Plani op de Pyreneën
met verrassende effecten
Bfivallop:
f HET KLEINE DRAMA
de broer vati Sint Petrus
Protest-demonstraties tegen Strijdom
Jv an een klein genie..
Minou Drouet, acht jaar,
werd als een groot dichteres gevierd
We eten nog maar voornamelijk graan, rijst en aardappelen
V. S. kondigen nieuwe
proefnemingen aan
Senaatsverkiezingen in Zuid-A frika
ZATERDAG 26 NOVEMBER 1955
PAGINA S
'v~* i<>
als
„electrische
centrale
Er valt over liet onderwerp „zon in blik"
nog het een en ander te vertellen, dat
alleszins interessant is. Ten eerste al, om
dat het nauw verband houdt met onze
voedselvoorziening. Zoals we in ons
vorige artikel opmerkten, gebruiken de
planten slechts een fractie van de zonne-
energie. Ze zetten op heel verkwistende
wijze bepaalde stoffen via de zonnestralen
in voedsel om. Het grootste gedeelte gaat
verloren. Maar we mogen hier de planten
geen verwijt van maken. Immers, de zon
zelf is buitengewoon verkwistend, in zo
verre dan, dat ze een onnoemelijke hoe
veelheid energie naar de aarde zendt,
zonder er zorg voor te dragen, dat deze
haar goede gaven naar behoren verwerkt
en er dienovereenkomstig profijt van
trekt. Wat de zon ons aan electrische
energie toezendt, is ruw geschat
gelijk aan milliarden en milliarden
kilowatt-uur per jaar. Elk jaar staat de
enorme electrische centrale, die de zon is,
een overigens betrekkelijk klein percen-
tage van haar voorraad aan ons af. We
zijn er nog lang niet aan toe, er behoorlijk van te profiteren. Geen wonder eigenlijk,
dat ze zo vaak achter de wolken schuil gaat. Ze moet zich werkelijk over ons schamen,
want we zijn ten slotte ook wel een beetje haar kinderen
Observator
Handlg journaliste bracht ontgoocheling
Een Parijs uitgever, die veel furore heeft gemaakt met het trieste
boek van een achttienjarige, „Bonjour 7 ristesse van I< ranqoise
Sagan, is min of meer de dupe geworden van zijn grote succes door
als uitgever op te treden van de gedichten ener acht-jarige dichteres
uit Bretagne, die door een lid van de Academie Franqaise als een
wonderkind, ju nis n genie werd beschouwd en door hem als zodanig
werd gepresenteerd. Prof. Fasteur Vallery-Radot is niet de eerste
de beste en de uitgever aanvaardde op zijn gezag een klein
manuscript, dat een aantal gedichten van de dichteres Minou Drouet
uit Bretagne bevatte, alsmede enkele brieven. Gedichten zowel als
brieven spraken van een bijzondere geest, onverklaarbaar in een
kind van acht jaar.
Minou Drouet met haar ambitieuze moeder tijdens de pianoles.
$W*
Zonlichtvanger
De „spiegelcentrale"
op de Mont Louis
ligt zestien honderd
meter hoog in de
Pyreneeën. Er kan
een hitte van 3400
graden Celsius mee
opgewekt worden.
Dit is een spiegel van negentig vierkante meter. Hij bestaat
uit 3500 kleine spiegels, die elk in een aparte stand staan
en daarbij weer verschillende eenheden vormen.
nutten der zonne-energie derhalve
niet per sé op te lossen. Toch mogen
we ons er wel in verdiepen, al was
het maar alleen om de interessante
perspectieven er van. We zijn toch
inderdaad sinds Archimedes flink
opgeschoten. Zo deze in Syracuse
met zijn zonnespiegels de Romeinse
vloot in brand stak, wij hebben toch
de grote spiegelcentrale van de Mon!
