Machtiger dan de Macht van het Noodlot Amendementenmiddag bij de successie-belasting Schenkingstermijn blijft gehandhaafd op 180 dagen Rotterdamse Graanmarkt FAMILIECONFLICT Functie van het boek te bepalen door sociaal-psychologisch onderzoek Beeuwuk „La forza del destino99 iHMr Het wrekend verleden IN-en UITVALLEN Westerling verdacht van verduistering brylcreem houdt Proef 7 Neus Stuk van Diego Fabbri bij „Theater" Wat leest de katholiek Lectuurvoorziening positieve taak van meubelen zielzorg ZATERDAG 3 MAART 1956 PAGINA 9 Nederlandse Opera onder regie van Wolf Ludwig Verdi zorgt zelf PRIESTERWIJDINGEN MINDERBROEDERS de natuurlijke glans van gezond Haar BRYLCREEM geeft BRYLCREEM kleeft »S WERELDS MEEST VERKOCHTE HAIRDRESSING Gedenkwaardige uitvindingen. KUNSTSTICHTING SUBSIDIEERT SC A PING Zielzorg geen geestelijke voogdij VAN Roman door J. S. FLETCHt'R Vertaald door F. VAN VEES EN La forza del destino! Het is doorgaans niet moeilijk, erdi's opera-libretti belachelijk te maken. Zonder enscenering, en vooral: zonder muziek, kunnen de meeste zich tegenover een nuchtere kritiek niet best bandbaven. Maar voor de „Macht van bet Noodlot" moet men bet zinnetje omdraaien: daar wordt het wel moeilijk, het libretto niet belachelijk te maken. Alvaro doodt per ongeluk de vader en twee broers van zijn geliefde, één van die broers doodt nog net op bet nippertje de geliefde, en Alvaro, die het nu welletjes vindt, stort zich van de rotsen. Tenminste, dat was de oude versie. Ver- er zelf vond deze „Forza" wat fors. re duceerde later de twee broers tot één, liet de heldin niet door een dolk omko men maar „gewoon" van verdriet, en schonk Alvaro het leven, wat na voormel de avonturen nauwelijks een welkom ge schenk geweest kan zijn. Bovendien ver zachtte hij de Destino door een paar on vervalste bv "fa-figuren, die wel verade ming brengen, maar nu niet juist de logi ca en homogeniteit van de opera bevor deren Enfin, we kunnen dit hele betoog samenvatten in een enkel zinnetje: het libretto van de „Forza" is de koning der draken. Jawel, en daar komt nu de muziek. Daar komt de ouverture, met haar zeld zaam geniaal triolen-motief dat de. door het noodlot voortgezweepte. hoofdfiguren van het drama bijna lijfelijk voor ons plaatst: de mooiste ouverture die Verdi geschreven heeft. Daar komen de „top hits": Leonora's „Pace mio Dio", het duet van Alvaro en Carlo, het Rataplan- koor, en wat niet meer. Zeg nog eens iets over de koning der draken en we gooi en U de zaal uit! Machtig is het, wat zich op het toneel afspeelt, groots, tra gisch, en levensecht, o zo! Dat is, wat de klanken-wereld van Giu seppe Verdi vermag, dat is het perspec tief dat zijn genie voor ons opent op de Noodlotsgedachte die zijn hele oeuvre be heerst. dat de hele Middellandse-Zee-cul- tuur beheerst sinds de tragedie der Grie ken en waar we het liefde-en-bloed-libret- to niet eens meer bij nodig hebben. Wat regisseur en dirigent dan ook, bij deze opera voornamelijk te doen hebben is: het retoucheren der détails en het accen tueren van Verdi's fatalisme. Voor de rest zorgt Verdi zelf dan wel, ook nu nog, na bijna honderd jaar. Ook bij ons, want zeg niet dat we te Noordelijk zijn voor de sfeer van dit stuk. Het werd voor Peters burg geschreven en Petersburg vond het mooi. Zijn we, in verhouding tot die pre mière-stad, al feitelijk geen grensgebied van Italië? Bovendien hiad Amsterdam, bij haar pre mière die gisteren plaats vond. de me dewerking van twee Italiaanse krachten: de dirigent Arrigo Guarnieri. en de bari ton Colombo, die de Don Carlo zong. Leo nora was toevertrouwd aan Gré Brouwen- steijn die, als het haar meezit, voor de beste Italiaanse sopraan niet onderdoet. En voor de rollen van gardiaan en fra Melitone had men zich verzekerd van beproefde krachten als Guus Hoek man en Fritz Ollendorff. Dat waren dus in ieder geval al hoek stenen die een uitvoering op Italiaans hoog peil mogelijk maakten. Daarnaast Gee Smith als Calatrava, Johan van der Zalm als Alvaro, Mimi Aarden als„mar ketentster; benevens Jo van de Meent, Jean Alofs, Chris van Woerkom en Henk Angenent in de kleine rollen. Regisseur