IJ
H
.COO
RSJ
m
m m mm
lAfERQA
VOOROOtIG
VEDERSPEL
BBEtrOW
GEMAKKELIJK BIEDEN
Onze dagelijkse PUZZLE
r
l
l.
m m m m
DE HEILIGE VAN DE WEEK
HET GRABBELTONNETJE
m *m-
BRIDGE-R UB RIEK
r
Selden Chapin
vertrokken
Letterraadsel
Omschrijving
ZATERDAG 31 OCTOBER 1953
PAGINA 6
,,De Boogvan Tom BouwsSter aan de donkere
hemel van katholiek repertoire
etalagebouw
Winkelbetimmeringen
verbouwingen
voorhaven 101 - tel 34971-39012
i
tu
U
rn
- u
'fö
'C
mm, js wm
m
S e
t
s,
i r
l i
CORRESPONDENTIE-ADRES
POSTBUS 8, HILVERSUM
7 November: Allerheiligen
m. -
m
dGif
Oplossing raadsel van gisteren
Een kunststukje
1.
X
2.
X
3.
X
4.
X
5.
X
6.
X
X
8.
X
9.
X
10.
X
Laten we het maar eerlijk bekennen:
voor een specifiek katholiek spel houden
wij ons hart een beetje vast. Er zijn er
al zoveel mislukt. We hebben enkele ge
lukkige uitzonderingen beleefd, maar...
neen, wij branden onze vingers liever
niet voor een zoveelste maal aan een
katholiek spel. Meestal bleken het dra
ken. die de katholieke zaak eerder af
breuk deden. We zijn er zelfs zo huiverig
van geworden, dat alleen al het etiquet
„katholiek spel" ons van een opvoering
zou doen afzien.
Maar nu moeten we voorzichtig zijn
We moeten het kind niet met het bad
water overboord gooien. Als een schrij
ver als Tom Bouws een specifiek katho
liek spel schrijft, zou het wel eens de
moeite kunnen lonen d'.t spel nader te
bekijken.
Om goede katholieke spelen immers
zitten wij meer dan verlegen. Natuurlijk
hebben wij onze verenigingen niet op
gericht om het geloof te verkonden, maar
wij willen als katholieke vereniging toch
ook wel eens getuigen! Wij zijn toch
katholieken Wij hebben toch een zen
ding in deze wereld te vervullen Ons
geloof kan ons niet met rust laten Alle
middelen moeten wij aan willen grijpen
om het brandende te houden, vooral
in deze tijd Op ons rust een zware ver
antwoordelijkheid. Mogen wij er ons dan
afmaken met „enkel" onbenullige spel
letjes?
Het spel van Tom Bouws „De Boog",
blijkt inderdaad een van de weinige ge
lukkige uitzonderingen te zijn Het is
subliem van taal, zuiver van vorm en
technisch volmaakt. Het speelt z'ch af in
het protestante plaatsje Zeedam, waar
Vermaas als de verzetsheld terugkeert
uit het kamp Dachau. Hij wordt gehul
digd,, hij is de gevierde man, er wordt
een straat naar hem genoemd. Zijn
drukkerij en eigen krant (die tweemaal
per week verschijnt) varen er wel bij.
Maar Vermaas heeft een ommekeer on
dergaan in het kamp Dachau. Hij heeft
daar een katholiek zien sterven. En dat
sterven heeft hem tot nadenken ge
bracht. Na enkele maanden deelt hij de
Kerkeraad en zijn fam'lie mede, dat hij
besloten is tot het katholicisme over te
gaan.
Zijn besluit valt als een steen in de
rimpelloze rust van het protestante
plaatsje. Hiermee begint het spel. De
reacties blijven niet uit. Het drukwerk
neemt af, de advertenties verminderen,
abonné's zeggen de krant op. Gert, zijn
zoon, die mede de zaak drijft, is hevig
ontstemd. Tinie, zijn dochter, die onder
wijzeres is en verloofd met de zoon van
een kerkvoogd, is van oordeel, dat vader
hun nooit zoiets had mogen aandoen.
Alleen Riek, zijn vrouw, ofschoon zij
haar man niet in zijn gedachtengang kan
volgen, probeert de situatie te beheersen.
Zij denkt alleen aan hem.... aan haar
man aan de moeiüjkned-en, die voor
hem komen zullen,Ik ben bang voor
wat ze je zullen aandoen, het verdriet,
de pijn".... Vermaas maakt een vaag
gebaar. Dat verdriet en die pijn zijn niet
van belang, als hij maar niet de steun
van zijn vrouw verliest. „Laat jij me
niet in de steek, Riek? Wat er ook ge
beurt?'.... Dan fluisteren haar lippen
hem liefdevol toe: „Je bent mijn man. Ik
hou van je Is dat niet genoeg?".
Tom Bouws kent de typische reacties
van een potestante omgeving uit eigen
ervaring. Zelf. eens overweldigd door de
schoonheid van ons geloof in een van de
pracht ge kathedralen van Frankrijk,
vond hij de weg tot onze Kerk. We kunnen
ons zo levendig voorstellen, hoe zijn een"-
voudige lieve moeder, met wie hij nu
nog samenwoont in Purmerend en aan
wier tafel hij al zijn pennevruchten
pleegt, hem toen tot steun geweest is
in zijn moeilijke dagen, hoewel ze hem
niet volgen kon in zijn gedachtengang,
maar enkel en alleen, omdat zij zijn
moeder was.
Zo staat hier ook Riek in dit spel
tegenover haar man. Zij kan hem niet
begrijpen, maar zij wil hem tot, steun
zijn. omdat zij hem lief heeft.
