Drie jaar geëist tegen zwendelaar bij bankierszaken Voorlopige standaard-overeen komst ziekenfonds-huisarts WERKGEVERS EN OUDERDOMSVERZEKERING Record-cijfers Shell Oil over '53 m De strijdbijl begraven Grooth andel sprij zen in Januari iets h oger Geen premiebetaling door overheid voor kleine zelfstandigen Ver van het Heitelan In t Gooi leren kwekelingen Fries België acht springen van „Stop van Ternaaien" een concessie aan Nederland Nog realiseerbaar? De kwestie der waterwegen (1) Tekort aan zielzorgers in bisdom Den Bosch Manipuleerde met effecten van cliënten Gemeenschappelijke commissies bevorderen goede verstandhouding Vetmesten onder de prijs Verzorging vanaf moment dat dit nodig is Kapitaal-uitgaven ook in 1954 en 1955 op hoog niveau Driemastbark als jeugdherberg „Gemeenschappelij k eigendom' Ia$ak«n Het opmerkelijke feit, dat de Delta-commissie haar derde inte rim-rapport, waarin zij de Minister van Verkeer en Waterstaat eenstemmig adviseert, te willen bevorderen, dat zo spoedig mogelijk kan worden overgegaan tot afdamming van het Haring vliet, het Brouwershavense Gat en de Oosterschelde met het Veeregat, publiceerde slechts enkele dagen nadat mr dr F. Van Cauwelaert en mr M. P L. Steenberghe te Brussel tenslotte hun handtekening hadden geplaatst onder een gemeenschappelijk advies aan de Belgische en de Nederlandse regering inzake de Europeesdenken .Pieter Kan Drie problemen inééns Grote besparing definitieve oplossing van de reeds zo lang slepende kwestie der Nederlands-Belgische waterwegen, heeft in kringen, die zich met name voor de Schelde-Rijn-verbinding interesseren, in sterke mate de aandacht getrokken. Men acht het in deze kringen niet onwaarschijnlijk, dat de Delta-commissie die, ge- dreven vooral door de ontstellende gevolgen van de Februari- ramp, op de eerste plaats Nederlandse belangen nastreeft, haar jongste interim-rapport aan de openbaarheid heeft willen prijs geven alvorens men te Brussel en in Den Haag tot de officiële publicatie van het ad vies-Van Cauwelaert-Steenberghe kon overgaan. Men vraagt zich in deze kringen af of het Delta-advies dat, zo het gerealiseerd zou worden, in de Zeeuwse wateren een geheel nieuwe situatie schept, het zogenaamde „Moerdijkka- naal"-plan zo lang reeds een hinderpaal in de Belgisch-Neder landse betrekkingen in zekere mate niet heeft achterhaald. Stimulerende invloed Dat het hier intussen niet alleen om een concessie gaat, toonde ir C. F. Egelie reeds aan in een studie aangaande de „betekenis van het Julianakanaal voor het industrie gebied van Oost-België", gepubli ceerd in „De Ingenieur" van 29 September 1939, terwijl in een, in 1949 verschenen publicatie van het Limburgs Economische Techno logisch Instituut, getiteld „De ont wikkeling der welvaartsmogelijk heden in Limburg", onder meer het volgende werd vastgesteld: „Intussen zal ongetwijfeld de ver wijdering van de Stop van Ter naaien en de verbinding van de Maas met het Albertkanaal door een sluis, geschikt voor het schut ten van 2000-tons-schepen, van stimulerende invloed zijn op de economische ontwikkeling van het Belgische, zowel als van het Ne derlandse aangrenzende gebied, in het bijzonder als de Economische Unie tot stand gekomen zal zijn". Grote veevoederdiefstal uit 1948 kwam aan 't licht HIJ WISTWAAR DE BRANDKAST STOND STOOMMEELFABRIEK „HOLLAND" HERVAT DIVIDENDBETALING SCHERPE STIJGING BIJ GROEP VOEDINGS MIDDELEN M inderheidsnóta Door schrijver wordt ook aandacht besteed aan de minderheidsnota, waarvan het zwaartepunt ligt bij de afwijzing van de verplichte verzekering voor alle zelf standigen en eventueel ook voor hen, die boven een bepaalde inkomensgrens lig gen. Voor zelfstandigen en voor zover nodig voor loontrekkenden wordt dan een systeem van (aanvullende) verzorgings uitkering bepleit. Bruto-winst f 735.7449 (v.j. f 740.735) e*n belastinffen ad ZATERDAG 20 MAART 1954 PAGINA 9 schiep nieuwe situatie Advies van de Delta-commissie Zoals bekend, plegen de Belgische en de Nederlandse regering momenteel nog overleg aangaande het tijdstip van publi catie der bijzonderheden van het, door de heren Van Cauwelaert en Steenberghe aanbevolen plan tot oplossing der water wegenkwestie. Wat men er tot nu toe van vernam, stamt practisch uitsluitend uit officieuze bron. Doch het „lek", waar- uit men vooral van Belgische zijde bij de berichtgeving aangaande het vorderen en het afsluiten van het overleg tussen de beide onderhandelaars kon putten, lag kennelijk zo dicht bij de officiële bron, dat men zich niettemin een vrij betrouw baar en nauwkeurig denkbeeld heeft kunnen vormen van dat wat