Ook augustus en onthield ons veel licht warmte Midden tussen de mensen De agrariër en de openbare mening ERVAREN REIZIGER.... DRAADLOOS CONTACT Vogels zongenverzorgden hun kroost of gingen op reis Laatste woord op gebied van TV-versiaggeving Gamma- uilen zijn verlekkerd op de nectar van afrikaantjes Hugo Brouwer maakt een kruisweg voor Volkel DINSDAG 28 AUGUSTUS 1956 PAGINA 3 De vogels gaan nog door Nu reeds vogeltrek Als de zon gaat schijnen De huismus Groepsvorming „Mickey Mouse Club" had eigen vertegenwoordigers op Amerikaanse partijconventies wêêêè Scheve voorstellingen voorlichting Principiële bezwaren BEZOEK VAN DE COLUMBIAANSE MARINE GRIEKSE AMBASSADEUR VERLAAT ONS LAND Al Keel wat jaartjes geleden overkwam het mijn vrouw en .mij, toen wij eeris drie maanden aan één stuk logeerden in een hotel te Ringgenberg aan het meer van Brien-z, dat het weer zich ;n die kleine honderd dagen zo onbetamelijk gedroeg, dat de eigenaresse ons tenslotte elke morgen haar verontschuldigingen ging aanbieden, alsof zij persoonlijk ver antwoordelijk was voor de eindeloze aan- eenrijing van sombere etmalen. Op de Vingers van één hand waren de dagen af te tellen, dat je in het lekkere zonnetje onder de^ schaduw van de bloeiende paar- dekastanjes met de Zwitserse boeren een karaf deugddoende landwijn kon ledi gen en kijken hoe de draaihalzen op het terras rondscharrelden, terwijl zij de mieren, de spijze hunner voorkeur, ach tervolgden. Onwillekeurig denk ik aan deze situatie terug, nu ik mijn natuurjournaal raad pleeg, dat betrekking heeft op de maan den juni, juli en de eerste en tweede deka- de van augustus. Er was een licht- en warmtetekort, het aantal zomerstormen die in de fruithoven soms lelijk huishiel den, was opmerkelijk groot en met de regenval liephet letterlijk en figuurlijk de spuigaten uit, zodat de wateroverlast zowel de hooiwinning bedreigde als an derszins in verschillende delen des lands een ernstige oogstschade aanrichtte. De vakantiegangers liepen haast voortdurend met hun ziel onder de armen: trooste loos zagen zij vaak hun beperkte verstrooi ingstijd verglijden. Ook mijn eigen va kanties in Oudewater en Meppel verre genden. Dat was voor de begeleidende huisgenoten erg sneu, maar betekende voor mijzelf geen ramp. Ik heb echter goed praten: ten eerste behoor ik tot de bevoorrechten, die alle weersomstandig heden boeiend vinden en ten tweede brengt mijn beroep mee, dat ik door gaans de tijd naar believen zelf kan inde len. Dit betekent dus, dat ik elke, ook in de ogen van anderen, fraaie dag naar hartelust kan plukken. Zo beleefde ik dan ook in de eerste en tweede de kade van augustus ondanks alles allerlei ge noeglijke dingen. Sommige vogels zetten hun zang, voor al in de eerste dekade, nog onverdroten voort. Het ochtend- en avondlied van de merels was nog steeds een feestelijk ge val, de tjiftjaf bleef in dezelfde periode voor het eerst de gevaarlijke wereld, maar er waren er ook, die al heel wat mans waren. Het waren deze laatste, die met hun ouders naar de graanakkers trokken. Je kon ze daar op de door re gen en wind neergeslagen rogge of ha ver in troepen van honderden zien neer strijken en de bu'ik rond eten. Een eende re belangstelling voor de bouwlanden leg den de houtduiven, tortels en kleine bos- duiven aan de dag. Als je 's avonds aan de oever van één der waaien in het Eem- nesserlandsdhap zat, kon je ze van de korenvelden, die dicht bij het IJsselmeer zijn gelegen, volgevoed in drommen naar hun haardsteden zien terugkeren. Zij ..maaiden" wat boer Bruin Noordam niet voor hen had gezaaid. De meesten van ons verkeren in de veronderstelling, dat de vogeltrek pas in de herfst