ONS RADIO-PROGRAMMA
Utrecht liep „St-Sebastiaan" mis
KRUISWOORD-PUZZEL
M' LH
m m
m'wPmP
"Ifsf
lil
m
m
m
ui
m
mm
V0DR30HG
Armada - Armageddon
ABBEITQW
VI OM)
DE TWAALFDE SLAG
jtji
9awP
11
UB
IP
Ël
81511 H
ip
9
Él
9 9
9
11
Zondagavond 7 augustus 1588:
DE HEILIGE YAN DE WEEK
HET GRABBELTONNETJE
BRIDGERUBRIEK
WÜ
jg
Cantor uit New-York
naar ons land ver
trokken
Brief van Franse kunsthandel kwam bij
conservatorium terecht
Wm9m
m ül
fP IP
WwW
j§
m
t
10 augustusSt.-Laurentius
Hondsdagen
ZATERDAG 4 AUGUSTUS 1956
PAGINA 6
B. M. R S.
B. M. R S.
NED. GEZANT IN SYRIë
De goedkope transatlantische
reizen
mz. m>. Wi.
ipjl
mm
'wk
mm
\'"7h
CORRESPONDENT! E-AURES:
POSTBUS 8, HILVERSUM
ZATERDAG 4 AUGUSTUS
Uitzending vanuit Eng. Transit Camp te Hoek
Tan Holland. Golflengte 25 meter.
22.00 uur: Verzoekpaten.
23.00 uur: De Baard speelt.
23.15 uur: Muziekland.
23.4'5 uur: Vervolg verzoekplaten.
01.00 utir: Sluiting.
ZONDAG 5 AUGUSTUS
HILVERSUM I, 402 m. 8.00 VARA, 10.00
VPRO, 10.30 IKOR, 12.00 AVRO, 17.00 VARA,
20.00—24.00 VARA.
8.00 Nws. en postduivenber. 8.18 Weer of
geen weer. 9.45 Caus. 10.00 V. d. jeugd. 19.30
Oecumenische kerkdienst. 12.00 Theaterork.
12.30 Sport en postduivenber. 12.35 Even afre
kenen, Heren 12.45 Piano. 13.00 Nws. 13.05
Meded. 13.10 V. d. militairen. 14.00 Boekbespr.
14.20 Kamerork. 15.20 Caus. 15.30 Amus.muz.
16.10 Ritm. muz. 16.30 Sport. 17.00 Gramm.
17.30 V. d. jeugd. 17.50 Nws. en sport. 18.05
Sport. 18.30 Lichte muz. 19.00 Discussie. 19.35
Cabaret 20.00 Nws. 20.05 Radioscoop-Reflex.
20.55 Caus. 21.10 Lichte muz. 21.50 Radiojourn.
22.00 Gramm. 22.30 Idem. 23.00 Nws. 23.15 Act.
23.2524.00 Gramm.
HILVERSUM II, 298 m. ».00 NCRV, 8.30
IKOR, 9.30 KRO, 17.00 NCRV, 19.45—24.00 KRO.
8.00 Nws. en weer. 8.15 Orgel. 8.30 Vroeg
dienst. 9.30 Nws. 9.45 Gramm. 9.55 Pontificale
hoogmis. 11.30 Gramm. 11.40 Kamerork. 12.20
Apologie. 12.40 Instr. trio. 12.55 Zonnewijzer.
13.00 Nws. en kath. nws. 13.10 Lichte muz. 13.40
Boekbespr. 13.55 Groot koor en omr.ork. 14.25
Gramm. 16.15 Sport. 16.30 Vespers. 17.00 Christ.
Geref. kerkd. 18.30 Gewijde muz. 19.00 Nws uit
de kerken. 19.05 Boekbespr. 19.15 Kamerkoor.
19.30 Caus. 19.45 Nws. 20.00 De gewone man.
20.05 Lichte muz. 20.25 Act. 20.35 Caus. 20.45
Instr. trio. 21.10 Hoorspel. 22.10 Gramm. 22.45
Avondgebed. 23.00 Nws. 23.15—24.00 Gramm.
Uitzending vanuit Eng. Transit Camp te Hoek
Tan Holland. Golflengte 25 meter.
22.00 uur: Een beetje anders dan gewoon.
22.45 uur: Weense muziek.
23.15 uur: Muziek voor de jeugd.
23.45 uur: Verzoekplaten.
00.30 uur: Sluiting.
Engeland. BBC Home Service, 330 m.
12.25 Caus. 12.55 Weerb. 13.00 Nws 13.10 Caus.
13.30 Gramm 14.00 Boekbespr. 14.30 Ork.conc.
15.30 Discussie 16.30 Gramm. 16.45 Amerikaanse
nieuwsbrief 17.00 Voor de kind. 17.55 Weerb.
18.00 Nws 18.15 Lichte muz 19.00 Krit. 19.45
Kerkdienst 20.25 Liefdadigiheidsoproep 20.30
Hoorsp. 21.00 Nws 21.15 Caus. 21.30 Klankb.
22.30 Gitaar 22.50 Epiloog 23.0023.08 Nws en
weerb.
Engeland. BBC Light Progr., 1500 en 247 m.
12.05 Verz.progr. 13.15 Gramm. 13.45 Hoorsp.
14.15 Lichte muz. 14.45 Twintig vragien 15.15
Hoorsp. 16.00 Lichte muz. 17.00 Gramm. met
interv. 18.00 Hoorsp. 18.45 Lichte muz. 19.00
Nws en journ. 19.28 Bèr. 19.30 Gevar. muz.
20.30 Samenzang 21.00 Gevar. progr. 22.00 Nws
22-15 Caus. en nyms. 22.30 Ritmise miiz. 23.15
Orgel 23.50 Progr.overz. 23.55—<24.00 Nws.
N D.R./W.DJt., 309 m.
12.00 Omr.ork. 13.00 Nws 13.10 Amus.muz.
14.35 Lichte muz. 15.00 Ofperaconc 16.30 Dans-
muz. 18.15 Symf.ork. en sol. 18.45 Bariton en
piano 19.00 Nws 20.00 Operetteconc. 21.45 Nws
22.15 Dansmuz. 23.15 Lichte muz. 24.00 Nws 0.05
Symf.ork. en sol. 1-154.30 Gevar. muz.
Frankrijk. Nationaal Programma, 347 m.
12.00 Gramm. 13.00 Nv/s 13.20 Hoorsp. 15.30
Isoline, sprookje 17.18 Gramm. 18.00 Ork.conc.
