Machtiger dan de Macht van het Noodlot
Amendementenmiddag bij de
successie-belasting
Schenkingstermijn blijft
gehandhaafd op 180 dagen
Rotterdamse Graanmarkt
FAMILIECONFLICT
Functie van het boek te bepalen
door sociaal-psychologisch
onderzoek
Beeuwuk
„La forza del destino99
iHMr
Het wrekend
verleden
IN-en UITVALLEN
Westerling verdacht van
verduistering
brylcreem houdt
Proef
7 Neus
Stuk van Diego Fabbri bij „Theater"
Wat leest de katholiek
Lectuurvoorziening positieve taak van
meubelen
zielzorg
ZATERDAG 3 MAART 1956
PAGINA 9
Nederlandse Opera onder regie van Wolf Ludwig
Verdi zorgt zelf
PRIESTERWIJDINGEN
MINDERBROEDERS
de natuurlijke glans
van gezond Haar
BRYLCREEM geeft
BRYLCREEM kleeft
»S WERELDS MEEST
VERKOCHTE HAIRDRESSING
Gedenkwaardige
uitvindingen.
KUNSTSTICHTING
SUBSIDIEERT SC A PING
Zielzorg geen geestelijke
voogdij
VAN
Roman door J. S. FLETCHt'R
Vertaald door F. VAN VEES EN
La forza del destino! Het is doorgaans niet moeilijk, erdi's opera-libretti
belachelijk te maken. Zonder enscenering, en vooral: zonder muziek,
kunnen de meeste zich tegenover een nuchtere kritiek niet best bandbaven.
Maar voor de „Macht van bet Noodlot" moet men bet zinnetje omdraaien:
daar wordt het wel moeilijk, het libretto niet belachelijk te maken. Alvaro
doodt per ongeluk de vader en twee broers van zijn geliefde, één van die
broers doodt nog net op bet nippertje de geliefde, en Alvaro, die het
nu welletjes vindt, stort zich van de rotsen.
Tenminste, dat was de oude versie. Ver-
er zelf vond deze „Forza" wat fors. re
duceerde later de twee broers tot één,
liet de heldin niet door een dolk omko
men maar „gewoon" van verdriet, en
schonk Alvaro het leven, wat na voormel
de avonturen nauwelijks een welkom ge
schenk geweest kan zijn. Bovendien ver
zachtte hij de Destino door een paar on
vervalste bv "fa-figuren, die wel verade
ming brengen, maar nu niet juist de logi
ca en homogeniteit van de opera bevor
deren Enfin, we kunnen dit hele betoog
samenvatten in een enkel zinnetje: het
libretto van de „Forza" is de koning
der draken.
Jawel, en daar komt nu de muziek.
Daar komt de ouverture, met haar zeld
zaam geniaal triolen-motief dat de. door
het noodlot voortgezweepte. hoofdfiguren
van het drama bijna lijfelijk voor ons
plaatst: de mooiste ouverture die Verdi
geschreven heeft. Daar komen de „top
hits": Leonora's „Pace mio Dio", het
duet van Alvaro en Carlo, het Rataplan-
koor, en wat niet meer. Zeg nog eens
iets over de koning der draken en we gooi
en U de zaal uit! Machtig is het, wat
zich op het toneel afspeelt, groots, tra
gisch, en levensecht, o zo!
Dat is, wat de klanken-wereld van Giu
seppe Verdi vermag, dat is het perspec
tief dat zijn genie voor ons opent op de
Noodlotsgedachte die zijn hele oeuvre be
heerst. dat de hele Middellandse-Zee-cul-
tuur beheerst sinds de tragedie der Grie
ken en waar we het liefde-en-bloed-libret-
to niet eens meer bij nodig hebben. Wat
regisseur en dirigent dan ook, bij deze
opera voornamelijk te doen hebben is:
het retoucheren der détails en het accen
tueren van Verdi's fatalisme. Voor de
rest zorgt Verdi zelf dan wel, ook nu nog,
na bijna honderd jaar. Ook bij ons, want
zeg niet dat we te Noordelijk zijn voor de
sfeer van dit stuk. Het werd voor Peters
burg geschreven en Petersburg vond het
mooi. Zijn we, in verhouding tot die pre
mière-stad, al feitelijk geen grensgebied
van Italië?
Bovendien hiad Amsterdam, bij haar pre
mière die gisteren plaats vond. de me
dewerking van twee Italiaanse krachten:
de dirigent Arrigo Guarnieri. en de bari
ton Colombo, die de Don Carlo zong. Leo
nora was toevertrouwd aan Gré Brouwen-
steijn die, als het haar meezit, voor de
beste Italiaanse sopraan niet onderdoet.
En voor de rollen van gardiaan
en fra Melitone had men zich verzekerd
van beproefde krachten als Guus Hoek
man en Fritz Ollendorff.
