langs de kermis
Bij de wieg van de opera
Monteverdi's 0RFE0 op de grammofoon
Galerie Mabillon
DE DROOM
EXPOSITIE
Vlaamse
soberheid
aangrijpender
dan Spaanse
praal
Veurne handhaaft
zijn traditie
van een
goed
man
Nieuwe middelen
Klant
onagie
Duizend zuchten i
Herleefde
instrumenten
11 augustus
ACTUALITEITEN
Wagneriaan
Voor snobs
Pappenheim
Mil
ZATERDAG 4 AUGUSTUS 1956 PAGINA 5
VEURNE, 29 juli.
AN de voet van de Sint-
Niklaastoren heeft zich een
estamineeke genesteld. Het zit
onverbrekelijk vast aan de 13e
eeuwse reus, wiens romp het
marktplein Veurne beheerst,
uit rtif116 aanderen ten voeten
cfpl'nrvf ®aiT}enSaan van leven en
de kroeg naast de kerk,
een onderdeel ervan? In
e e is het druk op deze laatste
zondag van juli- Terwijl in de
kerk 600 boetegangers zich voor
bereiden op hun jaarlijkse gang
onder het kruis, dat 28 kilo weegt
en dat in de storm van vandaag
zwaar te torsen zal zijn, praat,
lacht en drinkt het volk in de
donkere gelagkamer van „A la
fortune".
hlfoVadne
4 augustus
litho's
gravures
etsen
van beroemde moderne meesters
Karei Dootmanstraat 328
Rotterdam
Jejjerson Young
Jefferson Young
kent het neger-
vraagstuk
Boetegangers
Boetegangers verlaten de St.-Nikhiaskerk
Er is veel volk. De gendarmen, in
hun kleurigste plunje gestoken, kun-
Rnpalleen af Zo worden
j0esLdan - door P°mPiers. Dat ziin
enaeerennI?anned J™* witte helmen
brand v dat te mooi is voor
mooist Vandaag 1S' alles °P ziin
v°l Want het is boeteprocessie in
markt6' en tegelijkertijd kermis. De
ikt is vol.kleur en rumoer. Je zou
haar graag zien zonder luchtschom-
mels en autoscooters, die vierkante
ruimte omzoomd met trapgevels,
kroegjes en renaissance-Paleisies-
Maar het oude Veurne gaat met zijn
tijd mee. Op het middeleeuwse plein
klinkt de dissonant van de juke-box,
en de draaimolen zeult niet eens
meer gespikkelde paarden rond, doch
knalrode straaljagers.
Om half vier zit je in een krom
ming van de smalle Boterweegschaal-
straat. Op een van de tientallen grijze
stoeltjes die wat overdreven tribune
heten. Rondom dringt het volk van
Veurne en verre omgeving, vier vijl
rijen dik. Aan de overkant, onder een
baldakijn van rood fluweel, hebben
de hoge autoriteiten hun podium. t)e
nuntius, mgr. Formi, is erbij en de
nog jonge bisschop van Brugge, mBi.
Desmedt. De burgemeester m mi
nistersgala, de schepenen m
nationale sjerp, omringd door ggeeste
lijke en wereldlijke sierfiguren.
Bruidjes bewaakt door een bejaard
nonnetje', zitten aan de voet van het
verhoog. En ook misdienaars gereed
om te wieroken. Opeens verstomt het
feestlawaai op de markt „Hoor,
Bomtje klopt", fluistert achter ons
een Veurnes meisje. De sombere toon
Een der tafrelen van Jesus' Lijden
van Bomtje, de enige klok die in de
eerste wereldoorlog de Yserslag
overleefde, heeft het begin aange
kondigd van de boeteprocessie.
Dan gaat de wereld in Veurne
terug naar de tijd van de Contra
reformatie. Een eeuwenoude omme
gang trekt in vrijwel authentieke
vorm voorbij. Geen historische op
tocht, maar de historie zelf, door een
of ander wonder levend gebleven.
