i
Koning der schepping
mm, mmt
lATEntf"!?
VÜOROÜNG
GOUD ligt voor het GRIJPEN
EN QUO
Drievoudige Renonce
M MENS
Invcersaldo beliep 1.528 millioen (zelfde
periode vorig jaar 1.084 millioen)
Mr Reinink direct.-generaal kunsten
en buitenlandse culturele
betrekkingen
Dr Wesselings thans
■i«8m i
Ril
HET GRABBELTONNETJE
DE HEILIGE VAN DE WEEK
8 October: H. Birgitta
Bridge-Rubriek
Sint Bavo heeft eigen
wapen
Over de speculaas
^2mmmwmm*
'A TERDAG 1 OCTOBER 1955
PAGINA 6
D
Maar geen meedogenloos heerser
DRONKEN WOESTELING
Buitenlandse handel in Januari tot en met Augustus
BENOEMINGEN EN BEVORDERINGEN BIJ 0„ K. EN W.
secretaris- generaal
E.. Schiittenlielm directeur
Grotere oogst in de
Sovjet-Unie
CANADESE GRAANOOGSTEN
KATHOLIEKE LECTUUR
VOORZIENING
,.3 Pi
Hl
w% wm
s -d m m
m m b w,
m a j. c
a s i 8 B
ms O o c
o o m
3ÊÊ mm
fj fH
l#ii
fl
LïOKKESfOMJENI IE-JUKES:
POSTBUS 8, Hll VERSUM
m m m
i J*J*J
m mm a
tige middelen worden tegengegaan, maar
bovenal is het noodzakelijk, dat ook in
onze houding tegenover het dier een juis
te geestesgesteldheid zich manifesteert.
De Werelddierendag op 4 October hiedt
een gerede aanleiding om zich te bezin
nen op hetgeen God van ons wenste, toen
Hij ons als koning van de schepping aan
stelde.
ijFranciscus van Assisië was een groot
ji edel mens, die door woord en voor
meld een genotzuchtige en verdorven we-
srld tot een nieuwe beleving van de grote
i ïristelljke beginselen wist op te wekken.
lare hjj alleen de man geweest, die lie-
liiyk met de dieren wist om te gaan en
f],t hen als tot zijn medeschepselen sprak,
m zou hi) nooit de grote orden hebben
'einnen stichten, welke nu nog, na bijna
li-ht ecuwen, stevige pilaren der Kerk
n Groot was hij bovenal door zijn
n-fde tot God, de Schepper van alles,
Vat bestaat: van de mens, maar ook van
•t dier. En juist in die liefde tot de
P-hepper vond hij alle motleven om ook
•t dier in zijn bewondering en eerbied
w betrekken.
J, Daarom was het zo goed gezien om de
arlijks terugkerende feestdag van de H.
!0-anciscus op 4 Octóber uit te roepen tot
werelddierendag. Deze dag is, los van al-
sentimentaliteit gezien, wel de meest
schikte, om de verhouding van de mens
dit het dier in het juiste licht te plaat-
tn. Immers: hij herinnert ons aan de
rplichtlngen, welke de mens tegenover
><od, de Schepper heeft om ook het dier
ais een deel van ^ijn liefdevolle schep-
ng te beschouwen en te behandelen.
v<Onze H. Vader, Paus Pius XII, heeft
thartoe de scherp geformuleerde ricbtlij-
i n aangegeven: „De dierenwereld, zei-
Hij, is evenals de gehele schepping een
«ting van de macht van God, van Zijn
](ijsheid en Zijn goedheid en als zodanig
irdient zij de eerbied en de achting van
et mens. Elk onberaden verlangen om
iCeren te doden, elke -taad van nutteloze
{..menselijkheid, elk» eerloze wreedhe.d
%ens de dieren n.oet worden vereer-
i eld. Daarenotven is zulk een gedrag
en waar vergif voor de gezonde en eer-
.re gevoelens van de mens en verlaagt
n m tot een bruut. Men moet erkennen,
let de Schepper hat dier tot de dienst
tn de mens heeft bestemd, die door het
rstand, waarmede hij is begiftigd, bo-
n de gehele dierenwereld is verheven.
Se H. Kerk beproeft haar invloed op de
vensen en op de openbare mening uit te
efenen, om deze beginselen te ontwikke-
cn en in te prenten en de toepassing er
va in het dagelijkse leven door middel
om wetten te verzekeren".
f,Dit is bij lange niet de enige duidelijke
'tspraak, welke door kerkelijke gezags-
fagers over de houding van de mens
ogenover het dier is gedaan. Maar de
J Vader wenst thans zelfs wetten om
j't dier tegen wrede behandeling en mis-
r,ndeling te beschermen.
^Dierenbescherming is geen hobby van
teergevoelige mensen: Zij is de welbe-
Aiste daad van hem, die door God tot
v'er en meester over het geschapene is
z'steld. Die heerschappij moet hij uitoe-
a nen naar het richtsnoer van het gezon-
verstand en van een juist gevormd ge
beten.
„Helaas is het een feit, dat ook in ons
„•schaafde land nog al te veel gevallen
n slechte behandeling van dieren, van
mishandeling en zelfs van bewuste wreed-
•id geconstateerd moeten worden. Maar
iderzijds mogen we er ons toch ook over
.rheugen, dat door veelvuldige voorlich-
ig een geweldige verbetering in het. iot
•r dieren kan worden waargenomen.