dr Van Cauwelaert en mr Steenberghe tenslotte neerlegden in hun gemeenschappelijk ad vies. De vraag is nu en in Rotterdam, waar men uiteraard bijzondere belangstel ling voor een nieuwe Rijn-Schelde-ver- binding heeft, wees men daar reeds op alvorens het interim-rapport der Delta commissie het licht zag de vraag is nu of het advies der beide onderhande laars in al zijn details nog realiseerbaar is, ais Nederland zijn zeegaten afsluit en aldus de maritieme Tussenwateren ver anderen zullen in een zoetwatermeer, zonder eb en vloed. In dit zoetwatermeer, zo /.eggen experts, zouden de noodzaak van- en vele (Belgische) argumenten, vóór een Moerdjjklianaal verdrinken, want zo men de zeegaten afsluit, kan men, niet meer gehinderd door stroming, golf slag en getij, in de Tussenwateren diepe vaargeulen baggeren en die met dammen beschutten. Een oud probleem, dat in 1927 vastliep is een afwijzende houding van onze Eerste Kamér en dat nu, onder sterk ge wijzigde omstandigheden en met niet al leen de Economische Unie Benelux doch ook het streven naar Europese eenheid op de achtergrond, dichter bij een oplos sing scheen dan ooit tevoren, heeft door het plan tot het afsluiten der zeegaten een nieuw facet gekregen, en het zou stellig niet vreemd zijn, indien nu, mede als gevolg daarvan, met name in Lim burg, Luik en Bonn opnieuw de aan dacht zou worden gevestigd op andere plannen die eveneens beogen, België een snellere verbinding tussen Rijn en Schel de te bezorgen. In een aantal artikelen zullen Wij trach ten, onze lezers een overzicht te geven van dat wat er in België, in Noord-Bra bant, in Zeeland, in Rotterdam, in Lim- x V" ,T< - De situatie der kanalen rond Maastricht. Over het op dit kaartje aangegeven zgn. „Caberg-künaal"dat in de publicaties rond de onderhandelingen tussen de heren Van Cauwelaert en Steenberghe eveneens ter sprake kwam, spreken wij in een volgend artikel. burg en West-Duitsland aan wensen en meningen rond de kwestie der water wegen leeft, doch nu reeds is het nuttig, te constateren, dat men algemeen ver wacht, dat een nieuw „Moerdijkkanaal- debat", dat zeker niet vóór de late herfst van dit jaar te verwachten is, niet meer het hartstochtelijk karakter zal dragen waardoor het een kwart eeuw geleden werd gekenmerkt. Aan weerszijden van deze grens ook heeft men meer oog voor gemeenschappelijke belangen. Als men t van Belgische (lees: op de eerste plaats Antwerpse) zijde de kreet aanheft „Geen Benelux zonder Moerdijkkanaal" en als, daarnaast, de Nederlandse onderhande laar in het gemeenschappelijk advies aangaande dit Moerdijkkanaal wenst vastgelegd te hebben, dat met de werk zaamheden aan dit kanaal pas zal wor den begonnen nadat de Economische Unie is tot stand gekomen, blijkt daaruit wel overduidelijk, dat men zowel hier als in België deze Unie ziet als een kostbaar goed. Alvorens nu, ter verduidelijking, een resumé te geven van dat wat omtrent het gemeenschappelijke Belgisch-Neder landse advies tot nu toe langs officieuze weg bekend is geworden, dienen wij er aan te herinneren, dat zowel dr Van Cau welaert als mr Steenberghe reeds deel uitmaakten van de „Belgisch-Nederlandse Bijzondere Commissie voor de Waterwe gen en de Havenproblemen" die, volgens het protocol van de Ministersconferentie te Luxemburg, op 16 October 1949 de vol gende opdracht kreeg: „De commissie zal voornamelijk de technische, economische en financiële aspecten bestuderen van de vraagstukken betreffende de havens en de waterwegen van Antwerpen, Gent en Luik, die van groot belang zijn voor het verkeer tussen de twee landen". Als gevolg van deze opdracht raakte deze commissie in feite slechts een déél van het probleem. Het andere deel, en zeker niet het onbelangrijkste, lag na melijk nog steeds in de politiek-diploma- tieke sector. De commissie legde niette min de basis voor het overleg Van Cau welaertSteenberghe, dat nu werd be ëindigd. Dit overleg omvatte geheel het probleem, politiek, technisch, economisch en financieel en het richtte zich een oude Belgische eis, waaraan men vast is blijven houden op drie oplossingen inééns: de Schelde-Rijn-verbinding, het kanaal GentTerneuzen en de befaam de Stop van Ternaaien. Met het zoeken naar een oplossing voor he probleem-Ternaaien heeft, naar men algemeen aanneemt, de commissie Van Cauwelaert-Steenberghe wel de minste moeilijkheden gehad. Deze oplossing lag jaren geleden reeds voor de hand. Slechts het feit, dat België de kwestie Luik (Ter naaien nietwenste op te lossen, wan neer niet tegelijkertijd een oplossing voor Gent en Antwerpen werd gevonden, verhinderde, dat jaren geleden