IflTEROfl VOOROOMG .«S ID •v.»r A6BHJON W QUO Het gouden toneeljubileum van Aaf en Herman Bouber Meteoor aan de avondhemel Het bezwaar van parenwedstrijden EET GRABBELTONN DE HEILIGE VAN DE WEEK m Bridgerubriek Onderscheiden met de gouden eremedaille der hoofdstad Mathias Kempprijs voor G. Smits Byrd naar de Zuidpool Letterkundig Museum .V.V. «V.VW ■■■mom* s o a o m m a a a m v ,'.V.V 27 Nov.: Begin van de H. Adventstijd m w Ongerijmdheden Nederland-puzzle ZATERDAG 26 NOVEMBER 1955 PAGINA 6 INDIA KOOPT STAAL IN COMMUNISTISCHE LANDEN AFWIKKELING GELD- ZUIVERING Termijn met vijf jaar verlengd m mvjaj JL r~w v jü m f m m m o m m m s? a n m mjo n a o mm 'o. m a es r cs cs ba o i m m CS m m m o m cs ss a cs no o. |J mm mm 1. X 2. X 3. X 4. X 5. X 6. X 7. X 8. X 9. X 10. X Omschrijving COKHKSMMIWNÏ IR- 4fiKE8i BUS1BUS 8, HILVERSUM (Van onze Amsterdamse redactie) „Van Amsterdam aan de Boubers". Dat staat gegraveerd in de gouden eremedaille van de hoofdstad, waarmee de Amster damse wethouder van onderwijs, kunsten en wetenschappen, mr A. de Roos, gister avond het echtpaar Aaf en Herman Bou ber heeft onderscheiden wegens „de grote verdiensten die het zich In de afgelopen vijftig jaar voor het volkstoneel heeft ver worven". zijt beiden een voorbeeld van wat oorspronkelijke amateur-tonelisten als beroepsacteurs kunnen bereiken". De Mathias Kempprijs, die in 1951 op Initiatief van de Limburgse schrijver Ma thias Kemp in het leven werd geroepen met het doel „de schone letteren m de Limburgse zusterprovincies aan weerszij den van de Maas te stimuleren en te be vorderen" wordt voor de tweede maal uitgereikt. De mededinging was uitslui tend opengesteld voor dichters. De jury heeft de prijs toegekend aan de heer G. Smits, Maastrichtenaar van geboorte en thans wonende te Eindhoven, voor een bundel van onuitgegeven ge dichten. Een eervolle vermelding, waar aan een aanmoedigingsprijs is verbonden, ^verwierven de bundels „Met aarden vin- gers" van L. Herberghs te Heerlen en „Verzen" van P. van de Loo te Genk in België. De bekroonde bundel zal binnen kort (bij „de Windroos" te Amsterdam) het licht zien. De prijsuitreiking door de stichting Mathias Kempprijs zal in sa menwerking met de culturele raad van Belgisch Limburg geschieden te Hasselt op Zondag 11 December. Zo huldigde mr De Roos de Böubers na afloop van hun optreden in „Zeemans vrouwen" een toneelspel van Herman Bouber (die eigenlijk Herman Blom heet) waarvan gisteravond in Carré na vele jaren weer een reprise werd gegeven. De heer K. Wunnink, directeur van het theater Carré en voorzitter van het werk comité dat zich ter gelegenheid van het gouden toneeljubileum van de heer en mevrouw Bouber heeft gevormd, bood de „vertolkers van wat er onder het volk leeft" een enveloppe met inhoud aan. in houdend de bijdragen van de talloze be wonderaars de recette van de avond en een bedrag ter grootte van de zaalhuur De jubilarissen zaten op de hen zo Ver trouwde Bühne te midden van een keur van bloemstukken en hun o.a. geschonken door burgemeester en mevrouw d Anly, die ook bij de „première" aanwezig was. en door vele toneel-collega's. De voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Schouwburgdirecteuren, de heer H. Deinum. deed het echtpaar of- ficieel weten van de tournée. die de Bou bers in de komende weken op uitnodiging van de organisatie langs vele theaters in den lande zullen maken met hun „Zee mansvrouwen".. Nog vele andere sprekers uitten allen hun grote vreugde over de hernieuwde kennismaking met „hen, die hun publiek zovele jaren toneel geboden hebben dat dicht bij het leven staat" „O ja, zo was het" had wethouder De Roos het uit 1923 daterende spel „Zeemansvrouwen" in zijn toespraak betiteld. Op de twee hoofdrolspelers, Aafje als Manke Mie en Herman, die ook de regie had als Lodewijk de Bruin, was deze verleden tijdsvorm echter niet van toe passing. De zeventig-jarige, maar nog al tijd ongelooflijk vitale mevrouw Bouber vervulde haar rol namelijk met een spon tane ongekunsteldheid, en ook haar man had zich in de sfeer van zijn stuk hele maal weten in te leven. Dit in tegenstel ling tot de andere acteurs en actrices, al len leden van het Volkstoneel De Toneel vereniging. die ontgroeid bleken te zijn aan de tijd waarin „De Jantjes" en „Zee mansvrouwen" volle zalen trokken. De toeschouwers brachten het echtpaar Bouber ovatie na ovatie en ze hadden de jubilarissen geen beter huldeblijk kun nen aanbieden De regering van India heeft onlangs 40.000 ton afgewerkt staal in de Sovjet- Unie besteld en er wordt nog een order voor 60.000 ton in dat land geplaatst. Ver der worden onderhandelingen gevoerd met cimmunistisch China-over de aankoop van ongev. 