In een gezonde samenleving moeten
reedheden tegenover dieren met krach-
De Asser slager W. J. van H, tegen wie
de officier van justitie enige tijd terug
vijf jaar gevangenisstraf wegens poging
tot moord eiste, is Vrijdag door de recht
bank te Assen veroordeeld tot twee jaar
gevangenisstraf. Op 23 Februari van dit
jaar sloeg de 41-jarige Van H. de koop
man J. ten W. in zijn woning plotseling
met een hamer op het hoofd. Hij had eerst
achttien glazen jenever gedronken. Ten
W. bracht er het leven af. Poging tot
moord met voorbedachten rade werd met
bewezen maar Van H. werd tot twee
jaar veroordeeld wegens mishandeling.
Zoals '.vij eerder meldden, beliep de
waarde van de invoer in Aug. j.l. 936
(v.m. 1.065) millioen, terwijl voor ƒ309
(v.m. 763) millioen werd uitgevoerd.
Het dekkingspercentage steeg hierdoor
van 72 in Juli tot 86 in Augustus.
Een publicatie van het C.B.S. ver
strekt de volgende vergelijkende cijfers
van onze in- en uitvoer over de jaren 1938
en 1952-1955 (waarde in millioenen gul
dens).
dekkmgs-
Invoer Uitvoer perc.
Jan./ Jan./ Jan./
Aug. Aug.* Aug. Aug.* Aug. Aug.*
119 120 92 86 77 72
618 713 585 665 95 93
740 719 628 642 85 89
883 862 714 726 81 84
936 986 809 795 86 81
1938
1952
1953
1954
1955
Zowel de maand Augustus als het
maandgemiddclde over Januari-Augustus
geven in 1""^ de hoogste waarde aan van
de in de tabel genoemde jaren, waarbij
het opvalt, dat de stijging van 1954 op
1955 bü het maandgemiddelde Januari-
Augustus van de invoer bijna tweemaal
zo groot is als die van de uitvoer, n.i. 124
millioen tegenover 69 millioen.
Het invoer-saldo vermeerderde in
Augustus met 127 millioen en bedraagt
sinds het begin van het jaar 1.528 mil
lioen (Januari-Augustus 1954 1.084 mil
lioen).
Teneinde inzicht te geven in de ontwik
keling van de handelsbalans over een lan
gere periode, zijn hieronder nog enige
jaarcijfers resp. 12-maandstotalen opge-
Maandgemiddelde.
Het dekkingspercentage, dat de vorige
maand met 72 opmerkelijk laag was, is
in Augustus 1955 tengevolge van de grote
daling van de invoer, met 129 millioen
bij een stijging van de uitvoer van 46
millioen. 14 punten opgelopen.
Evenals de St. Jan In Den Bosch, heeft
nu ook de kathedrale basiliek St. Bavo
te Haarlem een eigen wapen.
Nadat de bisschop van Haarlem, Z.H.
Exc. mgr J. P. Huibers, aan het ontwerp
zijn goedkeuring had gegeven, is de aan
vrage voor het wapen verzonden naar
H.M. de Koningin. Ook de Hoge Raad van
Adel gaf zijn fiat aan hel ontwerp en
tenslotte werd het wapen bekrachtigd bij
K.B. Het wapen heeft op de boven-door-
snede een mijter, welke geplaatst is op
de kruising van het tintinnabulum en het
connaepaeum, de twee onderscheidings
tekenen van een basiliek. Op de beneden-
doorsnede is op de linkerzijde een valk
aangebracht als symbool van St. Bavo en
ter rechterzijde het wapen van het bis
dom Haarlem.
Het wapen, dat het opschrift „sicul
sponsa ornata" draagt, is ontworpen do^
de heraldicus H. F. Heerkens Thijssen m
samenwerking met plebaan H. W. Ag-
terof. Het ontwerp is uitgevoerd door de
heer J. v. d. Drift.
Dekk.-
Jaar-periode:
Inv.
Uitv.
Defic.
perc.
1952
8.449
8.015
434
95
1953
9.026
8.180
846
91
1954
10.860
9.172
1.688
84
Juli 1954-
Juni 1955
11.707
9.616
2.091
82
Aug. 1954-
Juli 1955
11.801
9.627
2.174
82
Sept. 1954.
Aug. 1955
11.854
9.722
2.132
82
Mr H. J. Reinink, thans secretaris-gene
raal van het Ministerie van Onderwijs.
Kunsten en Wetenschappen, heeft met het
oog op de omvang der werkzaamheden,
verbonden aan het voorzitterschap van de
nieuwe stichting voor culturele samenwer
king met de Overzeese Rijksdelen aan II.
M. de Koningin verzocht hem met ingang
van 15 October a s. ontslag te verlenen als
secretaris-generaal.
Bij koninklijk besluit is hem dit ontslag
eervol verleend met dankbetuiging voor
de belangrijke diensten in voornoemde
functie aan den lande bewezen. Tegelij-
kertijd is de heer Reinink benoemd tol
directeur-generaal van de kunsten en bui
tenlandse culturele betrekkingen aan het
ministerie van O.. K. en W.
Als opvolger van mr Reinink is met in
gang van 15 October benoemd, tot secre
taris-generaal dr J. H. Wesselings, thans
raadadviseur in algemene dienst en loco
secretaris-generaal bij dit ministerie.
Voorts is benoemd tot directeur-gene
raal van het onderwijs, mr J. G. M. Broek
man. thans hoofd van de afdeling juri
dische zaken van het R.K. Centraal Bu
reau voor Onderwijs en Opvoeding en
tot inspecteur-generaal van het onderwas
mr ir M- Goote. thans inspecteur-gene
raal van het nijverheidsonderwijs.
heren M. W. Heslinga en H. Th. Roos
winkel.
Bij beschikking van de minister van O.,
K. en W. zijn aangewezen met ingang van
1 October a.s. als hoofd van de afdeling
vorming buiten schoolverband de heer E.