Een gave prachtige figuur deze R!ek.
zoals trouwens alle figuren in dit spel.
Reële figuren, waarin wij kunnen ge
loven. wier werelden wij volkomen kun
nen begrijpen.
Vermaas is een consequente stoere
kerel, die riet berust in zijn eerste stap
„In de eerste maanden na mijn doop had
ik het veilige gevoel van geborgen te
zijn, maar daarnaDaarna drongen
de consequenties zich aan hem op. Ons
geloof is niet een geloof, dat ons met
rust laat Als katholieken hebben
wij een zending te vervullen. En Ver
maas schrijft in zijn krant als strijdend
katholiek. De reacties laaien opnieuw
op. Maar Vermaas moet verder. Hij
maakt van zijn krant een katholieke
krant. Hij voelt zich als ..de boog" in
Gods hand. „Wij allen zijn takken van
één grote levensboom. Sommige buigen
gemakkelijk, andere moeilijk. Maar als
God het r.od'g acht, maakt Hij zo'n tak
tot een boog een wapen in Zijn hand".
Maar God werkt niet volgens mense
lijk inzicht. Vermaas begint te sukkelen
met zijn ogen, zijn eigen krant groeit
hem boven het hoofd, hij moet zijn
prachtig werk opgeven en overlaten aan
anderen. Het kost de onstuimige wer
ker ontzettend veel moeite om voor dit
besluit van Zijn Opdrachtgever het hoofd
te buigen.
Een spel, dat op de eerste plaats hon
derd procent spel en volwaardig toneel
is, vol actie en groeiende spanning Waar
wij als tonelisten dus ons hart aan op
kunnen halen en mee voor d'e dag mogen
komen.
Een spel, dat tevens zo ontroerend en
rijk aan inhoud is, dat het niet zal na
laten een zeer diepe indruk te maken
Een oergezond katholiek spel, waarmee
wij eer in zullen leggen
Het is overigens geen gemakkelijk spel
het vereist een bekwame regisseur, maar
wij mogen ons gerust hoge e'sen stellen
..De Boog" door Tom Bouws. zal eerst
daags verschijnen bij N.V. Vinks Uitg.
Mij te Alkmaar.
r
-;T
.y
mm nuffig wm aara
No. 1846. 31 October 1953.
Redactie: G. J. A. VAN DAM.
Vossiusstraat 18 b, Amsterdam-Z.
Bij vragen om inlichtingen s. v. p. post
te zijn. Is dit niet het geval, dan is zo'n
zet óf niet speelbaar óf niet op te lossen.
Daarom lijkt een bespreking gewenst.
De voornaamste voorwaarde, waaraan
de lokzet behoort te voldoen is wel, dat
zegels insluiten. Alle .correspondentie aan I de „verlokking" om de tegenpartij tot een
dit adres.
OPLOSSINGEN.
No. 2711. Wit 33—28. 2. 40—35! 3. 36X7!
4. 25X5 w.
No. 2712. Wit 1. 30—24. 2. 47—41. 3. 33—28.
4. 41—36. 5. 36X20. 6. 25X14. Op 10 be
hoorde feitelijk nog een zwarte schijf te
staan, maar ook zonder deze is er geen
positionele bij-opl. door 2318, 2329,
1318 gedw en 2924 want zwart houdt na
17—21, 24X13, 18X9, 30—24 of 40—35, en
zwart dan 913, door de dreiging 2731,
28 37 nog teveel kansen om van een
definitieve winst te kunnen spreken.
No. 2713. Wit 1. 23—18. 2. 18X27. 3. 27X38.
4. 37—31! 5. 38—33. 6. 24X4, 15X24 A., 7
4 8. 8. 8X35 wint. op B. zw. 35X24. 7.
20 7, 1X12. 8. 25—20 en 9. 4X3 wint.
No. 2714. Wit 1. 23—18. 2. 18X20. 3. 29X38.
4. 3934, 5. 34X5. 6. 5X30 wint. Een
bij-opl. is wit. 1. 4238 en 2 38X20 enz.
Schijn-opl. is Wit 1. 44—40. 2. 23—18. 3.
29 X 27. 4. 18 X 20. 5. 34X25. 6. 25 X 5 met
kansrijk spel voor zwart.
No. 2717. Wit 1. 17—11. 2 11X4, 1X47
gedw. 3. 4X36, 35—40 gedw. 4. 50—45, 40—44
gedw. 5. 45—40! 44X35 en nu 6. de Blanke
naar-zet 36—13 wint door de dreiging
13—30!
No, 2718. Wit 1. 44—39, 2. 32—28. 3.
37—31!! begin van het motief, zw. 26X37,
de beste. 4. 46X39!!, 48X26 gedw. 5. 39X48,
1621 gedw. 6. 39 of 14 wint
No. 2719. Wit 1. 44—49! Zwart 43-48
gedw., want op zw. 2530 zou volgen 2.
4.9, 2, 30x39, 2—16, 39—44, 16—11 wint. 2.
4540!, 48 X 30 gedw. er 3. 4916 wint.
No. 2720. Wit 1. 14—25! 29—34 (op 30—34,
wit 5045 wint en op 2933, 25X48 w.) 2.
50—45!!, 39—44 (op 30—35, 33—38 w) 3.
4540!! de motiefzet, zw. 44 X35 gedw. 4.
38—33 wint. Er is een dual, omdat wit bij
de 2de zet ook kan spelen 2514. zw.
29—34 gedw. 3. 38—33. 4. 14X32 enz. met
klassieke tric-trac winst. Deze dual kan
verwijderd worden door de beginstand
van dit notedopje aldus te maken: zw.