de Stop van Ternaaien tot springen werd ge bracht. Het gaat hier om het bouwen van een grote sluis bij het Belgische grensplaatsje Ternaaien, waardoor schepen tot 2000 ton rechtstreeks van het Albertkanaal het Julianakanaal zullen kunnen bereiken, in tegenstelling tot de huidige situatie, waarin de kleine sluis van Ternaaien en het verbindingskanaal naar Maastricht slechts schepen van veel bescheidener tonnage (tot 600 ton) een rechtstreekse verbinding bieden. In een rapport, dat op 11 April 1952 in opdracht van de samenwerkende Kamers van Koophandel voor Maastricht en Om streken, de Mijnstreek, Midden-Limburg en Noord-Limburg werd uitgebracht door een Limburgse commissie voor de Water wegen, waarin o.m. prof. dr ir H. Ge- lissen, ir L. P. M. H. Lhoest, de voorzit ter van de Katholieke Limburgse Werk- Bij opheffing van de Stop van Ter naaien vervalt deze omweg, reduceert men het aantal te passeren sluizen tot twee en komt men, naar men aan neemt, tot een besparing van 8 ct. per ton. Alleen reeds voor de thans om varende scheepvaart, zou het verdwij nen van de stop aldus een besparing van 60.000 per jaar betekenen. Men neemt aan, dat de heren Van Cau welaert en Steenberghe tot een oplossing in deze geest hebben geadviseerd. Ook het verslag van de Belgisch-Nederlandse Bijzondere Commissie voor de Water wegen en Havenproblemen, waarin, zo als gezegd, beide heren zitting hadden, gaf deze oplossing trouwens reeds aan. Men raamt de kosten, verbonden aan de bouw van een nieuwe sluis te Ternaaien en het verrichten van de daarop corres ponderende andere werkzaamheden, op 300 millioen Belgische francs. Het Neder landse aandeel in deze kosten bedraagt 20 procent, en het laten springen van de Stop zou drie jaren werk vragen. In het Luikse industriegebied, waar men straks over een belangrijk betere verbinding met Rotterdam zal beschik- juicht men het opheffen van de Stop van harte toe, doch in kringen van Belgische schippers en reders staat men er nog steeds minder geestdriftig tegenover. Over het algemeen wordt van Belgische zijde het doen springen van de Stop be schouwd als een concessie (van Antwer pen) aan Nederland, in ruil voor Neder landse concessies inzake de Schelde-Rijn- verbinding. I Terwijl in 1900 het aantal gelovigen per priester-zielzorger in het Bisdom Den Bosch 819 was, is dit in de loop der jaren geleidelijk hoger geworden. Op het eind van 1953. dus ruim twee maanden ge leden, was het gemiddeld aantal ge lovigen per priester reeds gestegen tot ruim 1340. Aldus de „Sint Jansklokken", waarin A. Bekker pr. een artikel wijdt aan het onrustbarend tekort aan zielzorgers, dat het bisdom Den Bosch bedreigt. Het vraagstuk van de zielzorgers is daarom zo pijnlijk in dit diocees, zegt hij, wijl Den Bosch het snelst blijkt te groeien wat het aantal katholieken be treft, nl. met 33,4 pet in de jaren 1930 tot 1947. Naast dit verschijnsel doet zich het andere feit voor, dat nl. de zielzor gers niet zijn toegenomen. Terwijl in 1900 het gemiddelde per zielzorger 819 katholieken was en in 1925 nog 1025, komt men tot ruim 1160 in 1939 ruim 1240 in 1946 en ruim 1340 op het einde van 1953. Er waren volgens de gezamenlijke parochiestatistieken op 31 December 1939 ruim 757.000 gelovigen en 650 parochie geestelijken; op 31 December 1946 ruim 891.000 gelovigen en 716 parochiegeeste lijken; op 31 Dec. 1953 pi.m. 1.046.000 gelovigen en 780 parochiegeestelijken. Gisteren diende voor het Haags ge rechtshof de beroepszaak van de bankier J. S. en de remisier J. M., die wegens verduistering, valsheid in geschrifte en het opzettelijk onjuist aangifte doen van de inkomstenbelasting eerder door de rechtbank veroordeeld werden tot resp. 7 maanden en 2 jaar gevangenisstraf met aftrek van voorarrest. Tijdens de behandeling van de zaak noemde de procureur-generaal M. de man van de duistere praktijken van het ge failleerde bankiershuis Kuiper en Smel ling te Den Haag. Slechts ten eigen voor dele zou hij de vertrouwenspositie van de bankier S. hebben aangetast. De relaties van de bank misbruikte hij slechts ten eigen bate. Dank zij het goede onderzoek is tenslotte aan jarenlange duistere prak tijken van het bankierskantoor een einde gemaakt. Bij deze praktijken was M. de leidende figuur. Krachtens de voorwaarden kan de firma effecten van cliënten belenen en verhan delen, indien de debet-posities der cliën ten daartoe aanleiding gaven. Gezien geversvereniging, mr dr L. F. H. Regout en de voorzitter van de commissie voor vervoeraangelegenheden van de geza menlijke Steenkolenmijnen in Limburg, ir M. W. E. E. Reinards zitting