C Symphonie en concert Jazz in een Mgr dr B. J. Alfrink recipieerde Ontheemden-romans in trek wachten Protestantse theologen kiezen voor de Kerk W' I „Het zal prettig zijn E „Hels moeilijk Rechtvaardiging van de terugkeer Een rebel of een burger maar zeker een groot satyrisch tekenaar D' D J Een stroom van geesteli jke en wereldlijke autoriteiten op de Maliebaan Caribische commissie op Aruba bijeen Twaalf nieuwe woningen in Hengelo afgekeurd w ie de Prix Goncourt en Renaundot Pater Dion nog niet naar Moskou I.K.K. nodigt Katholiek Nederland uit PAGINA 3 DINSDAG 6 DECEMBER 1955 Woensdagavond in Rotterdam EDUARD FLIPSE Bij de Boogie Woogie zwijgt het R- Ph. O. Sinterklaaszorgen Gouverneur Struycken opende 21ste vergadering Wel een leuk stukkie THEO UDEN MASMAN mtmm Correspondentie met het buitenland Vreemd contrast Geen Gova Duitser met zelfspot Zelfportret van Heine met twee van zijn schoothondjes DE „CHARIS" TE NEW ORLEANS WèL GELOST ARRESTATIES TN ARGENTINIË WOENSDAGAVOND zullen twee antipoden uit liet openbare concertleven, Lduard Flipse niet liet R. Pb. O. en Theo Uden Masman met de Ramblers elkaar op het podium van de Rivièra-lial te Rotterdam ontmoeten en daar bun gezamenlijke krachten on(ler het „Concert voor Jazz-band en Symphonie-ork.es-. van de Zwitserse componist Rolf Liebermann zetten. Dit werk is een poging van Liebermann om terug te keren naar de praktijken van b.v. J. S. Bacli en de Weense klassieken Haydn, Mozart, Beethoven, die in hun serieuze" muziek toch altijd een ruime plaats hebben gereserveerd voor de dansmuziek. Bach zeil heelt voor de dans, getuige zijn diverse suites, steeds grote belangstelling geliad, de klassieken hadden bun divertimenti en in de symphonie was liet menuet al» integrerend bestanddeel opgenomen. Later gingen „serieuze" en amusements-muziek hun eigen weg, de kloof tussen beide werd steeds grotei, niettegenstaande de pogingen van latere componisten zoals Ravel, Bartok en in het bijzonder ook Gershwin, die van wisselwerkingen poogden te profiteren. In zoverre is dus de compositie van Liebermann een interessant experiment, dat weer past in een histori sche evolutie. Doch waar hier de beide werelden scherper tegenover elkaar zijn komen te staan dan ooit het geval geweest is, werd de onderneming ook neteliger. WIJ hebben dezer dagen, nu de voorbereidingen in volle gang zijn, de dirigenten Eduard Flipse en Theo Uden Masman naar hun stana- punten gevraagd, die van beide zijden met de nodige voorzichtigheid gegeven werden omdat de uitvoering zelf eerst klaarheid kan brengen in de problemen. „In hoeverre de gedeelten voor Jazz band-solo aan de eisen van echte Jazz muziek voldoen, wil ik niet beoordelen", zegt Flipse ,,In zekere zin is het werk te zien als een concerto grosso, waar dan de band het concertino vormt In de Jazz-vormen als Jump, Blues, Boo- gie-Woogie en Mambo zwijgt het sym phonie orkest, dat op zijn beurt weer de beide Scherzi voor zijn rekening neemt. In slechts enkele onderdelen komt dan de combinatie van beide en sembles voor, waar echter de taak van het symphonie-orkest een volkomen ondergeschikte is. Vooral daar komt het mij voor, dat het symphonie orkest zijn speelwijze enigszins moet verloochenen en zich aan dient te passen aan de speeltrant van het Jazz-orkest. Wij hebben nog niet samen gerepeteerd, in de komende dagen ga ik naar Masman luisteren en zullen we nog moeten overleggen hoe de functies van de dirigent te verdelen zijn. Mijn indruk van het totaal is, dat dit werk zeker geen kitsch is. Masman en zijn mensen zijn knappe vakmensen, het zal prettig zijn met hen samen ve werken." "ANNEER we bij Theo Uden Mas man komen is hjj juist in de Vara-studio bezig een Sinter klaas-programma op te nemen. Maar even tijd om een praatje te maken over het werk van Liebermann kan hij er toch wel van af nemen. Er zijn voor Masman nog banden, die hem aan Rot terdam binden. Zjjn lessen nam hij aan het Conservatorium van Siegfried