Z mmm m&m in m «v«w Slordigheden der meesters m mm VODR OOtlG BBEITOW EATOt/O Onze dagelijkse PUZZLE r f r De critiek in de krant Maandag 16 Februari 1567 Filips Willem, Prins van Oranje, vertrekt als balling naar Spanje Het Loo DE HEILIGE VAN DE WEEK HET GRABBELTONNETJE É«f lfptlÉ! X Grootse viering van Maria jaar in het Gooi i H HlÉl BRIDGE-R UB RIEK PER HELICOPTER Vorige vragen beantwoord Nieuwe vragen ZATERDAG 13 FEBRUARI 1954 PAGINA 6 Hans van Bergen Tentoonstelling en openluchtspel i m 9 mje n w '0 a n worn 9 o 'O o V<2 Urn m m mw m t t m m -# m m 1 m n m am m m m m m m c 16 Februari: H. Onesimus, leerling van S. Paulus 1' i</ tg Oplossi smg van gisteren CORRESPONDENTIE-ADRES: POSTBUS 8, HILVERSUM De Pers mag niet ontbreken bij onze voorstellingen. Een voorstelling zonder de aanwezigheid van de Pers zou niet af zijn Daarom, hoe klein een gehucht ook Is, waar gespeeld wordt en hoe krap het zaaltje, waarinde Pers krijgt 'n uit nodiging. Maar o wee, als de Pers de voorstelling durft kraken. Het zou de eerste keer niet zijn, dat leden van een vereniging en bloc hun abonnement op een krant opzegden vanwege een minder gunstige critiek. Men heeft de Pers niet uitgenodigd om te kraken, maar om de loftrompet tj steken, om de voortreffe lijke eigenschappen van het gezelschap algemene bekendheid te geven, om re clame te maken voor eventuele volgende voorstellingen en om een blijvend ge drukt aandenken te hebben aan de schit tering van de avond. Men beschouwt de Pers eenvoudig als 'n fotograaf, die men eveneens uitnodigt om de prachtige mo menten van de voorstelling op de gevoe lige plaat vast te leggen. Maar dit is de taak van de Pers niet. De Pers heeft tot taak, eerlijke voorlich ting te gevën. En dat weet men ook wel, maar men is van zijn eigen voortreffe lijke kwaliteiten zo overtuigd, dat, wan neer de Pers het tegendeel beweert, zij er óf geen verstand van heeft óf het spe lende gezelschap niet goedgezind is. Nu valt het ook niet mee, wanneer men zich uitgesloofd heeft, te moeten horen, dat er meer fout was dan goed, vooral wanneer dit onder ieders ogen in de krant komt. Men voelt zich dan zo licht ontgoocheld, van zijn voetstuk gestoten. Alleen de groten van geest kunnen 'n dergelijke critiek velen. Zij worden lie ver van hun voetstuk gestoten, dan op een wankel voetstuk te gloriëren. Zij zien in het eerlijke wijzen op hun fouten niet een neerhalen van hun capaciteiten. In tegendeel, zijn zien er zelfs een zekere waardering van hun capaciteiten in, om dat de criticus anders niet de moeite genomen had hun tekorten te bespreken. En zij grijpen deze gelegenheid dankbaar aan om zichzelf te corrigeren. „Maar", zullen velen zeggen, „waarom heeft die criticus, nu zijn mening over ons zo ongunstig is uitgevallen, zijn cri tiek dan niet voor zich gehouden? Waar om moest hij deze bekend maken in de krant? Hij had haar toch evengoed aan oas persoonlijk kunnen zeggen, onder vier ogen. Dan waren wij niet neerge haald in de ogen van anderen en hadden wij voor onszelf evenveel voordeel kun nen hebben van zijn critiek?" Maar nu vergeet U één ding en wel., dat de criticus zijn critiek niet alleen voor U schrijft, maar ook voor het pu bliek, dat Uw voorstelling gezien heeft of nog kan gaan zien Misschien heeft U een verschrikkelijke draak gespeeld en heeft het publiek het prachtig gevonden. Dan is het de taak van de Pers het publiek hierop te wij zen. De Pers dient het publiek voor te gaan in goede smaak. Het publiek heeft hier recht op. En juist omdat het amateur-toneel van zo'n grote betekenis is voor de volksont wikkeling en volkscultuur, is het van zo groot belang, dat de Pers Uw voorstel lingen bijwoont, ook al zou zij niet uitge nodigd zijn. Hier ligt 'n pracht-gelegen- heid om het volk in de juiste richting van waardering te leiden. Maar dan moe ten de critieken ook deskundig zijn en van een opbouwend karakter. Zij moe ten meer een les inhouden dan een dorre critiek. Het „waarom" moet duidelijk worden aangegeven, zodat men het ook gaat inzien. De criticus heeft hier nu eenmaal niet met beroepstoneel te doen en over het algemeen ook niet met een hoog ontwikkeld publiek. De critiek moet met redenen omkleed zijn, zodat men er uit leren kan. Zowel de spelers als het publiek moeten hun voordeel met de critiek kunnen doen. Mag ik U even een goede raad geven? Uit ondervinding