VIJF PUNTEN VOOR DE WINTERCOLLECTIES Elk seizoen oude schoenen in de vuilnisbak - PLEISTERZONDAG Het geval LEAVENWORTH ITALIAANSE MODE- Volgende week Droom van een schoenfabrikant W ANNA K. GREENS ZATERDAG 18 SEPTEMBER 1934 *-«nr:\A i Vaticaan, Quirinaal en vijftiende-eeuwse zandlopers inspireerden de couturiers Mode is als het land waar zij geboren wordt Terwijl het slop, waarin de Franse politiek zich al zo lang bevindt, nu eindelijk is ontgemond in Dior's fantasieloze H-lijn, bloeit in de Italiaanse modesalons het individualisme van dat land. Slechts op vijf punten zijn de Romeinse ontwerpers het volkomen eens voor de komende winter. Die punten belangrijke punten omdat zij het schema vormen, waarop een hele mode is opgebouwd zijn: klein hoofd - nauwe taille - smalle heupen - geaccentueerde schouders - rokken 35 centimeter van de grond. Voor het overige pioniert ieder naar hartelust in de geschiedenis, de artistieke, folklo ristische en historische attributen van zijn land. Juist door het jeugdig élan, waarmee zij wordt gehanteerd, is de Italiaanse mode sinds de oorlog al meer dan één roklengte voorgekomen in de wed loop om de wereldsympathie. Nederlandse vrouw denkt er echter anders over I t Uit de collectie van de jeugdige Roberto Capucci kozen wij dit namid- dagtailleur var soepele Bourgognekleurige wollen stof. Het bovenstuk werd op ÜL ipe wijze tot een kleine shawlkraag geplooid. Op deze ruige ivitte wollen wintermantel veroorloofde Antonelli zich het dubbele grapje van een originele ronde kraag en een grote aan de voorzijde geplaatste klepzak% ,i .SJÜ MM l Z. KOREA PROTESTEERT OPNIEUW Tegen terugtrekken der Amerikaanse divisies DOOR om het lichaam gespannen houdt, om pas ter hoogte van de buste en de schou ders in soepele en ruime gebogen lijnen te verlopen, heeft Schuberth's fanfare inderdaad iets militairs. Sommige van zijn tailleurs hebben hoge, rechte, mili tair aandoende kragen en brede schou ders, terwijl flarden van kleur, drape ringen, toefjes, panden en krulversie- rihgen, die op de meest onverwachte plaatsen op de rechte rokken zijn geënt, het lichtelijk ironische en caricaturale aanbrengen van 't soldateske in de ope rettestijl van Der Graf von Luxemburg en dergelijke meer. Ferdinandi heeft een voorkeur voor soepele tweeds en uiterst fijn geweven kamgaren stoffen voor de tailleurs, die hem eigenlijk het meest bekend hebben gemaakt, en die voorkeur uitte zich o.a in een combinatie van een kardinaals rode tailleur met een mantel van een rood, wit en groene Schotse plaid. Iets heel bijzonders is ook een tailleur, waar van het honingkleurige tweed weefsel met geel. bruin, grijs en groen door- spikkeld is. De waaiervormige lijn is hier verkregen door een reeks straal vormig uit de taille oplopende stroken. Voor zijn middagjaponnen heeft Fer dinandi, evenals trouwens de gezusters Fontana, gebruik gemaakt van prach tige wollen brodaatweefsels, waarbij hij een voorkeur vertoonde voor kleuren als helgroen, Parma blauw, neon blauw en een tint. die ..minder dan zwart" wordt genoemd een diep grijs met een reflex van zwart. De Fontana-collectie bevat overigens nog meer verrassingen, die alle min of meer verband houden met de door dit huis gelanceerde Cles- sidra-lijn. Iets huiselijker gezegd bete kent dit, dat voor deze collectie de slank oplopende vijftiende eeuwse zand loper model heeft gestaan, die weliswaar geen uitgesproken X-vormig silhouet vereist, maar wel een iets sterkere ac centuering van de heup, dan die wij in de overige collecties aantreffen. Tot dte verrassingen reken ik niet zozeer ue door Fontana sterk begunstigde kleuren Pompejaans rood en „zonsondergang"- grijs (dat in drie tinten verwerkt werd voor een driedelig ensemble) en de nieu we kleur gesmolten koper, maar voorat de zware bedrukte wollen weefsels, waarbij zwarte abstracte figuren tegen een witte achtergrond zijn geplaatst en waarbij de rand van de zwarte figuren met maanstenen is gegarneerd. F.en weefsel als dit heeft iets van de voorname rijkdom der late middel eeuwen, die zo een volkomen anders sfeer ademt dan de moderne Vespa (wespen)-lijn van Giovanelli-Sciarra