Schitterende ontdekkingen van
stoutmoedige speleologen
RHEUMA herbergt 'n zee van verdriet!
Een Rus moet bijna tweemaal zolang
een brood werken als een Brit
voor
s
all
ft
IL
«I
Mogelijk millioenen kilowatt
aan electrische energie
VATIC A AN TOETST BEIERSE
KWEEKSCHOOLWET
Zaterdagse
mijmeringen
25.000
I
1
li
m
Arbeiders in de Satellietlanden zagen
de waarde van hun lonen snel dalen
Dwazen in het oog der wereld
ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1955
PACTNA 3
„We hebben het record geslagen. Zijn alle
maal goed gezond. Hoera!" Dat was de
korte mededeling, waarmede Pierre Petzei,
de leider van een groep koene
„speleologen", het resultaat aankondigde
van zijn afdaling in wat als de diepste grot
ter wereld wordt beschouwd. Deze grot werd
verleden jaar door padvinders ontdekt.
Pierre Petzei, een hekend speleoloog, liet
zich niet afschrikken door het treurige lot,
hetwelk verleden jaar een andere
„speleoloog" getroffen heeft. Deze vond een
harde dood door uitputting in de grot,
welke hij exploreerde. Zijn dood werd een
drama, dat door de wereldpers met veel
kleur en verve aan het publiek werd opge
diend. Want. er zat nieuws in. En
nieuws trekt de aandacht van de sensatie
bladen, die hun lezers telkens iets anders
moeten voorzetten, om steeds weer kopers te
vinden.
De grot, waarin Pierre Petzel en zijn mannen een diepte van 940 m
bereikten, ligt ten Westen van de stad Grenoble in Zuid-Frankrijk.
Volgens de laatste berichten is met 940 meter wellicht het diepste
punt bereikt, waardoor tevens voor de speleologie een wereldrecord
gevestigd werd, maar de grot strekt zich naar het schijnt oneindig
ver uit. Op 900 meter heeft Pierre Petzei nu een basiskamp
ingericht, vanwaar hij nieuwe expedities in de ingewanden der aarde
gaat ondernemen. Hij liet reeds weten ,dat men zich niet ongerust
zal behoeven te maken, wanneer hij gedurende vier en twintig of
zes en dertig uur totaal niets meer van zich zal laten horen. De
grot zal hem vermoedelijk heel ver weg voeren, waarheen, wel dit
valt momenteel moeilijk uit te maken. De groep speleologen van
Pierre Petzei is in tweeën verdeeld. Aan de oppervlakte, bij de
ingang van de grot, is een aantal deelnemers gelegerd, die elk
ogenblik klaar staan, om in de grot af te dalen en hulp te verlenen,
ivanneer dit nodig mocht zijn.
De onderaardse rivier Laboui
che is over een lengte van onge
veer twee kilometer bevaarbaar.
Men heeft haar daar met electri
sche lampen verlicht en ze kon
aldus het doelwit van talrijke toe
risten worden. Aan het einde van
de twee kilometer bevindt zich
een waterval, welke door Paul
Salette in 1937 ontdekt is en naar
hem genoemd werd. Van de
waterval loopt de rivier weer
enkele honderden meters verder,
tot aan een z.g. syphon, welke men
het beste als een trechter om
schrijven kan. Tot verleden jaar
had men geen idee, waar de rivier
heen liep. Maar Casteret kwam op
plaats, waar men de onderaardse
rivier gekleurd hadAldus
bleek, dat er een verbinding be
staat tussen de Ariège en de La
bouiche. Waar deze verbinding
ligt en over welke afstand de La
bouiche door de ingewanden der
aarde loopt, alvorens zich met de
Ariège te verenigen, is nog een
geheim, dat de speleologen uiter
aard ten zeerste interesseert! Men
zal nu proberen, dit mysterie op
te lossen.
JU
ben ze met de gevolgen van het in die het idee, er gekleurde chemische
stoffen in te werpen. En deze
kleurstoffen vertoonden zich in de
rivier de Ariège, een zijrivier van
de Garonne, acht kilometer van de
Op verenigbaarheid met concordaat
ia
mMêmÊËÊÊ
In India heeft men in grotten zelfs
tempels gebouwd. Dit is de grot
tempel van Ajanta, de grootste ter
wereld.
eerst de hun toegevoegde aalmoe
zenier de H. Mis gelezen heeft in
het basiskamp. Deze aalmoezenier
heeft zich, na hiertoe van zijn
superieuren verlof te hebben ge
kregen, bij de speleologen aange
sloten. Het is een Belgische pries
ter-arbeider, abbé Attout ge
naamd, een bijzonder sportief
man, o.a. kampioen polsstok hoog
springen. Gedurende de hele expe
ditie maakt hij zich verder ver
dienstelijk als kok.
