IflTERÖ VODR30MG GOUDEN BRUILOFT .S3 SIST fUOfr WOC/O m+m VLUCHT IN DE NATUUR.... IJ Hi UIT INTERLANDWEDSTRIJD DE HEILIGE VAN DE WEEK HET GRABBELTONNETJE Bridge-Rubriek m fl Él EVEN AANDACHT VOOR ZATERDAG 9 JUNI 1956 PAGINA 6 Nieuwe uitgiften 1 J*Ü ft If: ÉS Sm w&É 15 juni: S. Bernhard van Menthon MIDZOMER-VUREN De negende juni: Dickens' sterfdag Nederland puzzel NOORDELOOS 1. N(oorden). 2. bos. 3. broek (land). 4. Eenrums. Eenrum ligt in de oude gouw Hunzinga. 5. Noordhorn. 6. Mid delzee. Sneek lag vroeger aan deze „zee". 7. Salland. Mischien: Isala-land, dus: land van de Usel. 8. De eerste stoomboot kwam 1816 hier te lande aan. 9. dok. 10. S(int). Oplossingen Tien zee-vragen POST BUS 8HILVERSUM CORRESPONDENT IE-AURES: Duitsland. (Bondsrepubliek). Van daag zou ook hier een zegel in omloop *H V-'Strii-A komen ter gelegenheid van de dit jaar le houden Olym pische spelen. Het is een 10 Pf-; op de af beelding stelt 't cijfer nul een gestileerd sta dion voor, ter wijl men er ook de vijf olympi sche ringen op aantreft. De op- bedraagt 20 miljoen exemplaren. Italië. Na Zwitserland kwamen on langs ook de Italiaanse posterijen met een herdenkingszegel gewijd aan het 50- jarig bestaan van de Simplontunnel. FOOR EERSTE-DAG-ENVELOPPEN bestaat nog steeds een stijgende belangstelling. Het is te begrijpende dikwijls fraai bedrukte omslagen, voorzien van een tekening die verband houdt met de nieuwe postzegel- emissie doen het meestal goed en bovendien de adressering aan de ver zamelaar zelf geeft er een persoonlijk cachet aan. Hoe groot de vraag naar eerste-dag enveloppen wel is, bleek uit een commu niqué dat onlangs door de Verenigde Naties werd gepubliceerd en bij lezing waarvan men een idee krijgt wat er aan de uitvoering van bestellingen der first- day-covers van de Ver. Naties vast zit. In het mei-nummer van het ,,Ned. Maandblad voor Philatelie" werd hieruit een en ander gepubliceerd. Zoals bekend gebruikt de organisatie der Ver. Naties haar eigen postzegels, welke ook bij de verzamelaars in ons land zeer in trek zijn. Tegen de tijd dat er een nieuwe uitgifte plaats vindt, worden door de Postdienst der Ver. Naties circa 25 tijdelijke werkkrachten in dienst geno men om de bestellingen uit te voeren, welke op de nieuwe zegels en de gelijk tijdig uit te geven eerste-dag-enveloppen zijn binnengekomen van filatelisten uit de gehele wereld. Ongeveer drie weken voor de datum van uitgifte worden 5 a 6 man hulpper soneel opgeroepen voor de voorbereiden de werkzaamheden. Een week later ko men er nog 6 a 7 bij, die belast zijn met het openen van de met bestellingen ont vangen brieven en om te controleren of de gestorte bedragen kloppen met de or ders voor nieuwe zegels. Het plakken van de postzegels op de brieven begint ongeveer tien dagen voor de uitgifte. Opnieuw worden 7 S. 8 per sonen in dienst genomen, die per dag circa 2.000 enveloppen verwerken. Meest al begint de afstempeling van de enve loppen vier dagen voor de dag van uit gifte door personeel van de posterijen van de Ver. Staten, dat daarvoor door de N. Yorkse postdirecteur beschikbaar wordt gesteld. Een volle week na de dag van verschijnen zijn alle bestellingen af gewerkt. Dat het bier niet over kleine partijen gaat, blijkt o.m. uit de volgende cijfers. Voor de eerste postzegel van de V.N. (op 24 oktober 1951) werden meer dan 500000 enveloppen behandeld, terwijl toen meer dan een miljoen eerste-dag-afstempelin- gen werden geplaatst op de first-day- covers met de volledige series der 15 ze gels, welke op drie verschillende data verschenen. Bij de uitgifte op 24 oktober vorig jaar Op de tiende verjaardag van de V.N, werden 455.000 brieven afgestem peld. Dit zijn wel de hoogste cijfers. Nor maal bedraagt het aantal afstempelingen bij een emissie tussen de 250.000 en 300.000. In totaal werden tot nu toe meer dan 5 miljoen enveloppen behandeld. Wat tenslotte de opbrengst van de eerste-dag-enveloppen betreft, deze vari eert telkens tussen de 35.000 en 50.000 dollar, al naar gelang de uitgegeven ze gels. 11l ii 11in in»«ftnil,»r(»>«> Het is een 25 Lire, waarop men links een postkoets uit vroeger eeuwen vindt afgebeeld en rechts een trein, die juist de tunnel heeft verlaten. Japan. De wereldkampioenschappen tafeltennis, welke onlangs werden gehou den, kregen ook een postale herdenking in de vorm van