met de rechte en bij uitzondering enigszins opgevulde schouders en de Turbine-lijn van Mingolini-Guggenheim, die met de uit brede schouders nauw toelopenue rok volkomen aan zijn naam oeant wo'ordt. Over de heel nauw aansluitende japonnen worden bij Mingolini heel rui me. wijde mantels gedragen en alleen al door deze combinatie is deze collec tie een contrast-effect rijk. dat haar een bijzondere plaats geeft in het Romeinse modebeeld van vandaag. Ik schreef dat allemaal naar aanlei ding van (ie Vijf Punten van Rome. I aar zijn hei eigenlijk geen bevoorrechte lie den, die ontwerpers, die daarop zoveel variatie kunnen maken? v daNAII. (Van onze verslaggeefster) De negers die de Afrikaanse woestijn bevolken, kenden, wanneer wij een Brabantse schoenfabrikant mogen geloven, lol tien jaar terug geen seboeisel. I'oen kwam echter de veldslag van El Alamein die zoveel kreupele jeeps op bel slag- veld aebter liet dal daaruit een plaatselijke industrie kon ontstaan. De inboorlingen sloopten er dc banden af en maakten biervan zolen die zij met touw om de voe ten bonden, loen zij eebter bet meer comfortabele sclloeisel kou den bemachtigen, dat Europa bracht, plantten zij bun nieuw ge wekte enthousiasme daarop oyer. Zo kan bet dan gebeuren, dat daar in Afrika een inboorling wande.l op keurige Brabantse sandalen bij Die mode is op basis van de „Vijf punten van Rome" zo einde loos gevarieerd. Een mode, waarin iets van de paushymne zingt wanneer u mij deze lyriek vergeven wilt omdat Ferdinandi zich in zijn inspi ratie heeft laten leiden door de vorm van het flabellum, de grote ronde struis veren waaier, die bij pauselijke plech tigheden hoog wordt meegedragen. En ook iets van de koperfanfares, waarbii de wacht van de president der republiek in zijn pittoreske uniformen zijn post betrekt bij de poorten van het Quirinaal De mode van het Vaticaan en van het Quirinaal, dat laatste verzinnebeeld in de Fanfare-lijn van Schuberth, zie daar een belangrijk deel van het Ita liaanse kledingbeeld. Maar terwijl Fer dinandi zijn Flabellum-lijn uitleeft in. een compositie van een uiterst, nauwe taille die ook daarboven de stoffen glad zx- een costuum dat uit niet veel meer dan een felgekleurd voetbalshirtje bestaat. Maar de Nederlandse fabrikanten van wie er al een 380 zijn die in hun bedrijven werk hebben voor 17 000 men sen, hebben andere aspiraties. Zij zor gen er op de eerste plaats voor dat het binnenland met 18 millioen van de 22 millioen paar schoenen en pantoffels die zij produceren, aan zijn trek komt. Doch verder zorgen zij er voor, dat tegenover de anderhalf millioen paar schoenen, die wij uit het buitenland betrekken een exportrekening staat met een opbrengst van ruim 20 millioen gulden, waarvoor dan onder andere de nieuwste Ameri kaanse machines kunnen worden aange schaft die bijvoorbeeld het lijmen van zolen waarvoor tot nog toe een half uur stond' in 14 seconden voor elkaar brengen.. In de Langstraat doet men zaken met Canada en Argentinië, met België en Scandinavië, Nieuw-Guinea en Suriname en, zoals u al weet, ook met bepaalde Afrikaanse gebieden. Daarnaast ook met. Amerika, ofschoon niet voor Ieren schoenen. Niet dat die Amerikanc- be zwaar hebben tegen ons product, maar omdat er daarginds van die wonderlijke wetten en invoerbepalingen zijn. die het noodzakelijk maken om voor hun land kleine, stevige sandaaltjes te vervaardi gen met een raffia bekleding inplaats van leer Die fabrikanten zouden daarmee te vreden moeten zijn, zou men zeggen. Maar dat zijn ze niet. Wij troffen ten minste dezer dagen tijdens een door de vereniging Nederlands Fabrikaat naar de Langstraat georganiseerde excursie, een fabrikant die een wonderlijke droom koesterde NI., dat dc modieuze vrouw haar voordelige schoentje met de heer lijk soepele zool slechts één seizoen zou dragen. Daarna, als de zoi.