De speleologen werken met sta
len ladders en stalen kabels en ze
dragen waterdichte pakken en
valhelmen- De Franse groep,
waarvan Casteret de leider is, be
gint een afdaling slechts, wanneer
cpri'/O tor
Poolse arbeider is HV2
uur in touw eer hij 1
boter kan kopen.
Werkers te weinig
Groei niet bij te houden
En maar wakker schudden
Beschamend voorbeeld
En morgen
Harry Prikker
terde door herderlijke ijver en besten
dige vurigheid in gebed en boete, de
zielen onzer broeders voor Christus
mogen winnen en met hen de eeuwige
glorie verwerven.
Tenslotte eren we nog de figuur van
de H. Clara de eerste van de tweede
der Franciscaanse orde. Clarissenleven
eist enorme offervaardigheid. Men
moet dat iets meer van nabij hebben
meegemaakt om inzicht te krijgen. Als
zij er niet waren, zouden misschien
enkelen onzer nooit de hemel bereiken.
Hun offergaven zijn voor vele zielen al
redding geweest. De grote effecten
zullen we echter pas hierboven kunnen
waarnemen.
111
tr
li1
iM
Grotten geven gehei
men
Het was de tweede maal, dat Pierre
Petzei zijn basiskamp op 900 meter diep
te vestigde. Enkele dagen tevoren had
hij zulks op precies 903 meter gedaan.
Maar vermoedelijk tengevolge van de he
vige regens waren er ondergrondse wa
terstromen ontstaan, waarvoor de moe
dige mannen hadden moeten wijken en ze
hadden naar een diepte van ongeveer
850 terug moeten klimmen. En telefo
nisch was uit de schoot der aarde het
bericht gekomen, dat het water nog steeds
klom. Een halve dag lang had men daar
na niets meer gehoord. Aangezien kon
worden vastgesteld, dat de lijn nog werkte
veronderstelde men een wijze voorzich
tigheid bij Pierre Petzel. Hij zou natuur
lijk de draagbare batterijen van de te
lefoonlijn zoveel mogelijk sparen.
Pierre Petzel had moeten wijken, toen
"b zich in een grote zaal van wel vijftig
meter lengte bevond, aan welks einde
een z-g. „syphon" lag, een waterloop,
Welke zich tussen nauwe en lage rots
wanden doorwringt en de verbinding met
het volgende gedeelte van de grot vormt,
die feitelijk een lange speionk is.
Er zijn met Pierre Petzel drie andere
„speleologen" meegegaan, evenals hij
mannen van het vak. Naar hij vertelde,
eten ze alle vier elk voor drie. Het is
zwaar werk dat doorvorsen van de in
gewanden der aarde en evenals in de
oorlog een leger, zo marcheren de „spe
leologen" op hun maag. Volgens de laat
ste berichten hebben ze de tocht ver
volgd en via de „syphon" een andere zaal
bereikt, waarin het licht hunner 1; en
de prachtigste stalagmiten en stalagtieten
onthulde. Een waar ondergronds paleis...
Deze vondst deed Pierre Petzel besluiten,
minstens tot deze Vrijdag of Zaterdag
onder de grond te blijven. Hij beschikte
over een levensmiddelenvoorraad voor
tien dagen en over genoeg materiaal om
de zaal en de omgeving er van nauw
keurig en met goed gevolg te onderzoe
ken.