30.000 t. staal op ruilbasis. Soort gelijke besprekingen worden met een aan tal andere landen gevoerd. Onlangs kwam een transactie voor levering van staal met Tsjeehoslowakije tot stand. Een woordvoerder van het ministerie voor handel en industrie te New Delhi verklaarde, dat India aoeilijkheden onder vond bij de levering van staal door zijn traditionele leveranciers, het Ver. Ko ninkrijk en de Ver. Staten, door de drin gende binnenlandse behoeften van deze landen. Naar men zeide vroegen deze beide landen hoge prijzen, die naar be weerd werd ontstonden door de loonsver hogingen in de staal- en kolenindustrie- ën. Schout-bij-nacht Richard Byrd, de Amerikaanse poolvorser, heeft op een persconferentie verklaard, dat de nieuwe bases, die door een Amerikaanse vloot- expeditie in het Zuidpoolgebied zullen worden opgericht, van grote strategische waarde kunnen worden. Byrd is op weg naar Nieuw-Zeeland, om zich daar bij de expeditie voor de .Operatie Diepvries" te voegen. „Wanneer het Panamakanaal in oorlogstijd onbruikbaar gemaakt mocht worden", zo zeide Byrd „zou men om Zuid-Amerika heen de Grote Oceaan moeten bereiken. De uiterste punt van het Zuidpoolland ligt op 300 mijl afstand daarvan. Dat gebied moeten wij onder .controle hebben voor de verbinding om Kaap Hoorn", aldus Byrd. De Sovjet- Unie richt bases op in een uitgestrekt ge bied, waar nog weinig of geen exploratie is verricht. Zoals bekend heeft Radio-Moskou on langs medegedeeld, dat twee Russische schepen spoedig met een expeditie zou den vertrèkken voor het verkennen van een gebied tussen Queen-Maryland, Wil helm 2-land en de Zuidpool, als Sovjet- russische bijdrage aan het internationale onderzoek in het geophysische jaar. Het Nederlands letterkundig museum en documentatiecentrum, dat in het oude stadhuis van 's Gravenjiage aan de Groen, markt is gevestigd, beschikt hier sedert enige weken over meer ruimte. Dit heeft het mogelijk gemaakt de uitgebreide ver zamelingen van het letterkundig museum, die zich grotendeels nog in het gemeente archief aan het Rijswijkseplein bevonden, naar de Groenmarkt te doen verhuizen. Om volledig als museum werkzaam te kunnen zijn zal het letterkundig museum de .verbouwing van het oude stadhuis moeten afwachten. Maar van 2 Januari a.s. af zal de instelling, althans als docu mentatiecentrum, voor het publiek ge opend zijn. Vorige week signaleerde de dagbladpers een opvallende figuur aan de avondhemel: een meteoor. Ons eigen dagblad meldde „een fraai schouwspel, bewonderd na zonsondergang". Een Engels schip nam n.:t waar; een vliegveld, e.v.a. Zelfs boven Parijs maakte de meteoor de aandacht gaande. Een en ander bracht ons op het idee iets naders over meteoren te vertellen. Bij de Tweede Kamer is een nieuw wetsontwerp ingediend tot verlenging met vijf jaren van de termijn binnen welke verzoeken kunnen worden gedaan om over tegoeden op renteloze rekening bij het agentschap van het Ministerie van Finan ciën te mogen beschikken. Dit wetsont werp vervangt het eerder hieromtrent reeds in de Staten-Generaal behandelde ontwerp, dat evenwel niet op tijd het Staatsblad kon bereiken. In het thans in gediende ontwerp is een artikel opgeno men, waardoor aan de wet terugwerkende kracht zal worden verleend tot 20 October 195S. r ,v-SFS>W,- - *V No. 2085, 26 November 1955. Redacteur: G. J. A. VAN DAM. Vossiusstraat 18 b, Amsterdam-Z. Alle correspondentie aan dit adres. Bij vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel voor antwoord insluiten. VOOR ONZE LADDERWEDSTRIJD Ter oplossing nogmaals vier vraag stukken van Franse grootmeesters in het wedstrijdspel uit de jaren, vóór de we reldoorlog. De standen munten ook thans weer uit door natuurlijke opstel ling en schUnen zó uit de partij te zijn genomen. De oplossingen worden gaar ne vóór 7 December a.s. tegemoet gezien aan het boven deze rubriek genoemde adres NO. 3254. Maurice Raichenbach Q O m No. 3255. Isidore Weiss. Stand: Zw. 7, 9 12. 