was de jonge Duitser Wolf-Dieter Ludwig en de décors ontwierp Hans van Norden. De uitvoering Premières zijn, voor uitvoerenden en recensenten, vervelende dingen omdat er altijd veel mis gaat dat eigenlijk best goed had kunnen zijn. Daar was b.v. het eerste tafereel van deze opera, met zijn hachelijke ensembles, die door nerveuze stemmen zo gauw onzuiver geïntoneerd worden. Daar was het afgrijselijke harmonium, dat de inkle dingsscène van Leonora zo jammerlijk kan bederven. Daar waren de indisposi ties in de hoogten van Van der Zalm, die zich over het algemeen verdienstelijk Op zondag 11 maart zal mgr. dr. J. H. G. Lemmens. bisschop van Roermond, de H. Priesterwijding toedienen aan de fra ters: Wilhelmus Sbeenkamer, Gouda: Mi chael Keverkamp. Rotterdam; Georgius Ruijgrok, Gouda: Theodulf Olsthoorn, Delft; Jeroen Schinkel, Cabauw-Lopik; Godschalk Bouman, Venlo; Godebert. Koot. Hazerswoude; Melchior, Baan. Am sterdam; Ronald Hölscher, Amsterdam; Marcianus Elskamp, Delft; Bonfilius See- gers Nijmegen; Orland Uiterwaal, Utrecht Evaristus Aalmans, Bleijerheide; Chris- tinianus van Deelen. Lottum: Joël Post- ma. Den Haag; Daniël van Opstal, Am sterdam; Siardus van der Klei. Bolsward; Wilgisus Creemers, Venlo: Melchiades Wienk. Hengelo; Agnellus Verheijen, Rot terdam; Esdras Steneker. Franeker; Ger- manus de Kok. Den Haag; Edmar Ver gouwen. Voorhout; Eris van Lindert, Nij megen; Respicius Weijs. Leunen; Lazarus van den Berg, Haarlem; allen van de orde der Minderbroeders. kweet van zijn zware taak. En tenslotte waren er orkestrale slordigheden, die voor ons de vraag open houden of de dirigent Guarnieri ver genoeg uitkwam bov enhet peil van redelijk roufiné. Maar gelukkig stonden daar ook deze eerste avond al vele positieve dingen tegenover: de voortreffelijke décors, de soepele regie, de uitstekende prestaties van Colombo en Ollendorf. Mimi Aarden bleek, sinds haar Carmendebuut, opmerkelijke vorderingen et hebben gemaakt, de koren werden stuk voor stuk voltreffers en de Taran tella in het vijfde tafereel werd aller aardigst gedanst. Maar de ereprijs gaat naar Gré Brouwenstijn, die, toen zij een maal goed op dreef was. ons een fraaie en ontroerende Leonora heeft weten t» brengen. HélèNE NOLTHENIUS Dat is in strijd met mijn eer als za kenman, ik probeer wat te verkopen en om een fooi vraag ik niet, mijn handel mag gezien worden en ik verdien op een eerlijke manier mijn brood. Het muntstuk, dat we de prentbrief kaartenverkoper in de smoezelige han den wilden drukken, verdween schielijk weer in onze zak, maar het De kaar ten mag je houden konden we niet meer ongedaan maken. Daar wij echter niemand in zijn beroepseer willen tasten, verlegden wij onze belangstelling van het kleintje pils naar de prentbriefkaarten. Er stónden nette juffrouwen op. die te gen iedereen „Hartelijk gefeliciteerd" lachten. We staken er een paar in onze zak, zeiden dat het lieve kaarten waren maar dat de dames helaas nog niet ge kleed ginaeo. in de pijl-lijnige lentecrea tie, de ceintuur hoog, van Pierre Balmain die deze week werd onthuld. Het munt- sti}k zwom al weer in onze hand. de kaarten moesten we inleveren en met een „Mijnheer wacht op een kaart met een lentecreatie van Balmain, maar ik heb geen „Kaartenweek" nodig om mijn han del aan de man brengen 'k verkoon al leen maar kwaliteit" ging hij de volgen de klant bewerken. Scipio Colombo in „La forza del destino" brylcreem Westerling, die zoals wvj gisteren heb ben bericht, voor een ereraad is gedaagd, wordt verdacht van verduistering, zo heeft de secretaris van de raad verklaard. De raad is van plan, de volgende weck in Utrecht of Amersfoort een zitting te hou- den, waarop Westerling verantwoording zal moeten afleggen over de wijze waar op hjj de „belangrijke bedragen" beert besteed, die hem volgens de raad ter hand zijn gesteld. Mocht Westerling niet ver schijnen of mocht bij zijn verhoor door de ereraad zijn schuld komen vaststaan. dan zal een klacht worden ingediend bij de officier van Justitie. De ereraad is samengesteld als volgt: voorzitter de heer P. Galliard, secretaris de heer Kuiper en leden ir. Joosten en