begint. Inderdaad verloopt deze migratie, wat sommige soorten aan gaat vooral op zeer spectaculaire wijze ongeveer van midden-oktober af, maar ook in de nazomer kan men al groot scheepse verplaatsingen waarnemen. In juli verrieden in de avond al verschei dene bosruiters. dat zij zich hoog boven onze hoofden verplaatsten, maar toen wij in 'de eerste en tweede dekade van augustus herhaaldelijk in de Eemnesser kontreien vertoefden, merkten wij, dat er tal van vreemdelingen waren gearri veerd. Uit de moerassige oevers schrik ten wij tientallen buitenlandse watersnip pen op en wanneer wij de decoratieve vruchten van de egelskoppen stonden te bewonderen of de gracieuze bloemen van het pijlkruid, keken wij voortdurend op: nu eens klonk de roep van een groen- pootruiter, een gast uit Europa's hoge noorden, dan weer zeilde een oeverloper met afhangende vleugels laag boven het water. Maar wel het meest tot de verbeelding sprak de toeristische bedrijvigheid van de wulpen, zowel van de gewone wulp die ook tot onze broedvogelfauna be hoort, als van de kleinere regenwulp die vooral in de toendra's van Noord-Euro pa broedt en ook vooral op IJsland voorkomt. Die regenwulpen vliegen vaak zeer 'hoog en niet zelden in wig'gen. De sterkte van zo'n wig kan ten zeerste uiteenlopen, soms bestaat die uit zo'n 20 30, 40 of 50 man, maar op 20 augustus indruk, alsof er in de verte een wind door de lovers ruiste. Troepvorming vond ook plaats bij de kokmeeuwen, die in de groene grassteppen zodoende het aanzijn .gaven aan blanke „meeuwenlakens". Soms waren zij op een gekke manier aan het trappelen. Deden zij dat om de kou te verdrijven? Geenszins. Instinctief verrichtten zij deze handeling om de wor men ertoe te brengen uit de grond te komen. Ook de tureluren passeerden vaak in luidruchtige groepjes, terwijl de grut to's zich eveneens tot grotere of kleinere menigten hadden aaneengesloten. Niet laniger klonk nu meer hun welluidend grieto-grieto. In plaats daarvan lieten zij hun trekroep horen: tuk tuk tuk. Het mocht in die augustusdagen dan meermalen regenen en waaien, zodat zon- minnenden inse.kten zich schuilhielden, niettemin kwamen zij prompt voor de dag, zodra de 'hemel opklaarde. In enkele se conden tijds zaten de bloeiwijzen van be- reklauwen en pastinaken dan vol zweef- en andere vliegen. Hun aantallen waren soms zo groot, dat er van de bloemen Het bruine zandoogje puurt, lekkernijen uit de bloemen van het knoopkruid. Jonge huismus verkent voor het eerst de voor hem vreemde ivereld hiuiraama roep®"' de kleine karekiet bab belde m de rietbosschages en op de over- jange blonde halmen posteerde zich de rietgors als stuntelig, maar geestdriftig muzikant. De boerenzwaluwen gaven, ter wijl zij al vliegende de insektenjacht be oefenden, hun gezellige kwetterdeuntjes. ten beste, een enkele zanglijster floot nog zijn onstuimige aria's, maar ook spotvogel, groenling en geelgors verzon nen zo nu en dan nog een prettig wijsje. Het langdurigst, zowel in drukke steden en dorpen als in gebieden, ver van ver keer en tumult gelegen, koerden echter de houtduiven, vaak in de dichte beslo tenheid van de lovers, maar ook wel frank en vrij op schoorsteen of daknolc. En wanneer zich tussen de dagen, waar op de regen zijn grijze gordijnen boven De bij dit artikel 8eP''aa]:®te foto's zijn van C. R. TOLMAN MUSSCHE. de aarde voortsleurde, zo nu en dan een zoeler periode inschoof, reageerden som mige kieviten met baltsachtige geluiden. Het „blaten" van een watersnip, dat wij op 4 augustus in de Eemnesserpolders hoorden, paste ook heel goed in zo'n mooi-weer-kader, maar kan ook wel een normaal verschijnsel zijn geweest, daar