De groep van Pierre Petzel is lang
niet de enige, die momenteel de inge
wanden der aarde doorzoekt. In de Ita
liaanse Zeealpen werd enkele jaren ge
leden een grot ontdekt in de helling van
het bergmassief Marguareis, onder de
Col de Pas. Verleden jaar hebben leden
van de Franse Alpenclub, de eerste ver
kenningstochten verricht. Thans is een
Italiaanse expeditie bezig de grot te on
derzoeken. Tot dusver is men er in "e-
slaagd tot een diepte van ongeveer 600
meter af te dalen. Dit was een uiterst
gevaarlijk karwei, want de ingang van
de grot voert bijna loodrecht naar om
laag. Over de eerste tweehonderd meter
werd bijna elf uur gedaan. Deze Italiaan
se expeditie bestaat uit drie groepen, die
elk op 'n apart punt de afdalingen en ver
kenningen ondernemen Aanvankelijk heb-
de onderaardse rivier Labouiche, welke
door verschillende grotten heenloopt en
ze ook met elkander verbindt. De grot,
waarin de Fransen zijn afgedaald bevindt
zich in de nabijheid van Foix. Tot de
expeditieleden behoort de bekende grot-
tenverkenner Norbert Casteret op wiens
naam o.a. twee afdalingen in de diepe grot
van Pierre Saint Martin staan, tot een
diepte van 480 meter. Er heeft zich een
aantal Engelsen bij de expeditie aan
gesloten. Ze staan onder leiding van prof.
Davis van de universiteit van Oxford.
prijs
De grot Pierre-Saint-Martin is niet, zo
als de veteraan-speleoloog Casteret, toen
hij haar onderzocht dacht, de diepste
ter wereld. En het is lang niet onmoge
lijk, dat eerlang nog diepere grotten dan
die bij Grenoble zullen worden ontdekt.
De speleologie is immers een wetenschap
alsmede een sport, welke steeds meer
beoefend wordt. Er bestaan tal van clubs
van „speleologen", vooral in Frankrijk,
waar de Pyreneeën al in het begin van
deze eeuw onderzocht zijn, toen men er
naar onderaardse watervoorraden speurde
In een heel interessant boek „Dertig jaar
onder de aarde" getiteld (het is hier te
lande verschenen bij J. H. de Bussy,
Amsterdam en we ontleenden er enkele
illustraties aan) vertelt Casteret interes
sante dingen over de ontdekking van de
Pierre-Saint-Martin. Max Cosyns, de be
roemde diepzee-onderzoeker en mede
werker van Prof. Piccard sinds de dagen
waarin deze met ballons de stratosfeer
doorvorste, heeft er een belangrijk aan
deel in gehad. Cosyns vertoefde in Augus
tus 1950 in de Pyreneeën, voor het doen
van speleologische onderzoekingen. Hij
$jggppp
streken geheerst hebbende noodweer te
kampen gehad: onderaardse watervallen
en stroomversnellingen in de z.g. syphons.
In de Pyreneeën, waar zich talrijke diepe
grotten bevinden heeft een groep Franse
speleologen de exploratie ondernomen van
(Advertentie)
Het veel omstreden Beiere wetsont
werp voor de onderwijzersopleiding,
krachtens hetwelk de bisschoppelijke
kweekscholen aan de staat moeten
worden overgedragen, is ter beoorde
ling toegezonden aan het Vaticaan. Dit
heeft de Apostolische Nuntiatuur in
Duitsland medegedeeld aan de minis
ter-president van Beieren, prof. dr
Wilhelm Hoegner.
Het Vaticaan zal nagaan of het wets
ontwerp, dat reeds in tweede lezing
door het Beierse parlement is goedge
keurd, al dan niet strijdig is met het
Concordaat, dat tussen de H. Stoel en
Beieren van kracht is.
Dr Hoegner had de teksten van hel
wetsontwerp na de tweede goedkeuring
door het parlement toegezonden aan de
Apostolische Nuntiatuur en aan het
„Evangelisch-Luthers Kirchenamt" in
München met het verzoek te beoorde
len, of op grond van de overeenkom
sten tussen de Beierse staat en de bei
de kerken bezwaren tegen het wetsont
werp bestaan.
a ie< k
M.
was van enkele medewerkers vergezeld.
Zijn onderzoekingen hadden niets opzien
barends opgeleverd. Twee hunner Lépineux
en Occhialini genaamd, zwierven op een
dag door het gebergte rond. Ze ontwaar
den een diepe kuil, waarvan de wanden
dicht begroeid waren. Als goede speleolo
gen gooiden ze er automatisch een steentje
in.
