Verscheidenheid in de nieuwe kerkenbouw Natuurbescherming een levensbelang Rome en de Bijbel99 Vrije se F ranse Kerkelijke Kunst (I) door prof. dr. J, A. E. v. Dodewaard Ifllff Wat de coöperatie tot stand bracht Katholiekental en wereldbevolking Interessante cijfers Een visie uit de protestantse levenssfeer dodelijke trap van Kruisheer v. Gils, oud- pastoor van Bandoeng, 25 jaar priester DONDERDAG 20 SEPTEMBER 1956 PAGINA 7 DUITSE STARING BOOD H. M. JONGSTE WERK AAN Koningin ontving Europese boerenleiders UNION NATIONALE Royan, grillig NIEUWE REGELING VOOR DIENSTVERBAND BEROEPS MILITAIREN STARTVERBOD VOOR DE AMERIKAANSE STRAAL- BOMMENWERPER B-52 gm 7 Villyeenvoudig Deux Villes: vriendelijk ■ft - 1, PAARD Zondag feest in Amersfoort Kerk te Van 13 september tot 28 oktober wordt in het Ste delijk Tentoonstellingspaleis voor Moderne Kunst te Parijs een tentoonstelling gehouden van hedendaagse religieuze kunst. Deze tentoonstelling is hierom zo belangrijk, dat men geen ontwerpen te zien krijgt, maar maquettes en foto's van reeds bestaande kerken en kunstwerken. De tentoonstelling treedt in de plaats van de jaarlijkse Salon voor Religieuze Kunst, die tot nu toe niet heeft kunnen bevredigen. Vóór de oorlog kwam het regelmatig voor, dat men de richting van kunstenaars, die de gewijde kunst be oefenden, navolgde en dat hierdoor zich een kunstrich ting ontwikkelde. Die tijd is voorbij. Wat nu wel vaak voorkomt is, dat een architect, een glazenier en een beeldhouwer zich verenigen met een groep helpers om -I 1 TV J 1 *- l I ue XVUllillS-t" tUUUUC CGi* i»- V gezamenlijk opdrachten uit te voeren. Hierdoor is het langsteJiing voor de actuele vraagstuk- .21111- n VlAlim t a Am «31a pviolv Air Att 1*1 O f 1 TT* -- V* rs Koningin Juliana heeft gisterenmiddag het hoofdbestuur van de Europese Land- bouwfederatie, de C.E.A. ontvangen, wel ke vereniging van Westeuropese land bouworganisaties deze week een congres te Scheveningen houdt, dat door bijna 500 afgevaardigden wordt bijgewoond De Koningin toonde een levendige be- moeilijk een beweging te vinden, die zich over het hele land uitstrekt en niet in bepaalde centra een haard van die kunst zich vestigt. Daaruit volgt, dat kerken, die interessante voorbeelden zijn van bepaalde richtin gen, vaak ver uit elkaar gelegen zijn. Zo vraagt een reis naar Assy of Ronchamps een hele dag. Daarom is het gelukkig, dat de grote kerkorganisatie thans een tentoonstelling heeft georganiseerd, die althans voor een belangrijk deel Iaat zien, wat er de laatste jaren aan nieuws is verschenen en welke algemene vernieu wingen te voorschijn zijn gekomen. hevig revolutionair. Men heeft ge schreeuwd toen Pierre 1' Ermite op Mont. martre te Parijs de St.-Janskerk liet bou wen. terwijl hij een zwaar gebinte van stalen T en H-balken. verbonden door lichte baksteen- of cementvullingen, vol komen zichtbaar liet. Gillet is veel verder gegaan. Hij laat de wanden ontstaan door het verticaal naast elkaar plaatsen van gelijkvormige platte elementen, die op be_ paalde hoogte door dwarsplaten worden verbonden, die dus balkons vormen. Naar de altaarzijde worden de verticale platen dikker, zodat tenslotte pijlers worden ge vormd. die een klokketoren gaan vormen De vrij platte overkoepeling laat door de flesvoeten in het beton een licht door dat een merkwaardige speling van licht in de ontstane wandfacetten veroorzaakt. Als de uitvoering aan de maquette beantwoordt, dan heeft men in Royan (Charente Mari time) werkelijk met een kerk te doen, die wel het verste afstaat van wat men tot dusver wist te bedenken. Er zijn na de jongste oorlog evenveel kerken en