Postzegels 'MBiwa m m mm UttEROflj VOOR 30(1C Werelddeel van de witte dood ESJOff VI OUD EEN LEZER VRAAGT SCHAKEN DE HEILIGE VAN DE 'WEEK HET GRABBELTONNETJE ïïiaa 1 IP 11 1!P^ Bridge-Rubriek EVEN AANDACHT VOOR Februari Louwmaand ging voorbij Aardrijkskunde- puzzel ZATERDAG 4 FEBRUARI 1956 PAGINA 6 Nieuwe uitgiften Eerste vlucht Amsterdam Colombo PHYSISCH LABORATORIUM IN UTRECHT BESTAAT 250 JAAR Tentoonstelling van kostbare oude instrumenten HET ORANJEHUIS EN DE UNIVERSITEIT TE LEIDEN Tentoonstelling geopend „JOLIE BERCeREOP GINKELSE HEI? sof» - HBS? jasss- fes mrnm „IN BLIJ DE VERWACHTING" *1*1 jC p m mm aoj Wie was er het eerst? De nieuwe tijd 3 februari: Sint-Blasius CORRESPONDENTIE-ADRES: POSTBUS 8, HILVERSUM -W* -'■v l-:L ,:<l!;pP?f -||pi x<fcX> OP DEZE PLAATS maakten wij de vorige maal melding van enkele postzegels welke dezer dagen verschijnen naar aanleiding van het Mozart-jaar, een gebeurtenis in de muziekwereld, die zoals viel te ver wachten, ook in verschillende landen postaal wordt herdacht. Zo kwamen de Oostenrijkse Posterijen reeds met een fraaie 2.40 S., waarop de componist is afgebeeld. België doet ook een drietal herinneringszegels het licht zien, terwijl de Duitse Bondsrepubliek met een emissie kwam van 10 Pf.; tegen een paarse achtergrond treft men daar een spinet op aan; het geheel is overdrukt met de eerste maten van een muziekwerk van Mozart. Ook de Duitse Democratische Repu bliek gaf een tweetal speciale zegels uit, n.l. een 10 Pf. en een 20 Pf.; laatstge noemde zal normaal verkrijgbaar zijn, doch de 10 Pf. zal zoals is vermeld in de aankondiging, welke wij onder ogen kre gen, „gebunden" zijn. Een argeloze ver zamelaar zal niet duidelijk zijn wat men onder dat „sebunden" verstaat. Wij zul len het hier verduidelijken. Zodoende is het heel moeilijk om de series van de laatste maanden compleet aan te schaffen, tenzij men extra in zijn portemonnaie tast en bovendien betaalt inharde valuta. Uiteindelijk zijn al deze nieuwe zegels ook hier in de post- zegelhandel verkrijgbaar, doch omdat deze eveneens aan genoemde handelwijze is overgeleverd, is de prijs van deze reek sen aanmerkelijk hoger dan men bij op telling van de frankeerwaarde, omgere kend in Nederlands geld, plus winst voor de handelaar, zou verwachten. De Oostduitse Posterijen trachten nu wel hun houding te rechtvaardigen door gewichtig aandoende zinnen als .bescher men van bepaalde belangen", ons doet dit optreden van een staatsinstelling ech ter allesbehalve sympathiek aan. Hoe het ook zij, de lezer weet nu wat men in Oost-Duitsland verstaat onder een „ge- bunden" postzegel. Voor het overige trek- ke hij hieruit zelf zijn conclusies. S t. - H e 1 e n a. Het eeuwfeest van de post zegel werd herdacht met de uitgiften van drie zegels, waarop men behalve het por tret van koningin Eli zabeth in een medail lon, een afbeelding van de eerste postzegel aantreft met koningin Victoria erop. De frankeerwaarden zijn 3 d (lilarood en blauw) 4 d. (bTUin en blauw) en 6 d (violet en blauw) Vaticaan. Naar verluidt is in voor bereiding de uitgifte van een serie van drie zegels, gewijd aan de Pauselijke Garde. Ver. Staten. In de serie nieuwe waarden voor gewoon gebruik zal op 22 februari a.s. als veertiende zegel in om loop komen een VA dollarcent, waarop Mount Vernon (Virginia) voorkomt. De Duitse Bondsrepubliek gaf boven staande MOZART-ZEGEL uit Zoals bekend houden de postdirecties van nagenoeg alle landen er terdege re kening mee, dat een belangrijk gedeelte van de nieuwe emissies terecht komt bij de verzamelaars. Propaganda-diensten zorgen ervoor, dat een uitgifte over de gehele wereld bekend wordt; dit ge schiedt meestal op een aantrekkelijke wijze in de vorm van keurig uitgevoerde foldertjes, brochures of hoe dan ook. De filatelist kan de „nieuwtjes" tegen nomi nale waarde bij weldadigheidszegels verhoogd met de normale toeslag ver krijgen, eerste-dag-enveloppen worden soms beschikbaar gesteld, kortom de ser vice welke door de diverse posterijen wordt geboden laat veelal niets te wensen over. Een uitzondering hierop vormt de han delwijze van de Oostduitse Posterijen. Ook deze kondigen de nieuwe uitgiften van de Democratische Republiek aan, keilen verzamelaars van hun plannen op de hoogte, maar houden bij de verkoop van de zegels er vreemde praktijken op na. De laatste tijd is het daar nl. de ge woonte dat van elke serie