Tot hun verbazing kwam opeens uit het
gebladerte een vogel te voorschijn, luidkrij-
send, en daarna nog één en nog één. Dit
was iets bijzonders. Hoe konden in zo'n
kuil verschillende vogels huizen? Het twee
tal trok wat gebladerte opzij en ontdekte
een grote opening, waaruit al weer vogels
te voorschijn kwamen, die blijkbaar be
neden nestelden. Weer gooide het twee
tal steentjes in de kuil. Het duurde heel
lang voordat ze hoorden dat de bodem
bereikt was! Verheugd liepen ze naar
Cosyns. Ze hadden stellig weer een grot
ontdekt en een diepe bovendien! Cosyns
was aanvankelijk wat pessimistisch. De
weerkaatsing van het geluid van op een
spelonkbodem vallende steen is vaak
heel bedrieglijk. Terwijl het lijkt alsof
de steen heel diep valt ligt hij reeds lang
op tamelijk geringe diepte. Peilingen op
het gehoor zijn altijd gewaagd, vooral
door de echo.
Het drietal gaat nu nauwgezet peilen
en ook Cosyns is er ten slotte van over
tuigd: dit is een bijzonder diepe grot!
Ze werpen het peillood naar omlaag en
dit bereikt een diepte van 346 meter!
Het was de diepste afgrond ooit te vo
ren aangetroffen. Ook deze grot be
stond uit verschillende za/en en men ont-
Behalve de structuur van de ingewan
den der aarde bestuderen de speleologen
ook de fauna die in de grotten voorkomt.
Het zijn heel kleine diertjes, troglodyten
genaamd, als het ware levende fossielen.
Men heeft er reeds een aanzienlijk aantal
soorten van ontdekt. Ook voor de water
voorziening is de sportieve wetenschap
der speologie van groot belang. In Pierre
Saint-Martin heeft men kunnen vaststel
len, dat de ondergrondse beek een plaats
in de bergen bereikt waar er gemak
kleine tunnel heen gegraven
kelijk een
dekte tevens een onderaardse beek. Bij la- kan worden. Het water zal dan ongeveer
tere verkenningen van Pierre-Saint-Mar- 300 meter naar beneden kunnen va en e
tin is een bekend speleoloog. Marcel Lou- 1 millioenen kilowatts aan_electri e
bens, om het leven gekomen. Dit ge-
met relief in
grottempel van Ajanta in India.
beurde in 1952. Enkele jaren later werd
zijn lijk plechtig begraven. Hij was een
vreselijke dood gestorven: door het bre
ken van een moer waarmede de staal
draad om zijn middel was bevestigd, stort
te hij van grote hoogte op puntige ste
nen te pletter. Zes en dertig uren duurde
zijn doodsstrijd.. Al die tijd hebben zijn
kameraden gepoogd hem naar boven te
halen met gevaar van hun eigen leven.
Toen bleek, dat hij gestorven was, liet
men zijn lijk ligger aangezien men van
mening was dat het zware karwei om het
naar de oppervlakte te brengen met de
beschikbare middelen niet gerechtvaar
digd was. Voor een poging, om Loubens
in leven te houden, had men de dood
willen trotseren.
gie kunnen opleveren. De hele omgeving
van Pierre-Saint-Martin, waar in de dalen
de mensen nog met een verlichting door
petroleumlampen zitten, zal dan electriscb
verlicht kunnen worden!
(Advertentie)
adressen door het gehele land verkopen
Rheuma-verrasslngscouvertjes. 14 Millioen
gulden aan prijzen. Koop die eouvertjes!
Ggk. Min. v. Just. 22-ll-'54 LO 520/1)52
Een arbeider in de Sovjet-Unie moet ongeveer tweemaal zo lang werken
als zijn Britse collega eer hij voldoende heeft verdiend om zijn voedings
middelen be kunnen bekostigen. Voor een voedselpakket voldoende voor
een week moet een Brit namelijk 4 uur en 21 minuten de handen uit dc lang er moet; worden gewerkt alvorens
mouwen steken, terwijl de Rus 8 uur en 48 minuten in touw moet zijn een hapje eten kon worden gekocht. Wel
eer hij tot de aanschaffing van dat pakket kan overgaan. Beter dan cijfers werd al geconstateerd, dat in de Sovjet-
over lonen en prijzen in de beide landen geeft deze verhouding aan, da* Unie een vooruitgang in de levensstan-
de levensstandaard in Rusland nog niet is wat de propaganda ons wil voor- daard merkbaar is en dat in de overige
Tot nu toe is alleen gesproken over hoe
stellen.