andere gebouwen voor religieus leven te herbouwen of te restaureren, als na de oorlog van 19141918. Voor een groot deel kunnen daarvoor herstelbeta lingen worden aangewend. Daarom is op aandrang zowel van de geestelijke als van de civiele overheid een grote coöperatie opgericht die de belangen der rechtheb benden vertegenwoordigt en behulpzaam is. bij het geven van opdrachten voor de werken. Deze coöperatie, de ..Union Na tionale des Eglises et Edjfices reügieux sinistrés", heeft tot dusvSf reeds voor de Waarde van vijftig miljard franks laten bouwenof restaureren. Zij heeft nu door deze tentoonstelling willen laten zien hoe ook de moderne religieuze kunst zich heeft laten gelden. Dat betreft dus vooral de geheel nieuwe kerken, die de verniel de moesten vervangen en ook tal van ker ken waarvoor slechts geringe middelen in het uitzicht waren gesteld, en die men toch aan kunstzinnige eisen moest laten voldoen. Niet alleen door de oorlog., maar ook door de bevolkingsuitbreiding is men ge noodzaakt tal van kerken te bou wen tegen de meest minimale kosten. Het is alsof nog slechts de doeltreffend- gewend, dat een geheel nieuw, tot dusver nooit vermoed sohoonheidselement worat verkregen. In die gevallen is net niet meer de eenvoud der materialen, maar de eerlijkheid der lijnen die bekoorlijk is. In dit laatste opzicht is de kerk die Guiilaume Gillet in Royan bouwt, al zeer Kerken als die van Lorient in Bretagne, van Pouzin in de Ardèohe, de zeer sier lijke kerk in de bergen van de Doubs te Ecot gebouwd door Arbaret verdie nen niet minder de aandacht. Al deze kerken zijn door de bouw- coöperatie gebouwd, die een leger van kunstenaars ter beschikking heeft. Daarnaast is er nog een organisatie, het „Centre des Arts plastiques", geen coöperatie maar een verband van groe pen medewerkers, die een bepaald ar chitect om zich heen heeft verzameld voor de inwendige meubilering en de coratie der kerken. Het is een samen werking tussen beeldhouwers, hout snijders, kunstsmeden, schilders, etc., die voor de religieuze kunst arbei den. Hun werk vinden we op een twee de wandeling door deze veelzijdige ten toonstelling. ken, voor de Europese landbouw en be sprak met de gedelegeerden de mogelijk heid tot een intensiever agrarisch over leg in Europa. Overigens liep het gesprek in het bijzonder over de pogingen van de C.E.A. om de omstandigheden waar onder de Europese boerenvrouwen leven te verbeteren. Deze sociale kant van het Europese landbouwwerk bleek grote be langstelling van H.M. te hebben. In de loop van het onderhoud bleek, dat de delegatie een moderne Staring rijk \fras een landbouwkundige-dichter in de per soon van de Duitse vice-president Ed mund Rehwinkel, die de belangrijkste fi guur op organisatiegebied in de heden daagse Duitse Inadbouw is. Evenals on ze Staring 100 jaar geleden is hij zowel landbouwman als dichter, die eveneens het landleven als onderwerp van zijn poëtisch werk heeft genomen. De laatste proeve van zijn werk mooht hij H.M. aan bieden. Er is een regeling in voorbereiding waar onder de beroepsmilitair beneden de rang van tweede-luitenant terstond bij zijn in diensttreding een verbintenis voor onbe paalde tijd kan sluiten. Het is daarbij de bedoeling, dat de beroepsmilitair door het aangaan van deze verbintenis zijner zijds gehouden is de staat gedurende ten minste zes jaren als militair te dienen, terwijl aan het vrijwillig volgen van een opleiding de verplichting zal kunnen wor den verbonden om na het einde daarvan nog gedurende een aantal jaren ter be schikking te blijven. De regeling zal mede van toepassing zijn op de militairen behorend