A. Schiittenhelm, als waarnemend hoofd
van deze afdeling de heer M. W- Hes
linga en als staffunctionaris bij deze af
deling de heer II. Th. Rooswinkel.
De heer Schüttenhelm. is 23 November
1909 in 's-Gravenhage geboren. Hij ont
ving middelbare schoolopleiding aan bet
St. Aloysiuscollege in Den Haag en was
sedert 1932 jeugdleider, later trainings-
leider Na de tweed.e wereldoorlog werd
hij aangesteld als directeur van het Natio
naal Hoofdkwartier van de Katholieke
Jeugdbeweging. In 1948 werd hij hoofd
van het bureau jeugdzaken van de afde
ling vorming buiten schoolverband.
Bjj beschikking van de minister van O.,
K, en W. zjjn bij de genoemde afdeling
met ingang van 1 October ingesteld: het
bureau „Algemene zaken en vrijetijdsbe
steding", hoofd: de heer B. M. van Griet-
huysen, referendaris bij het ministerie,
het bureau „Sociaal-paedagogisch onder
wijs", hoofd", de heer mr H. M. L. M.
Sark, inspecteur bij het nijverheidsonder
wijs; het bureau: „Vormingsinstituten
De oogst in de Sovjet-Unie zal groter
zijn dan die van het vorig jaar. Die in de
Oekraine ontwikkelt zich uitstekend. In
die gebied had de oogst in 1954 van de
droogte te lijden.
Dit is door de Russische minister voor
de staatsboerderijen medegedeeld op een
landbouwconferentle, welke voor het eerst
in de geschiedenis van Moskou voor het
corps diplomatique werd georganiseerd.
Minister Benediktow zette de waarde
uiteen van de onontgonnen gebieden.
De minister wees erop, dat de Sovjet-
Unie genoodzaakt is haar graanproductie
te vergroten, vooral wegens de toeneming
van de stedelijke bevolking. Als gevolg
van de zeer sterke industrialisatie is deze
de laatste jaren gegroeid met ruim 9 mil
lioen personen. In 1955 zijn 20 millioen
ha bezaaid, maar deze oppervlakte zal
in 1956 op 30 millioen ha worden ge
bracht, waarvan 18 millioen in het Noor
den van Kazakhstan, 10 millioen in de
Oeral en 2 millioen in het Altaigebied.
Door de collectieve boerderijen (Kolcho
zen) worden op het ogenblik 16 millioen
ha geëxploiteerd. Door de Sovchozen
(staatsboerderijen) 14 millioen.
Ter uitvoering van het beoogde pro
gramma zijn volgens de minister naar de
nieuw te ontginnen gebieden 450.000 vrij
willigers, 13.000 gedemobiliseerde militai
ren, 75.000 leerlingen van gespecialiseer
de instituten en 6000 landbauwkundigen
en ervaren voorzitters van collectieve
boerderijen gezonden.
Het Canadese dominion bureau of sta
tistics publiceert het volgende rapport,
waarin opgenomen de tweede raming
van de graanproductie in Canada (in
lOOOen bushels)
Prod.
geheel Sept. Aug. Slot Slot
Canada 1955 1955 1954 1953
Alle tar
we 498.300 500.500 298.909 613.962
Haver 409.900 435.800 306.793 406.960
Gerst 258.000 268.800 175.509 262.065
Alle rogge 15.000 15.400 14.176 28.775
Lijnzaad 21.200 22.200 11.238 9.912
W JJO J - ■->
voor de leerplichtvrije jeugdwaarn.
hoofd: de heer E. A. Schüttenhelm, di-
recteur-hoofd der afdeling; onderafde
ling „Sociale jeugdzorg", hoofd: de heer
mr A. J. M. Schats, administrateur bij het
ministerie; de onderafdeling- „Jeugd-
vc> a- werk", hoofd: de heer A. P. vanderMey,
BÖ koninklijk besluit zijn bevorderd btf I ön^rafde^inV^33 bÖ,,Voil^óntw!kkeling",
het ministerie van Onderwijs, Kunsten en fd. d h M w Heslinga, referen-
Wetenschappen: tot directeur de heer E. noom. ae i =r
e„iwif fpTihfilm tot administrateur de I dans bu net ministerie.
De Katholieke Centrale Vereniging
voor lectuurvoorziening in Nederland ge-
vestigd te Utrecht, heeft bij besluit van
5 September de koninklijke goedkeuring
ontvangen en is mitsdien als vereniging
erkend.
De K. C. V. L. Nederland stelt zich ten
doe] door middel van haar leden en van
de bij haar leden aangesloten organisaties
en instellingen een goede lectuurvoorzie
ning en de belangstelling voor het goede
boek te bevorderen.
De K. C. V. L. Nederland wordt ge
vormd door de elf provinciale Katholieke
centrale verenigingen voor lectuurvoor
ziening waarbij onder meer in de meeste
gevallen zijn aangesloten de onderschei
den bibliotheken uitgaande van parochies,
St. Vincentiusverenlging, en dergelijke en
tevens de standsorganisaties, het onder
wijs, het jeugdwerk, de jeugdzorg en de
vrouwenbeweging.
S*. s
Schaakredacteur: P. A. KOETSHEID.
N Huize St. Bemardus. Sassenheim
Zaterdag 1 October
ié CORRECTIE.
Tin no. 7314 behoort nog een zwarte pion
t> g4 te staan ter vermijding van de ne-
ilnoplossing 1. R g3-d6.
n Oplossingen over drie weken
u PROBLEEMOPLOSSINGEN.
?No. 7309. J. v. Dijkt Opl. 1. R h7-e4
'eiging 2. D f7-e7tt.