16. 19, 23. 27, 31. Wit 33, 34, 38, 41 42, 44, 47, 48. Wit sp, en wint. No. 3256. Marius Fabre. Stand: Zw. 2-5, 7 8 11-14, 18, 19. 24 35. Wit 16, 21 25, 26, 28, 30, 33', 37-39. 42, 43. 47, 50. W. sp. en w No. 3257. Stanislas Bizot. m <m m w- w. M wiï m W Zw. 3, 6, 8, 11, 15 21. 24, 25, 27, 35 Zw. 28. 33, 38, 40.' 42-46, 50. Wit sp'. en wint. Stand: Zw. 3, 8-10 13, 14, 16, 17, 19. 20, 24-26. Wit 28, 30. 31, 33-39, 45. 48, 49. Wit sp. en w. IETS OVER CONSTRUCTIE MOTIEVEN (3). In aansluiting op de reeds in de vorige rulbrieken gepubliceerde „bohémiens onder de constructie-motieven thans al lereerst nog een verlengd waterval-mo tief. Dit is wel frappant, maar voor mijn gevoel toch al te gecompliceerd. No 8. Wit 22, 32. 34, 35, 44, zw. 28, 29, 30. 39, 40 Wit 35x33. (v, Dam, 1938). Vervolgens nög een „bastaard"water- valletje, dat innerlijk slechts ten dele weergeeft wat het zuivere watervalletje bevat, namelijk; No 9. Wit 33, 34. 35, 43, zw. 29, 30, 39. 40 Wit 33x24. (v. Dam, 1938), Hier kan schijf 43 niet op 45 staan aangezien dan een bij-oplossing mogelijk is door 34x25, terwijl wit ook zou moeten winnen door 35x24. Plaatsen we de witte schijf 43 op 25 dan wint zowel 34x45 als 33x24. Dit is vonden, dat de probleem-componisten kan interesseren Daar is bijvoorbeeld het „Parallel-motief", een verlengd vierkant je. als volgt: No. 16. Wit 29, 40, 50. zw. 33, 44, 45. Z.a.z. (v. Dam, 1937), Ook van een zogenaamde „bril-stand" kan men door combinatie iets geestigs construeren, zoals in no. 17. No 17. Wit 24. 25. 34, Zw. 20, 29, 30. Z.a.z.' (v. Dam, 1935). Hier zien we twee tegen elkaar geplakte „brillen". Met an derhalve bril is ook Iets nieuws te krij gen, namelijk: No. 18. Wit 38, 39, zw. 32, 34, 43. W.a.z. (v. Dam, 1938). Als we dit draaien en van kleur laten verwisselen krijgen we een ontdekking van de heren A. Pol man en G. Mantel, die als het „Pvra- mide-motief" bekend werd in; No. 19. Wit 38. 47. 49. zw. 42, 43. Z.a.z. Hierbij kan ook nog een schijf op 43 wor den toegevoegd, terwijl het eveneens mo gelijk is 38 te laten vervallen of te ver wisselen met een zwarte schijf. Komt er een zw. schijf op 38 en een zw. dam op 48 dan krijgen we het oer-oude, klassie ke opsluitmotief: zw. 38. 42, 43, dam 48, evit 47. 49. Z.a.z. Interessant is hierbij ook no 20. No. 20. Wit 8, 47, 49, zw. 38, 42, 43. Wit a.z. Naar aanleiding van deze motieven vond ik nog: No. 21. Wit. 8, 27, 29, zw. 22, 23. W.a.z. (v. Dam, 1937). Hierin is de topschijf van de driehoek dus twee rijen hoger ge plaatst. Als we hiervan de kleuren ver wisselen (en dat verwisselen van kleur is Iets, waarmede de componist altijd even goed rekening moet houden als met de mogelijkheden, die „spiegelen", draai en of verdubbelen kunnen opleveren. Dit kan soms tot interessante vondsten voeren.) krijgen we no. 22. No 22. Wit 22, 23, zw. 8. 27, 29. (v. Dam, 1920). Z.a.z. De driehoek-positie, die we in no. 19 zagen leidde voorts tot de ontdekking door G. Mantel en mij van het „Linie"- motief. Deze linie kan langs de gehele horizontale rij 41-45 en 46-50 worden verlengd, terwijl zij tegelijker tijd ge heel of ten dele aan de overzijde van bord, dus van 1-5 en 6-10 kan voorko men Een z.g, tweeling-motiefstand dus. Dit gaat bijvoorbeeld met no. 23. No. 23. Wit 48, 49, ^50, zw. 43, 44. 45 (eventueel met een zw. schijf op 25). W. a.z. Als we verder zoeken en de driehoe ken neties aan elkaar passen komen we tot een vierhoek-stand. No. 24. Wit 19. 20, 29 30. zw. 14, 23, 25, 34. Wit 20x9, 23x3, 30x39 (v. Dam, 1924). Hieruit ontstond de zogenaamde ..Magi sche Ruit" waarin zwart aan zet is, maar in alle varianten verliest. Men controlere het eensl No. 25, Wit 13, 22, 23, 24, 33, zw. 18, 19, 28, 29. (v. Dam, 1924). Als we deze stand uitdunnen en vier witte schijven ver wijderen kan no. 26 ontstaan, waarop door de heer A. de Graag enige mooie vormgevingen zijn gemaakt. No. 26. Wit 25, zw, 19, 20, 29. 