IL
KN OEIPARTI JEN
VOOROOI1G
KIJK naar BOVEN IN JUNI
De stoel van de honing
wm
I Wm
Bridgerubriek
DE HEILIGE VAN DE WEEK
HET GRABBELTONNETJE
Onze dagelijkse
PUZZLE
Het vragen gaat
voort
IP ill PP W
Hans van Bergen
i m m m
m
a w q s a
m m
a 0, 0
a - w s
0 i m
am m
a a a
i a m m
a m m a m
a a 0
am a
m o
<=i mé 3 rnÊ !§f
wm «as
m llf Wm
Wm wW.
m s 'wm.
wm
MGR VAN STRAELEN
NAAR DE WEST
RHEDEN MAG WETHOUDERS
NIET VERZEKEREN
Alkmaars burgervader
vooraan bij snorrenactie
De Neude
Vorige vragen
beantwoord
CORRESPONDENTIE-ADRES:
POSTBUS 8, HILVERSUM
5 Juni: HBonifatius
Oplossing van gisteren
tui x Uiu^xiv Cf J cm jL.^c»i;
\N5KT
De nieuwe stukken beginnen van de
pers te komen. Van enkele uitgevers
mocht ik al enige stukken ontvangen-
Ze zijn echter nog te weinig in aantal
om reeds een algemene indruk van de
nieuw te verschijnen stukken te ge
ven. We zullen deze algemene indruk
dan ook veilig bewaren voor een wat
later tijdstip en nu alleen de hoop uit
spreken. dat de stukken over het alge
meen zullen beantwoorden aan onze
eisen, eisen die veel en veel hoger lig
gen dan 10 a 20 jaar geleden, toen wij
ons dikwijls tevreden stelden met
goedkope sentimentele draakjes.
„De stoel van de Koning", geschre
ven door Hans Nesna. is een van de
stukken, die mij werden toegezonden.
Als heel het nieuwe repertoire van een
dergelijk gehalte wordt als dit stuk is,
dan kunnen wij het repertoire met
groot vertrouwen tegemoet zien.
„De stoel van de Koning" was oor
spronkelijk een radiohoorspel in één
bedrijf. Het is nu uitgegroeid tot een
avondvullend blijspel in drie bedrijven.
En ik moet zeggen, dat het ér niets bij
ingeboet heeft. Drie bedrijven lang
weet de schrijver ons te boeien met
zijn kostelijke verteltrant in een vlijm
scherpe flitsende dialoogvorm.
Jacob Beentjes is veertig jaar rfta-
gazijnknecht bij een grote exportfirma.
Heel het gezin maakt zich op om deze
grootse dag te vieren. Het moet een
onvergetelijke dag voor vader worden,
want vader heeft het dubbel en dwars
verdiend.
Hoog zijn de verwachtingen gespan
nen tegen de tijd, dat vader uit de
zaak zal thuis komen. Zou de baas hem
toegesproken hebben? Zouden zijn col
lega's hem flink in de bloemetjes ge
zet hebben? En wat zal hij hebben ge
kregen? De baas is gewend een cadeau
onder couvert te geven. Maar hoeveel
zal het dit keer bedragen? Vader is
altijd een hele trouwe knecht geweest
en een hele harde werker. En er wor
den al plannen gemaakt wat zij voor
het geld zullen kopen. Er is zoveel no
dig. ja alles is nodig.
Dan komt de vader thuis.Hij is
zichtbaar teleurgesteld. Ze zijn hem op
de zaak vergeten. Het is een heel ge
wone dag geweest net als alle andere
dagen. Ja, hij heeft zelfs nog een
standje gehad van de baas, zijn eerste
standje in de veertig jaren. Niemand,
die aan zijn jubileum heeft gedacht.
Men wordt er stil van.Wat een
teleurstelling voor vader. Wat moet er
niet in hem zijn omgegaan deze dag.
Vader probeert de teleurstelling weg te
lachen door een grapje. Hij heeft zijn
gezinnetje toch. Hij heeft toch al die
tijd gewerkt voor moeder en de kin
deren. En deze zijn hem niet verge
ten. Kijk maar eens rond wat een feest!
Gebakjes en bloemen. Veel bloemen
zelfs! En een nieuwe pijp! Nee, dat de
baas hem vergeten is, komt er minder
op aan. Maar in werkelijkheid kan hij
het niet verkroppen, dat juist zijn baas
hem vergeten heeft. En als hij voor
het eten nog even in zijn stoel een
dutje doet. dan droomt hij er van. Dan
droomt hij van de baas en van zijn
jubileum. Maar nu is hij niet zo maar
gewoon Jacob Beentjes, de magazijn
knecht van de exportfirma Blom Co,
maar nu is hij koning. De stoel, waarin
hij slaapt is een koningszetel en de
armelijke kamer wordt een paleiszaal.
En moeder de vrouw is koningin en zijn
dochters zijn schitterende prinsessen
en de jongste bediende van Blom en
Co zijn lakei. Nu viert hij als koning
zijn veertig jaar jubileum. En nu
wordt hij niet vergeten. Iedereen
denkt aan hem. Iedereen komt zijn op
wachting bij hem maken. Iedereen
overlaadt hem met geschenken. Heel
het land viert feest. Behalve.... het
onooglijke mannetje, dat zich direc
teur noemt van de exportfirma Blom
en Co. Dat mannetje durft hem te ver
geten. Dat mannetje blijft weg. Dan
laat de koning hem door soldaten ont
bieden. Hij zal hem eens een duchtig
lesje geven. En angstig en bevend ver
schijnt Blom voor de koning en smeekt
hem om genade. Maar de koning is on
barmhartig. Hij vernedert hem in bij
zijn van heel zijn hofhouding. En hij
eist van hem, dat hij de schoenveter
van de koning zal vastmaken. En als
Blom zich dan heel diep over de schoe
nen van de koning buigt, dan zegt de
koning hem de waarheid. En onder
luid gejoel wordt Blom uit het paleis
gejaagd.
