TANGANYIKA: proefbank voor een nieuwe missie-strateaie tbf WPÖMFSIE Safari langs de evenaar (12 en slot) ZATERDAG 2 JULI 1955 PAGINA Reëel plan Het moderne missiewerk en het „Zwarte Werelddeel - bedreigd door Islam en Com munisme-, vooral ook aangewezen op hulp van leken Waardevolle gesevens De Nijmeegse hoogleraar had toen reeds Modernisering Veel aanbiedingen 7 aak voor leken Terwijl een dag later het s.s. „Russinga" moeizaam worstelde met de golven van het Victoria-Meer (zo groot als Nederland en Belgie samen) op weg naar Bukoba waar de directeur-generaal van het KASKI on der meer mgr Lanatot, de Bisschop van Bukoba, en mgr Rugambwa, de inlandse Bisschop van Ritabo, zou ontmoeten heeft professor Zeegers ons dan nog het een en ander verteld over de achtergronden van zijn plan en over de manier waarop hoopt, het te kunen verwezenlijken. „Men zal", aldus prof. Zeegers het werk dat de missie tot nu toe in Tanganyika heeit verricht uiteindelijk slechts kunnen beveiligen indien men, in 't proces van de politieke emancipatie, direct of indirect in vloed zal kunnen uitoefenen door middel van ontwikkelde, goed getrainde en prin cipe-vaste Afrikanen. Men moet dan ech ter ook de garantie hebben, dat deze in vloed blijvend zal zijn en niet slechts ge baseerd op de omstandigheid, dat het grootste deel der Afrikaanse evolués van net ogenblik een Katholieke opvoeding heeft genoten. In dit verband is het mede van belang, dat de politieke ontwikkeling in Oost-Afrika en meer speciaal in Tanganyi ka zich niet alléén richt op het streven naar onafhankelijkheid en zelfbestuur. Zo men voorkomen wil, dat er een vacuum ontstaat zo gauw deze onafhankelijkheid verwor ven zal zijn en dat is tenslotte, voor wat Tanganyika betreft, nog slechts een kwestie van op zijn hoogst enige decennia zo zal men er voor moeten zorgen, dat dit streven naar zelfbestuur gebouwd is op een wel doordacht en constructief program. In de opbouw van dit program nu heeft de missie een belangrijke taak. .-WA fctfj stewwi*w»^e van héél de Katholieke wereld. Wil men haar uitvoeren, dan is men aangewezen op de (internationale) hulp van Katholieke groepe: meer speciaal in de vorm van het verstrekken van fondsen en het ter be schikking stellen van experts. Hun taak is eenvoudig: Afrikaans kader op te leiden, opdat de Afrikaanse leken zelf het werk zo spoedig mogelijk kunnen overnemen". „Denkt U", zo vroegen wij de professor, dat een dergelijk plan een redelijke kans van slagen heeft?" „Ik ben er van overtuigd", aldus profes sor Zeegers, „dat dit plan wel degelijk sla gen zal. Het plan is namelijk of de eerste plaats reëel. Het beperkt zich voorlopig tot Westelijk Tanganyika. Slaagt het daar, dan kan men verder gaan. Ik heb hier in West Tanganyika een bijzonder gunstige situatie aangetroffen. De Bisschoppen in dit gebied zijn zeer vooruitstrevend, zien de proble men helder en scherp en zijn bereid op alle mogelijke wijzen medewerking te ver lenen. Er zal uiteraard eerst nog veel re- searchwerk verricht moeten worden; het materiaal dat ik gedurende mijn reis heb kunnen verzamelen, is stellig nog niet vol ledig. Het KASKI zal daarom zo spoedig mogelijk een bureau in Tanganyika openen dat onmiddellijk reeds in bepaalde aange legenheden adviseren kan en dat bovendien nog meer gegevens omtrent de toestanden in Tanganyika zal moeten verzamelen. In afwachting van dat alles kan echter, naar mijn mening, met het verlenen van hulp aan dit missiegebied nu reeds op kleinere schaal een begin worden gemaakt. Ik denk daarbij op de eerste plaats natuurlijk aan hulp