19.30 Gramm. 20.05 Lichte muz. 20.35 Klankb.
21.35 Festival van Viehy. 23.4524.00 Nws.
Brussel, 324 en 484 m.
324 m.
lil.00 Mozarteum-ork. en sol. (Om 12.30 Weer
ber.) 13.00 Nws 13.15 Voor de sold. 14.00 La
Forza del Destine opera (4e en 5e akte) 15.30
Gramm. 17.15 Sport 18.00 Gramm. 18 30 Godsd.
halfuur 19.00 Nws 19.45 Gramm. 20.00 Hoorsp.
20.35 Beiaardspel 21.00 Omr.ork. en sol 22.00
Nws 22.15 Veilig rijden 23.00 Nws 23.05 Gramm.
23.2024.00 Dansmuz.
484 m.
1-2.15 Gevar. muz 13.00 Nws 13.10 Verz.progr
14.30. 15.00 en 16.00 Gramm. 17.00 Nws 17.05
Gramm. 17.15 Voor de sold. 17.45 Gramm 19 00
Kath. uitz. 20.00 Relais v. Frankrijk: 1. Chan
sons, 2. Hoorsp. 3. Lichte muz 21.15 Gramm.
22.00 Nws 22.15 Lichte muz. 22.55 Nws 23 00
Lichte muz. 23.55 Nws.
BBC. Uitzending voor Nederland
8.008.16 Eng les voor beginnelingen les 75,
deel 3, en een uitspraakles. (Op 464 en 42 m.).
17.4518.15 Nws, Londens Radiodagboek Eng.
geschiedenis. (Op 224 en 41 m.i.
MAANDAG 6 AUGUSTUS
PïtXJ?118™ 1' 402 m 7.00—24.00 AVRO.
7.00 Nws. 7.10 Gym. 7.20 Gramm. 8.00 Nws.
nlc 910 V' d- vrouw. 9.15 Gramm.
Tï Waterst. 9.40 Morgenwijding. 10.00 Gramm.
Yvrouw- H.15 Gramm. 11.45 Voordr.
in on muz. 12.30 Land- en tuinb.meded.
12.50
13.15
14.00
16.00
17.35
18.00
12.33 V. h. platteland. 12.43 Gramm.
Ronde van Nederland, rep. 13.00 Nws.
Meded. 13.25 Lichte muz. 13.55 Koersen
Gramm. 14.10 Gevar. progr. 14.55 Gramm.
Caus. 16.15 Gevar. progr. 17.05 Gramm.
Piano. 17.50 Rep. Ronde v. Nederland.
Nws. 18.15 Orgel. 18.30 Dansmuz. 19.00 Amus.
muz. 19.30 Gramm. 20.00 Nws. 20.05 Lichte
JÜc^r' 20.50 Caus. 21.00 Opera. 21.55 Radiojourn.
22.05 Lichte muz. 23.00 Nws. 23.15 Koersen en
act. 23.2524.00 Gramm.
HILVERSUM II, 298 m. 7.0024.00 NCRV.
7.00 Nws. 7.10 Gewijde muz. 7.30 Gramm.
7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nws en weer.
8.15 Gramm. 9.00 V. d. zieken. 9.25 V. d.
huisvr. 9.35 Voordr. 10.00 Gramm. 10.30 Mor
gendienst. 11.00 Gramm. 11.15 Radio Vossen
jacht. 12.25 Voor boer en tuinder. 12.30 Land
en tunib.meded. 12.35 Lichte muz. 12.55 Gramm.
13.00 Nws. 13.15 Kamermuz. 13.40 Gramm. 14.CO
V. d. jeugd. 14.30 Gramm. 14.45 V. d. vrouw.
15.15 Meisjeskoor. 16.00 Bijbeloverdenkign. 16.30
Barokviool en klavecimbel. 16.50 Gramm. 17.00
V. d. kleuters. 17.15 Gramm. 17.40 Beursber.
17.45 Regeringsuitz. 18.00 Koorzang. 18.15 Pro-
menade ork. 19.00 Nws en weer. 19.10 Orgel.
19.30 Pari commentaar. 19.45 Beiaardconc. 20.00
Radiokr? - <>0.20 Metropole ork. 20.55 Klankb.
21.40 Vr ens. 22.00 Caus. 22.15 Omr.ork.
22.35 G 22.45 Avondoverdenking. 23.00
Nws. 23 iramm. 23.40—24.00 Het Evangelie
in Esperanto.
Engeland, BBC Home Service. 330 m.
12.00 Gramm. 12.20 Gevar.muz. 12.55 Weerber
13.00 Nws. 13.10 Gramm. 13.40 Caus. 13.55 Sport-
uitsl. 14.00 Lichte muz. 14.30 Caus. 14.45 Gevar.
muz. 15 45 Gevar. progr. 17.00 V. d. kind. 17.55
Weerber. 18.00 Nws. 18.15 Sport. i8.30 Gevar.
progr. 19.00 Hoorsp. 19.30 Symf.ork. en sol. 21 00
Nws. 21.15 Hoorsp. 22.45 Bas-bariton en piano
23.0023.08 Nws. en weerber.
Engeland, BBC Light Progr. 1500 en 247 m.
12.15 Dansmuz. 13.00 Sport. 13.35 Lichte muz.
13.4)5 V. d. kind. 14.00 Caus. 14 15 Sport. 15.35
Bij K.B.* is dr. R. H. van Guük, Hr. Ms.
buitengewoon en gevolmachtigd minister
te Beyrouth, tevens benoemd tot Hr. Ms.
buitengewoon gezant en gevolmachtigd
minister bij de Syrische republiek.
Mil.ork. 16.00 Sport. 17.40 Ork.conc. 18.00 Sport.
18.35 Gramm. 18.45 Hoorsp. 19.00 Nws en journ.
19.30 Hersengym. 20.00 Eisteddfod v. WaleS. 20.30
Klankb. 21.00 V. d. jeugd. 21.30 Gevar.progr.
22.00 Nws 22.15 Lichte muz. 23.00 Voordr. 23.1a
Lichte muz. 23.50 Progr.-overz. 23.5524.00 Nws
NDR/WDR 309 m.
12.00 Am us. muz. 13.00 Nws. 13.15 Omr.ork. en
solist. 14.15 Operettemuz. 16.00 Omr ork. en solist.
17.00 Nws. 17.45 Amus. muz. 19.00 Nws. 19.30
Symf.conc. 21.15 Amus. muz. 22.10 Jazzmuz. 23.00
Gramm 24.00 Nws. 0.10 Omr.ork. 1.154.30 Ge
var. muz.
Frankrijk, Nationaal Progr. 347 m.
