De toekomst Er zijn anderhalf miljard ARMEN Wat doen wij VRAAG Najoka '57 VAN DE WEG HONDEPRAAT Vrijheid: op Leven en HET avontuur Een ZATERDAG 10 MAART 1956 PAGINA wmm '^00000x0000 i i*"g i «liii üf WÊT m m fi ®JF #1 HF m mm m Sk' Verb ijst erin:, Christus aan de minsten der Zijnen Het zeer lezenswaardig maandschrift Te Elfder Ure heeft haar maartnummer geheel gewijd aan de onderontwikkelde gebie den. Voldoende besef Huiveringwekkende conclusies India EEN DAAD 0 De ontketende atoomkracht dwingt tot de keuze tussen voor spoed en vernietiging. Dit is de leidende gedachte van A. den Doolaard in zijn boek: „De toe komst in uw handen". Het is een verschrikkelijk en verbijsterend appèl. Wanneer hij op zijn eigen wijze en met de hem eigen grote bekommernis herinnerd heeft aan de voorbije oorlog, laat hij dat hoofdstuk eindigen met dit woord van een kind tot zijn vader: ,Maar vader, besef je niet in wat voor tijd we leven? Jij stapelt maar rustig de ene steen op de andere, maar waarvoor bouw je eigenlijk? Weet je wel, datLaatst vóór die lachfilm, was er zo iets verschrikkelijks in het nieuws, een zuil water die dwars door het bioscoopdoek schoot; ik schrok zo, dat ik tn'n zuurtje inslikte. En toen stond er met grote letters: Het atoom tijdperk is begonnen. En daarom ben ik bang. vader.. Dan geeft hij een populaire maar zorg vuldige omschrijving van het wezen der atoom-energie-ontdekking. Begin juli 1945 vlogen enige atoom geleerden naar Alamogordo. in de woes tijn van New Mexico. In de vroege morgen van 16 juli had de proef plaats Een verslaggever schreef: ,,Het scheen alsof de tijd stilstond; alsof wij getui gen waren van de schepping der we reld. op het ogenblik toen de Heer sprak: „Er zij lichit!". Drie weken later op 6 augustus 1945 zoemde een Vliegend Fort op 10 km hoogte boven Hiroshima. „Duizenden kinderen zaten al op school, tiendui zenden arbeiders en kantoorbedienden waren al aan het werk" „Zonder waar schuwing trof hen de witte bliksem. Muren stortten rond hen in, vloeren vie len onder hen weg, hitte zengde hun huid rood en zwart bloed spoot uit hun ade- ren". Drie dagen nadat Hiroshima ver woest was, viel een tweede bom op Na- gaSDe inzet van het atoomtijdperk le verde twee weggevaagde steden op, tweehonderdduizend doden, honderd duizend gewonden en een nieuwe zien- te. de bloedkanker". Met niets ontziende openhartigheid, worden dan verder door de schrijver da ontstellende gevolgen aan het licht ge bracht. Het is gebleken, dat de geleer den de gevolgen van het „atoom-ge heim" onmogelijk kunnen overzien. De orde der natuur wordt er door bedreigd. Maar men gaat verder. Op 31 juni 1950 wordt door Truman aangekondigd dat de H-bom gebouwd zou worden. „De mens bad besloten de zon op de aarde te halen". Einstein waarschuwde; „Radio-actie- ve vergiftiging van de atmosfeer en daardoor vernietiging van elk leven op aarde liggen thans binnen het bereik der technische mogelijkheden' Nadat de eerste proeven werden ge nomen met de H-bommen, waarvan de in uw handen De tweede paddestoelwolk boven Bikini Elders stelden wij, dat de Goe de Week de ontzettende realiteit zal brengen van de marteldood van Christus, een gebeurtenis die de kerstromantiek dat an dere hoogtepunt in het jaar mist. Dan vloeit er bloed-. Bloed dat niet voor niets ver goten mag worden. Het is die be kommernis, die iedere christen wel heel in het bijzonder in de vastentijd, moet drijven naar al le andere mensen, die om wat voor reden dan ook van de kerk zijn vervreemd. Rond een kribbe kunnen we elkaar nog treffen op een teder argument en de ver lossingsdood is nog vei. Met Goede Vrijdag is het zo ver. Nu gaat het er werkelijk om dat allen aanwezig zijn. Jonge mensen allerwegen, in uw dorpen en steden zijn er pries, ters en leken die iets ondernemen om zwakken en verdwaalden bij een te brengen. Het