hadden, publiceerde men aangaande de voorde len, welke het opheffen van de Stop van Ternaaien de scheepvaart biedt, een aan tal opmerkelijke bijzonderheden. De hoe veelheid goederen die per schip bij Maas- stricht de Nederlands-Belgische grens passeert, is, volgens dit rapport, te stel len op 4.000.000 ton per jaar. Hiervan is 3.000.000 ton uitsluitend Zuid-Noord-vervoer, d.w.z. het komt van of gaat naar het Maas-Sambre- gebied. Van deze hoeveelheid goede ren maken bij de huidige situatie rond 750000 ton per jaar een veertien K.M. lange omweg via Briegden, Neerharen en Smeermaes, omdat deze omweg de mogelijkheid biedt, de schepen op 2.50 M. af te laden, inplaats van op 2.05 M. op de rechtstreekse vaarweg via de sluizen van Ternaaien en St. Pieter (Maastricht). De voorzitter van de Ziekenfondsraad heeft aan de algemene ziekenfondsen me dedeling gedaan van de inhoud der voor lopige standaard-overeenkomst zieken fonds-huisarts, waarvan de tekst is vast gesteld in overleg tussen de organisaties der fondsen en de Kon. Ned. Maatschappij tot bevordering der geneeskunst en door de ziekenfondsraad is goedgekeurd. Een tussen een fonds en een huisarts gesloten individuele overeenkomst kan, indien zij gelijkluidend is aan de voorlopige stan daard-overeenkomst. worden geacht door de raad te zijn goedgekeurd. De in Fe bruari gepubliceerde voorlopige honore- ringsregeiing voor huisartsen, die aan al gemene ziekenfondsen medewerking ver lenen, maakt een onderdeel uit van de voorlopige standaard-overeenkomst. Deze bevat een algemene regeling van de rech ten en verplichtingen van fondsen en huisartsen. Ingesteld zullen worden regionale com missies van toezicht, die een goede ver standhouding moeten bevorderen tussen fondsen en medewerkers en tussen fond sen onderling en medewerkers onderling. Met medewerkers worden bedoeld huis artsen, specialisten, tandartsen en apothe kers. Het is de bedoeling, dat die com missies zulen worden betrokken bij stan daardovereenkomsten, welke de fondsen ook met specialisten, tandartsen en apothe kers zullen sluiten. De commissies moe ten voorts in gevallen, in de voorlopige standaardovereenkomsten genoemd, be slissingen en maatregelen nemen. Een in te stellen centrale commissie van toezicht heeft o.a. tot taak, het werk der regionale commissies te coördoneren. De fondsen hebben in de commissies evenveel vertegenwoordigers als de groe pen medewerkers gezamenlijk. De commis sies kunnen bijvoorbeeld richtlijnen geven ten aanzien van redelijke eisen, waaraan wacht- en behandelingskamers van huis artsen moeten voldoen. Ook houden zij toezicht °P bet aantal verwijzingen van huisarts naar specialist. In overleg tussen de fondsen-organisaties en de artsen-organisaties worden voorts regionale rechtspraak-commissies en een centrale rechtspraak-commissie ingesteld met paritaire samenstelling. In alle bij de uitvoering van de overeenkomsten gere zen geschillen, welke niet in minnelijk overleg kunnen worden opgelost, doen deze regionale commissies in eerste aanleg echter de positie van de firma en de ge ringe debet-posities der cliënten achtte de procureur-generaal dit subjectieve recht misbruikt. Verdachte J. M. werd speciaal aan de tand gevoeld over het vermogen van 25.000 van een oude dame. Deze had effecten in een kluis bij de bank Tom zij in 1943 ziek werd, gaf zij de kluis sleutel in verzegelde bewaring Zij be schuldigde M. ervan het zegel te hebben verbroken en met haar bezit te hebban gemanipuleerd. Voorts liep het verhoor over het afgeven van kwitanties aan de Amsterdamse koopman R., die een bereid verklaring van tweemaal 20.000 nodig had om zaken te kunnen doen. In werkelijk was dit om „zwart geld" van een Belgische relatie weer „wit" te maken. M. ontkende dit geweten te hebben Bij de zeer ingewikkelde verhoren en verklaringen over het indienen van al- dan niet valse belasting aangiften door M. persoonlijk ontkende deze pertinent ge fraudeerd te hebben. De procureur-generaal eiste tenslotte tegen M. 3 jaar gevangenisstraf met af trek en tegen de hoogbejaarde S. vroeg hij bevestiging van het rechtbankvonnis. Uitspraak 2 April. De rijkspolitie te Diemen heeft een grote veevoederdiefstal, daterend uit 1913, tot klaarheid gebracht. Men heeft de 38 jarige bouwvakarbeider E. O. gearres teerd, die bekende in 1948 grote hoeveel heden veevoeder uit de fabriek „De Gaasp" te Weesperkarspel te hebben ge stolen. Dit veevoeder, dat in die periode nog op de bon werd verstrekt, werd ge transporteerd naar de veehouder B. K. in de omgeving van Weesperkarspel, die het en de centrale commissie in hoogste res sort