die van de pers komt, een der zegels niet tegen de erop aangegeven nbminale waarde beschikbaar wordt gesteld, doch tegen een prijs die daar ver bovenuit gaat. Een gewone 20 Pf. uit zo'n reeks b.v. was onlangs ver krijgbaar voor 1.50. mffWf F r a n k r ij k. De dag van de postzegel zal op 17 maart a.s. in 45 plaatsen van Frankrijk, Algiers en Tunis worden ge vierd. Op de 12 3 fr. welke bij die ge legenheid van de pers zal komen, vindt men de stichter van de Europese post Francois de Tassis (14501517). Deze voorvechter voor internationaal postver keer werd ook reeds afgebeeld op een Belgische postzegel, nl. op de 80 ct„ wel ke op 14 mei 1952 verscheen bij het der tiende congres van de wereldpostunie te Brussel. Italië. De vier zegels ter gelegenheid van de zevende olympische winterspelen te Cortina d'Ampezzo kwamen dezer da gen in omloop. Op de 10 Lire is de springschans afgebeeld met op de achter grond de Dolomieten; het ski-stadion dat als begin- en eindpunt dient voor de ski wedstrijden treft men op de 12 Lire aan; op de 25 Lire het stadion voor schoonrij- den op schaatsen en ijshockey, terwijl de baan op het Misurina-meer, waar de wed strijden in het hardrijden plaats vonden, op de 60 Lire voorkomt. Nederland. „Die Sammler-Lupe" weet te melden dat de uitgifte van een Rembrandt-serie van vijf zegels wordt voorbereid bij gelegenheid van het feit, dat het deze zomer 350 jaar is geleden dat deze grote schilder werd geboren. Spanje. Het vijfde eeuwfeest van de heiligverklaring van de H. Vincent Ferrer werd o.m. herdacht met het uitgeven van een 15 ct, waarop een portret van de hei lige voorkomt zoals men dat aantreft op een schilderij in de kerk van de H. Se- bastiaan in Valencia. De H. Ferrer, wiens naam men ook dikwijls aantreft als Fer- rier, stierf op 5 april 1419 te Vannes. In 1455 werd hij door Paus Calixtus III hei lig verklaard. ;2 i; -S-PO STAGE IJsl'and. Op 23 januari kwamen drie zegels in koers bij de 900-ste verjaardag van de consecratie van de eerste bisschop Gizurarson met als zetel Skalholt; vijftig jaar later werd een tweede bisdom opge richt in Holar; in 1796 werden ze verenigd tot het diocees Reykjavik. Op de 75 a 4- 25 a (rood) ziet men St.-Thorlacus, de zes de bisschop van Skalholt, zoals hij voor komt op een 15de leuws antependium in de kathedraal van Holar. De oude houten kerk van Skalholt, naar een tekening van J. Cleveley (1772), is op de 1.25 Kr 4- 75 a (bruin) afge beeld. Op de hoog ste waarde 1.75 Kr. -)- 1.25 Kr. (don kerblauw) komt de grote redenaar Vi- dalin voor, die bis schop van Skalholt was in het begin van de achttiende eeuw. De toeslag op deze zegels is bestemd voor de herbouw van een cultureel centrum in Skalholt. Zwitserland. Dit jaar zal er we derom een reeks van vier propagandaze- gels worden uitgegeven; op 1 maart ko men ze in omloop. De 5 Rp (grijs, geel en zwart)brengt in herinnering het vijftig jarig bestaan van de Zwitserse postauto; de eerste dienst werd in 1906 op het tra ject BernDetlingen geopend. Op dit zegel vindt men zo'n auto afgebeeld. Het is dit jaar ook een halve eeuw ge leden dat de Simplontunnel werd geopend, op welk feit de 10 Rp (groen, grijs en rood) de aandacht vestigt. Óp de 40 Rp. (blauw en rood) treft men twee vliegtuigen, een oud en een nieuw model, aan ter gelegenheid van het zilveren ju bileum van de Swissair. De 20 Rp. (r.ood, geel en zwart) is gewijd aan de actie voor veilig verkeer. Deze zegels zullen ditmaal voor het eerst bij de Zwitserse posterijen ook ver krijgbaar zijn in een boekje, waarin zich een "serie gebruikt en een ongebruikt be vinden, tezamen met een beschrijving van de zegels in het Frans, Duits en Ita liaans. Met de eerste vlucht van de Lucht vaartmaatschappij Air Ceylon op het tra ject Amsterdam—Colombo (vertrek Am sterdam Schiphol op 7 februari a.s.) zal post worden medegegeven voor Bombay en Colombo. De correspondentie moet uiterlijk op 6 februari te 14.30 uur ie Amsterdam C.S. aanwezig zijn, voorzien van het opschrift: „Per openingsvlucht Air Ceylon AE 103 Amsterdam-Colombo 7-2-'56". Bijzondere stempels zullen niet worden gebruikt. Woensdag 8 februari a.s. zal het Phy- sisch Laboratorium der Rijksuniversiteit 250 jaar bestaan. Het 250-jarig bestaan van het labora torium zal slechts in eigen kring herdacht worden met een aantal wetenschappelijke voordrachten én een feestavond voor het wetenschappelijk