BOEKEN, TONEEL EN FILM
Herinnering aan
KATHLEEN
FERRIER
witte doek
z
m
De schrijver Bordewijk 70 jaar
mm
I1
VONDEL, HET LEVEN VAN EEN
GROOT NEDERLANDER"
syrs■raa,as.5.r,|Wg' ssinnsra^sK^sa-s.
aHlslESShssa
EggM
PAGINA 10
ZATERDAG 9 OCTOBER 1954
Heengegaan in de vroege zomer van haar leven
In April 1953 maakte
Douglas Glass deze laatste
foto van Kathleen Ferrier
in het ziekenhuis.
m
Filmvorming
b
Tweede jaargang van de Katli.
Filmkaderscliool gestart
h^aK^hehhilTSestuü^ Dr Peters verdedigde film voor
de Stichting Nederlandse
Onderwijs-F ilm
Wij kunnen geen ijzer met handen breken
Zo toneelstuk, zo boek
Waar de oorzaak?
m
'GS®
root acteur maakt zwakke beurten
Ook een gn
Opbouwen van onderaf
Een verantwoordelijke taak
Hans van Bergen
Het was gisteren een jaar geleden Londen stond toen in het teken
van de Christchurchrace dat rond de krantenverkopers in de Engelss
hoofdstad de voorbijgangers satmengroepten, getroffen door die etui
zin op de „posters", de aanplakborden die de krantenverkoper bij zijn
arbeid moeten assisteren. Men las die ene zin, die simpele doch schok
kende mededeling zwijgend en men kocht een krant,
De mededeling op de „posters", welke mededeling op andere dagen
niet sensationeel genoeg kan zijn, bestond slechts uit drie woorden.
Toch maakte zij meer indruk, dan ivelke schreeuwende kop over welk
groot politiek wereldnieuws, welk schandaal of welke andere opzien
barende gebeurtenis ook. De passerende Londemiar las de drie woorden,
stond met een schok stil, kocht een krant en las weer. Er was geen
sensatie te bespeuren, er werden geen opgewonden gesprekken gevoerd
in de „underground!' of in de bus. Er was veeleer een algemene ontstel
tenis, men was diep onder de indruk, zo diep, dat de toeschouwer de
indruk kreeg van een zekere verslagenheid.
Dit alles veroorzaakte de tekst op de „poster', bestaande uit deze
drie woorden: „Kathleen Ferrier died
kinderen wellicht iets te maken heeft met
het feit, dat ze, sinds ze vier rar geleden
de Paramount-studio's verliet, geen film
contract meer heeft gehad. Bovendien is
haar debuut voor' de kleurentele .isie ver
leden maand een daverende mislukking
geworden. Ze trad op in een mei veel bom
barie aangekondigde „show" die, naar
verluidde, 250.000 dollars had gekost. Betty
Hutton kreeg voor haar optreden 50.000
dollars, een kleine 180.000 gu'den. De
„show", één van de eerste in kleuren, had
ten doel de verkoop van kleurentoestellen
te stimuleren.
Or> 8 October van het vorig jaar stierf voor haar dood, vertelt Roy Henderson.
Op 8 October van net v« j over haar laatste jaren de andere mede-
de Engelse zangeres Kathleen Femer,
aangetast door een der vreselijkste ziek
ten, die wij kennen, een ziekte, die reeds
eerder operatief ingrijpen noodzakelijk
had gemaakt. Na deze operatie, twee jaar
tevoren geschied, herstelde de zangeres,
doch dit herstel bleek slechts tijdelijk.
Ruim twee jaar later zou de,ziekte wreed
een einde maken aan een vrouwenleven
en een kunstenaarsleven; een einde, dat
als een schok niet alleen door Engeland,
doch door de gehele beschaafde wereld
ging,
over
werkers aan dit boek. Hetgeen zij over
Kathleen Ferrier vertellen is dikwijls ont
roerend, hun persoonlijke ervaringen te
kenen dit rijke, diepdoorleefde kunste
naarsbestaan en doen eens te meer en
doordringend duidelijk beseffen hoe pijn
lijk het zo vroege heengaan van de zange
res met haar prachtige, warme, gevoelvol
le stem was en wat een grote leegte Kath
leen Ferrier heeft achtergelaten. De dooa
van deze beminnelijke, tot op haar ziek
bed opgewekte, levenslustige jonge vrouw
v/as een groot, een bijna onherstelbaar
verlies, niet alleen voor haar landgenoten,
doch ook voor ons allen.
K.
edi-
WERELDNIEUWS
Voor ons ligt het boek, dat door Neville N a v. „Kathleen Ferrier a memoir'
Cardus muziekrecensent van de Manches- ted by Neville Cardus. Uitgegeven door
ter Guardian, werd samengesteld als een Hamisb Hamilton te Londen, September
herinnering, een jaar na haar dood, aan 1954
Kathleen Ferrier, het meisje uit Black
burn, dat in een verbluffend kort aantal
jaren met zangkunst de top in de wereld
der muziek bereikte en dat, na slechts en
kele jaren de wereld met warme, innige
stem te hebben verrukt en verrijkt, veel
te vroeg uit ons midden werd weggeno
men Ge vindt, wanneer ge dit gedenk
boek van Kathleen Ferier leest, met alleen
het beeld getekend van een door zijn rijk
dom en korte duur stilmakende artistieke
levensloop, doch daarnaast dat van een
door eenvoud, beminnelijkheid, grootheid
van geest en waardigheid zich kenmerkend
vrouwenleven.
