MAGGI
„Lach nooit om het kind,
altijd mèt hem"
PAGINA 3
VRIJDAG 10 AUGUSTUS 1956
Dr. H. VAN WAESBERGHE S.J.
Nieuwe assistent-moderator
Nijmeegse studenten
Miss Viola Strieker:
<jen van de etsen uit Rouaults
Miserere die thans in de abdij van
Jouarre worden geëxposeerd.
SJËRPB1J GEKLEDE TENUE
KONINKLIJKE LANDMACHT
„Strop buiten alle proporties
Lie R.A.I, acht het aanbetalingspercen
tage van 30 pet fnuikend voor de jonge
bedrijfstak. De snelle groei van het aan
tal in gebruik zijnde bromfietsen van
55.000 in 1950 tot 503.000 in 1955 is
er nl. te snel doo-r afgeremd. In het
laatste jaar werden circa 129.000 brom
fietsen aan de detailhandel geleverd. Men
had de toeneming voor dit seizoen ge
raamd op 20 tot 25 pet en deze is voor
de eerste vijf maanden van dit jaar ook
juist gebleken. Door de plotselinge ver
hoging van het aanbetalingspercentage
midden in het seizoen is het niet mogelijk
geweest de hierdoor veroorzaakte terug
slag op de afzet in de planning te ver
disconteren, zodat de strop buiten alle
proporties is.
Mgr. dr. B. J. Alfrink heeft in zijn hoe
danigheid van voorzitter van het bestuur
der Sint-Radboudstichting en op voor
dracht van de provinciaal der Jezuieten
aan pater A. W. M. Oremus S.J. eervol ont.
slag verleend als assistent-moderator van
de studenten der r.-k. Universiteit en van
het Nijmeegs Studenten Corps Carolus
Magnus en tot diens opvolger benoemd
pater dr. H. P. J. m, van Waesberghe
S.J.
IN ZILVERZAKJES
De populairste onderwijzeres van de
Amerikaanse stad Cincinnati (Phio) Miss
Viola Strieker, is gisteren voor een bezoek
van drie dagen in ons land aangekomen.
Miss Strieker is in een wedstrüd tot on-1
derwijzeres nummer 1 gekozen door het
grootste gedeelte van de 380.000 leeringen
en ouders in haar stad. Als prijs heeft
zij een reis naar Europa gewonnen.
Zij heeft 50 jaar achtereen op dezelfde
school les gegeven. Enkele maanden ge
leden s zij met pensioen gegaan. De wijs
heid, die zij na een halve eeuw onder
wijzeres-zijn aan de leerkrachten van
deze wereld heeft mee te geven, luidt:
„Hebbgevoel voor humor. Lach nooit om
het kind. altijd mèt hem".
Op 25 augustus a.s. zal miss Strieker
met de nicht die haar op haar reis langs
Amsterdam. Nice, Parijs en Rome verge
zelt, terugkeren naar Amerika.
(Van onze sociaal-economische
redateur)
Aan het slot van een artikel in Het
Vrije Volk naar aanleiding van een be
schouwing van drs. J. H. Derksen over
bezitsvorming in de Katholieke Werk
gever troffen wij onderstaande passage
aan:
rïTT ANNEER wij hier de populaire
yY uitdrukking .bezitsvorming" ge
bruiken, moet vooropgesteld
worden, dat het in wezen gaat om het
vraagstuk van de eigendom. Blijkens
enkele authentieke socialistische na
oorlogse bronnen wordt in die kringen
grote waarde gehecht aan de aanwezig
heid van een persoonlijke betrekking
met het voorwerp van eigendom. Zo'n
persoonlijke band wordt aanwezig ge
acht met verbruiksgoederen en minder
met andere vermogensbestanddelen, bij
welke de nadruk overwegend valt op de
baten, die eruit voortvloeien, terwijl
men bij de eigendom van produktiemid-
delen in de vorm van waardepapieren,
zoals aandelen of obligaties, geen enkele
persoonlijke band meer ziet.