weet ik, dat de meeste critici er een eer in stellen als Uw advi seur te mogen optreden. De criticus is uit de aard van zijn beroep al Uw ad viseur, juist door zijn critiek. Maar als U zijn raad, zijn critiek, pas vraagt bij Uw voorstelling, kan het voor DEZE voorstelling wel eens te laat zijn, hoe wel U er dan natuurlijk altijd Uw voor deel mee kan doen voor volgende voor stellingen. Maar vraagt U gerust zijn critiek reeds eerder. Vraagt U zijn mening eens aan gaande het stuk, waarop U Uw keuze hebt laten vallen. En als U wat meer ge vorderd bent met Uw repetities, nodigt U hem dan ook eens uit een repetitie bij te wonen. Ik weet zeker, dat velen van hen hiertoe, ondanks hun drukke werk zaamheden, gaarne bereid zijn. Zij dra gen het amateurtoneel een warm hart toe, juist omdat zij zo overtuigd zijn van de grote invloed van het amateurtoneel. Van deze eerdere raad, eerdere critiek, kunt U heel veel profijt hebben. En kunt U Uw criticus hiertoe niet bereid vin den, omdat hij misschien toch al iedere avond bezet is, probeert U dan een an dere buitenstaander als Uw adviseur aan Uw gezelschap te verbinden. Iemand, van wie U weet, dat hij ter zake kun dig is en over een gezonde, goede smaak beschikt. Het is altijd goed een buiten staander als adviseur te hebben. De cri ticus, de man van de krant, blijft hier echter wel de meest geschikte persoon voor, juist om zijn jarenlange ervaring en om het feit, dat hij gewend is alles zeer crltisch te bezien en te ontleden. En op deze manier ontstaat er ook een aan gename en vruchtbare samenwerking tussen U en Uw criticus. (Van onze correspondent.) In het Gooi zal het Maria jaar op luis terrijke wijze worden gevierd. Er is een uitgebreid comité gevormd, dat de plan nen uitwerkt en thans zijn verschillende plannen al definitief. Er zal een Mariaweek worden gehou den, welke wordt ingezet met een grote avond in de St Vituskerk te Bussum, welke een litterair-muzikaal karakter zal dragen. Met toestemming van de aarts bisschop-coadjutor zal in deze kerk een koor met orkest en solisten mogen zin gen en o.m. zal het beroemde Magnificat van Bach voor 5-stemmig koor, solisten, orgel en orkest worden uitgevoerd. Gabriël Smit zal een causerie houden Maria in de literatuur en tevens zal hij declameren. Het koor wordt gevormd door zangers uit verschillende parochies van het Gooi. Deze avond zal plaats vinden op Dins dag 25 Mei. De volgende dag wordt een tentoonstelling geopend in Concordia, welke bestaat uit voorwerpen van kunst en kunstnijverheid op Maria betrekking hebbende. Deze expositie, welke tot en met de tweede Pinksterdag duurt, staat onder leiding van dr D. Bouvie, conser vator van het aartsbisschoppelijk Museum en de aartsbisschop-coadjutor heeft toegezegd, haar, indien enigszins mogelijk, te zullen openen. Mgr dr A. C. Ramselaar, president van het klein-seminarie te Apeldoorn zal een Inleiding houden over „Maria in de kunst". Op deze expositie zal een afdeling zijn van tekeningen en aquarellen door de jeugd onder auspiciën van onderwijs krachten vervaardigd en een afdeling voorwerpen op Maria betrekking heb bende door volwassenen uit de parochies vervaardigd, bestaande uit schilderwerk, beeldhouwwerk, boetseer-, borduur- en weefwerk. Een jury zal de beste inzen dingen bekronen. Op Hemelvaartsdag zal er 's morgens in alle vroegte een stille omgang naar de verschillende parochiekerken zijn en 's avonds zal in het Openluchttheater in het Bos van Bredius te Naarden een openluchtspel van Henri Ghéon worden opgevoerd: „Bernadette" onder leiding van Anton Sweers. .•a ids mms No. 1971. 13 Februari 1954. Redactie: G. J. A. VAN DAM, Vossiusstraat 18B, Amsterdam-Z. Alle correspondentie aan dit adres. Bij vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel voor antwoord insluiten. OPLOSSINGEN No 2768- (v. D.) Stand was: Zw. 1. 3, 7, 9, 13—15, 17, 20, 24. Wit 25, 27, 32, 34, 35, 38, 39, 41, 43, 44. Het antwoord van de auteur is bevestigend. Wit kan de wins' van een schijf of van de partij afdwingen. De hoofdvariant is: 1. 3430, 2429, gedw., (op 13—19 volgt direct 32—28 enz.) 2. 32—28, 29—34 A, B, C, D. E. 3. 39—33 34—40 gedw. 4. 33—29 40X49. 5. 38—32, 49X29. 6. 30X8!, 3 X12. 7. 27—22!! wint, want op 17—21 of 7—11 volgt nu 22—18 enz- Op E. zw. 2. (18). 3. 40! en tegen de dreiging 30—24 is geen weerlegging meer. Ook zou winnen 3. 