Het boek, waarvan de baten zijn be
stemd voor het Kathleen Ferrier Kanker
Fonds, wordt door Neville Cardus geopend
met een korte, doch overzichtelijke schets
van de levensloop van de gevierde Engel
se zangeres en bevat verder bijdragen van
personen, die Kathleen Ferrier van nabij
gekend hebben; van Roy Henderson, zelf
zanger van naam en dirigent, die haar
stem voor een groot deel vormde; van air
John Barbirolli, Benjamin Britten en Bru
no Walter, haar dirigent en van de pianist
Gerald Moore, die haar zovele malen be
geleidde. Zij allen kenden Kathleen Fer
rier persoonlijk en de meesten van hen
kenden haar goed; het was hun echter
noch ieder voor zich noch gezamenlijk on
mogelijk, een volledige biografie te geven,
vooreerst omdat zij nog zo kort na haar
dood te zeer onder de indruk komen, wan
neer zij over haar schrijven, en daarnaast
omdat dit leven zo rijk was en artistiek zo
begenadigd, dat bet samenstellen van een
biografie een nog veel diepere kennis en
een veel grotere tijdsduur zou vereisen.
Doch ge kunt U uit dit boek, dat zoals
gezegd beoogt een herinering te zijn, toch
een indrukwekkend en duidelijk beeld
vormen van deze vrouw en kunstenares,
een beeld ook, dat tot weemoed stemt.
Kathleen Ferrier werd, op 22 April 1912,
geboren in Higher Walton, een plaatsje
nabij Preston in Lancashire, Noord Enge
land. In 1914 verhuisde de familie naar
Blackburn, waar het gezin van school
meester William Ferrier bleef wonen. Vrij
wel de gehele familie Ferrier was muzi
kaal, hetgeen Neville Cardus zijn oor
sprong laat vinden in het soldaat zijn van
Kathleens grootvader, van wie de Fer-
riers een geestdrift voor solo- en koorzang
zouden hebben geëerfd Kathleen stamde
dus uit een eenvoudig gezin, waarin de
huiselijke samenzang een grote plaats in
nam. Toen i Kathleen 18 jaar was wees
niets er op, dat zij eens de gevierde en be
kende zangeres zou worden, die wij heb
ben gekend en nog kunnen beluisteren-
door middel van vele gramofoonplaten. In
Cecil B. De Mille is dezer dagen in
Alexandrië aangekomen om met de opna
men in VistaVision voor zijn fameyze
film „De Tien Geboden" te beginnen.
Kort vóór zijn vertrek uit Hollywood,
aldus weet de altijd vindingrijke en soms
(onbewust) grappige Afdeling Publiciteit
van Paramount te melden, heeft de mees-
ter-regisseur nog twee bekende namen
aan zijn „all-star cast" toegevoegd. Debra
Paget zal de rol van Lilia vertolken.
Yvonne de Carlo zal de „moeilijke" en be
langrijke rol op zich nemen van Jethro's
dochter Sephora, een schapenhoedster, die
met Mozes trouwt en „tot het einde" zijn
vrouW blijft
Bine Crosby en de temperamentvolle
Fransl balletdanseres Jeanmaire zullen
samen optreden in Paramount's komende
VistaVision-productie van het Broad-
ry". Gwenn zal in deze VistaVision-
groot aantal van Cole Porter's „songs"
voorkomen.
Edmund Gwenn is met John Forsythe
door Paramount gecontracteerd voor Al
fred Hitchcock's „The Trouble with Har
ry". Gwenn zal in deze Vista-Vision-ko-
komedie de rol van stoere, oude zeekapi
tein vervullen.
Hitchcock, die zowel de productie als de
regie in handen heeft, is van plan de hele
film in Maine en Connecticut op te nemen,
zonder gebruik te maken van de Holly-
woodse studio's.
Betty Hutton gaat zich uitsluitend
aan haar gezin wijden
voor de Jeugd goed gaat hebben bestuur
ders en organisatoren willen demonstreren
door de opening van 't tweede cursusjaar
een meer openbaar en officieel accent te
geven. De bijeenkomst in de Marijke-zaal
van Hotel Central in Den Haag gehouden,
werd geopend door mgr F. Op de Coul,
die wees op de behoefte en dringende
noodzaak van voorlichting en instructie
op filmgebied voor de katholieke jeugd.
Mr N. W. A. Brink, directeur der K.F.A.
en van het Katholiek Filmcentrum voor de
Jeugd, zette het doel en de opzet van de
kaderschool uiteen, nl. het vormen van een
kern van filmdeskundigen, die op scholen
van voortgezet lager onderwijs leiding cn
voorlichting kunnen geven op alle gebie
den van de filmkunst.