,'No. 7310. Tore Andersscn. Opl. 1. u
i!-g3 dreiging 2. D g3-e3tt 1.T f3, R
P f3, P c4 2. d8 (P), f8 (P), d8(D),
h d3t enz.
"Beide problemen werden goed opge-
Lt door P. Baas, Lutjebroek; J. Dick-
!Tut, Nijmegen; L. M. Hageman, Den
Lag; H. A. Jansen, Breda; F. Pijls,
Lasbracht; Paul Raschdorf, R'dam; F.
J. H. Witte, R'dam.
^No. 7309 door J. K. Blom, R'dam; Mr
r R. Bromberg, Roermond, H. Th. van
Lor, Voorburg; B. Kouwenhoven, R'dam.
^OPLOSSINGEN van eindspel no. 125.
°1. T d7t!> K e6 2. g6, K f6 3. T e7i, T
j 4 T e8, K g7 5. K g2, c5 6. K h3, c4 7.
M, c3 8. K gö, c2 9. T f8, K f8:, 10.
j f6! dreigt 11. g7.
Goede oplossingen ontvingen we van J.
iT.ckhaut, Nijmegen; L. M. Hageman,
Ln Haag, F. Pijls, Maasbracht; F. U. J.
a Witte, R'dam.
CORRESPONDENTIE,
aj. te B. No. 7316 is in orde, maar U
|t-nt met uw oplossing in een verkeerd
Aoor.
(fertij 1266.
Nimzo - Indisch
Bronstein-Keres
tournooi Gotenburg 1955
(uit Schach-Ecno).
Schoonheidsprijs
O d4, Pf6; 2. c4, e6; 3. Pc3, Lb4; 4. e3,
5 Ld3, b6; 6. Pe2, Lb7; 7. 0-0, cd4:; 8.
0-0; 9. d5, h6; 10. Lc2!, Pa6; 11. P65Ü,
12. a3. Le7; 13. Pg3ü, dc4:; 14. Lh6:!,
!Vi6:; 15. Dd2, Ph7?
Voor een moeilijke opgave was wit ge-
•eld geworden met 15Pc5. Daar
«Tt paard deelneemt aan de verdediging.
kon dan volgen 16. Taelü Op 16
«,-:8 volgt dan 17. Pf5, Lg5, 18. f4, Lf6 19.
fc5i6:+, Kh8 20. Te3, Lg7 21. Th3, Lh6: 22.
l,. 17. Ld3: cd3: 18. Pf5! Le4! Te 8
19. Ph6:t Kf8 20. Dg5. 19. Pbd4ü Te8
20. Ph6:f! Kf8 21. Dg5 Lg6 22. Te7:!
In dergelijke stellingen fantaseert men
graag. 22. Te6? de6:? 23. Dg6:ü maar
zwart speelt smakeloos 22 Ph7! en is
na 23. Tg6: Lg5: 24. Tg8t Ke7. 25. Phf5t
niet mat.
Te7: 23. Df6: Te4 (het beste!) 24. Dh8t
Ke7. 25. Phfot Lf5: 26. Pf5:t Ke6 27. Dh3.
De pointe! De koning vindt geen veilige
plaats, b.v. 27....,Dh8 28 Ph6t, Ke7. 29.
Df5, Te6 30. Df7:t, Kd8 31. De6:! en wit
wint het eindspel.
16. Dh6: f5; 17. Pf5:; 18 Lf5: Pf8.
Zwart heeft nu twee stukken tegen to
ren en pion en staat er dus materieel niet
slecht voor. Toch is het in deze stelling
onmogelijk snel zijn krachten te bunde
len.
PARTIJ.
19. Tad 1, Lg5; 20. Dh5, Df6; 21. Pd6,
Lc6: 22. Dg4, Kh8; 23. Le4! (maar niet
23. Dg5: Dg5: 24. Pf7t Kg7 25. Pg5:, Kf6);
23Lh6; 24. Lc6:. dc6:; 25. Dc4:, Pc5;
26 b4, Pce6; 27 Dc6:. Tb8; 28. Pe4, Dg6;
29. Td6, Lg7; 30. f4, Dg4; 31. h3, De2; 32.
Pg3, De3t; 33. Kh2, Pd4; 34. Dd5, Tc8; 35.
Ph5, Pe2; 36. Pg7:, Dg3t;37. Khl, Pf4:; 38.
Df3, Pe2; 39. Th6t. Zwart geeft op.
7317
A. CASA
le prijs L'échiquier de Paris 1954
mat in 2 zetten
1 October 1955. No. 2077.
Redacteur: G. J. A. VAN DAM
Vossiusstraat 13-B, Amsterdam-Z.
Alle correspondentie s.v.p. aan dit
adres. Bij vragen om inlichtingen s.v.p.
postzegel voor antwoord insluiten.
HET COMBINATIE-ELEMENT IN HET
WEDSTRIJDSPEL. (12)
Na een interessant openingsspel. schrijft
de oud-wereldkampioen B. Springer,
werd in een in 1939 gespeelde partii tus
sen de twee bekende cracks een experi
mentele bezetting van veld 27 door zwart
(Vos, oud-kampioen van Nederland) toe
gepast tegen de sterke IJmuidense speler
Dukel met wit. Na de 26e zet van zwart
ontstond onderstaande stelling (no. 3217).
Stand no. 3217
Zw. (VOS)
Wit (DUKEL)
Stand: Zw. 2, 4,
5. 8-10, 12, 15, 18,
20, 25, 27.
Wit 26, 28, 34-
36, 40, 42-45, 47,
49.