een 10 yen, waarop men twee tennisspelers in actie ziet. Omstreeks dezelfde tijd kwam ook een 10 yen in koers als herinnering aan de wereldkampioenschappen judo. Liechtenstein. Een 20 Rp. zon der toeslag zal op 25 augustus verschij nen naar aanleiding van de postzegel tentoonstelling te Vaduz met het portret van de erfprins erop, die dit jaar zijn vijftigste verjaardag viert. Vermelding verdient dat dit laatste feit ook de aanleiding vormt tot het slaan van een gouden munt van 50 fr., die dan tevens zal dienst doen als gouden me daille bij de toe te kennen bekroningen van de postzegeltentoonstelling. Nederland. In de reeks gewone frankeerzegels met H.M. de Koningin er op is thans een 85 ct (lichtgroen) ver schenen. De complete reeks bestaat nu uit de volgende waarden: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 10 12, 15, 20 25 30, 35 40, 45, 50, 60, 75 en 85 cent, 1,—', 2,50, 5,—, 10—, 15,en 25,De postzegels van 2% cent, voor zover niet buiten gebruik ge steld, mogen worden opgebruikt. Oostenrijk. Op 5 juni kwam een 1,45 Seh. (groen en rood) ln omloop naar aanleiding van het te Wenen te houden internationaal congres, dat aan de ste denbouw gewijd zal zijn. DE OOSTENRIJKSE 2J,0 Sch., die vorige maand t.g.v. het wereld-energie congres te Wenen in omloop kwam. Op de zegel ziet men o.m. het stadsplan van de Oostenrijkse hoofdstad tegen de achtergrond van de landkaart van Euro pa. Daaomheen vijf markante nieuwe stadsuitbreidingen in ons werelddeel nl. te Stockholm, Bielefeld, Milaan, Harlow en Rotterdam. Vaticaan. Bij gelegenheid van het feit, dat vijf eeuwen geleden de H. Rita van Cassia overleed, kwamen hier drie zegels in omloop, waarop men de H. Augustines met ennkele rozen vindt afge beeld. Zoals bekend bestaat er een Augus- tijns gebruik op de feestdag van deze hei lige (22 mei) rozen te wijden, de zoge naamde St.-Rita-rozen, waarmee veel ge nezingen werden verkregen. De reeks bestaat uit een 10 L. (grijs), 25 L. (bruin) en 35 L. (blauw). Ver. Staten. Op 27 juni a.s. zal een 3 ct. in koers komen ter herinnering aan het feit, dat een halve eeuw geleden de wet op de keuring van levensmiddelen en voedsel werd ingevoerd. Men treft op m deze zegel de scheikundige, Harvey W. Wiley aan met een microscoop. Als laatste in de reeks van achttien zegels voor gewoon gebruik, welke in de afgelopen maanden van de pers kwamen, zal op 4 juli a.s. een 10 ct (rood) worden uitgegeven, waarop de Independence Hall te Philadelphia is afgebeeld. MAARSCHALK FRANCHET D'ESPEREY, die jen eeuw geleden werd geboren, op een nieuwe Franse SO fr. r»«WIHWWW fBi. t&l i IWIi VPff' HET IS WAARSCHIJNLIJK geen toe vallige omstandigheid, dat in de Ver enigde Staten, waar evenals in En geland zoveel rumoer ontstaan is rond het industriële gebruik van kernenergieën, de. daaraan gepaard gaande automatise ring, steeds meer mensen gaan luiste ren naar het fluiten van de vogels. In het land, waar een zich in race-tempo ontwikkeld hebbende rationele landbouw en dito industrie maagdelijke wouden en met bisons bevolkte prairies (om de Roodhuiden niet te noemen) van de opper vlakte der aarde wegvaagden, neemt het aantal verenigingen, wier leden de rust van de natuur zoeken, hand over hand toe. De kakofonie van claxons en iets ont vluchten ze, om hun oren te luisteren te leggen, teneinde het geruis van een beek je, het ritselen van wat gebladerde en het gekwinkeleer van vinken en roodborst jes op te vangen. Die vlucht is niet van vandaag of gis teren. Maar ze voltrekt zich nu „en mas se". Reeds eerder waren er heel wal Amerikanen, die de natuur en haar be woners verkozen boven de tohoewabohoe van hun miljoenensteden. President Theodoor Roosevelt was een natuurliefhebber bij uitstek. Op zijn naam staat een rekord .Hij observeerde van de ramen van het Witte Huis uit 93 soorten vogels en beschreef ze nauwkeurig. He den ten dage behoren een Dulles, een John D. Rockefeller Jr, de filmspeler James Cagney en de filmster Tallulah Bank- head tot de uitgelezen schare van acht-' duizend z.g. vogelwaarnemers, die al hun vrije tijd besteden aan het gadeslaan in de vrije natuur van vogels Ze trekken er op uit, gewapend met een verrekijker of een z.g, spottingscope, een duur instrument op een driepoot. Velen van hen dragen bo vendien apparaten mede, waarmede ze het gezang der vogels op