12.00 Gramm. 13.00 Nws. 13.20 Gramm. 14.00
Nws. 14.30 Gewijde muz. 15.00 Orkestconc. 16.50
Kamermuz. 17.50 Gramm. 20.05 Kamermuz 22.50
Gramm. 23.4524.00 Nws.
Brussel. 324 en 484 m.
324 m.
11.45 Gramm. 12.30 Weerber. 12.34 V. d. landb.
12.42 Gramm. 12.55 Koersen. 13.00 Nws. 13.15
Gramm. 16.00 Koersen. 16.02 Gramm. 17.00 Nws.
17.10 Lichte muz. 17.45 Gramrrfc 18.00 Caus. 18.10
Gramm. 18.20 Prot caus. 18.30 V. d. sold. 19.00
Nws 19.40 Gramm 20.00 Symf.-ork., gemengd
koor en sol. 21.00 Omr.ork. en solist. 22.00 Nws
22.15 Gramm. 22.5523.00 Nws.
484 m.
12 00 Gevar. muz. 13.00 Nws. 13.15 Gramm.
14.00 Omr. ork. 14.20 Gramm. 16.05 Lichte muz.
17.00 Nws. 17.15 Gramm. 17.30 Gitaarspel. 18.00
V. d. sold. 18.30 Gramm. 19.30 Nws 20.00 Klankb.
20.30 Orkestconc. 22.00 Nws. 22.15 Lichte muz
22.55 Nws.
BBC. Uitz. voor Nederland.
8.008.15 Eng. les v. beginnelingen, les 75,
deel 3, en een uitspraakles. iQp 464 en 42 m.)
17.4518.15 Nws. Londens Radiodagb. Eng. les v.
beginnelingen, een herhalingsles (Op 224 en
De Amerikaanse multi-miljonair H. B.
Cantor, die, zoals wjj dezer dagen meld
den, vandaag uit New York via Londen
naar Nederland zal vertrekken ter be
spreking van zijn plan voor de bouw van
2 schepen van elk 90.000 ton, die een
groot aantal passagiers tegen een prijs
van 50 dollar naar en van Europa kun
nen vervoeren, zal tijdens zijn bezoek aan
Europa trachten een haven te vinden,
waar hij deze grote schepen kan laten
dokken. Hy zal nagaan of Zeebrugge in
België. Vlissingen of wel Milford Haven
in Engeland voor zy'n doel geschikt zijn.
De autoriteiten te Milford Haven hebben
aangeboden de haven te vergroten voor
zijn schepen, maar naar de heer Cantor
gisteren verklaarde geeft hij de voorkeur
aan Zeebrugge, omdat België alles doet,
dat in zyn vermogen ligt .om hem te hel
pen, terwijl België bovendien nog geen
passagiersdienst op Amerika heeft.
De heer Cantor deelde verder mede,
dat de schepen elk 100 miljoen dollar zul
len kosten. Het wezen van zijn plan, zo
zeide hij, is een snel schip, dat vlugge rei
zen kan maken. De overtocht zal vier da
gen duren.
Een wat gebrekkige
adressering van een brief
en drukte bq het
Utrechtse Conservato
rium zijn er oorzaak van
dat het Centraal Museum
in Utrecht zich niet de
bezitter kan noemen van
het schilderij „St.-Sebas-
tiaan" van de Utrechtse
schilder Hendrik Ter-
brugghen (1588—1629).
In 1052, toen hier de
grote Caravaggio-tentoon-
sitelling werd gehouden,
zond een kunsthandel ln
Nice een brief aan de
directrice van het Cen
traal Museum. Althans,
dat was de bedoeling. Op
de enveloppe stond ech
ter: „Au Conservateur du
Musée d'Utrecht". De post
bezorgde de brief, waarin
de kunsthandel de koop
van een schilderij, waar
schijnlijk van de Utrechtse
schilder Terbrugghen,
aanbood, bij het Utrechts
Conservatorium. Het schil
derij. dat duidelijk de
tekenen droeg van Cara-
vaggio te zijn, moest toen
nog worden gerestaureerd.
Eerst zes weken later
zond het Conservatorium
de brief door naar de di
rectrice van het Centraal
Museum. Een antwoord
aan de kunsthandel te
Nice, dat men voor dit
schilderij voelde, bereikte
de kunsthandel eerst twee
maanden na zijn offerte.
Toen had men in Nice
ook al ontdekt, dat het
geen Carravaggio maar
een Terbrugghen was en
inmiddels via een andere
kunsthandel het doek aan
het Oberlin College in
Oberlin. Ohio (V. S.) ver
kocht.
Met enige spijt heeft de
directrice van het Cen
traal Museum, mej dr.
Elizabeth Houtzager, gis
teren dit doek in haar
museum opgehangen, waar
bet thans een onderdeel
vormt van de expositie
„Meesterwerken uit Ame
rikaanse universiteits
musea", die hier tot en
met 9 september wordt
gehouden.
Ware de brief destijds
spoedig in het bezit ge
komen van het Centraal
Museum, dan had men dit
doek voor een bedrag van
6000 kunnen aankopen.
Het Oberlin College be
taalde er trouwens een
aanzienlijk hoger bedrag
voor. toen men dus had
uitgemaakt dat dit wer
kelijk een schepping van
de Utrechtse meester was.
Horizontaal: 1 kleur, 6 beladen, 11 elke,
13 voorzetsel, 15 kuststrook, 18 windrich
ting (afk), 20 op de wijze van, 21 rivier in
Italië, 23 vogel, 25 snuiter, 27 al, 29 leng
temaat, 31 soort vis, 33 tandeloos zoog
dier, 34 ontkenning, 35 dwingeland, 37
vernissen, 40 onbekende, 41 spaanse titel,
42 als eerder (afk), 43 spil, 44 ieder, 46
de dato (afk), 47 comfort, 50 stilstaand
water, 52 zoogdier. 54 voorzetsel. 55 vaak
(eng), 57 voorzetsel, 58 halfedelsteen, 61
draagvat, 63 vluggfer, 65 meisjesnaam, 66
zangnoot, 67 gewicht, 68 dubbelklank 69
kwaadsprekerij, 71 stofmaat, 73 vroeger,
75 waard, 76 heimelijk wegnemen.
Verticaal: 2 deel v. d. dag. 3 nootje,
4 gelofte, 5 eerwaarde heer (lat. afk.).
6 kledingstuk, 7 water in Friesland, 8
anno (afk.), 9 bewaren, 10 aanblik, 12
slot (eng.). 14 wijze van verbinden. 16
meisjesnaam, 17 begin, 19 meisjesnaam,
23 plant, 24 als eerder (afk.), 26 slede.