watersnippen soms zeer laat broeden. Er waren ook nog verschillende vo gels, die hun jongen verzorgden: hout duiven, merels en huismussen, terwijl koolmezen hun uitgevlogen kroost door de lovers van struik en boom rondleid den: contact-roepen en bedelgeluiden markeerden de route, die" zij tussen de verhullende bladeren kozen. Vooral de ijver van de huismussen was ontroerend: onophoudelijk verzamelden zij voer voor de 'hongerige snebben van de kleintjes. Zij gaan door voor plompe en tamelijk onhandige vogels, maar wie hen tijdens de insektenjacht gadeslaat, is spoedig genoodzaakt zijn mening te herzien. Huis mussen weten zelfs zeer gewiekste vlie gers als vlinders te verschalken. In mijn tuin te Soest was ik er getuige van, dat zij een huismoeder, al sloeg die nog zulke wilde haken, wisten in te rekenen en dat is een heel kunststuk. lot goed begrip van zaken diene, dat een huismoe der een kloek gebouwde nachtvlinder is. een „uil" die zijn naam hieraan dankt, dat hij zich overdag vaak in onze wonin gen achter gordijnen e.d. verschuilt of in prielen, schuren of andere gebouwtjes, Zelfs grote prooidieren behoren tot hun slachtoffers. Zo zag ik in een Oudewater- se tuin lioe een huismus een forse po- PUlierpijlstaartvlinder buit maakte. Al vorens de „vette kluif" naar het nest onder de pannen te vervoeren, werden piet de snavel eerst de vleugels van het insekt verwijderd. Het wemelde in augustus nog van jon ge huismussen in allerlei stadia van ont wikkeling. Sommige waren nog hulpelo ze wezentjes onder, de dakpannen, ande- waren viiegviug en verkenden zelf maar heel weinig meer was te zien. Genoemde insekten hebben korte tongen en kunnen zich dus niet voeden met nec tar die in diepe kroonbuizen verscholen ligt. Zij zijn afhankelijk van de gemakke lijk te bereiken godendrank, die ge noemde en andere sohermbloemigen hun nam ik, als donkere lijnen tegen de klare avondhemel afstekend, een concentratie waar, die tennaastebij 350 individuen sterk was Zelfs met de kijker zou je ze niet kunnen determineren, maar zij bren gen de waarnemer gelukkig door hun roep op het goede pad. Het geluid, dat zij voortbrengen, is namelijk zeer karakte ristiek. Het klinkt als: bi-bi-bi-bi-b-b. Het is dank zij deze ..bibberende" stern- uiting, dat men ze als soort feilloos thuis kan brengen. De sterke samenscholingsdrang van vele vogelsoorten, was in die twintig da gen eveneens een zeer opmerkelijk ver schijnsel. D.it „koppelen" kwam vooral tot uiting bij de kieviten, die bij honder den en duizenden gezamenlijk in de wei den fourageerden of onder de fantastische wolkgevaarten in het luchtruim hingen. Ook de spreeuwen zaten veeltallig aan de groene dis of formeerden zich onder het .firmament tot grote donkere wolken. 's Avonds vlogen zij vaak in ongelooflijk grote scharen in de prachtige hoge essen op het boerderijterrein van Bruinekool bij het sluisje aan het eind van de Eem- nesservaart te hoop. Zij hieven dan met hun allen een verrukkelijke zwatelzang aan en de hengelaars, die aan de waai- u oevers zaten vissen, kregen dan de op. Uit de „duivelseieren zich verschillende stinkzwammen, die een doordringende aasgeur verspreidden. Dat was een kolfje naar de hand van talrij ke vliegen, d_ie een geweldige belangstel ling aan de dag legden voor het sporen- slijm, waarmee de hoed van de holstelige paddestoelen, blanke verschijningen in de tuinrand, was bedekt. Het penetrante luchtje was voor hen misschien even aan trekkelijk als voor onze neus de edele geu ren van b.v. rozen 0f gele lupine. RINKE TOLMAN. WE DACHTEN, DAT we ons in me nig opzicht een ervaren reiziger konden noemen. Maar het stukje, hetwelk we schreven over