Louis in de Pyreneeën. We hebben
hierop vroeger reeds de aandacht ge
vestigd. Nu troffen we in een buiten
lands technisch blad een uitgebreid
artikel over deze spiegelcentrale aan,
die werkelijk de zonne-energie in
blikt, omdat ze de door haar instal
laties verkregen energie condenseert
en conserveert, dus opslaat, teneinde
haar later voor bepaalde doeleinden
Natuurlijk is er voor ons een ver
ontschuldiging. Door allerlei oor
zaken komt practisch slechts een
heel zwakke concentratie van" de
zonne-energie tot ons, n.l. maximaal
0.1 watt per vierkante centimeter.
Het grootste gedeelte van de zonne-
energie wordt door de dampkring en
de aardkorst teruggekaatst, zonder
dat er veel voordeel uit getrokken
wordt. De met sneeuw bedekte, on
vruchtbare Poolkappen en de
oceanen zenden heel wat licht, dus
energie, zonder meer weg. Ze kaatsen
het terug en juist niet in de richting,
waardoor het de mensheid ten
goede zou kunnen komen.
We hebben ook reeds opgemerkt, dat
het benutten van de zonne-energie wel
licht het grootste probleem van deze met
problemen opgevulde twintigste eeuw zou
kunnen worden. Nu zullen we ons hier
niet de tolk maken van degenen, die ons
het schrikbeeld voorhouden van 'n wereld
zonder steenkool, natuurgas, olie en ura
nium (het laatste voorlopig nog onontbeer
lijk voor het produceren van atoomener
gie). Immers, in de laatste jaren zijn weer
becijferingen gemaakt over de in de aard-
schoot aanwezige voorraden van de ge
noemde brandstoffen, die volgens de des
kundigen aantonen, dat we voorlopig niet
bang behoeven te zijn, op een koude aarde
te zullen moeten bivakkeren. Er is nog
steenkool en olie genoeg. Met de urani-
umvoorraden ziet het er niet zo slecht
uit en wie weet, valt er nog niet eens
een meteoor met een grote hoeveelheid
uranium ergens op de aarde neer. Je kunt
nooit weten.. Als de nood het hoogst is,
blijkt de hulp nabij.
De deskundigen geven ons nog
honderd jaar. De twintigste eeuw
behoeft het probeem van het be
te gebruiken.
Men heeft de spiegelcentrale, zoals wij
de installatie op de Mont Louis ge
makshalve maar zullen blijven noe
men, op grote hoogte opgericht, teneinde
een maximum aan zonne-energie produc
tief te maken De constructie van de cen
trale is of hever lijkt, betrekkelijk een
voudig Ze bestaat uit twee grote spie
gels, een platte en een holle De platte
vangt het zonlicht op en kaa „stralen
holle spiegel terug, die de zonMstralen
op een punt concentreert, dat ong
meter van het centrum van de platte spie
gel gelegen is. Daar staat de z.g. oven.
De holle spiegel doet het belangrijkste
werk. Het is een heel bijzondere spiegel.
Hij bestaat n.l. uit niet minder dan 3500
kleine spiegels. Elk van deze kleine spie
gels is in een aparte stand gezet en func-
tionneert derhalve zelfstandig en daar
bij zo efficiënt mogelijk.
Alle kleine spiegels hebben een krom
ming, welke door een bijzondere werkwij
ze verkregen wordt, een technische bewer
king, waarover men liever geen nadere
mededelingen doet. Een aantal kieine spie
gels wordt weer tot een eenheid samen
gevoegd, die de opgevangen, door de plat
te spiegel teruggekaatste zonnestralen op
één punt concentreert, waardoor een
maximum aan sterkte wordt verkregen.
Het is dus concentratie op concentratie.
De installatie van de Mont Louis is mo.
menteel 's werelds gr "tste op dit gebied.
Ze ligt op een hoogte J^an zestienhonderd
meter. De platte spiegel is elf meter hoog
en dertien meter breed, terwijl de holle
spiegel een oppervlakte van negentien
vierkante meter heeft. Het is niet bepaald
een spiegeltje aan de wand! We mogen in
tussen niet vergeten te vermelden dat ook
de platte spiegel uit een mozaiek van klei
ne spiegels is samengesteld. Bij de laat
ste is evenals bij de eerste de graad van
beweeglijkheid een belangrijk aspect.