29, 30, 39. Wit 42, 45. D. 14. Wit 1. 14—25,
2934 gedw. en dan 2. 4238 enz
UITSLAG SEPTEMBER-SERIE.
Ladder-wedstrijd.
De vier prijzen van 2.50, voor de in
de maand September geplaatste en goed
opgeloste vraagstukken vielen volgens de
stand van de puntenlijst, ten deel aan de
heren: M. W. Diels (67), Dreumel; J Smeets
(66L), Noordwijkerhout; J. Pennings (61 la),
Den Bosch en L. W. Scholtes (54'/a) Den
Haag.
De overige deelnemers hebben thans de
volgende puntenaantallen bereikt: dr R.
J. F. Nivard, 50, Nijmegen; Th. A. Romeyn
50, Rotterdam; S. Korpershoek, 48X,
Vlaardingen; M. Suyskens, 48'i, Den
Bosch; C. v- d. Weide, 45, Rotterdam; H.
J. v. Alphen, 43'i, Rotterdam; H. Keukens,
42'i, Rotterdam; C. H. Blokzijl, 40, Amster
dam; P. H. Schokkers, 35, Amsterdam; J.
v. Berkum, 34, Noordwijkerhout; H. Gar-
relts, 34, Amsterdam; C. A. v. d. Pol, 32,
Eerde; H. M. Kipping, 311i, Den Bosch;
M. Uzeel, 3lVa, Den Bosch; H. P. J Goe-
sens, 31, Geleen- R. Goedings, 29, Haar
lem; K. H. Hoekstra, 29, Amsterdam; O.
G. v. Veen, 27, Breda; dr K. Venema, 23,
Den Haag; A. Wouters, 20, Amsterdam;
W A. Mol, 19, Pijnacker; F. H. Tusveld,
19, Den Haag; M. de Wit, 17, Amsterdam;
J. M. Bootsma, 15, Enschede; A. Buyen,
v. Weelderen, 14*2, Delft; M Rombouts,
14, Rotterdam; J. A. M. Brouwer, 13,
Delft; F. C. de la Roy, 13, Rotterdam; Leo
Springer, 12, Den Haag; A. v. Beek, 10,
Schiedam; J. Jansen, 9, Den Bosch; C C H
Swinkels Sr., 8, Schiedam. Zij, die minder
dan 8 punten te boek hebben staan worden
bij verhoging van hun puntenaantal, in de
volgende uitslag vermeld.
DE LOGICA VAN DE LOKZET.
Veel dammers blijken het feit te onder
schatten, dat een lokzet logisch behoort
foutieve voortzetting te verleiden nimmer
te doorzichtig, te oppervlakkig mag zijn.
Is dat wel het geval dan schiet men
immers het beoogde doel voorbij, want
de tegenpartij voelt dan dat het een
poging betreft om hem in de val te
lokken.
De lokzet dient dus zó te zijn, dat hij
de indruk vestigt van een „foutzet", om
dat men de gevolgen daarvan (schijnbaar)
niet heeft gezien. Hoe dieper dus het
eigenlijke doel verborgen is door het ge
compliceerde der verdere afwikkeling, of
door de eerste lokzet te laten volgen door
een tweede, eventueel derde en deze
zetten zo mogelijk nog af te wisselen met
dwangzetten, die zo blijft he steeds
lijken de tegenpartij in de kaart spelen,
des te fraaier wordt het vraagstuk. Hoe
meer actie en réacties in het spel aan
wezig zijn hoe hoger wordt de waarde.
Een tweede belangrijke voorwaarde, en
wel in het belang van degene, die iets
wil uitlokken zelf, is, dat een lokzet alleen
gespeeld mag worden wanneer er absoluut
geen nadeel door kan ontstaan als de
tegenpartij niet in de gestelde val loopt
of deze doorziet. In deze en volgende
rubrieken zuller. daarvan enige 'voorbeel
den worden gegeven.
Allereerst een lokzet in miniatuur-vorm,
dus in een stand van 7 tegen 7 schijven.
Uitdenaard der zaak biedt het weinige
materiaal in dit geval geen gelegenheid
tot het verwerken van diep verborgen
slagwendingen en moet dus de verborgen
heid worden gezocht in verrassende, niet
voor de hand liggende zetten. En dan is
het mogelijk ook in dergelijke kleine
standen het spelverloop zowel logisch als
onverwacht te doen zijn, overeenkomstig
het practisch spel in de partij.
No. 2727.
MINIATUUR-LOKZET.
(Schaakredacteur P. A. KOETSHEID,
Huize St. Bernardus, Sassenheim.)
(Zaterdag, 31 October 1953.)
No. 7063.
E. VISSERMAN, 's-Gravenhage.
2e pr. „Problema" 1952.
Mat in drie zetten.
Di
'O
Stand: Zw. 8, 10, 14,
18, 20, 21, 28.
Wit: 30, 35, 37, 39, 43,
48, 50 (v. D.)
Wit verlokt zwart tot
een foutzet.