Chiasso en het „chias-so" ofwel lawaai, dat er wordt ge maakt, heeft ons in onszelf doen inkeren. Het gebeurde naar aanleiding van een opmerking van een abonné, die heel nuch ter vaststelde, dat Chiasso niet Italiaans, maar Zwitsers is. Wel, ofschoon we dit feit eigenlijk zo'n beetje in het midden hadden gelaten, kon er uit onze opmer kingen toch gedistilleerd worden, dat wij het Zwitserse grensstadje Chiasso zonder meer bij Italië geannexeerd hadden. Nu is Chiasso nooit een „terra irridenta" ge weest, zoals b.v. Zuid Tirol, al hebben indertijd zekere fascistische groepen dro mend van een nóg groter Italië, wel eens begerige blikken naar het Zwitserse kan ton Tessino geworpen enal nam de voor-de oorlogse-Beadeker Lugano en omgeving, Chiasso incluis, in zijn „Ita- liën" op, overigens om bij zijn beschrij ving van de Italiaanse meren volledig te kunnen zijn. Onze zelfinkeer deed ons van schaamte blozen over een stukje, dat we jaren ge leden eens in Lugano hebben geschreven. We maakten er een enigszins hooghartige opmerking in over een Amerikaans meis je. Het was een aardig meisje. Maar we ergerden ons er over. Het zat genoeg lijk een ijsje te lepelen, slechts af en toe een blik werpend op het schier weerga loze vergezicht (we dachten althans toen, dat het schier weergaloos was) dat het Meer van Lugano oplevert. Opeens deed het meisje haar mond iets wijder open, dan voor het consumeren van een ijsje nodig was en het vroeg on verschillig aan haar buurman, hoe de „place" heette, waar ze zich nu bevonden. We waren diep verontwaardigd. Hoe kón iemand in Lugano vragen, waar hij zich nu wel bevond? En dan over het paradijs Lugano te spreken als over een this place Maar ja, juist nu we meenden, ons (zoals gezegd in sommige opzichten) een ervaren reiziger te mogen noemen, nade- maal weer een nieuwe serie hoteletiket ten onze koffers verlevendigt, kregen we 'een lesje, We hadden in Ponte Chiasso vertoefd, inplaats van in Chiasso en de verleiding, een aardige woordspeling te maken, was oorzaak geweest, dat we niet, zoals het een ervaren reiziger behoort, grondig hadden nagegaan, waar we ons precies bevonden en wat die „place" was. We willen ons niet verontschuldigen ofschoon Chiasso en Ponte Chiasso tegen woordig één geheel vormen. Neen, we verwijten de Italiaanse autoriteiten niet dat ze nagelaten hebben, boven de uit gang van het Italiaanse gedeelte van het station van Chiasso een duidelijk Ponte Chiasso te hangen. Ten eerste al, omdat we het misschien over het hoofd hebben gezien., in de wirwar, die volgt, wanneer bij een spoorwegstaking iedereen pro beert, zo snel mogelijk met een ander vervoermiddel op zijn plaats van bestem ming te komen. Toch verontschuldigingen horen we de lezer mompelenDaarom geven we hier geen beschrijving van Ponte Chias so, dat precies op Chiasso lijkt, brengen we daarentegen hulde aan onze geogra fische zo goed georiënteerde abonné, die er voor gezorgd heeft, dat de vele lezers van onze krant, oP wier levensprogram ma een reisje naar Italië staat, nu pre cies weten, waarvoor de naam Chiasso staat. Men stapt alleen noodgedwongen in Chiasso uit, zoals wij, wanneer de Ita liaanse spoorwegmannen het Italiaanse volk op de deplorabele toestand van hun lonen en salarissen willen vestigen. Maar men wil toch wel weten, wat Chiasso zo ongeveer is, wanneer men er de voor velen adembenemende emotie van het douaneonderzoek achter de rug heeft. (U weet wel, sigaren en zo)- Welnu, tezamen en in vereniging met onze actie ve abonné is het ons dan toch maar ge lukt, het mysterie van Chiasso en Ponte Chiasso enigszins te ontsluieren. Hugo Brouwer werd geboren in Den Haag. Zijn moeder was