Uitgaande van de basisperiode 1949/52
geen achterstand van de lonen
Minderheden weten echter wel een
Nacht vol verwarring"
Onenigheid over het te kiezen
uitgangspunt
RUIMTERAPPORTVAN DE S.E.R.
nchtprztnnn to Iïppiivpvph ke van een en °p k°rte
Theater speelt Goldsmith onder Engelse leiding
O
Inflatiegevaren verbonden aan
opvoering van het loonaandeel
In het Concertgebouw
Afscheid van Kubelik met
oude en nieuwe muziek
Maakt
MAANDAG 20 FEBRUARI 19S6
PAGINA 8
■jaar!
Correcties op III A
ï5 Pri
kotnei
tiertus v. Lier s concert
INBESLAGNEMING
HITLER-ROMAN GELAST
Tl M" 7 7 7 7 7 Hiertegenover staat een vermindering
pet van de loonsom per werknemer.
a a la De macro-economische gevolgen, wel-
XASXSI V VK-J a Ol/in V\Aj vA \Z> A/ Is f I V+f A/f A zullen uitgaan, zijp door het Centraal
vvest
drie
dat
^lliee
dürei
Word
«•en 1
Semo
van i
•haar
het 1
Cnie
het o
hiiljo
Hond
hieer
lande
troep
devie
j"pker
Britti
hii'io
Het „Ruimterapport" van de Sociaal-Economische
Raad, waarnaar reeds zo lang met zoveel nieuws
gierigheid werd uitgezien, is zojuist door de regering,
na overleg hierover in de ministerraad van vandaag
voor publikatie vrijgegeven. Dit rapport bevat het
resultaai van het diepgaande onderzoek, dat de Raad
op verzoek van de minister van sociale zaken heeft
ingesteld naar de economische situatie van ons land.
zulks met het oog op de, na de 6 pet loonsverhoging
van 1 oktober 1954, opnieuw naar voren gekomen
wensen op loongebied.
Het onderzoek, dat de Raad heeft ingesteld valt
uiteen in de volgende onderdelen:
1. In de eerste plaats geeft de Raad een algemene
karakteristiek van de economische situatie, waarin
ons land verkeert.
2. Vervolgens wordt nagegaan hoe de ontwikkeling
van het nationale inkomen per hoofd van de actieve
beroepsbevolking en van de loonsom per werknemer
is geweest en vermoedelijk in 1956 zal zijn.
Iwerd gemeld 69.3 bedroeg, terwijl basis
III A zou leiden tot een verhouding van
73.2 pet.
Hiertegenover merkten de voorstanders
van basis HIA o.a. op, dat het zo sterk
op de voorgrond plaatsen van het ver
houdingsgetal 69.3 moeilijk in overeen
stemming is te brengen met de gedachte,
dat het op langere termijn gezien wense
lijk is, het aandeel van de werknemers in
het nationale inkomen geleidelijk te doen
stijgen.
Tenslotte is er een groep bestaande uit
6 leden van de SER, die „hetzij eveneens
bereid is uit te gaan van, dan wel in
ieder geval rekening 'Wenst te houden
met de in de Stichting van den Arbeid
overeengekomen aanbeveling met betrek
king tot de keuze van de basis". Zjj ach
ten het echter de vraag of Basis IDA
wel geheel in overeenstemming is met de
bedoelingen van opstellers van de aan
beveling en wensen daarom op de percen
tages van de volgens Basis IIIA bereken
de achterstand enige correcties aan te
brengen.
Deze zijn o.a. de volgende. In de eer
ste plaats nemen deze leden aan, dat met
de loonronde van 1 oktober 1954 elke
achterstand was weggewerkt. Zij zien
vervolgens geen reden om een discrepan
tie tussen de prijsindex van nationaal in
komen en kosten van levensonderhoud
ad 1 pet. te verdisconteren (hetgeen me
de de bedoeling van IIIA was), terwijl
voor 1956 en 1957 rekening moet wor
den gehouden met verlenging van vakan
tie, hetgeen ook tot 1 pet correctie noopt.