Een demonstratie met toelichting door
Piet van der Ham, die als docent optrad,
gaf een duidelijke indruk van de middelen,
waarover men beschikt en de wijze, waar-
Dr J. M. L. Peters is de eerste Nederlandse
academicus, die op een proefschrift over
de film promoveerde en die met zvjn
dit jaar verschenen boekje „Inleiding tot
de wetenschappelijke systematiek van de
jongste muze, heeft moeten ervaren, welk
een gapende kloof er kan bestaan tussen de
theorie en de practijk. Een kloof, die hij
niet heeft weten te overbruggen met zijn
eerste proefwerk als filmer „Vondel het
leven van een groot Nederlander", een
productie van de Stichting Nederlandse
Onderwijs-Film (N.O.F.), waarvoor bi)
scenario en draaiboek schreef
In het Haagse Seinpost-theater is deze
film voor een aantal genodigden en
de pers vertoond, waarbij mr J. J. Han-
op het onderricht wordt gegeven. Aan de „eibr0ek de voorzitter van de Stichting in
hand van enkele bijzondere films en film- - J-- J-
fragmenten, o.a. de eerste films van de
Lumières. een abstracte film van Oscar
Fischinger, een buitengewoon geslaagd
amateurfilmpje en enkele montage-expe
rimenten belichtte hij enkele aspecten van
de film, zoals de geschiedenis van de uit
vinding der cinematografie, de amateur
film, het experiment en de grondslagen
der filmmontage.
Pater Jac Dirkse S.C.J. deed een sum
mier, doch niettemin imponerend relaas
over de ervaringen, die men in de loop
der jaren met het voorlichtingswerk heeft
opgedaan. Hij wees er op, dat weliswaar
het eerste stadium van experimenteren tot
een goed einde was gekomen, maar dat er
in de toekomst nog veel ervaring, tasten
en proberen nodig zal zijn om tot een
volmaakter methode en een doeltreffende
organisatie te geraken. De cijfers, die hij
noemde waren inmiddels een overtuigend
bewijs, dat het werk tot op heden opmer
kelijke en bemoedigende resultaten heeft
opgeleverd. De conclusie, die men daaruit
kan trekken is deze, dat de werkwijze tot
op heden vooral gezien de bescheiden
middelen, bijzonder effectief en doeltref
fend is geweest.
zijn welkomst woord er op wees, dat de
N.O.F. de beschikking heeft over 200
films, aan welk getal er jaarlijks 12 tot
15 films uit eigen productie worden toege
voegd. Van deze films zijn er verleden jaar
een 25-tal op de 4000 bij de Stichting aan
gesloten scholen vertoond, zodat in totaal
circa 100.000 voorstellingen zijn gegeven.
Nog steeds is de stichting op zoek naar de
beste oplossing voor haar streven om het
visuele beeld te gebruiken als hulpmiddel
bij het onderwijs daar, waar de gewone
middelen tekort schieten.
Dr Peters zelf leidde zijn film in,
waarbij hij dank bracht aan allen, met
name de directies van verschillende mu
sea in binnen- en buitenland, die door hun
vaak belangeloze hulp de vervaardiging
van de film hebben mogelijk gemaakt. Een
aanvankelijk eenvoudige opzet was vol
gens hem uitgegroeid tot een poging om
de figuur van Vondel te situeren in de
cultuurgeschiedenis van de 17e eeuw. Een
onderneming, die hij zelf „moeilijk en ha
chelijk" en niet voor de volle 100 procent
geslaagd noemde. Met vermijding van
iedere romantisering is er door hem naar
gestreefd, ondanks de soberheid van vorm,
de eisen van het filmmedium recht te
doen wedervaren, met gebruikmaking van
de eigen aard en mogelijkheden van de
filmtaal.
Maar juist in deze laatste opzet is dr
Peters tekort geschoten en wij durven
hem dit te gereder verwijten, omdat hij
zelf verklaarde de beperktheid van zijn
financiële en technische middelen niet als
excuus te willen doen gelden.
Beelden uit het hedendaagse Amster
dam en een sober, door Robert Sobels ge
sproken commentaar, roepen in de inlei
ding tot de film de herinnering aan de
Prins der Nederlandse dichters wakker en
met behulp van historische prenten en
fragmenten uit Vondel's werk, voorgedra
gen door Henk Schaer, probeert men dan
Vondel te doen herleven in zijn eigen
tijd en temidden van zijn familie en vrien
den, gespeeld door Haagse amateur-to
nelisten, onder wie Jan Kelling de titel
rol vertolkt.
In historisch opzicht is deze film zon
der twijfel leerzaam en dus geslaagd. Zij
geeft een met zorg gekozen overzicht van
het werk van de dichter. Maar het is te
veel een praatje bij een reeks bewegende
plaatjes gebleven. De bezielende wissel
werking tussen beeld en gesproken tekst
ontbreekt.