Blaauw. dat omstreeks 1917 aan de Maurits'weg gevestigd was. Later werd hij aan dit instituut, toen Jos Holthaus de leiding had overgenomen als leraar verbonden. "Ja, dat concert van Liebermann is een experiment, dat mij veel meer moeite gegeven heeft, dan ik aanvankelijk ge- dacht had. Allereerst is de bezetting gro ter, dan wij in normale vorm hebben, zodat ik extra mensen nodig heb. De re petities, die we tot nu toe gehad heb ben, zijn nog steeds niet met de vol tallige bezetting geweest, omdat het on mogelijk was alle mensen op hetzelfde tijdstip bij elkaar te brengen. Dan is het werk hels moeilijk, de pianopartij is voor mijn pianist die toch heus geen kleine jongen is. niet alleen te spelen. Hij zal nu geassisteerd worden door Marinus Flipse daar zal nog veel aan gewerkt moeten worden. Of Liebermann hier nu een echte Jazz-muziek schrijft, geloof ik toch nog niet geheel te kunnen onderstrepen, of schoon sommige moderne Jazz-compo- nisten zich toch ook wel van praktijken bedienen, die de werkelijke aard van de Jazz nauwelijks belichten. Zo'n Mambo, ja je denkt sonis aan een Zamba, och, iie't is zo moeilijk om te zeggen wat het wel of niet is- Maar het is toch wel zo dat wij onze speelaard moeten aanpas- pen aan die van het symphonisch appa raat. Wij hebben nog niet gerepeteerd met Flipse en het orkest. Flipse zelf was gisteren hier en hij was heel te vreden. Ik geloof, dat een Jazz-man een rhyth- me toch heel anders beleeft dan een man uit een symphonie-orkest. Begrijp me goed. ik zeg niet, dat wij dat beter doen, maar anders." Gisteren is in de „Sociedad Bolivaria- na" te Oranjestad op Aruba de 21e v er- gadering van de Caribische commissie be gonnen. Zij werd geopend d°or?e gou verneur van de Nederlandse Antillen, mr. A. A. M. Struycken. De Caribische commissie is, zoals be kend samengesteld uit vertegenwoordigers van de V.S., Groot-Brittanië. Frankrijk en Nederland, de vier mogendheden, die be zittingen hebben in of betrekkingen on derhouden met Caribisch gebied. Dit is de eerste keer, dat de commissie op Aruba vergadert. De vergaderingen zijn besloten, behal ve de openingsbijeenkomst van 5 Decem ber en de slotvergaderin" op 12 December. De vergaderingen zullen vooral gewijd zijn aan technische vraagstukken alhoe wel het niet uitgesloten is, dat enkele „po litieke" zaken ter sprake zullen komen, zoals bijv. de wens, dat de commissie zich zal aanpassen aan de gewijzigde staat kundige verhoudingen in het Caribische gebied. De Nederlandse delegatie staat onder voorzitterschap van dr. H. R. van Houten, ambassadeur te Mexico, en omvat ver der dr. J. Dolleman, verbonden aan de Nederlandse ambassade te Washington, dr W. Ch. de la Try Ellis, lid van de Raad van Advies der Nederlandse Antillen, C.H.H. Jongbaw, directeur van een han delmaatschappij in Paramaribo en mej. mr Johanna Felhoen Kraal, adviseur. Twaalf woningen in de wijk „Klein ririene" die iu opdracht van de woning bouwvereniging ,,St Joseph" Zi1n ge bouwd zijn dezer dagen bp het opleveren door de dienst wederopbouw te Zwolle af gekeurd De trapP<»rtaIen u A niet aan de gestelde voorwaarden te voldoen. i die deze huizen zou- V°Kr|dlvgl dat een lelijke tegenval- den betrekken is dat e™ waren Ier, temeer omdat er reeu» „ooree- die' met de verhuiswagen waw« voorge reden om de inboedels te P „evonden Indien geen oplossing f01pdiefo^ van zullen de kosten voor het verhelpen van het euvel 12.000 bedragen Wie deze kosten zal moeten dragen is op blik nog niet te zeggen. (Van onze Utrechtse redacteur). Een stroom van geestelijke en wereld lijke autoriteiten, afgevaardigden van talrijke sociale en maatschappelijke orga nisaties. gingen gisteren tussen elf uur en half één het aartsbisschoppelijk paleis aan de Maliebaan te Utrecht binnen om de pas geïnstalleerde metropoliet geluk te wensen. Onder hen bevond zich mgr Van Miltenburg O.F.M., pauselijk internuntius voor Pakistan en aartsbisschop te Kara chi, die juist met