Zwart speelde
12-17, een ge
dwongen zet om
schijf 27 te kun
nen verdedigen.
7318
C. MANSFIELD
Prijs Brian Harley toumool 1954
mat in 2 zetten
Wit kan nu door 28-22, 36-31, 47-41
enz. geen voordeel behalen. Daarom
speelt wit dan ook 27. 44-39!! Een gees
tige zet, uit positie-oogpunt heel sterk
en tevens als lokzet bedoeld.
Het volgende zou nu immers onmid
dellijk verlies geven: zw. 27... .17-21,
28 26x17, 27-31. 29. 36x27, 18-22. 30. 27x
18, 8-12. 31. 18x7, 2x44, 32. 43-39!!, 44x33.
34. 40x38 en zwart zou kunnen opgeven
daar wit gemakkelijk dam haalt.
Zwart doorzag deze valstrik en het spel
ging verder als volgt: zw. 279-13!.
28. 39-33! Ook wit laat zich niet verlok
ken dam te nemen met 28 22, 17x28, 36-
31, 27x36, 47-41, 36x38, 43x3, wegens 4-9!,
3x14, 20x9 en zwart zou zich uit een ne
telige situatie hebben gered. Het is een
lastig moment voor zwart. Hu bevindt
zich onder de dreiging van 36-31, 47-41
enz. Op 8-12 zou wit schijfwinst forceren
door 43-39. 18-22 (gedw.). 36;31' ^7xu36;
26-21 enz. en wit wint een stuk. Ook het
volgende spel gaf voor zwart schijfver-
lies: 18-23, 28x19, 13x24, 33-29!, 24x33,
34-30, 25x34, 40x38, 8-12 (of?), 42-37, 2-8
(gedw.) 37-31!!, 17-22 (gedw.), 47-42 ge
volgd door 42-37-32 en zwart verliest
eveneens een stuk. Gezien al deze moei
lijkheden is het dus wel begrijpelijk dat
zwart 28. 18-22 speelde. Iets beters is er
niet aan te geven.
Na deze zet forceerde wit als volgt de
winst van een schijf: 29. 42-37!, dreigt
37-31, 33-29 enz. en belet tevens 27-32,
wegens 37-31, 34-30 enz. met schijfwinst.
Zwart 29-17-21 is dus wel gedwongen. Hij
speculeert echter nog op de volgende mo
gelijkheid: 26x17, 22x11, 37-31??, 20-24!,
31x22, 24-30!, 35x24, 13-18. 22x13, 8x48 en
zwart zou nog winnen. Maar wit kiest
de juiste afwikkeling, namelijk 30. 28x17!.
21x12. 31. 42-38, 10-14. 32. 37-32! (En nog
steeds niet 37-31 wegens 20-24 enz. zoals
'hiervoor reeds werd aangegeven), 14-19.
33. 32x21, 20-24, 34. 34-30 enz. en wit
heeft een schijf gewonnen, waarna ook
een welverdiende partijwinst werd be
haald.
Het gehele fragment geeft een fraai
stukje combinatiespel, hetwelk enig idee
geeft van wat er zich alzo in de
„hersens" van de spelers afspeelt, ter
wijl de oppervlakkige toeschouwer zich
Goud ligt voor 't grijpen?
Waar dan?
Ja, goud ligt voor het grijpen. Niet op straat. Maar op de bodem van
menige zee. Er gaat haast geen dag voorbij, of onze Nederlandse
couranten berichten over pogingen om een greep naar goud te doen.
Een Duits schip, dc Renale Leonhardt, werd, op de hoogte van het
eiland Texel, in de eerste wereldoorlog door de Engelsen (1917) naar
de bodem der zee gezonden. Zoveel goud als dit schip bevatte, borg
de hele befaamde Zilvervloot nog niet eens! Want wat betekenen de
10 miljoen van de laatste tegen de 75 miljoen naai men stelt
van de eerste?
Er is, trouwens, in het gezicht van
de Nederlandse kust al eens meer
naar goud gedoken. Oudere lezers zul
len zich nog best het spannende
avontuur met de Lutine herinneren!
Dit oorlogsfregat heeft zijn naam alle
eer aangedaan. Immers het Franse
zelfstandig naamwoord lutin betekent
kwelduivel; als bijvoeglijk naamwoord
duidt het op: guitig, ondeugend. Op
weg van Yarmouth naar Hamburg, met
soldij voor Engelse troepen (Texel) en
Hamburgse Banken, verging de schuit
in de stormen van October 1799 op de
Westergronden, in het gezicht van
Terschelling. Van de pl.m. 300 opva
renden, brachten er twee het leven af.
Zij wisten te vertellen, dat men een
schat van pl.m. 20 miljoen had-
vervoerd. Aanstonds begon de goud
dorst de mensen te kwellen. Met on
nozel gereedschap brachten vissers
een miljoentje boven water. Een koene
duik leverde hun al gauw dit mooie
sommetje aan gouden en zilveren ba
ren op. Maar toen vond het wrak het
zeker welletjes. Of herinnerde het zich
zijn betekenis als: guitig? Het ver
school zich onder een dikke laag zand
en die bleek meer afdoende dan menige
kluis. Gedurende tientallen jaren bleef
de .poort naar de goudmijn potdicht.
Omstreeks 1860 peuterde een inge
nieur ruim honderd gouden en zilveren
staven los, ter waarde van een half
miljoen. Maar toen was het uit met de
pret, voorgoed uit! Wat na die tijd „ge
dolven" werd, waren verroeste kanons
en kogels, enkele muntstukken, maar
alles bijeen loonde dit de moeite stel
lig niet. Toen vatte een Limburger, een
heer Beckers, het plan op de goudschat
met een ontzaglijke tinbaggermolen te
bergen, de Karimata, Dit enorme „in
strument" veegde, zo te zeggen, de hele
zeebodem ter plaatse grondig aan,
maar bracht niet meer dan één goud
staaf boven water. Waar was de rest
van de schat? Tot dan toe (1938) was
pl.m. twee miljoen geborgen. Waar
zijn de pl.m. 18 miljoen gebleven?