grammofoonplaten kunnen vastleggen. Ze noteren, hoeveel I vogels ze zien. Verleden jaar hebben die acht duizend negen miljoen vogels geteld. Het spreekt intussen vanzelf, dat er in het zakelijke Amerika lieden zijn, die uit de vlucht, in de natuur munt slaan. Ze ver dienen dik aan de instrumenten en ap paraten, boeken etc.. waaraan de lief hebbers behoefte hebben. Er is er één, een heel merkwaardig man. die flink wat dollars binnenhaalt, maar tegelijkertijd de wetenschap dient. Het is Mr Kellogg, de bibliothecaris van de „Li brary of Natural Sounds", welke een dis cotheek van twintigduizend stuks bevat, waarop het gezang van vele vogels is vast gelegd. Feitelijk is Mr Kellogg een disco- thecaris, nietwaar? Welnu, Mr. Kellogg heeft goede relaties met Hollywood en aan de filmindustrie leent hij telkens weer zijn platen uit. Is er voor 'n film vogelgezang nodig, hij kan het leveren, wat dan ook. Hollywood be taalt graag 100 dollar voor een „solo" van 30 sekonden. Mr. Kellogg verkoopt zijn grammofoon platen aan talloze liefhebbers. Van een waarin roodborstjes kwinkeleren, heeft hij er sinds 1941 niet minder dan 250.000 aan de man gebracht. Hij promoveerde indertijd op een proef schrift, gewijd aan het vastleggen van vogelgezang op grammofoonplaten. Hier uit groeide zijn profijtelijke business. Dank zij Mr Kellogg kon een radiosta tion onlangs een symfonie uitzenden, ge heel samengesteld uit vogelgezang. Com ponisten, choreografen, balletdanseressen hebben zich er op geïnspireerd. Voor wie nog altijd de gemiddelde Ame rikaan een dollarziek, zakelijk personage is, moge het bovenstaande enig bewijs zijn, dat er ook nog andere Amerikanen be staan, die intussen soms. het zij toegege ven, zoals Mr Kellogg het nuttige met het aangename weten te verenigen. En om gekeerd. De. Zwitserse en Italiaanse kranten hebben uitvoerige verslagen gegeven omtrent de „Gouden Bruiloft" van de Simplontunnel, waar over we vorige week reeds enkele bijzonderheden vermeldden. tunnel hadden meegewerkt, ontvingen een medaille als aandenken. Genoemd weekblad geeft van deze oude arbei ders een treffende foto; men zou zeg gen, dat de zware arbeid aan de Sim- plon hun nóg in het verweerde, ge rimpelde gezicht zit. Een maaltijd in de openlucht besloot hier de Gouden Bruiloft. Te Lausanne stonden duizenden schoolkinderen met vlaggetjes opge- mmM v>-..v,- -r No. 3011. 9 juni 1956. Redacteur: G. J. A. VAN DAM, Vossiusstraat 18-B, Amsterdam-Z. Alle correspondentie aan dit adres. Bij vragen om inlichtingen s.v.p. postzegel voor antwoord insluiten. PRAKTISCH DAMSPEL De oud-wereldkampioen B. Springer stuurde mij de twee hierbij afgedrukte standen ter praktische instructie van de liefhebbers van het partijspel. No. 3359. No. 3360. stand 7w 3 7—9 Stand: Zw. 9, 12— 11ie ig20, 24, 20 23—25. Wit 26 96 Wit 25 2729, 28, 30, 3235, 38, 32 TM37-39! 40, 43, 45, 48. Wit 421-45', 48. Wit aan aan zet. zet. In no. 3359 staat wit beter, maar de dreiging 18-23 is niet prettig. Wit weet dit echter te pareren door een zeer offer, namelijk door het ge~s„voor —19 (of 8. 25X14 9X20 (A.) 9. 39 34 en wint door de dodelijke dreiging 33 —28 enz. Op zw. A. 19x10 zou ongeveer hetzelfde spel volgen alsnazw.7 13 31—26 met de dreiging 38—'32, X10 31-26, 13-18, toch gedw. 38—32, 29x16, 1711 enz. met winnend voor De grote waarde van het zogenaamde „gambiet" komt in dit voorbeeld wel b«- zonder duidelijk tot uiting. In no. 3360 zien we een demonstratie van een geval waarin wit zijn tegenstan der forceert om hem (wit) tedwingen tot het brengen van een schijfoffer, wel gambiet ook nu echter in piaats van vct lies winst oplevert. Wit speelt daar 1 43—39'. Nu mag zwart niet spelen —29 33 X 24, 20 x 29 wegens 39—33., 14 20 gedw., 33x24, 20x29 en 27—!21.enz. met winst Zwart is dus genoodzaakt het schijfoffer' door 23-2^ accepteren. Daarna volgt echter 2. 34 x 23, 25 x 43. 3 48x39, 18x29. En thans blijkt een zekere verwantschap met de stelling van no. 3359 Het spel van zwart wordt namelijk door dreigingen belemmerd, die in karak ter overeenstemmen met die in de voor gaande stand. Er volgt namelijk 27—21, 16x27 met 5. 32x21, waardoor zwart ge dwongen is tot 2025 en wit de winst stand verkrijgt door 6. 