Want deze antiqu^ejt dit restant van
boerenvroomheid lééft. Het is zo
echt als het geloof van het Veurnese
volk, dat de kerk aanwezig weet
naast de kroeg, z0 echt als de Vlaam
se trekpaarden die met Veurnese
„Romeinen" 0p dun' massieve rug,
onze tribune rakelings voorbijgaan,
Breugheliaanse bazuinblazers schet
teren de straat wakker voor een
veertigtal taferelen die, Oud en
Nieuw Testament uitbeeldend, de
hele geloofsschat omvatten. De ver
beeldingen zijn Van 'n verrukkelijke
naïveteit. Adam het schopje over
de schouder als was het paradijs zijn
volkstuintje, loopt naast Eva luide
over de zondeval te discussiëren.
Engeltjes, die ajs zUSjes op elkaar
lijken, declameren voor elk tafereel
vrome verzen uit" 1644. toen de eer
ste Veurnese boetprocessie rondtrok.
Noach, Abraham, koning David, tok
kelend op zijn 'harp, de profeten;
allen dragen huif. sjfonbolen met een
gezicht, dat meer schijnt te denken
aan de korenoogst op de gisteren
verlaten akker dan aan aartsvader
lijke beslommeringen. Het Nieuwe
Verbond zet in naet kerstgroepen;
herders en koningen galmen in oud-
Vlaamse poëzie bun verbazing uit.
Magdalena draagt onder haar rouw
sluier een kruisbeeld en een doods
hoofd.
Boven; bazuinblazers openen de
stoet. Onder: Koning David.
E ln Noord-italië Clanrt?n\^ozar^ Wn ^>on Giovanni schiep, leefde
1 -,ooitarj n}llziekdramati<:chjf(jnteverdi' een 9enie dat voor het eerst
rindh'einfw 9d van de weelrleU^St ecn eigen vormkracht geschonken
Orfen" pSi af van de PaLstl.L, veelstemmigheid wendde hij zich
Chfeo een eerste geslaaqde nnOs a-cappela-zang en deed met zijn
dans- en dichtkunsttoneelsnef >°m 9eliik in bet Griekse drama,
te. doen samenannr,.°Pel en orkestklank
te doen samengaan.Hierby zorh °rkestkl™k, solozangen declamatie
toonkunst als voertuig van een mot n}eti ?oals de middeleeuwers, de
al het menselijke en heel het Vntwr als k^nkbord van
geluk of uitzicht op een van de zinnen Geen nimbus van toekomstig
maar het drama dat ieder mensenleven hef vV7 leven is zi>n doelwit,
laag of overwinning openbaart zieh hier it nt'jzijn strijdzVn neder-
tische contrasten en kleuren. m on8ekend muzikaal-drama-
De Riforma drammatica thema
van discussie der Florentijnse „Came-
rata" (een kring van artiesten en aris
tocraten als onze „Muiderkrmg werd
dank zij Monteverdi's scheppingskracht
e?n realiteit. En hierbij liet de compo
nist veelal verstek gaan aan de teKsi
die hij wei als gerede aanleiding be
schouwde, maar nimmer in slaafsheid
wilde dienen.
Hy overschreed de drempel van het
dichterlijk woord door een woordcnloos
Weigen te scheppen, een autonome
delen rvacht. met nieuw verworven niiil-
zelfstaJT,1-6 nieuwe middelen waren: de
arioso rt f 'nstrumentale vormen; het
van ziin i na de wat droge recitatieven
per Wordt 0arganSers hier een voorlo-
nog Weidseran de ar>a-vorin, met het
risch drama" perspec'ief van het „ly-
tenslotte de orcheJ'6 achtergrond; en
Reeds bij het Kstrale middelen,
den we met twee6Sla van °rfeo wor-
vormen hekend instrumentale
ture fungeert n 1 Als „ouver-
al| ®cht speelstuk fn ,"sinf°nia" die
geschreven is. Weinig toiè.catavorm
de sierlijke cadans vai? er horen we
een instrumentaal tussen? "ritorneIlo",
telkens weer herhaah ai 5 d^t zich
recitatief of ziin avin solist ziin
heeft. Een verbindingSstukUitiezonsen
zelfs het karakter vin t dUs' dat
schijnt te willen aannemen "^motiv"
eenheid van het geheel b«,? dhans de
Hoe hoog Monteverdi's lvrfoifrt'
horen we o.m. in de LettPZ, vliegt
(liefdesbrief) wa?r sl^cteenk^^0^"
voldoende zijn om een wereld v? ?-ten
dessmarf te suggereren. ef~
Nooit hoorde men strijkinstrumen
ten in een orkest zo heftig sidderen en
nimmer waren er beweeglijker figure?
