i Koning der schepping mm, mmt lATEntf"!? VÜOROÜNG GOUD ligt voor het GRIJPEN EN QUO Drievoudige Renonce M MENS Invcersaldo beliep 1.528 millioen (zelfde periode vorig jaar 1.084 millioen) Mr Reinink direct.-generaal kunsten en buitenlandse culturele betrekkingen Dr Wesselings thans ■i«8m i Ril HET GRABBELTONNETJE DE HEILIGE VAN DE WEEK 8 October: H. Birgitta Bridge-Rubriek Sint Bavo heeft eigen wapen Over de speculaas ^2mmmwmm* 'A TERDAG 1 OCTOBER 1955 PAGINA 6 D Maar geen meedogenloos heerser DRONKEN WOESTELING Buitenlandse handel in Januari tot en met Augustus BENOEMINGEN EN BEVORDERINGEN BIJ 0„ K. EN W. secretaris- generaal E.. Schiittenlielm directeur Grotere oogst in de Sovjet-Unie CANADESE GRAANOOGSTEN KATHOLIEKE LECTUUR VOORZIENING ,.3 Pi Hl w% wm s -d m m m m b w, m a j. c a s i 8 B ms O o c o o m 3ÊÊ mm fj fH l#ii fl LïOKKESfOMJENI IE-JUKES: POSTBUS 8, Hll VERSUM m m m i J*J*J m mm a tige middelen worden tegengegaan, maar bovenal is het noodzakelijk, dat ook in onze houding tegenover het dier een juis te geestesgesteldheid zich manifesteert. De Werelddierendag op 4 October hiedt een gerede aanleiding om zich te bezin nen op hetgeen God van ons wenste, toen Hij ons als koning van de schepping aan stelde. ijFranciscus van Assisië was een groot ji edel mens, die door woord en voor meld een genotzuchtige en verdorven we- srld tot een nieuwe beleving van de grote i ïristelljke beginselen wist op te wekken. lare hjj alleen de man geweest, die lie- liiyk met de dieren wist om te gaan en f],t hen als tot zijn medeschepselen sprak, m zou hi) nooit de grote orden hebben 'einnen stichten, welke nu nog, na bijna li-ht ecuwen, stevige pilaren der Kerk n Groot was hij bovenal door zijn n-fde tot God, de Schepper van alles, Vat bestaat: van de mens, maar ook van •t dier. En juist in die liefde tot de P-hepper vond hij alle motleven om ook •t dier in zijn bewondering en eerbied w betrekken. J, Daarom was het zo goed gezien om de arlijks terugkerende feestdag van de H. !0-anciscus op 4 Octóber uit te roepen tot werelddierendag. Deze dag is, los van al- sentimentaliteit gezien, wel de meest schikte, om de verhouding van de mens dit het dier in het juiste licht te plaat- tn. Immers: hij herinnert ons aan de rplichtlngen, welke de mens tegenover ><od, de Schepper heeft om ook het dier ais een deel van ^ijn liefdevolle schep- ng te beschouwen en te behandelen. v<Onze H. Vader, Paus Pius XII, heeft thartoe de scherp geformuleerde ricbtlij- i n aangegeven: „De dierenwereld, zei- Hij, is evenals de gehele schepping een «ting van de macht van God, van Zijn ](ijsheid en Zijn goedheid en als zodanig irdient zij de eerbied en de achting van et mens. Elk onberaden verlangen om iCeren te doden, elke -taad van nutteloze {..menselijkheid, elk» eerloze wreedhe.d %ens de dieren n.oet worden vereer- i eld. Daarenotven is zulk een gedrag en waar vergif voor de gezonde en eer- .re gevoelens van de mens en verlaagt n m tot een bruut. Men moet erkennen, let de Schepper hat dier tot de dienst tn de mens heeft bestemd, die door het rstand, waarmede hij is begiftigd, bo- n de gehele dierenwereld is verheven. Se H. Kerk beproeft haar invloed op de vensen en op de openbare mening uit te efenen, om deze beginselen te ontwikke- cn en in te prenten en de toepassing er va in het dagelijkse leven door middel om wetten te verzekeren". f,Dit is bij lange niet de enige duidelijke 'tspraak, welke door kerkelijke gezags- fagers over de houding van de mens ogenover het dier is gedaan. Maar de J Vader wenst thans zelfs wetten om j't dier tegen wrede behandeling en mis- r,ndeling te beschermen. ^Dierenbescherming is geen hobby van teergevoelige mensen: Zij is de welbe- Aiste daad van hem, die door God tot v'er en meester over het geschapene is z'steld. Die heerschappij moet hij uitoe- a nen naar het richtsnoer van het gezon- verstand en van een juist gevormd ge beten. „Helaas is het een feit, dat ook in ons „•schaafde land nog al te veel gevallen n slechte behandeling van dieren, van mishandeling en zelfs van bewuste wreed- •id geconstateerd moeten worden. Maar iderzijds mogen we er ons toch ook over .rheugen, dat door veelvuldige voorlich- ig een geweldige verbetering in het. iot •r dieren kan worden waargenomen. In een gezonde samenleving moeten reedheden tegenover dieren met krach- De Asser slager W. J. van