De platte spiegel, welke in zijn geheel
beweegbaar is, heeft tot taak, de zonne
stralen op de holle te richten, die als een
reflector functionneert, de opgevangen
zonnestralen zoals gezegd op 'n oven con
centreert. Deze oven is een horizontaal lig
gende, metalen tobbe, welke met grote
snelheid rondwentelt en door stromend
water wordt afgekoeld. Hij staat juist ter
plaatse, waar de weerspiegelde zonnestra
len in het brandpunt er van samenkomen.
De capaciteit van de oven bedraagt 75
kilowatt, terwijl de temperatuur er zo
waar tot 340 graden Ceisius kan oplopen....
Doordat de installatie op de Mont Louis
direct aan industriële doeleinden dienst
baar is gemaakt, brengt ze haar geld op.
Ze dient vrijwel uitsluitend voor het smel
ten van metalen. Tegen hoge temperatu
ren bestand zijnde metalen kunnen er in
versmolten worden tot metalen met een
hoge graad van zuiverheid. Door het bij
zondere procédé komt het metaal niet met
andere substanties in aanraking. Het pro
ces voltrekt zich daarbij in de open lucht,
zodat de gewenste oxvdatie vrijelijk kan
plaats vinden en ongewenste verbindingen
met koolstof en eventueel ander metaal
voorkomen worden. Op de Mount Louis
worden o.a. speciale staalsoorten, koolstof-
vrij ijzer en tevens vuurvaste, keramische
artikelen vervaardigd. De productie daar
van is aanzienlijk en in ieder geval ren
dabel. Daarom denkt men er in Frankrijk
ernstig over, naar we in ons vorige ar
tikel reeds schreven, een aantal van deze
installaties in Noord Afrika op te rich
ten en wel in de Sahara.
De spiegelcentrale heeft veertig jaar
geleden een voorganger gehad in 'n soort
gelijke installatie bij Cairo. Daar werd
een hitte van 800 graden Celsius bereikt.
Hiermede verkreeg men een capaciteit
van 70 P.K. en met deze electrische ener
gie werd een pomp in beweging gebracht
welke diende voor het oppompen van Nijl-
water ten behoeve van de irrigatie.
Omtrent de installaties voor het maken
van zoetwater uit zeewater, welke in de
Ver. Staten in bedrijf ztin, kunnen we
nog mededelen, dat er momenteel onge
veer 500 functionnneren, intussen ook
voor andere doeleinden. En wat het pro
duceren van voedsel betreft door middel
van het kweken van algen, met behulp van
zonne-energie, hierover zijn de deskundi
gen het niet eens. naar op het te Rucson
in Arizona gehouden congres gebleken is.
De voedselanalysten, welke daar 't woord
voerden, waarschuwden in de eerste plaats
voor een overschatting van de voedings
waarde van deze zeeplanten. Tegenover
wat de landbouw produceert, moeten de
algen toch altijd als inferieur beschouwd
worden. In vergelijking met suikerbieten,
suikerriet en bamboe bevatten de algen,
van welke soort ook, slechts weinig door
zonne-energie verwekte voor het mense
lijke voedsel waardevolle bestanddelen. De
hoger ontwikkelde planten zijn betere
.machines" en presteren uiteindelijk toch
meer dan de algen. Het bezwaar is na
tuurlijk, voor suikerbieten, suikerriet etc.,
dat die niet overal gedijen, terwijl voor
de cultuur van algen slechts water nodig
is.
Ofschoon men zal moeten blijven
doorgaan met het verbeteren van de
voedsel producerende, hogere plan
ten, blijft het kweken van algen
daarnaast toch altijd nog een moge
lijkheid, om de zonne-energie beter
aan het heil der mensheid dienst-
Algen, primitieve plantenvorm, die
desondanks in staat zijn, snel het
licht van de zon in voedselhoudcnde
stoffen om te zetten.
Het is weer zover. Eerste Zondag
van de Advent. „Tijd", om St. Paulus'
woord te gebruiken „om op te staan.
Immers de nacht loopt ten einde en
de dag breekt aan".