an cornecten en houtblazers. Nimmer
ook nam men in een partituur drie or
gels waar, een klankeffect dat sindsdien
zijns gelijke niet heeft gevonden. Een
dier orgels is een z.g. regaal, een pri
mitief instrument met slechts één tong-
register: wat star van toon, die hier
echter aan de onderwereld een lugubere
kleur verleent. Twee harpen en twee
cornetten vervangen de violen, even
eens om Orpheus in de onderwereld te
(Vergezellen, en als later zich nog twee
vers van de
toevoegen is
veerman aan de oe-
murwen met i~r°^dse Styx te ver~
Die
zoetst-gevooisde tonen
klankmagie
Monteverdi's "ömgevi^v* - -
het was 22 februari Scn?rn?u.rvvd- Want
destijds ook
m februari ïfinz "a"i
h,eUh0LGonzaga's te Ma aan
elite-gezelschap
verenio-rt^ ^®aiitua een
te zijn van de" eerste opvoering
„dramma per niusica" waaruit i?.
geslachten, ook nog het huidige ml?
alleen door een schier ongeëvenaarde
melodiek bekoord zouden worden maar
er ook alle elementen uit zouden kun
nen putten die zowel Verdi als Wagner,
Rossini zo goed als Britten zich hebben
eigen gemaakt. En wederom werd be
wezen hoe een simpel mythologisch ge
geven van Orpheus vergezeld door pa
ranimfen van lichtvoetig herders
volk en overigens heel dicht bij het
aardvlak zwevende geesten („Coro di
spirito") door een geniaal muziekvin-
der een enorme muzikale vormkracht
kan verkrijgen, zelfs al had de staats
secretaris der Gonzaga's, Alessandro
Striggio er een erbarmelijk pathetische
tekst bij geschreven.
Monteverdi heeft b.v. van het bloem
rijke pathos van Striggio's liefdesbrief
de menselijke waarde gegrepen en met
zijn hartebloed notenfiguren vastgelegd
die de melodiek van deze „Lettera
arnorosa" de glans der onsterfelijkheid
nebben verleend.
We zouden nog willen blijven stilstaan
aP +een verrukkelijk fragment waarmee
Mor?!?eduVan de vÜf actes opent, de
esca. Het is een dans naar men
In 1567 te Cremona geboren, j
leerde het wonderkind Montever-
di als koorknaap ln de kathe- j
draal de kunst meerstem- j
migheid. Vijftien laar oud trad
hij in dienst van de hertog van
Mantua, als zanger en viola-spe- j
Ier. Hij begeleidde zijn vorst op j
veldtochten en reizen en werd
kapelmeester van do befaamde
San Marco. Bijna het slachtof-
fer geworden van een pestepide-
mie, beëindigde "'J zijn leven
als monnik, na een ^ort doch ge- j
lukkig huwelijk met Claudia Cat-
taneo. Aan hem danken wij naast
tal van werken vT°.r de kerk en
voor het theater cat wonder van j
muziekdramatische geladenheid
waarin, naar het woord van een
tijdgenoot „duizend zuchten uit
duizend harten opwellen", de j
„Orfeo". i
zegt van Moorse oorsprong die hier
eveneens als 'n wisselzang óf ritorneIlo
ungeert en waarin deze uit de 16de
afkomstige muziekvinder het pres-
vn °m xxe eeuwse collega's een
eenaam/i te geven va" de door hen
R°lymetriek, door n.l. in
n ma^tsoort een driedelig rit-
een
me te
voegen en de
mpt T en ae madrigaaltoon
n de hofdans te combineren.
Weinig jaren vóór de dood van Mon
teverdi ontsloot Venetië haar eerste ope
ra-gebouw waar niet langer de aristo
cratie het privilegie behield om ope
ra's te mogen aanschouwen en hier is
het dat Monteverdi zijn laatste triomfen
heeft beleefd.