Dat waren dus in ieder geval al hoek
stenen die een uitvoering op Italiaans
hoog peil mogelijk maakten. Daarnaast
Gee Smith als Calatrava, Johan van der
Zalm als Alvaro, Mimi Aarden als„mar
ketentster; benevens Jo van de Meent,
Jean Alofs, Chris van Woerkom en Henk
Angenent in de kleine rollen. Regisseur
was de jonge Duitser Wolf-Dieter Ludwig
en de décors ontwierp Hans van Norden.
De uitvoering
Premières zijn, voor uitvoerenden en
recensenten, vervelende dingen omdat er
altijd veel mis gaat dat eigenlijk best
goed had kunnen zijn.
Daar was b.v. het eerste tafereel van
deze opera, met zijn hachelijke ensembles,
die door nerveuze stemmen zo gauw
onzuiver geïntoneerd worden. Daar was
het afgrijselijke harmonium, dat de inkle
dingsscène van Leonora zo jammerlijk
kan bederven. Daar waren de indisposi
ties in de hoogten van Van der Zalm, die
zich over het algemeen verdienstelijk
Op zondag 11 maart zal mgr. dr. J. H.
G. Lemmens. bisschop van Roermond, de
H. Priesterwijding toedienen aan de fra
ters: Wilhelmus Sbeenkamer, Gouda: Mi
chael Keverkamp. Rotterdam; Georgius
Ruijgrok, Gouda: Theodulf Olsthoorn,
Delft; Jeroen Schinkel, Cabauw-Lopik;
Godschalk Bouman, Venlo; Godebert.
Koot. Hazerswoude; Melchior, Baan. Am
sterdam; Ronald Hölscher, Amsterdam;
Marcianus Elskamp, Delft; Bonfilius See-
gers Nijmegen; Orland Uiterwaal, Utrecht
Evaristus Aalmans, Bleijerheide; Chris-
tinianus van Deelen. Lottum: Joël Post-
ma. Den Haag; Daniël van Opstal, Am
sterdam; Siardus van der Klei. Bolsward;
Wilgisus Creemers, Venlo: Melchiades
Wienk. Hengelo; Agnellus Verheijen, Rot
terdam; Esdras Steneker. Franeker; Ger-
manus de Kok. Den Haag; Edmar Ver
gouwen. Voorhout; Eris van Lindert, Nij
megen; Respicius Weijs. Leunen; Lazarus
van den Berg, Haarlem; allen van de orde
der Minderbroeders.
kweet van zijn zware taak. En tenslotte
waren er orkestrale slordigheden, die
voor ons de vraag open houden of de
dirigent Guarnieri ver genoeg uitkwam
bov enhet peil van redelijk roufiné. Maar
gelukkig stonden daar ook deze eerste
avond al vele positieve dingen tegenover:
de voortreffelijke décors, de soepele regie,
de uitstekende prestaties van Colombo en
Ollendorf. Mimi Aarden bleek, sinds haar
Carmendebuut, opmerkelijke vorderingen
et hebben gemaakt, de koren werden
stuk voor stuk voltreffers en de Taran
tella in het vijfde tafereel werd aller
aardigst gedanst. Maar de ereprijs gaat
naar Gré Brouwenstijn, die, toen zij een
maal goed op dreef was. ons een fraaie
en ontroerende Leonora heeft weten t»
brengen.
HélèNE NOLTHENIUS
Dat is in strijd met mijn eer als za
kenman, ik probeer wat te verkopen en
om een fooi vraag ik niet, mijn handel
mag gezien worden en ik verdien op een
eerlijke manier mijn brood.
Het muntstuk, dat we de prentbrief
kaartenverkoper in de smoezelige han
den wilden drukken, verdween schielijk
weer in onze zak, maar het De kaar
ten mag je houden konden we niet
meer ongedaan maken. Daar wij echter
niemand in zijn beroepseer willen tasten,
verlegden wij onze belangstelling van het
kleintje pils naar de prentbriefkaarten.
Er stónden nette juffrouwen op. die te
gen iedereen „Hartelijk gefeliciteerd"
lachten. We staken er een paar in onze
zak, zeiden dat het lieve kaarten waren
maar dat de dames helaas nog niet ge
kleed ginaeo. in de pijl-lijnige lentecrea
tie, de ceintuur hoog, van Pierre Balmain
die deze week werd onthuld. Het munt-
sti}k zwom al weer in onze hand. de
kaarten moesten we inleveren en met een
„Mijnheer wacht op een kaart met een
lentecreatie van Balmain, maar ik heb
geen „Kaartenweek" nodig om mijn han
del aan de man brengen 'k verkoon al
leen maar kwaliteit" ging hij de volgen
de klant bewerken.
Scipio Colombo in „La forza del
destino"
brylcreem
Westerling, die zoals wvj gisteren heb
ben bericht, voor een ereraad is gedaagd,
wordt verdacht van verduistering, zo heeft
de secretaris van de raad verklaard. De
raad is van plan, de volgende weck in
Utrecht of Amersfoort een zitting te hou-
den, waarop Westerling verantwoording
zal moeten afleggen over de wijze waar
op hjj de „belangrijke bedragen" beert
besteed, die hem volgens de raad ter hand
zijn gesteld. Mocht Westerling niet ver
schijnen of mocht bij zijn verhoor door
de ereraad zijn schuld komen vaststaan.
dan zal een klacht worden ingediend bij
de officier van Justitie.