H, tegen wie de officier van justitie enige tijd terug vijf jaar gevangenisstraf wegens poging tot moord eiste, is Vrijdag door de recht bank te Assen veroordeeld tot twee jaar gevangenisstraf. Op 23 Februari van dit jaar sloeg de 41-jarige Van H. de koop man J. ten W. in zijn woning plotseling met een hamer op het hoofd. Hij had eerst achttien glazen jenever gedronken. Ten W. bracht er het leven af. Poging tot moord met voorbedachten rade werd met bewezen maar Van H. werd tot twee jaar veroordeeld wegens mishandeling. Zoals '.vij eerder meldden, beliep de waarde van de invoer in Aug. j.l. 936 (v.m. 1.065) millioen, terwijl voor ƒ309 (v.m. 763) millioen werd uitgevoerd. Het dekkingspercentage steeg hierdoor van 72 in Juli tot 86 in Augustus. Een publicatie van het C.B.S. ver strekt de volgende vergelijkende cijfers van onze in- en uitvoer over de jaren 1938 en 1952-1955 (waarde in millioenen gul dens). dekkmgs- Invoer Uitvoer perc. Jan./ Jan./ Jan./ Aug. Aug.* Aug. Aug.* Aug. Aug.* 119 120 92 86 77 72 618 713 585 665 95 93 740 719 628 642 85 89 883 862 714 726 81 84 936 986 809 795 86 81 1938 1952 1953 1954 1955 Zowel de maand Augustus als het maandgemiddclde over Januari-Augustus geven in 1""^ de hoogste waarde aan van de in de tabel genoemde jaren, waarbij het opvalt, dat de stijging van 1954 op 1955 bü het maandgemiddelde Januari- Augustus van de invoer bijna tweemaal zo groot is als die van de uitvoer, n.i. 124 millioen tegenover 69 millioen. Het invoer-saldo vermeerderde in Augustus met 127 millioen en bedraagt sinds het begin van het jaar 1.528 mil lioen (Januari-Augustus 1954 1.084 mil lioen). Teneinde inzicht te geven in de ontwik keling van de handelsbalans over een lan gere periode, zijn hieronder nog enige jaarcijfers resp. 12-maandstotalen opge- Maandgemiddelde. Het dekkingspercentage, dat de vorige maand met 72 opmerkelijk laag was, is in Augustus 1955 tengevolge van de grote daling van de invoer, met 129 millioen bij een stijging van de uitvoer van 46 millioen. 14 punten opgelopen. Evenals de St. Jan In Den Bosch, heeft nu ook de kathedrale basiliek St. Bavo te Haarlem een eigen wapen. Nadat de bisschop van Haarlem, Z.H. Exc. mgr J. P. Huibers, aan het ontwerp zijn goedkeuring had gegeven, is de aan vrage voor het wapen verzonden naar H.M. de Koningin. Ook de Hoge Raad van Adel gaf zijn fiat aan hel ontwerp en tenslotte werd het wapen bekrachtigd bij K.B. Het wapen heeft op de boven-door- snede een mijter, welke geplaatst is op de kruising van het tintinnabulum en het connaepaeum, de twee onderscheidings tekenen van een basiliek. Op de beneden- doorsnede is op de linkerzijde een valk aangebracht als symbool van St. Bavo en ter rechterzijde het wapen van het bis dom Haarlem. Het wapen, dat het opschrift „sicul sponsa ornata" draagt, is ontworpen do^ de heraldicus H. F. Heerkens Thijssen m samenwerking met plebaan H. W. Ag- terof. Het ontwerp is uitgevoerd door de heer J. v. d. Drift. Dekk.- Jaar-periode: Inv. Uitv. Defic. perc. 1952 8.449 8.015 434 95 1953 9.026 8.180 846 91 1954 10.860 9.172 1.688 84 Juli 1954- Juni 1955 11.707 9.616 2.091 82 Aug. 1954- Juli 1955 11.801 9.627 2.174 82 Sept. 1954. Aug. 1955 11.854 9.722 2.132 82 Mr H. J. Reinink, thans secretaris-gene raal van het Ministerie van Onderwijs. Kunsten en Wetenschappen, heeft met het oog op de omvang der werkzaamheden, verbonden aan het voorzitterschap van de nieuwe stichting voor culturele samenwer king met de Overzeese Rijksdelen aan II. M. de Koningin verzocht hem met ingang van 15 October a s. ontslag te verlenen als secretaris-generaal. Bij koninklijk besluit is hem dit ontslag eervol verleend met dankbetuiging voor de belangrijke diensten in voornoemde functie aan den lande bewezen. Tegelij- kertijd is de heer Reinink benoemd tol directeur-generaal van de kunsten en bui tenlandse culturele betrekkingen aan het ministerie van O.. K. en W. Als opvolger van mr Reinink is met in gang van 15 October benoemd, tot secre taris-generaal dr J. H. Wesselings, thans raadadviseur in algemene dienst en loco secretaris-generaal bij dit ministerie. Voorts is benoemd tot directeur-gene raal van het onderwijs, mr J. G. M. Broek man. thans hoofd van de afdeling juri dische zaken van het R.K. Centraal Bu reau voor Onderwijs en Opvoeding en tot inspecteur-generaal van het onderwas mr ir M- Goote. thans