24 (34). 4. 30 (29) en 5. 37 enz. Op Zw. D. 12, 3. 40 (6), hiermede dreigt zw. 17—21, 6—11, 13X42, wit speelt nu eerst 4. 22 en vervolgens 5. 24 of 34. Op zw. 2. C. 11. 3. 40 (16). 4- 22 en weer 5. 34. Op zw. 2. B. 8. volgt 3. 40 enz. of 3. 24 (34). 4. 30 (29). 5. 37 gevolgd door 6. 32 steeds met schijfwinst. Op 2. zw. A- 6. Wit 3. 40 (11 of 12, met dezelfde dreiging als in var. D.). 4. 22 gevolgd door 5. 34 of 24. Wit mocht in variant E. zw. 1318, niet direct spelen 3. 2823, wegens 712. 4. 23X34 en 1419 van zwart! No. 2769. (Stuurman). Wit 11. 34—29!, 41!, 5 en wint zeer fraai en verrassend. No. 2770. (V- d. Boogaard). Wit 4842, 35—30, 44—39, 31, 18, 27, 44, 15 (23), 10 (29), 5 (34A), 23 (39), 28 (43). 37, 49 en op A. zw. (33), 37, 29. Een goede bewerking van een eindspel van R. C. Keiler. No. 2771. (Bais). Wit 23—18, 12, 7 (12A), 7, 22, 18, 17, 34, 2! Op zw. A. (11), 18. 21, 17, 34, 2. Een unieke prestatie dit door boren van de drievoudige linie van zwarte schijven, welke de zwarte damlijn be schermt. No. 2772. (De Vries). Wit 23, 20, 30, 43, 8, 13, en nu naar 3! (Niet naar 2. zoals in „De Problemist" werd vermeld, want dat geeft zwart gelegenheid tot remise, bijv. door 26 of 27 enz. Na wit's 8—3 beheerst wit niet minder dan negen zwarte schij ven, hetgeen ongetwijfeld als een maxi mum is te beschouwen. Zwart heeft daar bij 17 antwoorden, wat ook reeds weer een record-aantal varianten, althans na de zelfde zet van wit, oplevert. Op zw. 41 volgt 3X46 over 14, 39, 21, 11, 18, 28, 41. Op zw. 42, wit 3X26 over 14, 39, 42, 18, 10, 24, 28, 21. Op zw. 43, wit 3X26 over 14, 43, 37, 18, 10, 24, 28, 21. Op zw. 44, wit 3X50 over 21, 37, 24, 14, 18. 23, 44. Op zw. 32, wit 3X7 over 14, 39, 37. 18, 10, 24, 32, 21, 11. Op zw. 33, wit 3X7 over 14, 39, 37, 18, 10, 24, 33, 21, 11. Op zw. 26, wit 3X6 over 14, 39, 37, 18, 10, 24, 28, 11. Op zw. 27. wit 3X6 over 14, 39, 37, 27, 18, 10, 24, 28, 11- On zw. 16, wit 3X26 over 14, 39, 37, 18, 10, 24, 28, 21. Op zw. 17, wit 3X6 over 14, 39, 37, 18, 10, 24, 28, 17. Oo zw. 19, wit 3X44 over 21, 37. 24, 10, 18, 28. 39, zw 16 gedw., 35 (23). 40 (28). 49 (33). 43 wint. Oo zw. 23, wit 3X16 over 14, 24, 28, 21, 37, 39, 23, 11. Op zw. 22, wit 3X7 over 14. 39. 37, 22, 10, 24, 21. 11. Od zw. 29. wit 3X26 over 14, 39. 37. 18. 10. 29, 28. 21. Oo zw. 30. wi! 3X33 over 21. 37, 39. 30. 14, 18. 28 Op zw. 20, wit 3 X33 over 21, 37, 39, 24, 18. 28, X 6 en daarna 61 of X4. On zw- 15, wit 3X50 over 21, 37. 24. 14, 18. 28, 39. De hier en daar overhliivende eindsoelleties leveren over het algemeen geen moeiliikheden op Enige oplossers meenden dat zwart 19 re mise was, maar dit is eveneens gewonnen voor wit. No. 2773. (Van D.) Wit 22!, 19, 18. (X12!), 3, 44 wint. No. 2774. (Van D.) Wit 42!, 23!, 9, (X18!), 2, 16 wint. No. 2775. (Van D.) Wit 28!. 23!, 9. zw. naar keuze, wit 4 of 5 en wint. No- 2776. (Van D.) Wit 18!, 20 (begin waterval!) (X49!), 21!, (X23), 34! (in tegen stelling met het overeenkomstige slag moment in no. 2767 is hier veld 35 thans wél bezet, waardoor de constructie veel gemakkelijker is), 5, 19 (38), 24 (18), 42 (23), 37 (29), 42 (29), 43 wint. Een scherper eind spel ontstaat door in de beginstand de (vergeten) zwarte schijf op 3 toe te voe gen. In dat geval is na wit's 5X19, zw. 2631 gedw. en ontstaat een interessanter slots pel, door 19X8, (12), 42 (20), 30 (18), 38 (23), met remise, maar met winst door na zwart's 17X26 niet te slaan 5X13, we gens 39 en 32—37 met remise, maar 5X24! Men bestudere dit niet eenvoudige eindspel maar eens. Naar aanleiding van de nummers 2773, 2774 en 2775 wordt ditmaal nog een serie op dit constructie-systeem voor de deel nemers aan de ladder-wedstrijd ter oplos sing gegeven, n.l. de nos. 2801 tot en met 2804. No. 2777. '(Scheijen). Wit 40, 31 (37 gedw.), 41, (44 gedw.), 28, 15, 15, 4 wint. Een zeer mooi „mozaiëkje", waarmede de bekende problemist Scheijen alle eer in legt. No. 2778. (Korpershoek). Wit 40, 23!, 41!, 37, 9 wint. Ook een aardig „mozaïekje". No. 2779. (V. d. Boogaard). Wit wint door 33—29, 20, 42, 24, 31, 50—44, 39,18, waar na 'n eindspel van de heer Van Alphen is bereikt, zv/art's beste is nu (19), 30 (23). 29 (12). 23 (17). 18 (21), 13 (27). 