mej. Wilschut als financiers van Wester ling de heer Simons, die bij het voorma lige' K N.I-L heeft gediend, en de heer Schoonen lid van het Veteranenlegioen. WS een fraaie, natuurlijke glans aan Uw haar niet. plakt niet, droogt het haar niet uit Uw hoofdhuid fris en gezond, voorkomt roos 's-GRAVENHAGE, 2 Maart 1956 Bij de behandeling van de wijziging van de successiebelasting was het van daag de eerste grote amendementenmiddag. Er moesten er, zoals we reeds meldden, meer dan dertig worden behandeld en verschillende daarvan bleken nog niet eens te kunnen worden afgehandeld, omdat ze klaarblijkelijk zo ingewikkeld waren, dat er eerst nog weer eens in een gesprek nadere op heldering moest worden verkregen. Dat was bijvoorbeeld het geval met het amendement van de heer Van den Heuvel, die de 15 pet. successiebelasting voor legaten voor kerkelijke, culturele en liefdadige instellingen wilde doen vervallen. De staatssecretaris, dr. van den Berge, verklaarde zich daartegen en wilde niet verder gaan dan 10 pet. en toen de zaak van voren en van achter was bezien, werd toch maar besloten op verzoek van de heer Van den Heuvel om de verdere behandeling hiervan even uit te stellen tot bij de hehandelir/g van artikel 24, waar de hoofdzaak van deze kwestie ligrt en waarop dan ook een zelfde amendement is ingediend. Dat was hatelijk en bovendien getuigde het van een verkeerd begrip omtrent de Boekenweek, waarin alleen het boek maar even op een versierde stoel wordt gezet om ons duidelijk te maken, dat van boeken niet alleen films gemaakt kunnen worden, maar dat men ze ook in oorspronkelijke staat kan lezen. Maar de opmerking was te begrijpen. Het is wei nig aannemelijk, dat onder al die kafj es kwaliteit schuil gaat. en het moet een boekverkoper angstig om het hart wor den als hij een adspirant-koper. die door een intensieve reclame en een dozijn slo gans zijn paleis wordt binnengeduwd, naar zijn overbeladen rekken ziet schuchteren. Als hij er eenmaal verkeerd met een boek i uitvliegt, vliegt hij er nooit meer in. Als wij niet zo tegen commissies wa ren en als wij niet zo graag iedereen willen laten doen, waar iedereen ook een schrijver zin in heeft, zouden wij voor de instelling van een instantie plei ten die de middelmatigheid voordat het drukinkt ruikt, terugwijst naar Hr beslo tenheid van het Old Finish schrijfbureau of het provisiekastje op het povere zol- j derkamertje. Hij was zijn kaarten kwijt. Gnuivend kwam hii naar ons toe. een pas verdiend en gevuld glas in de hand. Van de zomer kan ik u wel helpen aan kaarten, waarop de glimlachende da mes gekleed gaan in toilletjes van Bal main. maar zomers werk ik op ter-assen met mijn handel, een gezonde omgeving is ook wat waard. Die laatste woorden toverden ons een wereld voor ogen, die ons verschraalde heimwee nieuw leven gaf. Een terras, een luie stoel, een gulpend glas, wij le zend in het verhaal, dat wij gis.aren ter ere van de Boekenweek gek" hebb"> en langs ons deinen de toilletjes de ceintuur hoog van Balmain. Dan eerst zullen we de kwaliteit van het boek leren kennen. A's er zo'r B"1- main passeert en onze aandacht wordt af geleid is het geen goed boek. houdt daar entegen het boek. ondanks Balmain onze attentie vast, dan komt het zonder meer in aanmerking voor een litteraire prijs. Daarom kan het van de zomer ook zijn nut hebben niet zo'n heel goed boek mee te nemen naar het terras. Balmain kan ook kostelijk zijn. Een succes behaalde de heer Van de Wetering (C.H.). die een amendement had ingediend om de oude termijn van 180 dagen, waarbinnen voor het overlijden een schenking onderworpen zou zijn aan successiebelasting, te herstellen. Het voor stel van de staatssecretaris was hiervan twee jaar te maken, wat intussen al een grote vooruitgang was op het oorspronke lijke voorstel van minister Lieftinck, die er indertijd vijf jaar van had willen maken. Dit amendement werd aange nomen met 49 tegen 24 stemmen. Tegen stemde alleen de P.v.d.A. Het blijft dus 180 dagen. Maar een amendement-Van Leeuwen (V.V.D.) moest weer even woeden uitge steld, ofschoon het o.i. uitermate simpel was. Hij wilde, dat de