Nog steeds op de bodem der zee? In
on-officiële handen overgegaan?
Wij voor ons zouden ons om het
restant stellig niet druk willen ma
ken. Als we dan met alle geweld een
duik wilden nemen, dan doken we op
die plek aan de Westkust van Schot
land, waar, omstreeks 1590, het admi
raalsschip der Spaanse Onoverwinne
lijke Vloot een roemloos graf In de
golven vond. Men kent de geschiede
nis. Anno 1588 verscheen in het Ka
naal de geduchtste zeemacht ooit door
West-Europa aanschouwd. Honderd
dertig grote schepen, bemand met tien
duizenden matrozen en soldaten en met
de bloem van de Spaanse en Portugese
adel, voeren tegen Engelsen en Neder
landers uit om hun mores te leren!
De onderneming liep faliekant af. De
Spaanse a.dmiraal ging aan de haal en
wilde, om Schotland heen, thuis ko
men, zulks in verband met de wind
richting. Ten Noorden van Schotland
en Ierland teisterden zware stormen
de oorlogsbodems en deze sloegen te
pletter op de rotsachtige kust. Het
vlaggeschip der vloot moet honderden
miljoenen aan goud en zilver hebben
vervoerd. Zij werden, met het logge gal
joen, een prooi der golven. Het heeft
in de XVIIe eeuw niet aan pogingen
ontbroken deze schatten te bergen.
Resultaat heeft men nimmer bereikt
Ook deze liggen dus nog steeds voor
het grijpen.
De Krim-oorlog, welke Turken, Fran
sen en Engelsen tegen de Russen voer
den (1850), is ons bijgebleven door het
edelmoedige gedrag van Miss Florence
Nightingale, uit wier zegenrijke ar
beid onder stervenden en gewonden
het Rode Kruis voortkwam. Maar er is
nog een ander feit, dat tot de verbeel
ding spreekt. Engelsen en Fransen be
legerden Sebastopol. De Engelsen wer
den slecht verzorgd. Een tijdlang
heerste aan ongeveer alles gebrek. Op
geheimzinnige wijze raakten gewich
tige voorraden zoek. De Fngelse rege
ring zond toen een goudsehip, dat een
tweehonderd miljoen aan munten ver
voerde. Zij bereikten nooit haar be-
stemming. Wie een duik neemt bij Se
bastopol, kan ze. 70 m. onder de spie
gel der Zwarte Zee. vinden.
Wij moeten wederom een beroep
doen op het geheugen onzer oudere
lezers. Zij zullen zich zonder enige
twijfel de ramp met het grootste schip
der Engelse White Star Line herinne
ren, wij bedoelen: de ondergang van
de Titanic (1912) Op zijn reis van de
Oude naar de Nieuwe Wereld, kwam
de oceaanreus in botsing met een lis
berg. Er speelder zich aan boord ver
schrikkelijke, maar ook ontroerende
tonelen af Van alle kanten stoomden
gewaarschuwde schepen naar de plaats
des onheils op Voor zeer vee] sche
pelingen kwam hun hulp te laat. Het
trotse schip zonk weg in de golven.
Men stelt, dat het voor twintig mil
joen goud vervoerde. Dit ligt dan op
4.000 m. onder de zeespiegel, een diep
te, die practisch niet voor duikers toe
gankelijk is. De Amerikaan William
Beebe werd door ledereen a] een hele
Piet gevonden, toen hij achthonderd
meter beneden de oppervlakte der zee
onderzoekingen verrichtte.
Veel succes had men met een duiker
klok in de monding der La Plata-ri-
vier. Rio de la Plata (Zuid-Amerika).
Daar was een goudschip gezonken en
een eenvoudige timmerman. William
Phipps, wist, met behulp van zo'n dui
kerklok, een miljoen of tien op te del
ven. een prachtig resultaat' Dit ge
beurde in de XVIIe eeuw Maar nog
steeds construeert men duikerklokken
volgens de beginselen van deze Phipps.
Keizer Karei V woonde in 1538 al een
demonstratie met een duikerklok bij in
de rivier de Taag. De grote Halley
(t 1742) komt de eer toe het princiep
verder uitgewerkt te hebben. Twee
tonnen voerden de inzittenden door
middel van een leren buis voortdurend
verse lucht toe: de verbruikte lucht
ontweek door een kraan in het boven
ste gedeelte van het toestel. Geheel
gekleed zaten vijf mannen „laag en
droog" een twintig meter onder wa
ter gedurende anderhalf uur in de dui
kerklok en allen kwamen kiplekker
«eer boven!
In Engeland noch in Schotland met
zijn hoge bergen, komen thans nog
wolven voor. De laatste wolf verloor
zijn leven nabij de Findhorn, een woes
te bergketen van het koninkrijk.
Daar woonde in die verre dagen 'en
.,deer-stalker". een jager die de her
ten besluipt. Hij heette MacQueen. Het
was een boom van een Schot, die voor
geen klein geruchtje vervaard bleek.
Beroemd waren zijn .,long-dogs", zeer
slanke en snelle jachthonden, haze
winden. Nu gebeurde het, dat de land
heer van Macintosh een klacht kreeg
over een groot donker beest dat twee
kinderen, die ergefls op een heuvel
krijgertje speelden, had verscheurd
Dat kon niet anders dan een wolf zijn.