uit Nederland. In de medische sector hebben wij gedurende deze reis met deze hulp al een begin kunnen maken: het is zeer waarschijnlijk, dat de Zusters Fran ciscanessen van Breda te zijner tijd in West Tanganyika een ziekenhuis zullen begin nen en ik ben er van overtuigd, dat dit prachtige voorbeeld navolging zal krijgen. Het oprichten van nieuwe ziekenhuizen brengt vanzelf plaatsingsmogelijkheden mee voor jonge artsen die zich in de missie willen vestigen. Daarnaast kunnen wij, dunkt mij, van Nederland uit en ik hoop daarbij vooral op de steun van de Neder landse Katholieke pers spoedig reeds hulp bieden in de sector publiciteit. De Katholieke pers heeft in Oost-Afrika een uiterst gewichtige taak te vervullen en zij beantwoordt op het ogenblik zeer zeker niet aan de eisen. Hetzelfde geldt trouwens voor de radio en andere publiciteitsorga- nen. Met betrekkelijk eenvoudige middelen zou men de missie in Tanganyika een uit stekend publiciteitsorgaan kunnen bezor gen en het staat wel vast, dat dit publi citeitsorgaan na enige tijd ook financieel „selfsupporting" zou kunnen zijn". „Hoe denkt U deze hulp te realiseren?' „Wij zullen in Nederland moeten beginnen. Er zal een Nederlandse com missie worden opgericht met het doel, de hulp aan West Tanganyika in de vorm van adoptie en het ter beschikking stellen van fondsen te activeren. Zo snel mogelijk zal deze commissie en haar actie vervolgens geïnternationaliseerd moeten worden. Ik denk daarbij aan de creatie van een „Revolving Fund". Slaagt liet plan, dan kan men het, aangepast aan de omstandigheden, uitbreiden over andere missie-gebieden. Ook daar heeft men behoefte aan een nieuwe missie strategie en ook daar zal men een, op wetenschappelijke basis gefundeerde, verantwoorde en goed gecoördineerde, internationale missie-actie waarbij vooral ook een beroep zal worden gedaan op de hulp van leken, met vreugde begroeten". "'iiMnMmiiiiiimHimiii!miiiiiiiiiiiiiiimn>miiiimti;iiii;;miiiimiiii!iiiiiiiiiij|||iii MWANZA (Tanganyika), Juni. oinst r '1'cr i" 'anganyika onder soms verre van gemakkelijke an ig leden hebt willen verrichten, heeft in feite nu reeds tot ver heugende resultaten geleid. Gij vertrekt straks naar Nederland om verder e ai icii en aan de uitwerking van een concreet en groots en veel omvattend p an voor een missionnering-in-nieuwe-stijl en wij zijn er dankbaar voor, at gij het voornemen hebt, dit gedurfde missie-plan allereerst op West- 1 anganyika, ons eigen missie-gebied, te projecteren. Gij hebt een helder inzicht getoond in de vele problemen waarvoor de missie hier vergeefs naar een oplossing zocht. Gij hebt mèt ons deze problemen omlijnd: in een maakt endatTT^d VerbIuffend s"*]]e ontwikkeling door maakt, en dat bedreigd door vele gevaren, straks, wellicht binnen zeer afzien- belangen' "T" 7 betekent, dat de missie haar werk en haar !t i i bcveill?en' ,Het over een breder terrein; het betekent ook d nloeten uitbreiden haar de Katholieke Kerk pad i missie en mede door proces dat uiteindelijk niet ,"0wicbtl?e r°l zullen moeten spelen in bet eindelijk met alleen naar zelfbestuur zal leiden, doch dat tevens van beslissende betekenis zal zijn voor de toekomst van Tanganyika en wellicht voor die van geheel Oost-Afrika; liet betekent, tenslotte, dit de missie in deze kritieke periocfé dringend behoefte heeft aan hulp: aan een verstandig, goed en zorgvuldig uitgewerkt operatie-plan; aan mensen, leken ook vooral, die bereid zijn, de missie in de sectoren waarin zij op medewerking van specialisten aangewezen is, de helpende hand te bieden; en aan