30. W.a.z. (v. Dam. 1924). (Zaterdag 26 November 1955). Schaakredacteur P. A. Koetsheid, Huize St. Bernardus, Sassenheim. No. 7341. A. F. C. v. d. Linden Zeist eerste plaatsing mat in 2 zetten. De problemen van deze weck. Met No. 7343 brengen we vermoedelijk de laatste bekroning van de „B. C. F.", dit jaar onderscheiden. Onze beide twee- zetten zijn goede eerste publicaties, waar van de oplossing niet zo ingewikkeld is Oplossingen over drie weken. Probleemoplossingen No. 7332. C. Groeneveld, Opl. 1. De3—a7: dreigt 2. Da7—b8. tt- No. 7333. A. F. C v. d Linde. Opl. 1 Pd3e5 dreiging 2. Fe5f7. tt. No. 7334. G. H. Drese. Opl. 1. f6f7 dreigt 2. Tb5t en 2. Te6t. 1.Pb4 2. Tb4: t enz. 1. Td3 ad lib. 2. Te6t enz. 1Pe7 2. Th6: t enz. 1Pf4 (f5—f4) 2. Tf6t enz. Goede oplossingen Deze drie problemen werden goed op gelost door P. Baas, Lutjebroek; L. M. v. D. te Maassluis; P. M, Dekker, Rotter dam; J. Dickhaut, Nijmegen; L. M. Hage- man, Den Haag; F. Pijls, Maasbracht; Paul Raschdorf, Hannover; C. v. d. Weide Rotterdam; F. U. J. H. Witte, Rotterdam No. 7332 en 7334 door W. H. Haring, Schipluiden. No. 7332 en no. 7333 door dr mr R. Bromberg, Roermond; H. H. Jansen, Bre da: B. Kouwenhoven, Rotterdam; H. Lin- nebank, Den Haag. Nagekomen oplossingen J. Dickhaut, Nijmegen, alle behalve No. 7329. H. A. Jansen, Breda No. 7327 en 7328. H. Linnebank, Den Haag No 7328. Correspondentie L. M. v. D. te M. Zoudt. U ons uw adres niet kunnen geven. Het is soms prettiger als we u persoonlijk kunnen schrijven, dan wanneer we dit in de ru briek moeten doen. J. D. te N. In no 7329 volgt Op 1. De5, Pf7: en na 2. Df4, PeRtt en de witte ko ning kan naar c5 uitwijken. No. 7330 is in orde. Ziehier de opl. 1 Pp3 dreiet 2 0624 ab2: tt. Speelt zwart 1. Kb4t volgt 2. Kd2 en zwart heeft niet anders dan Ka4 tt- We hopen dat u nu overtuigd bent. in no. 10 dat hieronder volgt, voorko- No. 27. Wit 23, 25, zw. 19, 20, 29, 30 !-J-~ Z.a.z. (v. Dam. 1924). Deze stand kan al leen tijdens de probleem-afwikkeling winnend worden gemaakt en daarom men, maar toch is ook dit, evenals ieder der daarna nog volgende vijf construc ties slechts als een der vele afspattende druppels te beschouwen, die de „water- wordt het motief beter als we ook hier val" verstuift No. 10 Wit 25, 33, 34, zw. 29, 30, 35, 39, 40. Wit 34x45. (v. Dam, 1938). No. 11. Wit 23, 25, 33. 34. zw. 29, 30, 35, 39, 40, wit 34x45. (v. Dam. 1938). No. 12. Wit 23. 24, 33, 35, zw. 29, 39. Z.a.z. (v. Dam. 1936). No. 13. Wit 23- 25, 33. zw. 29, 30. 39 Z a.z. (v. Dam, 1936). No 14. Wit 33, 35 45, zw. 29, 30. 39. 40. Wit 45x23. (v. Dam, 1933). No 15 Wit 27, 28 29, 39, 49 zw. 32, 33. 84, 44. Wit 27x38. (v. Dam, 1937). Bij het zoeken naar andere mogelijk heden, die uit het „Paard van Troye", het „Vierkantje" van v. Meer en het .Watervalletje" kunnen voortspruiten Z.a.z. In deze beide motieven kan na de kleuren verwisselen. Bijv. wit 18. 19, 28. 29, zw 22 24. 25 Wit a.z -(v Dam. 1937). Een typisch motief is ook nog het vol gende van S E. v. d. Meer dat op een onvolledig watervalletje gelijkt, maar dit beslist niet is omdat wit niet begint met slaan en de schijven niet tegen maar van elkaar af, dus uit het figuur, slaan. No. 28. Wit 14, 24 33, zw. 20, 29, 30. Z.a.z. (v. d. Meer. 1915), Van dep Meer heeft ook veel aandacht geschonken aan de volgende motieven, evenals Gortmans: No. 29. Wit 23, 35, zw. 19, 29 30 Z.a.z. No. 29 A. Wit 23. 35. zw. 18, 28. 30. No. 7342. L. C. WILLEMSENS, Utrecht le plaatsing mat. tn 2 zetten No, 7343. P. A. KOETSHEID, Sassenheim 5e eerv. verm. 78e tournooi B. C. F. afd. 3-zetten. Hjke variaties zijn er meer te vinden, bijv in de volgende standen; No 30. Wit 23, 25. 35. Zw. 19. 20. 29. 30. Wit a.z. No. 31. Wit 23 25. 