TANGANYIKA: proefbank
voor een
nieuwe missie-strateaie
tbf WPÖMFSIE
Safari langs de evenaar (12 en slot)
ZATERDAG 2 JULI 1955
PAGINA
Reëel plan
Het moderne missiewerk en het „Zwarte
Werelddeel - bedreigd door Islam en Com
munisme-, vooral ook aangewezen op hulp
van leken
Waardevolle gesevens
De Nijmeegse hoogleraar had toen reeds
Modernisering
Veel aanbiedingen
7 aak voor leken
Terwijl een dag later het s.s. „Russinga"
moeizaam worstelde met de golven van het
Victoria-Meer (zo groot als Nederland en
Belgie samen) op weg naar Bukoba waar
de directeur-generaal van het KASKI on
der meer mgr Lanatot, de Bisschop van
Bukoba, en mgr Rugambwa, de inlandse
Bisschop van Ritabo, zou ontmoeten heeft
professor Zeegers ons dan nog het een
en ander verteld over de achtergronden
van zijn plan en over de manier waarop
hoopt, het te kunen verwezenlijken.
„Men zal", aldus prof. Zeegers het werk
dat de missie tot nu toe in Tanganyika
heeit verricht uiteindelijk slechts kunnen
beveiligen indien men, in 't proces van de
politieke emancipatie, direct of indirect in
vloed zal kunnen uitoefenen door middel
van ontwikkelde, goed getrainde en prin
cipe-vaste Afrikanen. Men moet dan ech
ter ook de garantie hebben, dat deze in
vloed blijvend zal zijn en niet slechts ge
baseerd op de omstandigheid, dat het
grootste deel der Afrikaanse evolués van
net ogenblik een Katholieke opvoeding
heeft genoten. In dit verband is het mede
van belang, dat de politieke ontwikkeling in
Oost-Afrika en meer speciaal in Tanganyi
ka zich niet alléén richt op het streven naar
onafhankelijkheid en zelfbestuur. Zo men
voorkomen wil, dat er een vacuum ontstaat
zo gauw deze onafhankelijkheid verwor
ven zal zijn en dat is tenslotte, voor
wat Tanganyika betreft, nog slechts een
kwestie van op zijn hoogst enige decennia
zo zal men er voor moeten zorgen, dat
dit streven naar zelfbestuur gebouwd is op
een wel doordacht en constructief program.
In de opbouw van dit program nu heeft
de missie een belangrijke taak.
.-WA fctfj
stewwi*w»^e
van héél de Katholieke wereld. Wil men
haar uitvoeren, dan is men aangewezen op
de (internationale) hulp van Katholieke
groepe: meer speciaal in de vorm van
het verstrekken van fondsen en het ter be
schikking stellen van experts. Hun taak is
eenvoudig: Afrikaans kader op te leiden,
opdat de Afrikaanse leken zelf het werk zo
spoedig mogelijk kunnen overnemen".
„Denkt U", zo vroegen wij de professor,
dat een dergelijk plan een redelijke kans
van slagen heeft?"
„Ik ben er van overtuigd", aldus profes
sor Zeegers, „dat dit plan wel degelijk sla
gen zal. Het plan is namelijk of de eerste
plaats reëel. Het beperkt zich voorlopig tot
Westelijk Tanganyika. Slaagt het daar, dan
kan men verder gaan. Ik heb hier in West
Tanganyika een bijzonder gunstige situatie
aangetroffen. De Bisschoppen in dit gebied
zijn zeer vooruitstrevend, zien de proble
men helder en scherp en zijn bereid op
alle mogelijke wijzen medewerking te ver
lenen. Er zal uiteraard eerst nog veel re-
searchwerk verricht moeten worden; het
materiaal dat ik gedurende mijn reis heb
kunnen verzamelen, is stellig nog niet vol
ledig. Het KASKI zal daarom zo spoedig
mogelijk een bureau in Tanganyika openen
dat onmiddellijk reeds in bepaalde aange
legenheden adviseren kan en dat bovendien
nog meer gegevens omtrent de toestanden
in Tanganyika zal moeten verzamelen. In
afwachting van dat alles kan echter, naar
mijn mening, met het verlenen van hulp
aan dit missiegebied nu reeds op kleinere
schaal een begin worden gemaakt. Ik
denk daarbij op de eerste plaats natuurlijk
aan hulp uit Nederland. In de medische
sector hebben wij gedurende deze reis met
deze hulp al een begin kunnen maken: het
is zeer waarschijnlijk, dat de Zusters Fran
ciscanessen van Breda te zijner tijd in West
Tanganyika een ziekenhuis zullen begin
nen en ik ben er van overtuigd, dat dit
prachtige voorbeeld navolging zal krijgen.