de middelen om het plan voor een missionnering-in-nieuwe-stijl ce realiseren. Uw studiereis door Tanganyika en de belangstelling welke gij in ruime kring voor de resultaten van Uw onderzoek hoopt te kunnen wekken, hebben hier in Tanganyika het vertrouwen, dat de katholieke wereld in het Westen bereid zal zijn om ons op grootse, doch verantwoorde wijze te steunen, opnieuw levendig gemaakt. IJe missie in Oost-Afrika is U, voor het initiatief dat gij hebt willen nemen, op wel zeer bijzondere wijze dankbaar". Het was met deze woorden, dat Mgr C. Bronsveld, de Nederlandse Aarts bisschop van Jabora, in Mwanza, de bloeiende handelsstad aan de rand van het Victoria-Meer, afscheid nam van prof. dr G. H. L. Zeegers, de directeur van het K.A.S.K.I. na een tocht van bijna vier weken door Tanganyika J erritory per schip van Mwanza naar Uganda zou vertrekken. Mgr J. Blomjous de r™EinH vAele-,duizend?n mijlen achter honMcUj ?-nl Was hlj te Nairobi, de hoofdstad van Kenya, gearriveerd, waar a J,een aantal uiterst belangwekkende ge- Oo,tnAf °l7ltr^nt de foestanden in Brits eenc a kon verz3melen, en vervol- eervft Was dan de grote "Safari" begonnen: nai, ivnaar Mombasa' dan via Zanzibar ha arres"®alaam> de voormalige slaven- ven die nu ajs bestuurscentrum voor te ngSnyika fungeert. Nadat de professor k ■fJaUes"Salaam in de onmenselijke de ei tte> die daar op de moessons volg- kin acbt-ereen oriënterende bespre- relrcru d Sev°ord met geestelijke en we- - ujke autoriteiten, vertrok hij naar Ta- knna' dlep 'f binnenland. Van Tabora uit de aTl dank. zij vooral 00k de huiP en gastvrijheid welke het gezelschap van ondervond van de zijde van stft; veld, niet alleen tal van missie- bovotfa worden bezocht, doch kreeg men es-<? i 6n' veel beter eigenlijk dan te Dar- vrir-J, m' Selegenheid zich een beeld te mn^+erï. van de' in Tanganyika heersende dpn d ''ike en economische toestan- niet Zeegers beperkte zich echter in t> bet bezoek aan de missie-posten, H 4..1?ganyika grotendeels in handen van li Paters, onder wie, uiteraard, tal van Nederlanders. j had bovendien gesprekken met voor- r1?06 inlanders, Katholieken en niet- n. holleken, hij bezocht plantages, werk- du/* iÜn> j sch°len en ziekenhuizen hij aaiüe door negerdorpen, hij woonde een araza bij (de zitting van een recht- «ïïïf'^klBlne zaken) hij reisde met de unmogeüjkste vervoermiddelen tot op prac- de°hifi.®®reikbaar geheten plaatsen diep in inlichten ct! d® Jungele, hij liet zich sende iri Tanganyika heer- kaanse Jeke bewustzijn, omtrent de Afri- ?ing- knr?i:Peraitles' omtrent de vakbewe- slottè, na vïïc professor Zeegers ten- de, aan de kusT D' uAMwanza arriveer^ Meer, beschikte enorme Victoria- terst waardevolle L°„Ver een schat van ke men zelfs in de Sfi g®geAcns wel" ten aangaande Tanganvtka ?«"aPPPr" den kon. nga»yika met altijd vin- Al deze gegevens pasten in het kade? van het plan waarmee de r,rnfo„ a°H naar Tanganyika was vertrokken Hefplan ging uit (wij berichtten daar destijds uit voeng over) van de gevaren welke nnzo missie in Afrika en speciaal in Tanganyika bedreigen. In een rapport dat het kS liet samenstellen alvorens de direcw cT neraal naar Oost-Afrika vertrok deze gevaren als volgt geformuleerd- „Men heeft de laatste tijd de neGin„ om te vergeten wat de Missie in Afrika aan pionierswerk heeft verricht, aan vankelijk geheel met eigen middelen, slechts getolereerd en niet geholpen, soms zelfs tegengewerkt door bet bestuur. Bijna overal waar de missie met het onderwijs en de ziekenzorg is begonnen, tracht men de invloed van de missie te beperken