-l versleten is, de vuilnisbak. Ij', maar zo gemakkelijk gnat "'at niet. Ook al beeft dat uit een oogpunt van productiviteitsbevordering on getwijfeld zijn voordelen. Zoics kan in een land als Amerika, waar het hele leven op een minimum aan reparatie is ingesteld. Maar elk seizoen de oude schoenen naar de vuilnisbak daarmee zouden de cijfers \oor een nieuwe loonronde ons voor ogen schemeren nog voor de laatste goed en wel begonnen t-. Toch is dat van het repareren van die schoenen een probleem, zo lang er altijd nog schoenherstellers zijn. een minderheid gelukkig, die rase"' moor denaars zijn van onze voetbedekking. Die door onbekendheid met de nieuwe fabrieksmethoden en de nieuwe fabri- cagewijzen een harde kernzooi plaatsen onder de flexibele schoen, die daarmee niet alleen z.ijn soepelheid verliest, maar ook gaat slippen en kuisen slijt. Maar daarmee is de Nederlandse vrouw nog niet bereid, zich spoorslags andere schoengewoontc.. aan te metc Het is die fabrikant dan ook spoedig iuidelijk gemaakt dat er althans in leze droom bedrog school en dat de Vederlandse vrouw op de eerste plaats prijs stelt op een prettig zittende, niet :r kostbare schoen van prima kwali teit en pasvorm. IVie dit veeleisend •indt, heeft nooit bedacht icat een schoen moet. dragen. Maar de, fabri kanten realiseren zich dat wel en iaarom zoeken zij ook steeds naar lieuwe wegen om de voetbekleding sok werkelijk een bekleding te doen rijn en geen harnas. De lijd van over elkaar geschoven te nen ligt gelukkig achter ons, opgebor gen in het museum van de mode met de dwaze nauwe puntmodellen. De tenen moeten vrij in de schoen kunnen be wegen en toch moet die schoen de voet dan nog houvast geven, ondanks de mode die wel eens capriolen maakt, waarmee al die eisen zich maar moeilijk kunnen verenigen. Dat zoeken naar een compromis is dan het werk van de mo delleurs. die in 't buitenland hun ideeën opdoen waarmee de grondslag wordt gelegd voor een reeks van enkele hon derden monsters waaruit uiteindeliik de nieuwe mode die gaat. afrekenen met de flat, het platte balletschoentje en de vlakke sandaal. De mode die ons mid dels een hakje weer wat opvijzelt, maar die in haar streven, naar een naaldvor- mig model in conflict komt met de Ne derlandse vrouw die met een driekwart blokhak graag stevig op baar benen staat. Dat zijn van die conflicten waarover wij voor een schoenen-étalage nooit peinzen maar die een-modelleur toch deden zoeken naar een model met de voordelen van een blokhak, maar dat naar achter toe zo spits toeloopt, dat het grote steunvlak toch een smal effect maakt. Het is maar één van zijn pro blemen, maar met de oplossing daar van maakt hij als bij toverslag een bui tenlandse mode ook voor ons aanvaard baar. Advertentie f 25.000 AAN PRIJZEN Een niet verplichte collecte met een attractief spannend geheim! De Zuidkoreaanse Nationale Vergade ring heeft gisteren eenstemmig besloten 'n nieuw protest aan president Eisenhower en aan de V.N. te zenden tegen de terug trekking van de vier Amerikaanse divisies uit Korea. De voorzitter van de commissi voor de fensiezaken zei^e, dat roete rugtrekking, voordat de Zuidkoreaanse strijdkrachten voldoende versterkt zijn, 'n uitnodiging zal zijn voor een nieuwe com munistische aanval". daar een zakdoek op de grond liggen. Hetwen". Door dit onstuimig gebaar verloor was er een van juffrouw Eleonore, maar zij blijkbaar zonder dat zij het merkte, dat merkte ik pas, toen ik de- loop had de kaars die zij tot nu toe de band had schoongemaakt. Toen ik haar initialen zag,' schrok ik zo, dat ik vergat de trommel 23 Hij nam de brief op. Bij de eerste woor- gehouden. Ik herhaalde mijn belofte en Hannah Chester verdween in de nacht. Hoe opgewonden ik was, blijkt wel hieruit, dat ik weer een fout maakte. Ik deed namelijk de buitendeur op slot; bo vendien vergat ik de sleutel van de stu deerkamer, die nog steeds in mijn zak zat, weg te gooien. Het lijkbleke, van angst vertrokken gelaat van Hannah vervolgde zou schoon te maken. Die zakdoek moest ver dwijnen. Ik durfde hem niet mee te nemen T1 en kon hem niet vernietigen, dus verborg het onbewoonde vertrek binnen. Ik hoorde r het kussen van een stoe] om t dadelijk stemmende luchtkoker stond be- de eerste de beste gelegenheid weg f neden blijkbaar open en ik hoorde het on- Jen gn tg verbranden. derhoud tussen Mary en haar oom even goed alsof ik er bij tegenwoordig waswLAkLtha™ Vdflade enwildë I mij. Ik was "bang, dat zij iets doms Helaas! Mijn vermoedens waren maar al vol'wn«r, «loot h(tannde a dQen; dat 7j) vanze)f ,erug zou komen ot te juist: mijnheer Leavenworth wilde, zo- de kamer veriatem Maar wen f dat zij zou worden teruggebracht. Ik vrees als hij vroeger waarschijnlijk al gedreigd ^'e vie! ™J dfe <k had«pleegd Ik draal-1 de, dat ik haar de volgende dag onder had te zullen doen, zijn testament veran- de misdaadh die iknaa gepmega. aan de t zou zien staan, met verwil- Sap"S.