gaat op Le ven en Dood. j In vrijheid zullen zij weer voor j Christus moeten kunnen kiezen. Bereiden wij voor hen de weg. Hier is bijv. een Rotterdams initiatief. Op zondag 18 maart te half tien v.m. komt pater Jelsma M. j SC. in het Capitol-theater spre- ken voor allen die uit het huis des i Heren zijn getrokken. Op zondag 25 maart zal Pater Henri de Greeve hetzelfde doen op dezelf- de tijd en dezelfde plaats. Een eerlijk gesprek met wat muzika- le omlijsting, alleen maar om tot hen te zeggen, waarom men op- I nieuw voor Christus zou kunnen I kiezen. Waarom we deze mededeling I doen? j jonge mensen van deze stad. j Wat u toch minstens doen kunt en doen moet is een ander mens die ge kent en waarvan ge weet dat hij van de Kerk vervreemd is, wijzen op dit gespre De „Actie-voor-God is natuur- j lijk in deze tijd actief. Als alle S jonge mensen die deze pagina ondlr het oog kregen en la- zen over de brochure „Christus eens meededen en huI} ^ra" woordelijkheid ten opzichte van de ander beseften en omzetten in daden. Dan staan wij ,straJ" j met meer onder het Kruis. Ln j daar gaat het om. Iedereen kan ergens zijn hu p j aanbieden. Zo zullen in vijf kerken van dezelfde stad leden van het weik- verband Katholiek Amateurto- neel ge kent hen, het zijn de- zelfde van de pretstukken en hoe- j den-bals op Vastenavond het Mattheus Evangelie zeggen van- af het priesterkoor j Orgel en koren zullen de gewij- de teksten begeleiden. Ieder die ontvankelijk is voor 1 het woord Gods mag komen luis- j teren. 5 En ook hier geldt weer: Mo- een wii onze verantwoordelijk- I held begrijpen. S 5 Het eaat er toch om met meer mensen onder het Kruis te j 5 staan Brengt gij, jonge mensen, J mede de mensen bijeen. '■....MW. uitwerking verschrikkelijker was dan men had voorspeld, kwam de waar schuwing van Charles-Noël Martin: „Be rekeningen tonen met zekerheid aan. dat er over een, twee, drie generaties mensenkinderen niet geboren zullen worden, omdat er heden Il-bommen ont ploffen Deze kinderen zullen niet le vensvatbaar zijn, omdat zij een dodelij ke verandering in zich dragen, opgeroe pen door de straling, welke doordrong in de lichamen van hun ouders, groot- of overgrootouders. De atoomstraling is het gevaarlijkste werktuig dat de mensheid ooit in han den heeft gekregen. Wanneer men niet nauwkeurig weet. hoe men zich van een werktuig bedienen moet, dan kan het verwonden of zelfs doden. Maar wij we ten nog zo weinig van de levensver schijnselen af. dat een andere vergelij king toepasselijker schijnt. De huidige mensheid lijkt op een troep apen, die een onontplofte bom hebben gevonden en nieuwsgierig als ze zijn, nu probe ren die bom open te prutsen". Er liggen genoeg bommen gereed voor honderdduizend Hiroshima's zegt Den Dolaard, zij liggen te wachten op onze keus; de keuze van elk mens voor zichzelf alleen. En hij eindigt met deze woorden: Elk mens moet kie zen tussen geluk en dood, tussen zelf moord en eerbied voor het leven. Voorzien van de prachtigste foto's van Cas Oorthuijs. is dit boek inder daad een groots werk. De Library of Peace, die de samenstellers uitnodigde wil mede door dit 'boek aan de vredes- gedachite een nieuwe inhoud geven. Dit boek verlangt van ieder van ons een po sitieve levenshouding. Is de schrijver hiermee geslaagd? Naar zijn eigen mening, beter: naar zijn eigen overtuiging waarschijnlijk wel. We hebben dit boek gelezen met grote beklemming en verbijstering. Maar op het beslissende ogenblik liet het ons in de- steek. Als documentatie is het meesterlijk. Maar het geeft geen oplos sing. Nergens. En dit is misschien het meest beangstigende van dit hele werk. Het hoogste waartoe dit boek mij brengt is kort samengevat dit: „laten we elkaar verdragen, want anders gaan we allemaal de vernietiging tegemoet". En dat na 20 eeuwen Christendom. De lezer die dit boek in handen