Weer gaan we ons bij de aanvang
van het nieuwe „Kerkelijke Jaar" op
maken en ons op de komst van de
Heer voorbereiden.
De Zondag van morgen is derhalve
werkelijk een dag met de aparte in
slag van bezinning. Tenminste, wan
neer we wensen te behoren tot de
groep der daad-christenen, wien het
geestelijk „hogerop" ernst is. Deze
ernst eist een telkens herbeginnen.
Zonder deze ernst heeft het leven
weinig zin. Maar onder de overmach
tige invloed van aardse aangelegenhe
den wettigt de houding van een groot
deel van het mensdom de indruk, dat
we voor hier inplaats van voor de
eeuwigheid zijn geschapen. Het tijde
lijke wordt met perfecte eeuwigheids-
zorgen omgeven, aan het eeuwige doen
we tijdelijk wel eens wat.
In dit opzicht komen vele katholie
ken, die het eigenlijk goed moesten
weten en doen, schromelijk tekort.
De Kerk houdt ons daarom zeer te
recht elke week figuren voor die voor
beelden kunnen zijn van toepassing
van de leer van Christus. Want om de
toepassing gaat het tenslotte.
Een merkwaardig voorbeeld in de
eerstvolgende dagen, is St. Andreas,
broer van St. Petrus.
In het evangelie van de vigilie-dag
van deze apostel lezen we
baar te maken. Het verbeteren en
veredelen van voedsel producerende
planten staat voor het overige in een
groot deel van de wereld nog in de
kinderschoenen. Van de ongeveer
een derde millioen planten op onze
aardbol beeft de mens er tot dusver
nog slechts ongeveer drieduizend
aan de voedselproductie dienstbaar
weten te maken. Ongeveer honderd
daarvan brengen voldoende op, om
er een wereldstapelproduct van te
maken. Feitelijk verkrijgt de meer
derheid van de wereldbevolking
haar voedsel uit de vruchten van
slechts een twaalftal soorten. Deze
twaalf omvatten graan en rijst, aard
appelen en de daaraan verwante
cassave en voorts bonen, de banaan
en de cocosnoot.
Nog heden ten dage put zestig procent
der wereldbevolking ongeveer 80 pet. van
haar energie uit één product van een plant
de rijst, die aldus de helft van de door
het mensdom geproduceerde energie voor
haar rekening neemt
Dr Mangelsdorf van het biologisch la
boratorium van de beroemde Harvard
Universiteit, drong er daarom op aan. de
zonne-energie vooral te exploiteren door
de verbetering van de soorten, speciaal
via de mutatie en het kweken van z.g.
bastaardsoorten, waarmede vooral met het
graan in de Verenigde Staten reeds veel
bereikt is. De Sovjet-Russische geleerden
en landbouwdeskundigen, die onlangs een
reis door de voornaamste landbouwgebie
den van de Middle West ondernamen ston
den verbaasd over hetgeen hun getoond
werd en ze hebben tal van monsters mee
genomen, om hun eigen graan te kunnen
veredelen en de voedselwaarde er van op
te voeren. Een Engels deskundige, Dr
Norman Pirie van het Landbouwkundig
Laboratorium te Harpenden, in Engeland,
verklaarde dezelfde mening te zijn toege
daan. Ook hem leek het niet verstandig,
zich op de algen dood te staren. Er be
staan immers al enkele uitstekende „cen
trales" in de natuur. We hebben in ons
vorige artikel de koe aangehaald, op ge
zag der deskundigen. Nu doen we dit ten
aanzien van de suikerbiet. In een land
als het onze, waar niet bepaald in zonne
schijn gebaad wordt, zijn de dure installa
ties, welke in de Verenigde Staten voor
het kweken van algen in gebruik zijn, nog
al riskant. We zullen vermoedelijk beter
doen, het bij onze suikerbieten te houden!