schenking aan kinderen van 2000 per jaar of 10.000 bij het huwelijk van een kind geen fiscale consequenties zou mogen hebben, indien toevallig de ouders binnen een half jaar na die schenking zouden komen te over lijden De staatssecretaris meende, dat bij toestaan hiervan om fraude zou worden Beecham NederlandiV.F. «v /y;^ k^. voor Engros Jacq. Mot N.Vm Amsterdam in dezelfde tijd dat de Gebr. Wright zich met het eerste vliegtuig in de lucht begaven, begon ASPIRIN zijn triomf tocht over de wereld. Nimmer werd dit middel ter be strijding van hoofdpijn, griep, verkoudheid en reumatiek in zijn werking echter overtrof fen. gevraagd. De heer Van Leeuwen ver mocht niet in te zien hoe en op verzoek van de staatssecretaris zouden zij er dan ook samen eerst nog eens over praten om te zien wie van hen beiden nu eigenlijk gelijk had. Nadat dit tijdens een korte pauze was geschied, bleek het bezwaar an de staatssecretaris alleen te liggen bij de schenkingen van 2000, zodat de heer Van Leeuwen dit uit zijn amende ment schrapte. Het ging er hem voor-al om de huwelijksgift van 10.000 door de ouders bij overlijden binnen een half jaar daarna van successie vrij te stellen. En hiermee ging de staatssecretaris nu akkoord. Een ander punt waar men niet uitkwam was een redactiewijziging op artikel 13, waarbij vererving krachtens levens- en andere verzekering beschouwd worden krachtens erfrecht door overlijden te zijn verkregen volgens de oude tekst „tenzij de bevoordeling in het geheel niet aan de erflater kan worden toegerekend" Dit laatste was nu in het wetsvoorstel aldus gewijzigd: „tenzij voor de verkrijging niets a-an het verm-ogen van de erflater is onttrokken". De heer Hofstra had met vele anderen liever de oude tekst, maar de staatssecretaris hield aan de nieuwe tekst vast en men kwam er niet uit, zodat besloten werd daarover eerst nog eens te denken. Een amendement-Van Leeuwen (V.V.D.) om de drankwetvergunningen niet bij de boedel te rekenen, werd met 2346 stemmen verworpen. (Tegen K.V.P., P.v.d.A. en C.P.N.). Een andere kwestie was die van de kostcontracten, waarin de heer Hofstra een fictiebepaling wilde zien opgenomen, zodat het bepalen van de geschatte over waarde van bij het leven gekochte on roerende goederen zou worden beperkt tot de familie. Hiermee, alsmede met een rente-aftrek, ging de staatssecretaris akkoord via een nota van wijziging, zodat hiermee meteen d kwestie van het boerenerfrecht is opgelost Over een amendement-Van Leeuwen (V.V.D.) om voor de successiebelasting het pleegkind gelijk te stellen met een natuur lijk kind inplaats van met een kleinkind, zal dinsdag worden gestemd. Een amen- dement-Hofstra (P.v.d.A.) om niet in vorderbare inkomsten uit de successie te verwijderen, werd door de staatssecretaris overgenomen. Daarna kwam men nog toe aan artikel 24, waarop verschillende amendementen waren ingediend. Zo een van de heer Van den Heuvel (A.R.) om bij vererving van bosbezit voor alle bossen hetzelfde tarief te doen gelden als thans geldt voor bos sen, die vallen onder de natuurschoon wet, zodat de successiebelasting ook voor deze vererving met 50 pet. zou wo-rden ver minderd. En dan was er het amendement-Lucas (KV.P.), dat een verlaging van het ge hele tarief beoogt voor de verkrijging door de kinderen of de echtgenoot. De heer Hofstra verklaarde zich hier al direct tegen en de heer Van Leeuwen vóór. Dinsdag za] de e-r horen hoe de regering hierover der kt. F. S. Gedeponeerd handelsmerk (Bericht van A. Bosman N.V.. Graan- makelaars, Rotterdam) Nu de vorst definitief de benen geno men schijnt te hebben en men in °nze stad soms geen ijsschotsen meer in de Maas ziet, ziet de graanhandel de toe komst weer wat rooskleuriger in en kwam het op sommige dagen zelfs tot explosies van kooplust, waarbij de een stomend en de ander goed op maart en april aflading hej interessantste vond en hiernaar handelde. De afvoer van .loco goed komt vanzelfsprekend slechts lang zaam op dreef en vele nestinaties zullen nog wel een week gesloten blijven, doch het begin is er. Mais vaster en vooral stomend en maart aflading van Noord-Amerika gezocht en duurder betaald. Voor de laatste postjes Z.