Bij gemis aan initiatieven onzer ei
gen operawcreld kan de publikatic der
Orfeo op volmaakt verzorgde grammo
foonopnamen ArchivProduktioin
L.P.) een middel worden om een „be-
vroren krediet" van ®ns Westers cultuur
bezit te helpen onW°°ien. Tot dit doel
werd een voor onze oren nieuw instru
mentarium gebruik dat in feite een
opnieuw ten leven wekken betekent van
instrumenten uit bet seiccnto.
naf is fe zeegen dat de in onbruik
geraakte instrumenten als de violino pic
colo contrabasgamba, viola di gam
ba, blokfluit, zink, cembalo, orgelposi-
tief, chitaranne en regaal slechts voor
een klein deel van oorspronkelijke fac
tuur, de meeste cchtcj; van. recente
bouw zijn (van de »,Merkstiitte fur
historische Blasïnstrumente" te Berlijn).
Deze primitieve klank van koperbla
zers vol candeur en noblesse hoort
men reeds in de inleidende toccata,
waar 5 trompetten en 1 trombone het
instrumentarium vermen. Zelfs de kiank
van het regaal herleeft hier. O.l.v. Au-
cust Wenziger leverde het koor der
Staatlichen Hochschule für Muzik te
Hamburg, het orkest der „Sammerli-
ehen Muziktage Hifzacker 1955'' en een
keur van solisten een even toegewijde
als homogene werkprestatie. In een
ruim anderhalf uur durende melodi
sche vloed ondergaan we op deze wijze
de doop van het dramatisch Muzenkind
in de Avondlanden, waarbjj de naam
Claudio Monteverdi voor eeuwig aan
die van Orfeo gekoppeld is.
MARIUS monnikendam
De Orfeo is door verschillende XXe eeu-
wers opnieuw bewerkt. Vincent d'Indy
gaf er in 1905 reeds een eerste Franse
versie vaik gepubliceerd bij de „Ed. d.l.
Schola Cantorum", die ook in de Fran
se toelichting van. deze opnamen ge
bruikt is, Mf
Jesus' Lijden wordt, gelijk in de
Spaanse pronkstoeten van de Goede
Week, herdacht in beeldgroepen, op
platformen meegedragen door dra
gers in boetepij. Maar wat een ver
schil, de gouden schittering der
Spaanse praalprocessies en de ar
moede van deze naïeve beelden. Zij
zijn van een simpele expressiviteit.
Hoe bozer de soldaten, hoe groter
hun moustache. Vers opgeschilderde
apostelen avondmalen binnen een
balkonnetje van bruingeverfd hout.
Er is iets in deze soberheid en
vooral in de ernstige overtuiging der
processiegangen, dat ontroert. Deze
ommegang is een wezenlijke daad
van geloof. De honderden boetelin
gen, het gezicht onder een masker
verborgen, dragen hun last van 30
kilogrammen zwijgend en anoniem.
Slechts de handen spreken, boeren
handen, handen waar de smeerolie
niet meer af te wassen is maar ook
vrouwenhanden met roodgelakte
nagels. Vanavond vinden zij elkaar
misschien op het grote bal dat in
vele gelegenheden de boete- en ker
misdag besluit. Maar nu doen zij
penitentie. Eerlijk en zonder pose.
Dat is het wat deze processie
van Veurne zo aangrijpend
maakt. Hier uit zich een gemeen
schap voor wie het geloof nog
midden in het bruisende leven
staat. Waar de uitbeelding van
Jesus' Lijden voorbijtrekt langs
een markt die het kermisrumoer
enkele minuten later gaat her
vatten.
Artistieke
IN HET BEFAAMDE Wagner-
festival te Bayreuth dat van 24 juli
tot 25 augustus duurt, treedt ditmaal
de naam naar voren van André Cluy-
tens, de Belgische dirigent die de
radioluisteraars zeer zeker kennen.