tot de Kon. Marechaussee. Er is dinsdag een startverbod afgekon digd voor de Amerikaanse bommenwer pers van het type B-52, aldus is uit Ma- reda in Californië vernomen. Maandag is nabij Mareda een dergelijk vliegtuig in de lucht ontploft, waarbij vijf beman ningsleden om het leven kwamen. Twee inzittenden wisten zich met valschermen in veiligheid te stellen. In het begin van dit jaar is onder de zelfde omstandigheden ook reeds een B-52 verongelukt. De B-52 is een zeer zware bommenwerper, die wordt voortbewogen door »*".t straalmotoren. De tijd dat men als goed Nederlands staatsburger juichte bij ieder stuk hei dat werd ontgonnen, bij ieder moeras dat werd gedempt en bij elke rivierarm die Werd afgesneden, ligt nog niet zo heel ver ach ter ons; de tijd dat een bijna nationale verontwaardiging ontstaat wanneer een van de spaarzame ons nog resterende na- tuurfragmenten aan verkeer of industria lisatie ten offer dreigt te vallen, is nog pas kort geleden begonnen en de tijd dat de natuurbeschermingsgedachte bewust leeft in alle lagen van onze bevolking, ligt het voor ons en toekomstige generaties bewaren van natuurspecimina; maar o.a om het behoud van studiegebieden, waar men uit het waarnemen van het natuurlijke verloop, gegevens kan putten die in het cultuurlandschap enorm rendement kun nen geven: om het tegengaan van erosie, die reeds hele lappen van de aarde onbe woonbaar heeft gemaakt; om het behoud of hetherstel van een gunstig klimaat; kortom: om het behouden van een be woonbare wereld. Natuurbescherming is een levensbelang, heid mocht spreken* Maar dc schoonheid, die men uit eerbied voor de bestemming van bet Godshuis bleef nastreven, meen de men te kunnen vinden in de harmonie met de omgeving, de eenvoud der vor men, de eerlijkheid der materialen, de 1 zakelijkheid van de inrichting en het is ivel gebleken dat op die manier de ver- 1 hevenheid niet werd tekort gedaan. In de loop van de laatste jaren hebben wij meermalen op weinig kostbare maar bij zonder mooie kerken in Frankrijk kun nen wijzen. Zij behoeven niet een kunst experiment als dat van Assy of dat van Vence en Ronchamps te vertegenwoor digen om belangrijk te zijn voor de mo derne ontwikkeling van de kunst. Velen dier reeds voltooide e£ zijnde kerken zijn nu op de Pfrijse ten toonstelling door maquettes, tekentmg en foto's zodanig vertegenwoordigd oai men ze kan bestuderen. Vöpr wat ae meest eenvoudige betreft, is de aanwen ding van het materiaal al voldoende om een esthetische bevrediging te vinden. Het is moeilijk een eenvoudiger kerk te bedenken dan die. welke Koemtgen te Villy in de Ardennen heeft gebouwd en waarvan een allereenvoudigste vierkante toren het karakter versterkt. Dichtbij in Lotharingen te Mazières-les-Metz hebben Lecaesne en Roquet een gelijke poging gedaan in meer oorspronkelijke vormen- die niet ieder willen aanspreken. Zeer bijzonder is ook de T-vorm van de toren, waarvan de verticale as het kruis en de steunmuur draagt, die beschermd wordt door het kleine zadeldak. Koemptgen, die vele dorpskerken heeft vervangen, is ook geslaagd met de kleine kerk van Deux Villes waar dak en klok ketoren traditioneel voor de streek kon den blijven en waar de uitwendige vrien delijkheid werd verkregen, die beant woordt aan het eenvoudige inwendige van de kerk. Maar een enkele rondgang is niet voldoende om over meer dan het uiterlijk van deze kleine kerken te spre ken. Er zijn echter nieuwe vormen, waar. bij reeds de constructie der wanden voor het inwendige van grote esthetische be tekenis is. Het gaat dan niet meer om de vormen alleen, maar ook om de lichtef fecten, en er worden