verlof in ons land ver toeft. Daar waren verder de hoogwaardige generaal van de Kruisheren mgr W. van Hees, de abt van de Benedictijnen in Eg- mond, Dom Andriessen en verscheidene ander'e oversten en provincialen van or den en congregaties. De proost van het metropolitaan ka pittel, de bejaarde mgr J. G. van Schaik, die Zondagavond om gezondheidsredenen de plechtigheid in de kathedraal niet had kunnen bijwonen, kwam nu bij mgr Al frink zijn opwachting maken en hem complimenteren. Vervolgens merkten wij op de commis saris der koningin in Overijssel, lr J. rid der de van der Schueren, zijn ambtge noot van N. Brabant, prof. dr J. de Quay, het lid van Ged. Staten van Utrecht, mr H W de Vink, de burgemeester van Utrecht jhr mr C. J. A. de Ranitz, de burgemeester van Ma^trlcht, mr b*. N wij geloven dit ook wel als we even later meegaan naar de stu dio, waar verder gewerkt moet worden aan de opname van het Sinter klaas-programma en waar wy de ge legenheid krijgen tussen proef en op name door niet de diverse leden nog even over Liebermann te praten. Zo trekken we Wim Popping, die zijn solo geblazen heeft en haastig zijn instru ment neerlegt om tussen de bedrijven door zijn Sinterklaas-tekst, te zeggen, even aan zijn jasje, of beter aan zijn hemdsmouwen, want het jasje ont breekt, om te horen dat dat concert van Liebermann wel een „leuk stuk kie" is maar hels en hels moeilijk. Marcel Thielemans wacht even, eerst Kapoentjeblazen), ja er zit een mooie trombone-solo in, maar moei lijk Vannacht maar twee uur ge slapen, straks nog repeteren van der van Leeuwen, ik moet voor de repetitie met het R.Ph.O. van morgenochtend toch ook nog een beetje slapen. En boven dit alles troont Theo Uden Masman, die vanuit de opname-kamer via de microfoon zijn aanwijzingen geeft: „Die tekst nog even over, kan veel rhythmischer gezegd worden, Pop ping, je vergat je Sinterklaasstem op te zetten, de saxofoon was net iets te laat, nog even over doen." Er wordt daar hard gewerkt in dat bedrijf een repetitie en opname op Zon dagmiddag is geen pretje en er is een grote veelzijdigheid en een groot om schakelingsvermogen nodig om van een Sinterklaas-programma naar Lieber mann over te stappen. Zoiets kan alleen door all-round-artisten slagen. (Van onze Parijse correspondent) Met de Prix Goncourt, die door het Franse publiek als de litteraire hoofd prijs wordt beschouwd, is het gegaan als met de Prix Femina. De toekenning heeft plaats gehad zonder veel strijd. De Prix Goncourt werd geschonken aan Roger Ikor voor „Les Eaux mêlées". Ikor is van Joodse ouders uit Het Oosten. Zij hebben diverse pogroms ontvlucht en de lange weg door Europa afgelegd om zich tenslotte in Frankrijk te vestigen. De schrijver zelf werd in 1912 te Parijs ge boren. Hij werd grammaticaleraar in de Parijse lycea. Ikor heeft de prijs gewon nen met zijn vierde roman Zijn derde roman behandelt de moeilijkheden van aanpassing van politieke vluchtelingen aan hun nieuwe omgeving waarin z'ij zich overigens wel gelukkig voelen om dat zij van vervolgingen zijn bevrijd. Maar zij slagen er niet in zich anders dan vluchtelingen te voelen. De vierde roman die het tweede deel van de juist genoemde is, is nu bekroond en behandelt de geschiedenis van een vluchtelingenfamilie. Met de te Parijs geboren zoon. die de tweede generatie vertegenwoordigt, wordt de „vermen ging" een feit.. Het probleem van de aan passing wordt voor hem opgelost door de ontmoeting met de dochter van een tuinder uit de Parijse omgeving waar door hij de stabiliteit en de gehechtheid aan de bodem der bewoners leert er varen De roman is vrii gehouden van intellectualisme, vermijdt de demon stratie van kennis waartoe Ikor niette min als bijzonder bevoegd gemakkelijk zou ziin gekomen. Merkwas.genoeg i»s de Prix Renau- dot ten deel gevallen aan iemand die uit het. Oosten is gekomen en daar zelfs ge boren is George Govy ontvluchtte Eupa- toria toén die plaats door de Bolsjewis ten werd