personeel, de oud alumni en de studenten, alsmede met, een cabaretvoorstelling voor het niet-weten- sohappelijk personeel. Wel zal als meer officiële uiting van het 250-jarig bestaan van 8 februari tot 1 maart 1956 een grote tentoonstelling gehouden worden in het Universiteitsmuseum onder de naam: „250 jaar proefondervindelijke natuur kunde te Utrecht". Deze tentoonstelling omvat o.m. een aantal van de meest kost bare instrumenten uit vroeger tijden, de zeer beroemde Utrechtse microscopen- verzameling, instrumenten van 's-Grave- sande en van Musschenbroek enz. to*-'- - Het Academisch Historisch Museum te Leiden heeft het 25-jarig bestaan van deze instelling aangegrepen om een ex positie in te richten over de banden die door de eeuwen heen bestaan hebben tussen het Oranjehuis en de Leidse aca demie. Op 7 januari 1931, de dag vóór de opening, was prinses Juliana de eerste bezoekster. Thans is zij nog de laatste Oranje in de reeks, waarvan deze jubi leumexpositie een beeld geeft. De expo sitie betreft de banden van 23 Oranje telgen met de Leidse academie. Bij de opening van de tentoonstelling, welke gistermiddag geschiedde, waren zeer velen uit academische kringen bij een gekomen. Onder de tientallen gegadigden, die zich hebben aangemeld voor de per 1 april vacerende functie van schaapherder bij de Ginkelse kudde (Ede) bevindt zich ook de sollicitatie van de 28-jarige mej. Coos Vos uit Voorthuizen. Deze .jonge vrouw is wel gewend met allerlei viervoeters om te gaan, want zij beheert met een vriendin in Voorthuizen aan de Hunnenweg een dierenfarm. Ook met schapen deed zij de nodige ervaring op en omdat zij bovendien veeverloskun- dige is, zal haar sollicitatie zeker de volle aandacht hebben van het bestuur der stichting Edese schaapskudde. nuulinilll "t Dit boek van Dr. A.J. M. Lamers gratis bij aankoop van een Babyderm-Set, waarin poeder, zalf. olie, zeep, a f 4.95. Voorradig in Apotheek en Drogisterij. Weten is gerust zijn. De vier fraaie Italiaanse zegels bij gelegenheid van de OLYMPISCHE WINTERSPELEN TE CORTINA D AMPEZZO 'TTN: v-v x mscmassm No. 2094, 4 februari 1956. Redacteur G. J. A. VAN DAM. Vossiusstraat 18 B, Amsterdam-Z. Alle correspondentie aan dit adres. Bij vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel voor antwoord insluiten. VOOR ONZE LADDER-WEDSTRIJD. Het is geruime tijd geleden dat wij vraagstukken publiceerden van de bekwa me publicist Joh. v. d. Boogaard, te Rot terdam. Hieronder volgt thans echter een viertal composities, waaraan de liefheb bers van zijn genre hun hart kunnen op halen. Met uitzondering van no. 3295, dat een tweede plaatsing is, zijn het eerste pu- blikaties, speciaal voor de oplossers van onze rubriek. De oplossingen worden gaarne tot 15 februari tegemoet gezien aan het boven deze rubriek vermelde adres. No. 3293. 3294. n o i x Stand: Zw. 9—11, 13, 16, 18, 20, 22, 23, 25 28 29, D 8. Wit: 21, 27, 31, 32, 34, 35, 37, 39, 40, 42—44, 47, 48. Wit sp. en wint. No. 3295. Stand Zw. 7—11, 16, 17, 20, 24, 25, 34, 40 Wit: 18, 22, 23, 26, 27, 29, 31, 33, 37, 38, 43, 48, 50. Wit speelt en wint. Na spel, met var., uit gewerkt inzenden. No. 3296. Stand: Zw. 5, 7 10, 12, 14, 17, 19, 20, 24, 26, 35, 36. Wit 21 28, 29, 32—34, 39 —41, 43—45, 48, 50. Wit sp. en wint. Stand: Zw. 1, 6, 8, 9, 13, 14, 16, 18, 19, 25, 27, 36. Wit: 20 26, 28—30, 33, 34, 37, 39, 40, 44. Wit sp en wint. HOE MEN DE OPENINGEN „NIET" MOET SPELEN. Onder deze titel publiceerde de oud-wereldkampioen B. Springer jaren geleden eens een humoristisch, maar niet temin zeer leerzaam stukje in het week blad „De Damgids", dat wij onze lezers menen niet te mogen onthouden. Sprin ger begint zijn verhaal aldus Een dezer dagen werd te Doornspijk het volgende interessante partijtje ge speeld tussen de heren O. W. v. d. Kruk en A. G. S. Ukkel. Het werd een „Poolse Opening" met een,knoei-variant". Wit 1. 31—27. 18—23; 2. 33—28, 17—21; 3- 39—33, 21—26; 4. 37—31. 26X37; 5. 42X31, 11—17: 6. 34—30. Indien wit hier 6 4439 had gespeeld, zou zwart triomfantelijk een „reuzen zwaai" hebben gemaakt met 6. 2329: 7. 33X24, 20X29; 8. 34X23, 17—22 enz., het geen hem tenminste twee schijven winst zou hebben opgeleverd. Ook nu speelt zwart echter 6. 2329!; 7. 33X24. 20X29; 8. 4742, waarmede wit wil trachten te voorkomen, dat zwart weer veld 26 gaat bezetten. Zwart vervolgt mgt 8. 1721! (als wit nu 9. 