In zijn „Inleiding tot de filmaesthetiek"
schrijft dr Peters onder het hoofdstuk over
de elementen van de filmvorm „Het ver
bindende element, het principe dat de
schone ordening der delen tot het geheel
beheerst, is het rhythme. Het rhythms
doet ons in de veelheid der elementen de
eenheid van het kunstwerk beleven. Zon
der deze eenheid ontstaat in de kunstge-
nieters geen aesthetische emotie".
Deze eenheid nu ontbreekt in deze Von
delfilm en al is zij zeer beslist niet uit
sluitend voor „kunstgenieters" bestemd,
toch zullen ook jeugdige toeschouwers, on
bewust wellicht, dit gemis aanvoelen. Dr
Peters is er niet in geslaagd met zijn ca
mera achter de kanten en pruiken van de
17e eeuw iets van de ontembare geest
kracht en zielegrootheid van Vondel te
onthullen.
r> n enigd „Macbeth" staat dan op het Lon-
Offensief of defensief Nummer 2 van de rrojecta- dense repert0ire van de Old vie en David
reeks Filmgenoten Filmcultuur en christelijk apostolaat, p,eaannn0 o r 3 hem^uitgewerkt om naar
Doorlopen, Kate'! En Katharine Hepburn verdween indmte gaan, waar hij een nieuwe film zal
de Grande Canele van Venetië David Lean en Ann maHetn'zou eenvoudig zijn voorAnn.Todd
ue criunuc en David Lean om samen te blijven en
Tndd Gelukkis huwelijk ondanks vele tijdelijke scnei- toch ieder hun eigen beroep uit te oefenen.
,6 7ï„„ Tiottv Het enige wat Lean te doen heeft, is er
dingen Artistieke integriteit gaat boven alles oci y voor te z0'rgen dat zijn vrouw een hoofd-
Hutton heeft genoeg van acteren - Cecil B. De MiUe in .f^J^an1™ dient hem
Alexandrië Alfred Hitchcock gaat komedie m Vista Vision
rtutkpn een rol geven in deze film". Dat was toen
manen. ze gcenari0 van The sound Barrier"
rVan onze filmredacteur) leerzaam. Bij de bepaling van hun keuze had gelezen. Ze speelde inderdaad de vrou-
nnH'Yaii 0v"ei zegende «tel „Offen- wordt door 21 van de ondervraagde per- welijke hoofdrol - maar ze kreeg de rol
Onder d gg ,rschenen het sonen rekening gehouden met de katho- alleen, omdat ze er de juiste actrice voor f t
Proiectareeks lieke filmkeuring, 9 personen houden al- was, niet als de vrouw van de regisseur, glorietijd van de draken. En het liefst
leen rekening met de door de rijkskeu- Komt er opnieuw een scenario met een ge- zouden wij dit m een klem aantal jaren
..LM.!. _~i Han 7n npn <ir
Wij kunnen geen ijzer met handen
breken. Dit is een overbekend spreek
woord. En toch proberen wij steeds weer
om wel ijzer met handen te breken.
Wij willen een eind maken aan de
sief of defensief" is verschenen
^N^'wLldiri der dan 30 personen houden nergens re- heer en mevrouw Lean zielsgelukkig sa- mogelijk is. De N.A.T.U. en de W.K.A.
(Katholieke FUmactie) voorna. kening mee Als men bedenkt, dat de on- menwerken. Maar als bij de proefopnamen denken dit o.a. te kunnen bereiken door
brochure, die voorna Kenmg mee. rrairt+m he- hkk h«„eerheeld Deborah Kerr be- eenvoudig alle draken uit de catologi.te
Deze nieuwe
ieuwe brochure, auvoorna- ^^a^'^;onen tot de Kajotters be- blijkt, dat bijvoorbeeld Deborah Kerr be o
meltfk is sumengesteldm 0ct®ber hoorden zódat zij mogen worden be- ter geschikt is, dan krijgt mevrouw Lean schrappen. Maar verbrandt gerust alle
de komende Film-Zondag(10 October hornaen, principiële katholieken en de rol niet. „Ze zou het niet anderswil- d k(£ die nog bij massa's opgestapeld
Zrste «n deze dat slechts een kleine minderheid van len", zegt David Lean. „Onze artistieke
a.s.) en die op
„Film en Zielzorg", het eerste in deze
reeks verschenen boekje wil, aldus
luidt het in de inleiding, er toe bij
dragen „aan allen, die waarlijk chris
telijk willen leven, een dieper en bre
der inzicht te verschaffen in dat zo
boeiende, maar tevens zo ingewikkelde
facet van het moderne ontspannings
leven: de film'
dat slechts een
hen rekening hield met de katholieke na
keuring, dan moet men wel tot de con-
clusie komen, dat de katholieke opvoe
ders heel wat te doen hebben om het
filmgeweten van de jeugd wakker te
schudden.