Men spreekt zich hiermee dus uit over
het in socialistische visie al of niet
aanvaardbaar zijn van eigendom, waar
bij men als norm stelt, het dienstbaar,
of zelfs onmisbaar zijn van de eigen
domsobjecten voor de ontwikkeling van
de scheppende krachten van de mens
enerzijds en voor zijn bestaanszekerheid
anderzijds; van de mens, d.w.z. van de
eigenaar zelf. Wat daar boven uitgaat
en in onze maatschappij met een
meerderheid van z.g. bezitlozen onge
lijkheid veroorzaakt, ook van inkomen
en macht komt volgens socialistische
opvatting in beginsel voor onteigening
in aanmerking. Door vorming van
overheidsvermogen en door socialisatie
zou de onrechtvaardigheid van de
ongelijke verdeling ongedaan kunnen
worden gemaakt. Van socialisatie 'wor
den in dit opzicht grote verwachtingen
gekoesterd, ook ten aanzien van de be
vordering van rationele produktie en
werkgelegenheid.
Een strikt particulier eigendomsrecht,
laat staan een natuurrecht, erkent het
socialisme niet, althans uit de voor
handen literatuur blijkt daar niet van.
Wanneer achter dit standpunt een
theorie gezocht mag worden, zou het
wel deze moeten zijn. dat de Staat de
eerste rechthebbende is op het inkomen
en het eventueel daaruit voortkomende
vermogen van de individuele burgers,
waarvan de Staat hun evenwel hoort te
laten, wat. voor hen onmisbaar wordt
geacht voor de ontwikkeling van hun
scheppende krachten en voor hun be
staanszekerheid. Het is dan echter niet
duidelijk, waaraan de Staat dit recht
zou kunnen ontlenen.
DIT socialistische standpunt tast o.p
zijn minst, genomen het uit het na
tuurrecht voortvloeiende „recht op
vrij gebruik" van de goederen aan,
welk recht zowel omvat het verwerven,
het bewaren en verzorgen en het rege
len van het gebruik. Door de degrada
tie van de menselijke natuur sinds de
zondeval is een gemeenschappelijk ge
bruik van de aardse goederen niet meer
mogelijk, zodat de goederen dienen te
worden verdeeld en de mensen in staat
worden gesteld de goederen behoorlijk
te gebruiken en overeenkomstig hun
sociale natuur met anderen samen te
werken.
Dit betekent uiteraard niet, dat men
naar willekeur zijn eigendommen zou
mogen vermeerderen of aanwenden. Vol
gens de eisen van de christelijke deug
den dient iemand anderen in zijn over
vloed te laten delen en zijn eigendom
men tot nut van het geheel aan te wen
den. Het positieve recht dient overigens
eigendomsverkrijging en overdracht te
regelen en het is duidelijk dat de wet
geving er veel toe kan bijdragen, dat
eigendomsverkrijging en overdracht or
delijk geschieden en onrechtvaardighe
den en te grote ongelijkheid worden
voorkomen. Hieraan kan de Staat echter
geen titel ontlenen tot naasting van
rechtmatig verkregen eigendommen, die
hij niet voor de persoonlijke ontplooiing
van de individuele burgers noodzakelijk
acht.
Slechts indien het algemeen belang
dit eist. kan de overheid tot een der
gelijk ingrijpen overgaan. Maar noch de
argumenten van rationele produktie of
van het verzekeren van werkgelegen
heid, noch het argument dat particu
liere machtsconcentraties moeten wor
den tegengegaan kunnen overtuigen,
dat met socialisatie van grote delen
van het bedrijfsleven het algemene be
lang gediend is. Want er is immers geen
enkele garantie, dat Staatsbedrijven ra-
ioneler zullen produceren, of dat aldus
de werkgelegenheid beter bevorderd
zou kunnen worden dan met andere
middelen. Particuliere machtsconcen
traties zouden wel kunnen worden ge
broken. maar alleen om plaats te maken
voor een veel gigantischer macht, de
Staat.