We willen inmiddels nog even uitwei
den over het proces, waarmede de plan
ten de zonnestralen doeltreffend weten te
benutten. De wetenschap noemt 't „photo-
synthese". Het eerste woord is afkomstig
van het Griekse „photos" ofwel licht. Het
woord synthese is duidelijk genoeg. Via
de photosynthese zetten de planten orga
nische verbindingen om. Ze hebben dit al
sinds het ontstaan van de aarde gedaan
en juist onze voorraden steenkool bewij
zen, hoe doelmatig ze het deden. Het is
bekend genoeg, steenkool en ook olie zijn
producten van planten, variërend van zee
algen tot woudreuzen. En ofschoon de
planten heden ten dage dan slechts 1 pet.
van de zonne-energie efficiënt verwerken,
ze produceren toch 300 millioen ton
organische materie per jaar. En hierbij
is het chlorophyl, de stof, die aan de plan
ten hun groene kleur geeft, de „agens"
ofwel het werkend bestanddeel. De op
slorping van het zonnelicht door het chlo
rophyl stelt de planten in staat, uit kool
zuur en water suikers te vormen, die de
grondstoffen zijn voor alle organische mo
leculen. zo lazen we dezer dagen in het
Novembernummer van „De Essobron",
waaraan nevenstaande illustraties ont
leend zijn. Men weet voor het overige nog
niet precies, hoe het chemische proces
werkt. De electrische centrale, genaamd
plant bewaart nog enkele geheimen.
Senator Clinton Anderson, voorzit
ter van de Amerikaanse Congrescom
missie voor atoomenergie, heeft gis
teren verklaard, dat de V.S. van plan
zijn het volgend jaar in het gebied van
de Stille Oceaan „zeer belangrijke
proeven met waterstofwapens te ne
men.
In antwoord op de vraag, of de V.S.
de proeven met waterstofbommen
moeten voortzetten in verband met de
bekendmaking deze week, dat de Sow-
jet-Unie haar grootste kernontplof
fing tot dusver heeft teweeg gebracht,
zeide Anderson: „Ik hoop, dat wij met
deze proeven en met onze huidige
plannen om het komende voorjaar in
het gebied van de Stille Oceaan enkele
zeer belangrijke proeven te doen, voort
zullen gaan".
De Zuidafrikaanse oppositieleider
Strauss, voorzitter van de Verenigde
Partij, is gisteren samen met zijn aan
hangers uit het college getreden, dat
nieuwe senatoren voor Transvaal
kiest.
Strauss verliet het kiescollege bij
wijze van protest, nadat de voorzitter
van het college, de gouverneur van
de provincie Transvaal, bepaald had,
dat er geen redevoeringen mogen wor
den gehouden, daar hierdoor de proce
dure zou worden gerekt.
Volgens de oppositieleider staat de
uitslag van te voren vast, daar de
regeringspartij, de nationale partij, de
meerderheid in het college h^eft. Nu
er geen redevoeringen mogen worden
gehouden heeft het geen zin, dat de
oppositie langer blijft, aldus Strauss.
Twee kleinere oppositiepartijen, de
socialisten en de conservatieven, heb
ben de verkiezingen geboycot.
Premier Strijdom heeft na de stap
van Strauss zijn teleurstelling geuit
over het „schandalige gedrag" van de
leider van de Verenigde Partij.
Inmiddels zijn gisteren in de vier
provincies Transvaal, de Kaappro
vincie, Natal en Oranje-Vrijstaat
en in Zuidwest Afrika 67 senatoren
aangewezen. Volgende week zal de
regering er nog achttien benoemen.
Met de vier senatoren, die de belan
gen van de naturellen vertegenwoor
digen,. zullen het er in totaal dus 89
zijn, in vergelijking met 48 leden in de
oude Senaat.
Men mag aannemen, dat 77 zetels
door de Nationale Partij zullen wor
den ingenomen, terwijl de overige
twaalf door aanhangers van de Ver
enigde Partij zullen worden bezet.
Tn de oude Senaat had de partij van
oremier Strijdom slechts 28 zetels.
Door de vergroting van het aan-
il leden van de Senaat krijgt de
'ationale Partij de benodigde twee-
erde meerderheid voor een grond
wetswijziging, die het plaatsen van
de kleurlingen op een aparte kie
zerslijst mogelijk zal maken.