-Afr.. mais werden eveneens betere prijzen betaald, terwijl op aflading maart begin april tweedehands wat omging. Pla- tamais juni/juli en latere aflading blijft zeer schommelend en men is zeer be nieuwd naar de resultaten van de eerste inschrijving in Argentinië, die tegen half maart zal plaatsvinden. Gerst was wat betreft maalgerst zeer levendig en onze markt sluit speciaal voor 3 barley en 2 Western gerst bedui dend hoger., waarbij op vrijwel alle posi ties veel is gekocht. Austr. gerst bleef de gehele week weer goedkoop, in vergelij king tot andere soorten, aan de markt en vond dan ook later meer kooplust. Irak- gerst en Syrische gerst werden tot stij gende prijzen gekocht door Duitsland en Zwitserland. Rogge is een zeer schaars artikel ge worden. Wij blijven hoofdzakelijk aange wezen op 2 U.S.A. rogge en ook hierin moeten wij teren op oude toewijzingen daar de CCC pas begin mei met een volgende inschrijving zal komen. Daar er nogal wat blancoposities schijnen te lo pen, kon slechts tot sterk stijgende prij zen worden gekocht. Platarogge bracht bij inschrijving prijzen op, waaraan wij nog niet kunnen denken, terwijl Canada rogge eveneens veel te duur is. Intussen moet men niet vergeten, dat bij de huidige prij zen de aankoop voor veevoer sterk terug loopt, zoals steeds het geval is, wanneer gerst goedkoper wordt dan rogge. Haver vrij stil, ofschoon sedert vrijdag jl. enige aankopen van Am. haver op af lading plaatsvonden. De prijzen zijn aan de vaste kant. Platahaver is bij inschrij ving voor zeer hoge prijzen naar het buitenland gegaan. Van Austr. haver hoort men weinig, de verschepingen van die zijde schijnen nog niet vlot te ver lopen. Milo trok zeer de aandacht en werd zo wel stomend als maart en april aflading zeer levendig verhandeld. Ook op ae latere verschepingstermijnen vonden enige zaken plaats. Dit artikel blijft o.i. zeer goedkoop te noemen tegenover gerst. De Rotterdamse Kunststichting heeft besloten het „Scapino Ballet" voor elke in 1956 in Rotterdam te brengen vrije voorstelling een subsidie van 500 toe te kennen tot een maimum van 2.000. AANPAS-meubeien vanaf fl. «.273. vraag W&88W: onze folder (Van onze Utrechtse redacteur). Wat leest de katholiek in vergelijking 'at andere groepen van de bevoilking. Op deze vraag zou prof. dr. F. 5- Buyp„"~ dijk, die gisteren op het congres „l - soonUikheidsvorming en lectuur van he Katholiek Lectuurcentrum te btr sprak over: „De moderne mens en x«n lectuur", graag een antwoord heime Vooral om te weten welke betekenis h bock voor de lezer heeft, acht Pr Buytendijk een sociaal-psychologisch on derzoek nodig, dat de enige grondslag ka leveren voor kennis van de functie van het boek. Als kenmerken van de moderne mens ziet prof. Buytendijk: het niet-traditio- nele. afkeer van de romantiek, radicaal realisme en jeugdigheid. Hieruit blijkt de ernst van de vraag: welke zending heeft bet boek in onze tijd te vervullen en Welke is de taak van uitgave en versprei ding? De zending van het boek is, te reageren op het hartstochtelijk vragen van de moderne mens, maar deze moet dan het lezen worden geleerd. De taak van uitgeven en verspreiden is niet volbracht door een selectie van boeken, die geen aanstoot geven, of door het verbreiden van zg. vrijmoedige lec tuur vol nieuwe vooroordelen. Een her opvoeding van de litteraire smaak is nodig, door een zorgvuldige cultuur van het goed lezen. Spreker wenste zijn ge hoor, schrijvers te vinden, wier woorden geladen pistolen zijn, die precies raak schieten in het hart van deze tijd. Prof. drs. J A. J. Kleijberg hield een beschouwing over: „Lezer en zielzorger" waarbij hij voorop stelde, dat bij priesters zowel als leken de lectuurzielzorg te be perkt wordt gezien. Vooreerst denkt men daarbij aan negatieve moraal-oordelen. Verder verstaat men onder zielzorger alleen de geestelijkheid. Vervolgens denkt men dan. dat het gangbare criterium voor positieve zielzorgacties op lectuurgebied beperkt mag blijven tot „stichtelijk" en „katholiek", met voorbijzien van andere waarden. En tenslotte wordt het woord „zielzorg" nog dikwijls