uitgemoord. Hij was toen een 15-jarige jongen. Hij werd in 1913 ge boren Hij w:st uit Rusland te ontkomen door dokwerker te worden en als ma troos op een Frans schip te vetrekken. Fii bezocht, achtereen vol "ens Roemenie. Griekenland. Egypte. Indië. Japan en be reikte Parijs zelfs via Zuid Amerika, bij het uitbreken van de oorlog nam nil vrij willig dienst. Na de oorlog maakte hij reportagereiz'en voor Parijse bladen. Een roman „Russisch Bloed" en nok novel en trokken de aandacht van Malraux die hem aanmoedigde. In dit jaar liet hij zijn roman -Les meissonneurs d'épines" verschijnen waarvoor hij de Prix Renaudot heeft g0Govyenis dus ook een „opgejaagde" en dat heeft de keuze van zijn onderwerp beïnvloed. De roman heeft als onder werp de levensconditie van de ontheem den De schildering van de wederwaar digheden van een Brits avonturier van Russische oorsprong die in de opstand te gen het leger deelneemt in Egypte, in Vöor-Inddë, in Spanje en toch overal een ,,man van nergens" blijft. van het A. C. de Bruijn-instituut, de heer J. Kuijpers, directeur-hoofdredacteur van De Maasbode, mej. dr Elizabeth Houtza gers, directrice van het centraal museum in Utrecht, dr A. Bouvy, directeur van het aartsbisschoppelijk museum, dr Feld bruggen, rector van het St. Bonifatius lyceum te Utrecht. Vrijwel uit alle delen van het aartsbis dom verschenen heren geestelijken: de kens, pastoors en kapelaans. Van de gees telijke autoriteiten noemen wij nog mgr prof. drs H. Fortmann, president van het philosophicum Dijnselburg te Huis ter Heide deken A. Wiege-rink van Utrecht, plebaan J. v. d. Burg. de hoofdaalmoe zenier luit'-kolonel mgr H. van Straelen, iuit.-kolonel Verhoeven, hoofdaalmoeze- niet van de luchtmacht, prof. dr Wille- brands en rector Sondaal, namens de St Willibrordvereniging. Ook vele religieu zen van zustercongregaties kwamen mgr Alfrink en de vicaris-generaal mgr in. Huurdeman, die in de salon op de eerste verdieping van het paleis de gelukwen sen in ontvangst namen, de hand druk ken. ron Michiels van meester van Jutphaas mr J. Hamers en de burgemeester van Nijkerk, de geboor teplaats van mgr Alfrink. De R. K. Universiteit van N«®®ge" was vertegenwoordigd door mgr P R. Post, mgr prof dr Bellon en P A. van Melsen. Van de rijksuniversiteit e Utrecht waren er de hoogleraren pr A. Smijers, prof. dr J. v. d. Ven prof-m- W. Pompe en prof. dr H. Weve. Er wa bestuursleden van zo goed als alle stan - organisaties, van verscheidene vakbonden, van de Katholieke Vrouwenbeweging, de katholieke Vrouwelijke Jeugdbeweging en de K.A.J. Vervolgens kwamen feliciteren mgr w. Koenraadt, voorzitter vaon de RK. Schoolraad en mgr dr F. Op de Coul, directeur van het R.K. Bureau voor Onderwijs en Opvoeding, prof. dr. J. Loeff, secretaris van het R.K. Kerkge nootschap, oud-minister mr E. Sassen, prof. dr J. Granpré Molière, prof. dr ir F. Teilegen, voorzitter van de K.A., drs T van Baars, secretaris van de katholie ke jeugdraad', het bestuur van het Colle gium Studiosorum Veritas, dr Albering, secretaris van de KVP en de heer J. A. Middelhuis, voorzitter van de KAB en lid van de Eerste Kamer, Pater dr ma gister Stokman OFM, lid van de Tweede Kamer, pater drs Pillen OFM, directeur The Ramblers Hel orkest van Thomas Theodor Heine Pater Louis Dion heeft gisteren ver klaard, dat hy zijn vertrek naar Moskou in opdracht van de Noordamerikaanse kerkelijke autoriteiten voor onbepaalde tijd heeft uitgesteld. Pater Dion zou zich zoals hekend naar Moskou begeven om de plaats in te ne men van pater Georges Bissonette, die in Maart van dit jaar door de Sovjet-rege ring werd uitbewezen. Intussen maakte het officiële Russische Tjersbureau „Tass" gisteren bekend, dat het Sovjet-ministerie van buitenlandse zaken op 2 December een nota heeft ge zonden aan de Amerikaanse ambassade te Moskou, waarin wordt gevraagd of de Amerikaanse autoriteiten van plan zijn de Russische aartsbissc^pBons, enzijn secretaris in de V.S. toe te