De ereraad is samengesteld als volgt:
voorzitter de heer P. Galliard, secretaris
de heer Kuiper en leden ir. Joosten en
mej. Wilschut als financiers van Wester
ling de heer Simons, die bij het voorma
lige' K N.I-L heeft gediend, en de heer
Schoonen lid van het Veteranenlegioen.
WS
een fraaie, natuurlijke glans
aan Uw haar
niet. plakt niet, droogt het
haar niet uit
Uw hoofdhuid fris en gezond,
voorkomt roos
's-GRAVENHAGE, 2 Maart 1956
Bij de behandeling van de wijziging van de successiebelasting was het van
daag de eerste grote amendementenmiddag. Er moesten er, zoals we reeds
meldden, meer dan dertig worden behandeld en verschillende daarvan bleken
nog niet eens te kunnen worden afgehandeld, omdat ze klaarblijkelijk zo
ingewikkeld waren, dat er eerst nog weer eens in een gesprek nadere op
heldering moest worden verkregen.
Dat was bijvoorbeeld het geval met het amendement van de heer Van den
Heuvel, die de 15 pet. successiebelasting voor legaten voor kerkelijke, culturele
en liefdadige instellingen wilde doen vervallen. De staatssecretaris, dr. van
den Berge, verklaarde zich daartegen en wilde niet verder gaan dan 10 pet.
en toen de zaak van voren en van achter was bezien, werd toch maar besloten
op verzoek van de heer Van den Heuvel om de verdere behandeling hiervan
even uit te stellen tot bij de hehandelir/g van artikel 24, waar de hoofdzaak
van deze kwestie ligrt en waarop dan ook een zelfde amendement is ingediend.
Dat was hatelijk en bovendien getuigde
het van een verkeerd begrip omtrent
de Boekenweek, waarin alleen het boek
maar even op een versierde stoel wordt
gezet om ons duidelijk te maken, dat
van boeken niet alleen films gemaakt
kunnen worden, maar dat men ze ook in
oorspronkelijke staat kan lezen. Maar de
opmerking was te begrijpen. Het is wei
nig aannemelijk, dat onder al die kafj es
kwaliteit schuil gaat. en het moet een
boekverkoper angstig om het hart wor
den als hij een adspirant-koper. die door
een intensieve reclame en een dozijn slo
gans zijn paleis wordt binnengeduwd, naar
zijn overbeladen rekken ziet schuchteren.
Als hij er eenmaal verkeerd met een boek i
uitvliegt, vliegt hij er nooit meer in.
Als wij niet zo tegen commissies wa
ren en als wij niet zo graag iedereen
willen laten doen, waar iedereen ook
een schrijver zin in heeft, zouden wij
voor de instelling van een instantie plei
ten die de middelmatigheid voordat het
drukinkt ruikt, terugwijst naar Hr beslo
tenheid van het Old Finish schrijfbureau
of het provisiekastje op het povere zol- j
derkamertje.
Hij was zijn kaarten kwijt. Gnuivend
kwam hii naar ons toe. een pas verdiend
en gevuld glas in de hand.
Van de zomer kan ik u wel helpen
aan kaarten, waarop de glimlachende da
mes gekleed gaan in toilletjes van Bal
main. maar zomers werk ik op ter-assen
met mijn handel, een gezonde omgeving
is ook wat waard.
Die laatste woorden toverden ons een
wereld voor ogen, die ons verschraalde
heimwee nieuw leven gaf. Een terras,
een luie stoel, een gulpend glas, wij le
zend in het verhaal, dat wij gis.aren ter
ere van de Boekenweek gek" hebb">
en langs ons deinen de toilletjes de
ceintuur hoog van Balmain.
Dan eerst zullen we de kwaliteit van
het boek leren kennen. A's er zo'r B"1-
main passeert en onze aandacht wordt af
geleid is het geen goed boek. houdt daar
entegen het boek. ondanks Balmain onze
attentie vast, dan komt het zonder meer
in aanmerking voor een litteraire prijs.
Daarom kan het van de zomer ook zijn
nut hebben niet zo'n heel goed boek
mee te nemen naar het terras. Balmain
kan ook kostelijk zijn.
Een succes behaalde de heer Van de
Wetering (C.H.). die een amendement had
ingediend om de oude termijn van 180
dagen, waarbinnen voor het overlijden
een schenking onderworpen zou zijn aan
successiebelasting, te herstellen. Het voor
stel van de staatssecretaris was hiervan
twee jaar te maken, wat intussen al een
grote vooruitgang was op het oorspronke
lijke voorstel van minister Lieftinck, die
er indertijd vijf jaar van had willen
maken. Dit amendement werd aange
nomen met 49 tegen 24 stemmen. Tegen
stemde alleen de P.v.d.A. Het blijft dus
180 dagen.