WANNEER van katholieke zijde in
eerste instantie gestreefd wordt
naar de vorming van een beschei
den bezit bij brede lagen van de bevol
king. dan past dit zeer goed in de chris
telijke leer, volgens welke de aardse
goederen niet alleen onder de mensen
moeten worden verdeeld, maar ook een
zeker bezit in omvang variërend naar
staat en stand, noodzakelijk is voor de
juiste ontplooiing van de menselijke per
soonlijkheid. Dit impliceert ongelijkheid
welke, gezien het verschil in aanleg
en begaafdheid, nu eenmaal in de men
selijke natuur besloten ligt.
Men wil dit streven naar een beschei
den vermogen voor hen. die er te wei
nig van hebben, nu het predikaat
„christelijk" onthouden, alsof de chris
ten alleen armoede en onthechting zou
mogen nastreven. Men begrijpt dan het
christendom slecht, of wil het welbe
wust compromitteren. Collectieve, ge
forceerde armoede en onthechting zijn
bepaald geen christelijk ideaal. De
mens kan deze deugden slechts per
soonlijk en in vrijheid beoefenen, waar
toe hij alleen in staat wordt gesteld,
wanneer er iets is, waar hij vrijwillig
van af kan zien. Men diene ook wel te
bedenken, dat een voornamelijk con
sumptief ingestelde inkomensbesteding
veel materialistischer kan zijn, dan
een. waarbij spaarzaamheid een grote
rol speelt, omdat de spaarzaamheid
veelal gericht zal zijn op een behoefte
bevrediging van hogere rangorde.
Er is dus wel een Principieel verschil
tussen christenen en socialisten, maar
ten aanzien van het onmiddellijke doel
een bescheiden bezit voor de brede
massa, zou in beider standpunt toch
wel een basis van overeenstemming ge
vonden kunnen worden, tenzij de socia
listen voor alles en onder alle omstan
digheden blijven vasthouden aan ver
groting van het., gemeenschapsbezit. Het
komt ons voor, dat hier de schoen
thans wringt.
Vruchteloos zal drs. Derksen theoretische
verschillen zoeken tussen christenen en
socialisten. Als hij werkelijk zoekt zal hij naar
de verschillen tussen katholieke leden van de
PvdA en katholieke leden van de KVP moeten
zoeken. Dan is er een kans, dat hij op de
werkelijke verschillen in politiek inzicht en
politieke ernst stuit.
Hij zal echter bij de leden van de PvdA
grote weerzin ontmoeten om de bezitsvor
ming uit te roepen als het toppunt van
christelijke politiek. Want van het propa
geren van deze leuzen verwacht men in de
PvdA noch een groei van de naastenliefde,
noch een opbloeien van de gemeenschapszin.
Integendeel, de leuze: bezitsvorming lijkt ons
in haar naaktheid slechts sentimenten wak
ker te roepen, die pas in de allerlaatste plaats
in aanmerking komen voor het predikaat
christelijk".
Het is niet onze bedoeling de hand
schoen voor de heer Derksen op te
nemen, waartoe hij zelf immers mans
genoeg is. Ons treft echter wel,
dat Het Vrije Volk en blijkbaar ook de
PvdA in het algemeen zich aanmatigen
te beoordelen of uit te maken, wat
„christelijke" politiek is en wat het
predikaat christelijk" verdient of niet.
Gezien de bepaald niet-christelijke
instelling van PvdA en Vrije Volk, is
het evident, dat van hen hierover geen
oordeel gevraagd wordt en zo dit toch
gegeven wordt, dat het geen gezag
heeft. Maar nu openlijke bestrijding
van het christendom in ons land geen
zin heeft, tracht men de christelijke par
tijen juist in hun christelijk karakter
aan te tasten en onder verdoezeling of
ontkenning van de verschillen zichzelf
als hoeder van christelijke idealen voor
te stellen.
IN HET onderhavige geval wordt ont
kend, dat er tussen christenen en
socialisten theoretische verschillen
bestaan over het vraagstuk van de be
zitsvorming. Het loont daarom wel de
moeite, beiderlei opvattingen na te
gaan en te vergelijken. Daarbij stuit
men echter al direct op de moeilijkheid,
dat van een socialistische theorie in d£
ware zin van het woord eigenlijk geen
sprake is, tenminste als men zich van
de Marxistische leer distantieert, wat
het Nederlandse socialisme toch doet.