Dan komt moeder haastig op. Zij
schudt de vader wakker. Blom is in
aantocht. De directeur. De jongste be
diende is komen vertellen, dat Blom
razend was, toen hij er achter kwam,
dat hij Jacob Beentjes vergeten was.
Hij was razend op het personeel, dat
niemand er hem aan herinnerd had,
want Jacob Beentjes was toch zijn
meest trouwe en ijverigste knecht.
De vader schaamt zich dood over
zijn droom. Hij is bijna niet meer in
staat om zijn baas te ontvangen. Het
liefst zou hij het huis willen ontvluch
ten. Maar moeder en de kinderen hou
den hem tegen. En als Blom opkomt en
zich een uitbundig joviale directeur
toont, maakt de vader stotterend zijn
exeuses.
Dit is in grote lijnen het hoofdthema
van dit stuk. Hier doorheen lopen nog
andere kleinere conflicten, zoals o.a.
het conflict van de vader met de oud
ste dochter, die haar verloving met een
prima jongen heeft uitgemaakt om te
kunnen gaan met een rijke man. van
wie zij hoopt, dat hij een eind kan
maken aan haar armoe. Deze omgang
van de oudste dochter met de rijke
man zit de vader al heel lang dwars.
En nu hoopt de vader maar op één
cadeau van zijn oudste dochter met
zijn veertig jaar jubileum, namelijk,
dat zij hem zal zeggen, dat zij het uit
gemaakt heeft met de rijke huwelijks
pretendent. Doch ook hierin wordt de
vader teleurgesteld. En nu zien wij het
grote vakmanschap van de schrijver,
die alle conflicten tot één geheel weet
te vlechten en ook de droom van de
vader aangrijpt, om dit conflict tot in
zijn diepste diepte voor ons te doen
leven. Zo krijgen alle conflicten in de
droom hun diepste tekening. Wat de
vader nooit heeft willen zeggen in de
werkelijkheid, dat zegt hij in de droom.
Een volgend keer zullen we nog ver
der ingaan op dit stuk. We zullen de
stijl, dialoogvorm en opbouw bekijken.
We zullen nagaan, hoe alle personen
onder de hand van de schrijver tot
werkelijk leven komen, verantwoorde
aanvaardbare figuren worden. Het ligt
niet in mijn bedoeling, om een of ander
stuk voor u op te hemelen of af te kam
men, maar om samen een enkele pro
ductie tot in de finesses te bespreken,
zodat U er over mee kunt debatteren.
Dit lijkt mij meer doeltreffend, dan
alle nieuw uit te komen stukken even
in het kort te recenseren.
mm mrav m
No. 2008. 5 Juni 1954
Redacteur; G. J. A. VAN DAM,
Vossiusstraat 18b, Amsterdam-Zuid
Alle correspondentie aan dit adres. Bij
vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel
voor antwoord bijvoegen.
OPLOSSINGEN
No. 2846. (V. D.). Wit 10 (5), 10! (23, A. B.),
10! (5), 32 wint. A. zw. 32X14, 41X32,
14X37, 46X14 w. B. zw. 32X19, 41X32!,
5X14, 32—28 wint.
No. 2847. (v. D.) Wit 48! (49—35 gedw.),
49!! (35—19, want op 25—30, 48X25, 35—19,
25—30!, 19X35 en 11—2 wint, terwijl op
35—30, 11—2!!; op 35—2, 48—43 zou volgen).
4830!! (19X35 gedw., op 25X34, 1139
wint), 11—2 (25—30), 2—7 w. klassiek.
No. 2848. (v. D.). Wit 14-10 (4X15),
30—48! (41—47 gedw) 48X31!! (47 X 20), 35—8
wint. Dit is een der noteclopjes, waarvan
het auteursrecht werd betwijfeld. Het ver
scheen m het Novembernummer 1947 van
het maandblad „Damwereld" onder mijn
naam, doch het komt ook voor in het boek
„Het Damspel" van J. F. Moser, onder no.
1038 (zonder wit's eerste zet) onder de
naam van de Rus A. Beiiinson, met als
publicatiejaar.1948! Indertijd werd
beweerd, dat ik dit eindspel zou hebben
ontleend, evenals enige andere notedop-
jes, aan het werk van Russische compo
nisten. Ik (noch iemand anders) kende
echter constructies, die met de betwiste
notedopjes overeenkwamen, evenmin kon
men bronnen noemen van eerdere publi
caties onder andere namen. Hier thans het
eerste geval, waarbij door de datum van
publicatie het auteursrecht duidelijk wordt
vastgelegd.
No. 2849. (B. Springer). Wit 41—37
(48X26, want op 48X31, 17—39!), 17—3!
(26X9). Hier mocht zwart niet 26X12 we
gens 3X26, 6X17, 26X48. Wit 3. 3X40!
(6X17), 40—35, 19—23, 35—8, 17—22, 8—2,
22—28, 2—24, 28—32, 24—20, 32—37, 20—14
wint.
No. 2853. (B. Springer). Wit (Springer)
lokte oud-wereldkampioen Weiss (t) op
de volgende listige wijze in de val: 1.
37—31, 18—22! Weiss meende nu een schijf
te winnen door 27X18 (want op 29X18
volgt direct 20X29 enz.), 13X22, 29X27,
20 X 29 enz. Wit vervolgde echter verras
send met 2. 29X18!, 20 X 29 gedw., 34 X 23,
19X26, dus toch, dacht zwart, maar toen
kwam.... 27-21!!, 16X27 A., 42—37
(12X23 of?), 37—31 (25X34 of?), 40X18,
26X37, 41X1 en wit won. Op A. zw. 25X34
of? volgt direct 40X29, 12X34, en 21X1!