9 (32), 4 (38), 15 (43), 41 enz. In de rubriek van 23 Januari hebben standen van 12 tot en met 15 sch. van elke kleur de naam van „athleten" gekregen. Bij nader inzien zou men deze beter kun nen noemen: „turners". In deze composi tie no. 2779 krijgt men namelijk een fraai stukje „turnwerk" te zien. Sierlijk en toch krachtig- No. 2780. (Stuurman). Deze „gigantische" constructie bevat een even gigantische ontleding door wit 40—34, 38—33, 42—37, 3943!, 43X13!, 45X34!, waarmede een on volledige waterval ontstaat, 29X27!, 25X 45, 43, 44, en 34 wint. Jammer is de mogelijk heid van een overmachtswinst door 9, X29, 33, 37, 30. X6! VOOR ONZE LADDER-WEDSTRIJD (Schaakredacteur P. A. KOETSHEID, Huize St. Bernardus, Sassenheim.) (Zaterdag 13 Februari 1954) DE PROBLEMEN VAN DEZE WEEK De Nestor onder onze Nederlandse com ponisten, de heer Jan van Dijk, viert Woensdag a.s. z'n 88ste verjaardag. Dit feit willen we niet onopgemerkt voorbij laten gaan, daar hij zich nog volop aan de' probleempositie wijdt. Hiervan getui gen beide opgaven, die we in deze rubriek hebben opgenomen. Moge hij bij een goede gezondheid de activiteit behouden, om zich nog jaren aan deze liefhebberij te kunnen geven, die hem al zovele aangename uurtjes heeft ver schaft. Men zal het met ons eens zijn, dai vooral no. 7103 nog een zeer pittige op gave is. De heer Van Dijk verbindt aan de op lossing van zijn beide problemen een boekwerk als prijs. Aan het lot is de be schikking overgelaten. EEN PROBLEEMTOURNOOI MET HOGE PRIJZEN De „Züricher Woche" kondigt een tour- nooi voor driezetten aan. Gevraagd wor den nog niet gepubliceerde opgaven met hoogstens 12 stukken, dus zgn. Merediths. Hierbij wordt bijzonder gelet op origina liteit, economie en fraaie matbeelden. De problemen moeten op diagram, met volle dige oplossing en voorzien van de auteurs naam vóór 20 April 1954 gezonden worden aan: Schachredaktion Züricher Zeitung (Problemturnier), Postfach Zürich 39. Juryleden zijn: Hans Henneberger en dr H. Grossen. De prijzen zijn: fr. 100, 60, 40 en 20 en zes troostprijzen. Het oordeel van de jury wordt vier maanden na publi catie van het juryrapport van kracht. PROBLEEMOPLOSSINGEN No. 7096. L. Loschinski. 1. Tc6 dreigt 2- Tf6t enz. 1Re6, Pd5, Tbe5:, Tee5:. 2. Tec5!. Tee6!, Te6!, Tc5!, enz. Speelt wit 1. Ph8 dan volgt 1Tbe5;!. No. 7097. J. K. Blom. 1. Thl dreigt 2. Tbltt. Afdoend antwoord tegen 1- Dc4 is 1Tc7:. No. 7098. H. Hermanson. 1. Pc6 dreigt 2 No. 2801 CASTOR I No. 2802 POLLUX I O f U '0, W 9 o a t a n v, o m O.„0 Stand: Zw. 7—9, 13, Stand: Zw. 3. 11, 13. 14, 17, 21, 22, 24, 25, 14, 17, 18, 20, 21, 27, 28, 30. Wit 20, 23—25, 27, 28, 30. 23, 29, 32, 34—39, 43, Wit 15, 29, 32, 44. Wit speelt en 34—39, 43, 44. Wit wint. (Van D., Ie speelt en wint. (Van publicatie). D., Ie publicatie). Dd3tt- Na 1. Pg6 volgt eenvoudig 1- Kf5:. Nog iets over no. 7093. Men maakt er ons op attent, dat de auteursoplossing 1. Td7 faalt na 1Pb4 of Pb8 2. Tc7:t wordt dan weerlegd met Pc6 schaak. Dit is juist gezien. De drie problemen werden goed opge lost door: ir A. Bergstein, Geleen; J. Dick- haut, Nijmegen; H. Th. v. Goor, Voorburg; mr P. C. Goossen, Nijmegen; pastoor P. v. d. Heijden, Budel-Schoot; dr R. J. F. Nivard, Nijmegen; J. G. M. Vos, Rijswijk. No. 7097 en no. 7098 door: G. Bogaers, Tilburg; J- A. H. Kersten, Arnhem; Paul Raschdorf, Hannover; C. v. d. Weide, Rot terdam. No. 7097 door; W. H. Haring, Schip luiden. No. 7098 door: J. F. Pilgram. No. 7103 J. VAN DIJK. De Lier Eerste plaatsing. Mat in twee zetten MM r wlwl* No. 7104 J. VAN DIJK. De Lier Eerste plaatsing. Mat in twee zetten No. 2803 CASTOR I-A No. 2804 POLLUX IB #81 I 8 'O, 'i O, M tt C 3 'O if 0 a a Stand: Zw. 9,12—14, Stand: Zw. 6, 9, 18, 21, 24, 25, 27, 28, 11—14, 18, 21, 22, 23, 30- Wit 20. 23. 29. 32. 24, 26, 27. 28. 30. Wit 34, 35, 37—39, 43, 44. 15, 20, 25, 29, 32, Wit speelt en wint. 34—39, 43. 