geassocieerd met „geestelijke voogdij". Kerk en priesters, aldus prof. Kleijberg. moeten de zielzorg uitoefenen, maar even I I wezenlijk is het een taak van leken, zowel Binnenwip fytterdjn} I individueel als in organisaties. Tevens I wees prof. Kleijberg op de noodzaak van eigen katholieke organisaties óp lectuur gebied, niet primair om negatieve rede- i nen. maar om positieve. „Doorbraak" op lectuurgebied zou in feite het katholieke volksdeel laten terugvallen in de al te scherpe tegenstelling van „specifiek katholieke boeken" tegenover „andere waardevolle literatuur", dus in de „hokjessfeer". Naar aanleiding van beide inleidingen werd een geanimeerde gedachten wisseling gehouden. Drie echtparen strijden om een kind. Daarmee ls het verhaal van „Familiecon flict'' verteld. Maar in het woordje „om" schuilt de diepere bedoeling die de Ita liaan Diego Fabbri met dit stuk had. Het gevecht der volwassenen speelt zich na melijk af „om" de 9-jarige Abéle, dat wil zeggen buiten hem om- Werkelijke liefde heeft met de verwoede pogingen om de rech ten op het zoontje te doen gelden niets te maken. Het gaat om andere motieven, egoïsme, geldingsdrang, gehechtheid aan iets dat zin geeft aan het leven, begeerte naar een levend speeltuig. Wat de mensen liefde noemen ls vertroebeld door zelf zuchtige bijmotieven. Daar ligt Fabbri's uitgangspunt, zijn algemeen menselijk thema, zijn appèl aan het geweten. Om zijn stelling een levend bewijs te i geven construeerde hij een niet erg waar schijnlijke, larmoyante geschiedenis. Was de vertelde historie de enige norm die de toneelkunst kent, dan zou „Familiecon flict" onherroepelijk tot de draken moeten worden gerekend. Maar de kunst van het toneel heeft vele aspecten. Belangrijker dan het verhaal is in dit stuk de vorm geving, de wijze waarop de figuren hun. geheime oogmerken blootgeven. Fabbri de scheidsrechter die telkens fluit voo. heeft de personen die zich de iongen wil-1 „buitenspel" wanneer hij de anderen, ook en toeëigenen met scherpe lijnen gete-|z«n vrouw, betrapt op va.se bijbedoelm- Niet Aid o is echter de vader maar Ser gio, een nietsnut, die in volslagen apathie leeft met zijn rijke vrouw. Als hij in de zaak betrokken wordt de moeder en de pleegmoeder vragen hem beiden een verklaring dat hij het kind afstaat gaat ook hij zich plotseling voor Abéle interes seren. Hij herinnert zich vroegere idealen van opofferingszin en doelbewust leven, verklaart tussen neus en lippen zijn hu welijk met Vanna voor geëindigd, en wil, met Nina en Abéle, „opnieuw beginnen" Zo vreemd gaat het toe in „Familiecon flict". De figuren waar het eigenlijk om gaat zijn intussen de pleegouders. Lydia is een nerveuze felbewogen vrouw, die zich met alle middelen, ook leugenachtige, inspant om het kind, dat zij heeft opgevoed, te houden. Ook haar motief is onzuiver. Zij houdt van Abéle vooral als het wezen dat zij, met Montessori in de hand, gekneed heeft. Daarvoor vecht zij, tot het uiterste. Haar man vecht niet mee. Hij is in het stuk de intelligente verdediger van de waarheid, desnoods ten koste van het recht op Abéle. Hij vertegenwoordigt het gewe ten- ln het spelbeeld beweegt hij zich ais beelding van de gekwelde vrouw, wier kostbaarste bezit bedreigd wordt, en die met niets ontziende heftigheid dat bezit verdedigt. Anny de Lange had de onver schillige pose en de rauwe stem om Nina gestalte te geven. Robert de Vries zette weer zo'n stoere geweldenaar zonder her sens op de planken zoals hij dat onover troffen kan. Bewonderenswaardig was Jacques Snoek in een creatie van de ge wetensvolle leraar Emilio- Plastisch uiter mate sober behoorde zijn vertolking tot de meest indrukwekkende. Frans v. d- Lingen en Jenny v. Maerlant speelden het rijke paar met het geijkte cynisme. In zijn plotselinge „bekering" was v. d. Lingen weinig overtuigend. Kees Buys was het jongetje en werd daarvoor beloond met een voetbal, die hem temidden der ovaties in de Arnhemse schouwburg voor de voe ten werd gerold. P. Het congres, dat onder leiding stond van mr. F. H. J. van de Leo, werd bij gewoond door mgr. Th. Huurde-man, na mens de aartsbisschop en