Het is voor hem een grote onder
scheiding, in het Wagnerfestival te
worden uitge- -...
nodigd. Maar
onverwacht
kan zijn keuze
zeker niet ge- fillip
noemd worden j «B8p>
Want Cluytens f
heeft van zijn
conservator'- S
umdagen af Jjk
een bijzondere a
aandacht voor
Wagner gehad.
Zoon van een v
overtuigd
Wagneriaan JKUóBBBH
kwam hij in flnp JflHHHj
Antwerpen
onder leiding HBHHH
o.m. van de 98§5l5SB9i9HI
Wagneriaan
Ernest van Dijck. Als jong dirigent
in Toulouse leidt hij „Tannhauser",
„Walküren", „Siegfried". In Lyon
dirigeerde hij de volledige „Ring",
„Tannhauser", Lohengrin" en „Die
Meistersinger". In Bordeaux, zijn vol
gende standplaats, wederom Wagner
o.a. „Parsifal" en „Tristan" en zijn
debuut in de Parijse Opera had plaats
met een Wagnervertoning.
Is het verwonderlijk dat Cluytens
gekozen werd als leider van „Die
Meistersinger" in Bayreuth?
Er bereiken ons veel meer dan
vroeger in deze geluidsnelle tijd de
vaak droevige, maar soms ook be
lachelijke geschiedenissen, voort
gekomen uit de tegenstelling zwart-
blank. Twee blanke mannen mis
handelen een onschuldige neger
jongen en op eefi universiteit ont
staat een abnormale rel, omdat een
vooruitstrevend negermeisje het ge
waagd had zich in te laten schrijven
voor de uiteraard democratische
colleges Eigenlijk is er een merk
waardige overeenkomst tussen die
jonge negerstudente en de hoofd
figuur uit de roman „A Good Man",
van Jefferson Young, een verhaal
over het neger vraagstuk. In het
verschijningsjaar 1953 trok dit boek
onmiddellijk de aandacht van de
critici en het publiek in Amerika.
Nu is dit hoek in een Nederlandse
vertaling van Jos van der Steen uit
gekomen.
Jefferson Young is een jonge blan
ke auteur, die tevoren slechts een
paar novellen had gepubliceerd. Hij
kent het rassenprobleem van zeer
nabij, want hij werd geboren in Oma,
in de zuidelijke staat Mississippi, in
het jaar 1921. Hij studeerde journa
listiek aan de universiteit van Missou
ri. Tijdens de oorlog nam hij dienst
als piloot en was gestationeerd bij
het Achtste luchtleger in Engeland.
Na de oorlog studeerde hij verder
o.m. aan de universiteiten van Colum-
TOT EIND AUGUSTUS is het Ca
sino te Knokke een dorado voor de
snobs. Salvador Dali exposeert een
tachtig schilderijen en een aantal te
keningen. Dali zou Dali niet zijn als
hij er niet met een paar opzienbaren
de stunts voor gezorgd had dat de
snobs aan hun trekken kwamen. Dali
zou bij gelegenheid van de opening
per helikopter op het strand te
Knokke neerdalen. Om de een of an
dere reden ging het feest niet door,
zoals zoveel wat Dali met veel lawaai
aankondigt niet doorgaat. Het gaat er
bij Dali voornamelijk om dat over
hem gesproken wordt. En dat is hem
sinds hij als notariszoon op de kunst
academie van Madrid zijn intrede
deed enkele jaren later werd hij
van de school verwijderd uitste
kend gelukt. In Parijs verbijsterde hij
iedereen door zijn totaal onverwachte
lachbuien en andere zotheden. Hij
reisde door Europa en Amerika noem
de New York „een geweldige gotische
roquefort-kaas", schreef bizarre din
gen over het geringe aantal trein
ontsporingen, over de onbegrijpelijk
heid dat niet meer buschauffeurs
dwars door etalages zouden willen
rijden, over taxi's met kunstmatige
regeninstallatie over surrealistische
menu's: gebakken of geklutste tele
foons, malse uurwerken, broden van
vijftien meter lengte. Dali's uitvin
dingen waren even gek als onvrucht
baar: valse vingernagels met een
spiegeltje, doorschijnende manne-
bia en Tulane. Daarna was hij werk
zaam, als mede-uitgever van een vak
tijdschrift. Nu houdt hij zich uitslui
tend bezig met literaire arbeid.