44. Wit (Van D„ le publ.) speelt en wint. (Van D., Ie publicatie). De oplossingen van deze vier vraagstuk ken worden tot 24 Februari tegemoet ge zien aan het boven deze rubriek vermelde adres. PRIJSWINNAARS NOVEMBER-SERIE De vier hoogstaankomende deelnemets gedurende de Novembermaand zijn de he ren: C. H. Blokzijl (69 p.), Amsterdam; dr R. J. Nivard (65 p.), Nijmegen; J. van Berkum (63 p.), Noordwijkerhout, en P. H Schokker (63 p.), Amsterdam, die elk een prijs van ƒ2.50 ontvangen- De puntenlijst van de overige deelnemers wordt in de volgende rubriek opgenomen. In het begin van de match U.S.A. Hoiland veikeerden de wereldkampioenen wellicht in de gedachte, dat de wedstrijd door hen op niet al te moe'lijke wijze ge wonnen z"t. kunnen worden Vermoedelijk is het daaraan te wijten dat er aan Amerikaanse zijde enkele slordigheden te constateren vielen, die 'n een wereld kampioensteam feitelijk niet voor mogen komen. Wat bijvoorbeeld te denken van het volgende spel, het. elfde spel van de wedstrijd: 6.5 V A 10,2 A H,9.5.2 9.5,4 A 9,8,4 V V 4 O V 8,7 B 6,3,2 V,10,7,2 -I? B,9,7,6,3 6 B,4 A,8 0 H B,3 V H 8,5 O 10,6,3 «f. H,V,10,7 Zuid was de gever, niemand kwetsbaar. De Nederlandse Zuidspeler opende met 1 SA (de zwakke Acolsan»), West paste. Noord 2 (Staymancoiventie, vragend naar een vierkaart in een hoge kleur). Oost paste Zuid 2 (mimmum). Noord 2 SA allen passen. Ook de Amerikanen bereikten dit con tract na de volgende bieoserie. Zuid en West paster.. Noord 1 O, Oost paste. Zuid 2 SA allen passen. Aan beide tafels werd met 4» 4 uitge komen, Oost de -vrouw en Zuid, die er geen enkel voordeel ip kon zien de slag te laten lopen, heer Beide spelers zetten nu op de volgende wijze voort, O 3 nagespeeld Noord -O-heer en toen 4» vanuit Noord. De beide O iFtspelers pakten direct ♦-aas en trokken na. Op de derde en vierde 0 moesten in Noord twee kaarten afgegooid worden. De Neder landse Zuidspelei liet in Noord één Ruiten en één Klaver afgooien; oierdoor was het mogelijk, door het afgeven van nog een Ruitenslag drie slagen in die kleur te maken; daar Zuid zelf 1 ♦-slag, 2 ij slagen en 2 -slagen kon maken, was het contract verzekerd. De Amerikaanse Zuidspeler, Bishop, maakte echter de onvergeeflijke fout op de twee Schoppens die Wes' speelde, de O 2 en de 5 van de dummy af te gooien; hierdoor zette Zuid al zijn geld op het vaHen van de Kla vei kleur, maar daar deze bij West voldoende beschermd was, konden er geen 3 Klaverslagen door Zuid gemaakt werden. Het contract ging dan nok één down, zodat Nederland 50 punten noteerde, plus de 120 van de andere tafel 170 punten 3 matchpuüten. Natuurlijk kan deze Amerikaanse speler het spel veel beter afspelen dan hij deed en in wezen is dit spel ook wel zó een voudig dat men kan zeggen dat slechts de luiheid om er over na te denken dit slechte Amerikaanse resul'aat veroorzaak te. Toen de Amerikanen later beter gin gen ople'ten hielp hun da' niet veel meer; de Nederlanders gaven de winst niet meer uit handen. MIMIR. m Advertentie. zon en warmte tegemoet! Indien U des Maandags of Donderdags om 3 uur 's middags van Rotterdam-Heliport vertrekt naar Brussel en vandaar om 17.20 uur per DC-4 naar Barcelona (en de Balea ren!). Aankomst reeds om 20.45 uur Tarief Toeristenklasse af Rotterdam enkele reis f 188.retour f 338.40. Bagage vrij tot 15 kg. (SABENA-Mededeling). Horizontaal: 1 familielid, 5 met de zijnen (lat.), 7 vreemde munt, 9 priester (afk.), 11 mondwater, 12 deel van de, bijbel, 13 water in Utrecht, 15 voorzetsel, 16 behoeftig, 17 deel van de mast, 18 steensoort, 19 voor zetsel, 20 bloem, 21 soort vaartuig, 22 bloedvat, 25 watering, 26 voegwoord, 28 waterplant, 29 iedere, 33 hekeldicht, 34 bouwland, 35 gezelschapsspel, 37 made, 41 nergens uitgezonderd, 46 zoogdier, 47 lust, 49 het romeinse rijk, 50 zangstem, 51 deel van het hoofd, 54 lekkernij, 55 Engels bier, 58 zwakke, of open plek m het ijs, 60 zonnescherm, 62 vogelproduct, 63 kloostervoogd, 65 meisjesnaam, 66 drank (Eng.), 67 jongensnaam, 68 kleur, 70 windrichting (Eng.), 71 rijks-grens (afk.), 72 zonnegod, 73 dunne plek in stof. Verticaal: 1 rivier in Italië, 2 meisjes naam, 3 afbeelding, 4 bergweide, 5 meis jesnaam, 6 houding, 7 rechtmatig, 8 Euro peaan, 9 groente, 10 steenmassa, 14 bericht, 15 geneesmiddel, 19 emmer, 21 Europese luchtvaartmaatschappij, 23 gewicht, 24 rechtuitlopende streek, 25 de lezer heil (lat.), 27 troefkaart, 28 jongensnaam, 30 maanstand, 31 lidwoord (fr.), 32 bijwoord, 36 deel van het hoofd, 37 laatstleden (afk.), 38 water in N-Brabant, 39 vreemde munt, 40 afgesloten, begrensde ruimte, 42 vogel, 43 schoonmaakartikel, 44 op de wijze van, 45 rang in het leger, 47 op deze wijze, 48 weefterm, 52 windrichting, 53 soort ont steking, 55 vrouwelijk dier, 56 bergruimte 57 tijdperk, 59 opera, 61 ijzerhoudende aarde, 63 woede, 64 gesloten, 69 lidwoord. lffiERaa Onder de kinderen van Willem dc Zwijger wordt Filips Willem wel liet slechtst gekend. En tocli was hij niemand minder