Het oprichten van nieuwe ziekenhuizen
brengt vanzelf plaatsingsmogelijkheden
mee voor jonge artsen die zich in de missie
willen vestigen. Daarnaast kunnen wij,
dunkt mij, van Nederland uit en ik hoop
daarbij vooral op de steun van de Neder
landse Katholieke pers spoedig reeds
hulp bieden in de sector publiciteit. De
Katholieke pers heeft in Oost-Afrika een
uiterst gewichtige taak te vervullen en zij
beantwoordt op het ogenblik zeer zeker niet
aan de eisen. Hetzelfde geldt trouwens
voor de radio en andere publiciteitsorga-
nen. Met betrekkelijk eenvoudige middelen
zou men de missie in Tanganyika een uit
stekend publiciteitsorgaan kunnen bezor
gen en het staat wel vast, dat dit publi
citeitsorgaan na enige tijd ook financieel
„selfsupporting" zou kunnen zijn".
„Hoe denkt U deze hulp te realiseren?'
„Wij zullen in Nederland moeten
beginnen. Er zal een Nederlandse com
missie worden opgericht met het doel,
de hulp aan West Tanganyika in de
vorm van adoptie en het ter beschikking
stellen van fondsen te activeren. Zo snel
mogelijk zal deze commissie en haar
actie vervolgens geïnternationaliseerd
moeten worden. Ik denk daarbij aan de
creatie van een „Revolving Fund". Slaagt
liet plan, dan kan men het, aangepast
aan de omstandigheden, uitbreiden over
andere missie-gebieden. Ook daar heeft
men behoefte aan een nieuwe missie
strategie en ook daar zal men een, op
wetenschappelijke basis gefundeerde,
verantwoorde en goed gecoördineerde,
internationale missie-actie waarbij vooral
ook een beroep zal worden gedaan op de
hulp van leken, met vreugde begroeten".
"'iiMnMmiiiiiimHimiii!miiiiiiiiiiiiiiimn>miiiimti;iiii;;miiiimiiii!iiiiiiiiiij|||iii
MWANZA (Tanganyika), Juni.
oinst r '1'cr i" 'anganyika onder soms verre van gemakkelijke
an ig leden hebt willen verrichten, heeft in feite nu reeds tot ver
heugende resultaten geleid. Gij vertrekt straks naar Nederland om verder
e ai icii en aan de uitwerking van een concreet en groots en veel omvattend
p an voor een missionnering-in-nieuwe-stijl en wij zijn er dankbaar voor,
at gij het voornemen hebt, dit gedurfde missie-plan allereerst op West-
1 anganyika, ons eigen missie-gebied, te projecteren. Gij hebt een helder
inzicht getoond in de vele problemen waarvoor de missie hier vergeefs naar
een oplossing zocht. Gij hebt mèt ons deze problemen omlijnd: in een
maakt endatTT^d VerbIuffend s"*]]e ontwikkeling door
maakt, en dat bedreigd door vele gevaren, straks, wellicht binnen zeer afzien-
belangen' "T" 7
betekent, dat de missie haar werk en haar !t i i bcveill?en' ,Het
over een breder terrein; het betekent ook d nloeten uitbreiden
haar de Katholieke Kerk pad i missie en mede door
proces dat uiteindelijk niet ,"0wicbtl?e r°l zullen moeten spelen in bet
eindelijk met alleen naar zelfbestuur zal leiden, doch dat
tevens van beslissende betekenis zal zijn voor de toekomst van Tanganyika
en wellicht voor die van geheel Oost-Afrika; liet betekent, tenslotte, dit
de missie in deze kritieke periocfé dringend behoefte heeft aan hulp: aan
een verstandig, goed en zorgvuldig uitgewerkt operatie-plan; aan mensen,
leken ook vooral, die bereid zijn, de missie in de sectoren waarin zij op
medewerking van specialisten aangewezen is, de helpende hand te bieden;
en aan de middelen om het plan voor een missionnering-in-nieuwe-stijl ce
realiseren.