een Brabantse, en haar eigen heimwee naar de zandgrond leefde voort in haar zoon. Zo werkt deze veelzijdige kunstenaar al jaren in het Brabantse dorpe Nuenen. Zijn ruim atelier geeft door vele ramen uitzicht op sappig-groene lente weiden met verspreide boomgroepen. Er grazen logge koeien en voor de open tuindeuren waakt op zijn eigen stuk grond zijn trouwe bouvier Hans. in overvloed weten te bieden. Ook de verdwijnen. De volmaakte kandidaat van de toekomst zal er volgens John Crosby van de „New York Herald Tribune" uit zien als iemand uit een advertentie voor dure auto's: goed opgevoed, goed gescho- ren envolmaakt antiseptisch. Glimmende en glanzende televisfetoe- steien, aangepast aan het moderne meu bilair en vooral bestemd om het oog van de huisvrouw te bekoren, vormen de hoofdschotel van de nationale radioten- toonstelling, die momenteel in Londen wordt gehouden. Er zjjn schuifpanelen om de leegheid van het scherm te ver bergen, als het toestel buiten gebruik is. p .?V)n geluidloze deuren. Er zijn gemak kelijk te verwijderen glasplaten, zodat men zelf het stof van de beeldbuis kan vegen. Er zijn kasten van plastiek die er uitzien als hout, maar die veel goedkoper zijn. Er is zelfs een miniatuur-televisie apparaat, geschilderd in vrolijke lichte kleuren en passend bij de gordijnen en het behang van de kinderkamer. Voor de echte leunstoelkijkers zjjn er TV-toestel- len. die door middel van drukknoppen op Toen we verleden week vertelden van de liplezers, die door de Amerikaanse radio- en televisiemaatschappijen waren gehuurd om op een afstand te zien, wat de deelnemers aan de Amerikaanse par tijcongressen elkaar in vertrouwen had den te zeggen en dat via de microfoon wereldkundig te maken, meenden we, dat het moeilijk erger zou kunnen. Maar nu horen we, dat de „Mickey Mouse Club haar eigen televisie-verslaggevers naar de conventies in Chicago en San Francisco heeft gestuurd. Tommy Kirk, 15 jaar en Judy Harriet, 14 jaar> hebben op heide politieke evenementen commentaar ge leverd van het standpunt der kinderen uit. Een standpunt, da,t hij vorige conven ties schandelijk is verwaarloosd Daarmee is. wat de verslaggeving van beide conventies betreft, het allerlaatste woord gezegd. Verd-er was er letterlijk iedereen. Fred Muggs. de chimpansee, Pogo, een in Amerika momenteel bijzon der populaire tekenfiguur en Lee Meri wether, winnares van een schoonheids wedstrijd, die allemaal hun eigen zeer bijzondere politieke standpunt naar voren brachten. Nog meer dan in 1952 is dit het jaar van de techniek der massa-media ge weest, al was er ditmaal geen sprake van een titanenstrijd, zoals die de vorige maal tussen Eisenhower en Taft werd gevoerd. Thans moest de techniek het tekort aan politieke spanning goedmaken. De kan didaten hadden de raad gekregen in hun kleding contrasterende kleuren te gebrui ken, geen witte overhemden met open hals o-f dassen met gedurfde patronen te dragen, voorzichtig te zijn met baarden en persoonlijke aanwendsels zoveel mo gelijk te bedwingen. De met rook gevulde kamers, waar de Amerikaanse politici vroeger bijeenkwa men, zijn wellicht voor goed verdwenen om plaats te maken voor elektronische huiskamers met miljoenen mensen. Daar- m passen natuurlijk geen sigaren meer, geen overhemden met lage hals, geen das sen met gedurfde patronen. En nu die dassen verdwenen zijn, zuilen de elek tronische technici er waarschijnlijk wel voor zorgen, dat ook de gedurfde patro- jUl.t. de redevoeringen en uit de ideeën prachtige dagvlinder, die landkaartje heet, vond de weg naar de umbelliferen, maar snoepte ook meermalen van de leverkruid- „honing". Bonte zandoogjes, vuilboom