissing.
Vice-premier Wongsonegoro heeft Don
derdagavond over de staking aan Aneta
medegedeeld, dat de regering te kennen
heeft gegeven, dat zij bereid is pogingen
te doen, opdat de bij de Sarbupri aange
sloten arbeiders loonsverhoging krijgen,
„doch", zo voegde hij hieraan toe, „de re
gering wenst niet, dat er druk op haar
wordt uitgeoefend en zij laat zich met
intimideren door wie dan ook".