35, zw. 18, 20, 28, 30. Z.a.z. Hierbij zijn nog weer variaties moge lijk, waarin nog een zw. schijf kan wor den gemist en de stukken niet geheel symmetrisch ten opzichte van elkaar staan. Het principe wordt daardoor niet aangetast, zoals we in de volgende ru briek zullen zien. heb ik in de loop der jaren nog veel ge- tuurlijk schijf 35 ook op 15 staan. Derge- eerste der 6 zittingen onderaan op de 10e Er zijn nogal wat sterke spelers, die een I plaats stonden. Toen het tournooi was zekere afkeer hebben van parenwedstrij-afgelopen stond dit vermaarde paar op de den. Zij zijn van mening, dat de daarbij tweede plaats! Zou de gehele wedstrijd gebruikte telling het in de hand werkt, dat de geluksfactor een overwegende in vloed gaat spelen. Nu hebben de parenwedstrijder welke b.v. in de meesterklasse van de Neder landse Bridgebond gespeeld worden en waarvan de A-klasse bestaat uit 10 tot 12 paren, aangetoond dat teder jaar opnieuw dezelfde spelers de hoge plaatsen bezet ten. Dit bewijst natuurlijk al, dat de ge luksfactor niet zó groot is dat de zwakkere spelers bovenaan zouden kunnen komen, doch anderzijds wordt er zeker niet door bewezen, dat het sterkste paar ook Inder daad de winnaar van het jaarlijkse tour nooi is geworden Wij herinncen ons een jaar, waarin de ge-br, Goudsmit in deze parencompetitie meespeelden en na de dus uit slechts éér, zitting bestaan hebben, dan zou „men" ongetwijfeld gezegd heb ben dat de Goudsmits niet meer zo goed spelen als vroeger en a's het tournooi Innlaats van uit 6 zittingen uit 10 of meer zittingen zou hebben bestaan, wsf er een grote kans geweest dat de heren de kam pioenstitel gewonnen zouden het ben! Uit dit laatste volgt wel. dat een pa renwedstrijd van slechts één zitting een vrijwel niets zeggende gebeurtenis Is Het is zéér wel denkbaar, dat het paar dat nr. 3 of 4 geëindigd is, véél beter hepft gespeeld dan het paar dat nummer één werd doch minder door het geluk be deeld werd. Het volgende spel is wel een goéd be wijs, welke dwaasheden er ln parenwed strijden kunnen gebeuren: Letterlijk genomen is een meteoor niets anders dan; iets wat zich in de hoogte vertoont om het maar eens populair uit te drukken. Het Griekse woord wil zeggen: iets wat zich stij gende verplaatst (meta; aeiro). Het verschijnsel gaat met verspreiding van licht gepaard. De volksmond zegt dan: vallende sterren. Men veronder stelt daarbij, dat aan de transen een ster uit haar voegen is geraakt, met het gevolg, dat ze nu naar beneden tuimelt. Deze wijze van spreken doet ietwat kinderlijk aan. Want. voor eerst bestaat er geen hemelkoepel, waarop de sterren zouden liggen als diamanten op een blauw kleedje bij de juwelier. Vervolgens zitten de sterren niet vast en kunnen ze dus niet losraken. En, tenslotte, kan er van het zichtbaar „vallen" van een ster geen sprake zijn, omdat de ster ren daarvoor veel te ver van ons ver wijderd staan, althans voor het onge wapende oog. Dus: het waargenomen verschijnsel is bepaald geen ster geweest. Wat dan? 'n Meteoor, een groep van me teorieten.misschien, die uit de wereldruimte onze aardatmosfeer hun opwachting kwamen maken, Duizen den van die meteorieten tuimelen jaarlijks op onze aardbol neer! Dat we er dan niet méér van merken? Nu, de oppervlakte onzer planeet be staat, om te beginnen, voor bijna driekwart uit water. De kans is dus groot, dat de vluchtige bezoekers in zee hun graf vinden. Bovendien er zijn woestijnen, onbewoonde gebie den, onmetelijke ijsvlakten (Zuid- poolstreken); wat daar neervalt doet niemand pijn! Gelukkig maar ook. Een bombardement door meteorieten lijkt weinig aanlokkelijk. Verreweg de meeste worden door de wrijving met de dampkring zó gloeiend, dat ze vervluchtigen en alleen als „vallende sterren" van zich doen spreken. En toch! Enkele jaren geleden nog maar, om precies te zijn; in 1908. dééd zich het zeldzame geval voor. dat een reusachtige meteoriet tegen de aarde opbotste (zomer 1908). Hij was mans genoeg om steden als Londen, of Pa rijs met de grond gelijk te maken, want binnen zijn werkingssfeer zag een oerwoud van 1200 km" zijn bo men „radicaal naar buiten omgebla zen". Professor dr v. d. Bergh noemt dit de grootste, kosmische (cosmos het heelal) ramp, welke ooit in histo rische tijden de aarde heeft getroffen. Het geluid van de val was over een oppervlak van 'n millioen km2 te ho ren, waarschijnlijk juister: het ge luid van de „ontploffing" van de me teoriet want men is er niet in ge slaagd resten van hem terug te vin den. Seismografen gingen tekeer, als of er ergens een zware aardbeving