inspecteur-gene raal van het nijverheidsonderwijs. heren M. W. Heslinga en H. Th. Roos winkel. Bij beschikking van de minister van O., K. en W. zijn aangewezen met ingang van 1 October a.s. als hoofd van de afdeling vorming buiten schoolverband de heer E. A. Schiittenhelm, als waarnemend hoofd van deze afdeling de heer M. W- Hes linga en als staffunctionaris bij deze af deling de heer II. Th. Rooswinkel. De heer Schüttenhelm. is 23 November 1909 in 's-Gravenhage geboren. Hij ont ving middelbare schoolopleiding aan bet St. Aloysiuscollege in Den Haag en was sedert 1932 jeugdleider, later trainings- leider Na de tweed.e wereldoorlog werd hij aangesteld als directeur van het Natio naal Hoofdkwartier van de Katholieke Jeugdbeweging. In 1948 werd hij hoofd van het bureau jeugdzaken van de afde ling vorming buiten schoolverband. Bjj beschikking van de minister van O., K, en W. zjjn bij de genoemde afdeling met ingang van 1 October ingesteld: het bureau „Algemene zaken en vrijetijdsbe steding", hoofd: de heer B. M. van Griet- huysen, referendaris bij het ministerie, het bureau „Sociaal-paedagogisch onder wijs", hoofd", de heer mr H. M. L. M. Sark, inspecteur bij het nijverheidsonder wijs; het bureau: „Vormingsinstituten De oogst in de Sovjet-Unie zal groter zijn dan die van het vorig jaar. Die in de Oekraine ontwikkelt zich uitstekend. In die gebied had de oogst in 1954 van de droogte te lijden. Dit is door de Russische minister voor de staatsboerderijen medegedeeld op een landbouwconferentle, welke voor het eerst in de geschiedenis van Moskou voor het corps diplomatique werd georganiseerd. Minister Benediktow zette de waarde uiteen van de onontgonnen gebieden. De minister wees erop, dat de Sovjet- Unie genoodzaakt is haar graanproductie te vergroten, vooral wegens de toeneming van de stedelijke bevolking. Als gevolg van de zeer sterke industrialisatie is deze de laatste jaren gegroeid met ruim 9 mil lioen personen. In 1955 zijn 20 millioen ha bezaaid, maar deze oppervlakte zal in 1956 op 30 millioen ha worden ge bracht, waarvan 18 millioen in het Noor den van Kazakhstan, 10 millioen in de Oeral en 2 millioen in het Altaigebied. Door de collectieve boerderijen (Kolcho zen) worden op het ogenblik 16 millioen ha geëxploiteerd. Door de Sovchozen (staatsboerderijen) 14 millioen. Ter uitvoering van het beoogde pro gramma zijn volgens de minister naar de nieuw te ontginnen gebieden 450.000 vrij willigers, 13.000 gedemobiliseerde militai ren, 75.000 leerlingen van gespecialiseer de instituten en 6000 landbauwkundigen en ervaren voorzitters van collectieve boerderijen gezonden. Het Canadese dominion bureau of sta tistics publiceert het volgende rapport, waarin opgenomen de tweede raming van de graanproductie in Canada (in lOOOen bushels) Prod. geheel Sept. Aug. Slot Slot Canada 1955 1955 1954 1953 Alle tar we 498.300 500.500 298.909 613.962 Haver 409.900 435.800 306.793 406.960 Gerst 258.000 268.800 175.509 262.065 Alle rogge 15.000 15.400 14.176 28.775 Lijnzaad 21.200 22.200 11.238 9.912 W JJO J - ■-> voor de leerplichtvrije jeugdwaarn. hoofd: de heer E. A. Schüttenhelm, di- recteur-hoofd der afdeling; onderafde ling „Sociale jeugdzorg", hoofd: de heer mr A. J. M. Schats, administrateur bij het ministerie; de onderafdeling- „Jeugd- vc> a- werk", hoofd: de heer A. P. vanderMey, BÖ koninklijk besluit zijn bevorderd btf I ön^rafde^inV^33 bÖ,,Voil^óntw!kkeling", het ministerie van Onderwijs, Kunsten en fd. d h M w Heslinga, referen- Wetenschappen: tot directeur de heer E. noom. ae i =r e„iwif fpTihfilm tot administrateur de I dans bu net ministerie. De Katholieke Centrale Vereniging voor lectuurvoorziening in Nederland ge- vestigd te Utrecht, heeft bij besluit van 5 September de koninklijke goedkeuring ontvangen en is mitsdien als vereniging erkend. De K. C. V. L. Nederland stelt zich ten doe] door middel van haar leden en van de bij haar leden aangesloten organisaties en instellingen een goede lectuurvoorzie ning en de belangstelling voor het goede boek te bevorderen. De K. C. V. L. Nederland wordt ge vormd door de elf provinciale Katholieke centrale verenigingen voor lectuurvoor ziening waarbij onder meer in de meeste gevallen zijn aangesloten de onderschei den bibliotheken uitgaande van parochies, St. Vincentiusverenlging, en dergelijke en tevens de standsorganisaties, het onder wijs, het jeugdwerk, de jeugdzorg en de vrouwenbeweging. S*. s Schaakredacteur: P. A. KOETSHEID. N Huize St. Bemardus. Sassenheim Zaterdag 1 October ié CORRECTIE. Tin no. 7314 behoort nog een zwarte pion t> g4 te staan ter vermijding van de ne- ilnoplossing 1. R g3-d6. n Oplossingen over drie weken u PROBLEEMOPLOSSINGEN. ?No. 7309. J. v. Dijkt Opl. 1. R h7-e4 'eiging 2. D f7-e7tt. ,'No. 7310. Tore Andersscn. Opl. 1. u i!