Wit speelt als lokzet 3731! Zwart kan
nu ogenschijnlijk de winst van een schijf
forceren door 21—26, want op 3127 van
wit zou dan volgen: 2833, 39X28, 20—24,
30X19 en 14X21. Op wit 2. 43-38 volgt
26X37 en nu gaat 3832 niet wegens
10—15,, 32X3, 20—25, 3X20, 25X43, 48X39
en 15X24. Op wit 2. 43—38, 26X37 en dan
3. 4842 krijgt zwart een voordelig eind
spel met schijfwinst door 37X48, 3832,
48X25 en 32X3; terwijl wit tenslotte door
2. 30—25, 26X37, 3. 48-42, 37X48, 39—34,
48X30 en 35X4 niet kan winnen maar
slechts remise zou bereiken. Om al deze
redenen meent zwart dus gerust 1. 21—26
te kunnen spelen, want dit geeft hem
(schijnbaar) het kansrijkste spel. Op deze,
op zichzelf zeer logische, redenering heeft
wit echter zijn plan gebouwd, want hij
heeft nu een verrassing voor zwart in
petto met 2. 3024!, zw. heeft slagdwang
met 20X29. 3. 39—34!!, 29X40 (weer slag
dwang voor zwart). En nu onverwacht 4.
35X44, 26X37, 5. 48—42, 37X39, 6. 44X2
wint. Indien zwart dit alles zou hebben
doorzien en dus niet had gespeeld 1. 21—26
zou wit niets geriskeerd hebben. Fraai is
ook, dat alle aanwezige schijven een rol
hebben gespeeld, ook 10 en 14 bij zwart's
combinatie-mogelijkheden.
VOOR ONZE LADDER-WEDSTRIJD.
Oplossingen in te zenden vóór 11 Nov.
a.s. aan bovenstaand adres.
No. 7064.
E. VISSERMAN, 's-Gravenhage.
Ie E. V. British Chess Federation
72ste Tournooi 1953.
Mat in drie zetten.
No- 7065.
J. ZALDO
le pr. Ie Halfjaar „Magazinet" 1953.
.0.
1 fiS
No. 2728.
LEO SPRINGER
Den Haag (le publ.)
No. 2729.
MINOR-EINDSPEL
(lste publ.)
Stand: Zw. D. 25,
D. 30.
Wit 20, 39, D. 14,
D. 34.
Wit speelt en wint
No. 2730.
JOH. V. D.
BOOGAARD.
Nuland. (le publ.)
Stand: Zw. 3, 4,
6, 15.
Wit 10, 48.
Wit speelt en wint
No. 2731.
JOH V. D.
BOOGAARD.
Nuland. (lste publ.)
Mat in twee zetten.
Wit: Kb3, Dh7, Th4, Re8—h2, Pc4—g5;
b4, c3, d6, f3.
Zwart: Kd5, Te5—g6, Rg4—h6, Pg2;
e6, f7.
No. 7066.
F. FLECK.
2e pr. „Problema", 2e halfjaar 1952.
Mat in twee zetten.
Wit: Kfl, Dh6, Te8—h3, Rb5—b8, Pd2—
f3; c3, d7, f4, f6.
Zwart: Ke3, Tc7, Pg5; b6, b7, e4, f2,
f7, h7.
Oplossingen over drie weken.
No. 7052. A. P. Eerkes. Opl. 1. Dd6 enz.
Op 1. Df5: volgt c5b4:.
No. 7053. W Herles. Opl. 1. Kc2. 1
Pe6, Pf5, 2. Re3!, Kb3 enz. Niet 1. f2—f4,
wegens 1Pe6!; 2. Kc2, Pc5.
No. 7054. H. Jentjens. 1. Pf6, gf6: 2. Rg8
of 1c3 2. Rb3 enz.
Deze drie problemen werden goed opge
lost door: dr R. J. F. Nivard, Nijmegen;
J. F. Pilgram, Rotterdam; C. v. d. Weide,
Rotterdam.
No. 7952 en 7054 H. Th. v. Goor, Voor
burg.
No. 7052 on No. 7053 door Paul Rasch-
dorf, Hannover.
No. 7054 door P. P. H. J. Alkemade, Nij
megen.
No. 7052 door dr mr R. Bromberg, Roer
mond; W. H. Haring, Schipluiden; B. Kou-
wenhoven, Rotterdam.
WEENINK HERDENKINGS
OP DSWEDSTRIJD.
Evenals vorige jaren organiseert de
Nederlandse Bond van Probleemvrienden
dit jaar een oploswedstrijd ter herdenking
van zijn op 2 December 1931 overleden
eminente voorganger H. G. M Weenink.
Aan deze wedstrijd, waarvoor zes twee-
zetten ter oplossing worden aangeboden,
kan iedere schaakliefhebber deelnemen.
Men behoeft slechts een met 2 cent gefran
keerde en aan zichzelf geadresseerde
enveloppe vóór 15 November a.s. te zenden
aan C. Goldschmeding, van Breestraat 181,
te Amsterdam-Z en men ontvangt de
circulaire met de problemen en alle
nadere gegevens.
Wilt u iets meer weten omtrent het
oplossen van schaakproblemen, dan wordt
u na opzending van 0.25 in postzegels
aan bovenstaand adres een beknopte
handleiding toegezonden.
Op de lagere school iverd onze kinderlijke aandacht geboeid door
een wandplaat, voorstellende „Jacoba van Beieren op de valkenjacht
Wij zagen de „jonkvrouw van Holland gelijk zij aan het hof van
haar vader werd genoemd, met een luisterrijk gezelschap aan de voet
der Hollandse duinen.
Er waren pages bij wier wambuis
rode leeuwen op een „gouden" veld
vertoonden, bovendien blauwe en
„zilveren" ruiten: de Wapens van
Henegouwen en Beieren. Dames in
engsluitende lijfjes. Heren in korte
rijrok en nauwe hozen.
Op een hoog duin spiedden ridders
de horizon af. „Vrouw Jacob" we
gens haar onafhankelijk, ontstuimig
en mannelijk karakter „op de Val
kenjacht.". Inderdaad de hoge
vrouwe droeg op een door een jacht.-
handschoen beschermde vuist 'n valk.