No. 2854. (B. Springer). Wit 33—29, in
dien zwart nu meent door 1218 schijf
winst of zelfs de winst van de partij te
kunnen forceren, komt hij bedrogen uit,
want dan volgt 2. 30—24! 3. 28X19. 4. 22X4
en als zwart dan voorbarig victorie roept
op grond van 8—13, 4X1, 611, 11—17,
2—7, 1X21 en 16X47 komt de clou door
wit's 35—30!!, 45—40, 49X40 (20—24 of?),
40—35! (24—30 of?), 34X25, 24—29 gedw.,
35—30, 29—33 of?, 4843 wint. Een prach
tig en combinatierijk spelfragment in een
ogenschijnlijk zeer rustige positiestand.
No. 2855. (B. Springer.) Wit 1. 49—44.
Zwart staat slecht en wit biedt hem de
gelegenheid om zich schijnbaar zonder
kleerscheuren uit de narigheid te bevrij
den door 2933, 38X29, 23X34, 39X30 en
21—27. Er volgt dan wel, zoals zwart ver
wachtte 32X21 en 16X36 maar ook nog
30—24!!, 20X29 gedw., 28—22, 17X37,
37—32, 27X40 en 45X5 met winst voor wit.
No. 2856. (v. D.) Wit verlokt met 35—30
zwart tot 1721, 1822, 1924, 14X32,
38X27, 21X32, 26X46. Er volgt nu echter
verrassend 42—38! (46X19 of 14 gedw.),
29—23 en 33X2!
No. 2857. (Stuurman). In dit vraagstuk
is een fout geslopen. Er is op 13 een
zwarte schijf vergeten. Hieronder wordt
deze fraaie compositie opnieuw ter op-
lossing gegeven.
No. 2858. (Scheijen). Wit 38! (28), 29—24!
(43 A), 48! 3. 25! (50) 25. 39! (45), 40. 39 w.
Op A. zwart 29. Wit 23. 3. 39! (50), 6. 50
wint. Een prachtig gaaf vraagstukje,
waarmede de bekwame componist
Scheijen opnieuw bewijst hoe hij met wei
nig materiaal veel schoons weet te de
monstreren.
No. 2859. (v. d. Boogaard). Wit 4742.
23. 25—20, 24. 4348. 6 waarna het eind
spel van Van Embden is ontstaan, dat na
zwart 33 door wit gewonnen wordt met.
1 (39), 6 (43), 38, 11 (27), 16 (31), 21 en 38.
No. 2860. (v. Meggelen). Wit 19—14, 3,
(5), 44—39, 3—25!!, 46!! Wellicht een maxi
male prestatie om in miniatuurvorm het
„546 thema" te bereiken.
No. 2861. (Leo Springer). Wit 39—34
(19—23 gedw.), 28X30 (12—17 gedw.), 34X23
(25X45), 36—31!! en wint want op 50 of 22
volgt nu 46, 6 en op 21 zou volgen 48, 17!
De zet 3631 is bijzonder verrassend.
No. 2862. (v. D.). Wit 47—41. 23—18!
(13X23), 6—11!!, 11X24! (16X21), 26X10,
25X3 w.
No. 2865. (Scheijen en v. d. Kuilen). Wit
23. 11. 2. 26! Het staartje, dat aan dit klas
sieke motief is gebreid, is vermoedelijk
origineel, zw. is nu gedwongen tot 4044,
waarna wit wint met 49X40, 4742 enz.
No. 2866. (Scheijen en v. d. Kuilen). Wit
35—30 (48 gedw.), 22, 9. 4. 26 met hetzelfde
motief. De auteurs hebben tevergeefs ge
tracht de figurant op 50 een werkzame rol
in de afwikkeling te laten spelen. Wie ziet
kans tot verbetering?
No. 2867. (Stuurman). Wit 33—28, 19,
117, 18, 16X7, 5045, 21 wint. Goed werk.
No. 2868. (Korpershoek). Wit 2520.
47-42. 27—21. 48—43. 35—30. 37—32. 32X3
3X5 wint.
VOOR ONZE LADDERWEDSTRIJD
No. 2857
A. STUURMAN,
Schiedam (le pl.)
No. 2878
B. SPRINGER,
Den Haag (le pl.)
w
'fó X W
'O
m j 0
O
0
0
4' //y>:
Stand: Zw. 4, 79,
11, 13, 17, 23, 26, 29,
33, 38. Wit 15, 16,
20, 22, 24, 30, 31, 37,
42, 44, 45, 47, 49. W.
sp. en w. (Herplaat
sing wegens mis
stelling).
No. 2879
O. BAEKE,
Antwerpen (le pi.)
Stand: Zw. 8, 11,
13. 14, 18, 20, 27, 35,
42. Wit 21, 32—34,
36, 39, 41, 44. W. sp.
en w. Eindmotief
uitwerken.
No. 2880
I. A. SCHMIDT,
Charkov (Rusland)
ao W
"S
Schaakredacteur: P. A. KOETSHEID,
Huize St Bernardus, Sassenheim.
(Zaterdag 5 Juni 1954
DE PROBLEMEN VAN DEZE WEEK
Daar Pinksteren meer geschikt is iemand
naar buiten te lokken dan gebogen achter
het schaakbord te zitten, wil deze rubriek
niet veel beslag op de lezer leggen. Een
eenvoudig driezetje en een zeer goed ge
slaagde tweezet van onze oudste mede
werker vormen de inhoud van deze
rubriek.
Daar we circa half Juni enkele weken
van huis gaan delen we het volgende
mede.