-g3 dreiging 2. D g3-e3tt 1.T f3, R P f3, P c4 2. d8 (P), f8 (P), d8(D), h d3t enz. "Beide problemen werden goed opge- Lt door P. Baas, Lutjebroek; J. Dick- !Tut, Nijmegen; L. M. Hageman, Den Lag; H. A. Jansen, Breda; F. Pijls, Lasbracht; Paul Raschdorf, R'dam; F. J. H. Witte, R'dam. ^No. 7309 door J. K. Blom, R'dam; Mr r R. Bromberg, Roermond, H. Th. van Lor, Voorburg; B. Kouwenhoven, R'dam. ^OPLOSSINGEN van eindspel no. 125. °1. T d7t!> K e6 2. g6, K f6 3. T e7i, T j 4 T e8, K g7 5. K g2, c5 6. K h3, c4 7. M, c3 8. K gö, c2 9. T f8, K f8:, 10. j f6! dreigt 11. g7. Goede oplossingen ontvingen we van J. iT.ckhaut, Nijmegen; L. M. Hageman, Ln Haag, F. Pijls, Maasbracht; F. U. J. a Witte, R'dam. CORRESPONDENTIE, aj. te B. No. 7316 is in orde, maar U |t-nt met uw oplossing in een verkeerd Aoor. (fertij 1266. Nimzo - Indisch Bronstein-Keres tournooi Gotenburg 1955 (uit Schach-Ecno). Schoonheidsprijs O d4, Pf6; 2. c4, e6; 3. Pc3, Lb4; 4. e3, 5 Ld3, b6; 6. Pe2, Lb7; 7. 0-0, cd4:; 8. 0-0; 9. d5, h6; 10. Lc2!, Pa6; 11. P65Ü, 12. a3. Le7; 13. Pg3ü, dc4:; 14. Lh6:!, !Vi6:; 15. Dd2, Ph7? Voor een moeilijke opgave was wit ge- •eld geworden met 15Pc5. Daar «Tt paard deelneemt aan de verdediging. kon dan volgen 16. Taelü Op 16 «,-:8 volgt dan 17. Pf5, Lg5, 18. f4, Lf6 19. fc5i6:+, Kh8 20. Te3, Lg7 21. Th3, Lh6: 22. l,. 17. Ld3: cd3: 18. Pf5! Le4! Te 8 19. Ph6:t Kf8 20. Dg5. 19. Pbd4ü Te8 20. Ph6:f! Kf8 21. Dg5 Lg6 22. Te7:! In dergelijke stellingen fantaseert men graag. 22. Te6? de6:? 23. Dg6:ü maar zwart speelt smakeloos 22 Ph7! en is na 23. Tg6: Lg5: 24. Tg8t Ke7. 25. Phf5t niet mat. Te7: 23. Df6: Te4 (het beste!) 24. Dh8t Ke7. 25. Phfot Lf5: 26. Pf5:t Ke6 27. Dh3. De pointe! De koning vindt geen veilige plaats, b.v. 27....,Dh8 28 Ph6t, Ke7. 29. Df5, Te6 30. Df7:t, Kd8 31. De6:! en wit wint het eindspel. 16. Dh6: f5; 17. Pf5:; 18 Lf5: Pf8. Zwart heeft nu twee stukken tegen to ren en pion en staat er dus materieel niet slecht voor. Toch is het in deze stelling onmogelijk snel zijn krachten te bunde len. PARTIJ. 19. Tad 1, Lg5; 20. Dh5, Df6; 21. Pd6, Lc6: 22. Dg4, Kh8; 23. Le4! (maar niet 23. Dg5: Dg5: 24. Pf7t Kg7 25. Pg5:, Kf6); 23Lh6; 24. Lc6:. dc6:; 25. Dc4:, Pc5; 26 b4, Pce6; 27 Dc6:. Tb8; 28. Pe4, Dg6; 29. Td6, Lg7; 30. f4, Dg4; 31. h3, De2; 32. Pg3, De3t; 33. Kh2, Pd4; 34. Dd5, Tc8; 35. Ph5, Pe2; 36. Pg7:, Dg3t;37. Khl, Pf4:; 38. Df3, Pe2; 39. Th6t. Zwart geeft op. 7317 A. CASA le prijs L'échiquier de Paris 1954 mat in 2 zetten 1 October 1955. No. 2077. Redacteur: G. J. A. VAN DAM Vossiusstraat 13-B, Amsterdam-Z. Alle correspondentie s.v.p. aan dit adres. Bij vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel voor antwoord insluiten. HET COMBINATIE-ELEMENT IN HET WEDSTRIJDSPEL. (12) Na een interessant openingsspel. schrijft de oud-wereldkampioen B. Springer, werd in een in 1939 gespeelde partii tus sen de twee bekende cracks een experi mentele bezetting van veld 27 door zwart (Vos, oud-kampioen van Nederland) toe gepast tegen de sterke IJmuidense speler Dukel met wit. Na de 26e zet van zwart ontstond onderstaande stelling (no. 3217). Stand no. 3217 Zw. (VOS) Wit (DUKEL) Stand: Zw. 2, 4, 5. 8-10, 12, 15, 18, 20, 25, 27. Wit 26, 28, 34- 36, 40, 42-45, 47, 49. Zwart speelde 12-17, een ge dwongen zet om schijf 27 te kun nen verdedigen. 7318 C. MANSFIELD Prijs Brian Harley toumool 1954 mat in 2 zetten Wit kan nu door 28-22, 36-31, 47-41 enz. geen voordeel behalen. Daarom speelt wit dan ook 27. 44-39!! Een gees tige zet, uit positie-oogpunt heel sterk en tevens als lokzet bedoeld. Het volgende zou nu immers onmid dellijk verlies geven: zw. 27... .17-21, 28 26x17, 27-31. 29. 36x27, 18-22. 30. 27x 18, 8-12. 31. 18x7, 2x44, 32. 43-39!!, 44x33. 34. 40x38 en zwart zou kunnen opgeven daar wit gemakkelijk dam haalt. Zwart doorzag deze valstrik en het spel ging verder als volgt: zw. 279-13!. 28. 