dan 's Prinsen oudste zoon. Geboren werd hij op de landgoederen van zijn moeder, Anna van Egmond, te Buren. Maar gedoopt te Breda, in de kapel van het Prinsenhof, de 26ste Maart 1555, „als eerstgebooren zoon van onssen Genadigen Heere den Prince". ren heren van Diest van 1499 tot de Franse revolutie toe bevat de graf kelder van Willem de Zwijger's oudste zoon, Filips Willem, overleden in het jaar 1618. Nu, de Bredanaars waren erg in hun schik met de heuglijke gebeurtenis. Aan feestgedruis geen gebrek, waarbij nog kwam, dat het jonge Prinsje te Breda zou blijven wonen ook, onder de hoede van zijn moeder, een zeer verstandige vrouw, die van stijfheid en vormelijk heid in de opvoeding niets wilde we ten. Hoe heerlijk zou de stamhouder zich kunnen vermaken in de Prinsen tuin hoe vrij en onbekommerd zou hij er met zijn zusje, de kleine Maria, kunnen spelen! Helaas de Voorzie nigheid beschikte het anders: eerst vijf-en-twintig jaar oud, werd die zorg volle moeder in de prinselijke grafkel der van de Grote Kerk te Breda bij gezet, diep betreurd door de burgerij, die de vorstelijke vrouwe een zeer goed hart toedroeg. Welk een heel andere figuur was zij dan de tweede moeder, de eigenwijze, verkwistende Anna van Saksen! In Februari van het jaar 1566, het rampzalige jaar, waarin alleen reeds in Brabant en Vlaanderen honderden kerken geschonden werden door de dolzinnige beeldenstormers, werd Prins Filips Willem, zoon van Neerland's rijkste edelman, student aan de be roemde hogeschool te Leuven. Hij richtte zich op waarlijk vorstelijke wijze in en de stedelijke overheid be wees hem de eer, die met zijn hoge afkomst en rang overeenstemde. Kwam Prins Willem de Zwijger persoonlijK naar Leuven, dan werd ook hij er met open armen ontvangen. Het bleek, dat de Prins een zeer bij zondere aanleg voor vreemde talen had, niet alleen voor Latijn, maar ook voor de „moderne" uit die tijd, inzonderheid Spaans en Italiaans Maar zijn belang stelling ging eveneens naar godsdien stige vraagstukken uit, waardoor bij sommigen de mening postvatte, als zou hij zich op het H- Priesterschap voor bereiden. De boog kan niet altijd ge spannen zijn: in zijn vrije uren mocht de Oranjetelg graag een kaartje leggen en een partijtje schaken. Toen de verhouding Koning Philips II van Spanje—Willem de Zwijger hos langer hoe slechter werd, besloot dn eerste zich van de persoon van Filips Willem meester te maken. Met de jeug dige Prins als „onderpand" meende hij de „onhandelbare" vader geheel naar zijn hand te kunnen zetten een ver gissing! Hoe dan ook, Alva kreeg opdracht, „het Graafje van Buren" uit Leuven weg te tronen, en hem, vandaar uit, op transport naar Spanje te stellen. Nu was dit een onmogelijke figuur, want reeds meer dan een eeuw tevoren had de Paus vastgelegd, dat geen Leuvense professor, of student, voor vreemde rechters mocht worden geleid. Maar van Spaanse zijde reageerde men hier op met de vermaarde woorden: „Wat hebben wij maling aan Uw voorrech ten"! Wie nu denkt, dat Filips Willem de reis naar Spanje, waar zijn koninklijke peetoom woonde, vervelend vond, be denke, dat hij toen helemaal dertien jaar oud was, en dan tilt men aan zul ke politieke streken niet zwaar. Te Vlissingen ging de Prins scheep en bereikte ongedeerd Spanje. In het eerst leek het verblijf onder die Spaanse hoge heren niet onaardig, maar naarmate de jaren verstreken, werd, wat Willem de Zwijger deed, gewroken op zijn oudste zoon. Omstreeks het jaar 1580 treffen we de vorstelijke gijzelaar in een alles behalve benijdenswaardige en armoe dige omgeving aan. De laatste jaren van zijn gevangenschap, die tot 1595 duurde, waren nog harder, 's Prinsen gezondheid kwijnde tussen vochtige muren. Zijn bewakers verlieten hem zelfs 's nachts niet, nadat zij de deur van zijn slaapvertrek voor alle zeker heid met een achttal sloten hadden ge barricadeerd. Eerst door bemiddeling van een hoge dame, de Infante Isabella, vernam Fi lips Willem, uitgerekend op 31 Augus tus 1595, de blijde tijding, dat hij voort aan een vrij man zou zijn. Hij reisde naar Brussel via Rome, waar hij zijn opwachting maakte bij Z. H. de Paus, en de Santa Maria dell' Anima bezocht. De 11e Februari 1596 hield hij zijn feestelijke intocht binnen Brussel Maar de stille hoop der Spaanse hoge heren, dat deze Oranje de opstandige Nederlanders met de Kroon zou ver zoenen, is