Een zeer brede visie op het
filmopvoeding, filmcultuur en christelijk
Het boekje opimt met devolledige apostolaatjd^onder het
tVJC Uj/oiil. A is". i i ij,
van het Office Catholique International dringend ter ^lezing - en bes g
integriteit is het belangrijkste, wat we
hebben en de standaard van ons beroep
niet verlagen is één van de pijlers, waarop
ons huwelijk rust".
Maar niet minder belangrijk is de vrou
welijke strategie van Ann Todd, die haar
man steeds laat voelen, dat hij de sterkste
is van de twee. Ze raadpleegt hem in
alles en neemt nooit een rol aan zonder
het hem eerst te hebben gevraagd. Als ze
succes heeft zegt ze; „Dank je David, ik
blij, dat ik je raad heb opgevolgd".
Ze streeit zijn mannelijke ijdelheid en
daarom houdt hij juist zo van haar. Maar
dat doen tenslotte alle echtgenoten niet-
waar?
van het Office uatnonque óonvfeveTen sluït met een overzicht van
dat aan deze brochure haar titel heeft in Venetië stond enige tijd geleden BallJ j)4.llc
wordt betoogd, dat niet alleen Katharine Hepburn met een fototoestel m t The Greatest Show on
Vnpt Earth") heeft plotseling aangekondigd, dat
Betty Hutton („The Perils of Pauline",
„Dream Girl", „The Stork Club", „Annie
keuring'en "leiding,tUniet'alleen fümactie, haar "hand langs de Canale Grande. Voet-
maar oo^ en op de allereerste plaats tjevoor voetje Hep «_achtoruit
filmopvoeding noodzakelijk is. De katho- kathedraal van St. Ma£cus beter inbaar
lieken moeten leren, dat de film met al- lens te krijgen. Van het punt waai ze
tegendeel, zij was een geheel andere weg eell ontspanningsmiddel, maar ook eerst stond, tot aan de rand van
ingeslagen, want zij had reeds op jeugch- gcn cultuureiGment kan zijn. Zij moeten water, was niet meer dan tien stappen
ge leeftijd een zekere bekendheid verwor- ]eren de aesthetische, de culturele waar- en Katharine had al acht stappen gedaan,
ven als pianiste. Toen zij 13 jaar was be- van de fjim te onderscheiden. Hét kanaal zag er zwart en kwalijk
haalde zij reeds het eindexamen van de t filmgeweten moet worden ge- kend uit.
Royal Academy of Music. Zij ging m deze vormd hetgee„ betekent, dat het publiek „Doorlopen, Kate schreeuwde regis-
richting verder, nam deel aan wedstrijden, zi(,h bgWUst WOrdt van de zware verplich- seur David Lean. „Niet aarzelen. Denk
waarop zij successen behaalde en trad op bb bet bioscoopbezoek rekening alleen maar om je foto
zij was toen telefoniste als begeleid- houden met de zedelijke en godsdien- Dus stapte Kate nog verder
ster van plaatselijke zangsterren. Haar nu - ■'«»- -
naam verscheen tóen, klein gedrukt, on
achteruit en
kade meer. Een
ze genoeg heeft van het acteren en zich
geheel zal gaan wijden aan haar gezin.
Betty Hutton, die 33 jaar is, heeft twee
kinderen.
In Hollywood heeft haar aankondiging
maar weinig indruk gemaakt. Vrienden
van haar beweren, dat de „Blonde Bom"
zo iets niet langer dan hoogstens een half
jaar zal uithouden. En boze tongen zeg
gen, dat haar plotselinge zyrg voor haar
liggen in de magazijnen van de uit
gevers, verbrandt desnoods ook nog alle
exemplaren, die nog in het bezit moch
ten zijn van particulieren en biblio
theken, vernietig ze grondig tot het
allerlaatste exemplaar toe, over enige
jaren glorieert de draak weer even lus
tig als enkele jaren tevoren. Het is als
met onkruidd. Men weet niet waar het
vandaan komt. Maar groeien doet het.
Verbiedt de draak desnoods bij de wet,
tegenhouden doet men hem toch niet.
Met het boek is het net eender. Ook
de prull-roman houdt men niet tegen.
Sensationele prulromans worden ver
slonden als koek, terwijl het goede boek
blijft liggen. En toch, welk een invloed
gaat er niet uit van de lectuur? Lectuur
is in staat het karakter van een heel
volk te beïnvloeden. En hiervan is men
zich in leidende kringen ook heel goed
bewust. Vandaar de enorme bedragen,
die besteed worden aan de verspreiding
van goede lectuur door middel van
bibliotheken, voorlichting etc., etc.
En alhoewel men op vele successen kan
bogen, de prul-roman vaart nog immer
even wel. En de grote massa laat zich
de rijkdom ontgaan, die zij zich door
middel van het goede boek eigen zou
kunnen maken.
Het is niet, omdat de prul-roman of
de toneeldraak zo goed is, dat het stuk
of het boek zo vlot loopt, maar omdat
de grote massa niet hoger grijpen kan.