2822, 17x28 en 7 33x22 Een winnende doorbraak naar dam is thans niet meer te verhinderen. Opnieuw twee fraaie voorbeelden van de kracht van het offer. Men dient dus steeds op te letten of er geen gunstige wending aan het spel te geven ïs^ door eens een stuk schijnbaar „zo maar weg te geven Dit „zo maar" behoort dan wel terdege berekend te zijn om er succes mede te hebben. Maar ja, dat dient iedere andere zet of voortzetting ook. Springer is een der éérste en weinige grootmeesters, die sedert jaren op deze „gambiet-kansen" heeft gewezen. Gedu rende de laatste decennia is dit meer en meer bekend geworden en houden de sterke spelers er terdege rekening mede. VOOR DE PROBLEEEM-LIEFHEBBERS Nu onze ladder-wedstrijden voor op lossers sedert 1 april zijn stopgezet, over eenkomstig de mededeling in onze ru briek van 31 december, ben ik goeddeels door mijn voorraad ongepubliceerde com posities, van de verschillende aan deze rubriek medewerkende problemisten, heen geraakt. Aanvulling met mooie, nieuwe vraag stukken zal ik niettemin ten zeerste op prijs blijven stellen ten einde te voorko men, dat ik in hoofdzaak op eigen werk zou moeten terugvallen. Dit feit heeft de bekende componist A. Stuurman, te Schiedam reeds vermoed en hij stuurde mij, op grond daarvan, speciaal voor de lezers van onze rubriek, een viertal fraaie nieuwe composities. Deze „eerste publi- katies'' laat ik hieronder met genoegen ter oplossing volgen. Zijn voorbeeld zal ongetwijfeld de andere componisten in den lande stimuleren onze lezers regel matig op hun nieuwe composities te ver gasten. No. 3361. No. 3362. Stand: Zw. 11—13, 19 21, 23 25, 27, 32; 45. Wit 24 30, 33, 34, 36, 39,' 41, 43, 49, 50. Wit sp. en wint. Een ele gante afwikkeling. No. 3363. Stand: zw. 5, 11— 14, 17, 24 29—31, 34. Wit 22 25, 27, 28, 32, 36,'38, 39, 4244. Wit sp. en wint. Een mooie bewerking op het zg. „Trio-thema van Van Dam. No. 3364. StandZw. 710, 12, 14, 16—22, 24, 31. Wit 23, 26, 28, 30 32—35. 37, 39, 421-44. 46, 47. W. sp. en wint op bril jante wijze. Stand: Zw. 2 8, 9, 11—15 19, 23, 24, 28, 29 36. Wit 20, 26, 27', 30, 31, 35, 37, 40, 42—44, 48— 50. W. sp. en wint. op eindspel van M. Douwes. De heer Stuurman behaalde kortgele den het kampioenschap van Rotterdam, een succes waarmede wij hem van harte gelukwensen. Zowel in het praktisch spel als in de problematiek behoort'hij dus terecht tot de vooraanstaande dammers. Hij behaalde de kampioenstitel zelfs vóór de zeer geroutineerde wedstrijdspeler Pb. Ham. ■MM (Schaakredacteur P. A. KOETSHEID Huize St.-Bernardus, Sassenheim) (Zaterdag 9 juni) DE PROBLEMEN VAN DEZE WEEK Daar onze voorraad niet zo groot meer is geeft deze rubriek slechts twee pro blemen en wordt zij verder aangevuld met een partij. Op no. 7423 vestigen wij bijzonder de aandacht van onze lezers. Een soortgelijk thema als in no. 7420 wordt hier uitgewerkt. Hier geschiedt dit in tempovorm en de betekenis wordt nog verhoogd door het stille middenspel zo dat we voor deze compositie alle waar dering hebben. No. 7424 is ook een tempoprobleem, waar aan de uitmuntende sleutelzet gro tere waarde moet worden toegekend dan in een dreigopgave. No. 7423 Dr. R. Kantorowicz, Soest eerste plaatsing, mat in 3 zetten ,w- We schreven toen, dat de eerste juni 1906 de langste tunnel ter wereld regelmatig in gebruik werd genomen. Men kan dus met recht stellen, dat het enorme werk van de maand zijn gouden bruiloft viert. De diligence, die over de afstand BriegDomodóssola „oudtijds" tien uur deed, is vervangen door de prach tige. elektrische treinen, welke de tun nel in minder dan vijf en dertig mi nuten „doen". De Pers heeft nog eens wat feiten ..opgehaald", die men niet overal vindt opgetekend. De arbeiders, die een halve eeuw „sang et eau" zweet ten bloed en water! hadden veel last van onderaardse waterlopen, die de voortgang van het werk nadelig beïnvloedden. Over de tweehonderd „bronnen" bemoeilijkten het voort- dringen; men kon slechts acht meter per dag opschieten. De reizigers die door de tunnel rijden, denken er niet altijd aan, dat een veertigtal „mi neurs" tijdens de werkzaamheden er hun leven bij inschoten- Tienduizenden mijnen moesten wor den aangebracht. Honderdduizenden kilo's dynamiet, méér dan een mil joen!. deden de rotswand springen. Zeven miljoen dagtaken bleken ermee gemoeid. Nu. wanneer men bedenkt dat de hele tunnel bijna 20.000 m. lang is, valt dit best te begrijpen. Wie te Rome de prachtige hoofdkerk van Sint