do-o-r de heer M. W. Heslinga, als vertegenwoordiger van de minister van o., k. en w. kend. De dialoog is van de aanvang af geladen. Elk gesprek is onthullend, brengt de geaardheid van de sprekenden gena deloos aan het licht. Nina, de eigenlijke moeder, is een vrouw van twijfelachtige deugd. Zij wil haar zoontje, dat haar ja renlang onverschillig was geweest, terug eisen van de pleegouders, wanneer haar man Aldo, een rauwe dommerik met een stevig prestigegevoel, haar verleden heeft leren kennen en in een onverwachte reactie met zijn huwelijk schoon schip wil maken- Is de leugen haar niet erg handig gebruikt wapen, Aldo hanteert vooral de brute intimidatie als wapen in de strijd om het jongetje. gen. De geschiedenis groeit naar de crisis o' de flat van Sergio, waar de kleine Abél tenslotte vluchtend voor de heftige twis der ouderen, in een open liftkoker stor Zo neemt het leven wraak op het tekor aan liefde dat aile inspanningen „om" he jongetje kenmerkte. „Wij allen hebbei- schuld'' constateert Emilio „omdat wij niet goed hebben lief gehad". Onder regie van Robert de Vries, die terecht de nadruk legde op de kracht van de dialoog en de mise-en-scène sober hield, heeft „Theater" een goede voor stelling van het stuk gegeven. Elise Hoo- mans was Lydia. Uitstekend was haar uit- Robert de f ries, Elise Hoomans en Kees Buys in „Familieconflict ISOOmomxkamj** 52) Nadat Mallalieu op zekere dag er zeer na drukkelijk op had aangedrongen, bracht mijnheer Pett „The Times" van de vorige dag mede waaraan toevallig het binnen blad ontbrak, dat binnenlands nieuws bevatte. Natuurlijk vond Mallalieu niets, wat betrekking op hem zelf had en dat was het juist, waarnaar hij zo begerig was. Hij bleef dus van dat alles onkun dig en zijn enige bron was Christoffer Pett, die 'er natuurlijk wel voor zorgde alles op zijn manier voor te stellen. Voortdurend verzekerde hij Mallalieu. dat hij met al zijn krachten aan diens be langen werkte en verhaalde hij op hoog dravende toon, dat hij en zijn tante hun hersens pijnigden om middelen te bera men, teneinde hem veilig naar Norcaster te brengen. Doch hij hield ook niet op, het gevaar lijke van zo'n onderneming en het grote risico dat hij en juffrouw Pett daarbij liepen, aan te tonen. Onvermoeid hie.d hij de gevangene voor, hoe slecht de om standigheden waren en hoe goed hij er tenslotte nog aan toe was. Toen hij dan ook na het onderzoek van de zaak Stonei thuiskwam, stond zijn gelaat zó lang en ernstig, dat Mallalieu alleen daardoor reeds op slecht nieuws werd voorbereid. De zaken z.ien er slecht voor u uit. mijnheer Mallalieu, fluisterde hij, toen hij de deur van de kamer achter zich had gesloten. Zeer slecht zien zij er inderdaad uit, mijnheer! Indien u in andere handen, dan de onze was, weet ik niet. wat u zou moeten beginnen. Wij lopen zelf het groot ste gevaar, ter wille van u. Ja 't is wel treurig! MallaiMeu, wiens humeur toch al niet op zijn best was en door de gedwongen op sluiting steeds prikkelbaarder was ge worden barstte nu driftig los. Vervloekt Waarom spreekt u niet vijuit? snauwde hij. Zeg, wat u bedoelt en laat het daarbij. Wat is er nu weer aan de hand? Het zal er nu toch niet slechter voorstaan, dan te voren, denk ik. Christoffer trok bedaard een glacé handschoen uit en blies er in voor hij het ding op tafel legde. U behoeft geen harde woorden te gebruiken, mijnheer Mallalieu, zei hij op enigszins bestraffende toon. terwijl hij sarrend langzaam zijn andere ziek-bleke hand van haar rouwgewaad ontdeed. Dat is in het geheel niet nodig, mijnheer onder ons gezegd als vriend tegenover gentleman de zaken staan er veel slech ter voor. De rijksadvocaat heeft zo juist een aanklacht tegen u uitgesproken we gens moord met voorbedachte rade. Het volle, vlezige gelaat van Mallalieu werd grauw dat woord moord was bij zonder onaangenaam voor hem. Tegen mij! mompelde hij. Waarom tegen mij persoonlijk? Wij waren toch beiden aangeklaagd. En Cotherstone dan? Ik spreek over het. onderzoek, zei Chrstoffer. Zij veroordeelden niemand bij het onderzoek. Maar de uitspraak betrof alleen u. En op getuigenis nog wel van