28 peinzen, 30 deel v. d. dag. 32 bevel,
33 grote bijl, 36 ambtshalve (lat. afk.),
38 kleurling, 39 op geen plaats, 42 vlakte
maat, 45 fr. lidwoord, 46 om die reden,
48 wondvocht. 49 en omgekeerd (afk),
51 rovers, 53 tekengerei, 56 tot en met
(afk.). 59 meisjesnaam, 60 hitte, 62
maand, 64 aanzien, 66 zangnoot, 69. bijib.
naam, 70 eng. lidwoord. 72 chin, maat,
73 voegwoord, 74 titel (afk.).
Oplossing van donderdag
Horizontaal. 1 tu; 3 stramien; 10 es;
11 oir; 12 Ede; 13 Malaga; 15 manege; 18
e.a.; 20 erin; 22 egard; 24 krent; 25 saai;
27 ab; 28 slopen; 30 altaar; 32 KRO; 34
dal; 35 ge; 36 rammeien;37 en.
Verticaal: 1 tempeest; 2 USA; 4 toga;
5 riant; 6 ar; 7 iedere; 8 Ed; 9 ne; 14
amaril; 16 gerant; 17 ontberen; 19 aga; 21
Ina; 23 aasdom; 26 opaal; 29 Elle; 31 age;
32 kr.; 33 ra; 34 de.
•<a m
.J
2*
No. 3021. 4 augustus 1956
Redacteur: G. J. A. VAN DAM,
Vossiusstraat 18b, Amsterdam-Z.
Alle correspondentie aan dit adres. Bij
vragen om inlichtingen e.v.p. postzegel
voor antwoord insluiten.
PROBLEMATIEK EN PRAKTISCH SPEL
De oud-wereldkampioen B. Springer te
Den Haag deelde mij in een langdurig ge
sprek zijn mening mede over de heden
daagse problematiek. Gezien het feit, dat
grootmeester Springer niet alleen alle
kneepjes van het wedstrij dspe1 onder de
knie heeft, maar ook op vrijwel alle ge
bieden van de probleemkunst zijn sporen
méér dan verdiend heeft, verdienen zijn
opvattingen ongetwijfeld ernstige overwe
ging. Zulks temeer daar zij in wezen in
overeenstemming zijn met die van de
grote, pas overleden nestor der compo
sitieleer G. L. Gortmans. Springer's me
ning, die ik volkomen kan onderschrijven,
komt neer op het volgende:
De problematiek heeft zich de laatste
jaren in ons spel dusdanig ontwikkeld,
dat nieuwe Ideeën en opvattingen de „ge
ijkte" en na lange jaren van proefonder
vindelijke experimenten als juist bevon
den stelregels geheel dreigen te verdrin
gen. Dit is vooral bij de jongere proble-
misten het geval die niet of te weinig op
de hoogte zijn van de prachtige compo
sities, die in elk probleemgenre werden
samengesteld en in de jaren 19141940
werden gepubliceerd.
In die jaren was een der hoogste idea
len van elke problemist zijn werk, indien
enigszins mogelijk, in een zodanige vorm
te gieten, dat de aanvangsstand niet
alleen voor elke probleemliefhebber maar
ook voor elke partijspeler was te aan
vaarden.
Tegenwoordig is dat anders. Onze pro
blematiek heeft zich in zekere zin ln de
richting van de schaakproblematiek ont
wikkeld, met ongeveer dezelfde grond-
eisen. De voornaamste afwijking hiervan
is alleen no-g dat de winnende partij in
de aanvangsstand (over het algemeen) in
positioneel en materieel opzicht schijn
baar gelijkwaardig moet zijn aan die van
de tegenpartij. Wel vindt men vrij alge
meen het gebruik van „dam(men)" uit den
boze (iets dat geenszins juist is, wanneer
de dam(men) maar in de beginstand ge
rechtvaardigd zijn, omdat zonder deze te
gebruiken en door vervanging door schij
ven een totaal onmogelijke, fantasiestand
zou ontstaan) en wanneer die dam(men)
maar als zodanig tijdens de ontleding een
werkelijke functionele, liefst verrassende
werkingskracht ontwikkelen. Men com
poneert echter wél schijvenstanden, die
zó bizar zijn, dat het gebruik van één
dam (of meer) esthetisch een veel
fraaier effect zou sorteren. Daarnaast
staart men zich blind op toepassing en
handhaving van de zogenaamde „scherpe
regels", die voor het samenstellen van
composities gelden. Maar ook hier ver
geet men dat men op de eerste plaats te
doen heeft met een „schepping" om iets
van de bijzondere schoonhed van het dam
spel te demonstreren en niet om een vol
gens de S.R. feilloos verlopende afwikke
ling, waarin iedere pointe zoek ts.
Het resultaat is geweest dat de prakti
sche dammer zich vrijwel geheel uitge
sloten voelt uit dit speciale damwereld.ie.
Merkwaardig genoeg voelen desondanks
de meeste der hedendaagse problemisten
zich nog verongelijkt door dit verschijn
sel.
Tegen het componeren van bizarre pro
blemen, mits daarin iets werkelijk bijzon
ders wordt gedemonstreerd, is op zichzelf
natuurlijk geen enkel bezwaar, maar dan
moet er anderzijds ook weer evenals
vroeger naar worden gestreefd, dat de
problemisten ook hun talenten aanwen
den om door zo natuurlijk mogelijke, in
ieder geval aanvaardbare aanvangsstan-
den eveneens te laten zien, hoeveel
schoonheid en diepte in het damspel zijn
verborgen.
De praktische problematiek is door de
hiervoor geschetste ontwikkeling nage
noeg geheel verdwenen en slechts een
enkeling componeert af en toe eens een
lokzet, een lok-lok of een spelstudie. om
van analyse-vraagstukken maar in het
geheel niet te spreken. Alleen de oude
garde, die helaas langzaam uitsterft, blijft
aan dit, wel zeer belangrijke deel der
problematiek aandacht schenken.
Niet alleen dat hierdoor veel moois ver
loren is gegaan of nooit verder tot ont
wikkeling komt, doch bovendien dreigt
daardoor de band, die problemisten en
partijspelers bond, verloren te gaan, tenzij
men alsnog van deze dwaalweg terug
keert. Temeer daar op het gebied van de
praktische problematiek, zoals de lokzet
ten, de lok-lok-zetten, de dwangproble-
men, de spelstudies en alle gradaties daar
tussen, nog zoveel fraaie en leerzame
composities zijn te construeren, dat deze
ook elke problemist moeten bevredigen,
die enig gevoel heeft voor de schoonheid
van het praktische spel.