39-33! Ook wit laat zich niet verlok ken dam te nemen met 28 22, 17x28, 36- 31, 27x36, 47-41, 36x38, 43x3, wegens 4-9!, 3x14, 20x9 en zwart zou zich uit een ne telige situatie hebben gered. Het is een lastig moment voor zwart. Hu bevindt zich onder de dreiging van 36-31, 47-41 enz. Op 8-12 zou wit schijfwinst forceren door 43-39. 18-22 (gedw.). 36;31' ^7xu36; 26-21 enz. en wit wint een stuk. Ook het volgende spel gaf voor zwart schijfver- lies: 18-23, 28x19, 13x24, 33-29!, 24x33, 34-30, 25x34, 40x38, 8-12 (of?), 42-37, 2-8 (gedw.) 37-31!!, 17-22 (gedw.), 47-42 ge volgd door 42-37-32 en zwart verliest eveneens een stuk. Gezien al deze moei lijkheden is het dus wel begrijpelijk dat zwart 28. 18-22 speelde. Iets beters is er niet aan te geven. Na deze zet forceerde wit als volgt de winst van een schijf: 29. 42-37!, dreigt 37-31, 33-29 enz. en belet tevens 27-32, wegens 37-31, 34-30 enz. met schijfwinst. Zwart 29-17-21 is dus wel gedwongen. Hij speculeert echter nog op de volgende mo gelijkheid: 26x17, 22x11, 37-31??, 20-24!, 31x22, 24-30!, 35x24, 13-18. 22x13, 8x48 en zwart zou nog winnen. Maar wit kiest de juiste afwikkeling, namelijk 30. 28x17!. 21x12. 31. 42-38, 10-14. 32. 37-32! (En nog steeds niet 37-31 wegens 20-24 enz. zoals 'hiervoor reeds werd aangegeven), 14-19. 33. 32x21, 20-24, 34. 34-30 enz. en wit heeft een schijf gewonnen, waarna ook een welverdiende partijwinst werd be haald. Het gehele fragment geeft een fraai stukje combinatiespel, hetwelk enig idee geeft van wat er zich alzo in de „hersens" van de spelers afspeelt, ter wijl de oppervlakkige toeschouwer zich Goud ligt voor 't grijpen? Waar dan? Ja, goud ligt voor het grijpen. Niet op straat. Maar op de bodem van menige zee. Er gaat haast geen dag voorbij, of onze Nederlandse couranten berichten over pogingen om een greep naar goud te doen. Een Duits schip, dc Renale Leonhardt, werd, op de hoogte van het eiland Texel, in de eerste wereldoorlog door de Engelsen (1917) naar de bodem der zee gezonden. Zoveel goud als dit schip bevatte, borg de hele befaamde Zilvervloot nog niet eens! Want wat betekenen de 10 miljoen van de laatste tegen de 75 miljoen naai men stelt van de eerste? Er is, trouwens, in het gezicht van de Nederlandse kust al eens meer naar goud gedoken. Oudere lezers zul len zich nog best het spannende avontuur met de Lutine herinneren! Dit oorlogsfregat heeft zijn naam alle eer aangedaan. Immers het Franse zelfstandig naamwoord lutin betekent kwelduivel; als bijvoeglijk naamwoord duidt het op: guitig, ondeugend. Op weg van Yarmouth naar Hamburg, met soldij voor Engelse troepen (Texel) en Hamburgse Banken, verging de schuit in de stormen van October 1799 op de Westergronden, in het gezicht van Terschelling. Van de pl.m. 300 opva renden, brachten er twee het leven af. Zij wisten te vertellen, dat men een schat van pl.m. 20 miljoen had- vervoerd. Aanstonds begon de goud dorst de mensen te kwellen. Met on nozel gereedschap brachten vissers een miljoentje boven water. Een koene duik leverde hun al gauw dit mooie sommetje aan gouden en zilveren ba ren op. Maar toen vond het wrak het zeker welletjes. Of herinnerde het zich zijn betekenis als: guitig? Het ver school zich onder een dikke laag zand en die bleek meer afdoende dan menige kluis. Gedurende tientallen jaren bleef de .poort naar de goudmijn potdicht. Omstreeks 1860 peuterde een inge nieur ruim honderd gouden en zilveren staven los, ter waarde van een half miljoen. Maar toen was het uit met de pret, voorgoed uit! Wat na die tijd „ge dolven" werd, waren verroeste kanons en kogels, enkele muntstukken, maar alles bijeen loonde dit de moeite stel lig niet. Toen vatte een Limburger, een heer Beckers, het plan op de goudschat met een ontzaglijke tinbaggermolen te bergen, de Karimata, Dit enorme „in strument" veegde, zo te zeggen, de hele zeebodem ter plaatse grondig aan, maar bracht niet meer dan één goud staaf boven water. Waar was de rest van de schat? Tot dan toe (1938) was pl.m. twee miljoen geborgen. Waar zijn de pl.m. 18 miljoen gebleven? Nog steeds op de bodem der zee? In on-officiële handen overgegaan? Wij voor ons zouden ons om het restant stellig niet druk willen ma ken. Als we dan met alle geweld een duik wilden nemen, dan doken we op die plek aan de Westkust van Schot land, waar, omstreeks 1590, het admi raalsschip der Spaanse Onoverwinne lijke Vloot een roemloos graf In de golven vond. Men kent de