Uw studiereis door Tanganyika en de belangstelling welke gij in ruime
kring voor de resultaten van Uw onderzoek hoopt te kunnen wekken, hebben
hier in Tanganyika het vertrouwen, dat de katholieke wereld in het Westen
bereid zal zijn om ons op grootse, doch verantwoorde wijze te steunen,
opnieuw levendig gemaakt. IJe missie in Oost-Afrika is U, voor het
initiatief dat gij hebt willen nemen, op wel zeer bijzondere wijze dankbaar".
Het was met deze woorden, dat Mgr C. Bronsveld, de Nederlandse Aarts
bisschop van Jabora, in Mwanza, de bloeiende handelsstad aan de rand van
het Victoria-Meer, afscheid nam van prof. dr G. H. L. Zeegers, de directeur
van het K.A.S.K.I. na een tocht van bijna vier weken door Tanganyika
J erritory per schip van Mwanza naar Uganda zou vertrekken.
Mgr J. Blomjous
de r™EinH vAele-,duizend?n mijlen achter
honMcUj ?-nl Was hlj te Nairobi, de
hoofdstad van Kenya, gearriveerd, waar
a J,een aantal uiterst belangwekkende ge-
Oo,tnAf °l7ltr^nt de foestanden in Brits
eenc a kon verz3melen, en vervol-
eervft Was dan de grote "Safari" begonnen:
nai, ivnaar Mombasa' dan via Zanzibar
ha arres"®alaam> de voormalige slaven-
ven die nu ajs bestuurscentrum voor
te ngSnyika fungeert. Nadat de professor
k ■fJaUes"Salaam in de onmenselijke
de ei tte> die daar op de moessons volg-
kin acbt-ereen oriënterende bespre-
relrcru d Sev°ord met geestelijke en we-
- ujke autoriteiten, vertrok hij naar Ta-
knna' dlep 'f binnenland. Van Tabora uit
de aTl dank. zij vooral 00k de huiP en
gastvrijheid welke het gezelschap van
ondervond van de zijde van
stft; veld, niet alleen tal van missie-
bovotfa worden bezocht, doch kreeg men
es-<? i 6n' veel beter eigenlijk dan te Dar-
vrir-J, m' Selegenheid zich een beeld te
mn^+erï. van de' in Tanganyika heersende
dpn d ''ike en economische toestan-
niet Zeegers beperkte zich echter
in t> bet bezoek aan de missie-posten,
H 4..1?ganyika grotendeels in handen van
li Paters, onder wie, uiteraard, tal
van Nederlanders.
j had bovendien gesprekken met voor-
r1?06 inlanders, Katholieken en niet-
n. holleken, hij bezocht plantages, werk-
du/* iÜn> j sch°len en ziekenhuizen hij
aaiüe door negerdorpen, hij woonde een
araza bij (de zitting van een recht-
«ïïïf'^klBlne zaken) hij reisde met de
unmogeüjkste vervoermiddelen tot op prac-
de°hifi.®®reikbaar geheten plaatsen diep in
inlichten ct! d® Jungele, hij liet zich
sende iri Tanganyika heer-
kaanse Jeke bewustzijn, omtrent de Afri-
?ing- knr?i:Peraitles' omtrent de vakbewe-
slottè, na vïïc professor Zeegers ten-
de, aan de kusT D' uAMwanza arriveer^
Meer, beschikte enorme Victoria-
terst waardevolle L°„Ver een schat van
ke men zelfs in de Sfi g®geAcns wel"
ten aangaande Tanganvtka ?«"aPPPr"
den kon. nga»yika met altijd vin-
Al deze gegevens pasten in het kade?
van het plan waarmee de r,rnfo„ a°H
naar Tanganyika was vertrokken Hefplan
ging uit (wij berichtten daar destijds uit
voeng over) van de gevaren welke nnzo
missie in Afrika en speciaal in Tanganyika
bedreigen. In een rapport dat het kS
liet samenstellen alvorens de direcw cT
neraal naar Oost-Afrika vertrok
deze gevaren als volgt geformuleerd-
„Men heeft de laatste tijd de neGin„
om te vergeten wat de Missie in Afrika
aan pionierswerk heeft verricht, aan
vankelijk geheel met eigen middelen,
slechts getolereerd en niet geholpen,
soms zelfs tegengewerkt door bet bestuur.