Een mooi voorbeeld daarvan geeft de
oud-wereldkampioen in de volgende „lok-
zet-spelstudie".
No. 3401
B. SPRINGER, Den Haag
m m 'W
22X13 (of?), 12—18, 5. 13 X 22, 3—9. 6. 24X13,
9X47 wint. En op 2. 30—24, 19X30. 3. 28X19
(gedw., wegens 1218 enz.), 14X23!!. 4.
35X24 (op 25X34, 17X28, 33X22, 23—29,
34X23, 2127 enz. wint 1 stuk). Dus 4.
35X24, 17X28. 5. 33X22, 21—27. 6. 32X21,
26X28 en zw. wint 1 stuk. Ook op 2.
32—27, 23X34. 3. 27X20, 17X39. 4. 40X29,
19—24. 5. 30X19, 10—14. 6. ad lib., 4X33.
7 31—27, 3—9. 8. 25—20, 8—13. 9. 35—30
(of?), 39—44. 10 49X40, 33—39. 11. 30—25,
39—43. 12. 20—14, 9X20. 13. 25X14, 13—19.
14. 14X23, 4349 staat zwart vrij zeker
gewonnen. Tenslotte gaat ook niet: 2.
22—18, 13 X 22 3. 32—27, 21X34 4 40X16,
6—11. 5. 16X7, 2X11. 6. 30—24 (vrijwel
gedw.), 19X30. 7. 35X24, 1—6!. 8. 41—36
(om los te komen door 3732 enz.), 1721.
9. 28X17, 11X22, want dan komt wit zéér
slecht te staan.
De zet 16—21 Is dus voor zwart wel
zeer verlokkelijk, maar wit sP^R nu
rustig. 2. 3127! en als zwart ook denkt
nü zijn slag te slaan door 1218 komt hij
van een koude kermis thuis. Dus zwart
12—18 (B.). Wit wint dan door 3. 27X7,
18X27. 4. 32X12, 23X34. 5. 30X39, 8X17.
6. 33—28! 2X11. 7. 25—20, 14X25. 8. 28—22.
17X28. 9. 37—31 enz.!
Men bestudere nu nog eens even de
diagramstand voor de volgende problema
tische afwikkeling. 1. 3631, 16$1, 2.
33—29!, 23X43. 3. 32—27!, 21X23. (A.) 4.
31—27!, 43X21. 5. 25—20!!. 14X34. 6. 40X27,
17 X 28. 7. 37—31 en wit zou winnen. Toch
verdient wit's tweede zet: 3127! de voor
keur, omdat zwart in deze variant bij A.
zou kunnen slaan: 3. 43X28. 4. 27X20,
17X28 met goed spel voor zwart, omdat op
5. 20—14, 10—15, 6. 14—10, 15—20!. 7. 25X14,
4X15 zwart een stuk kan winnen.
Het is om deze reden dat de lokzet 2.
31—27 de voorkeur verdient, want als
zwart de valstrik doorziet en antwoordt
met 2. 1116, houdt wit toch, zoals bij het
spelen van een lokzet vereist is (men mag
immers zijn partij nooit voor een lokzet
in de waagschaal stellen), goed spel door
3. 22X11, 6X17. 4. 49—43 enz.
,,Kijk", zegt grootmeester Springer, „dit
is' wat de moderne problematiek ons niet
meer biedt en vroeger schering en inslag
was Al deze fraaie mogelijkheden gecom
primeerd in een zuivere partijstelling!"....
In verband met de vakantieperiode dit
maal geen damproblemen ter oplossing.
Pc5! om 3. Dc4 te laten volgen. Verhin
dert zwart dit door 2Tc5: dan 3.
Df3!tt Nu we toch no. 7433 bespreken
brengen we een correctie in de gegeven
oplossing aan. Na 1Pf7 volgt niet 2.
Pf6, doch 2. Pf5t, Ke6, 3. Pg7tt.
Problemen van deze week.
No. 7445.
N. v. Dijk, le prijs Israël Problemist
Ass., mat in 2 zetten.
Wit: Ke8, Db2. Th3-d8, Lgl, g6. Pd5. f 5
pi f 3.
Zwart: Kd3, Lb2-e4„ pi b3, b5, c5, g4.
Oplossingen over drie weken.
Probleemoplossingen.
No. 7434. L. M. Hageman. Opl. 1. Lb4:
dreigt 2. Lc3ft. No. 7435. E. Visserman.
Opl. 1. De8 dreigt 2. Dd8:t enz. 1
Dc3. 2. Pcd7t Kf5, 3. Pf3tt 1Df4:
2. Ped7,t Kf5Pe4tt, 1Kf5, 2. Dd7t,
Kf6 3. Lg7:ft.
No. 7435. Dr. W. Speckmann. Opl. 1.
Kf6 Lb2t, 2 Kg6, d2t, 3. Kh6, Kf8, 4.
Dd8t. Kf7. 5. Pg5?t.
Goede oplossingen.
Deze drie problemen werden goed op
gelost door L. M. Hageman, Den Haag;
Paul Raschdorf, Hannover. No. 7434, no.
7435 door F. Pijls, Maasbracht. No. 7434
door dr. R. Bromberg, Roermond.
No. 7443
A. Akerblom, le prijs, Problemas 1055,
mat in 3 zetten.
Stand: Zwart 1—4, 6, 8. 1014, 16, 19,
23, 26. Wit 22, 25, 28, 30, 32, 33, 35-41, 45,
46, 49. Mag wit 3631 spelen?
Deze vraag moet met „ja" worden be
antwoord, al lijkt bij oppervlakkige be
schouwing het tegendeel het geval. Men
eontrolere de volgende mogelijkheden:
1. 36—31, 1621. Een zet, die schijnbaar
winst forceert. Immers, er dreigt 21—27
enz. Op 2. 49—43, 23—29!. 3. 33 X 24, 13—18
(ook 21—27, 11—16 enz. is voldoende). 4.
(Schaakredacteur P. A. Koetsheid,
Huize St.-Bernardus, Sassenheim)
(Zaterdag 4augustus 1956).
De problemen van deze week.
Onder no 7444 vindt de lezer een een
voudige opgave: tempoprobleem met
matverandering.