™S bïJS' «rd, WJ» gelast. Hat ^L mfsstan was Zii liet niet uitkomen hebben, als ik kalm gebleven was. Ik een nachtmerrie! hrok hii 0D keek mij aan en scheen dat clavering haar echtgenoot was. Zij merkte het pas, toen ik op de laatste trede jk voelde, dat ik gevaar liep, zolang die den „chrok h j op, uiterlijk verklaarde alleen dat zij die misstap uit van de trap stond; en toen was het te laat. brieven en de sleutel in mijn bezit waren, gerustgesteld toen hij wt Voor mij, een kaars in de hand en met Maar hoe moest ik ze kwijt raken? Ik opmaakte, d t wachtte even en 2u e_ QDi;, van had dat zij zich vrij zou «en verschrikt gelaat, stond Hannah Ches- durfde mijn kamer niet uitgaan of mijn Toen las hij verden Ik.wachtte makenvanhaarverbintenismet^ ter. „Mijn hemel!" riep zij uit. „Waar raam openmaken. Iemand moest het eens rorbfi bUikbaar herlas Tie gauw Lu vertèten en Tal z« voor komt u vandaan? U ziet er uit als een zien en het zich later herinneren! Toch be- Mj"debrief"toen s ondV -l op en ging haar LTvveer we"s?e L wLden. lt zy geest" Ga mee naar beneden", zei ik frcep ik, dat er iets moest gebeuren. Ik we- Ik bespiedde zijn gezicht in de spie- was voordat zij deze man kende. Ik dacht, dan zal ik je zeggen wat ik gezien heb. Als bedwong mijn ziekelijke angst, haal Ie de gel-'de uitdrukking, die ik daarop zag, gek die ik was, aan een huwelijksbelofte wij hier blijven staan zullen wij iedereen brieven uit mijn zak, koos de gevaarlui deed mijn hoop toenemen. Ik ging vlak na j 0f zoiets en bouwde al luchtkastelen- Toen wakker maken- - - dat was die, die hem de trap op en stelde vast, dat hij haar oom haar op strenge toon zei, dat zij I Ik probeerde zoveel mogelijk mijn ge Mary's kamer was binnengegaan, loen; voor altijd zijn liefde kwijt was, uitte zij jn bedwang te houden, nam haar bi enige uren later de familie bijeen kwam een kreet van wanhoop, gevolgd door een de arm en duwde haar zachtjes voor mij 1;l_ J 4. nipt Korld nm htlln TNif irnn/ü winn Viort PPT) 11- veiligheid er van brieven - ste van de twee uit dat was die, door mijnheer Leavenworth was geschre- in de eetkamer, begreep ik, dat er een met bede om hulp. Dit vond in mijn hart een uit Ik wist heiemaal niet wat ik doen j da>e was met bloed besp li<Jheid te overbruggen kloof was ontstaan tussen noodlottige weerklank. moest; het gebaar was zuiver instinctief; j L!pr bewegen om er op hem en zijn geliefde nicht. Zo gingen er Jk ging terug naar kamer en maar toen ik de verandering zag die zichKon m} er^ ^wtpnd hipM ikllBm nog twee dagen voorbij, dagen vol angst wachtte tot zy haar oom verlaten had' toen bÜ haar voltrok, bij die eenvoudige aan- en onzekerheid. Had mijnheer Leaven- -k naar buiten; heeJ rustig ^'ep ik raking en de ijver, waarmee zij mij ge- worth op die brief geantwoord? Zou alles a{ klopte zachtjes aan bij mijn- i hoorzaamde, schoot het mij opeens te bin- eindigen zoals het begonnen was, zonder Leavenworth en ging binnen. Hij zat i "en. dat ik een Paar maal bemerkt had, - - - dat die geheimzinnige Clavering op kwam „ewone plaats te schrijven Neemt1 dat z« graaS scheen te mogen. Dit was met de brief en de sleutel moest doen. Ze °P Z1J" Scvv" c J„J.1CCUU oorhtrlfen' Neen zpkpr niet;. Ik wilde ze te kauwen. Tot in de ochtend hield ik hem in mijn' gebalde vuist- De dageraad bracht weer hoop. Ik stond kalm en rustig op. Ik had bedacht, wat ik dagen. u mij niet kwalijk", zei ik, ik hëb mijnwel het moment om daar gebruik van te Ik volbracht nog steeds mijn eentonig notitieboekje verloren en ik geloof, dat ik maken I >1 <1 ,.pU nnn t OOP tZ 1 1 O llföVS O t 1i m werk. Ik schreef, schreef aan een stuk het