op dit ogenblik ker ken gebouwd in wier ruimte het spel der; lichtstralen zó merkwaardig wordt aan- (MUM*;: De kerk van Arbaret in de Doubs (te Ecot) CL nog in het verschiet. Niettemin heeft zich deze in een betrekkelijk kort tijdsbestek een revolutie voltrokken in de publieke opinie en neemt Nederland in de inter nationale natuurbescheming een vooraan staande plaats in. De verschijning van een internationale Atlas der Natuurreser vaten juist in Nederland is hiervan een bewijs en een bijna natuurlijk gevolg. Dit standaardwerk op natuurbescher- mingsgebied geeft een overzicht van de huidige stand van de natuurbescherming in alle landen van de wereld: het geeft een opsomming van de in ieder land ingestelde reservaten, die op kaarten zijn aangege ven en waarvan de belangrijkste schatten worden vermeld. Aan zeer befaamde na tuurreservaten (Camargue. Frankrijk; Al- bert Park, Belgisch Kongo; Yellowstone National Park. V.S. e.a.I is een afzonder lijk artikel gewijd. De Nederlandse reservaten in totaal ca. 40.000 ha worden provinciegewijo behandeld, nadat eerst de verschillende Nederlandse landschappen zijn besproken; een apart artikel is gewijd aan het Na tionale Park de Hoge Veluwe. Voorts wordt een overzicht gegeven van de histo rie van de natuurbescherming in Neder land en van de huidige organisatie ervan. Aan het einde van het werk wordt een overzicht gegeven van de walvisvangst en de instandhouding van de walvisstock, als mede een lijst van uitgestorven en ver dwijnende diersoorten. Een keurcollectie foto's van huivering wekkende schoonheid doet de lezer besef fen, dat hij, zo hij er de tijd voor had zijn leven lang door de natuurreservaten Ie zwerven, amper in de gelegenheid zou zijn, een glimp op te vangen van de veel zijdige natuurrijkdommen die onze aardt* nog bewaard heeft, maar geeft hem aan de andere kant de bemoedigende zeker heid, dat hij, waar ter wereld hij zich ook bevindt, steeds belangwekkend natuur schoon onder zijn onmiddellijk bereik heeft, wanneer hij zich even de moeite wil geven, het op te zoeken. Het boek opent met een aantal inleiden, de hoofdstukken, van de hand van 's we relds meest »ooraanstaande deskundigen op natuurwetenschappelijk gebied, die de betekenis belichten van de natuurbescher ming in en buiten de reservaten. Daarin wordt het de lezer duidelijk, dat het niet alleen en zelfs niet op de eerste plaats gaat om het behoud van schoonheid, om Rotsmassief in het Bry- ce Canyon N.P. in de V.S. ook louter materieel gezien. Wij hopen dat dit werk, waarvan buitenlandse verta lingen in voorbereiding zijn, ertoe zal bij dragen. dat de mens, die zoveel blunders heeft begaan bij het beheer van de hem toevertrouwde schepping, in de toekomst met de grootst mogelijke omzichtigheid te werk zal gaan bij het nemen van maat. regelen ten aanzien van het natuurbezit. V. L. Atlas der Natuurreservaten, samen gesteld door de Internationale Unie van Natuurbescherming" Uitg. Elsevier, Am* sterdam. Statige flamingo's op nestkegel n\et jong aan de oever van een der meertjes van de Rhóne-delta. Radio-Vaticana deelt mee dat volgens het Amerikaanse blad „Missie-kruistocht van de katholieke studenten" het aantal katholieken in de gehele wereld 484.077.000 bedraagt, dat wil zeggen, 18 procent van de wereldbevolking. Per jaar neemt het aantal katholieken in de gehele wereld met 1,5 procent toe, terwijl de wereldbe volking elk jaar met 1,4 proeent stijgt. De republiek Andorra heeft het groot ste percentage katholieken want alle 5.564 inwoners zijn katholiek. Op de eilanden Sint-Pieter en Miquelon in de Noord Atlantische Oceaan en op de eilanden