Zodoende komen deze leden tot de vol
gende percentuele afwijkingen van de
ontwikkeling deze leden tot de volgende
percentuele afwijkingen van de ontwik
keling van de loonsom t.o.v. het nationale
inkomen
De
Zcals
Werd
?an
bezwE
Peüiki
Hun
leeeri
grond
feit
ia ire
oet. e
'Iet
's In
f ancle.
6.5 Dr
lr,kotT
verho
Van fl
dat ,1
'egeri
Jurj
col o^
in de
om ai
bliek
van c
hoem<
legeri
strijd]
Honds
bande
van 1
'goede:
ten.
Basis UI B (Stichting van den Arbeid
gecorrigeerd)
Basis III A Basis IIIB
1954 —4.5 0.0
1955 6.0 5.0
1956 —4.7 —2.7
1957 —0.6 +11
Na correctie van 1.3 in verband met
huurverhoging en ouderdomsverzekering
(zie boven) wordt dit cijfer 2.6.
De Raad acht het juist, ook thans bij
de vaststelling van een eventuele achter
stand in de loonontwikkeling en bij het
bepalen van de te volgen loonpolitiek in
belangrijke mate rekening te houden met
de gegevens der basisjaren 19491952.
Dit impliceert een verhouding van loon
som per werknemer tot nationaal inko
men per hoofd van 69.3 pet., welke ver
houding ook in 1938 ongeveer bestond.
Naar het oordeel van de Raad zijn er
bijzonder grote gevaren verbonden aan
het nastreven van een verhouding tussen
bovengenoemde grootheden, die belang
rijk hoger is dan blijkens de ervaring van
de afgelopen jaren zonder evenwichts-
verstoringen kon worden gerealiseerd.
Elke poging om de verhouding tussen
loonsom en nationaal inkomen op te voe
ren boven die, welke zich in het econo
mische verkeer laat realiseren, kan
slechts leiden tot een cumulatief proces
van looninflatie.
Taii
Siberi
uitstei
der g
Eeledi
ijs ee:
vonde
tnoet
zen-ol
de tiji
J'an p!
Jeren.
ben p'
sehe
Het
bet ef
Je ma
bet ij
betrek
Jbuseu
Als nieuwe klank hoorden we Bertus
v. Lier's Concert voor fagot en orkest
dat zes jaar geleden werd geschreven
in opdracht van de gemeente Amster
dam. De even intelligent als spitsvondig
geschreven inleiding in het programma
(door de auteur zelf) deed veel vermoe
den, vooral omdat zijn uiteenzetting
van de structuur van het werk even
helder als origineel genoemd mag wor
den. Welk een tegenstelling biedt ech
ter het klinkend resultaat! Men zou ver
wachten dat net solo-instrument, dat
zowel in het burleske als in het pasto-
raal-lyrische een onafzienbaar veld van
exploraties opent, hier met het orkest
een boeiend spel zou hebben aangegaan,
maar het js alsof hier alles samenwerkt
om dit vrije spel hindernissen te bezor
gen. Ondanks een reductie van het or
kest in de sector der strijkinstrumenten
handhaaft v. Lier hier koperblazers en
vormt deze sectie reeds een voortduren
de geluidsbarrière, waartegen de fagot
niet is opgewassen.
Maar ook elders komt zelden of nim
mer een harmonie tussen de concerte
rende groepen tot stand. De componist
schrijft dat het inleidend dialoog van
solo-instrument en orkest een discor-
dantie uitdrukt die meer tegenspraak
dan samenspraak is. Muzikaal geïnter-
Het West-Duitse federale oppergerechts-
hof heeft de inbeslagneming gelast van
hiet boek „Adolf Hitier, sein Kampf gegen
die Minusseele", geschreven door een ze
kere Asenbach. Dit boek is in een Duitse
uitgave in Argentinië verschenen en men
begint het in Duitsland te verspreiden.
Volgens het Hof is het een „verheerlij
king van de persoon van Hitier" en bevat
het hevige aanvallen op de tegenstanders
van de voormalige Fuehrer.
Asenbach tracht onder meer de uitroei
ing der Joden door de nazis te rechtvaar»
digen.