De oplossingen van no. 7144 en no. 7145
verschijnen over twee weken; hiermede
gelieven onze oplossers rekening te hou
den. De volgende week geven we geen
problemen, maar een eindspel met de
oplossing er bij en als verdere vulling een
partij en de gebruikelijke oplossingen.
Voor 19 Juni hebben we gereserveerd
twee helpmatproblemen met bijvoeging
van hun oplossingen, zodat aan de hand
hiervan ieder belangstellende er kennis
van kan nemen. De volgende rubrieken
verschijnen weer in hun gebruikelijke
vorm, waarvan de eerste een partij zullen
brengen.
No. 7135. P. Overkamp.
In de oplossing van deze driezet is een
gedeeltelijke correctie nodig. Na 1. Kg3,
Pf4d5 volgt niet 2. b3—c4:, doch 2. Dfl
c4:; indien nu 2. Pc6e5, dan 3. Dc4e2
of 2Pd5—f4; 3. Dc4d4:; na andere
zetten 3. Dc4d3.
No. 7144
J. VAN DIJK, De Lier
le plaatsing
Mat in 2 zetten
No. 7145
H. J. ALBARDA, Utrecht
Maasboéletournooi 1954
Mat in 3 zetten
'////////s
Stand: Zw. 7, 8, 10,
12, 17—20, 22, 35.
Wit 16, 21, 27, 28,
31, 33, 37, 40, 44, 47,
49. W. sp. en wint.
Stand: Zw. 3, 12,
21, 22, 28, 45, D. 17.
Wit 8, 13, 29, 37,
44, D. 6., D. 42. W.
speelt en wint.
De oplossingen van deze vraagstukken
worden gaarne tot 17 Juni a.s. tegemoet
gezien aan het boven deze rubriek ver
melde adres.
PROBLEEMOPLOSSINGEN
No. 7136. J. K. Blom. Opl. 1. Eth7—bl
dreiging 2. Dh8! enz. 1Tee5, The5,
Rf3:, 2. Dd5!, De4!, Df3:t enz.
Indien direct 1. Dh8, dan 1Th7:
of 1. gh5:, Te5; 2. Dh8, Kd4:.
Tenslotte nog 1. Db7, Pg6!; 2. Db5:, Tb5:.
No. 7137. M. E. Nordlohne. Opl. 1. Pe2—
g3 dreiging 2. Pg3- f5tt.
No. 7138. E. Holladay. Opl. 1. Pf4—d3
dreiging '2. Pd3—b4tt.
Deze drie problemen werden goed op
gelost door; A. v. Asten, Asten; M. v. d.
Burgt, Utrecht; P. Dekker, Rotterdam; J.
Dickhaut, Nijmegen; F. J Fokkelman,
Hengelo; B. Kouwenhoven, Rotterdam; F.
Pijls, Maasbracht; Paul Raschdorf, Han
nover; P. Schols, Geleen; J. G. M. Vos,
Rijswijk; C. v. d. Weide, Rotterdam.
De tweezetten door: J. K. Blom, Berg-
schenhoek; mr dr R. Bromberg, Roermond;
Th. B. M. Arends, Venlo; H. Th. v. Goor,
Voorburg; C. Ob den Camp, Maastricht;
T. Jansen, Rotterdam; J- F. Pilgram, Rot
terdam.
No. 7137 door W. H. Haring, Schipluiden;
A. Rondema, Tilburg.
Nagekomen oplossingen van 7133, 7134 en
7135, J. Dickhaut, Nijmegen.
Op 17 Juni vertrekt le hoofdlegeraal
moezenier in Nederland, mgr H. v. Strae-
len, naar Suriname en de Ned. Antillen.
Hij zal in Suriname een bezoek brengen
aan de aldasrgelegerde militairen, en
op Curagao en Aruba aan de Katho
lieke militaire tehuizen. Op 10 Juli hoopt
mgr Van Straelen weer in ons land te zijn
teruggekeerd.
Het wonderlijke van bridge-spelen is,
dat zwakkere spelers zich door onlogische
manoeuvres vaak moeilijkheden op de hals
halen, die in een sterke partij eenvoudig
ondenkbaar zouden zijn.
Het onderstaande spel zou, als het voor
gekomen was aan een tafel met vier sterke
spelers, zonder belangrijk commentaar in
het archief der „gewone" spellen zijn op
geborgen. De N—Z-spelers die het in de
practijk in handen kregen, zagen echter
kans er een ware knoeipartij van te
maken.
V,7,3
C H,V,10,7,3
B,4
H,8,5
0 H,B,6,5
V B,8,6
O A,H,9,7
B.2
A,8,2
<3 9,4,2
O 8,6,5,2
•f" 7,6,3
Op een begroting van de gemeente Rhe-
den was 175 uitgetrokken voor verze
kering van de wethouders tegen ongeval
len. Ged. Staten van Gelderland hebben
deze post goedgekeurd. Dit laatste besluit
is thans door de Kroon vernietigd uit
overweging, dat wethouders noch aan enig
we'telijk voorschrift, noch aan normen
van billijkheid aanspraak op schadeloos
stelling kunnen ontlenen ,n al de gevallen
en in de mate. voorzien in de te sluiten
verzekeringsovereenkomst.
10,9,4
C A,5
O V,10,3
4. A,V,10,9,4
Zuid was de gever, N—Z waren kwets-
Zuid opende met 1 West zei „doublé"'
(informatie-double), Noord bood 2 v.
waarop iedereen paste.
Zuid had op dit 2 <?-bod, volgens de
biedtheorie éénronde-forcing, niet mogen
passen. Gebrek aan theoretische kennis en
angst voor zijn eigen ogenschijnlijk
zwakke opening noopten Zuid tot dit on
tijdig passen. Noord's 2 CJ'-bod is echter
ook zeer aanvechtbaar, want Noord heeft
voldoende kracht in alle kleuren om heel
gewoon te beginnen met „redouble".