Maar een amendement-Van Leeuwen
(V.V.D.) moest weer even woeden uitge
steld, ofschoon het o.i. uitermate simpel
was. Hij wilde, dat de schenking aan
kinderen van 2000 per jaar of 10.000
bij het huwelijk van een kind geen fiscale
consequenties zou mogen hebben, indien
toevallig de ouders binnen een half jaar
na die schenking zouden komen te over
lijden De staatssecretaris meende, dat bij
toestaan hiervan om fraude zou worden
Beecham NederlandiV.F.
«v /y;^ k^.
voor Engros Jacq. Mot N.Vm Amsterdam
in dezelfde tijd dat de Gebr.
Wright zich met het eerste
vliegtuig in de lucht begaven,
begon ASPIRIN zijn triomf
tocht over de wereld. Nimmer
werd dit middel ter be
strijding van hoofdpijn, griep,
verkoudheid en reumatiek in
zijn werking echter overtrof
fen.
gevraagd. De heer Van Leeuwen ver
mocht niet in te zien hoe en op verzoek
van de staatssecretaris zouden zij er dan
ook samen eerst nog eens over praten om
te zien wie van hen beiden nu eigenlijk
gelijk had. Nadat dit tijdens een korte
pauze was geschied, bleek het bezwaar
an de staatssecretaris alleen te liggen
bij de schenkingen van 2000, zodat de
heer Van Leeuwen dit uit zijn amende
ment schrapte. Het ging er hem voor-al
om de huwelijksgift van 10.000 door de
ouders bij overlijden binnen een half jaar
daarna van successie vrij te stellen. En
hiermee ging de staatssecretaris nu
akkoord.
Een ander punt waar men niet uitkwam
was een redactiewijziging op artikel 13,
waarbij vererving krachtens levens- en
andere verzekering beschouwd worden
krachtens erfrecht door overlijden te zijn
verkregen volgens de oude tekst
„tenzij de bevoordeling in het geheel niet
aan de erflater kan worden toegerekend"
Dit laatste was nu in het wetsvoorstel
aldus gewijzigd: „tenzij voor de verkrijging
niets a-an het verm-ogen van de erflater
is onttrokken". De heer Hofstra had met
vele anderen liever de oude tekst, maar
de staatssecretaris hield aan de nieuwe
tekst vast en men kwam er niet uit, zodat
besloten werd daarover eerst nog eens te
denken. Een amendement-Van Leeuwen
(V.V.D.) om de drankwetvergunningen
niet bij de boedel te rekenen, werd met
2346 stemmen verworpen. (Tegen K.V.P.,
P.v.d.A. en C.P.N.).
Een andere kwestie was die van de
kostcontracten, waarin de heer Hofstra
een fictiebepaling wilde zien opgenomen,
zodat het bepalen van de geschatte over
waarde van bij het leven gekochte on
roerende goederen zou worden beperkt
tot de familie. Hiermee, alsmede met een
rente-aftrek, ging de staatssecretaris
akkoord via een nota van wijziging, zodat
hiermee meteen d kwestie van het
boerenerfrecht is opgelost
Over een amendement-Van Leeuwen
(V.V.D.) om voor de successiebelasting het
pleegkind gelijk te stellen met een natuur
lijk kind inplaats van met een kleinkind,
zal dinsdag worden gestemd. Een amen-
dement-Hofstra (P.v.d.A.) om niet in
vorderbare inkomsten uit de successie te
verwijderen, werd door de staatssecretaris
overgenomen.
Daarna kwam men nog toe aan artikel
24, waarop verschillende amendementen
waren ingediend. Zo een van de heer Van
den Heuvel (A.R.) om bij vererving van
bosbezit voor alle bossen hetzelfde tarief
te doen gelden als thans geldt voor bos
sen, die vallen onder de natuurschoon wet,
zodat de successiebelasting ook voor deze
vererving met 50 pet. zou wo-rden ver
minderd.
En dan was er het amendement-Lucas
(KV.P.), dat een verlaging van het ge
hele tarief beoogt voor de verkrijging
door de kinderen of de echtgenoot. De
heer Hofstra verklaarde zich hier al
direct tegen en de heer Van Leeuwen
vóór. Dinsdag za] de e-r horen hoe de
regering hierover der kt.
F. S.
Gedeponeerd
handelsmerk
(Bericht van A. Bosman N.V.. Graan-
makelaars, Rotterdam)
Nu de vorst definitief de benen geno
men schijnt te hebben en men in °nze
stad soms geen ijsschotsen meer in de
Maas ziet, ziet de graanhandel de toe
komst weer wat rooskleuriger in en
kwam het op sommige dagen zelfs tot
explosies van kooplust, waarbij de een
stomend en de ander goed op maart en
april aflading hej interessantste vond en
hiernaar handelde. De afvoer van .loco
goed komt vanzelfsprekend slechts lang
zaam op dreef en vele nestinaties zullen
nog wel een week gesloten blijven, doch
het begin is er.