Maar nu begon een kinderlijk mis
verstand. „Leeuwenjacht", jacht op
Jeeuwen. „Obfantenjaebt", jacht op
olifanten. „Eendenjacht", jacht op
eenden. Daarover had onze meester
het meer dan eens gehad- En, met
onze kinderlijke logica, verstonden
wij zo óók- „valkenjacht", jacht op
valken. Dus: de ene valk jacht ma
kend op de andere. Jarenlang het
is wel dom is dit misverstand blij
ven bestaan.
Tot we, ouder geworden, er achter
(kwamen, dat er van „valkenjacht"
volstrekt geen sprake was. Er werd
niet óp. maar mèt valken gejaagd. Dat
woord zat dus „fout" in elkaar? Be
ter ingelichte mensen gebruikten het
dan ook nooit. Zij spraken van: ve
derspel. valkerij, vogelrij, vluchtbe
drijf, maar nooit van: valkenjacht.
„Valkerij" is al een heel oud be
drijf; pas eeuwen na zijn ontstaan
maakten de mensen in onze streken
er mede kennis. Bij de ruïnen van
Ninivé, de oude hoofdstad der Assy-
riërs, werden voorstellingen gevonden
van een man. een valik dragende op
de hand. Dat stuk steen de mooie
naam is bas-reliëf was uit het jaar
1700 vóór Christus! Maar zeer oude
Chinese, Japanse en Koreaanse schrif.
turen hebben het ook al over het spel-
met-de-veder.
Karei de Grote, die zelf graag ter
jacht ging, schreef voor, dat men al
leen „haar met haar" en „veer met
veer" mocht jagen, dus: viervoetig
wild met honden en gevleugelde die
ren met valk, sperwer, of havik, drie
roofvogels. Nooit mocht iemand, die
niet tot de adelstand behoorde, zich
in het openbaar ophouden met jacht-
valik of jachthond.
Hoge personages hadden, vertoon
den zij zich in het publiek, vaak een
vogel op de hand, terwijl zij zich lie
ten vergezellen door windhonden-
Toen Graaf Floris V door de samen
zweerders gevangen werd genomen,
rukte één hunner hem de jachtsper-
wer uit de hand, Melis Stoke, secre
taris van de ongelukkige Graaf en de
eerste Nederlandse schrijver van een
rijm-kroraiek, heeft over dit feit opge
tekend: „Arnout sprac: ie moet nu op
dese tijt Uwen seonen sperwaer dra-
ghenende nam hem van der
hant". Dit gold als een grove beledi
ging, Graaf Floris aangedaan-
In latere eeuwen onderhielden de
groten-dezer-aarde gehele stoeten van
„fauconniers" (valkeniers) terwijl zij
jaarlijks duizenden en duizenden aan
deze sport besteedden.
De Franse vorsten, Lode wijk XIII,
XIV, XV, keken niet op een paar cen
ten voor dit vermaak, maar onder Lo-
dewijk XVI ging de koninklijke ,,fau-
eonnerie" zienderogen achteruit, en
na de Franse Revolutie (1789) was er
geen sfeer meer voor. Napoleon I
schoot zijn eigen jachtvallk dood!
Engeland en Duitsland lieten zich
stellig niet onbetuigd. Maar ook onze
Oranjeprinsen, Maurrts en Fredenk
Hendrik, hadden valkeniers in hun
dienst; op het einde der Gouden Eeuw
was er evenwel niet veel meer van
over.
Onze Nederlandse valkeniers beza
ten een grote faam aan buitenlandse
hoven en togen zelfs naar IJsland om
witte valken te vangen. Het Brabant
se dorp Valkenswaard bij Eindhoven
dankte in die dagen zijn vermaard
heid aan talloze valkeniers, die daar
ginds op de heide de valken vingen.
Geen wonder, dat er niet zelden, na
mens vreemde vorsten valken werden
gekocht. Onze koningen toonden even.
eens levendige belangstelling voor de
valkerij (Het Loo).
Het spreekt vanzelf dat een gevan
gen valk maar niet aanstonds geschikt
is voor de jacht. Daartoe moet de vo
gel worden afgericht. Het dier moet
voedsel uit de hand leren eten, om
„zeeg" (mak) te worden. Dit gaat niet,
of hij moet „geblinddoekt" worden; de
valkenier zet hem een kaïp op, een
„huif" Er komen allerlei kunstgrepen
aan te pas, die dierenvrienden waar
schijnlijk niet alle zouden waarderen,
waarmee wij niet bedoelen, dat val
keniers geen dierenvrienden zouden
zijn.
De vogel wordt veelvuldig rondge
dragen op de linkerhand. Hij moet
leren op vlees af te komen. Eindelijk
beginnen de lessen in de open lucht.
„Dan vliegt de valk natuurlijk weg!".
Neen, want de roofvogel zit aan een
vliegdraad vast: hij kan dus niet ont
komen.
Week na week verstrijkt. De va,lk
legt zijn schuwheid af jegens de om
geving. Hij leert de stem van zijn baas
te onderscheiden. Hij luistert naar het
roepen van zijin naam. Het lokaas zit
voorlopig nog aan een lijn vast; daar
mede kan de vogel dus niet wegvlie
gen. Eindelijk kan men de valk mee
op jacht nemen.
De wandplaat met Jacoba van Beie
ren heeft tot onderwerp- de jacht op
reigers, de zogenaamde „hoge vlucht",
het vederspel van adellijke dames. De
„lage vlucht", op faisan-ten, eenden,
patrijzen, werd meer door heren be
oefend. Wij hopen voor de bevallige
Vrouwe, dat de jachtstoet onderweg
geen monnik heeft ontmoet maar een
schone maagd. De eerste ontmoeting
m ouo
voorspelde een ongelukkige, de twee
de een fortuinlijke jacht.