Niettemin is er voor de Sovjet-Unie wel
enige verbetering merkbaar, want voor
de oorlog moest de Russische arbeider
liefst ruim 11 uur arbeiden voor hij
het zelfde voedselpakket kon aanschaf
fen. De Brit deed er toen goed 5uur
over eer hij zo ver was. In de verhouding
van het aantal werkuren tussen de beide
landen is dus na de oorlog niet veel ver
andering gekomen.
Kan Rusland er nog op bogen, dat er
vooruitgang te bespeuren valt, dit kan
niet worden gezegd voor de landen van
Oost-Europa die onder de bescherming
van Moskou staan. De arbeiders in deze
landen, die voor de oorlog in veel minder
tijd dan hun Russische broeders hun
maaltje verdienden, doen er thans veel
langer over.
Werkte bijv. een arbeider in Polen voor
de oorlog 6% uur eer hij voldoende voe
dingsmiddelen voor een week kon aan
schaffen, in 1954 moest hij er bijna 11 uur
voor werken, of ruim 2 uur langer dan de
Russische arbeider, op wie hij eerst voor
lag. Bij Oost-Duitsland, Tsjecho-Slowa-
kijé, Hongarije, Roemenië en Bulgarije
zien wij hetzelfde verschijnsel.
In onderstaand staatje is de vooruit
gang welke in het Verenigd Koninkrijk
en in de Sovjet-Unie is gemaakt en de
achteruitgang in de satellietlanden duide
lijk af te lezen.
VOEDSELPAKKET VOOR EEN WEEK.
Aantal werkuren, dat hiervoor per
persoon is benodigd.
Voor de
oorlog. In 1954
Ver. Koninkrijk 5.36 uur 4.21 uur
Sovjet-Unie 11.36 uur 8.48 uur
Oosit-Duitsland 6.54 uur 9.00 uur
Polen 6.33 uur 10.54 uur
Tsjecho-Slowakije 6.30 uur 9.36 uur
Hongarije 7.36 uur 10.33 uur
Roemenië 7.42 uur 10.30 uur
Bulgarije 7.48 uur 9.24 uur
satellietlanden het tegengestelde het geval
is. Deze conclusie werd alleen getrokken
Moet er in de communistische landen j,et verloop bij de cijfers voor het aan-
langer worden gewerkt eer men het be-
doele pakket kan aanschaffen van de schaffen van voedingsmiddelen, doch zij
verschillende voedingsmiddelen waaruit j vindt haar absolute bevestiging in de on-
het is samengesteld^ kan hetzelfde wor- j langs samengestelde indexcijfers die be
den gezegd. Niet^ een der verschillende
etenswaren kan in Oost-Europa vlugger
worden verdiend dan in het Verenigd
Koninkrijk.
Nemen wij bijv, een kilo brood. De
Britse arbeider moet gemiddeld 13 mi
nuten werken eer hij zich dat kan aan
schaffen. Een Kus moet hier echter 22
minuten voor arbeiden en een Pool 39
minuten. Bij een „luxe" als boter worden
de verschillen veel en veel groter. Een
Brit werkt 135 minuten en hij kan een
kilo boter gaan kopen; de P.us zal echter
462 minuten en de Pool 706 minuten in
de weer moeten zijn eer zjj hun brood
kunnen besmeren.
Ook vlees is in Groot-Brittannië vlug
ger verdiend; voor een kilo zal daar 65
minuten moeten worden gewerkt. De
Russische arbeider kan echter pas na
225 minuten naar de slager snellen, en
de Pool zal 282 minuten beroepsmatig
bezig moeten zijn eer hij daar de winkel
kan binnengaan.
Voor de overige communistische lan
den kunnen soortgelijke vergelijkingen
worden opgesteld. Wij volstaan echter
met onderstaande lijst waarin precies is
weergegeven hoe lang de gemiddelde ar
beider in de genoemde landen moet wer
ken eer hij voloende zal hebben verdiend
om brood, aardappelen, vlees, melk enz.
te kunnen kopen.
Hoe lamir in 1954 moest worden gewerkt
eer men voedingsmiddelen kon kopen.
(Vergelijkende cijfers voor het Ver. Ko-
Koninkrijk en Oost-Europese staten uit
gedrukt in minuten)
Marcel Loubens, de speleoloog >jwel
grottendoorvorser, die in de diet>e
Pierre-Saint-Martin grot te pletter
viel. Hij draagt de speciale dracht
de<- speleologen: waterdicht pak en
valhelm.