in het gangetje heb laten vallen, toen Toen wij beneden waren gekomen, ver door. Ik had het gevoel, of iedere druppel ik de sherry ging halen. Hij knikte even; telde ik haar, welk ongeluk mijnheer Lea inkt die ik uit de inktpot haalde, een ik ging achter hem langs en sloop het gan-venworth was overkomen. Zij was zeer on druppel bloed was, die uit mijn aderen tje in. Sne] ging ik toen de slaapkamer j der de indruk, maar schreeuwde niet.te£arte ïtëk'en" maar "juffrouw Eleonore sijpelde. Ik was op mijn hoede en durfde binnen en greep de revolver. Voor ik het i Hierdoor gerustgesteld, vervolgde ik, dat telg" te Steken, maar JU beneden cn 1j „rtVifor* hpm Tic rirhtfft crpnaan har maar Haf Kwam vidiv actibci nu.i verbergen? Neen, zeker, niet. Ik wilde ze integendeel goed in het zicht leggen, zo dat men ze dadelijk zou ontdekken. Ik sneed de brief in repen en wierp die in een vaas, die op de logeerkamer stond. 11c was van plan, de sleutel weer in het sleu- mijn hoofd niet omdraaien uit vrees, dat men mij bespiedde- Onophoudelijk pein zelf besefte stond ik achter hem. Ik richtte ik niet wist, wie het gedaan had, maar dat het wapen 'ik schoot.... Mary was de wet- men mij zeker zou beschuldigen, als men wiilli'nonpn rlio tnict -ir- taffoncfdlrfimott i»-» A a de ik er over, hoe ik van de bestaande telijke erfgename van de millioenen, die wist, dat zij mij was- tegengekomen in de toestand partij kon trekken om mijn doel te bereiken. Hoe kon ik Marv van dienst zijn en haar tegelijk aan mij binden? Zou de dood van haar oom het middel zijn zij zozeer begeerde. Mijn eerste gedachte gang, met de sleutel van de studeerkamer was mij van de brief meester te maken, j in de hand. ,,Ik zal niets zeggen mom dien hij zat te schrijven. Ik ging naar depelde zij, bevend als een riet. „Ik zal zeg- - tafel en nam hem uit zijn handen het gen, dat ik niets gezien heb". Ik overtuig- om de kloof, die ons scheidde, te over- i werkelijk een brief met aanwijzingen i de haar er van, dat zij, wanneer zij door bruggen? Tenslotte geloofde ik het. Ik i aan zbn notai.; en ik stak hem in mijn de politie zou worden ondervraagd, toch t Dn TAnt iai 1 rimnnn wist ook, hoe ik het moest aanleggen. De|zak^ evenais de brief van Clavering. Deze volgende dag zag ik, terwijl ik rustig aan j ]aatste was bespat met bloed. Tot op dat mijn bureau zat, telkens weer in de geest i ogenbnk had ik nog helemaal niet aan mijzelf geruisloos door de gang sluipen en mjjzeif gedacht, was ik 'ook niet op het met opgeheven revolver op mijnheer Lea- i idee gekomen, dat men het schot had kun- worth afkomen. Ik had niet gedacht, dat nen horen. Ik legde de revolver naast het het uur zo spoedig zou komen, zelfs niet,jyk en w;ide het doen voorkomen of het toen ik hem die avond verliet, na met hemzelfmoord was, als er iemand zou ver maakte het onmogelijk. Ik wist hem niet temin ergens in de gang kwijt te raken. Zeer opgelucht ging ik heel gewoon de eetkamer binnen. Mary was er al; zij zag er bleek en ellendig uit. Ik had bijna lust om te lachen, toen ik dacht aan haar be vrijding en aan de dag, waarop ik zou be kennen, dat ik haar bevrijder was. Maar weldra werd er alarm gemaakt. Ik gedroeg mij net zo als ik gedaan zou niet zou kunnen zwijgen en na veel ge praat en gevlei, beloofde zij, dat zij het huis zou verlaten tot alle .gevaar gewe- ken was. Het was moeilijker, haar bij te hebben, wanneer ik de schuldige met was brengen, dat zij ogenblikkelijk, zonder ba- geweest. Trouwens, niemand verdacht mij gage moest vertrekken Niettemin slaag- j was het heie huis geen enkel be- de ik er in. haar te doen gehoorzamen,! daar ik haar zo'n beetje beloofde, dal ik|wi3s tegen mll- Ik deed dus alles wal mi]n een glas sherry te hebben gedronken, [gchijnen. Geluklcig was dat niet nodig. Nie- haar zou trouwen als zij nu deed wat ik j plicht was; ik waarschuwde de politie en waarvan sprake is geweest bij het onder-mand had het schot gehoord of men had zoek. Maar toen ik drie minuten later, j er geen aandacht aan geschonken- toen ik pas op mijn kamer was, het ge- ruis van een zijden japon in de gang ver- Toen kon ik mijn werk bekijken. Ik_on- nam