En daarom heeft het ook geen zin, orn
tegen de schrijvers van dergelijke stuk
ken of boeken te fulmineren. Het heeft
zelfs geen zin, om tegen het stuk of het
boek te fulmineren. De grote massa
wordt door het te luid geschreeuw
alleen maar attent gemaakt op het boek
of het stuk.
De genezing van een kwaal kan
slechts bewerkstelligd worden door nel
wegnemen van de oorzaak. Zo is net
hier ook Wil men iets bereiken, dan zal
het volk zelf bewerkt moeten worden.
Het moet een betere smaak worden bij
gebracht. Maar dit bereikt men niet in
een klein aantal jaren. Wij kunnen
slechts hopen, dat wij door gezamenlijke
inspanning tijdens ons hele leven hier
toe een kleine bijdrage kunnen leveren.
De roman komt onmiddellijk in ieders
hand Het toneelstuk echter, dat het
volk bereikt kan dit slechts via de ver
enigingen, die het brengen. ?e toneel
tekst zelf komt maar zelden in de hand
van een niet-toneelspeler. Dit heeft vele
voordelen. Als immers de verenigingen
op een dergelijk peil komen te staan, dat
zij alleen maar goede waardevolle siuk-
ken brengen, dan kunnen we reeds een
heleboel gewonnen hebben. Maar ten
eerste vergt dit een heleboel tijd en
inspanning en ten tweede zal de ontwik-
keling van het volk hiermee toch in
ar stiee waarden van de vertoonde produc- plotseling was er geen
n- a»t, or een katho- gondolier gaf een schreeuw. Een zwerm
„cue duiven schoot verschrikt de lucht in. En
20ste levensjaar komt zij zeK als^piamste fümgeweten ondel. het verdween giilend, in het smerige
katholieke publiek treurig is gesteld, Venetiaanse water.
naam verscuccii ten. Het moet weten, u-v ----
deraan op de programma's. Tijdens haar lieke keur|ngsraad werkzaam is.
voor de radio met een scherzo
Brahms en een compositie van Percy
Grainger en de enige wijze waarop zij
zingt is in het kerkkoor van haar woon
plaats en soms in het ouderlijk huis. Op
dit laatste is haar moeder echter hele
maal niet gesteld
Tot zij op zekere dag, waarom vermeldt
de historie niet, misschien is intuïtie
geweest, aanklopte bij Thomas Duerdon,
organist in Blackburn, die zanglessen
gaf- De goede man was zeer verbaasd,
toen hij hoorde dat de toen 23-jarige
Kathleen geen pianolessen, doch zang
lessen wilde hebben. En niemand moent
er iets van weten. Nadat Kathleen de
eerste maal gezongen had, was Duerdon
gewonnen voor haar idee; hij schrijft la
ter zelf een brief over deze gebeurtenis:
,Hier was iets rijks en vreemds". Daarna
volgde, weer twee jaar later, het voorvai
in Carlisle, waar Kathleen, aanwezig
voor een pianowedstrijd, een wedden
schap aanging om een shilling dat zij be
ter zou zingen, dan degenen, die deelna
men aan een zangproef en deze we<M®a"
schap glansrijk won. Zij kreeg de „Rose
Bowl of Carlisle", zijnde de eerste prijs.
Zij won die ook in 1938 en 1939 en in
dat jaar begon de zangtraining in volle
ernst, eerst bij dr Hutchinson, daarna bij
Roy Henderson. Van toen af ging het snel
voorwaarts, zeer snel zelfs, want na
slechts een luttel aantal jaren behoorde
zii tot de grootsten in de wereld van het
lied- zii vertolkte Lucretia op het Glynde-
boumefestival in 1946, maakte in 1947 haar
eerste tournée door Amerika er zouden
er nog twee volgen - zong het „Lied von
der Erde" tijdens het Edinburghfestival in
dat iaar vierde triomfen in Duitsland, Ita
lië tijde'ns het Holland Festival in 1948, in
Scandinavië en in Parijs. Haar laatste gro
te creatie was „Orpheus in Februari 1953
in Covent Garden, doch toen had de ziek
te waaraan zij gestorven is, haar reeds in
zijn laatste, onherroepelijke greep gevan-
Seo'ver haar studie, die duurde tot kort
blijkt wel uit het in de brochure gepu
bliceerde resultaat van een enquete op
filmgebied, die is gehouden tijdens
de Meischouw 1954 van de Kajotters
(Diocesane Afdeling Utrecht) te ^r""
hem. Hoewel deze enquête te beperkt
is het aantal ondervraagde per
sonen bedroeg in totaal slechts 68 en was
bovendien afkomstig uit hetzelfde milieu
Iedereen juichte, vooral de gondolier.
Maar toen de kletsnatte en verfomfaaide
ster weer op de kade stond zei David
Lean alleen maar: „Je kunt je het beste
zo gauw mogelijk gaan drogen Kate, dan
doen we het nog eens over".
Hepburn keek naar het kanaal en rilde.