Mais vaster en vooral stomend en maart
aflading van Noord-Amerika gezocht en
duurder betaald. Voor de laatste postjes
Z.-Afr.. mais werden eveneens betere
prijzen betaald, terwijl op aflading maart
begin april tweedehands wat omging. Pla-
tamais juni/juli en latere aflading blijft
zeer schommelend en men is zeer be
nieuwd naar de resultaten van de eerste
inschrijving in Argentinië, die tegen half
maart zal plaatsvinden.
Gerst was wat betreft maalgerst zeer
levendig en onze markt sluit speciaal
voor 3 barley en 2 Western gerst bedui
dend hoger., waarbij op vrijwel alle posi
ties veel is gekocht. Austr. gerst bleef de
gehele week weer goedkoop, in vergelij
king tot andere soorten, aan de markt en
vond dan ook later meer kooplust. Irak-
gerst en Syrische gerst werden tot stij
gende prijzen gekocht door Duitsland en
Zwitserland.
Rogge is een zeer schaars artikel ge
worden. Wij blijven hoofdzakelijk aange
wezen op 2 U.S.A. rogge en ook hierin
moeten wij teren op oude toewijzingen
daar de CCC pas begin mei met een
volgende inschrijving zal komen. Daar er
nogal wat blancoposities schijnen te lo
pen, kon slechts tot sterk stijgende prij
zen worden gekocht. Platarogge bracht bij
inschrijving prijzen op, waaraan wij nog
niet kunnen denken, terwijl Canada rogge
eveneens veel te duur is. Intussen moet
men niet vergeten, dat bij de huidige prij
zen de aankoop voor veevoer sterk terug
loopt, zoals steeds het geval is, wanneer
gerst goedkoper wordt dan rogge.
Haver vrij stil, ofschoon sedert vrijdag
jl. enige aankopen van Am. haver op af
lading plaatsvonden. De prijzen zijn aan
de vaste kant. Platahaver is bij inschrij
ving voor zeer hoge prijzen naar het
buitenland gegaan. Van Austr. haver
hoort men weinig, de verschepingen van
die zijde schijnen nog niet vlot te ver
lopen.
Milo trok zeer de aandacht en werd zo
wel stomend als maart en april aflading
zeer levendig verhandeld. Ook op ae
latere verschepingstermijnen vonden
enige zaken plaats. Dit artikel blijft o.i.
zeer goedkoop te noemen tegenover gerst.
De Rotterdamse Kunststichting heeft
besloten het „Scapino Ballet" voor elke
in 1956 in Rotterdam te brengen vrije
voorstelling een subsidie van 500 toe
te kennen tot een maimum van 2.000.
AANPAS-meubeien
vanaf
fl.
«.273.
vraag
W&88W: onze folder
(Van onze Utrechtse redacteur).
Wat leest de katholiek in vergelijking
'at andere groepen van de bevoilking. Op
deze vraag zou prof. dr. F. 5- Buyp„"~
dijk, die gisteren op het congres „l -
soonUikheidsvorming en lectuur van he
Katholiek Lectuurcentrum te btr
sprak over: „De moderne mens en x«n
lectuur", graag een antwoord heime
Vooral om te weten welke betekenis h
bock voor de lezer heeft, acht Pr
Buytendijk een sociaal-psychologisch on
derzoek nodig, dat de enige grondslag ka
leveren voor kennis van de functie van
het boek.
Als kenmerken van de moderne mens
ziet prof. Buytendijk: het niet-traditio-
nele. afkeer van de romantiek, radicaal
realisme en jeugdigheid. Hieruit blijkt de
ernst van de vraag: welke zending heeft
bet boek in onze tijd te vervullen en
Welke is de taak van uitgave en versprei
ding? De zending van het boek is, te
reageren op het hartstochtelijk vragen
van de moderne mens, maar deze moet
dan het lezen worden geleerd.
De taak van uitgeven en verspreiden is
niet volbracht door een selectie van
boeken, die geen aanstoot geven, of door
het verbreiden van zg. vrijmoedige lec
tuur vol nieuwe vooroordelen. Een her
opvoeding van de litteraire smaak is
nodig, door een zorgvuldige cultuur van
het goed lezen. Spreker wenste zijn ge
hoor, schrijvers te vinden, wier woorden
geladen pistolen zijn, die precies raak
schieten in het hart van deze tijd.
Prof. drs. J A. J. Kleijberg hield een
beschouwing over: „Lezer en zielzorger"
waarbij hij voorop stelde, dat bij priesters
zowel als leken de lectuurzielzorg te be
perkt wordt gezien. Vooreerst denkt men
daarbij aan negatieve moraal-oordelen.
Verder verstaat men onder zielzorger
alleen de geestelijkheid. Vervolgens denkt
men dan. dat het gangbare criterium voor
positieve zielzorgacties op lectuurgebied
beperkt mag blijven tot „stichtelijk" en
„katholiek", met voorbijzien van andere
waarden. En tenslotte wordt het woord
„zielzorg" nog dikwijls geassocieerd met
„geestelijke voogdij".