Noord moest dus 2 V spelen en dat ver
liep als volgt: Oost kwam met 2 uit.
West nam <(k-heer en speelde 5 na; ten
onrechte dacht Noord nu, dat West onder
het aas uit speelde en hij legde #-vrouw
mc 1 door Oost's aas. Noord had na-
- tven moeten bedenken, dat West
#-aas en heer nooit een kleine zou
hebben nagespeeld.
Nadat OW 3 slagen in 4)k hadden ge
maakt, vervolgde West zeer goed
met O-heer en O-aas, zodat O—W reeds
5 slagen hadden. In de 6e slag speelde
West toen, weinig heil ziende in enige
andere aanval, de 13e na, waarop
Noord weggooide, Oost met C 9 in-
troefde en Zuid's troefaas er uit gedwon
gen werd.
Had Noord zich nu gerealiseerd, dat
West's informatie-double op enige kracht
in "s? kon duiden, dan had hij zeker de
snit op <^?-boer kunnen en moeten maken.
Noord speelde echter <3?-heer en vrouw,
hopende, dat de boer wel zou vallen. Toen
dat niet het geval bleek, ging het contract
roemloos één down, daar West C-boer
nog maakte.
Laten we nu eens zien, hoe dit spel
„gaaf" afgewerkt moet worden, zowel in
bieden als spelen.
Zuid 1 4», een normaal gezond openings
bod, West double, zeker gemotiveerd,
Noord redouble. Oost ,1 O de enige
mogelijke actie, beter dan passen, daar
het West dan weer in moeilijkheden brengt
Zuid pas, om het aan Noord over te
laten te zeggen, wat hij verder wil. West
pas, Noord 1 0, Oost pas, Zuid 1 SA,
West pas, Noord 3 SA, allen passen.
Waarmede zou West tegen 3 SA uitge
komen zijn? Vermoedelijk met 0. maar
het doet er weinig toe; O—W kunnen niet
meer maken dan 2 slagen in O en 2 sla
gen in 0. Zou West b.v. met een kleine
O uitgekomen zijn, dan maken N—Z 1 slag
m O, en in 4« en V elk 5 slagen, totaal
11 slagen. Hoe het zij, de kwetsbare 3 SA
van NZ zouden zonder grote moeilijk
heden een feit geworden zijn.
Als we dit simpele biedverloop bekijken
en ons dan nog eens even Indenken op
welk een warhoofdige wijze onze N—Z tot
2 C? kwamen en bovendien daarop nog
down gingen welt bij ons de gedachte op,
dat er nog zoveel bridgers zijn die spelen
volgens het principe: Waarom gemakkelijk
als het óók moeilijk kan?
MIMIR.
De Aikmaarse snorrenactie, ont
ketend door enkele inwoners der
gemeente, heeft burgemeesterlijke
medewerking toegezegd gekregen.
Burgemeester Wytema van Alk
maar gaat gelijk het de eerste bur
ger van een gemeente betaamt,
vooraan in de snorrenactie. die
eigenlijk reeds ter gelegenheid van
het 700-.larig bestaan der stad was
begonnen
„Alle Alkmaarders een snor" is
het motto en mr H. J. Wytema heeft
tijdens de Donderdagmiddag gehou
den raadsvergadering verklaard,
zijn gaster, niet onbesnord te willen
ontvangen „Voor mij geen scheer
mes meer op de bovenlip" zei de
raadsvoorzitter en daarmede kreeg
het comité van actie een zeer waar
devolle steun. Vrijwel de gehele
mannelijke burgerij „snort" alreeds,
en de actie dreigt over te slaan
naar Leiden, dat door hechte
vriendschapsbanden met Alkmaar
verbonden is. Ook daar zijn stem
men opgegaan de knevels te laten
groeien opdat men straks met een
fraai beklede bovenlip aan de Aik
maarse feestvreugde kan gaan deel
nemen
De minister van buitenlandse zaken, mr
J. W. Beyen heeft de ambassadeur der
Ver. Staten in ons land, de heer H. Free
man Matthews een in leer gebonden
exemplaar van de Amerikaanse editie van
het gedenkboek aangeboden. De Ameri
kaanse editie verschijnt onder de titel
„Road tot Recorvery".
immDM
Het zal deze maand de moeite lonen naar de lucht te kijken. Niet
alleen 's avonds. Maar zelfs overdag. Want er gaat heel wal gebeuren.
Allereerst een zonsverduistering.
Juist op de laagte dag van deze maand:
30 Juni. Nog wel - :i totale zonsver
duistering maar, helaas, geldt die
totaliteit Heen voor het Zuiden van
Noorwegen en Zweden niet voor ons
land. Ons land heeft nooit erg dik in
z'n zonsverduisteringen gezeten; in z'n
totale, wel te verstaan. Geen levende
ziel heeft er ooit in deze contreien een
gezien. Dan zou hij nu meer dan vijf
eeuwen oud moeten zijn. Want de laat
ste, totale zonsverduistering, die hier
viel waar te nemen, kwam voor in de
Junimaand anno 1433.
Wel bestaat er een kans, dat velen
onzer, wanneer zij maar tijd van leven
krijgen, „eerlang" het merkwaardige
verschijnsel zullen kunnen bewonde
ren. Want, de 11e Augustus 1999 staat
er waarschijnlijk weer een op het pro
gramma. Dus, nog even geduld tn het
Zuiden van Limburg zal die waarne
ming het geschiktst vlotten. Reserveert
daar dus tijdig uw pla.tsen. Voorlopig
zullen we een verduisteringetje met 20
pet korting voor lief moeten nemen;
immers, jegens ons trekt de zon slechts
voor 80 pet een sluier voor haar ge
zicht, op deze laatste Junidag.