No. 7443 en no. 7445 zyn twee fraaie
eerste prijzen. Met eerste prijzen hebben
we niet altijd prettige ervaringen. Zo bv.
die van 1955 uit de Bas. Nachr. een onop
losbare. Nu worden we weer een neven
oplossing gewaar in no. 7433. De heren
Pijls en Dickhaut geven aan als eerste
zet 1. Dfl en dat blijkt in de gepubliceer
de stand op te gaan. Wij meenden een
weerlegging te zien in 1Tg6 doch
er is dan een echt problematische zet 2.
No. 7444.
P. A. Koetsheid. Eerste plaatsing.
Mat in 2 zetten.
/X
MM
'Mig},
(Slot)
Op zondagavond, wellicht juister: in de zondagnacht van 7 op 8
augustus, klonk over de aan hun ankers rukkende scliepen der armada
in de nabijheid van Calais plotseling de rauwe kreet: Gianibelli!
Gianibelli! De naam van de Italiaan
se ingenieur, die tijdens het beleg van
Antwerpen, drie jaar tevoren, Parma's
schipbrug over de Schelde ip de lucht
had laten vliegen. Er moeten op de
Armada mensen geweest zijn, die zich
de vreselijke uitbarstingen der bran
ders nog levendig herinnerden. Ze
kostten honderden en honderden het
leven!
En zie nudaar kwamen even na
middernacht, acht van die helse vuur-
monsters op de Armada af. Een pani
sche schrik maakte zich van de Span
jaarden meester. Alle ankers werden
gelicht. Het scheelde maar weinig, of
het vlaggeschip was het kind van de
rekening geworden. Ook andere gal
joenen raakten in het nauw. Kogels
doorboorden de scheepswanden en het
rondhout. Men kwam handen tekort
om de ontstane gaten te dichten. De
San Mateo moest, uiteindelijk, de ha
ven van Vlissingen binnenlopen, waar
het schip, na geplunderd te zijn, in de
diepte verdween.
's Maandagsmorgens elf uur wist de
admiraal der verzuimde kansen, Medi
na Sidonia, weer orde op de zaken te
stellen Er volgde een scheepsraad.
Sommigen stelden voor te gaan over
winteren inNoorwegen! Want er
dreigde gebrek aan levensmiddelen,
aan wijn volksdrank in Spanje
en water. Men zag zich later zelfs ge
dwongen een vreselijk besluit te ne
men: om drinkwater te sparen voorde
bemanning, liet Medina Sidonia veer
tig muildieren, die in Engeland! ka
nonnen hadden moeten trekken, over
boord gooien, benevens tientallen
paarden. Wij hebben bij een betrouw
bare schrijver, dunkt ons, gelezen, dat
de stomme dieren de vluchtende
schepen achterna bleven zwemmen.
Vluchtende schepen? Ja, want een
ongunstige wind belette de terugkeer
naar het Kanaal en er zat weinig an
ders op dan de thuisreis via het noor
den, om Groot-Brittan je heen, te wa
gen, wel een héél ongebruikelijke
route.
Het is op deze route, dat de nog al
tijd geduchte Armada, voortgezweept
langs onherbergzame kusten, speelbal
der golven en ten prooi aan de holle
zee, de meeste averij heeft opgelopen.
Haar taak had zij absoluut niet vol
bracht. Een beslissing met de wapenen
was geenszins gevallen. Zeker, de her
haalde aanvallen van Engelsen en Hol
landers hadden haar wat veren uit de
staart gerukt maar die staart zélf
konden de Engelsen maar niet te pak
ken krijgen. Bovendien moesten zij
hun eigen havens weer aanlopen bij
gebrek aan munitie. „Den twaalfden
Augustus" aldus Blok „zagen
de Engelschen de Armada voor het
laatst. Ze lieten haar toen aan haar
lot oven Dat lot was vreeselijk".
De zee benoorden Schotland en Ier
land men bereikte de 62e breedte
graad! werd voor de Armada een
Armagèddon (Harmagedon, het grote
slagveld van Palestina, waar vele be
roemde koningen het leven lieten.
Openb. XVI; 16). Dr. J. Brouwer geeft
het relaas van pater Geronimo de la
Torre weer in zijn studie: De Onover
winnelijke Vloot (Patria). De pater
schrijft:
We kwamen tot op 62 graden noor
derbreedte. Daar hadden we, midden
in de zomer, het donkerste weer dat
men zich denken kan, en de vreemdste
nevels waar wij ooit van gehoord had
den. Iedere dag regende het, vaak
met zulke regenbuien, dat we doornat
waren. Het was zo buitengewoon koud,
dat het wel Kerstmis leek. Daarbij le
den we erge honger en dorst, want
ons rantsoen bestond slechts uit een
halve liter water, een kwart liter wijn
en tweehonderd gram bedorven
scheepsbeschuit. We waren drijfnat en
het regende altoos maar door. Het
schip droop van alle kanten en de
mensen kwamen om van gebrek. De
stormvlagen waren heel zwaar, de zee
is daar altijd heel omstuimig en zo
woelig, dat er geen menselijk lichaam
tegen bestand is. (Opvarenden uit zo
veel warmere oorden stierven van kou
en gebrek, red,). Hoe meer we vor
derden, hoe heviger de stormen wer
den. Eens helde ons schip zo sterk, dat
één van de raas (waaraan de zeilen
hangen) een eind in het water dook.
Het schip was op verscheidene plaat
sen opengesprongen. We moesten er
drie zware kabels omheen sjorren.
Het mocht dan zijn, dat Engelsen en
Hollanders de Armada niet de baas
konden in ieder geval hadden zij
veel meer schepen „invencible" on
overwinnelijk bleek ze toch niet.
Trouwens, Spaanse oorkonden uit die
dagen hebben het nergens over „in
vencible". Hier en daar sprak men
van een „famosa (befaamde) armada",
maar men kan roemzuchtig zijn zon
der onoverwinnelijk te wezen Hoe
dan ook, de ongunst der elementen,
stormen, nieuwe stormen, weer ande
re stormen, speelden met de topzware,
logge, overtakelde galjoenen als waren
het strootjes van een kind. Om nu
maar heel kort te gaan: 41 galjoenen
en andere zware oorlogsschepen, twin
tig adviesjachten, drie galjassen, sa
men: 65 vaartuigen, bleven op zee. Het
ergste waren zij eraan toe, die in han
den van de Ieren vielen. Er is een
brief tot ons gekomen van zekere
Cuellar, een kapitein, die gruwelijke
bijzonderheden behelst omtrent het lot
der deerniswekkende schipbreukelin
gen, welke aan de Ierse kusten strand
den zélf ontkwam hij. doordat hij
zich ,,uit de grond van zijn hart aan
's Heren zorg en aan die van Maria
had aanbevolen".