woedde. Het gewicht van het gevaarte mo?t 'n 130.000 kg hebben bedragen. In ons land nam men op de datum van het ongeval ongewoon heldere nachten waar, met lichtende nacht wolken. Deze wolken van kosmische stof, geobserveerd door prof. v. d. Bergh, kwamen uit het Oosten en treden alleen dan op, wanneer er gloeiende meteorenstof in de atmo sfeer aanwezig is. Inderdaad bleek het terrein der botsing in midden-Siberië te liggen. De hutten der Tsoengoezen stortten als kaartenhuizen ineen; ren dierkudden zetten het op 'n lopen: zelfs te Jena tekende de seismograaf (toestel voor het waarnemen van aardbevingen, aangevend de kracht, de duur en de richting; Grieks seio, beven, schudden) de catastrophe aan. Dit is wel de grootste meteoor ons be kend; in Oregon (U.S.A.) viel er een, die slechts 15.500 kg woog. Vooral in het najaar kan men niet naar de avondhemel kijken, of er ver schiet 'n „ster" die gedurende enkele ogenblikken 'n zwak lichtspoor door het luchtruim trekt. Soms zijn er veel; op de avond van de 9e October 1933 flitsten er aan de Noordelijke koepel bijna zes per secunde voorbij! Tot ongeveer middernacht bleven de zwermen aanhouden, ooit met 335 meteorieten per minuut! Daar het verschijnsel in de buurt van het sterrenbeeld „Draco" optrad, kregen deze zwermen de naam: Draconiden Het betrof hier steen- en me-taalsplintertjes van en kele mm doorsnee, welke dit luister rijke schouwspel veroorzaakten. De 9e October 1953 verwachtten veel ob servatoria een herhaling en troffen de nodige voorbereidingen; wij zelf óók. De voorstelling ging evenwel niet door! Ooit ziet men er maar één op 'n hele avond, die evenwel in glans zelfs Sirius of Venus kan overtreffen en zich soms oplost in een vuurwerk van schitterende schichten. Het verschijn sel is al zo oud als de historie! De grote geschiedschrijver van het an tieke Rome. Livius, heeft 't over zwermen meteorieten, geconstateerd 654 v Chr.: de vader der geschied schrijving, Herodotus meldt, dat van drie koningszonen slechts één 'n neer gestorte meteoriet kon aanraken; de anderen verbrandden zich de vingers. De eerste werd toen tot koning uit geroepen. Beweerd wordt dat de te Mekka gecanoniseerde „zwarte steen", die de gelovigen moeten vereren, niet anders is dan een meteoriet. Gedurende de Middeleeuwen kwa men er zware stenen in de Elzas neer en in Padua. In 1650 doodde een me teoriet een geestelijke, die in de om geving van Milaan een avondwande ling maakte. De 14e April 1931 kwam er een van ongeveer 'n pond terecht nabij een boerderij in Engeland. Er ontstond een put in de grond. De boer dacht, dat het onweerde. Zijn zoon had gezien wóar de steen neerkwam. Toen hij hem opraapte, was hij nog warm. Bij ontleding bleek hij ijzer en nikkel te bevatten. De 12e November 1833 berekende men zwermen stenen van 200.000 per uur Men verhaalde, dat het wel hek te sneeuwen hoog in het luchtruim. In 1866 telde het ob servatorium van Greenwich 10.000 „shooting stars" (..vallende sterren") op één avond: te Edinburgh had men er 'n paar duizend minder maar wat maakt dat uit op een dergelijke hoe veelheid? Er bestaan drie soorten meteoren; ijzeren, stenen, en 'n derde soort, tek- tieten genaamd. Onze Nederlandse verzameling telt er in 't geheel drie. alle stenen. Prof. dr Escher noemt als hun vindplaatsen Uden (N. Br., 18401: Blauwkapel (bij Utrecht, 1843) en Ellemeet (eiland Schouwen 1925). Wat hun snelheid betreft, deze be loopt 'n 25 mijl per secunde; de aarde heeft niet zoveel haast als zij bij haar wandeling rond de zon. Wanneer, om een voorbeeld te noemen een me teoriet met deze 'snelheid de aarde zou verlaten, zou zij de maan in 2% uur kunnen bereiken en de afstand LondenAberdeen in 20 tellen kun nen afleggen. De grootste meteoor-krater zou zich in Canada bevinden en een middellijn van 3, een omtrek van 11 km bezit ten. Ergens in Egypte schuifelde een slang door het hoge gras. Het was een vergiftige slang. Wie zij beet, moest sterven. Het dier zag een open deur. Het kroop heel stil naar binnen. Nie mand hoorde het. Het hele paleis want die open deur gaf toegang tot het huis van de koning! leek wel te slapen. Alleen de Prins niet. De Prins was wakker. Zag het monster door de gang kruipen. Trok zijn zwaard. En hakte het de kop af. Zie zo. die kon geen kwaad meer doen. 