Wat is er eigenlijk aan de hand? Hoe
ontstaat dit natuurverschijnsel? Een
voudig gezegd het kan alleen maar
ontstaan bij nieuwe maan. (maansver
duisteringen alleen bij volle maan). On
der omstandigheden kan het gebeuren,
dat de zonneschijf geheel of gedeelte
lijk bedekt wordt door de schaduwke-
gel van de maan, die dan tussen haar
en de aarde in staat. Totale zonsver
duistering geldt voor die plaatsen op
onze planeet, welke door de kern van
de schaduwkegel worden geraakt; die
met de „halve" schaduwkegel kennis
maken, boeken slechts 'n gedeeltelijke
verduistering. Trouwens, de totale is
maar enkele minuten totaal; daarna
schuift de maan weer links van de zon
weg.
Vervolgens de 21e Juni wendt de
Noordpool zich eindelijk, sinds 21 De
cember, weer eens naar de zon toe. en
koestert zij zich in haar lichtDe zo
mer begint.... op onS Noordelijk half
rond het Zuidelijk zal meer de win
ter voor lief moeten nemen, terwiil er
aan de evenaar niet vee) verandert.
Een merkwaardig samentreffen vond
de 3e' Juni plaats de planeet Venus
maakte haai opwachting bij de maan!
Venus is nu voor de variatie weer
avondster geworden en in het Westen
te vinden als een „ster" met zachte,
heldere glans. Wanneer de zon een
uurtje onder is, kan men al een oogje
aan deze planeet wagen, de „plastic"-
planeet, want haar wolkendek blijkt
uit een soort „plastic" gemaakt. Zuur
stof en waterdamp heeft Venus ons
niet te bieden, die zijn daar althans
nimmer aangetoond. Leven, zoals wij
dat kennen, lijkt daarginds dan ook
vrijwel buitengesloten.
Dan kunnen we, gedurende de hele
nacht, ook de planeet Mars begluren,
die haar helderste beentje voorzet, al
moet zij het tegen Venus afleggen.
Men meent, dat op deze veelbesproken
planeet met haar rosse gloed een ze
kere vorm van leven mogelijk zou zijn.
Er moet zich waterdamp in de at
mosfeer bevinden, want er zijn ijzige
poolkappen...., die ooit een tempera
tuur bereiken van 100 graden beneden
nul Lagere planten, korstmossen,
zouden er het plantenkleed vormen!
geen planten met bladgroen. „In ver
band met de gesteldheid van de Mars-
atmosfeer. die grote verschillen met de
aardse dampkring vertoont, kan men
zich ten opzichte van de veelomstre
den vraag, of er op Mars leven voor
komt. slechts aan gissingen wagen"
Voor een andere planeet, Saturnus,
moet men het Zuidwesten afzoeken.
Het interessantste ziet men evenwel
nietde ringen Die kunt u alleen
maar in een grote kijker krijgen en
dan moet alles nog meewerken ook. Er
zijn er drie; de binnenste heet de
floersring. Zij worden gevormd door
een zwerm van grotere of kleinere
„maantjes" die zich om de planeet be
wegen; het zouden brokstukken zijn
van een ontplofte maan. Overigens
hoeft Saturnus op z'n manen niet zo
zuinig te zijn als wij hij heeft er een
tiental tot zijn beschikking. Voor even
tuele reisplannen voelen wij niet veel;
ons is het daarginds n.l. een beetje te
koud 150 graden onder nul
Onder de „zomer-sterren" noemen
we in het Zuiden de rosse Antares, een
ster, wiei middellijn 450 maal de zon is;
het licht van Antares doet er 250 jaar
over om ons te bereiken.... en het
reist toch heus met zevenmijlslaarzen:
300.000 K.M. in één seconde (Er staat
een ster in „De Zwa<m" die we per
sneltrein van 100 K.M. per uur.... pas
na 123 millioen jaar zouden kunnen be
reiken) Verder kunnen we „Spica"
zien, in het Z.W., wier lichtsterkte 3000
maal zo groot is als die der zon. Be
sluiten we met Regulus laag in het
Westen, waar zij ondergaat, en met de
gele Capella, in het Noorden, laag bo
ven de kim.
Half Juni is er ook nog sprake van
een gedeeltelijke, ongeveer halve,
maansverduistering, maar dat wordt
erg laat opblijvenen misschien
„voor niks", als de bewolking ons par
ten speelt.
1. Het woord „miniatuur" komt van
„menie", rode verf, waarmede men
oorspronkelijk de opschriften der
hoofdstukken, de randen en de
prachtige beginletters schilderde.
2. Grondbeginselen van het metselver-
band is. dat de stenen zo naast en
op elkaar geplaatst worden, dat
nooit verticale voegen in twee op
eenvolgende lagen boven elkaar ko
men.
3. Wanneer bij een muziekstuk staat
„M.M. 120", dan geeft dit
aan, dat, gemeten met Malzel's
Metronoom („maat-meter"), er 120
kwartnoten in éér minuut moeten
gespeeld worden.
4. Het metaal: kwikzilver, blijkt vloei
baar bij kamertemperatuur.
5. „Menus pas", „kleine passen",
maakten de danse-s bij de Franse
dans menuet.
6. Een valse eed is een „meineed". Dit
„mein" houdt verband met een oud
hoogduits woord, dat zoveel als
vals betekent.
7. Een bunder is een hectare. Een
wisse, maat voor brandhout, is een
kub. meter, of stère. Een mud is een
hl. Een lood is een decagram. 10
gram. Een schepel is 1 Dl
8. „Boston, Mass" betekent Boston,
in de staat Massachusetts, 't Woord
zou „Bij de grote heuvels" bete
kenen.