Scherp inzicht.
„A Good Man" is een verhaal, in
simpele woorden verteld, van de hand
van een auteur die klaarblijkelijk de
sleutel heeft gevonden op de sober
heid. Het doet weldadig aan en men
zou het, als het niet over dit bepaal
de vraagstuk ging, uit Amerika niet
verwachten. Het is allemaal zo een
voudig en zo krachtig, zo levensecht
en gewoon, dat het overtuigt en de
zekerheid wekt, dat Jefferson Young
een scherp en menselijk inzicht heeft
in het negerprobleem.
Het verhaal is kort en eenvoudig. Het
is de droom van Albert Clayton, een
neger uit Mississippi. Hij heeft nauwe
lijks genoeg om rond te komen. Zijn
menu is steeds hetzelfde, de zondag
se jurk van zijn vrouw Louella is
zeven jaar oud en zijn twee kinderen
krijgen niet voldoende te eten. En
toch heeft Albert een droom, die hij
reeds heel zijn leven heeft gekoesterd:
hij zou zijn huis wit willen schilde
ren. De eenarmige melkboer van het
kleine dorpje, mister Walker, biedt
hem een stierkalfje aan, dat zorgvul
dig in de negerfamilie wordt opgeno
men. Het dier wordt vetgemest, met
wat de negermensen uit hun mond
sparen. Later zal hij het kalf verko
pen en voor het geld krijgt hij zijn
huis dan wel wit.
Maar in het dorp gaan stemmen van
protest op. Sommige blanken zien in
de droom van Albert, een wit huis, een
daad, van opstandigheid en zij verzet
ten er zich uit alle macht tegen. De
levensstijl van de neger zal en mag
niet gaan lijken op die van de blanke.
Al heeft Albert dan een eigen huis,
het mag niet lijken op het huis van
een blanke
Het is een boek zonder sensatie, zon
der geweld en zonder de excentricitei
ten van Caldwell of Faulkner; het is
een klein drama van de menselijke
waardigheid en de dreiging van ge
weld geeft het een eigenaardige span
ning. De sobere zakelijke stijl juist
in dit verband is treffend en is in
staat te ontroeren. Jefferson Young
is een naam om te onthouden.
n
Een der laatste werken van Dali:
Laurence Olivier als Henry V
quins, stoelen met chocoladerepen in
de rugleuning. Een fantast, zonder
enige twijfel. Maar een fantast wiens
vondsten gewild, krampachtig en
mager zijn wanneer men ze verge
lijkt met een Rabelais. Zo is het ook
met zijn schilderijen. Dali's fantasie
is bij nader inzien zeer beperkt. De
gelijkenis met de geweldige, uit inspi
ratie geboren werken van Hierony-
mus Bosch bestaat alleen voor op
pervlakkige waarnemers. Wie dieper
kijkt ziet alleen.... de handige
meester der publiciteit, die zich aan
stelt als een halve gare, Dali, de man
met haar als een grammofoonplaat
en een puntsnorretje dat bijna zijn
ogen. raakt.
OP 13 AUGUSTUS wordt Leo Pap
penheim, tweede dirigent van het
Gelders orkest en dirigent o.a. ook
van de Gelderse opera- en operette
vereniging en van de Chr. Orato
rium vereniging in Arnhem, zestig
jaar. Het is tevens veertig jaar gele
den, dat hij zijn loopbaan als dirigent
begon. Hij zal op 6 september a.s.
worden gehuldigd met een concert
van werken van Reger, Strauss en
Mahler.
Leo Pappenheim werd in 1896 te
Amsterdam geboren. Hij is na zijn
opleiding aan het conservatorium te
Keulen dirigent geweest van ver
scheidene stedelijke orkesten in
Duitsland, tot het moment dat het
nazisme er de kop opstak. Hij keerde
toen terug naar ons land en werd di
rigent van het Nederlands Opera
Ensemble en in 1939 tweede dirigent
van de toenmalige Arnhemsche Or-
kest Vereniging, later omgezet in het
Gelderse Orkest.