De „Laird" (landheer) achtte het nu de
hoogste tijd de ..clans" (laten we ver
talen: buurtschappen) bij elkaar 'e
trommelen. MacQueen werd ook ge
vraagd. Gezamenlijk zou men dan een
drijfjacht op het bloeddorstige dier
houden.
De volgende morgen kwam de ene
„clan" na de andere aanzetten maar
wie niet kwam: MacQueen. Wachten
duurt altijd lang. maar deze keer bij
zonder. want de morgen was de beste
tijd voor de jacht. Het ene uur na het
andere verstreek. Geen MacQueen.
Eindelijk ja hoor daar kwam hij op
dagen. De Laird gaf hem een geducht
standje en de „clans" gooiden er nog
een schepje op. MacQueen zei alleen:
„Waarom zo'n haast?" Ontplooide zijn
wollen plaid en haalde de bloedige kop
van de wolf te voorschijn! Hij had het
ondier, samen met zijn honden, al on
schadelijk gemaakt. De Laird schonk
hem als beloning een groot stuk grond
Een koninklijke figuur, afgebeeld
in het schilderachtige gewaad ha-
rer Orde. Op het hoofd een leren
band, saamgehouden door leren
beugels. De staf van een abdisse,
schrijfveder, inktkoker, regelboek-
Wie herkent in deze afbeelding niet
aanstonds de H. Birgitta van Zwe
den? Het schrijfgereedschap ver
zinnebeeldt de openbaringen, die
zij van Hogerhand mocht ontvan
gen, De lederen kroon getuigt van
haar strenge boete en kloeke ver
sterving. Zij deed de betekenis van
haar naam alle eer aan; Birgitta is
een oud. Keltisch woord voor:
kracht.
Juist in de Octobermaand spreken
ons haar visioenen bijzonder aan,
waarin Maria wordt geëerd als de
maan, onomfloerst van wolken,
straal der Allerhoogste Zonne.
kristallijnen bruidsvertrek, waarin
de Glorievorst resideert. En elders:
„O heerlijk schitterende lamp, die
over heel de wereld, door duister
nissen overschaduwd, Uw stralen
bundels zendt. De duif, die Noë de
twijg bracht als teken der barm
hartigheid. was een voorafbeelding
van Maria, die ons de „hoop op
vergiffenis schonk". (Vert. prof. dr
J, Timmers).
S. Birgitta van Zweden werd plm
1300 geboren. Haar vader was een
hooggeplaatst. Zweeds ambtenaar
geen prins, ook niet verwant aan
de koninklijke familie. Zijn doch
tertje telde nog maar zeven jaar
toen zij al begenadigd werd met
visioenen; inderdaad, de H Schrift
heeft gelijk: het is de wijzen en ver-
standigen verborgen maar de kin-
derkens geopenbaard. Eigenlijk was
zij nog slechts een aankomend
meisje, toen zij In het huwelijk
•trad met de edele Gudmarsson. God
zegende de gelukkige verbinten s
met acht kinderen; één van die
kinderen werd de H. Catharina van
Zweden. S, Birgitta was Hofmees
teres bij de gemalin van Koning
Magnus Erikson. Omstreeks 1340
ondernam zij met haar man een
pelgrimstocht naar één der groot
ste bedevaartplaatsen uit de Mid
deleeuwen, Santiago de Compostels
(N. W. Spanje, bij la Coruna) Op
de terugreis stierf Gudmarsson.
Als weduwe stichtte S, Birgitts
de Orde der Birgittinessen. Zij
schroomde niet strenge vermanin
gen te richten tot zelfs de hoogst-
geplaatste personen, om een leven
te voeren overeenkomstig hun we
reldlijke of geestelijke waardigheid
In 1373 stierf ;lj te Rome. Haar
relieken werden overgebracht naar
Zweden.
Het gele blad, de paddenstoel de
speculaas kondigen het najaar aan.
Zodra de klaasmannetjes in de uitstal
kasten der banketbakkers verschijnen,
weten we voor de zoveelste keer dat
we geleidelijk de nachtschuit ingaan.
Dat was vroeger jaren anders. T .en
had speculaas niets bijzonders met het
najaar uit te staan Lees maar bij Van
Lennep: „Net gekleede buurkinderen
staan gereed het Bruidspaar met loo-
vertjes suikererwten en speculatie te
bestrooien!" Méér, let wél, wat een
tijdgenoot van Van Lennep schrijft:
„Toen Ik in mijne jeugd bij koek- of
banketbakkers te Amsterdam naar
speculatie vroeg, gaf men mij allerlei
kleine figuren van suikergoed". Zeer
waarschijnlijk is het zó geweest, dat
de „speculatie" het eerst verscheen
op bruiloft en kermis en pas later op
de gloriedag van Sim Nicolaas.
Maar horen wij U vrager. heeft
het woord speculaas dan niet iets met
St. Nicolaas van doen? Hangt het niet
met de naam van de grote Kinder
vriend samen?
Geleerde heren stellen van niet! Ons
uitgebreidste woordenboek brengt het
met: speculatie in verband. Niet met
beursspeculaties. Doch met de vroe
gere betekenis van: welbehagen! In
een oud journaal lezen we: „Dese
vruchten daerin die Christenen in
Syrien veele speculatie hebben". Deze
verouderde betekenis nu van: zin. lust.
welbehagen zou op het smakelijk ge
bak zijn overgegaan.
Reeds in 1749 hield een „keur" der
stad Haarlem zich met de koek bezig.