geschiede nis. Anno 1588 verscheen in het Ka naal de geduchtste zeemacht ooit door West-Europa aanschouwd. Honderd dertig grote schepen, bemand met tien duizenden matrozen en soldaten en met de bloem van de Spaanse en Portugese adel, voeren tegen Engelsen en Neder landers uit om hun mores te leren! De onderneming liep faliekant af. De Spaanse a.dmiraal ging aan de haal en wilde, om Schotland heen, thuis ko men, zulks in verband met de wind richting. Ten Noorden van Schotland en Ierland teisterden zware stormen de oorlogsbodems en deze sloegen te pletter op de rotsachtige kust. Het vlaggeschip der vloot moet honderden miljoenen aan goud en zilver hebben vervoerd. Zij werden, met het logge gal joen, een prooi der golven. Het heeft in de XVIIe eeuw niet aan pogingen ontbroken deze schatten te bergen. Resultaat heeft men nimmer bereikt Ook deze liggen dus nog steeds voor het grijpen. De Krim-oorlog, welke Turken, Fran sen en Engelsen tegen de Russen voer den (1850), is ons bijgebleven door het edelmoedige gedrag van Miss Florence Nightingale, uit wier zegenrijke ar beid onder stervenden en gewonden het Rode Kruis voortkwam. Maar er is nog een ander feit, dat tot de verbeel ding spreekt. Engelsen en Fransen be legerden Sebastopol. De Engelsen wer den slecht verzorgd. Een tijdlang heerste aan ongeveer alles gebrek. Op geheimzinnige wijze raakten gewich tige voorraden zoek. De Fngelse rege ring zond toen een goudsehip, dat een tweehonderd miljoen aan munten ver voerde. Zij bereikten nooit haar be- stemming. Wie een duik neemt bij Se bastopol, kan ze. 70 m. onder de spie gel der Zwarte Zee. vinden. Wij moeten wederom een beroep doen op het geheugen onzer oudere lezers. Zij zullen zich zonder enige twijfel de ramp met het grootste schip der Engelse White Star Line herinne ren, wij bedoelen: de ondergang van de Titanic (1912) Op zijn reis van de Oude naar de Nieuwe Wereld, kwam de oceaanreus in botsing met een lis berg. Er speelder zich aan boord ver schrikkelijke, maar ook ontroerende tonelen af Van alle kanten stoomden gewaarschuwde schepen naar de plaats des onheils op Voor zeer vee] sche pelingen kwam hun hulp te laat. Het trotse schip zonk weg in de golven. Men stelt, dat het voor twintig mil joen goud vervoerde. Dit ligt dan op 4.000 m. onder de zeespiegel, een diep te, die practisch niet voor duikers toe gankelijk is. De Amerikaan William Beebe werd door ledereen a] een hele Piet gevonden, toen hij achthonderd meter beneden de oppervlakte der zee onderzoekingen verrichtte. Veel succes had men met een duiker klok in de monding der La Plata-ri- vier. Rio de la Plata (Zuid-Amerika). Daar was een goudschip gezonken en een eenvoudige timmerman. William Phipps, wist, met behulp van zo'n dui kerklok, een miljoen of tien op te del ven. een prachtig resultaat' Dit ge beurde in de XVIIe eeuw Maar nog steeds construeert men duikerklokken volgens de beginselen van deze Phipps. Keizer Karei V woonde in 1538 al een demonstratie met een duikerklok bij in de rivier de Taag. De grote Halley (t 1742) komt de eer toe het princiep verder uitgewerkt te hebben. Twee tonnen voerden de inzittenden door middel van een leren buis voortdurend verse lucht toe: de verbruikte lucht ontweek door een kraan in het boven ste gedeelte van het toestel. Geheel gekleed zaten vijf mannen „laag en droog" een twintig meter onder wa ter gedurende anderhalf uur in de dui kerklok en allen kwamen kiplekker «eer boven! In Engeland noch in Schotland met zijn hoge bergen, komen thans nog wolven voor. De laatste wolf verloor zijn leven nabij de Findhorn, een woes te bergketen van het koninkrijk. Daar woonde in die verre dagen 'en .,deer-stalker". een jager die de her ten besluipt. Hij heette MacQueen. Het was een boom van een Schot, die voor geen klein geruchtje vervaard bleek. Beroemd waren zijn .,long-dogs", zeer slanke en snelle jachthonden, haze winden. Nu gebeurde het, dat de land heer van Macintosh een klacht kreeg over een groot donker beest dat twee kinderen, die ergefls op een heuvel krijgertje speelden, had verscheurd Dat kon niet anders dan een wolf zijn. De „Laird" (landheer) achtte het nu de hoogste tijd de ..clans" (laten we ver talen: buurtschappen) bij elkaar 'e trommelen. MacQueen werd ook ge vraagd. Gezamenlijk zou men dan een drijfjacht op het bloeddorstige dier houden. De volgende morgen kwam de