nimmer in vervulling ge gaan- Onze Staten Generaal vonden de Oranjetelg een hele aardige man en feliciteerden hem met zijn verworven vrijheid maar: of hij voorlopig niet in de Noordelijke Nederlanden wou komen zonder hun toestemming, want daar waren zij niet bijster op gesteld. Filips Willem is sedertdien nog eens weer naar Spanje teruggereisd en hij verwierf er de zeer hoge onderschei ding van het Gulden Vlies, maar, wat hij wellicht nog meer op prijs stelde: een Spaanse toelage. Voor de derde keer driemaal is scheepsrecht! ondernam hij een reis naar het schiereiland, nu in 1602. Daar na wijdde hij zich aan het bestuur van zijn bezittingen, volgens A. Hallema, „de gelukkigste periode van zijn le ven". De in hoog-gotielc opgetrokken, 15e- I eeuwse St. Sulpitiuskerk van Diest, in Belgisch Brabant, de Nassau's wa- „Het Loo", wie kent het niet, het koninklijk paleis ten N. van Apel doorn? Maar er is veel meer dan één „loo"! Er is een Groenlo, Oplo Dinxperlo, Ermelo, Ballo, Mierlo, Wa- terlol, Baarle, Oerle (oer-lo), Wes- terlee (lo!); in Engelse woorden. Bromley Hadley, en waar niet al? Dit oeroude woordje „lo" komen we in tientallen plaatsnamen telkens weer^ tegen, tot zelfs in het „Loch- ness", waar het geheimzinnige mon ster verwijlt, al of niet uit de prae- historische tijden. Een oeroud woordje? Inderdaad, overoud. We ontmoeten het al, schrik niet, in de oude heilige, klassieke taal van Voor-Indië, het Sanskrit, dat daarginds, in de gewijde teksten der Veda's dezelfde dienst verrichtte als het Latijn in de H. Kerk. In deze Veda's speelt reeds het woord: loka, met de betekenis: plaats, ruimte, wereld zelfs! Het latijn heeft eveneens een verwant woord: lucus en uit dat lucus" is het Duitse „Loh" ontstaan, dat zoveel betekent als: be groeide plaats, bosschage, heilig woud. De Nederlandse betekenis komt, volgens de aardrijkskundige K. Ter laan, overeen met: bosland. Aanvan kelijk beperkter: een begroeide plek, waar de varkens zich tegoed deden aan de talrijke eikels der eikenbossen! Nu voor eikenbossen en varkens bood de Veluwe volop gelegenheid, en zo komt het dat er nergens zoveel „lo's" in ons vaderland zijn als in dit „wilt en bijster landt!". wf hebben niet te doen met gewoon weideland dus, doch met weidegrond afgewisseld door struikgewas of ge boomte. Op de Veluwe kwam het woordje gewoonlijk in het enkelvoud voor: „Ermelo", van „Irmenlo"; maar Otterlo was oudtijds een meervoudig woord: Ottarloun. Gelijk we al aanduidden, gaat „lo" soms onder een andere uitgang schuil. Wie enigszins bekend is met het dia lect van de Gelderse Achterhoek weet, dat men daar niet spreekt van Hum- melo, maar van: Hummele, ja, van: Hummel. Evenmin van Hengelo, maar van: Hengel; „Grolle" verzwakt men tot „Grol" enz., omdat men, mogelijk de oudste betekenis van „lo" niet meer duidelijk beseft. De H. Onesimus was een slaaf, een Christenslaaf. Hoe we dat weten? Uit de Bijbel! Heel ach teraan, in het Nieuwe Testament, staat een Brief afgedrukt, ge schreven door de H. Paulus, de Apostel. Er staat iets bij, niet door S. Paulus geschreven: „Deze brief, klein van omvang (25 „ver zen" slechts) en schijnbaar on beduidend van inhoud, behoort niettemin tot de schoonste en meest fijngevoelde bladzijden van het Nieuwe Testament. Hij laat ons een blik werpen in het liefdevolle en gevoelige hart van de grote Apostel Paulus, die met de drukkende zorg voor alle kerken óók de zorg voor een weggelopen slaaf wist te verbin den". Die wegloper nu was: Onesimus, zijn baas heette: File- mon, een welgesteld Christen uit de stad Kolosse. Onesimus was de drang naar de vrijheid te machtig geworden. S Paulus schrijft: „Hij is u vroe ger van weinig nut geweest, be minde mede-arbeider Filemon!" Filemon zal even geglimlacht hebben, want de naam Onesimus wil juist wél zeggen: „Nuttig". Goed, uit Klein-Azië bereikte O., na een halve wereld doorkruist te hebben, Rome. Een gevaar lijke stad voor een weggelopen slaaf! Hij liep kans gevangen ge nomen te worden en voor de wilde dieren gegooid te worden. S. Paulus nam hem liefderijk op. Maar: zond hem óók weer terug, naar zijn vroegere baas. Met de Brief, waarin de Apostel verzocht O. niet hard te behan delen, doch hem veeleer de hand te drukken als een broeder: „hem, dat is mijn eigen hart" schrijft S. Paulus. De Apostel wil ook de veroor zaakte „schade" geldelijk