Jaar op jaar horen wij in de Am
sterdamse schouwburg Badeloch, Gijs-
breght's vrouw, spreken over ,,dewil-
de Yr". En, inderdaad, de ruwheid der
Ieren is lang spreekwoordelijk geble
ven: de verongelukte Spanjaarden
hebben het aan den lijve ondervonden.
Medina Sidonia, ziek, mismoedig,
dacht met de rest der gehavende vloot
La Coruna binnen te vallen, maar het
werd Santander (klemtoon op de
„er"), een der beroemdste Spaanse
badplaatsen.
Vandaar schreef hij aan koning „Fe
lipe Segundo":
Men kan zich niet voorstellen in
welk een droevige toestand de sche
pen verkeren. Het zal een grote som
dukaten kosten ze weer zeewaardig te
maken. In geen geval en op geen en
kele manier zal ik mij echter meer in
laten met zeezaken, al kost het me
m'n hoofd. Want, dit laatste zal ge
makkelijker zijn dan te sterven in een
functie, waar ik niets van af weet en
waar ik niats van begrijp, en waarin
ik degenen die mij raad geven heb te
geloven, zonder dat ik hun bedoeling
kan doorzien (bij Dr. Brouwer, id.).
Filips II, die toentertijd het konin
klijk klooster van St.-Laurentius van
het Escoriaal bewoonde (men toont
daar nog zijn sobere werkkamer en
het ijzeren ledikant, waarin hij stierf),
nam de zware nederlaag, de schande,
de nationale ramp, kalm en waardig
op. Hij verweet Medina Sidonia niets;
hij ontsloeg hem niet eens uit de
dienst; toch had de hertog het land
onberekenbare schade berokkend.
„De ondergang der Armada" al
dus prof. v. Gelder „betekende voor
Spanje een enorm verlies aan mensen
levens en een financiële debacle (on
dergang), die het niet meer te boven
is gekomen. De Spaanse macht op zee
was hiermede ten einde".
Wie Laurentius zegt, moet ook
Sixtus zeggen. De Paus en de
diaken stonden schouder aan
schouder in de kerk van Rome. De
Paus moest' zich veelszins schuil
houden; Laurentius, de diaken, on
derhield dan de verbinding tussen
Petrus' opvolger en de gelovigen.
Van die eerste Pausen weten we
niet erg veel af. Van Sixtus II
haast helemaal niets. Hij bestuur
de Sint Pieters scheepje tijdens de
regering van keizer Valerianus.
Onder deze man brak een zware
vervolging tegen de Katholieken
uit. Alle bisschoppen, priesters en
diakens moesten de heidense staats
godsdienst belijden; wie niet offe
ren wilde aan de afgoden, werd
met de doodstraf bedreigd.
Onder deze keizer nu werd Six
tus II tijdens het vieren der H. Ge
heimen in de catacombe van Prae-
textatus gevangen genomen en ter
plaatse onthoofd, samen met enkele
diakens. Men ziet deze martelaar
wel afgebeeld met een geldbuidel,
wegens zijn zorg voor de behoef-
tigen. Nu was de taak der diakens
o.m.: zorg voor de armen en het
beheren, onder toezicht van hun
bisschop, der kerkelijke goederen.
Geringer in waardigheid, hadden
zij dikwijls méér invloed dan de
priesters. (In die dagen kende men
ook diakonessen, wier zorgen zich
uitstrekten over zieke en arme
vrouwen)
Toen ook Sint-Laurentius werd
gegrepen, eiste men van hem de
schatten der Kerk op. Hij vroeg
drie dagen uitstel en toonde zijn
rechters daarna de misdeelden, de
zieken en de behoeftigen. Men stelt
maar de kardinaal acht „de ak
ten van St.-Laurentius niet best te
vertrouwen" dat hij op een
gloeiend rooster gemarteld werd,
totdat de dood hem bevrijdde.
Er waren eens drie broers. Hoe ze
heetten, weet ik niet meer. Maar de
jongste had een bijnaam: Goudhaar.
Het is duidelijk waarom. En hoe het
kwam, dat ze alle drie een wens moch
ten doen, weet ik óók niet meer.
Hoofdzaak is: ze deden een wens: wie
zijn hand in z'» broekzak stak, haal
de er telkens een goudstuk uit. Goud
haar deed géén wens. Ik heb al goud
genoeg, vond hij. Toen de broers op
reis gingen, moest hij met hen mee
om hun koffers te dragen.
Eens zaten de twee oudsten in een
herberg te schransen. Want eten kon
je het niet meer noemen. Er kwam
een oud vrouwtje voorbij. Ze vroeg of
ze mee mocht eten? „Zeker zo'n oud
wijf!" spotten ze. Het mensje ging
bedroefd weg. Zag op de binnenplaats
Goudhaar staan. En begreep dat hij
óók niks kreeg van al dat lekkers.
Hier, beste jongen, hier heb je van
mij een schaar. Als je daarmee knipt,
knip je de prachtigste stoffen uit de
lucht! Probeer het maar!" Goudhaar
deed het. Er viel een lap goudlaken
voor zijn voeten neer. Hij bedankte
de lieve, oude vrouw. Stak de stof en
de schaar bij zich. En reisde verder
met zijn broers.
Weer kwamen ze bij een herberg.
Weer gingen de oudsten naar binnen.
Weer moest Goudhaar buiten op de
koffers blijven passen. „Het schijnt de
heren nogal te smaken. Mag ik mee-
eten?" vroeg een oude bedelaar.
„Zeker zo'n vieze bedelaar!" spot
ten de broers. Nu, een bedelaar was
hij wèl, maar hij zag er toch netjes
uit. „Krijg jij óók niks?" vroeg hij
Goudhaar. „Net zomin als u!" „Goed,
neem dan ait servet. Leg het op een
tafel. En bestel dan de fijnste gerech
ten", zei de bedelaar.
Het onderstaande slamspel kwam voorzeker achtte en het zou noord wellicht
in een oefenpartij. Ook sterke spelersnog kunnen bewegen klein-slam te bieden,
zullen er wel enige ogenblikken op moe-1 Noord accepteerde de uitnodiging, niet in
ten studeren, alvorens zij zullen kunnen
zeggen welke speelwijze de grootste kans
biedt om de twaalfde slag te maken.
Wij hebben de kaarten van OW ln het
diagram weggelaten, om de lezers in staat
te stellen het probleem objectief te be
naderen.
4» B 8 3
<?AH4
O H B 9 8
ij>HBl
9 8 6 5 3
Zuid gever, allen kwetsbaar.