Cotherstone! Cotherstone! riep Mallalieu. Getuig de hij tegen mij! Hij is een leugenaar, als. Ik zal u alles in goede volgorde ver tellen, viel Chris hem in de rede. Wees kalm .mijnheer Mallalieu en luister, tracht onbevooroordeeld te luisteren. Doch niettegenstaande deze vermaning, gistte en kookte Mallalieu, terwijl de jon ge schurk hem alles verhaalde. Toen de ze zijn verhaal beëindigd had, was hij uitermate opgewonden. Ik ben in staat onmiddellijk hier van daan te gaan recht door naar het poli tiebureau, snauwde hij. Ja, daar heb ik werkelijk zin in. Ik zou ze ter verantwoor ding willen roepen! Ga uw gang. mijnheer, zei Chris toffer aanmoedigend. Ik wou maar, dat u het deed, dan waren wij van heel wat last af. Alleen gevoel ik mij, als uw raads man, verplicht, u erop te wijzen, dat elke stap, die u van deze veilige haven verwij dert, u dichter bij de galg brengt. Mallalieu liet zich in zijn stoel zakken en keek strak naar de roofvogeltronie van mijnheer Pett. wiens woorden hem hadden doen verbleken. Is u daar zeker van? vroeg hij, naar adem snakkend. Vast en zeker! antwoordde Christof fer. Daar behoeft u geen moment aan te twijfelen, mijnheer! Wat moeten wij dan aanvangen? vroeg de gevangene. Christoffer zette zijn gezicht in de plooi en keek diepzinnig naar de onderste knoop van zijn vest. Het is, zei hij eindelijk, volgens mijn opinie, het beste, te wachten en te zien, wat er gebeurt, als Cotherstone de vol gende week dinsdag voor de magistraten komt. Tot zolang is u hier veilig, als u tenminste doet wat wij zeggen. Ofschoon het gehele land bewaakt en nagezocht wordt, is er geen ziel die gelooft, dat u nog in Highmarket bent. Blijf dus zo ge duldig en tevreden als mogelijk is. mijn heer Mallalieu. En zodra wij de uitslag van aanstaande dinsdag weten, kunnen wij de uitvoering van onze plannen daar naar inrichten. Laat mij dan eens horen, wat die plannen zijn, gromde Mallalieu. Zij zijn nog niet geheel en al uitge werkt, mijnheer, antwoordde Christof fer, terwijl hij zijn hoe<j opzette en zijn glacé-handschoenen van de tafel opnam. Maar als alles klaar is. dan zal u toege ven. dat het een prachtplan is. Mallalieu kon dus niets anders dan wachten tot dinsdag. Doch het was een naargeestig, afmattend wachten. Hij a! en dronk; hij sliep zoals hij zijn gehe le leven nog nooit gedaan had en toch voelde hij, dat hij van angst wegteerde. Met bezorgde blik verwelkomde hij dan ook Christoffer. toen deze op de bewuste dinsdag 's namiddags na afloop van de rechtszitting thuis kwam, want het gelaat van genoemde heer stond donkerder dan ooit. Het wordt hoe langer hoe erger, mijn heer! fluisterde hij zuchtend, nadat hij de deur had gesloten. Alles is tegen u. U zoe ken zij! wat denkt u, dat er gebeurd is? Cothstone is buiten vervolging gesteld en vrijgelaten! Wat! schreeuwde Mallalieu en sprong op van zijn stoel, Buiten vervolging! Op vrije voeten gesteld! Waarom? Zij hadden mij onschuldig moeten verklaren. Christoffef legdie een zijner klamme vin gers tegen zijn scherpe neus. Hadden zij dat? vroeg hij, terwijl hij hem een knipoogje gaf. Dat zouden zij niet! Cotherstone verklaarde, dat hij uw schuld zo bewijzen, zodra u gevat zou worden. De spleetogen van Mallalieu werden bolrond en zijn gelaat zwol bloedrood op. Hij zag er uit. alsof hij een beroerte nabij was en Christoffer haastte zich het geval enigszins te verzachten. Volgens mijn mening is het een koiri- plot. Een samenzwering als u wilt, tus sen, Cotherstone en de autoriteiten. Co therstone heeft de slimste procureur en de knapste advocaat van Norcaster ge nomen. U kent hen wel, mijnheer Mal lalieu. Stilbey en Gradston, en ik geloof, dat het een doorgestoken kaart is. Snapt u het? Cotherstone zal uw schuld bewij zen, als u gevat wordt. Dus hebben zij mij alleen nog maar te arresteren, bromde Mallalieu. En wat ls nu dat plan van u? Want wachten doe ik niet langer. Of u zegt mij, wat u voor nemens bent te doen. of ik ga er van nacht vandoor om mijn kans te wagen. Verstaat u? Christoffer stond op, deed de deur open en riep zacht: Tante. (Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1956 | | pagina 9