31—26 speelt krijgt zwart goed spel door 9. 711; 10. 26X17, 11X33, wit mag nu niet met 4339 vervolgen, omdat zwart dan door 2934! zijn schijf winst zou bevestigen, daarom is wit wel gedwongen de schijf terug te winnen door 11- 40—34, 29X40; 12. 38X29. 15—20; 13. 45X34, 20—25 enz., wat hem echter posi tioneel nadeel zou opleveren). Het is dan ook om deze reden dat wit als volgt voortzette: 9. 30—25. 21—26! 10. 40—34. wil zich niet laten opsluiten door 4137 en ontdoet zich van de indringer. 10. 26X37; 11. 42X31, en nu wil wit niet in het toe geworpen aas biiten en terecht (men zie slechts: 11. 34X23?, 12—17!! 12. 42X31 16— 21; 13. 27X16, 17—22; 14. 28X17, 19X26 en daarna zal zw. 'n schijf winnen door 711). Dus zw. 11. 29X40; 12. 45X34. 12—Ui trekt weer naar veld 26 om te trachten wit op te sluiten. 13. 3833. 1721!! 14. 31—26?? Meent aldus 21—26 te kunnen voorkomen, maar nu raakt wit van de regen in de drup, zo'- uit het verdere verloop blijkt. Zw. 11 19—24! 15. 26X17, 24—30: 16. 35X24, 14—20; 17. 25X14. 9X38. Deze brutale zwarte rakker heeft zich hier zó sterk opgesteld, dat er voor wit geen bevredigende verdediging meer is te vinden tegen 711 of 12. In alle ge vallen zal wit nu een sphijf moeten ver liezen. Men bestudere dit maar eens. Het is wel de moeite waard. In de partij was wit zodanig overbluft, dat hij het zijn tegenstander toen nog wat gemakkelijker ging maken en vervolgde met 4339?. waarop zwart door 712 twee schijven won en wit de strijd maar opgaf. In aansluiting hierop geeft B. Springer nog een nieuwe variatie op een bekende openingsslag, welke ontstaat na bijvoor beeld het Volgende inleidende spel, dus alle schijven op bord. Wit: 1. 34—29, 19—24; 2. 40—34, 14—19: 3 34—30 20—25: 4. 29X20. 25X14; 5. 30—25 18—23; 6. 45—40. 15—20; 7. 40—34. 20—24; 8. 34—30 12—18; 9- 50—45. 10—15; 10. 31—27 17—22; 11. 44—40, 22X31; 12. 36X27, 11—17; 13. 33—28. 7—12; 14. 39—33, 4—10; 15 41—36 6—11; 16. 46—41. 17—21!! Een mooie lokzet! Als wit er nu in loopt met 27—22 volgt 18X27; 18. 33—29?, 24X22; 19. 25—20 14X34; 20. 40X7, 1X12; 21 36—31, 27X36; 22. 32—27, zw. naar keuze: 23. 37X6. waarna wit meent victorie te kunnen kraaien, maar dan komt P'^®" ling zwart met de verrassing van 23. 2—7! 24. 61. gedwongen, 7—11!!; 25. 1X14 10X19 en uiteindelijk heeft niet wit maar ?.wart een schijf winst. Een instructieve, practische combinatie. (Schaakredacteur P. A. KOETSHEID, Huize St. Bernardus Sassenheim). Zaterdag 4 februari 1956 P. A. KOETSHEID eerste plaatsing mat in 2 zetten No 7369 Goede oplossingen Deze drie problemen werden goed op gelost door P. Baas, Lutjebroek; L, M. v. D„ Maassluis; P. M. Dekker, Rotterdam; L. M. Hageman, De" Haag; P. v. d. Heij den, Budelschoot; P. de Jong, R'dam; B. Kouwenhoven, R'dam; F. S. N. Mineur, Overschie; P. J. M. v. d- Maarel, Over- schie; F. Pijls, Maasbracht; J. Raam, Vel- sen; Paul Raschdorf, Hannover; F. U. J. H. Witte, R'dam: I. v. d. Weide, Apel doorn. No.'s 7362 en 7364 door W. Verbon, Delft. No.'s 7362 en 7363 door dr. R. Bromberg, Roermond; A. Scholten, Gouda. Nagekomen oplossing van no. 7360 Paul Raschdorf, Hannover. Er gaat geen week voorbij, of de bladen berichten over gebeurtenis sen in het gebied van de Zuidpool, liet zuidelijk uiteinde der aardas. De ene expeditie na de andere baant zich een weg door sneeuw en ijs om het zesde werelddeel nader be verkennen. „Werelddeel?" Waarom niet? Austra lië is er een; het heeft een oppervlak te van pl.m. 9 miljoen km2. De Ant arctica beslaat pl.m. 13 miljoen km2. Het gebied kan dus wat uitgebreid heid betreft, een vergelijking met Australië glansrijk doorstaan. Heeft dit laatste werelddeel zijn woestenijen, het poolgebied eveneens. Een ijskap van soms duizenden meters dikte be dekt het als een doodskleed. Een gor del van pakijs, honderden km. breed, verdedigt 't tegen vermetele indrin gers. Enkele korstmossen leiden er 'n ar metierig bestaan. Wij noemden het dan ook: het werelddeel van de witte dood; er wonen „praktisch'* geen men sen. „Er heerst slechts levenloze ver latenheid. met witte, rose en blauwe bergen, die als grafstenen oprijzen uit de oppervlakte van een eindeloze, glinsterende, witte woestijn. Het land schap is dat van 'n kosmisch (kos mos; heelal) kerkhof" (Th. R. Heri- rey). Wat heeft men er te zoeken? De IJs zee is van betekenis wegens haar wal vissen. De wetenschap wil omtrent temperaturen neerslag, windrichting het naadje van de kous weten. Moge lijk bevat de bodem mineralen? Of be staat er belangstelling van de zijde der oorlogsvloot? Bovendien zullen vele tientallen expedities haar ontstaan hebben te danken aan de zucht naar avontuur, de mensen eigen. We bedoelen niet; wie was het eerst in de omgeving der Zuidpool? Want dan zouden we Engelsen (Cook), Zwe den, Duitsers, Russen enz. moeten noemen. Maar we menen: wie bereik te als éérste de zuidelijkste goal der aarde? 