9. Gepolijste kalksteen noemt men:
marmer.
10. Met „een laegh en visschcs-eiland,
het weick een klooster draegbt ge-
noemt Mariengaerd" bedoelt Von
del (Gijsbr, v. A.) het eiland Mar
ken. In werkelijkheid lag dit kloos
ter even verder, n.l. tn Friesland.
Bij alle Utrechtenaren, en zeer veel
niet-Utrechtenaren. is het grote plein,
nabij het Postkantoor, bekend als „de
Neude". Het is een historisch plein.
Eeuwen geleden ontmoetten hier rid
ders elkaar met gevelde lansen en
neergeslagen vizieren; het was toen
tournooiveld. Er vonden terechtstellin
gen plaats. De schrifturen van Dr
Maarten Luther gingen er in vlammen
op en in rook onder. Niemand minder
dan Prins Maurits. de grote soldaat,
dankte er de Waardgelders af; Utrecht
had zeshonderd van de „wachtgelders"
(die zich in vredestijd voor halve soldij
ter beschikking hielden) tegen Maurits'
zin, in dienst genomen. Tijdens de
nadagen der Republiek, betoogde men
'er gunste van de Franse bevrijders.
Volgens Prof. Dr J. Muller, heeft dit
befaamde plein nogcl eens verschillen
de ®amen gedragen „Node op die
No.-r Nue aen de Nuede enz De
vraag is wat betekent dit eigenaar
dige woord? En is 't hetzelfde woord,
dat we vinden in een Hilversumse
straatnaam de Neuweg?
Professor Muller '-omt, na een ge
leerde, taalkundige verhandeling, tot
het volgende antwoord Oorspronkelijk
betekent het woord zoveel als groef,
sponning, gleuf, keep. vore en hij denkt
dan aan de verbinding tussen twee
planken bijv.
„Was hier dan vroeger een water
loop?" za! men onwillekeurig vragen
Zoveel is zeker, dat de Neude in de
middeleeuwen heel wat lager lag dan
tegenwoordig. Niet minder dan 326
karren zand en 30 tonnen kiezelsteen
bleken in 1441 vereist om het veld ge
schikt te maken als tournooiveld; tot
1472 waren met deze ophoging
- 3000 karren zand en 1100 karren
kelen nodig
Vermoedelijk hebben we met een
oude Rijnarm te doen en was de Neude
een inham vén de Rijn. Ook „blijkens
daar opgegraven scheepsplanken. mas
ten, ankers'' enz. „Men mag gissen,
dat er oorspronkelijk een nauw water,
een geul geweest is. uitlopende In de
toenmalige Rijn".
Maar 't hooggelegen Hilversum dan,
hoe komt dat dan aan een waterloop?
Hoe komt dat dan aan zijn Neuweg?"
Professor Muller meent, dat hier
sprake is geweest van een vernauwing,
een holle weg, of iets dergelijks. Ook
de Brusselse voorstad „St. Joost ten
Noode" zou met een nauw dal te ma
ken hebben gehad, het naywe dal der
Maalbeek.
In menige ke-k zien we een
Heilige afgebeeld, een Bisschop
die een Evangelieboek voo: zich
houdt, dat met een zwaard is
doorstoken Sint Bonifatius,
door de Fri zen in 754 bij Dok-
kum omgebracht. Het Evange
lieboek zou hij als schild ge
bruikt hebben om de slager zij
ner vijanden af te weren. Een
bejaarde vrouw, die tegenwoor
dig was bij de laffe overval,
heeft dit verklaard,
1954—754, daar tussen liggen
twaalf eeuwen. Reeds naker ve
len zich op om dit feit plechtig
te herdenken. Eén gewichtige
zaak moge daarbij als een paal-
boven-water staan de wereld
figuur Bonifitius. de onv nnei-
de, karaktervaste, plichtsge
trouwe Apostel-der-D itsers, is
tot 1 zijn laatste snik nauw
verbonden gebleven met de op
volger van Sint Petrus.
Een vergadering van geestelij
ken, onder voor'itterschap van
Bonifatius, waar dertien Bis
schoppen aanv/ezig wareh, ver
klaarde „in alles de voorschrif
ten van S F trui Canoniek (dus:
overeenkomstig de kerkelijke
wetten) te willen volgen". (Kar
dinaal De Jong) Het was ook de
Plaatsbekleder Christi, die St.
Bonifatius benoemde tot Aarts
bisschop van Mainz, met vol
macht. Bisschoppen te wijden.
„De vader der Europese een
heid" stichtte in de Duitse stad
Fulda (ten N O. van Frankfort
M.), een middelpunt van gods
dienstige wetenschappen een
klooster. Daarvan maakte hij 'n
model-stichting voor heel Duits
land, waar de 'oestanden nogal
wat te wensen overlieten; tevens
zou dat klooster zijn laatste
rustplaats zijn.
Na de marteldood 754. niet
755 werd de reliquie van de
H. Martelaar dan ook, via
Utrecht en Mainz, naar Fulda
overgebracht. Bij dit graf komt
jaarlijks het Duitse Episcopaat
samen.
Eens reisde de oppergod Thor m zijr,
bokkenwagen door een donker bos.
Toen hij de hele dag gereden had
kreeg hij slaap- Gelukkig stond er een
huis, een geweldig groot huis. Een
mooie gelegenheid om eens lekker te
slapen, dacht Thor. Juist wilde hij
gaan liggen, toen er een hevige storm
wind door het bos raasde. Takken
kraakten, bomen zwiepten. Maar Thor
stond niet eens^ op om te £aan kijken.