Wallis en Futuna bedraagt het aantal katholieken 99.9 procent. Vervol gens komen Italië, Spanje en Columbia met respectievelijk 99.7, 99.5 en 99.5 pro cent. De landen waar de bevolking voor 95 procent katholiek is zijn: Mexico, Salva dor, Liechtenstein, de Dominicaanse Re publiek, Honduras, de Marquis eilanden, België, Luxemburg, Malta en Costa-Rica. Het percentage katholieken in Schot land is het dubbele van dat in Engeland, n.l. 14.1 procent. In de Sovjet-Republiek is op een totaal van 200.200.000 inwoners slechts 5 procent katholiek, terwijl in 29 andere landen de katholieken niet meer dan 1 procent uit maken van de bevolking. Het grootste aantal katholieken be vindt zich in Brazilië n.l. 53.149.500. Het wordt gevolgd door Italië en vervolgens door Frankrijk, de Verenigde Staten, Spanje, Mexico, West-Duitsland, Polen, Argentinië, de Philippijnen en Columbia. Afganistan, de Maldiven eilanden, de Mongoolse Volksrepubliek en Thibet heb ben een heel gering aantal katholieken. De reuzergironsKetK, aw in ae traaangse Bovenlanden op Sumatra wordt gevon den en waarvan de bloem een hoogte van twee meter kan bereiken (Van onze correspondent) Bij het verlaten van de wei waaruit hij het paard gehaald had, kreeg het 10- jarig zoontje van de landbouwer Leyten tg Oosterhout plotseling een trap van het dier tegen het hoofd. Het ongeluk gebeur, de op het ogenblik dat de landbouwer het hek achter zich sloot. De knaap over leed korte tijd nadien in het St.-IgnaUus- ziekenhuis te Breda aan de gevolgen van een schedelbasisfractuur. Prof. dr. J. n. Sevenster, sinds 1946 hoogleraar aan de Univer- siteit van Amsterdam in de uit legging van het Nieuwe Testament en de oud-christelijke letterkunde, heeft kort geleden een wel zeer bij zondere s tudie gepubliceerd. Zij draagt .als titel: „Rome en de vrije Bijbel",' en wil een echt eerlijk en vruchtbaar gesprek tussen de Refor matie en Rome bevorderen en be werken. Alleen reeds op grond daar van is een wat meer uitgebreide be spreking op haar plaats. Prof. Sevenster heeft zich alle moeite gegeven om op de hoogte te. komen van wat Rome nu eigenlijk over' de H. Schrift leert. Hij is niet bij tweede hands literatuur te rade gegaan, maar heeft alle authentieke kerkelijke uit spraken aandachtig, en, zoals blijkt zelfs zeer aandachtig bestudeerd, om eerst daarna zijn oordeel over Rome en de Bijbel te formuleren, terwijl bo vendien de nieuwere, rooms-katholieke geschriften over wat „traditie" is, hem geenszins zijn ontgaan. Zijn boek is als volgt opgebouwd: Na een inleiding, die het belang van deze studie naar voren brengt niet alleen voor het gesprek met Home, maar ook voor een bezinning van de Protestanten onderling over de verhouding Bijbel Traditie volgen vijf hoofdstukken, die elk een bepaald gezichtspunt behan- Het eerste hoofdstuk spreekt over „Het Lezen en Bestuderen van de Bijbel bij Rome' Het bewondert de hernieuw de belangstelling der laatste Pausen voor de persoonlijke lezing van de Bijbel en hun stimuleren van de studie der H. Schrift, maar constateert telkens, dat de gelovige lezer van het Woord Gods door de Kerk in een bepaalde richting gedrongen wordt. De. schrijver illus treert dit voor Nederland aan de hand van de Petrus Canisius-vertaling. die doör haar noten (bv. op Mt. 6". 