geno men heeft zal het diep teleurgesteld naast zich neer leggen Deze wereld is geen doel op zich. Het leven van elke mens op deze wereld is niet meer dan een pelgrimage. Wij zijn op doortocht, anders niet. Ons le ven op aarde is een fase van ons be staan. De fase van de keuze. Neem de mens het perspectief af op het wer kelijke leven waartoe hij geroepen is en het leven is niet meer de moeite waard geleefd te worden. En het is dan een hele vraag of de dood door een H-bom niet verkieslijker is dan een slepende ziekte van jaren. De wereld heeft alleen maar zin als we haar zien als een creatuur van Hem die ieder van ons tot zich roept dwars door alle plagen van dit leven heen. Een wereld waarin mensen elkaar al leen maar verdragen is even onmogelijk als triest Maar wie God erkent en liefheeft, weet, dat het mogelijk is, niel door eigen maar door Zijn kracht om lief te hebben, ieder die we op onze weg ontmoeten. Ongeveer tegelijk met het uitkomen van „De toekomst ligt in uw handen" gaf de „Voor God"-actie een brochure uit over „Christus" (Te bestellen a 0.2? bij Postbus 2 Heemstede). Deze brochu re is precies het antwoord. In grote so berheid, zich strikt houdend aan letter lijke evangelie-teksten geven de samen stellers een beeld, maar een uiterma te levend beeld van de figuur van Christus. Aan de hand van eenvoudige maar zeer sprekende foto's kunnen we ons voorstellen hoe men kwam kijken naar het kind in de stal, hoe Hij thuis a_s jongen z'n vader hielp in de werkplaats hoe Hij in de synagoge optrad. We z.er de dingen die Hij zag als Hij sprak over de zaaier, over de oogst, over vis sers. We krijgen een beeld van de zie ken die Hij genas. We lezen de grond wet van Zijn Rijk, dat is voor oud en jong. voor alle tijden, voor alle talen 'en stammen, voor rustigen en vurigen en voor alle leeftijden. We zien wat het betekent die wet van Hem in praktijk te brengen. Hij leerde ons bidden. Hij gaf de sleutels van het Rijk aan Zijn plaatsbekleder op aarde. En tenslotte weten wij en zien we hoe Hij werd ver worpen en hoe Hij kon zeggen: Het is volbracht. In deze brochure wordt met geen woord over atoom- of H-bommen ge sproken, En toch is Hij die zeggen kon „Ik ben het leven", bet enige antwoord voor de talloze vragen van de in het nauw gebrachte mens van 1956. P. W. Onderweg kun je veel interessants meemaken. Ik bedoel onderweg van hier naar het hiernamaals. Want zo noemen ze het leven immers. Je hoort dat wel eens een enkele keer op de preek stoel. En soms lees je het ook wel eens'. Zoals bijvoorbeeld in de jon gerenpagina van de Maasbode Als ik het goed begrepen heb is Iedere dag een étappe van dat op weg zijn. Wel, ik kan niet anders zeggen dan dat er soms dagen bij zijn dat het zo interessant is op die weg, dat ik het jammer vind om weer ver der te moeten. Maar er zijn er ook. waarvan ix denk, het is maar goed dat het maar een „op weg zijn" is, anders werd Ik er stapelgek van. En als het er op aan komt zijn de meeste zo, dat ik er helemaal niet aan denk dat ik op weg ben. Wat wil je? Ik houd er niet van om mezelf kunstmatig ieder ogenblik voor te houden, dat ik op weg ben naar de hemel. Ik zou er een hiernamaals- complex van krijgen. Ik zou mis schien wel ingepikt worden door een medemens, die me voor een neurose- lijder aanziet. Want welke soort me demensen gaat er tegenwoordig rond in groten getale, zoekend wie zij zul len verslinden, niet rustend voor zij het voorwerp van hun mededogen naar een psychiater gesleept hep- ben. Waar ik wel voor voel is te pro beren alles meer in deze geest te beschouwen. Maar dan zo, dat het een stuk leven van me wordt. En niet een van buiten geleerd lesje. Misschien speelt het godsdienston derricht van mijn lagere schooljaren me nog parten. Daar werd door de meester of. de juffrouw of de kapelaan ik weet het niet meer een lange weg op het bord getekend. Hij liep van links beneden naar rechts boven. Links beneden stond een duiveltje, hetgeen de erfzonde betekende. Rechtsbo ven zeilden er wat wolkjes om een gouden deurtje heen. hetgeen een treffende aanduiding van de hemel was. De weg was vol met kronkels en er stonden tien A.N.W.B.