Kerk en priesters, aldus prof. Kleijberg.
moeten de zielzorg uitoefenen, maar even
I I wezenlijk is het een taak van leken, zowel
Binnenwip fytterdjn} I individueel als in organisaties. Tevens
I wees prof. Kleijberg op de noodzaak van
eigen katholieke organisaties óp lectuur
gebied, niet primair om negatieve rede-
i nen. maar om positieve. „Doorbraak" op
lectuurgebied zou in feite het katholieke
volksdeel laten terugvallen in de al te
scherpe tegenstelling van „specifiek
katholieke boeken" tegenover „andere
waardevolle literatuur", dus in de
„hokjessfeer".
Naar aanleiding van beide inleidingen
werd een geanimeerde gedachten wisseling
gehouden.
Drie echtparen strijden om een kind.
Daarmee ls het verhaal van „Familiecon
flict'' verteld. Maar in het woordje „om"
schuilt de diepere bedoeling die de Ita
liaan Diego Fabbri met dit stuk had. Het
gevecht der volwassenen speelt zich na
melijk af „om" de 9-jarige Abéle, dat wil
zeggen buiten hem om- Werkelijke liefde
heeft met de verwoede pogingen om de rech
ten op het zoontje te doen gelden niets te
maken. Het gaat om andere motieven,
egoïsme, geldingsdrang, gehechtheid aan
iets dat zin geeft aan het leven, begeerte
naar een levend speeltuig. Wat de mensen
liefde noemen ls vertroebeld door zelf
zuchtige bijmotieven. Daar ligt Fabbri's
uitgangspunt, zijn algemeen menselijk
thema, zijn appèl aan het geweten.
Om zijn stelling een levend bewijs te
i geven construeerde hij een niet erg waar
schijnlijke, larmoyante geschiedenis. Was
de vertelde historie de enige norm die de
toneelkunst kent, dan zou „Familiecon
flict" onherroepelijk tot de draken moeten
worden gerekend. Maar de kunst van het
toneel heeft vele aspecten. Belangrijker
dan het verhaal is in dit stuk de vorm
geving, de wijze waarop de figuren hun.
geheime oogmerken blootgeven. Fabbri de scheidsrechter die telkens fluit voo.
heeft de personen die zich de iongen wil-1 „buitenspel" wanneer hij de anderen, ook
en toeëigenen met scherpe lijnen gete-|z«n vrouw, betrapt op va.se bijbedoelm-
Niet Aid o is echter de vader maar Ser
gio, een nietsnut, die in volslagen apathie
leeft met zijn rijke vrouw. Als hij in de
zaak betrokken wordt de moeder en
de pleegmoeder vragen hem beiden een
verklaring dat hij het kind afstaat gaat
ook hij zich plotseling voor Abéle interes
seren. Hij herinnert zich vroegere idealen
van opofferingszin en doelbewust leven,
verklaart tussen neus en lippen zijn hu
welijk met Vanna voor geëindigd, en wil,
met Nina en Abéle, „opnieuw beginnen"
Zo vreemd gaat het toe in „Familiecon
flict".
De figuren waar het eigenlijk om gaat
zijn intussen de pleegouders. Lydia is een
nerveuze felbewogen vrouw, die zich met
alle middelen, ook leugenachtige, inspant
om het kind, dat zij heeft opgevoed, te
houden. Ook haar motief is onzuiver. Zij
houdt van Abéle vooral als het wezen dat
zij, met Montessori in de hand, gekneed
heeft. Daarvoor vecht zij, tot het uiterste.
Haar man vecht niet mee. Hij is in het
stuk de intelligente verdediger van de
waarheid, desnoods ten koste van het recht
op Abéle. Hij vertegenwoordigt het gewe
ten- ln het spelbeeld beweegt hij zich ais
beelding van de gekwelde vrouw, wier
kostbaarste bezit bedreigd wordt, en die
met niets ontziende heftigheid dat bezit
verdedigt. Anny de Lange had de onver
schillige pose en de rauwe stem om Nina
gestalte te geven. Robert de Vries zette
weer zo'n stoere geweldenaar zonder her
sens op de planken zoals hij dat onover
troffen kan. Bewonderenswaardig was
Jacques Snoek in een creatie van de ge
wetensvolle leraar Emilio- Plastisch uiter
mate sober behoorde zijn vertolking tot
de meest indrukwekkende. Frans v. d-
Lingen en Jenny v. Maerlant speelden het
rijke paar met het geijkte cynisme. In zijn
plotselinge „bekering" was v. d. Lingen
weinig overtuigend. Kees Buys was het
jongetje en werd daarvoor beloond met
een voetbal, die hem temidden der ovaties
in de Arnhemse schouwburg voor de voe
ten werd gerold.
P.
Het congres, dat onder leiding stond
van mr. F. H. J. van de Leo, werd bij
gewoond door mgr. Th. Huurde-man, na
mens de aartsbisschop en do-o-r de heer M.