en daarmee raakt men aan van ouds verworven rechten. Er is echter een ander gevaar: door de snelle sociaal- economische ontwikkeling worden onder wijs en caritas, waarop de missie zicJi tot nu toe concentreerde en waartoe zij zicli door gebrek aan middelen en mensen moet beperken, in feite gereduceerd tot deelaspecten van het missiewerk. Het wordt met de dag duidelijker, dat de inplanting van de Kerk in Afrika niet zal «lagen wanneer het Christendom niel tevens doordringt in de andere elementen i'rof. Zeegers naast het stationsgebouw van Ilinga, in het uiterste Zuiden van T anganyika. van bet maatschappelijke leven. Hierin ligt voor de katholieken primair de oplossing van het probleem-Afrika. Het gaat er om of de modernisering waarin Afrika wordt betrokken, door een christelijke geest zal zijn doordrongen". Hoe juist deze fprmulering van het missie- pi obleem in Afrika wel was, bleek prof. ^eegers reeds in Dar-Es-Salaam, waar, tij- dens een bespreking in het Aartsbisschop- pelijk Paleis, de (Zwitserse) Aartsbischop van Dar-es-Salaam, Mgr. Edgar A. Maran- ta o.m. verklaarde: „Ik ben er meer dan ooit van overtuigd dat het strict religieuze missiewerk („the purely religious ap proach to the Africans") bezig is, zeer snel zijn belangrijkheid te verliezen. Als wij er prijs op stellen, de invloed van de Katho lieke Kerk in de Afrikanen te handha ven en uit te breiden, dan zullen wij onze activiteit in, bijvoorbeeld, de sociale sec tor in zeer sterke mate en zo spoedig mo gelijk moeten uitbreiden". Het was juist met het oog op dit alles, dat prof. Zee gers zijn plan voor een nieuwe missie-stra tegie ontworpen had, een groots en boei- epd experiment. Het was evenmin een toe val, dat hij zijn plan op Tanganyika pro jecteerde: Tanganyika is een land zonder „colour-bar"; hoewel het aantal Katholie ken daar „slechts" 12 procent van de be volking bedraagt is dit percentage onder de geëvolueerde Afrikanen de bovenlaag waaruit 't land eerlang zijn eigen bestuur ders zal moeten putten, enorm veel hoger, het bedraagt tenminste 75 procent. De tijd om te oogsten is voor onze missie in Tanganyika aangebroken. De omstandig heden daartoe zijn gunstig, zo men spoe dig!, want men strijdt tegen de steeds was sende invloed van communisme en Islam en men bedient zich in het vijandelijke kamp van uiterst geraffineerde methoden: men heeft daar reeds een met zorg en ken nis van zaken bedachte strategie! het missie-werk slechts kan aanpassen aan de nieuwe omstandigheden. Conferentie in Mwanza De onderzoekingen welke professor Zee gers in Tanganyika, mede dankzij de hulp van de bisschoppen, verrichten kon leid den m Mwanza tot een conferentie waaraan werd deelgenomen door mgr C. Bronsveld Aartsbisschop van West Tanganyika mgr J. Blomjous, Bisschop van Mwanza, mgr G. Grondin, de Amerikaanse Apostolisch Prefect van Musoma en prof. Zeegers. Mgr James Holmes Siedle, de Engelse Bisschop van irmga, kon wegens vertrek naar Euro pa deze bespreking niet bijwonen. Alvo rens naar Engeland te vertrekken, had hii echter reeds in Tabora met prof. Zeegers geconfereerd en zijn instemming betuigd met de ontworpen plannen. Naar aanleidin" van de conferentie te Mwanza, resulteren de in een belangrijk memorandum, had de verslaggever van dit jalad die prof. Zeegers op een deel van zijn tocht door Oost-Afrika vergezelde, een onderhoud met mgr J. Blomjous, die zich zeer enthousiast en dank baar toonde voor het door het Kaski geno men initiatief. „Het zwakke punt in ons missiewerk", aldus mgr Blomjous, is in derdaad gelegen in de sociale sector De