-bordjes die naar de hemel wezen, in ver band met de tien geboden. Er lagen ook akelige keien en glassplinters op de weg. De talrijke zijwegen waren veel breder en veel mooier. Maar die kwamen lekker allemaal uit in. de hel (rechts onder in rood kleur krijt). Vooral de aanwezigheid van een engeltje en een duiveltje bij ieder kruispunt, die vol vuur het argeloze kind-op-weg tegenovergestelde rich tingen stonden aan te wijzen maakte diepe indruk op mij. Ik ben als kind altijd volkomen be reid geweest om deze visie op 's men- sens levensloop te aanvaarden. Maar later heb ik die engeltjes en die dui veltjes toch echt niet serieus kunnen nemen en al die A.N.W.B.-bordjes brachten me danig in verwarring (ik meen dat er voor de 5 geboden van de Heilige Kerk ook nog 5 A.N.W.B. paddestoelen stonden). En wat ik nou het ergste vond was wel dat ik helemaal niet begreep wat de voetbalcompetitie en de Ram blers en het zwemmen en het meis je uit 5 H.B.S. en het zomerkamp op de Vgluwe met die weg naar de hemel te maken hadden. Want daar was ik vol van. Nee, ik ben vreselijk bang voor schema's. Als ze me zeggen dat mijn leven op weg zijn is naar de hemel, dan moet ik het eerst ervaren. En dan moet alles er bij horen Niet alleen de uurtjes in de kerk zondags. Want dan is bet geen weg meer, maar een kwestie van scholletjes trappen. Ik wil het wel proberen. Want het lijkt me wel grandioos om in die éne ontstellende gedachte te kunnen leven. Wat zul de dan veel dingen onbelangrijk vinden. En wat zul je dan een doorgewinterde optimist en idealist blijven ondanks alles. Want je zult dan nooit vinden, dat je lang genoeg gedraafd heb voor een goeie zaak. En ook niet, dat je onderhand oud en wijs genobg ge worden bent om het idealisme nu maar als een kiekje in je fotoal bum te plakken en het in de kast te bergen. Sjonge, wat een avontuur eigenlijk. Ik ga het proberen. Om meer dan één reden besteden wij gaarne een brok van onze kolom men aan dit nummer en dus aan dit wereldomspannende vraagstuk. Een vraagstuk van huiveringwekken de dimensies, huiveringwekkende di mensies niet alleen in de maat, maar ook in tragiek,.want het zijn dimensies van groot menselijk lijder- Wij spraken u over de pelgrimstocht der mensheid, over, de betrekkelijkheid van het bezit voor de christen, die zich bezorgd en bekommerd moet weten om de ander, die in enigerlei vorm in nood verkeert. Hij zal moeten geven van wat hij heeft onthecht aan bezit onder de grote wet van de naastenlief de, het gebod waar wij op geoordeeld zullen worden. Hoe zullen wij, na dit Te Elfder Ure nummer gelezen te hebben, onze ver antwoordelijkheid zwaarder moeten voelen, ten opzichte van de mensen die in bittere ernst de minsten der Zijnen genoemd kunnen worden. „Wat doen wij voor hen?" is een vraag die Christus ons bij het Oordeel stellen zal; hoeveel te meer dienen wij die allesbeheersende vraag aan ons zelf dan te stellen, aan ons die Hem belij den? De consequenties liggen voor de hand. Daden gevraagd, daden die voortspruiten uit een heftige overtui ging. Maar in deze Vastentijd is er nog een overweging, brandender en univer seler. MET KERSTMIS kwam Christus op aarde. Rond een kribbe; bij een Moeder en een kind, die het koud hebben; in het waas van een in het verleden gegroeide romantiek, kan de grote reden van Christus' komst ver sluierd blijven onder Engelenhaar en dennengroen, een beetje toneelmatig aangelicht met kerstkaarsjes, maar aanstonds zal het Goede Vrijdag zijn. Dan vloeit er bloed. Wat is daar voor romantiek aan, aan