en daarna hoorde, dat Mary de ka- j derzocht de wond in het achterhoofd en mer van haar oom binnenging, begreep het bleek mij, dat het onmogelijk was te ik, dat het. uur gekomen was. Er ging doen of het zelfmoord was, of zelfs roof- beneden iets gebeuren, dat die daad on- moord. Voor een deskundige moest het vermijdelijk maakte. Maar wat? wilde ik weten. Ik herinnerde mij, dat de luchtko ker, die dwars door het huis loopt, een wel heel duidelijk zijn, dat het moord was moord met voorbedachte rade. Mijn enige redding was, alle sporen van de mis- opening had in de smalle doorgang die daad te doen verdwijnen. Ik nam de re- mijnheer Leavenworth's studeerkamer j volver weer op en ging er mee naar de met zijn slaapkamer verbond en een an- slaapkamer om haar schoon te maken, dere in de logeerkamer naast de mijne. Ik maar ik vond niets om het mee te doen. Ik Als ik maar in R. kan komen, zei zij, kan ik wel bij mevrouw Belden terecht. Zij neemt iedereen op en als ik haar zeg, dat juffrouw Mary mij gestuurd heeft, zal zij mij zeker niet wegsturen ik ging naar mijnheer Veeley Bij het onderzoek antwoordde ik zo openhartig mogelijk; immers, de grootste fout van lieden in mijn positie is, dat zij te veel liegen; zij raken verward in aller lei bijkomstigheden- Maar helaas! Ik had De laatste trein vertrok pas over een half j alleen aan mijn eigen veiligheid gedacht uur en Hannah kon hem gemakkelijk ha- i en ik had niet voorzien, dat Mary nu in len- Ik gaf haar wat geld en de omslag- I de gevaarlijke positie kwam, van de enige doek van de keukenmeid voltooide haar te zijn, die uit de misdaad profijt trok. Ik reistoilet. Op de binnenplaats zei ik zacht- begreep dit, toen een van de juryleden, jes tegen haar: „Denk er aan, dat je van uit de hoeveelheid sherry, die er nog in niets weet, wat er ook gebeurt". Zij viel het glas was, de gevolgtrekking maakte, mij om de hals en antwoordde: „Denk er dat mijnheer Leavenworth korte tijd na opende LaMig de vLbLdingsdeuLL tradging terug naar deStudeerkamer en zag1 om, dat jij beloofd hebt, met mij te txou- mijn vertrek moest zijn vermoord. En welk een bewijs tegen haar leverde ik, toen ik bekende, dat ik het geruis van een japon in de gang had gehoord! Dat de jury dacht, dat het juffrouw Eleonore was geweest, stelde mij niet gerust, want zij had hele maal niets met de moord te maken, zodat ik er zeker van was, dat men haar niet lang zou verdenken. Maar Mary! Zodra maar iets de aandacht op baar vestigde, zat zii in rie knel! Toen begon ik te liegen om mijn fout goed te maken. Ik moest toe geven, dat er tussen mijnheer Leavenworth en één van zijn nichten ongenoegen be stond. Deze last wierp ik op Eleonore, daar zij hem wei kon dragen. Om dezelfde reden ontkende ik, dat mijnheer Leavenworth een brief had gekregen, die enig licht op de misdaad zou kunnen werpen. De gevolgen van deze leugens waren ernstiger dan k had voorzien. Ieder nieuw getuigenis bracht nieuwe feiten aan het licht, die schenen te wijzen in de richting die ik had aangeduid. Zo ontdekte men, dat een bewoner van het huis de misdaad had moeten plegen met mijnheer Leaven worth's revolver. Dat bracht mij er toe, te vertellen, dat ik enige dagen vroeger juffrouw Eleonore het wapen had leren hanteren. Ik was bang voor hetgeen de meisjes in hun onschuld zouden zeggen, wanneer zij werden ondervraagd. Maar er was tussen hen iets voorgevallen, dat hen op ver schillende wijze beïnvloedde. Niet zonder reden verdacht Eleonore haar nicht van de misdaad; dat had zij haar ook gezegd. Uit angst voor de bewijzen, die tegen haar aangevoerd konden worden, besloot Mary alles wat men tegen haar zou kunnen aanvoeren te ontkenner,. Zij rekende er op, dat Eleonore haar niet in het verderf zou willen storten. Dit kwam ook uit, want hoewel door Mary's houding de fei ten voor Eleonore zeer bezwarend leken, weerlegde zij niet alleen Mary's woorden niét, maar zij weigerde zelfs te spreken, toen het antwoord bezwarend zou zijn ge weest voor haar nicht. De brief en de sleutel bleven gevaarlijk Eerst was ik van plan geweest, ze te ver nietigen, maar toen de detective met de zakdoek aankwam, werd