ver goeden.' „ik, Paulus, zal het be talen"! Omstreeks het jaar 100 zou Onesimus de marteldood zijn ge storven. Zij noemde zich Maria Francisca. Maar, omdat haar leven bijna geheel over doornen en distels ging, voegt men daar altijd aan toe: „van de vijf wonden des Heren". Haar vader was een ongemakkelijk heer. Maria Francisca moest hem helpen bij zijn werk. Dat hindert niet, maar als ze niet genoeg naar zijn zin gedaan had, werd hij erg kwaad. En zij kon er toch echt niets aan doen. Dit alles is nauwelijks de moeite waard om anderhalve eeuw na haar dood nog te vertellen. Maar in dit leven was een zeer bijzonder iets: Maria Francisca van 's Heren vijf wonden genoot de zichtbare aanwezig heid van een Engel aan haar zijde. En niet van een gewone Engel. Maar van een Aartsengel: de Aartsengel Ra phael. Nu moeten we even goed op die naam letten: Raphaël; hij wil zeg gen: „God geneest"; Raphaël heeft macht over ziekten. Tot Maria Fran cisca sprak hij: „Ik ben Uw broer, de Engel"; „fra Angelo". Mensen, die de nederige woning be zochten, kwam daar dikwijls een lief lijke geur tegemoet. Pater Bianchi vroeg eens, waar die bovenaardse reuk vandaan mocht komen? „We hebben de Aartsengel Raphaël in ons midden", luidde toen het antwoord. De Aartsengel begeleidde haar, toen zij voor de woede van haar vader moest vluchten; hij voerde haar uit een sacristie, die even later instortte; hij genas haar wonden zodat er zelfs geen litteken overbleef; tijdens haar ziekte bracht hij haar een verkwik kende drank ja, eenmaal, toen zij niet meer kon, sneed hijzelf het brood voor haar. Maria Francisca alleen zag de hand die sneed; de anderen zagen de sne den wel vallen, maar de hand niet. Na een zeer moeilijk en lang leven stierf zij (1791). In 1867 zeide de Paus, dat zij een heilige was. Sf fó 6o it Horizontaal: 1 o.a., 3 vader, 6 te, 8 prei, 10 aken, 12 iran, 14 eter, 15 set, 16 abt, 18 pek, 20 sl„ 22 ei, 23 al, 24 eerst, 25 ap, 26 os, 27 st., 29 ros, 31 ski, 33 eik, 35 olie, 37 nier, 39 iron, 41 dras, 43 ad, 44 arena, 45 ks. Verticaal: 1 op, 2 Arie 3 vin, 4 dg, 5 rat, 6 tero, 7 en, 9 erts, 11 kepi, 13 na, 14 et, 15 snaar, 17 barak, 19 kapok, 21 les, 22 ets, 26 Oslo, 28 teer, 30 oord, 31 se, 32 in, 34 Irak, 36 Ina, 38 Ida, 39 ia, 40 le, 42 sa. 1. Wanneer een Z.E. Pater achter zijn naam de letters O.E.S.A. plaatst, dan behoort hij tot de H. Orde der Augustijnen: Ordo Eremitarum Sancti Augustini". 2. De letters S.J. duiden in een der gelijk geval aan, dat de geestelijke een Jezuïet is: „Sociëtatis Jesu". 3. Over de republiek Andorra (Pyre neeën) heeft mede een bisschop de lei- ling. 4. De Anglicaanse Kerk telt slechts 2 aartsbischoppen: te Canterbury en te York. De eerste staat hiërarchisch bo ven de tweede. 5. Op Goede Vrijdag behoort het An- gelusklokje niet te kleppen. 6. Sarcophagen zijn geen „hagen" maar „sarco-phagen" (ph f). Letter lijk „vlees-etend". We verstaan hieronder stenen dood kisten, vooral door de Ouden gebruikt 3n wel van een steensoort, die het vlees spoedig deed vergaan. 7. De (oorspr.) Griekse kolonie By zantium werd in 330 door Constantijn de Grote verheven tot hoofdstad van het Romeinse Rijk en heette sedertdien Constantinopel. De Turkse naam luidt: Stamboel of Istanboel. 8. De Westzijde krijgt meer last van stormvlagen en regens dan de Oost zijde. 9. In de rekenkunde is het cijfer 1 het symbool van God, 1 is de oorsprong van alle andere getallen. 10. De staf van Aaron die op Gods bevel in de Ark des Verbonds werd geplaatst, bloeide de volgende dag en droeg vruchten (Num. 17, 23). 1. Modekleur; modegril, modeblad. Wat is: moderamen? 2. De Nieuwe Kerk nabij het Paleis te Amsterdam, heeft geen toren. Door brand of zo verwoest? 3. Raadpensionaris Johan de Witt. Raadpensionaris Schimmelpenninck. Wie van beiden had (op papier!) het meeste te zeggen? 4. Welke Nederlandse koning heette: de koopman-koning? 5. In welk jaar vertoonde zich voor het eerst een Engelse stoomboot op de Maas bij Rotterdam? 6. Op welk schilderij krijgt een kleine deugniet „de gard"?. f. De maag van welke herkauwer heeft geen boekpens? 8. Scheepsromp, scheepsvolk, scheeps roeper. Wat is: scheepskameel? 9. „De ijzeren Gouverneur-Gei/ raai". Wie was dat? 10. „Je Maintiendrai": ,Ik zal hand- haven". Aan het eind van welk his- torisch document?

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 6