een bindende uitspraak. Tegenover fondsen en artsen kunnen deze commissies sancties toepassen. Deze voorlopige over- fÜÜ 20 m°Selijk nog dit jaar door onder het hooi verborg. Later werd het naar veehouders in de omtrek vervoerd en ver onder de prijs verkocht. In dit verband werden gearresteerd R. v. d. B. uit Weesperkarspel, G. S. uit Amsterdam, de veehouder B. K. uit Weesperkarspel en de veehouder V. uit Duivendrecht. Men verwacht in deze zaak, waarin het onderzoek nog voortduurt, meer arres taties. een definitieve worden vervangen. Vier inwoners van Beverwijk zijn giste ren door de politie aangehouden wegens inbraken in fabrieken te Wormerveer en Assendelft. Twee van hen waren colpor teurs van een wasserij in deze plaatsen, een ander bezocht als expediteur vele fa brieken in de Zaanstreek en nummer vier had vroeger gewerkt in 'n machinefabriek te Assendelft. Het edele viertal was dus in zijn operatie-terrein goed bekend, maar toch niet goed genoeg. Zij braken o.a. in bij de machinefabriek omdat de „oud gediende" wist waar de brandkast stond. De inbraak leverde echter niets op. De brandkast was namelijk verplaatst Naar de directie meedeelt zal op de a.s. vergadering van aandeelhouders der Stoommeelfabriek „Holland" N.V. worden voorgesteld over het boekjaar 1953 een dividend uit te keren van 4 procent (v.j. nihil). Het C.B.S. heeft thans indexcijfers van groothandelsprijzen samengesteld per 30 Januari 1954. Het algemeen indexcijfer steeg t.o.v. December 1953 met 1 punt en bedraagt thans 135. Het sterkst is. de stijging van het prijsindexcijfer van voe dingsmiddelen. Dit indexcijfer steeg nl. van 122 naar 127. Speciaal de stijging van het indexcijfer voor dierlijke voedings middelen met 6 punten van 114 naar 120 is hiervan de oorzaak. In dit verband kun nen genoemd worden: boter, melk, kaas. rundvee en varkens. Van de plantaardige voedingsmiddelen was de stijging van het prijsindexcijfer (Van onze correspondent) Als men de klasse van Frater Winnifred Brou wer in de Aartsbisschop pelijke „St. Ludgerus"- kweekschool aan tie Oude Amersfoortse weg te Hil versum binnen stapt, hoort men Frater en leer lingen vreemde klanken uitsloten. Vreemd, ais men althans de Friese taal niet machtig is. Ver van het „Heitelan", in do Gooise hoofdstad, wordt les in het Fries gegeven. Dit mag wellicht verba zing wekken, maar zó Verwonderlijk is dit Frie se onderwijs te Hilversum toch niet. De St. Ludgerus-kweek- school is de enige R. K. kweekschool voor aan staande katholieke onder wijzers in het Aartsbis dom Utrecht, waaronder ook Friesland valt. Men leidt te Hilversum dus ook de katholieke onder wijzers op die in Fries- ]aid rriettertijd - eerst Koet het desbetreffende Wetsontwerp worden aan genomen. hetgeen, naar O'e-i verwacht, geen moei- 'Ükheden zal opleveren oo binnen afzienbare tijd ?;|1 gebeuren de Friese 'a4i In de hogere klas- *"0 van de lagere scho- len als voertaal mogen Baan gebruiken. Te Hil versum nemen momenteel twintig onderwijzers aan deze bijzondere scholing in het Fries deel. Vooral voor platteland Frater Brouwer, die de geenszins gemakkelijke taak, het Fries aan de twintig toekomstige on derwijzers bij te brengen op zich genomen heeft, vertelde ons dat dit on derwijs hoogst noodzake lijk is. Dat de onderwij zers het Fries volledig beheersen, is vooral voor de Friese plattelandsscho- len van groot belang De kinderen die hier de scho len bezoeken, spreken weinig of in het geheel geen Nederlands, ook al krijgen zij onderricht in de Nederlandse taal. De onderwijzer, die geen Fries beheerst en de leer lingen in het Nederlands les geeft, zuilen zij dit probleem geldt dus vooral voor de lagere klassen niet kunnen volgen, waar uit logischerwijs voort vloeit c zij van hem ook het Nederlands niet zullen kunnen leren. Hoe belangrijk het beheersen van de Friese taal op de plattelandscholen is heefl een onderzoek uitgewe zen. Men kwam bijvoor beeld tot de conclusie dat 97 pet van de leerlingen in de eerste klassen het Nederlandse begrip „mor sen" niet kende en er 't Friese woord „griemen" of een van de synoniemen voor gebruikten. De on bekendheid met het No- derlands van de zijde der leerlingen remt het on derwijs op de plattelands- scholen dus in sterke mate. Friese bibliotheek Frater Brouwer interes seert zich sterk voor dit probleem. Een jaar gele den heeft hij zich de be voegdheid om het Fries te doceren verworven en thans draagt hij zijn rijke kennis van het Fries op zijn pupillen over. Hij bezit uitgebreide lectuur over de Friese taai en talrijke Friese streekromans, welke voor de aanstaande onderwij zers