Deze toch bepaalde „dat de Koekke-
bakkers de zoogenaamde speculatie
niet hooger per Pond zullen mogen
bakken en verkoopen dan tot seven
stuyvers- gelijk de Banket Bakkers en
Confiturlers dezelve per Pond niet laa
ger dan tot 12 stuyvers zullen vermo
gen te verkoopen"
Wij lazen, dat men vroeger jaren
een Opziener, een Bisschop met het
Latijnse woord: speculator aanduidde:
verspieder (spie)? Men stelde nu. dat
speculaas lets met de „speculator Nico.
laas" te maken zou hebben. Volgers
de samenstellers van ons grootste
woordenboek gaat deze vlieger hele
maal niet op
afvraagt waarom deze mensen zo lang
werk hebben om eendammetje" te
leggen!"
VOOR ONZE LADDERWEDSTRIJD.
No. 3218
'G. L. GORTMANS
Londen
No. 3219
WOLDOUBY
Marokko
0 0 0
O, 0 0 0...»
Stand: Zw. 11-
13, 15, 18, 19. Wit
20, 24, 28-30, 35.
Wit speelt en
wint.
No. 3220
RENé ANCION
Luik
Stand: Zw. 8, 13,
16, 21, 22, 25, 26.
Wit 24, 32, 33,
36-39. Wit for
ceert schijfwinst.
No. 3221
1. A. SCHMIDT
Rusland
10 H 0
0 S...0
Stand: Zw. 9, 10,
13, 42. Wit 20, 23.
25, 44, D. 39. Wit
speelt en wint.
Stand: zw. 5, 15,
20, 24, 35, 43. Wit
23, 32, 34, 44. D.
37. Wit speelt en
wint.
Dit viertal vraagstukken, van een deel
der internationale oude problemisten-
garde, zal de liefhebbers van goede pro
bleemkunst ongetwijfeld veel genoegen
bereiden. De oplossingen van deze pro
blemen worden gaarne tot 10 October a.s
tegemoet gezien aan het boven deze ru
briek vermelde adres.
Indien de speler van een troefcontract
geen verliesslagen meer heeft In twee van
de drie bijkleuren, is het vaak goed om
in die derde bijkleur de leider tot introe
ven te dwingen, zélfs als ook de „dummy"
geen kaarten meer in die kleur heeft
doch er nog wel troef in de dummy ligt
Men speelt dus feitelijk in de „dubbele"
soms zelfs in de drievoudige renonce
en het kan de partner een kostbare slag
opleveren, welke hij anders niet gemaakt
zou hebben 1
Wat wij daarmede allemaal bedoelen,
ziet u in het onderstaande spel dat. zéér
instructief is:
7 3
C 9 7 6
O H B 10
4» B 10 9 5 4
H 10 5 N 6
O V B 10 *y/ 0QAH82
<0 9 7 5 2 z 0843
A 6 3 H 8 7 2
A V B 9 8 2
C? 5 4 3
0 A V 6
0 V
Zuid opende met 1 Schoppen, Noord
bood 1 Sansatout Zuid 2 Schoppen, waar
mede het bieden geëindigd was.
West speelde Hartenvrouw voor en trok
toen Hartenboer na: Oost speelde achter
eenvolgens de Harten 8 en de 2 bij. zodat
West kon aannemen, dat Oost nog Har
tenaas en Heer overhad.
West zag zijn kans hij trok Klaver
aas en speelde toen weer Harten na. die
Oost nam. Oost volgde zijn partner uit
stekend en vervolgde met.de dertien
de Harten! Zuid troefde met Schoppenboer
In en West troefde niet over. doch gooide
een Klavertie weg West kon nu later in-
plaats van slechts één, twee troefslagen
maken en Zuid ging dius één down.
Nu moet u er eens goed op letten, dat
Oost-West niet mogen beginnen met
vier malen Harten te spelen. Doen zij dat
wel, dan gooit Zuid op de vierde Harten
de Klaverenvrouw weg! West maakt dan
óók wel twee troefslagen, doch er wordt
geen Klaverenslag door de tegenspelers
gemaakt en Zuid wint zijn contract!
Ben nevenvariant om dit spel down te
krijgen is de volgende. West begint met
órie Hartenslagen te maken en speelt dan
Ruiten na: Noord neemt en er wordt ln
troef gesneden zodat West aan slag komt.
Nu moet West een kleine Klaveren
spelen. Oost komt aan slag en Oost moet
nu inzien, dat hij die laatste Harten moet
trekken, waardoor West nog de Schoppen-
Wen zal kunnen maken.
Met open kaarten is een en ander mis
schien nog niet eens zo eenvoudig, laat
staan met dichte kaarten. West moet zich
realiseren, dat NZ alleen down kunnen
als OW drie hartenslagen, één Klaveren-
dag en twee Schnrmenslecpn maken: als
West Klaverenaas eenmaal binnen heeft,
hindert het niet of Zuid eventueel op de
dertiende Harten ee" weede Klavertfe
zou weggooien want in dat geval maakt
West in elk geval de downslag!
Dit spelprlnclpe komt in de practijk
vaker voor dan men denkt. Wel vereist
het een nauwkeurige kennis van de c°rn-
binaties. waarmede men kans op het
nromoveren van een slag heef*- «6
partner een bijkleur doorspeelt, welke de
leider dwingt tot hoog introeven. Hoe
vaak gebeurt het niet. dat Zuid b.v 4
harten speelt, terwijl West harten 10.3.2
en Oost harten B-4 heeft: als Oost nu
Zuid kan dwingen tot hoog Introeven
vóór dat de troeven er uit zijn, maken
OW vrijwel zeker een troefslag die zij
nimmer zouden kriiren als Zuid de kans
kreeg troeven te trekken.
MIMIR.