laten. In de nota werd gezegd, dat deze vraag wordt gesteld in verband met een eventueel an nuleren van de visa van aartsbisschop Boris en zijn secretaris en die van pater Dion, Volgens ,Tass" is door de Ameri kaanse regering nog niet op die nota geantwoord. Het internationale hoofdkwartier van de Internationale Katholieke Correspondentie gevestigd te Wallerfangen in Saarland, verzoekt die katholieke Nederlanders, die zouden willen corresponderen met buiten landse katholieken om hun adressen, aan gezien degenen, die zich reeds vroeger opgegeven hebben allen geplaatst zijn. De Internationale Katholieke Correspondentie is een afdeling van de Pax-Christi-bewe- ging. Deze internationale correspondentie heeft ten doel, katholieken van verschillende landen, afgezien van volk, ras of stand .in persoonlijk contact met elkaar te bren gen. Degenen, die hiervoor belangstelling hebben, kunnen zich opgeven rechtstreeks bij 't I.K.K., Villeroystrasse 5. Wallerfan gen, Saarland, of aan drs. H. J. Wesse- link', Couperusstraat 5, Arnhem. Voor gratis inschrijving gelieve men op gave te doen van naam, voornaam, leef tijd beroep, opleiding, hobbies, de talen, die'men machtig is en het land waarmee men wil corresponderen. Bij opgave recht streeks aan Wallerfangen dient men bo vendien een internationale antwoordkaart bij te voegen (verkrijgbaar op alle^ post kantoren) en in beide gevallen porti voor antwoord. tieke en sociale leven tussen deze twee momenten heeft zijn weerslag gevonden in de scherpe, soms wreed aardige harde caricaturen van Th. Th. Heine, wiens naam vooral ver honden zal blijven aan „Simplicissi- mus''. Zelf mede-oprichter van dit meest opmerkelijke satyrische week blad dat ooit in Duitsland is versche nen, heeft hij, vanaf het eerste num mer iu 1896 tot aan het verschij ningsverbod in 1933, 37 jaar lang zijn critische visie op het wereldge beuren in zijn karakteristiek, hittei- humoristische lijnenspel gestalte ge geven. Wat was deze Th. Th. Heine voor een man? Een tijdgenoot vertelt hoe hij hem door zijn woonplaats München zag wan delen- een gesoigneerde, correcte heer, klaarblijkelijk geheel in beslag genomen door gedachten aan onbeduidende zaken. Maar deze zelfde keurige heer werd, een maal achter zijn tekentafel gezeten een rebel, die politici en keizers met zoveel brutaliteit ringeloorde, dat hij in 1898 een half jaar gevangenisstraf moest uitzitten wegens majesteitsschennis. Als de Duitse officieren geblazen blijven zullen ze kort alleen nog als ballon worden opgelaten. even op- binnen- kunnen TOEN Thomas Theodor Heine zijn satyrische prenten begon te tekenen, was Bismarck amper afge treden. Toen hij stierf rekende het hof te Neurenberg juist af met de laatste nazi-bonzen. Heel liet poli- Er is een vreemd contrast in deze mens. Ziin critiek op de maatschappij richt zich als één onophoudelijke regen van giftige pijlen op de burgerlijkheid, de bekrompen zelfgenoegzaamheid der philisters. Maar zijn eigen woning droeg de merktekens van de knusse Biedermeierstijl, waarin de gezapigheid triomfeerde van het Duitse burgerdom, dat Heine in zijn spotprenten juist trachtte te vernietigen. Hij tekende voor „Simplicissimus" het symbool zij" symbool van de bloeddorstige bulldog, die zijn ketting verbreekt en, klaar voor de aanval, zijn dodelijke tanden toont. Thuis vertroetelde diezelfde Heine even wel vijf schoothondjes. Raadselachtig? deze mens die met be dachtzame, sierlijke lettertjes onderschrif ten calligrafeerde, die zelfs de aan veel gewende mens van nu door hun brute directheid verbijsteren? Hij zou raadselachtiger zijn wanneer het waai- was wat in de catalogus van de ten toonstelling zijner prenten in het Haags gemeentemuseum te lezen staat. De in leider in deze catalogus vergelijkt Heine namelijk met figuren als Daumier en toe maar Goya. Wie de tentoongestelde caricaturen beschouwt, kan de inleider bij die vergelijking bepaald niet meer volgen. Heine's sarcasme is