alleszins waardevol studiemateriaal vormen. Hij heeft o.a. de beschik- king over een bibliotheek, die de Friezen in 't Gooi bijeen hebben gebracht Uiteraard hebben ook de Friese katholieken grote waardering voor het ini tiatief van Frater Brou wer en ook zij steunen hem bij zijn werk in Hil versum, dat van zo groot belang is voor de toekom stige ontwikkeling van de Friese katholieke school jeugd. In een hoofdartikel bespreekt „De Ka tholieke Werkgever'" van 20 Maart het advies van de Sociaal-Economische Raad inzake de wettelijke ouderdomsverzeke- ring. De schrijver, de algemeen secretaris van de A.K.W.V., drs Derksen, spreekt er zijn voldoening over uit, dat een zeer gro te meerderheid verkregen kon worden zonder dat in het algemeen in de bereikte compromissen de werkelijke beginselen geweld werd aangedaan. In het meerderheidsadvies komt de soli- dariteitsgedachte tot uiting, in het alge meen wordt hierbij echter slechts in be perkte mate op deze solidariteit een be roep gedaan. „In het algemeen"', want er zijn enkele opvallende uitzonderingen. Eén daarvan betreft de „kleine zelfstandigen" en het is hier, aldus schrijver, dat naar onze opvatting het doel voorbij gestreefd werd. Het meerderheidsadvies geeft voor de laagste inkomensgroepen der kleine zelf standigen vrijstelling van premie-betaling op de formele grond van innings-onmacht in overweging; voor de iets hoger liggende categorie differentiatie der premie op de formele grond van betalingsonmacht. De ontbrekende premiebedragen zullen dan door de overheid dienen te worden betaald Wij voelen ons, aldus drs Derksen, ten aanzien van dit punt geestverwant aan de enkele leden, die hieromtrent de volgende passage deden opnemen: „Enkele leden kunnen zich met de hierboven weergegeven gedachtengang niet verenigen. Deze leidt in feite tot 'n vrijstelling van premie-betaling voor 'n bepaalde groep, hetgeen een doorbre king vormt van het beginsel, dat een ieder, die in het productie-proces is in geschakeld en inkomen geniet, premie is verschuldigd. Eén der grondslagen, waarop de geschetste ouderdomsverzeke- ring berust, wordt hiermede naar hun mening onnodig geweld aangedaan. Zij kunnen er mede instemmen, dat om ad- ministratief-technische redenen het met de premie-inning belaste orgaan innings onmacht kan aannemen bij zelfstandigen met een inkomen beneden de 2000. Zij wensen echter ook voor deze categorie de consequentie van het niet betalen van premie te trekken, in deze zin, dat hiertegenover een vermindering van rechten wordt gesteld op de wijze als in hoofdstuk III is omschreven. Deze leden verwerpen dan ook het betalen van de premie voor deze categorie door de over heid". De bedoelde vermindering van rechten bedraagt 2 pet der uitkering voor elk jaar, waarin inkomen werd genoten en geen premie werd betaald. De discriminatie tegenover de werkne mers, die minder dan f 2000 verdienen is naar de opvatting van drs Derksen op zich geen afdoend argument voor zijn opvat ting. Deze steunt op een geheel andere overweging van sociaal-economische aard. Dat mensen onvoldoende inkomen weten te bereiken kan twee oorzaken hebben: of zij arbeiden onvoldoende, of zij verrichten arbeid, waaraan geen voldoende maat schappelijke behoefte bestaat. Dit klinkt, naar schrijver gebleken is, velen zeer hard en onsociaal in de oren; hij wijst er echter op, dat voor elke samenleving de noodzaak bestaat tot het aanvaarden van een be paald systeem, dat orde in de voortbren ging van goederen en diensten verzekert. Wie geen dictatuur wil, zal zich hebben te houden aan het algemeen maatschappe lijk oordeel t.a.v. de waarde van aange boden goederen of diensten, zoals dit in vrije prijsvorming tot uitdrukking komt. Maar dit betekent dan ook, dat niet van de samenleving gevraagd mag worden, dat zij ten behoeve van een ouderdomsver zekering de inkomsten aanvult van hen, die klaarblijkelijk deze goederen of dien sten niet aanbieden. Zeker er is een plicht tot verzorging en deze berust op de diepste algemeen men selijke solidariteit en zij blijft onder alle omstandigheden bestaan, maar eerst dan, wanneer er aan deze verzorging behoefte bestaat. Past men deze gedachtengang toe op het onderhavige vraagstuk der ouderdoms voorziening, dan kan de conclusie geen an dere zijn, dan dat er voor deze grote groep van kleine zelfstandigen in het heden geen plaats is voor premiebetaling door de over heid, maar wel voor verzorging vanaf het tijdstip en zolang als zijzelf onvoldoende inkomen genieten. Wij kunnen ons, aldus drs Derksen, in zekere zin de door de stellers van deze nota ontwikkelde