Paulus „fuori ie mura" (bui ten de stadsmuren) bezoekt, komt aan stond-s onder de indruk van een woud van zuilen, die de „fries" ondersteu nen, met de portretten-in-mozaïek van alle Pausen, die de H. Kerk bestuurd hebben. Vroeger waren deze zuilen van marmer. Door de nalatigheid van een loodgieter, brandde in de nood lottige nacht van 15 juli 1823 de hele kerk af; alleen het altaar met het stoffelijk overschot van S. Paulus bleef gespaard. Uit de hele wereld kwamen bijdragen om het godshuis wederom in zijn luister te herstellen. Maar de marmeren zuilen werden vervangen door granieten. Vier rijen van vijfentwintig zuilen kwamen uit de Simplon, alle: monolieten, d.w.z. kolommen, uit één stuk steen. Het Zwitserse geïllustreerde week blad: ,.1' Illustré" (Lausanne), drukte de 24e mei op zijn voorpagina, In kleu rendruk, een ouderwetse diligence af, die dan „vroeger" tien uur nodig had om de afstand Brieg-Domodóssola onder de knie te krijgen- Het gele rij tuig prijkte met een rood richtings bord: BrigueSimplonDomodóssola. En de reizigers zien er romantisch uit in de overdadige klederdracht van die „verre" dagen. Hetzelfde weekblad geeft foto's van de Zwitserse president. Feldmann, en de Italiaanse. Gronchi (ki). die elkaar bij gelegenheid van de -Gouden Brui loft". „les noces d'or", te Milaan ont moetten. In het wereldberoemde Scala-theater aldaar werd de opera ..Gemaskerd Bal" van Verdi gegeven. Beide staatshoofden bezochten een museum, dat op „natuurlijke" grootte onderdelen uit het reusachtige werk der doorboring laat zien. Te Domo- dossola hechtten de heren een herin- nerings-„plaque" aan een wand. De bekende Italiaanse bergtroepen, de bersaglieri (letterlijk: scherpschutters) in hun typische uniformen- brachten de verschuldigde eerbewijzen. Op hun beurt traden Zwitserse soldaten aan op het stationsplein van Brieg. Vete ranen, die nog aan de bouw van de steld om de twee presidenten feeste lijk te verwelkomen. Jammer, dat de auto's zo snel reden vermeldt het weekblad want zij hadden amper tijd de hoge gasten te zien. Ook in de hoofdstad van Waadtland, aan de noor., delijke oever van het Meer van Genè- ve, Lausanne, had men een tentoon stelling ingericht. Sterk trok een oude koets de aandacht, bespannen met vijf schimmels, gelijk men vroeger aan wendde om de afstand Brieg-Domo- dóssola af te leggen. Zo heeft men in Zwitsers-Italiaanse vriendschap „les noces d' or du Sim plon" feestelijk gevierd, de Gouden Bruiloft van een gigantisch werk, dat de verbinding van Genève met Milaan via Lausanne heel wat geriefelijker heeft gemaakt. 'W///7A 'A/AM. F. Pijls, Maasbracht; Paul Raschdorf, R'dam; C. v. d. Weide, R'dam. No. 7414 en no. 7415 door dr. R. Brom berg, Roermond; M. v. d. Burgt, Utrecht; L. M. v. d. D., Maassluis. No. 7414 door W. H. Haring, Schipluiden. CORRESPONDENTIE L. M. v. D. te M. In no. 7403 is aan 1. D h3h5 geen matdreiging verbonden, u heeft hier met een tempoprobleem te doen. Eerst door de zetten van zwart krijgt wit gelegenheid mat te geven. F. P. te M. Bij de weerlegging van 1. T a6 begingen wij in no 7411 een on nauwkeurigheid. Het antwoord moet zijn 1D f3! niet 1. D g2? na 2, T d4t, K f5 kan de dame van f3 uit zowel 3. L c8t als 3. P e3t beletten. U is het nu zeker wel met ons eens dat 1. T a6 geen nevenoplossing is? BLACKMAR GAMBIET Wit: E. J. Diemer Zwart: J. Kotek Correspondentiepartij (aantekeningen van E. J. Diemer, over genomen uit Schach Echo) 1. d2c!4 P bl—c3 P glxf3 g7g6 d7d5; 2. e2—e4 d5xe4; 3. g8f6; 4. f2—f3 e4xf3; 5. P 6. L fl—c4 L f8—g7; 7. 0—0 0_0; 8. L clg5; L c8—d7. Met de be doeling 9. P e5 te kunnen beantwoorden met D e8- Maar.... 9. D dlel h7h6; 10. D el—h4! K g8—h7. In enige partij en, welke mijn tegenstander bekend wa ren, volgde na 8. L g5, c5, 9. d5, P bd7, 10. d6, e6. 11. D el, h6, 12. D h4!? hg5, 13. P g5: (P h5! 