9; 3, 31; 16, 18; enz) de lezer in een bepaalde richting stuurt en eindigt dan zijn betoon met de woorden: „Daarom is het uit eindelijk de beslissende vraag, of dit dit hoofdstuk uiteraard de voornaamste juist is, of de binding aan de leer der kerk nooit geweld heeft aangedaan aan de bijbel, of men hem nimmer dingen Iaat zeggen, die hij niet heeft willen zeg gen. of men hem soms niet de mond heeft gesnoerd, wanneer hij wilde spre ken". (blz. 51) Vanzelf komt men dan tot de vraag: Hoé Rome „richting geeft aan het tot spreken brengen van de Bij belse boodschap", en hierover handelen de volgende hoofdstukken Welke tekst volgt Rome? Voor Rome blijkt die tekst, aldus de auteur de tekst van de Vulgaat te ziin. maar., van de ene kant beroept Rome zich op de Hebreeuwse of Griekse grondtekst, terwijl >t van ,je andere kant beïnvloed bü.ift door de iatijnse Vulgaattekst, zodat de schrijver zich afvraagt: „waarom men ook niet op gebied van geloof en zeden die grondtekst voor gezaghebbend houdt!" Ziin conclusie luidt: „Zo kan men moei lijk zeggen, dat de kerk met de uit spraak vanTrente en zijn ..adere uitleg ging een bijzonder krachtige en duide lijke leiding geeft, maar eerder aanlei ding geeft tot het voortduren van aller lei onzekerheden, die grotendeels verme den konden worden, wanneer op alle terreinen het gezag van de grondtekst werd erkend", (blz. 93). Dit brengt hem dan op het thema van de leiding der Kerk in het derde hoofd stuk: „Uitspraken van de Pauselijke Bijbelcommissie" (blz. 94-134). Schrij ver heeft waardering voor het werk van deze commissie, maar betwijfelt toch of zij echt leiding geeft en wijst dan als voorbeelden enkele uitspraken aan, die uitermate vrij en ruim zijn gehouden en die door moderne, rooms-katholieke exegeten rustig omzeild worden, terwijl zij er wel de nadruk op leggen, dat zij met de „letter" van die uitspraken niet in strijd komen. Als Rome dus zegt, dat de Bijbel alleen bij de Kerk van Rome veilig is, omdat die Kerk leiding geeft, dan vindt de auteur dat toch maar een eigenaardige soort leiding (blz. 133-4). Hoofdstuk vier spreekt over de exe gese. Het thema van de gebondenheid van de exegese door de traditie speelt in rol en stuk voor stuk worden de banden en kluisters opgenoemd: de „analogia fidei", de eenstemmige leer van de Va ders, de kerkelijke uitspraken over be paalde teksten, enz. Ter illustratie van het gebonden en bevooroordeeld bena deren van de Schrift wordt zeer uitvoe rig (blz. 153-182) de kwestie van „de broeders en zusters des Heren" bespro- ken. Hef laatste hoofdstuk: „De vrije Bij bel" haiïdelt expiciet over de verhou ding Bijbel Traditie. Het thema van de onvrijheid van de Bijbel bij Rome wordt hier ecl^t tot op de grondbeginselen teruggevoerd: de rooms-katholiek kan de Bijbel niet zonder „gekleurde bril" lezen, maar de schrijver is zo eerlijk om te bekennen, dat de Protestanten er „geen goed aan doen, zich te gemak kelijk af te maken van het verwijt van Rome dat ook zij leven en denken vanuit een bepaalde traditie. Afgezien van het feit. dat in de afwijzing van de traditie in Rooms-Katholieke zin reeds op zichzelf een zekere traditie kan lig- gen, het is stellig juist, dat kerken, we tenschappelijke scholen. grote exegeten uit de dagen der Hervorming en latere tijd traditie vormen, en dat wij soms daarop veel meer afgaan dan wijzelf wel beseffen.'' (blz. 219). Na dit overzicht in vogelvlucht mogen hier enkele kanttekeningen volgen. Het kunnen slechts kanttekeningen zijn, want wil men dieper op de Verschillen de punten ingaan, dan zou een hele artikelenreeks in een vaktijdschrift no dig zijn gelijk uit bovenstaand overzicht wel blijkt- Allereerst past ons een woord van dank jegens prof. Sevenster. Het getuigt van moed en van een zeer grote liefde voor de weten schap om zo „in den vreemde" op reis te gaan en als protestant alle officiële r.-k. kerkelijke uitspraken en zeer veel r.