ik zo bang. dat ik onder een of ander voorwendsel op stond en naar dc tweede verdieping ging. Ik nam de sleutel uit zijn schuilplaats en de papiersnippers uit de vaas, waar ik ze in had gedaan en ging naar Mary's kamer waar ik een vuur dacht, te vinden. Tot mijn grote teleurstelling lag er in de haard alleen nog wat smeulende as. Ik stond voor de haard, niet wetend wat te doen, toen ik iemand hoorde aankomen. Ik wilde niet dat iemand mij in deze kamer zag, wierp daarom de snippers in de haard en ging naar de deur. Ik was echter zo ze nuwachtig dat de sleutel uit miin handen viel en onder een stoel rolde. Verschrikt stond ik stil, maar de voetstappen nader den meer en meer; ik verloor mijn kalmte en vluchtte. Ik was nauwelijks op mijn kamer, toen ik Eleonore met de twee dienstboden boven zag komen en de ka mer van Mary zag binnengaan. Dat stelde mij gerust: zij zou de sleutel zien en hem wel weten te verbergen. Alleen Hannah bleef een voortdurende bedreiging voor mijn veiligheid. Ondertussen had ik de zekerheid gekre gen, dat ik er ten opzichte van Mary niet op vooruit was gegaan. Zij toonde een grote afschuw voor de daad die haar het vermogen van haar oom in de schoot had geworpen en onder invloed van mijnheer Raymond legde zij verscheidene van haar eigenaardigheden af, waarop ik mijn hoop om de beloning voor mijn daad te krijgen, had gebouwd. Deze ontdekking maakte mij gek. Hoe vaak heb ik onder de ai-beid de pen niet neergelegd, met het gevoel, dat ik mij niet langer kon bedwingen. Maar telkens hernam ik mijn taak. Mijn heer Raymond loonde er zich vaak ver baasd over, dat ik rustig in de stoel van mijn overleden meester zat, maar dat was mijn enige redding. Alleen door steeds aan de moord te denken, kon ik de ge dachte verdragen, dat ik er niet het ge wenste gevolg mee bereikt had. Op een avond ging ik met mijnheer Ray mond de trap af en zag toen in het salon een onbekende, die Mary aankeek op een manier die mij zou hebben doen barsten van jaloezie, zelfs als ik hem niet deze woorden had horen zeggen: „V/at je ook zegt of doet, je bent mijn vrouw, dat weet je!". Dat was een openbaring! Dus al mijn moeite was voor niets geweest. Een ander had haar veroverd! Ik voelde de waanzin in mij groeien. Ik vroeg mijnheer Ray mond, wie dat was; en toen ik hoorde, dat het Clavering was. verloor ik alle voor zichtigheid uit het oog en in een ogen blik van verwarring duidde ik hem aan als de moordenaar van mijnheer Leaven worth. Ik had wel dadelijk die onvoor zichtige woord m willen terugnemen. Door die man te beschuldigen had ik alleen maar bereikt, dat de aandacht op mij zelf gevestigd werd. Maar het was te laat. Na de hele nacht te hebben nagedacht, kon ik een tamelijk aannemelijke verklaring geven van mijn uitlating van de vorige dag: ik gaf er een geheimzinnig tintje aan en verzon een verhaal van een merk waardige droom Ik zou niet op die weg zijn voortgegaan, als ik niet bemerkt had dat mijnheer Ray mond om de een of andere reden Clavering verdacht. En toen ik ook nog twee bedien den afluisterde, die beweerden dat zij op de avond van de moord Clavering hadden zien binnenkomen, maar hem niet had den z.ien weggaan, besloot ik door te zet ten. Wat kon ik al niet bereiken met zo'n uitgangspunt! Alleen over Hannah zat ik in verlegen heid. Als zij eenmaal van de aarde ver dwenen was, kon ik naar hartelust mijn haat op Clavering botvieren. Maar hoe moest ik haar doden? Ik vond er niets anders op. dan haar zelfmoord te I8ten plegen. Nauwelijks was dit plan ml' opgekomen of ik haastte mij om het te volbrengen. Ik sloot mij op in mJin kamer en schreef aan Hannah in dr"k" letters, want zij had mij verteld, dat zij geen lopend schrift kon lezen. Ik maakte gebruik van haar domheid,-haat- genegenheid en haar Ierse bijgelovig heid en vertelde haar, dat ik elke nacht van haar droomde; ik vroeg haar of zij ook van mij droomde; ik voegde er bij. dat ik, voor het geval dit niet zo was, er een tovermiddel bij deed dat, wan neer zij het volgens mijn aanwijzingen gebruikte (die hierin bestonden, dat zij eerst mijn brief moest verbranden, dan de ingesloten enveloppe in