14. g4, P 7 f6, 15. gh'5:, P h7) en kwam men tot een soortgelijke stelling. Hier staat echter op d7 een lo per en geen paard. Zodat zwart als hij het offer aanneemt met 10. hg5: 11. P g5:, P h5, 12. g4 wel kan opgeven 11. T al—el P b8—c6; 12. d4—d5! P c6a5; 13. L c4—d3 b7—b6; 14. d5—d6ü c7xd6; 15. T elxe7ü D d8x7, 16. P c3— d5 D e7e6; 17. P dSxfBt L g7xf6; 18. L g5xf6 D e6e3t; 19. K gl—hl. Hier gaf zwart op en wel om het volgende: 19K h7g8; 20. P f3—g5 h6—h5; 21. D h4—h5ü g6h5; 22. L d3—h7 mat. No. 74224 L. M. Hageman, Den Haag Eerste plaatsing, mat in 2 zetten A/Z2A. -WAM 'Wiï 'M e7 b5 PROBLEEMOPLOSSINGEN No. 7414. P. Overkamp. Opl. 1. P c8- dreiging 2. P d8f7tt No. 7415. B. Ghirelli. Opl. 1. P c7- dreiging 2. D d7d4:tt No. 7416. Dr. W. Speckmann. Opl. 1. P g2h4 dreigt 2. D g7—g2tt 1P c3t 2 K f5 1P d6+ 2. K f4 1 P c5t 2. K e3 1 P f6t 2. K d3 enz. Speelt men 1. P el? dan 1P f6t vervolgens 2P g4, terwijl na 1. P e3 volgt 2. P c5f en er valt voor wit niets te bereiken. GOEDE OPLOSSINGEN Deze drie problemen werden goed op gelost door P. M. Dekker, R'dam; J. Dickhout, Nijmegen; L. M, Hageman, Den Haag; dr. J, A. Leerink, Castricum; Onlangs werd in Bussum een semi-inter- landwedstrijd gespeeld tussen een sterke West-Duitse en een Nederlandse combina tie. Onze landgenoten, gebr. Kaiser, Fi- larski. Jessurun en Stevens boden over het algemeen beter dan hun tegenstanders en dat deed de balans ten gunste van cie Nederlanders doorslaan. De Duitsers mochten dan hier en daar wat beter af- en tegenspelen, de punten die zij met het bieden van verkeerde eindcontracten verloren konden daardoor niet geheel worden gecompenseerd. Een aardig spel, waarin onze landge noten het goede en de gasten het verkeer de contract boden, doch dat toch geen matchpuntenverschil te zien gaf omdat het Nederlandse paar het juiste te genspel niet vond, was het volgende: A A V 8 V> V B 4 O B 9 8 7 2 4» V B A H 9 <5> A H 9 7 O V 10 6 5 4» 9 6 3 N W O Z A 6 4 2 10 8 5 3 2 O A H 3 4-5 4 A B 10 7 5 3 6 O 4 4. A H 10 8 7 2 Zuid was de gever. OW waren kwets baar. De Nederlandse Zuidspeler opende met 1 klaveren, West 1 harten. Noord 3 SA, Oost paste. Zuid 4 schoppen, waarop al len pasten. Dit uitstekende eindbod was natuurlijk niet down te spelen; West begon met een hartenslag te maken en speelde in de tweede slag ruiten 5 na, zodat OW precies de twee slagen wisten te maken die er te behalen vielen, Score: 450 voor de Nederlanders. Aan de tweede tafel verliep het bieden heel eigenaardig. Zuid en West pas ten, Noord opende 1 harten, Oost paste, Zuid 2 klaveren, Noord 2 ruiten, 2 schoppen, Noord 2 SA en Zuid 3 »A De driekaart-hartenopening yan Noord is een tactiek, die wij voor minder ster ke spelers zeker niet kunnen aanbevelen In handen van experts kan een dergelijk misleidend bod wel eens goede resulta ten opleveren zo ook hier. Oost moest nl. uitkomen en dat was verre van eenvoudig. Rechts van hem was harten en ruiten geboden, terwij] zijn lin ker buurman de zwarte kleuren had laten horen. Het is. met open kaarten, duide lijk dat door een uitkomst in ruiten of harten de OW-spelers direct 5 slagen had den kunnen maken, maar Oost was nu eenmaal geen helderziende. Hij dacht, dat de schoppenkleur van NZ wel de minst sterke zou zijn en dat West in die kleur wel het een en ander zou hebben. Daar om speelde Oost schoppen 6 voor en dat was de allerbeste uitkomst voor NZ, want zonder moeite konden er nu 11 slagen worden gemaakt! Het is natuurlijk zeer de vraag, of het Oost kwalijk te nemen viel dat hij niet goed was uitgekomen. Als u zijn spel goed bekijkt en het bieden gevolgd hebt, zult u moeten toegeven dat met gesloten kaar ten het uitkomen door Oost bijzonder las tig is. Er kan slechts één reden aange voerd worden om niet met schoppen uit te komen: het bieden wees erop dat NZ geen opgelegd 3 SA contract in han den hadden en het zeer wel mogelijk was dat er door OAV dadelijk slagen te maken waren. Door het voorspelen van ruitenheei zou Oost vermoedelijk weinig hebben kun nen bederven en hij zou het voordeel gehad hebben aan slag te blijven om daar na het verdere speelplan te berekenen, nadat de dummy bekend was. Als Oost met ruitenheer was uitgeko men. zou West natuurlijk gesignaleerd hebben en hadden OW 3 ruitenslagen en 2 hartenslagen kunnen maken. Mimir. Nooit van gehoord? Van zijn persoon mogelijk niet. Van zijn werk ongetwijfeld wél. Iedereen immers kent het hospitium op de Grote Sint-Bernhard, in het Zwit serse kanton Wallis. Wij bedoelen het klooster met de befaamde St.- Bernhardshonden. De bergpas ver bindt Martigny aan de Rhone met Aosta aan de Dora Baltea; hij ligt op een hoogte van 2500 m. Trou wens, er is eveneens een onderko men op de Kleine Sint-Bernhard, 2200 m hoog. Welnu, beide hospitia zijn gesticht door de H. Bernhard het woord wil zeggen: zo sterk als een beer van Menthon; dat van de Grote is het oudste (bestaat sedert 960). Hij was aartsdiaken en een aartsdiaken had, zéker tot aan het Concilie van Trente, heel wat in de meik te brokkelen. Het beeld van St.