W. Heslinga, als vertegenwoordiger van
de minister van o., k. en w.
kend. De dialoog is van de aanvang af
geladen. Elk gesprek is onthullend, brengt
de geaardheid van de sprekenden gena
deloos aan het licht. Nina, de eigenlijke
moeder, is een vrouw van twijfelachtige
deugd. Zij wil haar zoontje, dat haar ja
renlang onverschillig was geweest, terug
eisen van de pleegouders, wanneer haar
man Aldo, een rauwe dommerik met een
stevig prestigegevoel, haar verleden heeft
leren kennen en in een onverwachte
reactie met zijn huwelijk schoon schip
wil maken- Is de leugen haar niet erg
handig gebruikt wapen, Aldo hanteert
vooral de brute intimidatie als wapen in
de strijd om het jongetje.
gen.
De geschiedenis groeit naar de crisis o'
de flat van Sergio, waar de kleine Abél
tenslotte vluchtend voor de heftige twis
der ouderen, in een open liftkoker stor
Zo neemt het leven wraak op het tekor
aan liefde dat aile inspanningen „om" he
jongetje kenmerkte. „Wij allen hebbei-
schuld'' constateert Emilio „omdat wij niet
goed hebben lief gehad".
Onder regie van Robert de Vries, die
terecht de nadruk legde op de kracht van
de dialoog en de mise-en-scène sober
hield, heeft „Theater" een goede voor
stelling van het stuk gegeven. Elise Hoo-
mans was Lydia. Uitstekend was haar uit-
Robert de f ries, Elise Hoomans en Kees Buys in „Familieconflict
ISOOmomxkamj**
52)
Nadat Mallalieu op zekere dag er zeer na
drukkelijk op had aangedrongen, bracht
mijnheer Pett „The Times" van de vorige
dag mede waaraan toevallig het binnen
blad ontbrak, dat binnenlands nieuws
bevatte. Natuurlijk vond Mallalieu niets,
wat betrekking op hem zelf had en dat
was het juist, waarnaar hij zo begerig
was. Hij bleef dus van dat alles onkun
dig en zijn enige bron was Christoffer
Pett, die 'er natuurlijk wel voor zorgde
alles op zijn manier voor te stellen.
Voortdurend verzekerde hij Mallalieu.
dat hij met al zijn krachten aan diens be
langen werkte en verhaalde hij op hoog
dravende toon, dat hij en zijn tante hun
hersens pijnigden om middelen te bera
men, teneinde hem veilig naar Norcaster
te brengen.
Doch hij hield ook niet op, het gevaar
lijke van zo'n onderneming en het grote
risico dat hij en juffrouw Pett daarbij
liepen, aan te tonen. Onvermoeid hie.d
hij de gevangene voor, hoe slecht de om
standigheden waren en hoe goed hij er
tenslotte nog aan toe was. Toen hij dan
ook na het onderzoek van de zaak Stonei
thuiskwam, stond zijn gelaat zó lang en
ernstig, dat Mallalieu alleen daardoor
reeds op slecht nieuws werd voorbereid.
De zaken z.ien er slecht voor u uit.
mijnheer Mallalieu, fluisterde hij, toen hij
de deur van de kamer achter zich had
gesloten. Zeer slecht zien zij er inderdaad
uit, mijnheer! Indien u in andere handen,
dan de onze was, weet ik niet. wat u zou
moeten beginnen. Wij lopen zelf het groot
ste gevaar, ter wille van u. Ja 't is
wel treurig!
MallaiMeu, wiens humeur toch al niet op
zijn best was en door de gedwongen op
sluiting steeds prikkelbaarder was ge
worden barstte nu driftig los.
Vervloekt Waarom spreekt u niet
vijuit? snauwde hij. Zeg, wat u bedoelt
en laat het daarbij. Wat is er nu weer
aan de hand? Het zal er nu toch niet
slechter voorstaan, dan te voren, denk ik.
Christoffer trok bedaard een glacé
handschoen uit en blies er in voor hij het
ding op tafel legde.
U behoeft geen harde woorden te
gebruiken, mijnheer Mallalieu, zei hij op
enigszins bestraffende toon. terwijl hij
sarrend langzaam zijn andere ziek-bleke
hand van haar rouwgewaad ontdeed. Dat
is in het geheel niet nodig, mijnheer
onder ons gezegd als vriend tegenover
gentleman de zaken staan er veel slech
ter voor. De rijksadvocaat heeft zo juist
een aanklacht tegen u uitgesproken we
gens moord met voorbedachte rade.
Het volle, vlezige gelaat van Mallalieu
werd grauw dat woord moord was bij
zonder onaangenaam voor hem.
Tegen mij! mompelde hij. Waarom
tegen mij persoonlijk? Wij waren toch
beiden aangeklaagd. En Cotherstone dan?
Ik spreek over het. onderzoek, zei
Chrstoffer. Zij veroordeelden niemand bij
het onderzoek. Maar de uitspraak betrof
alleen u. En op getuigenis nog wel van
Cotherstone!
Cotherstone! riep Mallalieu. Getuig
de hij tegen mij! Hij is een leugenaar,
als.