haar hand moest houden, het poeder doorslikken en dan naar bed gaan) haar de prachtigste dromen zou verschaffen. Het bijgevoeg de poeder was een dodelijk vergif en de enveloppe bevatte, zoals u weet, de aanklacht tegen Clavering. Ik sloot dit alles in een tweede enveloppe, zette een kruis in de hoek en zond de brief naar mevrouw Belden. Verder heb ik niets te zeggen, Laten de muren van deze gevangenis de rest vertellen. Ik ben trouwens niet meer in staat om nog veel te schrijven ZESDE HOOFDSTUK Besluit Eleonore! riep ik uit. Ben je voor bereid op groot nieuws? Op nieuws, dat je weer vrolijk zal doen kijken, dat weer kleur op je wangen zal brengen en dat je de toekomst weer vol hoop tegemoet zal doen gaan? Wat is er? voegde ik er aan toen en boog mij over haar heen, want zij zag er uit of zij flauw zou val len. Ik weet het niet, zei zij zwakjes. Ik vrees dat ik het nieuws, dat je goed noemt, niet zal kunnen waarderen. Maar toen ik met alle tact, waarover ik beschikte, had aangetoond, dat niet Mary, maar Harwell haar oom had ver moord, verzocht zij mij om haar naar Mary te brengen. Breng mij alsjeblieft naar haar toe! Ik zal geen rust meer hebben, eer zij mij mijn onrechtvaardige beschuldiging heeft vergeven. Ik liet een rijtuig voor komen en be geleidde haar naar het huis op de Fifth Avenue. Mary zal mij niet willen zien en zij heeft groot gelijk, zei zij onderweg. Zo een smaad vergeet men niet. En toch weet God. dat ik gelijk meende te hebben. O, als je eens wist Ik weet alles. Er waren zo'n over stelpende massa bewijzen tegen haar. dat Mary er zelf aan twijfelde, of zij haar onschuld zou kunnen bewijzen. Mary! viel Eleonore mij in de rede. Heeft Mary dat gezegd? Ja. vandaag nog. Wat moet zij dan veranderd zijn! Ik antwoordde niet. Ik wilde, dat zij zelf de grote verandering zou aanschou wen die over haar nicht was gekomen. Toen het rijtuig een paar minuten later voor het huis, waaraan zoveel gehei men waren verbonden geweest. stil stond, leek Eleonore heel kalm. Thomas deed open. Hij was blij, dat hij zijn meesteres weer zag. Juffrouw Mary is in het salon, zei hij. Ik ga er dadelijk heen, ik kan niet langer wachten, fluisterde zij mij toe Zij liet mijn arm los, liep vlug de hal door en deed de deur van het salon open. Mary! Eleonore! De klank van die twee stemmen ver ried alles. Eenhalf uur later ging de deur van het vertrek waar ik mij had teruggetrokken, open, en Mary kwam nederig en aarzelend naar mij toe. Zij had voor altijd haar hooghartige houding afgelegd. Mijnheer Raymond, sprak zij. ik kom uw hulp inroepen om Eleonore te over tuigen, dat zij het vermogen moet aan nemen, dat haar toekomt, omdat het testament. Wacht eens even. viel ik haar in de rede. Hebt u alles goed overwogen? Bent u vast besloten om van uw erfenis ten gunst van uw nicht afstand te doen? Hoe kunt u mij dat nog vragen? zei zij op verwijtende toon. Toen wij in het salon kwamen, zat Clavering naast Eleonore. Hij stond da delijk nr> en kwam mij tegemoet. Mijnheer Raymond, begon hij, wilt u mijn verontschuldigingen aannemen? In een ogenblik van verbijstering heb ik een bezoek bii u gebracht, dat ik ten zeerste betreur. Ik zou heel blij zijn als u liet wilde vergeten. Mijnheer Clavering, geen woord meer daarover. Het feit waaraan u mii herinnert, behoort tot het verleden, dat ik zo gauw mogelijk wil vergeten. Eleonore bleef onwrikbaar in haar besluit, wat betreft het vermogen, dat haar door een misdaad zou toekomen. Tenslotte werd er besloten, dat men het zou gebruiken om een liefdadigheidsin stelling te stichten Toen dit geregeld was, dachten wij aan onze vrienden en vooral aan mijnheer Veeley. Hij moet alles weten, zei Mary. Hij heeft ons altijd een vaderlijke genegen heid betoond. In de boetvaardige stemming waarin zij was, wilde zij de moeilijke taak op zich nemen, om hem zelf alles te ver" tellen. Maar Eleonore wilde er niet* van weten. Neen, Mary, zei zij, je hebt gen oef geleden. Mijnheer Raymond en ik zulle" het gaan vertellen. Wij lieten hen blij achter en hadde" zelf ook ons geluk gevonden EINDE.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1954 | | pagina 4