'n Noor, de succesvolste poolreizi ger, die de wereld ooit gekend heeft. Roald Amundsen. Zijn schip was de wijdvermaarde Fram (Voorwaarts) van professor Nansen, die, evenwel, zijn doel, de Noordpool, nimmer be reikte. Aanvankelijk heette het, dat Amundsen het op het noordelijk uitein de der aardas had gemunt. In het ge heim gooide hij het roer om (1910) en wijzigde hij Noordpool in Zuidpool! Tussen 14 en 17 december 1911 heeft hij die als eerste onder de stervelin gen gezien. Hij en zijn viertal mede reizigers. Wanneer men de twee dikke boeken leest, aan deze zware tocht gewijd, dan lijkt alles het simpele verhaal over 'n zomerreisje. Alles liep immers van 'n leien dakje! De geduchte Es kimo-honden hielden zich prima bij 't trekken der zware sleden. Het zal de reizigers niet meegevallen zijn een aantal van hen af te maken om er de andere honden mede te voeren. Maar het kon niet anders. Op de morgen van de 15e december 1911 hees Amundsen de Noorse vlag aan 'n ski en doopte hij de poolvlakte met de naam: Koning Haakon VII-land. De Noren plaatsten er een tent, die ze stevig bevestigden. In die tent lieten ze 'n brief achter voor hun koning, Haakon, en óók een voor een andere ontdekker, de Engelsman Robert Fal con Scott, die toen eveneens op weg was naar de Zuidpool. Zoveel geluk als de expeditie Amundsen had, zoveel tegenslag viel de expeditieScott in hetzelfde jaar ten deel (19101913). Voor de Noren was de Zuidpool het hoofddoel; voor de Engelsen 'n belangrijk nevendoel! Ze dachten het met pony-paardjes te redden, maar dit liep op een bittere teleurstelling uit. Het kwam hierop neer, dat menselijke trekkracht die der dieren moest vervangen en dat viel het vijftal kloeke kerels, dat de aanval op de Zuidpool waagde, uiter aard niet mee. Het weer zat tegen en de sneeuw was niet wat zij zijn moest, er ontstond gebrek aan voedsel ook, maar dit alles bijeen was 't ergste nog niet. 't Ergse kwam pas de 16e ja nuari 1912, want toenontdekten zij sporen van hondepoten en van sle den in de sneeuw. De Noren waren hun vóór geweest. De 17e werd dit vermoeden wrede werkelijkheid. Ze vonden de Noorse vlag, de zwarte tent de brief van Amundsen enz. enz! De moed zakte hun in de schoenen. Een terugweg van 1300 km. in het land van de witte stilte valt een overwinnaar al uiterst zwaar. Maar 'n overwonne- lingTenslotte moest Scott de strijd opgeven. De temperatuur was ver beneden normaal gedurende deze antarctische zomer. Er zat geen schot in de sle den. Een der mannen werd waanzin nig en liet het leven op 'n open ijsveld. Er traden tekenen van bevriezing aan handen en voeten op. Een ander lid van het kleine groepje nam vrijwillig afscheid van zijn kameraden, verliet de tent en vond de dood in een bliz zard (sneeuwstorm). Een afstand van 'n 15 km scheidde de overgeblevenen van het naaste levensmiddelen-depot. Voor hun verzwakte lichamen bleek 't véél te ver. Zij legden zich in hun slaapzakken neer binnen het tentje. En stierven alle drie 'n natuurlijke dood. 'n Laatste woord in Scott's dag boek, in november 1912 met de volle dige aantekeningen teruggevonden, gold zijn vrouw: zorg voor mijn vrouw, stond er. Maar later was het woord vrouw doorgekrast en vervangen door: widow (weduwe). Aldus eindigde een der grootste drama's in de geschie denis der poolexpedities. Ook Amundsen heeft, tenslotte, zijn tol aan de barse natuur moeten be talen. Hij beschouwde zich reeds als „gepensioneerd", toen een Italiaanse Noordpoolexpeditie onder kapitein No- bile gedurende de terugreis van de pool verongelukte. In juni 1928 verliet Amundsen in een Frans vliegtuig zijn Noorse vaderland en zette koers naar Spitsbergen om de vermisten te zoe ken. Er werd nooit meer iets van de machine, noch van haar bemanning vernomen. Tussen het vaderland en Spitsbergen moet zij om het leven zijn gekomen. Amundsen en Scott zijn, met hun mannen de enigen geweest, die geheel te voet, de