Ik zal u alles in goede volgorde ver
tellen, viel Chris hem in de rede. Wees
kalm .mijnheer Mallalieu en luister,
tracht onbevooroordeeld te luisteren.
Doch niettegenstaande deze vermaning,
gistte en kookte Mallalieu, terwijl de jon
ge schurk hem alles verhaalde. Toen de
ze zijn verhaal beëindigd had, was hij
uitermate opgewonden.
Ik ben in staat onmiddellijk hier van
daan te gaan recht door naar het poli
tiebureau, snauwde hij. Ja, daar heb ik
werkelijk zin in. Ik zou ze ter verantwoor
ding willen roepen!
Ga uw gang. mijnheer, zei Chris
toffer aanmoedigend. Ik wou maar, dat
u het deed, dan waren wij van heel wat
last af. Alleen gevoel ik mij, als uw raads
man, verplicht, u erop te wijzen, dat elke
stap, die u van deze veilige haven verwij
dert, u dichter bij de galg brengt.
Mallalieu liet zich in zijn stoel zakken
en keek strak naar de roofvogeltronie
van mijnheer Pett. wiens woorden hem
hadden doen verbleken.
Is u daar zeker van? vroeg hij, naar
adem snakkend.
Vast en zeker! antwoordde Christof
fer. Daar behoeft u geen moment aan te
twijfelen, mijnheer!
Wat moeten wij dan aanvangen?
vroeg de gevangene.
Christoffer zette zijn gezicht in de plooi
en keek diepzinnig naar de onderste
knoop van zijn vest.
Het is, zei hij eindelijk, volgens mijn
opinie, het beste, te wachten en te zien,
wat er gebeurt, als Cotherstone de vol
gende week dinsdag voor de magistraten
komt. Tot zolang is u hier veilig, als u
tenminste doet wat wij zeggen. Ofschoon
het gehele land bewaakt en nagezocht
wordt, is er geen ziel die gelooft, dat u
nog in Highmarket bent. Blijf dus zo ge
duldig en tevreden als mogelijk is. mijn
heer Mallalieu. En zodra wij de uitslag
van aanstaande dinsdag weten, kunnen
wij de uitvoering van onze plannen daar
naar inrichten.
Laat mij dan eens horen, wat die
plannen zijn, gromde Mallalieu.
Zij zijn nog niet geheel en al uitge
werkt, mijnheer, antwoordde Christof
fer, terwijl hij zijn hoe<j opzette en zijn
glacé-handschoenen van de tafel opnam.
Maar als alles klaar is. dan zal u toege
ven. dat het een prachtplan is.
Mallalieu kon dus niets anders dan
wachten tot dinsdag. Doch het was een
naargeestig, afmattend wachten. Hij a!
en dronk; hij sliep zoals hij zijn gehe
le leven nog nooit gedaan had en toch
voelde hij, dat hij van angst wegteerde.
Met bezorgde blik verwelkomde hij dan
ook Christoffer. toen deze op de bewuste
dinsdag 's namiddags na afloop van de
rechtszitting thuis kwam, want het gelaat
van genoemde heer stond donkerder dan
ooit.
Het wordt hoe langer hoe erger, mijn
heer! fluisterde hij zuchtend, nadat hij de
deur had gesloten. Alles is tegen u. U zoe
ken zij! wat denkt u, dat er gebeurd is?
Cothstone is buiten vervolging gesteld en
vrijgelaten!
Wat! schreeuwde Mallalieu en sprong
op van zijn stoel, Buiten vervolging! Op
vrije voeten gesteld! Waarom? Zij hadden
mij onschuldig moeten verklaren.
Christoffef legdie een zijner klamme vin
gers tegen zijn scherpe neus.
Hadden zij dat? vroeg hij, terwijl hij
hem een knipoogje gaf. Dat zouden zij
niet! Cotherstone verklaarde, dat hij uw
schuld zo bewijzen, zodra u gevat zou
worden.
De spleetogen van Mallalieu werden
bolrond en zijn gelaat zwol bloedrood
op. Hij zag er uit. alsof hij een beroerte
nabij was en Christoffer haastte zich het
geval enigszins te verzachten.
Volgens mijn mening is het een koiri-
plot. Een samenzwering als u wilt, tus
sen, Cotherstone en de autoriteiten. Co
therstone heeft de slimste procureur en
de knapste advocaat van Norcaster ge
nomen. U kent hen wel, mijnheer Mal
lalieu. Stilbey en Gradston, en ik geloof,
dat het een doorgestoken kaart is. Snapt
u het? Cotherstone zal uw schuld bewij
zen, als u gevat wordt.
Dus hebben zij mij alleen nog maar
te arresteren, bromde Mallalieu. En wat
ls nu dat plan van u? Want wachten doe
ik niet langer. Of u zegt mij, wat u voor
nemens bent te doen. of ik ga er van
nacht vandoor om mijn kans te wagen.
Verstaat u?
Christoffer stond op, deed de deur open
en riep zacht: Tante.
(Wordt vervolgd).