-Bernhard staat vóór het wereldvermaarde klooster, dat al leen maar in enkele maanden van het jaar toegankelijk is: meestal belemmeren sneeuw en ijs de tocht over de bergpas. Wie was nu die Sint-Bernhard? De zoon van een adellijk heer. Een van zijp voorvaders onderscheidde Zich als paladijn, krijgsoverste, in de legers van Karei de Grote. Maar Bernhard voelde voor het soldaten leven niets, werd priester, en wijd de zich vooral aan het zieleheil der Alpenbewoners, die toen nog door de geestelijke duisternis van het heidendom bevangen waren. Her haaldelijk kwam het voor. dat deze woeste kerels eenzame reizigers en zelfs karavanen overvielen en uit plunderden; de reizigers mochten blij zijn, wanneer ze er het leven afbrachten. Tegen deze achter grond moeten we de stichting der beide hospitia zien, waarin reizi gers een veilig onderkomen vonden. Sint-Bernhard had gemakkelijk bisschop van Aosta kunnen wor den. Hij verkoos evenwel de top- Pen der witte stilte. Ver van zijn geliefd klooster, is hij de vijftiende juni plm. 1005 gestorven. In 1681 werd hij in het koor der heiligen opgenomen. Door het moderne verkeer heeft het vermaarde hospitium met zijn kortharige, indrukwekkende hon den de (opgezette) hond Barry redde meer dan veertig verdwaal den het leven als onderkomen zeer veel aan betekenis ingeboet; de romantiek is er af. Anno 1953 ging er zelfs een gerucht, dat de Augustijner koorheren hun be roemde klooster op 's Pausen be sluit zouden moeten verlaten; dit gerucht werd, God zij dank, later weer ontkend. Het hoogste winter verblijf in de Alpen wordt nog al tijd door de reguliere kanunniken bewoond. De gemiddelde jaartem peratuur is er bijna twee graden boven nul; negen maanden lang blijft de sneeuw er liggen. Nu we zachtjes aan de zomer-zon- newende naderen, plm. 20 juni, ont steekt men in verschillende streken midzomer-vuren. Dit gebruik is al heel oud. In de zestiende eeuw was het gewoonte aan de vooravond van Sint- Jansdag; men sprak dan van: Sint- Jansvuren (plm. 24 juni). Hier en daar vlammen deze vreugdevuren nog altijd op. Jong en oud staken zich in z'n beste kleren en dansten en zongen bij het schijnsel van de brand. Bijgelovi ge lieden keken ernaar door bosjes ridderspoor (tuinbloem) want, zo meenden ze, dan zouden Ze het hele jaar geen oogziekte krijgen. Anderen gooiden walstro en verbéna (eveneens een tuinbloem) in de gloed onder het uitspreken van het zinnetje: „Mogen mijn tegenslagen vergaan als deze bloe men". Elders dreef men het vee door de smeulende as om het te vrijwaren voor besmettelijke ziekten. Weer el ders gingen de boeren na hoe hoog de vlammen wel reikten. Want dan wis ten ze meteen hoe hoog hun koren zou opschieten. Ook maakte de jeugd wel hoepels van stro, die dan bran dend van de helling naar omlaag rol den een gevaarlijk spelletje! Iedereen moest brandhout leveren voor het vreugdevuur. Hij die dat niet deed, hoefde niet op zegen over zijn te velde staande gewassen te rekenen. Om geen pijn in de rug te krijgen tij dens het oogsten van het koren, moest men over de vlammen heen springen. Gelukkig het jonge meisje dat aan de vooravond van Sint-Jan negen vreug devuren tegelijk zag opvlammen, zij zou nog in de loop van het Jaar haar bruidegom ontmoeten. De Oostenrijkse bergbewoners be horen voor hun ^„Johannisfeuer" een tiental „geboden" in acht te nemen. Aan de avond van de 23e juni moeten alle vuren gelijktijdig worden ontsto ken; men z'al zich houden aan de eeu wenoude gebruiken der landelijke be volking. Strijdig met deze gebruiken zijn de kermismuziek. moderne dan sen. „werelds" lawaai e.d., die de ernstige sfeer nooit ten goede komen. Zulke zaken kwamen er ook vroeger nimmer aan te pas en hebben dus met de eeuwenoude overleveringen niets te maken. Het is nog niet zo heel lang gele den aldus v. d. Velde dat de kinderen in Vlaanderen rondgingen van deur tot deur om hout voor hun Sint-Jansvuren te bedelen, zingende aldus; Hout. hout, timmerhout, Wij komen al om Sint-Janshout. Geeft eens wat. Houdt eens wat. Op Sinte Pieter nog eens wat. Iedereen heeft wel eens iets over Dickens gelezen, mogelijk zelfs: van Dickens gelezen. Want de oude vrek uit zijn kerstverhaal; een figuur als David Copperfield gedeeltelijk zijn eigen levensbeschrijving Oliver Twist met zijn vreemdsoortige erva ringen in een wereld van dieven en zakkenrollers; niet te vergeten: de heer Pickwick, die hem tot de be roemdste schrijver van zijn tijd maakte, zij zijn verre van dood en in Enge land vooral genieten ze nog altijd ze kere populariteit. De schrijver maakte al in zijn jonge jaren kennis met de Londense ach terbuurten en het enige vak dat hij aanvankelijk leerde, was: etiketten op flesjes plakken. Door toevallige omstandigheden kwam hij in de jour nalistiek terecht. Dat beviel hem beter dan zijn baantje in een schoen- smeerpakhuis. Niet. dat zijn vader het zo slecht met hem voor had. Maar deze arme man is te vergelijken met de Micawber (mie-kóbe)-figuur uit David Copperfield: „always falling back for a spring", steeds maar ach teruitgaand om een betere aanloop te kunnen nemen.... tot hij voor schulden kennis maakte met de ge vangenis! Door een erfenis werden de geldelijke omstandigheden beter. Charles mocht zelfs naar school, werd later klerk op een advocatenkantoor tot wij hem in '35 ontmoeten als Kamerverslaggever van een Engels dagblad. Dat was juist een kolfje naar zijn hand. Zijn talent, zijn vaar dige pen en zijn kennis van de taal brachten hem succes. Dickens heeft in zijn leven veel ge reisd en hard gewerkt. Binnen een tijdsbestek van twaalf jaar stak hij vierhonderd redevoeringen af, die hem niet minder dan ruim een half miljoen opbrachten. Tijdens een treinreis in '15 ont spoorden alle wagons behalve die waarin de beroemde schrijver zat. Hij hielp zijn verongelukte medereizigers zo goed hij kon. maar van toen af moest hij van de spoorwegen niet veel meer hebben. Enkele jaren la ter stak hij over naar Amerika waar hij bedolven werd onder de bloemen. De achtste juni 1870 gebruikte Dickens de maaltijd met zijn schoon zuster (zijn vrouw had hij verlaten). „Je ziet er niet best uit Charles, je moet wat gaan rusten"! zei ze „Dat zal ik ook, op de aarde!" luidde het antwoord. Hij viel op de grond; de avond van de volgende dag over leed hij. Zijn laatste rustplaats be vindt zich in de „Poets Corner" (waar de dichters begraven liggen) van Westminster Abbey. 1- De prinsgezinde „Bijltjes" van het Doelistenoproer (democraten) van 1748, dankten hun naam aan hun arbeid op de scheepstimmerwerven. 2. 'n „Lijk" is een touw, vastgenaaid om een zeil; een zeil is uit de lijken wanneer het uit de rand is ge scheurd. Figuurlijk voor: geheel van streek. 3. Onder het kommaliewant wordt be grepen al wat tot het schaftgerei aan boord behoort: vorken, lepels, potten, pannen enz. 4. Hondewacht is de scheepswacht van middernacht tot vier uur 's mor gens. Immers, tussen twaaif en vier slapen de landrotten en wordt de bewaking van huis en hof aan hon den toevertrouwd. 5. Aan boord wordt de tijd wel met „glazen" gemeten, zandlopers, die in een half uur uitlopen. Iedere wacht heeft acht glazen; 4 uur. Zes glazen in de hondewacht: zes halve uren; drie hele; het is dan 's nachts drie uur. Vier glazen; twee hele uren; 's nachts twee uur. Enz. 6. Onder rondhout verstaat men, uiteraard, hout dat rond is; Masten, stengen, raas. sprieten, waaraan het tuig van een schip „werd" beves tigd want dat „hout" is tegen woordig veelal „metaal". '•„Jack with the lantern" „Jan met de lantaarn". Een uitdrukking voor een „dwaallichtje" het Elmsvuur, of St.-Elmusvuur, zwak lichtend, elektrisch verschijnsel van vlamme tjes aan de spitsen van masttoppen e.d. Bij nacht en ontij nemen de ma trozen zulke „dwaallichtjes" waar als kentekenen van stomachtig weer. (Sint-Elmus is de beschermheilige der Romaanse zeelieden). 8. Duinkerkers die mede ter haring vangst voeren, werden door de Hol landers nu niet bepaald met open armen ontvangen. Wie ergens slecht van afkomt, vaart „van Duin kerker haring". 9. Vroeger mocht een koopvaardij schip geen wimpel voeren. Bij ont moeting met verdachte schepen hees zo'n vaartuig soms tóch een wimpel, om de indruk te wekken: ik ben een oorlogsschip. Wie iets met bedrie glijke schijn omkleedt, bewimpelt de zaak. 10. „Kooien", slaapplaatsen, omdat ze als vogelkooien boven en naast el kaar tegen de wand vastzitten.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1956 | | pagina 6