scherp, raak en komt ongetwijfeld voort uit een oprecht gemoed. Zijn pen is vaardig, af en toe subliem. Maar hij mist ten enenmale de creatieve rijkdom, de verbeeldingskracht van een Daumier of een Goya. Het ge vaar van het Duitse militarisme dat hij scherper zag dan zfln landgenoten in het algemeen deden, neemt voor hem nooit de vorm aan van een gruwelijke halluci natie; hij komt nooit voorbij het uitbeel den van de voor de hand liggende werke lijkheid. Al is die werkelijkheid dan cari- caturaal vertekend tot een dreigende toekomstmogelijkheid, nimmer droomt hij een lugubere toekomstdroom. Daar ligt voor Heine's onmiskenbaar groot talent de grens. Zijn nuchter sarcasme treft de roos wanneer hij in opstand komt tegen ambtenarij en keizerlijke willekeur, of wanneer hij met zijn helder inzicht de noodlottigheid van Hitler's optreden voor voelt, Maar wat hij tekent, hoe razend knap - hij de pen hanteert en hoe schrij nend zijn prenten de burgermaatschappij of de overheid aanklagen, vindt zijn 8r01Ja in een voorstellingsvermogen dat beperkt is en in wezenburgerlijk. Zijn thema's zijn de thema's van de ge wone man. zelfs waar hij de gewone man hekelt, en zelfs al is hij de gewone man in zijn denkbeelden jaren vooruit. Zijn uitbeeldingswijze is uiteindelijk een naïef illustratieve. De superieure greep boven de reële voorstelling uit lag boven zun vermogen. Alleen wanneer men Heine in dit licht beschouwt, is het wellicht mogelijk de controverse tussen zijn persoon en zijn werk te overbruggen. Hij was in al zijn felle opstandigheid geen gedreven kunstenaar maar een gewone man, die op zijn tijd ook uitgesproken banale grappen illustreerde en thuis hondjes koesterde. Binnen deze beperking echter mag Heine beschouwd worden als een groot satyrisch tekenaar, als een Duitser die bij uitzondering de zelfspot verstond, als een mens met een gevoelig hart voor rechte- (Van een medewerker) ONDER DE TITEL „Bekenntnis zur katolischen Kirche" is onlangs een in drukwekkend boekje uitgegeven bij het Echter Verlag te Würzburg in Duits land. Vier Duitse, eertijds Lutheraanse, theologen, die jarenlang in de zielzorg hadden gestaan en aanzienlijke plaatsen in de „Evangelische Kerk" innamen, ge ven daarin een verklaring van hun re cente overgang tot de Katholieke Kerk. Hun eensluidend getuigenis is daarom zo indrukwekkend, omdat ieder vanuit ziin eigen levenssfeer tot dezelfde eindbeslis sing is gekomen op grond van eigen over wegingen. Martin Giebner vond zijn weg naar de Kerk terug, dank zij de z.g. „Hoogkerke lijke beweging". Deze beweging, die in alle z.g. protestantse landen vertegen woordigd is, is na de eerste wereldoorlog ontstaan als reactie tegenover het gebor neerde nationalisme der landskerken. De voorvechters ervan trachten in al die lan den bij hun gelovigen het besef wakker te roepen, dat de door Christus gestichte Kerk één en universeel is. Zij noemen zich ook gaarne „catholiek". In tegenstel ling tot de andere protestanten, putten zij hun inspiratie uit de leer en cultus van de nog niet verdeelde Oude Kerk. Zij erkennen het belang en de noodzaak van een gezag, de apostolische hiërarchie en successie wordt door velen in beginsel aanvaard; ook de sacramenten willen zij in het kerkelijk leven opnieuw een plaats geven In verband daarmede is de pries terwijding voor hen een brandende kwes tie. De dogmatische grondsjag voor de hoogkerkelijke bewegingen wordt ge vormd door de geloofsbelijdenissen der Oude Kerk. die ook door de Reformatie zijn overgenomen- Waar wij echter ook conflicten tussen hoogkerkelijke protes tanten en hun nationale kerken zien op treden, daar zien we de gezagsdragers der, laat ons zeggen conservatieve, protestan ten, een beroep doen, niet op de originele zin van hun Credo, maar op de reforma torische traditie. Uit naam van hun refor matorische traditie bestrijden zij de tra ditionele zin van hun Belijdenis. Het ge val van Martin Giebner is daarop gefn uitzondering. Ook