Toen begon ze te lachen. „O K. Maar al
leen omdat jij het vraagt, David. De vol-
proberen er een écht
om aan het resultaat waardevolle con- gende keer zal ik
clusies te ontlenen, is de beantwoording grote plons van te maken
van de vraag, waarmee bij de keuze van
een film rekening wordt gehouden, zeer
Kathejine Hepburn
David Lean, filmregisseur en echtgenoot
van de toneel- en filmster Ann Todd, is
het soort man, voor wie acteurs van het
kaliber van Katharine Hepburn zich zon
der morren in een paar meter diep vuil
water werpen. Kate Hepburn deed het tot
zesmaal toe op één dag om Lean de zeker
heid te geven, dat deze scene uit zijn
nieuwste film „Summer Time" precies
goed werd.
Beroepshalve is David Lean („Brief
Encounter". ..Great Expectations" „Oliver
Twist" „The Passionata Friends ihe
Sound Barrier") een regisseur met zulk n
uitzonderlijk talent, dat iedere ster maar
al te graag alles in de steek laat om met
hem te werken. Persoonlijk is hij bijzon
der charmant en opvallend knap.
Hoe slagen David Lean, de regisseur en
Ann Tod, de actrice, er in hun huwelijk
tot een succes te maken zonder dat een
van beiden zijn. of haar carrière opgeeft.
Beiden immers zijn artist met hart en ziel.
David Lean licht een tipje van de sluier
op: „Ik zou er niet aan denken Ann te
vragen terwille van mij een rol te laten
schieten, ook al betekent het aannemen
ervan een tijdelijke scheiding. Integendeel,
soms st& ik er op, dat ze een bepaalde rol
in een film of op het toneel aanneemt.
Neem bijvoorbeeld op het ogenblik. Hier
zit ik in Venetië. Ik ben hier van begin
Juli af geweest en bet zal nog wel enkele
weken duren. En waar zit Ann? In Edin
burgh met de Old Vic in „Macbeth
Als Lean met zijn film klaar is, worden
David en Ana weer voor een poosje her-
Dat mr F. Bordewijk morgen ze
ventig jaar wordt zal velen ongeloof
lijk schijnen. Als schrijver doet Bor
dewijk immers nog niet veel langer
dan 20 jaar van zich horen. Met zijn
roman „Bint" kondigde hij zich voor
het eerst aan als een schrijver van
formaat. Dat was in 1930, en Borde
wijk was toen dus bijna 50 jaar! Te
voren had hij enige bundels „Fantas
tische vertellingen" het licht doen
zien en wat onbeduidende schetsen.
Maar „Bint" was iets nieuws. Hier
ontmoette men voor het eerst dat
doelmatige, harde proza, voor het
eerst ging voor Nederland de vreem
de, hallucinaire wereld van Borde
wij k's grote romans open.
Het lijkt ons niet nodig bij gelegen-
heid van deze 70ste verjaardag nog
eens het karakter van dit werk te
omschrijven. Ieder die enigszins thuis
is in de moderne Nederlandse lette
ren, kent de singuliere gestalten die
Bordewijk's romanhelden zijn. Vreem
de onwerkelijke wezens, beschreven
met een onbewogen zakelijkheid, die
ze dubbel beangstigend maken.
Het gevoel van de bestaande wan
verhouding tussen de werkelijkheid
zoals zij is en de drogbeelden van ae
werkelijkheid die zich aan ons voor
doen, tussen de herkenbare en de
onherkenbare werkelijkheid ligt ten
grondslag aan het hele oeuvre van
deze meester. Noem het een gevoel
van ontworteld zijn, van angst om de
mens zoals hij is, dit vindt men in
alle „rote romans van Bordewijk te
rug T.De dingen zijn volmaakt anders
dan ze lijken", wil Bordewijk ons op
zijn suggestieve wijze meedelen. Wie
zich in deze wereld van schijn wn
handhaven moet dit doen door strenge
zelfbeheersing, orde. zelftucht.
Zelfs in de minder belangrijke ver
halen, waarin men overigens weiniö
van de grote Bordewijk herkent zijn
dikwijls deze twee P°}fh- angst om
de schijnwereld, en zelfbehoud door
tucht, terug te vinden Ook in de
jongste verhalenbundel „Mevrouw en
Mijnheer Richebois". die overigens
niet zijn beste is. Hij wordt dan ook
door de schrijver zelf als ver-
strooiingslectuur aangediend.
Nu hebben wij niets tegen ver-
strooiingslectuur en we kunnen het
slechts toejuichen dat °°k grote
schrijvers nu en dan louter ter amu
sering van het publiek wat kleingoed
publiceren. Maar een vertelling als
het titelverhaal van deze bundel kun
nen wij met de beste wil van de we
reld niet tot de gezonde _ver-
strooiingslectuur rekenen. Het. is de
geschiedenis van een jong meisje dat.
met haar ouders op vacantie m
Frankrijk, in relatie komt met ee"
rustig, bejaard echtpaar en in goea
vertrouwen bij dit tweetal logeren
gaat. De oudjes blijken
ter hun goedgespeelde bescheiden
heid de grofste schurkenstreken ver
borgen te hebben. Het meisje is het
slachtoffer geworden van handelaars
in mensen.