Bijna overal waar de missie met het
onderwijs en de ziekenzorg is begonnen,
tracht men de invloed van de missie
te beperken en daarmee raakt men aan
van ouds verworven rechten. Er is echter
een ander gevaar: door de snelle sociaal-
economische ontwikkeling worden onder
wijs en caritas, waarop de missie zicJi tot
nu toe concentreerde en waartoe zij zicli
door gebrek aan middelen en mensen
moet beperken, in feite gereduceerd tot
deelaspecten van het missiewerk. Het
wordt met de dag duidelijker, dat de
inplanting van de Kerk in Afrika niet zal
«lagen wanneer het Christendom niel
tevens doordringt in de andere elementen
i'rof. Zeegers naast het stationsgebouw
van Ilinga, in het uiterste Zuiden van
T anganyika.
van bet maatschappelijke leven. Hierin
ligt voor de katholieken primair de
oplossing van het probleem-Afrika. Het
gaat er om of de modernisering waarin
Afrika wordt betrokken, door een
christelijke geest zal zijn doordrongen".
Hoe juist deze fprmulering van het missie-
pi obleem in Afrika wel was, bleek prof.
^eegers reeds in Dar-Es-Salaam, waar, tij-
dens een bespreking in het Aartsbisschop-
pelijk Paleis, de (Zwitserse) Aartsbischop
van Dar-es-Salaam, Mgr. Edgar A. Maran-
ta o.m. verklaarde: „Ik ben er meer dan
ooit van overtuigd dat het strict religieuze
missiewerk („the purely religious ap
proach to the Africans") bezig is, zeer
snel zijn belangrijkheid te verliezen. Als wij
er prijs op stellen, de invloed van de Katho
lieke Kerk in de Afrikanen te handha
ven en uit te breiden, dan zullen wij onze
activiteit in, bijvoorbeeld, de sociale sec
tor in zeer sterke mate en zo spoedig mo
gelijk moeten uitbreiden". Het was juist
met het oog op dit alles, dat prof. Zee
gers zijn plan voor een nieuwe missie-stra
tegie ontworpen had, een groots en boei-
epd experiment. Het was evenmin een toe
val, dat hij zijn plan op Tanganyika pro
jecteerde: Tanganyika is een land zonder
„colour-bar"; hoewel het aantal Katholie
ken daar „slechts" 12 procent van de be
volking bedraagt is dit percentage onder
de geëvolueerde Afrikanen de bovenlaag
waaruit 't land eerlang zijn eigen bestuur
ders zal moeten putten, enorm veel hoger,
het bedraagt tenminste 75 procent.
De tijd om te oogsten is voor onze missie
in Tanganyika aangebroken. De omstandig
heden daartoe zijn gunstig, zo men spoe
dig!, want men strijdt tegen de steeds was
sende invloed van communisme en Islam
en men bedient zich in het vijandelijke
kamp van uiterst geraffineerde methoden:
men heeft daar reeds een met zorg en ken
nis van zaken bedachte strategie! het
missie-werk slechts kan aanpassen aan de
nieuwe omstandigheden.
Conferentie in Mwanza
De onderzoekingen welke professor Zee
gers in Tanganyika, mede dankzij de hulp
van de bisschoppen, verrichten kon leid
den m Mwanza tot een conferentie waaraan
werd deelgenomen door mgr C. Bronsveld
Aartsbisschop van West Tanganyika mgr
J. Blomjous, Bisschop van Mwanza, mgr
G. Grondin, de Amerikaanse Apostolisch
Prefect van Musoma en prof. Zeegers. Mgr
James Holmes Siedle, de Engelse Bisschop
van irmga, kon wegens vertrek naar Euro
pa deze bespreking niet bijwonen. Alvo
rens naar Engeland te vertrekken, had hii
echter reeds in Tabora met prof. Zeegers
geconfereerd en zijn instemming betuigd
met de ontworpen plannen. Naar aanleidin"
van de conferentie te Mwanza, resulteren
de in een belangrijk memorandum, had de
verslaggever van dit jalad die prof. Zeegers
op een deel van zijn tocht door Oost-Afrika
vergezelde, een onderhoud met mgr J.