Zuidpool hebben bedwon gen. Men moet bewondering gevoelen voor de wilskracht, het doorzettings vermogen, de onderlinge kameraad schap en de „teamgeest", welke de ze pioniers bezielden. Tegenwoordig heeft men vliegmachines en andere, moderne hulpmiddelen ingezet; maar verkenning uit de lucht is heel iets an ders dan bodemonderzoek en 't verza melen van allerlei interessante bijzon derheden! Wanneer we aan vliegtuigen over de Antarctica denken, dan komt ons al lereerst de naam van Wilkins in ge dachten, de Britse vliegenier en Pool reiziger, die het éérst boven het do mein van de witte dood vloog (1928). (Het was Wilkins ook, die per onder zeeboot naar de Noordpool wilde, een plan, dat niet bleek te verwezenlijken). Maar wie het meeste van zich deed spreken, was 'n Amerikaan, schout bij-nacht Byrd. De motoren van zijn vliegmachine daverden boven Noord en Zuidpool. Er werd zelfs een Ameri kaanse expeditie met oorlogsschepen en duizenden mannen op touw gezet met het doel wetenschappelijke gege vens te verzamelen en luchtverkennin- gen te maken (1946—'47). Een en an der stond onder leiding van Richard Evelyn Byrd. Eén van diens bekendste boeken is: Alone (alleen). Het beschrijft hoe de onderzoeker overwinterde nabij de be ruchte Ross-barrière, ontdekt door Ja mes Ross (1841). Deze ijs-slagboom beslaat 'n oppervlakte van 400.000 km2 en wie de kortste en „gemakkelijkste" weg naar de Zuidpool wil inslaan, moet de Ross-barrière bedwingen. In de poolwinter van '34 heeft Byrd daar ruim vier maanden moederziel alleen doorgebracht op 'n weerkundige post. Het heeft weinig gescheeld, of de pool reiziger had 't leven erbij ingeschoten. Er ontwikkelde zich kolendamp in zijn „kamer" en Byrd verkeerde op 't randje van de dood. Alleen aan zijn sterk gestel dankte hij zijn redding. „De belangstelling voor de explora tie (onderzoeking van onbekend ge bied) van Antarctica waarvan nog steeds het grootste deel terra incog nita (onbekend gebied) is" stelt K. Bezemer „blijft onverminderd bestaan en nieuwe expedities worden overwo gen en voorbereid". Sprokkelmaand en daarom wel ver zinnebeeld door een landman die zich warmt bij 'n houtvuurtje van gesprok keld hout. Het oudromeinse iaar ken de deze maand niet; het telde slechts tien maanden. Later kwam februari aan bod! De maand werd voorlopig achteraan geplaatst. Zodoende plakte men dan ook de schrikkeldag bij de maand februari aan. Het woord februari zou te maken hebben met Romeinse reinigings- en verzoeningsfeesten, de dusgenaamde: Februa, die van pl.m. 10 februari tot pl.m. het einde der maand gevierd werden. In de algemene geschiedenis kreeg de maand bekendheid door de febt-ua- ri-revolutie, welke de Franse burgerko ning, Louis Philippe, de kroon kostte (1848). 'n Staartje van die revolutie speelde ook in ons land. Koning Wil lem II liet aan de Tweede Kamer weten dat hij bereid was tot een vér gaande verandering van het staatsbe stuur. Hij was in 24 uur van conser vatief (behoudend) liberaal (vrijzinnig) geworden. Bijzonderheden uit het leven van Sint-Blasius vermeldt de legenda aurea, of gulden legende. Zij is een boeiende verzameling heiligenlevens, tussen de jaren 12501280 samengesteld door de Genuese dominicaan, de gelukzali ge Jacob van Virazzo. die zich daarmede een onvergankelijke naam verwierf. Hij behoorde tot de geleerdste mannen van zijn tijd. Wat meer zegt: hij was een heili ge mens, „Jacobus de Voragine". De gehele godsdienstige wereld las deze legenden. Zij beïnvloedden in niet geringe mate de kunst. De kleurige vensters der kathedralen en de miniaturen der handschriften kunnen wij soms alléén „vertalen" aan de hand van deze gewijde schrijver. Sint-Blasius bekleedde te Sebaste het ambt van bisschop. Tijdens de vervolgingen onder de weliswaar bekwame, doch drieste keizer Dio- cletiaan (pl.m. 300), trok hij zich terug in een spelonk. Vogels brach ten hem voedsel. Pas wanneer hij ze gezegend had, vlogen ze weg. Soldaten kwamen om hem gevan gen te nemen en voor de heidense landvoogd te leiden. Onderweg ont moette de bisschop een moeder, die haar zoontje tot hem bracht. Het kereltje had juist 'n visgraat ingeslikt en kreeg het erg benauwd. Blasius zegende het knaapje en redde het zodoende van de verstik kingsdood. Eer hij stierf, smeekte de martelaar „of God ieder die zijn voorspraak inriep bij keelziekte of andere krankheid, genezing wilde schenken?" Aanstonds klonk een stem uit de hemel: U geschiede ge lijk gij hebt gevraagd. Tegen deze vrome achtergrond moeten we de zegen zien, die de derde februari als voorbehoedmid del tegen keelziekten wordt uitge sproken. De geestelijke houdt twee brandende kaarsen in de vorm van een Sint-Andreaskruis in de hand, brengt ze bij de keel van hen, die de zegen wensen te ontvangen en spreekt daarbij een kort gebed uit. We zien S.