's Morgens, bij zijn ontwaken, hoorde
hij iemand hevig snurken. Er lag een
reus vóór het huis. Thor maakte hem
wakker. „Wat deed je vannacht in mijn
handschoen?" vroeg de reus. Toen be
ter yi
greep de god. dat hij in de handschoen
van de reus de nacht had doorge
bracht.
Samen reisden zij nu verder. Tegen
de avond viel de reus in slaap Dat was
jammer, want hij droeg de zak met
eten op zijn rug. En Thor kon die zak
maar niet open krijgen. Hij greep zijn
hamer en gaf de reus een dreun op zijn
hoofd. Geeuwend vroeg deze „Is er
een blaadje van een boom op m'n hoofd
gevallen?" Daarna sliep hij weer in.
Een paar uur later kreeg Thor wer
kelijk honger en hij kon nergens bij.
Nu gaf hij de reus met z'n hamer een
schok op z'n voorhoofd „Er valt, ge
loof ik, 'n eikel op m'n hoofd", geeuw
de de reus. En sliep weer in.
Tenslotte gaf Thor hem zo een ver
schrikkelijke slag tegen zijn slaap, dat
de reus geeuwde „Nu is er toch heus
een vogelveer op m'n hoofd terecht ge
komen". En sliep weer in.
Maar Thor wou niets meer met de
kerel te maken hebben, en ging alleen
verder.
Horizontaal; 1 vogel, 6. vogel, 11. soort
onderwijs, 12. rijtuig, 14. uitroep, lo. deel
v. e. voertuig, 18. huisdier, 19. verwar
mingsmiddel. 21. familiend, 22. keuken
gerei, 24. soort 25. deel v- Azie (alk 27.
voertuig, 28. muziekteken, 29. familielid,
30, zeemacht (eng-). 33- ^vlstand, 34.
voorzetsel, 35 deel v. bloem, 38. eer
waarde heer (lat.), 39, onmeetbaar getal,
40 de onbekende 41. pers. vnw„ 42. lid
woord. 43. familielid, 45. bijwoord van tijd,
49. uitroep. 50. soort dans, 51. soort sport,
53, visnet, 54. dwaas, 56,, zeevogel, 57.
heilige. 59. aanzien, 61. rekenkundige op
gaaf 63, lekkernij, 64. bouwmateriaal, 66.
plakmiddel, 68. eiland in de Ind: Archi
pel, 70. voegwoord, 71. bediende, 73. uit
roep, 74. soort aap, 75. stumper.
Verticaal: 1. pl. jn Overijsel, 2. zangstem,
3. walm, 4. maanstand. 5. vernis, 6. sport-
term, 7. naschrift, 8, steenmassa, 0. wie
(eng.), 10, soort scheepje, 13. jong dier, 16.
onder andere (afk.), 17. kledingstuk, 19.
loon, 20. meteen, 23. makker, 24, kleding
stuk, 26. meisjesnaam, 29, ijzerhoudende
aarde, 31. lust 32. voorzetsel, 35. snurken,
36. vis, 37 kledingstuk, 44. indien, 4)6. Euro
peaan, 47. voertuig, 48, doorzichtig weef
sel, 49, slang 50. pl, In Noord-Holland, 52.
gaanderij voor zangers in de Kath. kerk,
55. zeedier, 58. geheel de uwe (lat.), 59.
vogel, 60. puistje. 62. hemellichaam. 65.
lidwoord, 66 bitter vocht, 67. tafelgerei,
69. voordeel 71. Chinese maat, 72. het
zelfde (afk.)
Horizontaal: 1. ga, 3. hengelen, 10. er,
11, dor 12. een 13. verder, 15. aletta, 18.
al 20. rage 22. ranke, 24. kater, 25. twee,
27'. kg., 28. indien, 30. ostara, 32, lee, 34.
dos, 35. on, 36. kantelen, 37. et.
Verticaal: 1- gevaarte, 2. are, 4. edel,
5 noren, 6. gr., 7. legaat 8. ee, 9. n.n.,
14 danken 16. traint, 17. sergeant, 19, law,
21 gek, 23. neigen, 26. viool, 29. esse, 31.
roe, 32. l,k„ 33, e.a., 34. de.
1. Willem V van Beiéren werd waan
zinnig „de dolle hertog". Zijn
broer Albrecht nam het bestuur
over als „ruwaard". Cornells de
Witt was „ruwaard" van Putten.
Hadden deze heren dan een ruw
karakter?
2. Op een gravure „De Dam te Am
sterdam in de XVIIe eeuw" staat
de Nieuwe Kerk met een hoge to
ren afgebeeld; een moderne photo
toont die toren niet.
Wat is er mee gebeurd?
3. Hoe heetten de kleine mensen, die
in eierschalen woonden en koren
halmen met een bijl moesten om
hakken volgens de Ouden?
4. Een zangvereniging noemt zich wel
„Orpheus" (spr.: or-fuis). Waarom?
5. Sommige hotels, ooit in de nabij
heid van stations, noemt men „Ter
minus". Hoe dat zo?
fi Op de „Corcovado", boven Rio de
Janeiro, staat een wit, wereldbe
roemd beeld Wiens beeld is dat?
7 Wij staan aan de vooravond van
het hoogfeest vin „Pinksteren", ne-
derdaling van de H, Geest over de
Apostelen. Wat heeft het woord
„Pinksteren" met dit heilsfeit van
doen?
8 De H. Geest wordt in de Christe
lijke kunst gewoonlijk voorgesteld
door een duif. Zijn er nog andere
voorstellingen in de beeldende
kunst van de H. Geest bekend?
9 „Heden ik morgen gij", leest men
wel op kerkhoven „Hodie mihi.
eras tibi". Kan men eigenlijk wel
zo spreken?
10 In het geestesleven der middel
eeuwen namen „de zeven vrij®
kunsten" een overheersende plaat*
in. Kent u er enkele?