Blomjous, die zich zeer enthousiast en dank
baar toonde voor het door het Kaski geno
men initiatief. „Het zwakke punt in ons
missiewerk", aldus mgr Blomjous, is in
derdaad gelegen in de sociale sector De
missie heeft zich tot nu toe moeten bener-
ken tot activiteiten op het gebied van h»t
onderwijs en de medische zorg. Doch
spelen in Tanganyika andere uiterst be
langrijke problemen:
de vakbewegingen, de
sociale voorzieningen,
de volkshuisvesting, de
coöperatieve organisa
ties, de welvaartsver-
houdingen in het alge
meen. Er ligt voor de
missie juist ook op deze
terreinen een enorme
taak. Deze taak komt
niet voor de rekening
van de missie alleen, zij
komt voor rekening van
geheel onze Kerk, dus
ook: van onze leken!
Wij zijn daartoe aange
wezen op hulp uit de
Westelijke wereld. Wat
wij nodig hebben, zijn:
experts die bereid zijn
om gedurende een aan
tal jaren naar Afrika te
komen teneinde een ka
der van inlanders te
trainen en te creëren.
Daardoor zullen wij de
Katholieke invloed in
geheel het politieke, so
ciale en maatschappe
lijke leven van Tanga
nyika voor goed kun
nen verankeren. Is dat
kader eenmaal ge
vormd, dan kan deze
sector van het missie
werk geheel in Afri
kaanse handen worden gelegd. Want dat
moet altijd ons streven blijven: ons zelf
zo spoedig mogelijk overbodig maken. De
jagjVan °'-'lze missie in Tanganyi
ka zal de dag zijn waarop de missie zal
kunnen constateren, dat zij zelf geheel
overbodig is geworden en dat zij het werk
van de oogst geheel in handen kan leg
gen van de inlandse priesters die nu reeds
zo voortreffeiijlce arbeid verrichten. Het
if, °m,, alles> dat wiJ zeer verheugd zijn
van heyKASKI.Van directeur"generaal
te lijnen samen met de professor een plan
voor een nieuwe missie-strategie hebben
kunnen samenstellen. Het bleek daarbij nut
tig, dit plan eerst te beperken tot het Wes
telijke deel van Tanganyika. De omstan
digheden zijn hier zo, dat het plan zich
in West Tanganyika het snelst laat reali
seren. Het ligt echter in de bedoeling, het
zo snel mogelijk uit te breiden over geheel
Tanganyika en, zo mogelijk, zelfs over ge
heel Oost-Afrika.
Er zal .nu eerst een zogenaamd „pilot-
scheme" worden gelanceerd waarbij wij
ons (met de hulp van Nederland op de eer
ste plaats, naar wij hopen) allereerst zul
len concentreren op het terrein van de' Ka
tholieke pers en de Katholieke publiciteit
in het algemeen, en het medische werk.
Vervolgens zullen wij meer aandacht gaan
besteden aan de coöperatieve organisaties:
het enige middel om de inlander econo
misch onafhankelijk te maken van de Indi
sche trusts die geheel het economische le
ven in Tanganyika beheersen. Er is daar
mee reeds een begin gemaakt en in de Lake
Province (rond Mwanza) hebben inlandse
coöperaties reeds opmerkelijke successen
geboekt, doch wij hebben op dit terrein be-
research-mogelijkheden van het KASKI.
Als dat plan er eenmaal ligt, zullen wij
pogingen moeten doen om de middelen te
verwerven teneinde het uit te voeren. Dan
zullen wij inderdaad een beroep kunnen
doen op de leken die ons hun hulp nu reeds
hebben aangeboden, en ongetwijfeld zullen
er nog veel meer leken zijn, in Nederland
en daarbuiten, die bereid zijn om voor een
groot doel naar Afrika te gaan teneinde
in een zwaar doch ongetwijfeld ook wel
boeiend bestaan mede te helpen het missie
werk hier oogstrijp te maken. Dan ook zal
de missie zelf zich meer op het pure, eigen
lijke missiewerk kunnen concentreren. Nu
hebben wij, improviserend links en rechts,
herhaaldelijk onze krachten moeten ver
snipperen.