-Blasius wel afgebeeld met als zinnebeelden: twee ge kruiste kaarsen, zoals bijv. in de beroemde slftskerk van Thorn (L). De landvoogd begroette Blasius als „vriend der goden". „Noem dui vels geen goden, die verwezen zijn naar de hel met allen die hen ver eren", zei de bisschop. Over de vij ver waarin de beulen hem wilden gooien, maakte hij het kruisteken. Al het water vloeide onmiddellijk weg. Toen veroordeelde men de martelaar tot de dood door het zwaard (283). Hem vergezelden twee kindertjes naar het hemels vaderland. Een heer wandelde eens langs het strand. Daar vond hij een gróte, witte vogel, 'n zeemeeuw. Het arme dier zat onder de olie en kon niet meer vliegen. Het was meer dood dan le vend. De man nam het diertje mee H. OTT 5e bijz. verm. Basler Nachrichten 1955 mat in 3 zetten No. 7370 v De problemen van deze week Nog steeds hebben we met schaarste té kampen en kunnen dan ook deze keer slechts twee problemen aan! ieden. De oplossing van no. 7369 eist geen in spanning De waarde van deze tweezet is gelegen in het feit, dat met beperkt ma teriaal enige goede blokkeringen zijn ver kregen. Onder no. 7370 brengen we een driezet, die in de oplossing een aardige variant verbergt, die onze lezers wel even bezig zal houden. Probleemoplossingen No. 7362. F. Cgarnecky. Opl. 1. Pb6—c4 dreiging 2. Pc4d2t+. No. 7363. W. H. Haring. Opl. 1. Pb3—cl enz. Niet Pa6c5, b6b5 en waar is nu de matzet? No. 7364. J. Buchwald. Opl. 1. Del—bi waarna 2. Tc2 zich richt naar zwarts spel om 3. Dh7| te laten volgen. Eén onzer trouwe lezers stelde ons de vraag, wat of er in robberbridge geboden moet worden op het volgende spel, nadat de partner met 1 SA (1618 punten) ge opend heeft: *97532<PHlO3<0>V54>B62 De speler die deze kaart in handen had bood 2 Schoppen (zwaktebod), waarop werd rondgepast. Het contract ging één down, terwijl 1 SA gemakkelijk ver down, terwijl 1 SA gemakkelijk vermoe delijk met een overslag, gemaakt zou zijn. Het is jarenlang een ruim verbreid wanbegrip geweest, dat men na 1 SA „altijd iets moet laten horen". Als men weet, dat de partner geen 3 SA of 4 in een kleur zal kunnen maken, is het niet juist enig bod te doen tenzij men denkt, dat men beter twee in de te bieden kleur kan spelen, dan 1 SA. Om die reden is het dus al niet juist, 1 SA uit te nemen in een of andere vier- kaart-kleur. De moderne theorie leert, dat twee in een kleur na 1 SA een zwaktebod is dat in die kleur tenminste een vijfkaart aan geeft. Gewend als de bridgers, zoals an dere mensen, zijn om uit neergeschreven dingen zaken te lezen, die er niet mee bedoeld worden, heeft men hiervan ge maakt: Na 1 SA moet men een vijfkaart laten horen als men een zwak spel heeft. Dit laatste nu, is niet waar. Men biede de vijfkaart of langere kleur als men er vrij zeker van is, dat twee in de kleur beter speelbaar zal zijn dar) 1 SA. Het bovengenoemde spel is een typisch voorbeeld van een spel. waarmede men na 1 SA moet passen. Iedereen met enige bridge-ervaring moet weten, dat men met dit spel. dat redelijke kracht in de korte kleuren heeft .vermoedelijk net zo gemak kelijk of zelfs gemakkelijker 1 SA zal kunnen maken, als 2 Schoppen. Men neemt 1 SA dus uit met twee in een kleur, als men in die kleur betere vooruitzichten meent te hebben. Voor beelden: noord opent 1 SA en oost past. Zuid heeft: 1. 4>VB765<?H43203«M54 Met dit spel biede zuid 2 Schoppen. De zwakte in Ruiten en Klaveren maken 1 SA ongewenst 2 Schoppen moet beter speelbaar zijn dan 1 SA. 2. 9 8 7 6 5 3 9 6 5 O 6 4 H 3, Ook hier is 2 schoppen op zijn plaats. Men zal meer slagen maken als schoppen troef is, dan wanneer 1 SA wordt ge speeld want in SA zal de schoppen- kleur ongeveer waardeloos blijken te zijn, wegen gebrek aan entrees bij Zuid 3. 469HB73 09 8 7 6 4«B975 Met dit spel moet Zuid passen. In principe moet men 1 SA niet uitnemen met een bod in een vierkaart. 