De uitkijkpost op het hoge duin
meldt de nadering van een reiger,
kenbaar aan de S in zijn hals tijdens
het vliegen- Jacoba werpt haar vogel.
De reiger heeft zijn vijand spoedig
bemerkt. Hij ontdoet zich van het
voedsel, dat hij heeft ingeslikt dat
maakt hem lichter. Er is maar één
mander om aan de scherpe klauwen'
van de roofvogel te ontkomen: hoogte
winnen. De valk probeert bo-ven hem
te komen. Plotseling stoot hij toe en
„bindt" de reiger, d.w.z.,, hij grijpt
hem vast bij een vleugel.- Beide vo
gels tuimelen naar beneden. Jacoba
en haar gezelschap volgen de strijden
de dieren. Eindelijk raken ze de
grond. „En dan brengt de valk zijn
prooi n-aar zijn meesteres?". Neen, de
valk verlaat zijn buit niet- Met een
stuk vlees leidt de valkenier hem af.
Gelukkig blijkt de grote vogel niet
ernstig gewond, maar een paar van
zijn mooiste veren moet hij missen.
Hij krijgt een ring om zijn poot met
datum en plaats van de vangst er op.
En dan mag hij weer gaan.
Wijlen prof. dr A. E. H- Swaen
de man va-n het Engelse woordenboek
besluit zijn studie over „De valke
rij" met deze woorden, d-ie wel geen
algehele instemming zullen vinden:
„Al wie enigszins romantisch is aan
gelegd, zal zich gaarne bezig houden
met deze deftige, aristocratische vorm
van welspel. In gedachten zal hij dan
verwijlen in bossen en beemden, op
heiden en bij de plassen, die in deze
tijden zienderogen verdwijnen, en hij
zal er de kleurige jachtstoet in fleu
rige dos m-et vrolijk geroep het edele
vederspel zien beoefenen".
„Adriaan Mollen was eigenlijk de
laatste der Brabantse valkeniers",
deelt prof Swaen mede. In het jongste
werk van de bekende natuurhistari-
cus, Jan Wigman, vonden wij op pag.
157, een recente foto, voorstellende de
V allk eniersbond Adriaan Mollen":
vijf personen houden vijf vogels op
de linkerhand. Is het „scone veder
spel" dan toch nog niet uitgestorven
in Nederland?
Het laatste Boek van het Nieu
we Testament heet: .het Boek der
Openbaring". Het rijfde hoofdstuk
verhaalt ons van de vier-en-twin-
tig Ouderlingen, 'n witte gewa
den, en met gouden kronen ge
tooid. Zij huldigen het Lam Gods
met lofliederen, door citers be
geleid!* Schrijdend naar het reuk
altaar, storten zij <-r gulden scha
len vol reukwerken uit: d-e gebe
den der „Heiligender Christe
nen op aarde in staat van heilig-
makende genade.
Enkele hoofdstukken verder le
zen wij van een gouden wierook
vat: op een gouden altaar brandt
een Engel wierook' de gebeden
der Christenen, die als reukoffer
tot God opstijgen.
Hieruit blijkt ten duidelijkste,
dat er in de Hemel helpers van
de mensen zijn, wiet gebeden zij
Go-de aanbieden: Heiligen en En
gelen-delend in Gods Heerlijk
heid en mede-levend met de
strijd der Strijdende Kerk op
aard'e.
Tegen deze geestelijke achter
grond moeten we het feest van
Allerheiligen zien: en niet, omdat
er nu eenmaal duizenden heiligen
geen plaats konden vinden in de
kerkelijke kalender De Heiligen
„zien in de onmiddellijke aan
schouwing van net Goddelijk
Wezen al datgene var, het gescha
pene, wat voor hen van belang
is; zij nemen de noden en de ge
beden der mensen waar" (Verkl.
v. d. Catech.; III; 223).
Wie zouden om onze noden meer
bezorgd zijn dan onze naaste fa
milieleden, die ons voorgingen
met het teken-des-Geloofs en rus
ten in de slaap des vredes? Het is
morgen ook hun feestdag. „Aller
heiligen" Een bijzonder gebed om
hun hulp en voorspraak is dan
zeker volkomen op zijn plaats.
Er was, heel lang geleden, een man,
die een lelijke streek had uitgehaald.
De politie zette hem in de gevangenis.
De rechter keek hem streng aan en
sprak: „Dit hadden we nooit van je ge
dacht, Joris. Je hebt altijd braaf ge
leefd. En je hebt zelfs ie leven gewaagd
voor de koning. En nu doe je zo iets
lelijks! Wat zal de koning wel zeggen?"
Joris begreep zelf niet. hoe hij het
had kunnen doen. „Maar" zei hij, „ik
zal de straf dragen, die de koning mij
oplegt"
Nu, de koning vond het erg naa^
Joris had dapper gevochten ^eg
vijanden van het land Ikf kan hem
zijn straf niet kwijtschelden sprak de
vorst. „Hij moet sterven Maar hij mag
kiezen op welke
Nu waren er in die tijd heel wat ma
nieren om iemand zo streng te straffen
Er was een bijl. de galg, de hongerdood
in een kooi, de leeuwenkuil Joris
had dus keus Seno«g-
De politie stapte de gevangenis bm-
nen en zei: „Joris, het spijt de koning
wel. maar je bent des doods schuldig.