ene „clan" na de andere aanzetten maar wie niet kwam: MacQueen. Wachten duurt altijd lang. maar deze keer bij zonder. want de morgen was de beste tijd voor de jacht. Het ene uur na het andere verstreek. Geen MacQueen. Eindelijk ja hoor daar kwam hij op dagen. De Laird gaf hem een geducht standje en de „clans" gooiden er nog een schepje op. MacQueen zei alleen: „Waarom zo'n haast?" Ontplooide zijn wollen plaid en haalde de bloedige kop van de wolf te voorschijn! Hij had het ondier, samen met zijn honden, al on schadelijk gemaakt. De Laird schonk hem als beloning een groot stuk grond Een koninklijke figuur, afgebeeld in het schilderachtige gewaad ha- rer Orde. Op het hoofd een leren band, saamgehouden door leren beugels. De staf van een abdisse, schrijfveder, inktkoker, regelboek- Wie herkent in deze afbeelding niet aanstonds de H. Birgitta van Zwe den? Het schrijfgereedschap ver zinnebeeldt de openbaringen, die zij van Hogerhand mocht ontvan gen, De lederen kroon getuigt van haar strenge boete en kloeke ver sterving. Zij deed de betekenis van haar naam alle eer aan; Birgitta is een oud. Keltisch woord voor: kracht. Juist in de Octobermaand spreken ons haar visioenen bijzonder aan, waarin Maria wordt geëerd als de maan, onomfloerst van wolken, straal der Allerhoogste Zonne. kristallijnen bruidsvertrek, waarin de Glorievorst resideert. En elders: „O heerlijk schitterende lamp, die over heel de wereld, door duister nissen overschaduwd, Uw stralen bundels zendt. De duif, die Noë de twijg bracht als teken der barm hartigheid. was een voorafbeelding van Maria, die ons de „hoop op vergiffenis schonk". (Vert. prof. dr J, Timmers). S. Birgitta van Zweden werd plm 1300 geboren. Haar vader was een hooggeplaatst. Zweeds ambtenaar geen prins, ook niet verwant aan de koninklijke familie. Zijn doch tertje telde nog maar zeven jaar toen zij al begenadigd werd met visioenen; inderdaad, de H Schrift heeft gelijk: het is de wijzen en ver- standigen verborgen maar de kin- derkens geopenbaard. Eigenlijk was zij nog slechts een aankomend meisje, toen zij In het huwelijk •trad met de edele Gudmarsson. God zegende de gelukkige verbinten s met acht kinderen; één van die kinderen werd de H. Catharina van Zweden. S, Birgitta was Hofmees teres bij de gemalin van Koning Magnus Erikson. Omstreeks 1340 ondernam zij met haar man een pelgrimstocht naar één der groot ste bedevaartplaatsen uit de Mid deleeuwen, Santiago de Compostels (N. W. Spanje, bij la Coruna) Op de terugreis stierf Gudmarsson. Als weduwe stichtte S, Birgitts de Orde der Birgittinessen. Zij schroomde niet strenge vermanin gen te richten tot zelfs de hoogst- geplaatste personen, om een leven te voeren overeenkomstig hun we reldlijke of geestelijke waardigheid In 1373 stierf ;lj te Rome. Haar relieken werden overgebracht naar Zweden. Het gele blad, de paddenstoel de speculaas kondigen het najaar aan. Zodra de klaasmannetjes in de uitstal kasten der banketbakkers verschijnen, weten we voor de zoveelste keer dat we geleidelijk de nachtschuit ingaan. Dat was vroeger jaren anders. T .en had speculaas niets bijzonders met het najaar uit te staan Lees maar bij Van Lennep: „Net gekleede buurkinderen staan gereed het Bruidspaar met loo- vertjes suikererwten en speculatie te bestrooien!" Méér, let wél, wat een tijdgenoot van Van Lennep schrijft: „Toen Ik in mijne jeugd bij koek- of banketbakkers te Amsterdam naar speculatie vroeg, gaf men mij allerlei kleine figuren van suikergoed". Zeer waarschijnlijk is het zó geweest, dat de „speculatie" het eerst verscheen op bruiloft en kermis en pas later op de gloriedag van Sim Nicolaas. Maar horen wij U vrager. heeft het woord speculaas dan niet iets met St. Nicolaas van doen? Hangt het niet met de naam van de grote Kinder vriend samen? Geleerde heren stellen van niet! Ons uitgebreidste woordenboek brengt het met: speculatie in verband. Niet met beursspeculaties. Doch met de vroe gere betekenis van: welbehagen! In een oud journaal lezen we: „Dese vruchten daerin die Christenen in Syrien veele speculatie hebben". Deze verouderde betekenis nu van: zin. lust. welbehagen zou op het smakelijk ge bak zijn overgegaan. Reeds in 1749 hield een „keur" der stad Haarlem zich met de koek bezig. Deze toch bepaalde „dat de Koekke- bakkers de zoogenaamde speculatie niet hooger per Pond zullen mogen bakken en verkoopen