een gemartelde vermoorde outcast? Dat bloed vloeit er om ons. Laat het in Godsnaam niet aan ons liggen als dat bloed voor velen voor niets gevloeid heeft. Het kan aan ons liggen met de gro te verantwoordelijkheid die daarvan het gevolg is. Wanneer wij onze medemensen in nood in de steek laten. Want juist in die liefdeloze situatie wenden de mensen zich van God af. Laat dit de bindende gedachte zijn bij de schijnbaar te hooi en te gras bijeen- geschoven mededelingen die wij u zou den willen doen. F.B. Het vraagstuk van de minder ontwikkelde gebieden is een sociaal en een politiek vraagstuk omdat het een emancipatie-vraag stuk is van de mensheid in die minder ontwikkelde gebieden. „Bewustwording en verlangen liggen ten grondslag aan iedere emancipatie. Zo is het vraagstuk der minder ontwikkelde gebieden deel van de opgang der gekleurde volken naar vrijheid en menselijke waardigheid". Aldus Geer! Ruygers in zijn bijdrage van het T.E.U. nummer „Uitdaging aan de Christenheid'' en hij vervolg „Als zedelijk vraagstuk is het vraag stuk van de minder ontwikkelde gebie- in bijzondere mate een uitdaging aan de Christenheid in onze moderne wereld. De boodschap van het Evangelie zal door de wereld altijd getoetst worden aan de daden van de Christenen Terecht is dat begrepen door mensen als La Pica Abbé Pierre, al is dan vooral de eerste voor vele geloofsgenoten de ergenis. die Christus was voor de farizeeën en de schriftgeleerden. Alleen als de werkelijkheid aan de leer beantwoordt, zijn de kansen voor het Christendom in de minder ontwik kelde gebieden niet hopeloos te noemen Als we zien hoe duur het Christendom in Europa gedurende de laatste hon derd jaar de tekortkomingen der Chris tenheid heeft moeten betalen ten aan zien van het sociale vraagstuk, dan be grijpen we, waarom de Paus reeds her haalde malen op de urgentie van het vraagstuk der minder ontwikkelde ge bieden heeft gewezen. En door de ac tieve steun aan de technische hulp verlening der Verenigde Naties stelt de Paus de Christenheid ten voorbeeld. De daad bij het woord gevoegd Leeft in katholiek Nederland voldoen de het besef van wat met dit vraagstuk op het spel staat? Ik durf deze vraag niet bevestigend te beantwoorden, hoe graag ik het zou doen. Bij al onze zorg om het vaderlandse katholicisme blijft de horizon vaak zo angstig klein. Wat is de bijdrage van katholiek Neder.and tot de oplossing van de vraagstukken, yvaarvoor de Kerk en de Christenheid Verantwoordelijkheid mondt uit in een daad. Het vraagstuk der min der ontwikkelde gebieden heeft een sinister voordeel. Het is zo groot dat iedereen over al aan de oplossing kan meehelpen. Niemand hoeft te zoeken. Voor u jonge mensen die dit alles gelezen hebben en vragen naar een gewone daad van eenvoudige allure en een voudige structuur is er dit. Pater Loop heeft met zijn Bond- Zonder-Naam een actie ontketend die rechtstreeks appeleert aan ons aller fantasie. Hij gaat brood ver kopen, brood dat miljoenen te kort komen. Brood met een „hongerwik- kêl". U moet dus opcenten betalen; dat geld gaat dan ergens in de wereld een beetje helpen om een bijna bodemloze put aan menselijke ellende te dempen. Het is absurd te veronderstellen dat u, jonge mensen niet mee wil doen, want geen mens kan een an der mens honger zien lijden. En er zijn anderhalf miljard armen. Koopt veel, heel veel van dat brood. Als een eenzame afwisseling in een „gerichte" pagina is de mede deling, die we onder het opschrift Na joka '57 doen. We ontlenen haar aan een brief van het Nationaal Hoofd kwartier van de Katholieke Jeugdbe weging te Den Haag, een organisa tie. waarmee we immer op goede voet leven. Er gaat daar weer wat groots ge beuren. De enorme opbloei van het na-oorlogse jeugdwerk heeft in de sector van de meest vrge jeugdbe weging: de jongensclubs (naast ver kennerij en Gilde), een