Met grote beheersing wordt het
verhaal naar zijn climax gevoerd,
maar aan het slot voelt men een
vreemde ontevredenheid. Heeft de
schrijver werkelijk alleen maar be
wondering voor de geslepen tactiek
der misdadigers waarin hij blijkens
het slotcommentaar een zekere groot
heid erkent? Men kan inderdaad geen
spoor van hogere gevoelens, van een
houding ten opzichte van het ver
haalde ontdekken. In zulke gevallen
voor een vroeger verhaal „yeuve
Vesuvius" geldt hetzelfde blijkt
toch wel dat de koele harde prozastijl
die met opzet ieder gevoel buiten-
sluit, een direct geva|( betekent
voor de hogere waarden die iedere
schrijver toch met zijn werk hoopt
te dienen. Dat in een verhaal als „Me
vrouw en mijnheer Richebois" daar
van geen sprake is, lijkt ons voldoen
de reden om deze vertelling juist als
verstrooiingslectuur voor een breed
publiek ongeschikt te achten. De ove
rige verhalen zijn deels heel aardig,
deels bepaald zwak.
Uitg. Nijgh en van Ditmar, Den
Haag.
zekere mate gelijke tred moeten houden,
anders komen de verenigingen straks
wel met enkel goede en hoogstaande
stukken, maar zullen zij moeten spelen
voor een lege zaal. Hiermee zou tevens
een eind gekomen zijn aan het zo
bloeiende amateurtoneel, want spelen
voor een lege zaal houdt niemand lang
vol.
Daarom moeten wij bouwen van
onderaf. Wij kunnen onmogelijk alle
draken vervangen door goede spelen.
De verenigingen zijn er niet rijp voor
en als de verenigingen er rijp voor zijn,
dan is het volk er nog niet rijp voor.
Een mentaliteit moet langzaam, heel
langzaam omgebogen worden. Het is als
met een snel stromende rivier, die moet
men haar loop niet bruusk af willen
breken, want dan zoekt de rivier even
goed haar eigen weg met alle gevolgen
van dien. Men moet de bedding van de
rivier langzaam, heel langzaam buigen.
Dan zal het water gewillig meegaan.
Daarom moet men een vereniging niet
hard vallen, al speelt zij nog een draak.
Langzaam maar zeker moet men deze
vereniging tot meer verantwoorde
spelen brengen. Eerst desnoods tot meer
verantwoorde draken, tussen een draak
en een draak is dikwijls nog een groot
verschil. dan tot positief goede
maar nog steeds eenvoudigs stuk
ken. Men kan nu eenmaal geen ijzer met
handen breken. Daarom is het zo dwaas
te zeggen, dat verenigingen, die alleen
maar draken kunnen brengen, maar op
moeten houden te bestaan. Even dwaas
is het, om in één klap alle draken uit de
catalogi te schrappen.
De verenigingen dienen opgevoed te
worden, maar de verenigingen dienen
ook op te voeden. Juist omdat via haar
het stuk tot het volk komt, is haar ver
antwoordelijkheid zo groot. Want de
invloed die van een stuk kan uitgaan is
zeker niet minder dan die van het boek.
Ook de verenigingen dienen op haar
beurt op te bouwen, op te voeden van
onderaf. Het volk, dat gewend is aan
draken, kan men niet plotseling enkel
hoogstaande stukken voorzetten. Tracht
langzaam maar zeker steeds betere stuk
ken te brengen, maar houdt altijd reke
ning met het bevattingsvermogen van
het publiek, anders bereikt men niets.
Er is een wisselwerking tussen het
stuk en de opvoeding van het publiek
om betere stukken te leren smaken. Van
de ene kant moet het publiek eerst op
gevoed worden, om het betere stuk te
leren smakerf, maar van de andere kant
brengt het stuk zelf ook betere smaak
bij. Tenminste weerals wij niet te
hoog grijpen. Dus twee dingen zijn tege
lijk nodig: het publiek opvoeden voor
het betere stuk en het publiek opvoeden
door het betere stuk.
Een van de middelen om het publiek
en tevens de verenigingen op te voeden
voor het betere stuk is: niet het blind
weg fulmineren tegen alles wat draak
is, maar het uitleggen van de stukken
zelf, het uitleggen, waarom dit of dat
een draak is en waarom dit of dat
geen draak, maar een goed stuk Het
volk en de verenigingen zelf leren zien.
En hierop heb ik al dikwijls gehamerd
en zal ik blijven hameren tegen alle
lioogblazerij van de toren in, die in een
ommezien alle draken zonder enige
diepgaande reden aan te geven de nek
om wil draaien. Als een meester met
zijn jongens een museum bezoekt, om
die jongens gevoel voor de kunst bij te
brengen, dan zal hij niet moeten aan
komen met: „kijk jongens, dit is nu een
goed schilderij en dat daar is een prul."
Hij zal moeten uitleggen waarom. En
anders had de meester zich de moeita
van de gang naar het museum wel kun»
nen besparen.