IN VERBAND met Misie-Zondag 1955,
die gevierd wordt op Zondag S October,
heeft dc secretaris van de H. Congrega
tie de Propaganda Fide te Rome, mgr
Pietro Sigismondi, een oproep gepubli
ceerd, waarin hij wijst op het volkomen
ontoereikende aantal missionarissen, dat
op het ogenblik in de missies werkzaam
is. Slechts 2,3 van de Aziatische be
volking, die 53 van de wereldbevol
king uitmaakt, is katholiek. Van Afrika
is slechts 8,5 en van Australië 20
katholiek.
Cijfers, die voor zichzelf spreken.
Er zijn rhalve nog al tvat gebeden en
finavciëu offers nodig, vaeantiegangers.
Denkt er eens om.
MGR SIGISMONDI wyst er voorts
op, dat deze volkeren door hun hoge
geboortecijfers snel groeien. De 25.000
missionarissen zijn amper in staat de
gelovigen te verzorgen, laat staan gro
te bekeringsactiviteit uit te oefenen.
Het katholieke Europa blijft achterop
met zijn 14-131 p ester-missionarissen
in de missiegebieden. Mgr. Sigismondi
acht het voorts totaal on I Jdoende, dat
slechts 1.824 priester-missionarissen uit
Europa in Amerika werkzaam zijn.
Edelmoedigheid vindt derhalve nog
een ruim arbeidsveld.
DE SECRETARIS van de H. Congre
gatie tot Voortplanting des Geloofs be
sluit zijn oproep met erop te wijzen, dat
de toekomst van het werk der Geloof s-
verbreiding voornamelijk afhankelijk is
;an het missie-apostolaat. Bij de gelo
vigen moet daarom het missiebewustzyn
veder om wakker worden geschud. De
ervaring leert, dat er de komende maan
den nog heel wat geschud zal moeten
worden. Want de apostolaatsgeest
brandt bij velen maar op een laag pitje.
In aanwezigheid van meer dan 4000
personen, blanken, negers en Indiërs,
die vaak meer dan 100 km hadden af
gelegd en er hun karige shillings voor
hadden gegeven heeft Pater Peyton C.S.
C. de rozenkranskruistocht in Tabora
gepreekt. Hij is reeds meer dan een
maand ondenoeg en heeft in Kenya 'n
enorme toeloop gehad, toen hy voor de
I Kikoejoes preekte.
I i In Tabora had de plechtige bijeen-
I komst plaats in tegenwoordigheid van
I vele missionarissen en de bisschop Mgr
C. Bronsveld op het sportveld van de St.
Mary's school; 21,0 meisjes zongen het
Magnificat. De kleurlingen gaan ons 'n
beschamend voorbeeld geven. Velen zijn
vandaag verder dan wij in het geeste
lijk leven.
Morgen is het weer Zondag. Offeren
derhalve voor de nieuwe kerken. We
hebben volgens de woorden van het
epistel, verschillende bedieningen, doch
j offeren voor de bisschop kunnen we al-
j lemaal. Het e hingelie brengt dat altyd
I pakkende va haal over twee mensen in
de tempel, de farizeeër en de tollenaar.
Voor de een worden we niet gaarne uit
gemaakt, maar de ander zijn we nu
'bepaald ook niet. Allons, liever een be
wijs van goede wil. Daarom een vrucht
bare Portiuncula-Zondag met het vuri
ge gelaat van iemand, die zijn broeders
en zusters in het vagevuur niet vergeet.
trekking hebben op de reële lonen.
Deze indexcijfers geven de verhouding
weer tussen hetgeen een arbeider vóór
de oorlog voor zijn loon kon kopen en
hetgeen hij nu voor het huidige loon kan
krijgen. Stelt men het loon van voor de
oorlog op 100, dan is de index in het Ver
enigd Koninkrijk in 1954 gestegen tot 129;
terwijl het overeenkomstige cijfer in de
Sovjet-Unie op'130 kwam In beide lan
den zien wij dus een gelijke verbetering
in de levensstandaard; de Engelsman
kreeg het nog beter dan hij het al had. de
Rus liep een stukje van zijn grote ach
terstand in levensstandaard in.
In de satellietlanden ging het niet tijd weinig aanspreekt,
vooruit, doch hard achteruit. In Polen L het daarom niet nuttig de officies
kwam het indexcijfer voor de reële lo- van de Kerk te volgen? Immeis elk
nen van 100 vóór de oorlog op 60 in 1954.individu heeft op zijn tijd met lijden te
In Oost-Duitsland liep het cijfer terug maken. Men
tot 77 en in Tsjecho-Slowakjje tot 69 enz.