Duizenden arbeidsuren van onze
missionarissen gaan ieder jaar voor dat
eigenlijke missiewerk verloren in scholen
en noodziekenhuisjes en op tal van
andere wijzen. Het verheugt ons 0111 dit
alles, dat wij, dankzij liet initiatief van
professor Zeegers, de problemen waar-
n Plan-in-wording
eeft", zo vroegen wij mgr Blomjous,
bez°ek van prof Zeegers en de confe-
nen geleid?"VanZa reedS tot COncrete plan"
„Het verheugt mij", aldus monseigneur,
„te kunnen zeggen dat dit inderdaad het
geval is Het probleem dat de Nederland
se hoogleraar heeft aangesneden wachtte
reeas jaren op een oplossing, en dat heeft
er toe bijgedragen, dat wij nu reeds in gro-
Mgr Blomjous op bezoek bij een missie
school in Sumve.
noefte aan een aantal experts en deze ex
perts hopen wij nu via het Plan-Zeegers
te kunnen aantrekken. Daarnaast vraagt
vooral ook de vakbeweging onze aandacht.
De vakbeweging der spoorwegarbeiders,
bijvoorbeeld, neemt in Tanganyika zeer
snel aan betekenis toe en men kan in deze
vakbeweging reeds communistische invloe
den bespeuren. Het is waar: de voorzitter
van deze vakbeweging is een Katholiek,
doch de lijn welke deze vakbeweging trekt,
is stellig nog niet geheel doordrongen van
een Christelijke geest. Willen wij ook van
deze vakbeweging een bastion vormen, ge
richt tegen verderfelijke invloeden, dan
zullen wij ook hier, voorlopig met hulp van
Westelijke deskundigen op het gebied der
vakbeweging, een Afrikaans kader moeten
opleiden.
In dit verband mag ik tevens wel op
merken, dat w(j bovendien een oplossing
zullen moeten vinden voor een der groot
ste noden in dit gebied: het manco aan
vak-onderwijs. Er is voor geheel Tanga
nyika slechts een enkele gouvernements-
vakschool en zij voorziet in genen dele in
de behoeften. Wij achten vak-onderwijs
nietttemin van zeer groot belang. Het zou
op de duur, kunnen bijdragen tot de crea
tie van een inlandse middenstand die nu
practisch geheel ontbreekt. De missie zou
daarom zeer nuttig werk kunnen verrich
ten door het oprichten van vakscholen,
doch afgezien van het feit dat het bou
wen en inrichten van een vakschool een
kostbare onderneming is, zijn wjj ook daar
voor op buitenlandse onderwijskrachten
voorlopig aangewezen".
„Acht U het mogelijk", zo vroegen wij
mgr Blomjous, voor deze projecten vol
doende leken-hulpkrachten uit de Westelij
ke wereld te kunnen aantrekken?"
„Dat staat wel vast", antwoordde mon
seigneur, „wij krijgen tal van aanbiedin
gen, ik zelf bijvoorbeeld beschik over aan
vragen van niet minder dan 25 doktoren die
gaarne in onze missie willen werken. Ook
voor andere sectoren hebben wij uit Neder
land, Canada, Italië en de Verenigde Sta
ten, vele aanbiedingen gehad. Helaas:
wij konden van deze aanbiedingen tot nu
toe geen gebruik maken. Wij kunnen geen
iokter naar de rimboe van Tanganyika la
ten komen als wij hem zijn salaris niet
(aranderen kunnen en als de middelen ons
uitbreken om een ziekenhuis voor hem in
te richten. Wij konden geen experts naar
i anganyika laten komen zo lang het ons
mtbrak aan een verantwoorde strategie
naan de middelen om deze strategie
'oor te voeren. Dat plan is er nu. Het zal
o spoedig mogelijk tot in details worden
uitgewerkt, dankzij de medewerking en de
De moskee van Mwanza
voor wij staan en de wijze waarop wij
ze kunnen oplossen, nu duidelijk
nuchter hebben omlijnd en geformuleerd.
Het is met hoop en vertrouwen, dat wij
de professor zien terugkeren naar
Europa. Het plan, dat hij ontwierp en
de warme geestdrift waarmee hij het
straks verdedigen zal, moeten in staat
zijn, in de Westelijke wereld de hulp
bronnen aan te horen zonder welke wij
hier in Tanganyika 't werk dat de missie
pioniers begonnen, niet geheel voltooien
kunnen".
Deze taak ligt buiten het oude missie
werk. Z(j ligt dan ook op de schouders