argumenten zeer wel indenken, doch wij verschillen met hen in twee punten, n.l. dat voor een beroep op solidariteit niet zo'n scherp onder scheid tussen loontrekkenden en zelf standigen gemaakt hoeft te worden en dat vervolgens de realiteit der onvol doende eigen zorg, die het verplichtings karakter van een bodempensioen schraagt, eveneens op ruime schaal bij de zelfstan digen wordt aangetroffen. Schrijver onderschrijft echter niet de voorwaarden, die de meerderheid van de Raad stelt voor eventuele vrijstellingen en sluit zich aan bij de volgende opmer kingen van enkele leden van de Raad: „Enkele leden van de Raad kunnen zich niet verenigen met de beide laat ste hierboven vermelde voorwaarden, waaraan een groep der bevolking zou moeten voldoen om van de verplichte verzekering te worden vrijgesteld. Zo wel de eis, dat een redelijke zekerheid bestaat, dat gedurende de gehele actie ve periode de getroffen voorziening zal kunnen worden voortgezet, als de eis, dat deze voorziening op het moment van de uitkering de beoogde koop kracht zal hebben, veronderstelt, dat de overheid het recht en de moge lijkheid bezit deze persoonlijke risico's van de betrokkenen over te nemen. Deze eisen zijn daardoor, naar hun mening, in strijd met het beginsel van de primaire zelfverantwoordelijkheid van de burger voor zijn economische bestaan en met de door hen aanvaar de grondslag van de wettelijke ver plichting tot verzekering van de oude dag. Deze verplichting dient naar hun mening te worden gezien als een steun bij de verwezenlijking van deze pri maire zelfverantwoordelijkheid van de burger. De leden kunnen echter op grond van andere hierna te noemen overwegingen wel de conclusie van de Raad onder schrijven, dat geen vrijstelling voor enige groep van de verzekeringsplicht moet worden gegeven. Met name wor den hier bedoeld de overwegingen, dat door het vrijstellen van individuen of groepen deze zich zonder meer zouden onttrekken aan het solidariteitselement, hetwelk in een stelsel van sociale ver zekering aanwezig is, terwijl boven dien het vrijstellen van deze indivi duen of groepen op grote administra- tief-technische bezwaren kan stuiten". van aardappelen van veel invioad. De prijsstijgingen van rogge, gerst, haver, groene erwten, geïmporteerde copra, mais en cacaobonen waren van mindèr beteke ns. De daling in de prijsindfees voor geïmporteerde tarwe en gerst, suiker (accijnsverlaging), schapen en kippen le verde slechts een gedeeltelijke compen satie van de bovengenoemde stijging in de sector voedingsmiddelen op. Het indexcijfer van de grond- en hulp stoffen vertoont in haar totaal geen wijzi ging t.o.v December 1953, hoewel zich ooli hier wel prijsbewegingen voordoen. D# stijging van de prijsindices van katoen garens, geïmporteerde ruwe gewassen woj ruwe katoen, tinerts, suifietcellulose, ben zine en gasolie wordt echter gecompen seerd door een daling van de prijsindices van ruwe ongewassen wol, zoolleder. hui den en stalen platen. Het indexcijfer van de afgewerkte pro ducten steeg t.o.v. December 1953 met 1 punt. Hier zijn het de prijsindices van aardewerk, dakpannen, meubelen, super fosfaat, zachte zeep, verbandmiddelen, meststoffen, kalizout, courantenpapier cartonnages, ijzer- en staalgietwerk, haar den en kachels, margarine, chocolade, koffie, thee en geïmporteerde veekoeken, welke een stijging vertonen, waartegen over een daling staat van de prijsindices van houten emballage, verf, jute zakken, rijwielbuitenbanden, behangselpapier, me talen huishoudelijke artikelen, tarwe bloem, suikerwerken en glucose. Onderstaand staatje geeft ven het ver loop der indexcijfers van groothandels- prijzen een overzicht (basis 1948 1953 (jaar) Voedingsmiddelen 123 Grond- en hulpstoffen 156 Afgew. producten 132 Alg, indexcijfer 134 1953 31 Dec. 122 153 132 134 100): 1954 30 Jan. 127 153 133 135 De netto-Inkomsten, de omzetten, de kapitaaluitgaven, de ruwe-olieproductie, de verwerkingsactiviteit en het bedrag der uitbetaalde lonen en salarissen stegen in 1953 boven alle in vroegere jaren door de Shell Oil Co. bereikte niveaux uit. Zoals reeds gemeld in ons blad van 29 Januari j.I. bedroeg de geconsolideer de netto-winst over 1953 S 115.407.000 of 8.40 per uitgegeven aandeel, (v.j. resp. 90.873.000 én 6.G1). De omzetten overschreden voor het derde achtereenvolgende jaar het mil liard dollar en vestigden een nieuW record van 1.269.551.000. Het nieuwe record der kapitaaluitgaven nl. 237.712.000 weerspiegelt het ontwik kelingsprogramma van de maatschappij, o.m. omvattende de bouw van nieuwe installaties en uitrustingen, alsmede uit gebreide