hij kwam in conflict met de opperste raad van zijn Landskerk Het bleek hem weldra, dat het hoogker kelijk streven binnen het Lutheraanse kader door de onoverkloofbare traditio neel Lutheraanse opvattingen geen kans tot slagen zou krijgen. Nadat hij tenslotte de katholieke Kerk ontdekte als de reeds verwerkeliikte verwerkelijking van het hoogkerkelijk pogen, ging hij tot haar over Zijn overgang vertoont grote over eenkomst met enkele recente overgangen hier te lande. DE WEG VAN George Klünder heeft een meer speculatief accent. Hij staat daarom niet voor ons als een klas siek protestantse figuur. Hij veeleer een denker, die met de ongerijmdheide lauwe «situatie eeen raad weet. Want de iauv> wanordelijkheid der Duitse la°^erken was in zijn ogen onverenigbaar met wa hü uit de Schrift omtrent de hoogneia jpr Kerk begreep Z.!jn nadenken ovei de ware gestalte de? Kerk werd als bij een intuïtie bekroond. toen Ml 5^d?aal van tair bevond tegenover de kath.edraal van doemde inspanningen. Want het „ple- roma" is de eenheid van God en mensen, verwerkelijkt in de Vleeswording en in de Kerkvorming, doch waarvan de pro testant de echte werkelijkheid tenslotte ontkent. De beschouwingen van dr Klünder over de .volheid" der Katholieke Kerk, die daarmede volgens het woord van Sint Paulus „alles in allen" realiseert, vormden tenslotte een voor hem onafwijsbare in dicatie, en voor ons een bijzonder inspi rerend betoog, voor zijn overgang tot de Kerk. E DERDE auteur is Rudolf Goethe, de over de gehele wereld befaamd geworden bekeerling, die met een bijzonder verlof van de Paus omstreeks Kerstmis '51 als gehuwd man de priester wijding ontving. Zijn weg naar de Kerk is ook weer een typische. Uit zijn verhaal spreekt duidelijk een piëtistische mentali teit. Hij behoorde tot de kring, die zich verzameld had om de vrome protestantse mevrouw Dach, de z.g. Dachkreis. Goethe getuigt van haar en van verschillende leden van haar kring, dat zij zich in de Kerk binnen gebeden, „hineingebeten", hebben. Het is trouwens moeilijk anders te verwachten, dan dat Christenen, die zich toeleggen op het innerlijk leven, ge bed en overweging, zich bewust of on bewust naar de ene Waarheid toe bewe gen. Wij hebben ditzelfde zien gebeuren met Anglicaanse Benedictijnen, die en bloc naar de Kerk zijn overgegaan. Voor de Dachkreis is blijkbaar het ge dwongen contact met de Katholieke Kerk nodig geweest; want in de gemeenschap pelijke weerstand togen de Nazi-christe nen, de z.g. „Duitse Christenen", werd van beide zijden een heilzame openheid vereist. H;erdoor en door de bezinning op de oorzaken der tweedracht onder de Christenen, werd ook in Duitsland de hang naar eensgezindheid in een gunsti ger klimaat geplaatst. Het verhaal van Goethes overgang maakt melding van de grote betekenis voor dit gunstig klimaat, van een objectieve katholieke historie beschouwing, waarbij aan een ieder recht wordt gedaan, ook aan degenen, die men bedoelt te bestrijden. Met name wordt de kerkhistoricus Lortz geprezen om zijn ob jectiviteit, die de protestanten niet slechts met verwondering vervulde, maar ook met vertrouwen in de catholiciteit van een katholiek. Het is een van de behartigings- waardige lessen uit dit aan ongewilde les sen rijke document. van het paulinische woord „pleroma Kerk is een volheid. Dit doorzicht laat hem niet meer los, hij zoekt naar de for mules der Schrift, hij analyseert ze en ™ft vergelijkingen met de opvattingen en werkelijkheid der protestantse Kerk, waarin hij zieleherder is. liet is niet doenlijk om weer te geven hoe die Kerk hem op alle punten, waar mede hij haar confronteerde, teleurstelde. Het is ongemeen boeiend om met Klünder na te gaan hoe het protestantisme zelve dit gebrek' aan volheid niet alleen ge voeld heeft, maar op vele, steeds ver geefse, wijzen getracht heeft, zich hier aan te ontworstelen. We begrijpen aldus het ontstaan van hoogkerkelijkheid, van Pinkstergemeenten, van de oecumenische