Leden van de „Vrouwenliga ter be
scherming van de grondwet" hielden
in Pretoria en andere steden „zwij
gende" protestacties tegen wat zij
noemen het „ten grave dragen van de
constitutie". Van het paleis van jus
titie in Pretoria woei gisterochtend
een zwarte vlag met een doodskop, die
evenwel spoedig door de Zuidafri
kaanse vlag werd vervangen.
de blik op Jesus, Die voorbijging,
zeide hij Zie het Lam Gods. En de
twee leerlingen hoorden Hem spre
ken en gingen Jesus achterna.
Andreas nu, de broeder van Simon
Petrus, was een van de twee, die dit
van Joannes hoorden en Hem ach
terna gingen. Deze ontmoet eerst zijn
eigen broer Simon, en zegt hem
We hebben de Messias (d.i. Chris
tus) gevonden. En hij leidde
hem tot Jesu s".
Hoe vaak horen w ij niet in Paus,
bisschoppen en priesters de Chiistus.
Doch aan hun vermaan of aansporing
gevolg geven? Geen interesse, geen
tijd.
En wat d o e n w ij, die ook de Chris
tus hebben gevonden? Van een bren
gen naar Hem door woord, voorbeeld
en gebed is ook zo vaak weinig sprake.
Wat een geestdrift en wat een vreug
de bij St. Andreas over zijn ontmoe
ting met de Christus.
Wat weinig diepte, wat weinig, fel
heid in ons geloof. Welk een verschil
ook met die andere heilige van de
week, St. Franciscus Xaverius, patroon
der missionarissen. Hij doorkruiste een
half werelddeel. Wij zuchten al bij een
gulden voor een der Pauselijke Mis
siegenootschappen.
Helaas, men kijkt ons het geloof niet
van het gelaat, nog minder blijkt het
uit onze daden.
Maar wat niet is, kan komen.
Morgen begint, gelijk reeds in het
begin werd geschreven, een nieuwe
periode. Zoek de Christus en breng an-
deren bij Hem. De rest is niet zó be-
„In die tijd stond Joannes daar langrijk. Doch dat zien zeer velen pas
met twee zijner leerlingen. En met in op hunsterfbed.
De uitgever liet ze drukken. Niet meer
dan vijf honderd exemplaren, die alleen
aan litteraire critici en belangstellen
den in de letterkunde werden toe
gezonden. En enkele litteraire bla
den kwamen met bewonderende recen
sies. In de „Nouvelles Litteraires" schreef
de bekende criticus Robert Kemp, dat de
gedichten van Minou Drouet de geboorte
van een genie voorspelden. In het week
blad „Combat" schreef een andere criti
cus vol bewondering: ik zal hier geen
oordeel geven over het geniale in deze
gedichten. Voor mij is dit kind de oud
ste kindergeest ter wereld. Maar in een
ander blad „La Nation Francaise" schreef
de auteur van de best-seller „Les Aristo-
crates" Michel de Saint Pierre: Kind,
ga toch liever met je poppen spelen..
Vermoedelijk nog onder de indruk van
het succes van de achttienjarige Fran-
coise Sagan die met haar boek enkele
millioenen verdiende begon het grote pu
bliek zich voor de kleine dichteres Minou
Drouet te interesseren. Toen maakte de
boulevardpers zich van haar meester. Er
verschenen lange artikelen over haar.
Het kan niet ontkend worden, dat ze op
een bijzonder handige manier geïntrodu
ceerd werd. Daar was ten eerste de ge
heimzinnigheid ontrent haar afkomst en de
plaats waar ze woonde. Ergens in Bre
tagne. land van poëtische zielen. Niemand
kon haar verblijfplaats te weten komen.
De kleine dichteres mocht niet in con
tact komen met het profane gewoel van
de gewone wereld..
Wat er over haar verteld werd was
voldoende om menige sentimentele ziel
tot tranen toe te roeren. Minou Drouet
was een wees, kind van ouders, die na
de oorlog gestorven waren. Ze hadden de
naweeën er van niet kunnen overwinnen.