's Avonds kwam de vrouw van de slang opdagen. Ze had van een witte mier nrecies gehoord wat er gebeurd was. Dat zou ze de Prins betaald zet ten dacht ze. Terwijl hij sliep, kronkelde ze zich om zijn hals. Toen 's morgens een dienaar de Prins kwam wekken, gaf hij een luide gil. Er kwamen andere dienaars aanren nen. De Koningin. Tenslotte óók de Koning, maar die rende natuurlijk niet, anders was hij geer Koning meer geweest. Niemand dorst de slang los t.e maken. Want haar 'ong kwispelde akelig uit haar bek. En er schitterde vals goud in haar wrede ogen. De koning riep zijn boogschutters. Schiet die slang dood. maar als je mijn zoon raakt, laat ik jullie in stuk jes hakken zei hij. Toen dorst er niemand te schieten. De Prins bleef doodstil liggen. Hij dacht: als ik mij verroer, krijg ik 'n knauw. Plotse ling begon de slang te sissen. Men hoorde haar zeggen: „Nu mijn man dood is. moet de man van de Prinses ook dood! Dat is zo zuiver als iets!" De Koning kon zo gauw geen goed antwoord vinden. Zijn raadgever óók niet Want wat de slang zei, was de waarheid. Toevallig kwam er een kudde kamelen niet 'n oude herder voorbij. Men vertelde de grijsaard wat er aan de hand was. Hij trad naar binnen en vroeg de slang verlof twee vragen te mogen stellen? Dat was goed. Eerste vraag: Met hoeveel kinderen is U blijven zitten, toen Uw man ge dood werd? Met zeven antwoordde de slang. Tweede vraag: En als U de Prins De eerste Zondag van de H. Ad ventstijd valt voor dit jaar op 27 November. Voor dit jaar inder daad. want we hebben hier van doen met een veranderlijke datum als aanvang van het Kerkelijk Jaar, volgens Dom A. Beekman O.S.B. in diens prachtige werk: De H. Liturgie een jaar, dat in_zijn geheel een groot zinnebeeld is'van hetgeen eens is geschied en eens geschieden zal. omvattend alle ge heimnissen uit 's Heren leven. De veranderlijke datum hangt samen met het feest van Sint An dreas f30 Nov.). hetgeen juist voor het Kerkelijk Jaar niet zon der betekenis is. Het begint n.l. op de Zondag die het dichtst hetzij ervoor, hetzij erna bij het feest van Sint Andries voorkomt. De adventug Domini (komst des Heren) bereidt ons voor op het mysterie van Kerstmis. Het is een tijd van boete, gebed en inkeer Het Gloria in excelsis het Enge lenlied, weerklinkt niet meer door de kerkgewelven. Het Ite, missa est. wordt vervangen door het Be- nedicamus Domino, waardoor de kerkbezoekers vroeger werden vermaand de gebeden te volgen welke na de H. Miq Jn de Advent werden gesproken. Er is paars aan het altaar en paars in de misge waden, het orgel laat zich .vrijwel met meer horen. Deze gehele tijd herinnert ons aan de vierduizend laren, welke, naar de gangbare mening, de geboorte van Christus vooraf gingen. Tn veel gezinnen hangt rnen een adventskrans boven de tafelt die "ter kaarsen draagt. Zondag na Zondag steekt men er een aan. op de laatste Zondag het gehele vier tal. Kerstavond draagt de krans zoveel kaarsen als hij maar „ber gen" kan. De „linten" zijn meestal rood, of paars (De H. Liturgie van Gods Kerk, door Dom A. Beekman, O.S.B., Egmond, Uitgave; S, Deu- tekom', Heiloo; 1953). bijt, met hoeveel kinderen blijft de Prinses dan achter? Met vier zei de slang. Kijk, dat maakt een verschil van drie kinderen. U zult dus moeten wachten, tot de Prinses óók zeven kindertjes heeft sprak de herder. Anders doet U niet eerlijk! De slang zag haar ongelijk in. Maakte zich los van de hals van de Prins. En schuifelde naar haar hol terug. Wanneer ik schrijf, dat Claudius Civilis zijn pistool trok, is dit een ongerijmdheid Zijn tijd kende immers geen pistolen. De vraag is nu in ieder der volgen de zinnen één ongerijmdheid vast te stellen. 1 De 18e Januari 1912 bereikte ka pitein Robert Scótt met zijn Pool- schip de Zuidpool. 2 De Amerikaan Robert Peary be reikte in 1909 de Noordpool: zijn ex peditie was de laatste dagen geheel op vers pinguin-vlees aangewezen. 3 In het Raadhuis bewondert men het door Rembrandt in olieverf ge schilderde. levensgrote portret van Oldenbarnevelt. 