Je mag kiezen op welke manier bijl.
galg, honger of de wilde dieren? De
koning laat je helemaal vrij in je keus"
„Nu", sprak Joris, „dat is aardig van
hem. Ik heb trouwens mijn leven ,yoor
hem gewaagd in de oorlog Dus mag
hij voor mij ook wel eens wat doen.
Jullie manieren bevallen me niet. Er
is nog een andere manier om dood te
gaan: van ouderdom, als ie geen kracht
meer hebt om verder te leven. En die
manier kies ik!"
De koning hield woord Joris mocht
de gevangenis uit. En leefde zo lang,
tot hij va-n ouderdom stierf.
O
.0
Cr
Oi
0.0
0 i
Stand: Zw. 5, 6, 8,
9, 13—16, 20, 31, 35.
Wit 17, 23, 25, 26,
28, 33, 37, 39, 40,
44, 49.
Wit speelt en wint
Naspel uitgewerkt
inzenden.
Stand: Zw. 5, 8, 9,
13, 15, 17, 18, 21, 22,
27, 41, 45.
Wit 26, 29, 31, 33-
35, 37, 43, 44, 46,
48, 50.
Wit speelt en wint
Naspel uitgewerkt
inzenden.
Een algemeen gangbaar begrip onder
goede bridges-peters is, dal men na een
openingsbod van de partner met een spel
van ongeveer 3% honneurtrek een jump-
bod mag maken.
Ofschoon deze theorie in zijn algemeen
heid wel ongeveer juist is, moet deze toch
niet als meer dan 'n zeer algemene grove
richtlijn beschouwd worden Het is b.v.
zéér goed denkbaar, dat men met een spel
van ongeveer 214 honneurtrek een jump-
bod in een nieuwe kleur maakt, mits men
fraaie steun heeft voor de door de part
ner geopende kleur.
Indien Noord met 1<^ opende, dan mag
Zuid met: *3 <2 H V 7 4 2 OA885
A H 4 3, zeker geen 3 V bieden.
Zou Noord het bieden echter met 1 O
geopend hebben, dan is 2 C een uitste
kend bod. Zuid heeft dan immers de ga
rantie. dat de O-kleur zeer goed „sluit"
en daar een manche nu hoogst waarschijn
lijk is, is een nvancheforoing op zijn plaats.
Het accepteren van deze theorie kan een
bridgepaar in staat stellen, verschillende
«pellen waar „andersdenkende" de groot
ste moeite mee hebben, op gemakkelijke
wijze uit te bieden.
Een recent voorbeeld:
4
C A V B 7 4
O V 7 3
A H B 9 7 3
9
O 8 2
■fr H 7 1
A B 10 5
8 5 2
V 6 3 2
O B 9 4
JU 9 8 6 3
«t V 10 6
9 H 10 8 5
O A H 10 6 5
JU v
Noord was de gever, niemand kwetsbaar.
Het spel werd in een parenwedstrijd aan
5 tafels gespeeld, waarbij slechts één van
de 5 paren in de NZ-lijn het onverliesbare
6C?-contract bood.
Het bieden ging bij dat paar als volgt:
Noord Oost Zuid West
1 pas 3 O 3
4 O pas 40 pas
6 V pas pas pas
Daar Zuid een fraaie steun in V had,
achtte hij zich gerechtigd de manche-
forcing van 3 O, ondanks het feit dat
Zuids spel in honneurtrekken niet bijzon
der sterk was. West intevenieerde in
Noord steunde terecht de O, waarna Zuid
met 4 C? aangaf, dat nij over goede
C?-steun beschikte. Zuid was natuurlijk
wel met een manche tevreden doch Noord
was dat niet; Noord wist thans de fraaie
aansluiting in de rode kleuren en rekende
er op, ten hoogste één 4»-siag te verlie
zen Het directe bod van 6 V was een
logiscn gevolg van de voortreffelijke bied-
serie van het NZ-paar. Het afspelen bood
natuurlijk geen enkele moeilijkheid, OW
maakte alleen aas.
Aan de andere tafels was de gang van
zaken vrijwel steeds de volgende- Noord
1 V, Oost pas. Zuid 2 <0>, West 2 of 3
Noord herbood nu meestal de C-kleur
maar daar Zuid er geen notie van kon heb
ben dat Noord een singleton in had,
en Noord niet kon weten, dat de Zuidspe
Ier zo'n sterke -O-kleur had en een single-
ton in werd het slambod voortdurend
gemist.
Het is natuurlijk niet zo, dat men na het
2 O-bod door Zuid het slambod beslist
móet missen. Dat de zaken er echter wel
uiterst moeilijk door worden, bewijst dit
spel dat In een sterk bezette parenwed
strijd voorkwam. Men zal het er over eens
zijn, dat het jumpbod naar 3 O, gevolgd
door een steun in V. de Noordspeler in
staat stelt dit slamcontract al slapende uit
te bieden'. MIMIR
s
6
Horizontaal: 1, paar; 5. pl. in Duits
land; 9. zangstem; 11. lekkernij; 12. voor
zetsel; 14. spoedig; 15. telwoord; 16. or
gaan 19. jongensnaam; 20. lidwoord; 21.
eng. bier; 23. meisjesnaam; 25. Neder-
lands-Indië; 26. wedren; 28. strijdperk; 30.
vruchtbare plek; 32. schrijfbehoefte; 34.
karakter; 36. voorzetsel; 37. waardoor
men zich geroepen voelt; 40. titel; 41.
reptie'; 42. vlaktemaat; 43. dierengeluid;
44. middelpunt; 48. voorzetsel; 50. tel
woord; 52. verdriet; 55. doorzichtige stof;
57. snelschrift; 60. deel; 62. bijwoord; 63.
frans lidwoord; 65. bijb. naam; 66. zang-
noot; 67. en andere; 68. behoeftig; 70. deel
v. e. kippenhok; 72. voetbalvereniging;
74. zeewier; 75. muziekterm; 77. ijzer
oxide; 79. deel v. e. schip; 80. vermogen
om geluid voort te brengen.