LIHïmliüp;
,,Acht het een zeer grote vreugde,
wanneer gij in verschillende beproe
vingen komt, wetende, dat de beproe
ving van uw geloof lijdzaamheid voort
brengt". Aldus schreef St Jacobus.
Maar het komt ons voor, dat deze ver
maning om vreugde in het lijden te
vinden de niet-lijdende mens van onze
Uit deze cijfers mag echter niet worden
geconcludeerd, dat als het reële loon zo
wat met een derde of bijna met de helft
is gedaald een gezin thans ook maar met
tweederde of de helft van de goederen
welke vóór de oorlog werden verbruikt
Eerstgenoemde stichtte een orde van
reguliere priesters, die het leven der
Apostelen poogden na te volgen en
enkel op Gods Voorzienigheid te reke
nen.
Om zijn ijver voor de bekering van
zielen verwierf deze heilige de bijnaam
van zielen jager.
Dan vieren we nog het feest van de
heilige Pastoor van Ars, die in genoem
de plaats 42 jaar een bijzonder werk
tuig was van de Goddelijke voorzienig
heid en Barmhartigheid. Zieken naar
ziel en lichaam zullen bij deze heilige
kan er derhalve maar
beter voor klaar zijn. Des te gemakke
lijker zal men dan ook de handelwijze
T, j- prachtige steun voor hun toestand kun-
der Kerk begrijpen, die ons ten bate
j i „„i. nen vinden. Gemakkelijk is dan ook
van moed, troost, voorspraak en geloof T„
telkens nieuwe figuren voorhoudt. de smeekbede der Kerk te begrijpen,
Zo „ontmoeten" we de volgende waar zij vraagt, dat wij naar het voor-
week allereerst St Donatus, onthoofd beeld en °P de voorspraak van de Pas-
moet zien uit te komen. Men heeft ge- on(jer Juliaan de Afvallige. Voorts St toor van ^rs, die wonderbaar uitschit-
Len klassiek onderttapjkf landschap: stalagmieten en stalactieten (Uit
>.Dertig jaar onder deéoor Norbert Casseret, uitgave J. H. de Bussy,
Amsterdam*)t
Ver.
Sovjet-
Oost-
Tsjecho
Honga
Roe
Bulga
Kon.
Unie
Dtsl.
Polen
Slowakije
rije
menië
rije
1 kilo brood
13
22
24
39
31
29
37
34
1 kilo meel
19
58
48
81
54
55
65
.72
1 kg. aardappelen 6
7
6
14
10
19
14
24
1 kilo suiker
23
190
80
169
150
127
160
230
1 kilo vlees
65
225
163
282
240
271
148
257
1 liter melk
17
46
32
32
24
43
68*)
64
1 Ei
7
14
11
21
16
24
34*)
17
1 kilo boter
135
462
413
706
486
792
1.111*)
614
1 kilo vet
48
320
130
353
288
296
686*)
355
Volgens prijzen op de vrije markt
tracht, door langer te werken en door
meer gezinsleden (vrouw en kinderen te
laten mee werken) een zo grote terug
gang in de te verbruiken hoeveelheid
goederen te voorkomen.
Hieronder volgen tenslotte de index
cijfers voor de reële lonen (basis: voor
oorlogse reële inkomen 100).
Voor de oorlog 1954
Ver. Koninkrijk100 129
Sovjet-Unie 100 130
Oost-Duitsland 100 77
Polen 100 60
Tsjecho-Slowakije 10( 69
Hongarije 10( 72
Roemenië 100 74
Bugarije 100 S3
Cyriacus met zijn vrienden Largus en
Smaragdus, eveneens na vreselijke
martelingen te Rome onthoofd. Dan
nog de heilige diaken Laurentius,
levend geroosterd benevens St Fibur-
tius en St Susanna, resp onthoofd en
doodgemarteld.
Al deze martelaren weten wat lijden
is geweest. Hun kunnen we beter dan
aan wie ook onze moeilijkheden en zor
gen voorleggen. Doch vaak bezinnen
we ons alleen op middelen om het
lijden te ontlopen.
Andere prachtfiguren vinden we in
de heldengestalten van een H. Cajeta-
nus, een H. Joannes Maria Vianney en
een H. Clara.