missie heeft zich tot nu toe moeten bener- ken tot activiteiten op het gebied van h»t onderwijs en de medische zorg. Doch spelen in Tanganyika andere uiterst be langrijke problemen: de vakbewegingen, de sociale voorzieningen, de volkshuisvesting, de coöperatieve organisa ties, de welvaartsver- houdingen in het alge meen. Er ligt voor de missie juist ook op deze terreinen een enorme taak. Deze taak komt niet voor de rekening van de missie alleen, zij komt voor rekening van geheel onze Kerk, dus ook: van onze leken! Wij zijn daartoe aange wezen op hulp uit de Westelijke wereld. Wat wij nodig hebben, zijn: experts die bereid zijn om gedurende een aan tal jaren naar Afrika te komen teneinde een ka der van inlanders te trainen en te creëren. Daardoor zullen wij de Katholieke invloed in geheel het politieke, so ciale en maatschappe lijke leven van Tanga nyika voor goed kun nen verankeren. Is dat kader eenmaal ge vormd, dan kan deze sector van het missie werk geheel in Afri kaanse handen worden gelegd. Want dat moet altijd ons streven blijven: ons zelf zo spoedig mogelijk overbodig maken. De jagjVan °'-'lze missie in Tanganyi ka zal de dag zijn waarop de missie zal kunnen constateren, dat zij zelf geheel overbodig is geworden en dat zij het werk van de oogst geheel in handen kan leg gen van de inlandse priesters die nu reeds zo voortreffeiijlce arbeid verrichten. Het if, °m,, alles> dat wiJ zeer verheugd zijn van heyKASKI.Van directeur"generaal te lijnen samen met de professor een plan voor een nieuwe missie-strategie hebben kunnen samenstellen. Het bleek daarbij nut tig, dit plan eerst te beperken tot het Wes telijke deel van Tanganyika. De omstan digheden zijn hier zo, dat het plan zich in West Tanganyika het snelst laat reali seren. Het ligt echter in de bedoeling, het zo snel mogelijk uit te breiden over geheel Tanganyika en, zo mogelijk, zelfs over ge heel Oost-Afrika. Er zal .nu eerst een zogenaamd „pilot- scheme" worden gelanceerd waarbij wij ons (met de hulp van Nederland op de eer ste plaats, naar wij hopen) allereerst zul len concentreren op het terrein van de' Ka tholieke pers en de Katholieke publiciteit in het algemeen, en het medische werk. Vervolgens zullen wij meer aandacht gaan besteden aan de coöperatieve organisaties: het enige middel om de inlander econo misch onafhankelijk te maken van de Indi sche trusts die geheel het economische le ven in Tanganyika beheersen. Er is daar mee reeds een begin gemaakt en in de Lake Province (rond Mwanza) hebben inlandse coöperaties reeds opmerkelijke successen geboekt, doch wij hebben op dit terrein be- research-mogelijkheden van het KASKI. Als dat plan er eenmaal ligt, zullen wij pogingen moeten doen om de middelen te verwerven teneinde het uit te voeren. Dan zullen wij inderdaad een beroep kunnen doen op de leken die ons hun hulp nu reeds hebben aangeboden, en ongetwijfeld zullen er nog veel meer leken zijn, in Nederland en daarbuiten, die bereid zijn om voor een groot doel naar Afrika te gaan teneinde in een zwaar doch ongetwijfeld ook wel boeiend bestaan mede te helpen het missie werk hier oogstrijp te maken. Dan ook zal de missie zelf zich meer op het pure, eigen lijke missiewerk kunnen concentreren. Nu hebben wij, improviserend links en rechts, herhaaldelijk onze krachten moeten ver snipperen. Duizenden arbeidsuren van onze missionarissen gaan ieder jaar voor dat eigenlijke missiewerk verloren in scholen en noodziekenhuisjes en op tal van andere wijzen. Het verheugt ons 0111 dit alles, dat wij, dankzij liet initiatief van professor Zeegers, de