beweging als evenzovele pogingen om iets te verwerkelijken van de volheid der Kerk Ook de pogingen der protestantse theologen om met beschouwingen over de transcendentie van God, vage theorieën over het beweerde profetenambt, trekken aan zijn oog voorbij als uit geloofsnood geboren, doch tot onvruchtbaarheid ge- ,E EXEGEET Schlier tenslotte, hoog leraar aan de Universiteit van Bonn is de meest protestantse weg ge gaan, n.l. die van Schriftverklaring. Uit drukkelijk schrijft Schlier. dat het de on bevangen historische verklaring is, welke hem naar de Kerk gedreven heeft. Hij spreekt zijn dank uit jegens zijn leer meesters, aan wie hij de zin voor de objectiviteit meent te danken te hebben. 7.0 noemt hij de niet-katholieke wijsgeer Heidegger en uit diens kring stammende theoloog Rultmann. Volgens prof. Schlier is de onbevangenheid van het ware his torisch onderzoek ingesloten in de Geest der Kerk, Terwijl voor Schlier deze on bevangenheid echter de voorwaarde werd voor het vinden van de Kerk. blijkt van een overeenkomstige vondst bij de ge noemden nog slechts weinig. Het geheim van de genade-werking dringt zich aldus weer aan ons op: het maakt ons gereser veerd ten overstaan van de beoordeling van niet-christenen. zowel als van chris tenen. (waartoe wij ons zelf ook mogen rekenen), wanneer hun zienswijzen niet toekomen aan de orthodoxie. De verantwoording, welke Schlier geeft van zijn overgang, vormt op kleine schaal een Ecclesiologie. Voor wie zich een idee wil vormen over de moderne theologische inzichten in het wezen van de Kerk, be vinden zich hier overzichtelijk en beknopt bijeengezet de voornaamste theses, zoals die door het moderne bijbelonderzoek naar voren worden gehaald. De banden tussen Incarnatie en eschatologie worden beschreven op een zo pregnante wijze, dat de traditie, het Sacrament, het dogma, de wérkelijke heiligmaking, het coelibaat als de wezenlijke phenomenen verschij nen van het zijn der Kerk. Zijn slotver- toog over de eenheid der Kerk, tegen de achtergrond steeds van de Schrift, vormt een passende apotheose van een uitge werkt getuigenis, dat men onder de blik mag wensen van ieder, die het mysterie van God-met-ons zoekt enigszins te vat ten. lozen en verdrukten en.als een kunste naar die in zijn beste momenten een hard handige humor op volmaakt adequate wijze in zwart en wit vorm gaf De ten toonstelling die tot 9 Januari in het Haagse museum te zien is. geeft een interessant beeld van de wijze waarop Heine de vele aspecten van het wereld gebeuren zag Zij geeft echter ook te ver staan, dat Heine's prenten zeer sterk aan de tijd gebonden zijn. Juist door bet ge mis aan een bredere scheppende kracht zijn zij daarom gedoemd aan waarde te verliezen naarmate de gebeurtenissen waarop zij betrekking hebben tot een ver verleden vervagen. Volgens een Reuter-bericht van Zater dag zou het lossen van het m.s. „Charis" van de K.N.S.M. Vrijdag te New Orleans verhinderd zijn, doordat in opdracht van de secretaris van de internationale unie van zeevarenden bij het schip werd ge post. Deze maatregel aldus dit bericht was genomen ter ondersteuning van de stakende havenarbeiders op Curagao. De K.N.S.M. deelt thans mede, dat de uit superfosfaat bestaande lading wèl is gelost. Halverwege de lossing hebben posters gepoogd het werk te beletten doch de havenarbeiders aldus de K.N S M. hebben zich hiervan niets aangetrokken en de lossing werd voltooid. Zaterdag is het schip uit New Orleans vertrokken. Twee voormalige leden van het kabi net van de ex-president van Argentinië, generaal Lonardi. die de vorige maand is afgezet, zijn gisteren in hechtenis geno men. Het zijn de minister van buiten landse zaken, dr Mario Amadeo en dr Juan Carlos Goyeneche. staatssecretaris voor pers en cultuur, aldus is van be trouwbare zijde gemeld. Ook Clemente Achaval. generaal Lonardi's zwager en gewezen secretaris, zou gearresteerd zijn.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 3