Verticaal: 1. bevel; 2. voorzetsel; 3. slot;
4. vod; 5. vis; 6. omslag; 7. bijwoord; 8
netto (afk.f; 10. vreemd; 11. deel v. d.
voet; 12. lied; 13. meisjesnaam; 17. ge
wicht; 18. roofvogel; 20. boom; 22. ge
slepen; 24. orgaan; 27. muziekinstrument;
28. vervoerbedrijf; 29. voorzetsel; 31. bij
lage; 33. crisis; 35. soort hagedis; 38. tel
woord; 39. Europeaan; 45. wandversie
ring; 46. pl. in Gelderland; 47. soort on
derwijs; 49. vulkaan; 51. klein vertrek;
53. pl. in Gelderland; 54. masttouw; 56.
deel v. d. dag; 58. linnen huisje; 59. in
wendig orgaan; 61. opstootje; 64. genees
heer; 66. schoorsteenvuil; 69. masker, tl.
vormkan eten; 73 tooi; 74. een. v. druk;
76. ongeveer; 78. selenium (afk).
Horizontaal: 1. sec; 4. cup; 7. sluis; 9.
malta; 11. vazal; 14. ako; 15. noi: 16. one;
17. gelid; 19. loods; 21. kelim; 22. kales;
24. satan; 27. aai; 28. the; 29. ave; 30.
fraai 32. rekel; 34. reder; 35. dan; 36. nes.
Verticaal: 2. est; 3. clandestien; 4. civi
liseren; 5. USA; 6. makelaars; 8. handha
ven; 9. mag; 10. lol; 12. zoo; 13. les; 1».
ike; 20. oma; 22. kaf; 23. lia; 25. tak, 2b.
nel; 31. ara 33. ere.
De Amerikaanse ambassadeur in Neder
land, Selden Chapin en zijn echtgenote
hebben ons land gistermiddag met een
„Dakota" van de Amerikaanse luchtmacht
verlaten. Om precies tien over twee steeg
het vliegtuig op met bestemming Parijs.
De heer en mevrouw Chapin werd
namens de Nederlandse regering uitgeleide
gedaan door de staatssecretaris van
Marine, vice-admiraal H. Moorman en
diens echtgenote.
Selden Chapin, die op 24
in Nederland aankwam, zal tot 7 Nov -
ber in Parijs verblijven om Jicb^h
gens, zoals is gemeld, op 8 N°^
Le Havre in te schepen aan boord van het
c e TTnitAH states" Na aankomst te New
York zal ^hij zich via Washington naar
Panama begeven om zün nieuwe functie
van ambafsadeur van de Ver. Staten
aldaar te aanvaarden.
Vele militaire en burgerlijke autoritei
ten vertegenwoordigers van verscheidene
buitenlandse diplomatieke missies in Ne
derland, alsmede een groot aantal Ameri
kaanse zowel als Nederlandse employè's
van de Amerikaanse ambassade gaven van
hun belangstelling bij het vertrek blijk.
De erewacht, die door de scheidende
ambassadeur werd geïnspecteerd, werd ge
vormd door vier pelotons manschappen
van de Kon. Ned. Marine en was versterkt
met de MLD-kapel, die een gedeelte van
het „Wien Neerlands Bloed" ten gehore
bracht.
Op school hadden wij veel succes met
het volgende kunststukje:
We legden twee flinke boeken op onze
schrijftafel. De kinderen keken heel
verwonderd, toen wij vroegen- „Wie
kan deze hoeken de hoogte in blazen?
Die mag na half twaalf blijven"
Zoals dat altijd gaat: iedereen kon
het. Maar: niemand kon 't.
Toen kwam natuurlijn de eis: „Doet
u het dan 'ns, meester!" Best Wij na
men een flinke, nogal smalle, sterke
papieren zak en legden die, de opening
naar ons toe, op de schrijftafel (Te
voren hadden we ons er van vergewist,
dat de zak niet „lek" was) Op die plat
te zak zetten we de beide boeken neer.
Knielden aan de tafel En: bliezen de
zaak uit alle kracht op! De boeken wer
den een flink stuk, aan één zijde de
hoogte in geblazen. De kinderen schik,
dat spreekt!
Op de tien kruisjes komt de naam
van een Engelse generaal, die met
Blücher in 1815 Napoleon overwon.
7
i
1 Bij de aangeduide windrichting
treedt vaak regen op
2 „De dapperste der dapperen" onder
Napoleon's generaals; I8I5 gefusil
leerd.
3 Drie van deze bloemen, in goud
kwamen voor op bet wapenschild
der Bourbons.
4 De naam betekent vermoedehjk:
Isala-land, land van de (Geld.)
5 Belangrijke stad op het Noordelijk
uiteinde van die Hondsrug,
6 Gilles Lsecretaris der Staten
van Utrecht, werd gelijk met Bar-
neveld gevangen gezet
7 christiaan H uitvinder van de
slingeruurwerken.
8 Deze mensen wonen in de Batak-
landen. ten Z. van het Toba-meer.
- Pieter B...., schreef een Geschie
denis der Nederl Oorlogen, van
hoge, historische waarde
10 Weinig sympathieke windrichting'.