opsporings- en boorwerkzaam- heden. De netto ruwe-olieproductie bedroeg in 1953 gemiddeld 286.000 vaten per dag te gen 263.000 vaten in 1952. De hoeveelheid ruwe olie, die door de raffinaderijen der maatschappij werd verwerkt, beliep in 1953 in totaal 150.371.000 vaten. d.i. 7.7 pet meer dan in 1952. Het totaal der uitbetaalde lonen en sa larissen bedroeg in 1953 ƒ187.447.000, of 10 pet meer dan in het voorafgaande jaar. Het in geld uitgekeerde dividend werd op 3 per aandeel gehandhaafd. Boven dien werd in October een dividend in aandelen verdeeld ad 2 pet. van de uitge geven aandelen. Gedurende het jaar verminderde het bedrijfskapitaal met 14.160.000 tot 191.695.000 op 31 December 1953. Kasgeld en staatsfondsen, beschikbaar voor alge mene doeleinden, beliepen aan het einde van het jaar 88.613.000 tegen 92.601.000 aan het begin van het jaar. De voorzienin gen voor aanschrijvingen, onttrekking aan de ondergrondse reserves, amortisa tie, enz. gedurende het jaar bedroegen in totaal 153.837.000 of 65 pet. van de ka pitaaluitgaven. Het verslag wijst er op dat het hoge peil der kapitaaluitgaven in 1954 en 1955 zal worden gehandhaafd. De opsporings- en productiewerkzaam heden leidden in 1953 tot 37 ontdekkin gen Het aantonen van belangrijke pro- duceerbare reserves in Cabin Creek (staat Montana) heeft de vooruitzichten van het Willistonbekken verbeterd An dere ontdekkingen van betekenis werden in West Texas en New Mexico gedaan. Bovendien werden zich verder of dieper uitstrekkende reserves aangetoond in reeds vroeger ontdekte velden in Texas, Louisiana, New Mexico en Californië. In de verwerkingssector werd voort gegaan met het grote uitbreidingsplan, waarmede in 1951 werd begonnen. De voornaamste projecten, nl. die betreffen de de raffinaderijen te Wood River (Illi nois), Norco (Louisiana) en Wilmington (Californië) zullen volgens het schema in 1954 gereed komen. De bouw van een nieuwe raffinaderij te Anacortes (staat Washington) zal spoedig beginnen en naar verwachting tegen het einde van 1955 voltooid zSjn. Zeer waarschijnlijk zal Delfzijl een bijzondere jeugdherberg krijgen. De oud- Delfzijler. de heer A. J. Koerts, thans woonachtig in Amerika, wil ter nage dachtenis van zijn vader, iets doen voor Delfzijl. Zo werd Vrijdagmorgen de prachtige driemastmark de ,,Seute Deern" aange- kocht, met het doel deze als jeugdherberg in te richten. De „Seute Deern", zal naar AmVader van de beer Koerts, „Pieter Alberts Koerts" worden genoemd. Het schip is plm. 1000 ton groot, heeft een lengte van 62 meter, een breedte van ruim 11 meter, terwij] de masten een lengte van 37 meter hebben. De N.V. Gemeenschappelijk Eigendom, Mij tot Exploitatie van Woon- en Winkel huizen te 's-Gravenhage meldt in het ver slag over 1953. dat de exploitatiekosten ad 848.576 v.j794.600) hoger waren dan in het vorige jaar, hetgeen veroor zaakt werd door meerdere onderhouds kosten. Deze zijn in verhouding tot de huur te hoog, doch noodzakelijk t a v de instandhouding van het bezit. De ont vangsten aan huren en rijksbijdragen be droegen 2.118.132 (v.j. 2.078.294). De bruto-winst over 1953 bedraagt 735.49 (740.735). Na afschrijving van 194.731 (33.596) en reservering voor dl- f AtiKOQn /ow'aVJ resteert aIs netto-winst 405.290 (377.055), waarvan aan het sta- !.1 reservefonds 40.529 (37.705/ Ti/K o?eKev°egd en een dividend van J pct per Pref- winstd. aandeel van 500 en een dividend van 1% (7) pet per gewoon aandeel zal worden uitbe taald. huizenbezit der vennootschap en «et bezit der dochtermijen-nieuwbouw bestaat per 31 December 1953: te 's-Gra venhage e.o. uit 928 percelen met een boekwaarde van ca 12.000 000, te Rotter dam uit 403 percelen met een boekwaarde van ca. 7.000.000, te Delft uit 208 perce len met een boekwaarde van ca 1.175.000 te Amsterdam uit 9 percelen met een boekwaarde van ca 210.000. in andere gemeenten uit 67 percelen met een boek waarde van ca 1 000.000. Op 31 December 1953 waren in totaal in omloop 13.423 amortisatiebewijzen rechtgevende om in totaal 250 per be loof ifi„°RnVangei- uit de overwinst. In 1953 zijn 80 amortisatiebewijzen a 250 per stuk uitgeloot. Uit de winst over 1953 ®f.n. bedrag van 26.190 beschikbaar wiizen N00/r ultlot?nS van amortisatiebe- i toevoeging van het onverdeeld saldo kunnen 105 amortisatiebewijzen worden uitgeloot. J De JAV -Gebam" was in het afgelopen jaar behoorlijk van werk voorzien er de resultaten over het afgelopen boekjaar do'SVbevredigend. De uitkomsten van de N.V Makelaarskantoor Gemako" ga ven wederom reden tot tevredenheid

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 9