Hoogstens kan men spreken van een
socialistisch standpunt, dat gezien de
evolutie, welke dit heeft doorgemaakt,
sterk door tijd en omstandigheden
wordt bepaald en dan nog zeer vaag is.
De bewoners van het Italiaanse stadje
Rovercto hadden het trotse plan ge
maakt; een veertien meter hoog beeld
■van de Heilige Maagd, dat de kunste
naar Casagrande in hun stadje had ge-
homven, met een reusachtige Ameri
kaanse helikopter te laten overbrengen
naar de top van een van de hoogste ber
gen van Italië. Toen het al in de kabels
hing voor het transport, knapte echter
een van deze staaldraden en sloeg het
beeld tegen de grond, waarbij het uiter
aard aanzienlijke schade opliep. Op de
foto zijn de arbeiders bezig aan het
beeld, dat duidelijke tekenen van het
ongeluk vertoont. Na reparatie zal men
toch tot plaatsing op de bergtop
trachten te komen,
Officieren van de Koninklijke Land
macht zullen voortaan in bepaalde, door
de minister .van Oorlog vastgestelde ge
vallen bij hun geklede tenue de oranje
zijden sjerp mogen dragen, die voor de
oorlog tot de ceremoniële tenue behoorde.
Voor de ceremoniële tenue zijn na de oor
log geen officiële regelingen vastgesteld,
wel voor de geklede tenue. De sjerp mag
nu bij de geklede tenue worden gedragen,
indien de militair individueel deelneemt
aan een staatsplechtigheid, een diner of
gala-avond, waar een lid van het Konink
lijk Huis, een buitenlands staatshoofd of
een lid van een buitenlands regerend
vorstenhuis aanwezig is en bij een huwe
lijksplechtigheid of een begrafenisplech
tigheid, waarbij hij deel uitmaakt van de
stoet.
De bromfietsleverantciers zjjn, zo ver
telde de heer Barnes verder, niet tegen
de wettelijke regeling op zich zelf, maar
koestèren wel ernstige bezwaren tegen
enkele aspecten van de uitvoeringsbe
schikking. Men is het volstrekt niet eens
met de discriminatie van de bromfiets
ten aanzien van de andere afbetalings-
goedcrcn b.v. 20 pet voor radio- en
televisitcoestellcn c.d. en 15 pet voor
stofzuigers, naaimachines enz. temeer
daar zij in de korte tijd van haar be
staan een volksvervoermiddel is gewor
den voor vrijwel alle groeperingen. Een
steekproef-onderzoek bij detailhandelaren
in grole steden heeft, aldus de heer Bar
nes. uitgewezen dat de contante verkoop
verminderde met 19 pet en de bromfiets-
verkoop op afbetaling met zelfs 76 pet.
Hieruit blijkt wel dat de afbetalingsbe
schikking verreweg de voornaamste oor
zaak is van de teruggang, hoewel uiter
aard ook het slechte weer en de snel
heidsbeperking hun invloed hebben doen
gelden.
Wat het ontslag van personeel betreft,
merkte de heer Barnes op, dat de ongun
stige situatie op de arbeidsmarkt de fa
brikanten verplicht een groter aantal em
ployes aan te houden dan op dit ogen
blik voor hen economisch verantwoord is.
Dit brengt voor hen een extra last met
zich. Hij acht de gehele gang van zaken
in strijd met de memorie van antwoord
op het wetsontwerp, waarin werd gesteld,
dat het uiteraard niet in de bedoeling van
de minister ligt de normale bedrijfsvoe
ring in de betrokken branches in gevaar
te brengen.
10 km kunnen, rijden. Men ziet zich nu
genoodzaakt ontheffing van deze overeen
komst te vragen om de voorraad van
het bestaande type tenminste nog van
de hand te kunnen doen.