-k. vakliteratuur door te wer ken. Het resulaat is een polemisch werk geworden, maar de toon van deze polemiek is waardig en de tegen stander wordt in zijn waarde gelaten. Eens te meer blijkt echter weer dui delijk, dat wat aan het papier werd toevertrouwd en in formules werd neergelegd, toch nooit het leven vol komen kan weergeven. De beruchte papieren-wereld" speelt ook hier de lezer weer parten. Prof. Sevenster weet immers evengoed als ik, dat men als exegeet van welk werk dan ook zich eers' vertrouwd moet heb ben gemaakt met de levenssfeer van de persoon of de omgeving, de „ambienta" waarover men gaat schrijven. Wie Von del wil gaan verklaren, zaj zich over de historie van Vondels tijd gaan oriën teren; hij gaat na met wie Vondel, con tact had, wat voor mensen het waren, hoe hun huizen waren ingericht, wat zij lazen. enz. Eerst na al dit voorwerk zal een verklaring van bepaalde tek sten mogelijk zijn. Dit alles is echter geenszins gemakkelijk en vereist een zeer groot nvoelngsvermogen. Een voorbeeld moge dit illustreren: In mijn studentenjaren werd het „Herfsttij der Middeleeuwen" van Hui- zinga door ons letterlijk stuk gelezen en de bewondering ervoor was unaniem, wèi echter voelden wij toen reeds allen aan, dat deze geniale cultuurhistoricus toch niet wist wat een gewone room- katholiek aan ervaringen onderging bij een processie, bij het ontvangen van de H. Eucharistie of van het sacrament van de Biecht. Huizinga zelf had dit nooit ervaren, had het nooit ondergaan en kon er daarom ook moeilijk goed over schrijven. Iets dergelijks nu ervaar ik bij de lezing van het boek van Se venster. Hij heeft alle r.-k. kerkelijke documenten doorgewerkt en heeft zo een volledig beeld van de papieren wereld doch de geest waarin en waarmee de rooms-katholiek dit „papier" benadert, is hem ontgaan. Sevenster schrijf» over Rome en de vrije Bijbel vanuit zijn levenssfeer, die de levenssfeer van de Reformatie is. Hij kan zogenaamd „vrij" schrijven, maar te voren staat het voor hem vast, dat de Schrift en de Schrift alleen, so la Scriptura aan het woord mag komen. Hij is dus a priori reeds „ge bonden" en steunt op een traditie, „waarop de Protestanten soms veel meer afgaan dan zijzelf beseffen", ge lijk hij het zelf ergens formuleert (blz 219). Insgelijks benaderen wij. roomsen de Schrift vanuit onzp levenssfeer Waar Paulus reeds schreef- „Houdt vast aan de overleveringen, die gij ge leerd hebt door ons woord of ons schrij ven" (2 Thess. 2. 15). kunnen wij het geschreven woord niet los van het sproken woord verklaren, los van „wat hangt in de Kerk", maar kijken wij al- tijd naar „wat overal, wat altijd, wat door allen geloofd is" (Vincentius van Lerinum) en in het geloof der Ke.rk ver ankerd ligt. anuit die levenssfeer moet men Y dan ook alle kerkelijke uitspra ken benaderen. Een uitspraak van de Bijbelcommissie b.v. zal vaak opzettelijk vaag zijn gehouden, omdat een kwestie nog niet duidelijk is en men toch voor een bepaalde eenzijdige oplossing wil waarschuwen. De waarde van zo'n uitspraak is niet in het „wetenschappelijke gehalte" ge legen. maar is heel dikwijls „zeitbe- dingt" en de uitspraak zelf kan later soms gemitigeerd of gewijzgd worden, zoals feitelijk met sommige, die door Sevenster worden geciteerd, ook reeds officieus is geschied (zie: E. Vogt. „Dé Decretis Commissionis Biblicae distin- guendis", in „Biblica" 36 1955, 564-5). De waarde van dergelijke uitspraken ligt in het feit. dat op een bepaald mo ment de gelovige geleerden voor over ijling gewaarschuwd worden omdat wetenschappelijk alle kanten van een kwestie nog niet konden worden over zien. Dat men dan enkele decennia la ter ..vrij'' met zo'n uitspraak