4. ♦B7653<?AV30H65*76 Op een dergelijk spel is een „zwakte bod" fout. Zuid heeft 10 punten en de manche is waarschijnlijk Zuid kan 3 schoppen bieden doch ook 3 SA is een veel beter bod dan 2 schoppen. Gerou tineerde spelers, die de zg. Staymancon- ventie gebruiken, zouden die met dit spel kunnen toepassen. Daar wij in dit stukje echter niet over ingewikkelde conventies willen spreken, zullen wij deze conveptie hier verder buiten beschouwing laten. Speciaal de spelers die een 'sterke SA plegen te openen, moeten met hun part ners overeenkomen, dat 1 SA niet te gauw uitgenomen wordt op een zwak spel. Reeds een paar poppetjes in part ners hand zijn vaak voldoende om 1 SA te laten maken, terwijl men met 2 in een kleur altijd het risico loopt van onver wachte en onaangename gebeurtenissen in troef. Als u dit alles doorgelezen hebt, zal het u ook duidelijk zijn, waarom op het spel genoemd in de aanhef van dit artikel, na 1 SA van de partner gepast moet worden. MIMIR. naar huis, maakte het helemaal schoon en zette het daarna in een ren, waarin vroeger kippen hadden geze ten. Na enkele dagen knapte de meeuw weer op, maar van vliegen was geen sprake. Een dierenarts gaf de raad de vogel wat te kortwieken. Beide vleugels werden toen gekort. Voortaan liep de zeemeeuw vrij door de tuin. Werd vriendje met de kinde ren. En meldde zich aan de keuken deur wanneer hij honger had. We moeten hem 'n naam geven; als we hem dan roepen, komt-ie, vond het oudste meisje. En zo kreeg de zee meeuw een naam: Larus. Op 'n goeie morgen was Larus ver dwenen. De kinderen zochten en zoch ten. Ze konden hem nergens vinden. Ik weet wel waar hij heen is, zei hun vader. Hij is naar de binnenkant van de duinen. Zijn vleugels waren im mers weer gegroeid? Daar leeft hij met honderden, duizenden andere kap- meeuwen. Leggen in een ondiep kuil tje eieren. Broeden 'n kleine drie we ken. En verzorgen dan hun jonkies. Komt er 'n grote meeuw om die te roven dan jagen ze hem* met z'n allen op de vlucht. Let maar 'ns op! Mis schien zien we Larus nog wel 'ns te rug. Weken gingen voorbij. Op 'n middag werd er tegen de keukendeur geklopt. En niet zo zachtjes! Het meisje deed open. Daar stond Larus, de kapmeeuw Net of hij zeggen wou; Hebben jullie soms nog wat vlees, of vis voor me bewaard? 'n Stukje brood lust ik ook wel! Wat hadden de kinderen 'n schik. Als ze van school kwamen, toonde de kapmeeuw zich verheugd. Gingen ze naar buiten, dan vloog hij met hen mee. 't Lijkt wel 'n hondje! vonden de kinderen. Na verloop van maanden nam La rus weer afscheid. Keerde terug. Nam opnieuw afscheid. Dit is twintig jaar zo doorgegaan en het trouwe dier sloeg geen jaar over. Maar eens was hij 'n paar weken over tijd. Zijn vrien den dachten dat hij dood was? Mis schien in een olieveld op zee terecht gekomen? Neen! Larus meldde zich weer. En net zo hartelijk als altijd. Doch twee jaar na dit voorval wacht te de familie tevergeefs. Larus had zijn bezoeken voor altijd gestaakt. Louwmaand ging voorbijSprok kelmaand heeft haar intrede gedaan. Deze naam ligt ons wel: sprokkel maand. Maar hoe zit 't met: louwmaand? Omdat 't zo'n lauwe winter is, vonden onze schoolkinderen. Nee opperde 'n pienter kereltje, want dan zou je lauwmaand moeten schrijven. En je schrijft louwmaand En als de winter streng is, is het even goed louwmaand. Toen was het woord aan ons. Wij wis ten 't evenmin. Klampten een zeer ge leerde lerares aan. Die kon ons ook niet helpen. Tenminste, niet zo uit haar hoofd. Maar kijkt u eens in het grote woordenboek, daar staat het ze ker in. Wij naar de leeszaal. Alleen de letter L besloeg al een deel zo dik als on ze grote Van Dale. Wie kan zich onze teleurstelling voorstellen? „Oorsprong onbekend". Bovendien bleek een vorm met au nog lang zo gek niet. Laumaent! On ze beroemde dichter Hooft schreef echter: in Louwmaent 1634. Er werd voorzichtig gesteld: heeft dit louw soms iets met looien te maken? Louw maand, looimaand? Want bestaat er niet een woordje 16, dat run betekent? En gemalen eikeschors, run. speelde 'n rol, of speelt nóg 'n rol bij 't leer- looien. In „droeve wintervlagen van spro- ckel en van louw", zijn wij naar huis teruggekeerd. Er blijken geheimen te bestaan, die geheimen moeten blijven. Dat wisten wij trouwens wel. Oplossing: Hooghalen. 1. H(ellig), 2. (De) Mok, 3. Boorn, 4. Hengelo, 5. Enschede's, 6. Schagen, 7. Dalen, 8. Eem, 9 N(oor- den).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1956 | | pagina 6