problemen waar- n Plan-in-wording eeft", zo vroegen wij mgr Blomjous, bez°ek van prof Zeegers en de confe- nen geleid?"VanZa reedS tot COncrete plan" „Het verheugt mij", aldus monseigneur, „te kunnen zeggen dat dit inderdaad het geval is Het probleem dat de Nederland se hoogleraar heeft aangesneden wachtte reeas jaren op een oplossing, en dat heeft er toe bijgedragen, dat wij nu reeds in gro- Mgr Blomjous op bezoek bij een missie school in Sumve. noefte aan een aantal experts en deze ex perts hopen wij nu via het Plan-Zeegers te kunnen aantrekken. Daarnaast vraagt vooral ook de vakbeweging onze aandacht. De vakbeweging der spoorwegarbeiders, bijvoorbeeld, neemt in Tanganyika zeer snel aan betekenis toe en men kan in deze vakbeweging reeds communistische invloe den bespeuren. Het is waar: de voorzitter van deze vakbeweging is een Katholiek, doch de lijn welke deze vakbeweging trekt, is stellig nog niet geheel doordrongen van een Christelijke geest. Willen wij ook van deze vakbeweging een bastion vormen, ge richt tegen verderfelijke invloeden, dan zullen wij ook hier, voorlopig met hulp van Westelijke deskundigen op het gebied der vakbeweging, een Afrikaans kader moeten opleiden. In dit verband mag ik tevens wel op merken, dat w(j bovendien een oplossing zullen moeten vinden voor een der groot ste noden in dit gebied: het manco aan vak-onderwijs. Er is voor geheel Tanga nyika slechts een enkele gouvernements- vakschool en zij voorziet in genen dele in de behoeften. Wij achten vak-onderwijs nietttemin van zeer groot belang. Het zou op de duur, kunnen bijdragen tot de crea tie van een inlandse middenstand die nu practisch geheel ontbreekt. De missie zou daarom zeer nuttig werk kunnen verrich ten door het oprichten van vakscholen, doch afgezien van het feit dat het bou wen en inrichten van een vakschool een kostbare onderneming is, zijn wjj ook daar voor op buitenlandse onderwijskrachten voorlopig aangewezen". „Acht U het mogelijk", zo vroegen wij mgr Blomjous, voor deze projecten vol doende leken-hulpkrachten uit de Westelij ke wereld te kunnen aantrekken?" „Dat staat wel vast", antwoordde mon seigneur, „wij krijgen tal van aanbiedin gen, ik zelf bijvoorbeeld beschik over aan vragen van niet minder dan 25 doktoren die gaarne in onze missie willen werken. Ook voor andere sectoren hebben wij uit Neder land, Canada, Italië en de Verenigde Sta ten, vele aanbiedingen gehad. Helaas: wij konden van deze aanbiedingen tot nu toe geen gebruik maken. Wij kunnen geen iokter naar de rimboe van Tanganyika la ten komen als wij hem zijn salaris niet (aranderen kunnen en als de middelen ons uitbreken om een ziekenhuis voor hem in te richten. Wij konden geen experts naar i anganyika laten komen zo lang het ons mtbrak aan een verantwoorde strategie naan de middelen om deze strategie 'oor te voeren. Dat plan is er nu. Het zal o spoedig mogelijk tot in details worden uitgewerkt, dankzij de medewerking en de De moskee van Mwanza voor wij staan en de wijze waarop wij ze kunnen oplossen, nu duidelijk nuchter hebben omlijnd en geformuleerd. Het is met hoop en vertrouwen, dat wij de professor zien terugkeren naar Europa. Het plan, dat hij ontwierp en de warme geestdrift waarmee hij het straks verdedigen zal, moeten in staat zijn, in de Westelijke wereld de hulp bronnen aan te horen zonder welke wij hier in Tanganyika 't werk dat de missie pioniers begonnen, niet geheel voltooien kunnen". Deze taak ligt buiten het oude missie werk. Z(j ligt dan ook op de schouders

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 5