Een pleegmoeder had de kleine fijnbe
snaarde wees uit het donkere, van liefde
verstoken weeshuis opgehaald en met gro
te tederheid omringd. Toen was opeens de
poëzie opgebloeid. In haar schoolschriften
Na het interview bleef Michèle Per-
rein in het dorp en informeerde daar en
in de omgeving naar Madame Drouet
en de kleine Minou. Ze kreeg nogal zon
derlinge informaties. Niemand had er
ooit gehoord, dat de kleine gedichten
maakte. Op school blonk ze niet uit. Het
was een wat stil, maar aardig meisje.
Meer wisten de dorpelingen niet over de
grote dichteres te vertellen.
Michèle Perrein toog ook naar Rennes
waar ze sprak met de coadjutor van de bis
schop, die volgens Madame Drouet Minou's
geestelijke promotor zou zij ngeweest. Het
bleek dat de coadjutor zelfs nooit van
Minou Drouet gehoord had.. En zo ging
het door. Een tweede interview bracht
de beslissing. Madame Drouet viel door
de mand, nadat Minou bij 'n ondervraging
duidelijk blijk had gegeven sommige ge
dichten uit het hoofd te hebben geleerd
zonder er ook maar iets van te begrij
pen.
En.. Michèle Perrein kon op een sen
sationeel bericht bogen en te Parijs
steeg sommige critici het schaamrood
naar de kaken. Intussen zo groot was
de belangstelling van het Franse publiek
voor de kleine dichteres, dat velen Mi
nou geld stuurden en een Amerikaanse
impresario was zelfs met een aanbie
ding gekomen voor een contract van vijftig
duizend dollar om in Amerika een tour-
née te maken. Hij trok het aanbod na
het bericht van Michèle Perrein niet
eens in. Ten slotte, zei hii. is Minou een
aardig klein blond meisje, dat in Ame
rika veler harten vertederen zal, alleen
al omdat het de hoofdpersoon in een
klein drama van ijdelheid en zucht naar
roem is geweest.
K.H.
schreef de kleine Minou gedichten welke
direct de bewondering van haar pleeg
moeder opwekten, een lerares in Rus
sisch, Duits en wiskunde.
Pleegmoeder Drouet zocht contact met
erkende letterkundigen en het resultaat
was, dat de gedichten van de kleine Mi
nou bij de uitgever op tafel kwamen.
Inmiddels ontstond er een heftige pole
miek in de Franse pers. Wie was Minou
Drouet? Waren de gedichten werkelijk
van deze acht-jarige? Het antwoord werd
gegeven door een vrouwelijke journalist
een verslaggeefster van het damesblad
j-.Elle", Ze wist van de uitgever los te krij-
vgen waar Minau Drouet woonde en ging
op speurtocht uit, vergezeld van een fo
tograaf. Het tweetal arriveerde versto
len in het dorpje Le Pouliguen en slaag
de erin madame Drouet over te halen
een interview toe te staan. Dit ging na
tuurlijk tegen de tot dusver gevolgde me
thode van geheimzinnigheid in. De jour
naliste Michèle Perrein had zich terdege
gewapend. Ze kende de gedichten van Mi
nou uit het hoofd en was er persoonliik
van overtuigd, dat ze niet door een kind
konden zijn gemaakt, evenals de brie
ven waarin Minou o.a. over muziek van
Bach sprak als over „een boom, die zijn
hoge takken in de hemel steekt, waar
ze tot twee bloedige handen worden".
Toen Madame Drouet er tenslotte In
toestemde Minou door de journaliste te
laten ondervragen had ze feitelijk al het
pleit verloren. Michèle Perrein meende
reeds ontdekt te hebben, dat het kind he
lemaal onder de suggestie van de nogal
gedecideerde en volgens haar ijdele en
heerszuchtige pleegmoeder stond. Minou
antwoordde slechts op vragen na een
geruststellend knikje van Madame Drouet.
Ze bleek een meisje, dat niet over een
al te grote intelligentie beschikte en bo
vendien lange tijd bijna blind was ge
weest. Haar poëtische uitingen zouden
door een emotionele schok veroorzaakt
zijn.