georganiseer de jeugd opgeleverd van 25.000 kop pen. Een enorme waarde aan groen hout dus dat al spelend in de vrije tijd het spel leert dat leven als chris ten heet. Natuurlijk was er behoefte aan eens één keer tezamen zijn. En zo ontstond het plan Najoka 1957 Het Nationale jongenskamp dat 5000 jongens bijeen zal brengen te Om men van 24 t.m. 31 augustus van het jaar 1957 op een stuk wild Nederland van 140 ha groot (Hoe hebben ze dat gevonden!). Vanaf dit moment dus heeft, iede re jongensclub een doel in het voor uitzicht: het tamp en dat stimuleert en maakt enthousiast. Zo zijn de fantasieën van de organi satoren: Er zullen vrije en gerichte activi teiten zijn en demonstratieve hoogte punten, trainingen, tentoonstellingen sport, provinciedagen etc. De knutselaar en de sportman zul len volop de gelegenheid hebben hun hobby's te beoefenen- Er is gedacht aan 10 subkampen van 500 koppen, waarin (met enige samenvoegingen) de jongens per provincie zijn onder gebracht. Kleine groepen tenten zul len daarvan weer afdelingen vormen, die gemeenten heten. In het midden komt het Marktplein, voor de gro te samenkomsten, demonstraties en tentoonstellingen. Het spreekt vanzelf dat de enorme opzet kapitalen kost: 25— per jon gen. Maar daarvoor wordt o.a. een actie gelanceerd in de vorm van een spaarsysteem dat in de komende an derhalf jaar de uitvoering moet mo gelijk maken. Het gonst van leven. Een actie speciaal voor een voor jaar! Vijfduizend jongens bijeen, dat moet een schoon gezicht zijn. Het is het groene hout, waarover we als we niet oppassen weer een hele beschouwing wegschrijven. Maar dat groene hout is ook zo on gelofelijk kostbaar! De K.J.B. die al les doet om dat kostbaar groene hout tot nog veel kostbaarder rijp hout te vormen, moge slagen met haar „Najoka 57". in wereldverband staan geplaatst?" Prof. G. H. L. Zeepers en Drs Th. M, Scholten bieden de lezers het vraag stuk aan met de kracht van wetenschap pelijke argumenten. Zulke bijdragen doen ons altijd huive ren, omdat ze zo fascinerend overtui gend zijn. Beiden verstrekken de gegevens in de betoogtrant van de wetenschappelijke mens die geen andere geladenheid in zij.n betoog behoeft te leggen dan de kracht van zijh geordend materiaal, dat onontkoombaar voert tot conclusies. Bij Scholten duizelen u de miljoenen voor ogen die nodig zijn om in een afzienbare tijd in min of meer duide lijk waarneembare mate het welvaarts peil van gehele onderkomen volkeren op te trekken. Wij doen werkelijk niet meer dan een fooi afschuiven. Wanneer men de fei telijke hulpverlening er tegenover heeft gesteld. Bij prof. Zeegers lezen we de prog nose dat de wereldbevolking die naar raming in 1950 bijna 2500 miljoen zielen telde in 1980 (dat zijn welgeteld dertig jaren) met 1200 miljoen zielen zal zijn toegenomen. Zielen staat er, geroepenen ter zaligheid, hoeveel zullen er moeten leven in honger en ellende, onbekend met Christus? Het is ontzettend. Prof Zeegers besluit met het ver melden van de stichting van het „Kar dinaal van Rossum-Instituut", „Centrum voor Katholieke Hulpverlening aan eco nomisch minder ontwikkelde gebieden. „Het is een initiatief, dat niet geboren is uit een negatieve kritiek op nieuwe vormen van internationale solidariteit. Integendeel, het is voortgekomen uit de idee om de groeiende erkenning van een internationale ethiek niet alleen te bevorderen, doch haar ook het onmis kenbaar godsdienstig subtraat te ver schaffen, opdat de Kerk in staat zal zijn aan anderhalf miljard armen het Evan gelie der Verlossing te verkondigen" Anderhalf miljard armen, zo staat het er Laat zoiets een ogenblik doordrin gen in onze gedachtenwereld die zo ver trouwd is met de goede welgestelde we reld waarin wij leven. Ook Jean Daniélon, bekend van de „Témoignage Chretien" tekent de con touren van het vraagstuk. Hij snijdt scherpe