kan omgaan, is geen teken van zwakkl leiding en ontneemt evenmin de vroegere uitspraak haar waarde: die waarde bezat zij op dat bepaalde historische moment waarop zij werd uitgevaardigd, en de rooms-katho lieke bijbelgeleerden achtten zich er aan gehouden omdat zij zich door hun geloof tot gehoorzaamheid jegens de Kerk gebonden wisten. Wat de protes tant ziet als dwang of dwingelandij van Rome, ziet de rooms-katholieke als lief devolle zorg van de Kerk. die door de H. Geest wordt geleid. Dat deze houding lang niet altijd gemakkelijk is. kan men uitgebreid lezen in de door Colsen ge schreven biografie van Dr. Foels; het kost overgave en soms veel verdriet, maar eist het geloof dat niet vaker? Dit zijn dan enkele kanttekeningen oij dit merkwaardige boek. Meer dan ooit blijkt, hoe wij, rooms-katholieken en protestanten, in ons zicht op de Schrift recht tegenover elkaar staan. Toch is dit boek. dat polemisch en toch ire nisch is, een stap naar de uiteindelijke ontmoeting. Sevenster zelf zal boven staande kanttekeningen begrijpen en ze niet euvel duiden, want uit zijn inlei ding blijkt, dat hij heel goed voelt waar de schoen wringt (blz. 12-13) Een persoonlijk kennismaken met de levens sfeer van de rooms-katholiek zal hel pen om de schriftelijke uitspraken, die de schriiver heel goed kent, te leren le zen op de wijze waarop ze gelezen wil len worden. Wie ooit in Bandoeng is geweest, kent pastoor A. v. Gils, die daar 20 jaar pas toor is geweest. Kort na zijn priesterwij ding vertrok deze Kruisheer hij was 23 jaar oud naar de missie op Java en hij werd benoemd tot pastoor aan de Pe- truskerk te Bandoeng. Met zijn gaven en enthousiasme en in- groot geloof heeft hij in dit land van het Preangergebergte bergen werk verzet. Iedereen kende hem en wie met hem in aanraking kwam, ontmoette een blije en moedige priester. Na enige jaren van schoon priester leven kwam de oorlog. Ook pastoor v. Gils kwam in Jappen-krijgsgevangen- schap, met zijn bisschop, mgr. J. Gau- mans en zijn confraters. Ze hebben veel ellende en honger doorstaan, maar bleven desondanks hun medegevangenen pries terlijk bemoedigen en troosten. Maar het grootste leed overkwam hun. toen de confraters pastoor Herman de Bekker en pastoor v. Hoek door de Kem- petai werden gedood en pastoor Jansen omkwam van honger. In 1945 kwam de vrede, welke voor hen echter nog geen vrede werd. Tot 1954 hield pastoor v. Gils zijn werk vol, hoewel dit, doordat er geen nieuwe priesters kwamen, met grote vermoeienissen ge paard ging. Alles werd zoveel mogelijk in dienst gesteld van de vorming van een inlandse clerus en hij werd aangewezen voor deze verantwoordelijke taak. welke hij tot 1954 behartigde. Toen moest hij in verband met zijn zwaar geschokte gezond heid voor goed naar Nederland en in augustus 1955 werd hij benoemd tot as sistent-moderator van het lyceum O. L. Vrouw ter Eem te Amersfoort. Op zondag 23 september a.s. viert hij in het nieuwe klooster van de Kruisheren aan de Daam Fockemalaan 10 te Amers foort zijn zilveren priesterjubileum en draagt daar een plechtige H. Mis van dankbaarheid op om half elf. Hij wordt hierbij geassisteerd door zijn oud-mede- Java-missionarissen prior G. Wester uit Rotterdam, past. M. Nillesen uit Amster dam, oud-prior Aengenent en pater dr. H. v. Asseldonk uit Hannut, die ook de feestpredikatie zal houden. Na deze mis is er gelegenheid de ju bilaris te feliciteren. Vele oud-Indisch- gasten zullen wellicht opgaan naar Amersfoort om deze H. Mis bij te wonen. Het is een jubeldag in een rijk priester leven.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1956 | | pagina 7