Zuid opende het spel met 1 klaveren.
OW pasten voortdurend en het bieden
ging tussen zuid en noord als volgt ver
der:
Zuid 1 klaveren, noord 1 ruiten, zuid
2 klaveren, noord 3 SA, zuid 5 klaveren,
noord 6 klaveren, zuid pas.
Velen zouden op zuids spel in de twee
de biedronde 3 klaveren geboden hebben.
Na het 1 ruiten antwoord van noord is dat
echter geen bijzonder aanlokkelijk bod en
persoonlijk kunnen wij ons dan ook goed
met 2 kiaveren verenigen. Nadat noord
echter 3 SA bood. achtte zuid zijn spel
terecht sterk genoeg om een optimisti
scher geluid te laten horen 5 klaveren
wees erop dat zuid dat contract vrijwel
de laatste plaats omdat hij zulk een
fraaie klaverensteun had.
Tegen het 6-klaverenbod kwam west
uit met hartenboer. Zuid zag, dat NZ aan
het hoofd stonden van 11 directe slagen,
zodat een 12e slag ontwikkeld zou moe
ten worden.
Na enig overleg vond zuid de juiste.
Hij nam hartenheer in de dummy en speel
de in slag 2 ruiten 8 na. Zou oost rui
tenaas hebben en die niet durven laten
lopen, dan was het contract gemaakt. Bo-
vendien zou het spel gemaakt kunnen
worden, als oost van de ontbrekende ho
ge ruitens (aas, vrouw en tien) er ten
minste 2 in handen had.
Na enige aarzeling speelde oost een
kleine ruiten, waarop zuid de schoppen
2 weggooide! West nam de slag met rui
tenvrouw en speelde schoppen na, die
zuid met het aas won. Nu werd twee ma
len troef gespeeld en hierna uit noord
ruiten 9 nagespeeld, oost dekte met rui
ten 10 en zui<j troefde in. Noord kwam
weer met harten aan slag - waarna rui-
tenboer voorgespeeld werd. Oost had in
derdaad het aas. doch speelde snel een
kleine ruiten bij. Zuid liet zich echter niet
misleiden en ruimde zijn kleine schoppen
op - waarna het contract gemaakt was.
Als oost ruitenaas gegooid had, zou zuid
hebben ingetroefd, zou met troef naar de
dummy hebben kunnen gaan en had dan
op de vrije ruitenheer zijn verliezende
schoppen kunnen parkeren. Het is wel
interessant te zien, hoe belangrijk de rui
ten 9 en 8 in dit spel waren; zonder die
kaarten bij noord, zou zuid zijn contract
nauwelijks hebben kunnen maken.
mimir
De andere dag gebeurde er iets der
gelijks. Maar nu kwam er een jong
Meisje naar Goudhaar toe.. „Hier heb
je een zilveren kraan. Wanneer je hem
opendraait, komt er heerlijke wijn uit.
Je broers gunnen je niks, maar ik
gun je wèl wat!
Zo sjokte Goudhaar achter z'n broers
aan met de koffers Zijn cadeautjes
hield hij weg. Daar hoefden die twee
niks van te weten! Ze kwamen bij het
paleis van de koning. De oudsten
werd verzocht binnen te komen. De
jongste moest buiten de poort blijven,
op de binnenplaats „Wat is dat voor
iemand?" vroeg de koning. „O, Sire,
dat is een knecht van ons, die moet op
onze koffers passen!" De prinses keek
uit het raam. „Wat heeft die knecht
mooie haren!" vond ze. Want goed
haar is vast niet lelijk. „Ik ga eens een
praatje met hem maken, 't Lijkt me
wei een aardige jongen!"
Nu, daar op de binnenplaats konden
die twee het best met mekaar vinden.
Ze lachten en hadden veel schik.
„Kom, ik moet aan tafel" zei de
prinses eindelijk. Ze kon haast niet
Wegkomen van die leuke knul.
„Tafelen doen we hier!" zei Goud
haar. „Laat maar een tafel brengen."
Een lakei kwam met het ding aanzet
ten. Nu knipte Goudhaar met z'n
schaar in de lucht: er viel een ko
ningsmantel van brokaat uit de lucht.
Weet je niét wat dat is? Heel en heel
erge mooie zijden stof met goud en zil
ver erin en zo. De prinses vond hem
beeldig. Daarna verscheen het lekker
ste eten wat je maar denken kunt! En
toen de kraan openging, verspreidde
zich de geur van de allerfijnste wijn!
Dat ging zo'n paar dagen door. De
dagen werden weken. En de rest hoef
ik je zeker niet te vertellen, hè?
Prachtig! Hij kreeg de Prinses èn het
halve koninkrijk d'r bij!
Volgens de kalender moeten we ons
op 't ogenblik, begin augustus, in het
hartje van de hondsdagen bevinden, de
dagen, dat Sirius in 't sterrenbeeld „De
Hond" tegelijk met de zon opkomt en
ondergaat. Deze periode strekt zich
uit van 19 juli tot 18 augustus, èn,
tekent het woordenboek aan, wordt
gekenmerkt door „zeer warme dagen".
Nu, wat dit laatste betreft, daar heb
ben we zo onze eigen mening over,
door buiige ervaring gevormd
Trouwens, een grote encyclopedie
schrijft, om alle misverstand buiten te
sluiten, erbij: deze periode onder
scheidde zich vooral in Griekenland
door grote hitte en ook in Nederland
en omgeving geldt let op dit listige
woord! ze voor die met de grootste
warmte gedurende het hele jaar. Deze
voorzichtige woordkeuze „Grieken
land geldt ze" verklaart alles.
„Canis majoris" het sterrenbeeld
van Sirius, de Grote Hond, er be
staat óók een kleiner slag, „Canis mi
nor" vertoont de welbekende, voor
het óóg: schitterendste ster aan de
winterse avondhemel, dertigmaal
schitterender dan de zon, driemaal zo
zwaar, en zevenentwintig maal zo
groot. „In de buurt" van Sirius be
vindt zich nog een ster, Bèta, ogen
schijnlijk zonder enige luister, doch
niettemin tweeduizend maal zo schit
terend als de zon. Dit hemellichaam
staat 360 lichtjaren van ons af. Eén
lichtjaar is de afstand door het licht
in één jaar afgelegd, zijnde 9460 mil
jard km. Vermenigvuldig dit met 360
En beken dan, dat het nog wol even
zal duren eer we dóór naar toe gaan
suizen!
„Sirius" seirios betekent: heet.
Moge deze ster haar naam met betrek
king tot onze planeet spoedig eer aan
doen!