zinnen. Wijzend op het sociale aspect van'de hulpverlening vraagt hij „Moet een missionaris van deze tijd Con fucius of Marx bestuderen?" De laatste bijdrage is van de hand van Shri J. C. Ryanq M.A. I.A.S. Een Indiër spreekt daar over zt)n ei gen land India, en hoe het strijdt om zijn inwoners het minimum aan dage lijks brood te verschaffen. Hij ontlokt Iedereen die zijn artikel leest een respectvol eresaluut voor de moed om de beproeving minder ont wikkeld te zijn te doen ophouden. Maar India kan het niet alleen. Driekwart van de bevolking leeft in armoede 270 miljoen mensen het merendeel van hen op de rand van hon- gerarmoede. schrijft hij. Dit T.E.U.-nummer moge een leder welke om zijn verantwoordelijkheid scherp te beseffen. Wij ontvingen het volgende simpele bericht: 13 maart vertrekken Frans Habra- ken uit Leiden, Jan van Leest uit Urecht en Jo Maas uit Terneuzen als eerste Nederlandse kajotters naar het missie gebied in Tanganyka, waar zij onder leiding van pater Mulders van de con gregatie der Witte Paters en tezamen met een tweede groep kajotters, welke begin mei uit Nederland zal vertrekken, een klein seminarie, een patershuis en een kapel zullen bouwen Deze knapen gaan ais jonge leken aan de arbeid Zij zullen leiding geven aan de jonge bewoners van het land; hoe te arbeiden; hoe te zijn als jonge arbeiders. Daarin ligt een uitefst gewichtig ele ment van de hulp aan de minder ont wikkelde gebieden, daarin ligt gelijk een uiterst gewichtig element van de Mis- sie-nieuwe-stijl, als we deze gewaagde uitdrukking mogen gebruiken Een dat mogen we, naar we nemen, omdat juist Mgr Cardijn op het sociale aspect van de Missie-activiteit in het licht van de hulp aan onder ontwikkel de gebieden heeft gewezen. Maar er is meer.. Er is nu in Neder land een organisatie, de K.A.J., die een kleine groep maar gedragen door alle Kajotters uitzendt, om te helpen. Dat is, hoe gering ook de daad in verhou ding tot het vraagstuk moge zijn, een enthousiast signaleren waard. „De vorige week bevond ik mij op deze pagina in het onveilige gezelschap van enige jongelieden, die nogal uitgelaten tekeer gingen tegen het bezit van geld en goed", aldus Hond zonder aandacht naar een weggeworpen kluif turend. „Ik begrijp dat niet goed. Hoe kunnen jonge mensen nu ineens zo honds gaan doen om het vech ten voor een welvarend Nederland onbevredigend te vinden? En dat nog wel, nadat allerlei vakkundige en zeer rechtgelovige politici en journalisten het zo mooi hadden uitgelegd. „Het gaat om de ver werving van duurzaam bezit", al dus een zekere Romme. „Wij zijn tegen de vernietiging van het be zit", aldus een zekere Lucas. Deze woorden zijn menselijk: ik kan ze volgen en zie ze dagelijks door mensen in praktijk gebracht. Zij geven uitdrukking aan een zeer bevattelijk en concreet ideaal. En dan die jongelieden! Tegenover de heldere heer Romme schermen zij met duistere waarschuwingen aan het adres van „hem die schatten voor zichzelf belegt". Tegenover de volkomen safe heer Lucas, bo vengenoemd, proberen zij de onge wisse figuur uit het begin onzer jaartelling te plaatsen, die naar hun zeggen een boekje moet heb ben geschreven tegen het najagen van bezit, onder het motto: „ver zamelt u geen schatten op aarde, waar roest en worm ze verteren". Het lijkt me hoog tijd, dat de thans met beide benen op de grond le vende Lucas zijn zwevende naam genoot uit het verleden eens duch tig afstraft. Er ontstaat zo licht misverstand. Lucas zegt dit, Lucas zegt dat. Weten de mensen veel over welke Lucas het gaat. Als de Lucas van dat boekje geen trouw en betrouwbaar lid van de partij is geweest, laat de partij zulks dan uitspreken en de man desavoueren. En wat die jonge honden betreft: neem ze dat boekje af! Ze jong leren er teveel mee.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1956 | | pagina 9