blauwtjes, witjes en bruine zandoogjes zorgden eveneens voor een fleurig ver tier; de laatste streken gaarne neer op de bloemen van knoopkruid en kogeldistel, die ook menigten hommels en bijen lok ten. -Vooral in de avonduren waren de gam ma-uilen in de weer. Deze schichtige „pistooltjes" mikten hun roltongen bij voorkeur in de bloemen van enkelvoudi ge dahlia's, dagkoekoeksbloemen en afri kaantjes. De kleine springzaden in de border van mijn tuin, die nog ijverig bloeiden, maar waarvan vele vruchten al in het explosie- stadium verkeerden, werden door de in sekten vrijwel gemeden. Een enkele zweef vlieg vereerde hen soms met een bezoek en soms werden zij systematisch bevlo gen door een kleine hommelsoort. Maar op verschillende dagen steeg uit die springzaad-rimboe een dégoutante geur ontwikkelden een afstand kuhnen worden bediend. En bij verschillende toestellen zijn de kana len van de BBC en de commerciële tele visie vlak naast elkaar aangebracht, zo dat men snel van de een op de ander kan overschakelen. Het televisiescherm van 17 inches is ditmaal nog het meest populair, met het scherm van 21 inches als goede tweede. Het volgende jaar zal dit laatste waar schijnlijk de populairste afmeting worden en daarmee zal tevens een eind komen aan de voortdurende groei van de TV- schermen. Deskundigen zijn van mening, dat 21 inches de standaardafmeting in Engeland zal worden. Grotere schermen zijn minder geschikt voor huiskamers van normale afmetingen en een dergelijke standaardisering zal bovendien leiden tot lagere prijzen. Ondanks de verhoogde omzetbelasting en de beperking van het krediet liggen de prijzen van de toestellen weinig hoger dan verleden jaar. Het vreemde is, dat de kredietbeperking en de verscherping van de afbetalingsvoorwaarden waarschijnlijk in de kopiende herfst zullen leiden tot een tekort aan bepaalde toestellen in sommige gebieden. Sommige fabrikanten, die een daling in de verkoop vreesden, hebben hun produktie gedurende de zo mer met 15 tot 20 procent verlaagd. Maar er is niets dat op een dergelijke daling wijst, zodat sommige mensen, die beslist een bepaald merk willen aanschaffen, hun apparaat nu reeds zullen moeten be stellen om er zeker van te zijn. dat ze het in hun bezit hebben als de lange avonden aanbreken. De onderwijzers in Amerika zijn bang, dat ze hun baantje aan de televisie zul len verliezen. Op een onlangs door hen gehouden congres hebben ze een resolutie aangenomen, waarin zij verklaren: „We verzetten ons onveranderlijk tegen mas sa-opvoeding door middel van de televi sie als vervanging van het thans bestaan de klassikale onderwijs." Dat zulke behoudzieke mensen zó ver vooruitziend in hun resolutie kunnen zijn! Een recente tekening van Hugo Brouivet Wie op het ogenblik een bezoek brengt aan het atelier van Hugo Brou wer wordt het eerst ge troffen door een aantal aan de muur geprikte houtskoolschetsen van kruiswegstaties. Dit zijn ontwerpen voor een kerk je in Volkel; ze tonen een kubistische inslag en de expressiviteit van de fi guren wordt nog ver hoogd door de soberheid van tekening. De kunste naar heeft zich aangepast aan het bevattingsvermo gen van de dorpsbewo ners voor wie deze kruis weg bedoeld is. Hij heeft het natuurbeeld niet ge deformeerd tot onbegrij pelijke abstracties. En dit is een typisch kenmerk voor Hugo Brou. wer: de ontwerpen die hij maakt past hij als vaste regel aan, aan de menta liteit en het inzicht van zijn opdrachtgever. Hij vertelt dat dit geen ver raad van zijn kunst is zo- IariT het wezen van het schilderij, de essentie, niet wordt aangetast. De vorm is per slot een kwestie van techniek. Hugo Brou wer beheerst vele vor men van de