4 Met vrij grote snelheid reed de trein over de naar ingenieur Hem genoemde brug in de richting Zaan dam 5 Ónze walvisvaarder hoopt in het Zuidpoolgebied enkele ijsberen te vangen voor Artis. 6 Aan de vergulde zwaan op de to renspits merkten de reizigers, dat zij de Doopsgezinde kerk naderden. 7 De observatie der verduistering van de volle maan in de maand Juni van het jaar X, werd bemoeilijkt door bewolking; de geleerden hoop ten bij de verduistering der volgende, volle maan op méér succes. De toeristen bewonderden de prachtige ranke campanile (klokto- ren) uit de IVe eeuw n. Chr. 9 Bij de kerkwijding worden de in de kerkmuur aangebrachte. veertien kruisen stuk voor stuk bewierookt. 10 Evenals de Friezen, hechten ook de Groningers veel waarde aan het gebruik hunner eigen taal. 11 Boven de Zuidlimburgse heu vels uit, verrees het torentje van een Kapucijnen-klooster. 12 Nog altijd houden de hunnebed den de herinnering levendig aan de invallen van Attila en zijn barbaarse Hunnen. Oplossing volgende keer. Op de tien kruisjes komt de hoofd stad van het Oldambt. De gehele puzzle houdt verband met de aard rijkskunde onzer elf provinciën. West: A B 3 H 2 o H V 8 7 4 3 H 5 Oost: V 10 B 7 4 O A 7 3 O B 2 V B 4 West opende dit spel met 1 ruiten, Als men nU vraagt of het goed bridge is dat OW hier te zien hebben gegeven, moet men de schouders ophalen. Het juis te contract voor OW is natuurlijk 4 schop pen. Normaal gesproken wordt als schop-» penheer goed zit 5 aan trek gemaakt en als schoppenheer verkeerd zit 4 aan trek Noord paste, Oost bood 1 schoppen, Zuid doch down kan dat spel nauwelijks daar paste; hierna deed West t.et typisch voor de lange hartenkleur van NZ tegen 4 parenwedstrijden geschikte bod van 2 schoppen geen kwaad kan doen. Sans-atout en Oost maakte er 3 SA van. Noord kwam met harten 5 uit en Zuid gooide harten 10 welke West met. harten heer nam. West trok ruiten 3 na en Oost ruitenboer werd door Zuid met ruiten aas genomen Zuid speelde hartenboer te rug en West bleek zeker geen kinderach tige speler te zijn. hij ram hartenaas in de blinde en trok schoppen 10 na. Zuid en West speelden een kleine schoppen en Noord kon de slag niet aan Had hij dat we) gekund, dan hadden NZ 3 slagen in harten, 1 in schoppen, 1 ln ruiten en 1 in klaveren gemaakt, 2 down. De schoppen to bleef aan Oost en schoppen 4 werd getrokken; daar Zuid niet meer dan schoppenheer-tweede had gehad, viel de Heer en West maakte nu in totaal 5 slagen ln schoppen. 9 slagen in ruiten en harlenaas en heer: 12 slagen voor een score van 690 onbetwiste topscore. Zoals het spel nu verliep, had Zuid, op het moment dat hij met ruitenaas aan slag kwam toevallig het beste aan gedaan klaverenaas te Incasseren, lnplaats van het naspelen van harten te proberen Na tuurlijk kon Zuid niet bevroeden dat West, die schoppen niet gesteund had, bij het terugspelen van harten tot 12 slagen z°u kunnen komen. BrliHgeterbninrh Is het naspelen van klaverenaas dan ook onzin, doch in een parenwedstrtjd moet men die onzin soms toepassen. Als men nu be denkt, dat. OW een topscore met SA boeken als schoppenheer tweede bij Zuid zit en een nul-score als Noord die kaart heeft, dan heeft men gelijk een inzicht van de „waarde" dezer prestatie: volko men een kwestip van geluk, want OW kunnen natuurlijk nooit tevoren weten, of zo'n belangrijk" kaart nu net in de punten en een goede hand zit of niet. i MIMIR. 1 Duidt de streek aan waar de Zon op 21 Maart en 22 Sept. ondergaat. 2 Woord voor een waterloop tus sen gronden buitendijks; Dordtse 3 Gekanaliseerd riviertje in het Z.O. van Frieslandkomend uit de streek tussen Makkinga en Appelscha. 4 Gemeente in Noord-Brabant ge- Ippen aan de Bergse Maas. 5 De.Domtoren is wel de hoog ste toren Van Nederland. 6 Zich steeds uitbreidende ge. meen te in het centrum van Noord- Brabant. 7 „pe parel van Noord-Kennemer- land Heette vroeger- Scorenloo, strandbos. 8 Gekanaliseerd riviertje van Moerkanelle naar Rotterdam. 9 Woord dat Jn plaats- en per soonsnamen betekent: schor, kwelder; Hontenisse bijv. 10 Duidt een punt aan lijnrecht gele- s>"n tegenover het middagpunt. Oplossing volgende keer.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 6