dan tot seven stuyvers- gelijk de Banket Bakkers en Confiturlers dezelve per Pond niet laa ger dan tot 12 stuyvers zullen vermo gen te verkoopen" Wij lazen, dat men vroeger jaren een Opziener, een Bisschop met het Latijnse woord: speculator aanduidde: verspieder (spie)? Men stelde nu. dat speculaas lets met de „speculator Nico. laas" te maken zou hebben. Volgers de samenstellers van ons grootste woordenboek gaat deze vlieger hele maal niet op afvraagt waarom deze mensen zo lang werk hebben om eendammetje" te leggen!" VOOR ONZE LADDERWEDSTRIJD. No. 3218 'G. L. GORTMANS Londen No. 3219 WOLDOUBY Marokko 0 0 0 O, 0 0 0...» Stand: Zw. 11- 13, 15, 18, 19. Wit 20, 24, 28-30, 35. Wit speelt en wint. No. 3220 RENé ANCION Luik Stand: Zw. 8, 13, 16, 21, 22, 25, 26. Wit 24, 32, 33, 36-39. Wit for ceert schijfwinst. No. 3221 1. A. SCHMIDT Rusland 10 H 0 0 S...0 Stand: Zw. 9, 10, 13, 42. Wit 20, 23. 25, 44, D. 39. Wit speelt en wint. Stand: zw. 5, 15, 20, 24, 35, 43. Wit 23, 32, 34, 44. D. 37. Wit speelt en wint. Dit viertal vraagstukken, van een deel der internationale oude problemisten- garde, zal de liefhebbers van goede pro bleemkunst ongetwijfeld veel genoegen bereiden. De oplossingen van deze pro blemen worden gaarne tot 10 October a.s tegemoet gezien aan het boven deze ru briek vermelde adres. Indien de speler van een troefcontract geen verliesslagen meer heeft In twee van de drie bijkleuren, is het vaak goed om in die derde bijkleur de leider tot introe ven te dwingen, zélfs als ook de „dummy" geen kaarten meer in die kleur heeft doch er nog wel troef in de dummy ligt Men speelt dus feitelijk in de „dubbele" soms zelfs in de drievoudige renonce en het kan de partner een kostbare slag opleveren, welke hij anders niet gemaakt zou hebben 1 Wat wij daarmede allemaal bedoelen, ziet u in het onderstaande spel dat. zéér instructief is: 7 3 C 9 7 6 O H B 10 4» B 10 9 5 4 H 10 5 N 6 O V B 10 *y/ 0QAH82 <0 9 7 5 2 z 0843 A 6 3 H 8 7 2 A V B 9 8 2 C? 5 4 3 0 A V 6 0 V Zuid opende met 1 Schoppen, Noord bood 1 Sansatout Zuid 2 Schoppen, waar mede het bieden geëindigd was. West speelde Hartenvrouw voor en trok toen Hartenboer na: Oost speelde achter eenvolgens de Harten 8 en de 2 bij. zodat West kon aannemen, dat Oost nog Har tenaas en Heer overhad. West zag zijn kans hij trok Klaver aas en speelde toen weer Harten na. die Oost nam. Oost volgde zijn partner uit stekend en vervolgde met.de dertien de Harten! Zuid troefde met Schoppenboer In en West troefde niet over. doch gooide een Klavertie weg West kon nu later in- plaats van slechts één, twee troefslagen maken en Zuid ging dius één down. Nu moet u er eens goed op letten, dat Oost-West niet mogen beginnen met vier malen Harten te spelen. Doen zij dat wel, dan gooit Zuid op de vierde Harten de Klaverenvrouw weg! West maakt dan óók wel twee troefslagen, doch er wordt geen Klaverenslag door de tegenspelers gemaakt en Zuid wint zijn contract! Ben nevenvariant om dit spel down te krijgen is de volgende. West begint met órie Hartenslagen te maken en speelt dan Ruiten na: Noord neemt en er wordt ln troef gesneden zodat West aan slag komt. Nu moet West een kleine Klaveren spelen. Oost komt aan slag en Oost moet nu inzien, dat hij die laatste Harten moet trekken, waardoor West nog de Schoppen- Wen zal kunnen maken. Met open kaarten is een en ander mis schien nog niet eens zo eenvoudig, laat staan met dichte kaarten. West moet zich realiseren, dat NZ alleen down kunnen als OW drie hartenslagen, één Klaveren- dag en twee Schnrmenslecpn maken: als West Klaverenaas eenmaal binnen heeft, hindert het niet of Zuid eventueel op de dertiende Harten ee" weede Klavertfe zou weggooien want in dat geval maakt West in elk geval de downslag! Dit spelprlnclpe komt in de practijk vaker voor dan men denkt. Wel vereist het een nauwkeurige kennis van de c°rn- binaties. waarmede men kans op het nromoveren van een slag heef*- «6 partner een bijkleur doorspeelt, welke de leider dwingt tot hoog introeven. Hoe vaak gebeurt het niet. dat Zuid b.v 4 harten speelt, terwijl West harten 10.3.2 en Oost harten B-4 heeft: als Oost nu Zuid kan dwingen tot hoog Introeven vóór dat de troeven er uit zijn, maken OW vrijwel zeker een troefslag die zij nimmer zouden kriiren als Zuid de kans kreeg troeven te trekken. MIMIR.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 6