beeldende kunst. Hij is schilder, glazenier en beeldhouwer, en op ieder van deze ge bieden heeft hij naam verworven. Enige tijd geleden werd in dit blad een bespreking gegeven over de glazen die hij maakte voor de Liduinakerk in Hiilegers- berg. Op het ogenblik ligt er een opdracht bij hem voor ramen in de Deke nale Kerk in Eindhoven, waar reeds een raam en een altaar van hem zijn geplaatst. Als monumentaal kun stenaar maakte hij in Ze venbergen in een jon gensschool een wand schildering van 30 m2, in het Catharina-lyceum in Eindhoven herschiep hij de aula tot een plaats waar de zon altijd lijkt te schijnen door zijn lichte beschilderingen van muur en kasten. Onlangs schilderde hij een portret van H.M. de Koningin, terwijl ook de Bisschop van Den Bosch door hem op het doek werd gebracht. Terwijl Hugo Brouwer uit om ons heen staande laden tekeningen en foto's opdiept, is hij voortdu rend aan het praten. Hij doet dit met veel zorg en bijna even graag als schil deren. Zijn zinnen maakt hij tot sierlijke lijnen, die hij, kleur gevend dooreen enkel gebaar, over het strakgespannen doek van zijn onderwerp trekt. Soms herhaalt hij enkele woorden, louter omdat hij ze mooi vindt, en al pra tend trekt hij conclusies die hem soms zelf ver rassen. Hugo Brouwer heeft heel eigen gedachten over de positie van de kunste naar, gedachten die in deze tijd zeldzaam blij ken. Hij wil, als de Mid deleeuwse kunstenaar, als een vakman midden tus sen de mensen staan en hen dienen naar zijn bes te vermogens. Het is onze vaste over tuiging dat hij in dit op zicht volkomen is ge slaagd, en het beste be wijs hiervoor zijn wel de vele opdrachten die hem en niet alleen uit Ne derland bereiken. L)c groeiende bloem van het pijlkruid UccuruticJ zijn de vruelilen van de grote cgclskop (Van onze landbouwmedewerker. Het landbouwschap heeft in zijn ver gadering van 22 augustus 20.000 gevo teerd ten behoeve van een onderzoek, dat klaarheid moet brengen over de vraag, hoe de gemiddelde Nederlander over de Nederlandse boer denkt. Het schap wil dus inzicht hebben in de plaats, welke de boer inneemt in de publieke opinie. En dat niet alleen. Het onderzoek zal zich niet beperken tot het registreren van de heersende meningen maar ook trachten vast te stellen het „waarom" van deze meningen. Het schap wil we ten. welke voorstellingen, meningen en ge vo-elens er bestaan in de niet-agrarische kringen van de Nederlandse bevolking met betrekking tot de boerenstand en welke factoren daaraan ten grondslag liggen. Op basis van deze gegevens zou men dan moeten komen tot een beïn vloeding van de openbare mening ten gunste van land- en tuinbouw. Het vraagstuk van de publieke opinie houdt reeds geruime tijd de gemoederen in landbouwkringen bezig. Men heeft het onprettige gevoel dat door de toenemende industrialisatie van ons land de afstand tussen de agrarische en de niet-agrarische beroepsbevolking steeds groter wordt. In het bijzonder constateert men, dat de waardering voor de boer en de landar beider vermindert en dat er allerlei sche ve voorstellingen leven omtrent de aard van het agrarisch produktieproces, de arbeids- en levensomstandigheden van de agrariër en zijn betekenis voor de natio nale welvaart. Deze scheve voorstellingen zullen geli quideerd moeten worden door het bij brengen en vermeerderen van kennis om trent het agrarische. Daarmee is een taak gesteld, welke een jarenlange voortduren de en stelselmatige arbeid zal vragen, die gebaseerd is op massa-psychologisch inzicht en beheersing van de moderne publiciteitstechniek. Deze taak kan alleen volbracht worden door specialistische krachten van de eerste rang. Hun media zullen moeten zijn het onderwijs, de pers, de radio, de film en de televisie. Basis voor verantwoorde 1 het bes^e kunnen geschieden via een sub sidie van het landbouwschap, een figuur, Dat op dit stuk iets tot stand komt is in het belang van de gehele agrari sche bevolking, zowel van werkgevers als van werknemers. Een juist inzicht in da problematiek van en waardering voor de land- en tuinbouw bij de openbare mening is voorwaarde voor een actieve agrari sche politiek. Geen enkele regering is in staat om een actieve landbouwpolitiek vol te houden tegen de publieke opinie in. Het regeringsbeleid moet kunnen steunen op een juist inzicht van de openbare me ning. De georganiseerde landbouw heeft dit begrepen. Daarom werd besloten de basis te leggen waarop een verantwoorde voorlichting kan worden gebouwd. In de Nwe R'damse Courant van zater dag 18 augustus zijn principiële bezwaren geopperd, indien het de bedoeling zou zijn, dat het publiekrechtelijke orgaan zich zou gaan bezighouden met voorlichting, welke ten doel heeft een betere atmo sfeer te scheppen voor de landbouw bij de andere bevolkingsgroepen. Het landbouw schap. met verordenende bevoegdheid be kleed, is een overheid. Aan zijn voor lichting moeten dus dezelfde eisen ge steld worden als aan iedere andere over heidsvoorlichting. Dit betekent, dat zij zich strikt moet bepalen tot het verstrek ken van feitelijke inlichtingen en docu mentatie en zich nimmer mag begeven in de sfeer der propaganda. Daarom moet de voorlichting over taak en plaats van de landbouw in ons nationale leven niet ge schieden door het schap maar door de vrije organisaties. Wij kunnen het met dit commentaar van de N.R.C. niet in alle opzichten eens zijn. Naar onze smaak wordt de status van het schap ietwat té eenzijdig benaderd. Overigens zijn ook wij van mening, dat de hierboven bedoelde voorlichtende taak beter uitgevoerd kan worden door een instituut, opgericht en bestuurd door de vrije organisaties van werkgevers cn werknemers. De financiering zou echter waarmee de N.R.C. zich blijkens zijn commentaar eventueel wel kan verenigen. Het feit. dat het landbouwschap thans 20.000 heeft gevoteerd voor het instel len van een onderzoek, betekent echter geenszins, dat men in die kring hier an ders over denkt. Het onderzoek moet slechts de gegevens te voorschijn brengen aan de hand waarvan men kan beoordelen op welke wijze de beïnvloeding van de publieke opinie dient te worden aange pakt. Hetgeen niet wegneemt, dat men wellicht doelmatiger te werk was gegaan indien men alvorens dit onderzoek te en tameren eerst had vastgelegd, dat men de voorlichtende taak zelf buiten het schap zou willen houden en zou willen ovërlaten aan een instituut, rechtstreeks onder het beheer van de vrije organisaties. Twee schepen van de Columbiaanse marine, de fregatten „Almirante Brio" en „Almirante Padilla", zullen van 31 augus tus tot 2 september een niet-officieel be zoek brengen aan ons land. De beide fre gatten, die hebben deelgenomen aan de strijd in Korea, zullen een bezoek brengen aan een aantal Europese landen. Zij ne men op 31 augustus des namiddags om 3 uur ligplaats in Amsterdam, komende uit Zweden. Zij vertrekken op 2 september naar Antwerpen. De ambassadeur van Griekenland bij het Nederlandse hof, de heer Nicolas Anissas, zal in de loop van september naar zijn land terugkeren. Hij kwam in augustus 1954 naar Den Haag, aanvankelijk als ge zant en in oktober 1955, bij de verheffing van de wederzijdse gezantschappen tot ambassades, als ambassadeur. Hot is op het ogenblik nog niet bekend welke nieu we post hij zal opnemen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1956 | | pagina 5