150 milioen in 1957 voor
scholenbouw
Chpfariite 4
E
Min. Suurhoff heeft vertrouwen
in de Fazenda Ribeirao
Weer U
Verhoog
tegen het weer!
Uw weerstand!
Minister Hofstra zet sein op onveilig
Voor de luchthaven Rotterdam
slechts beperkte mogelijkheden
Nieuive nota van (bezorgde) minister Cals
Gevolg van geboortepiek: aan nood
voorzieningen niet te ontkomen
Bestrijding van pijn
belangrijk verbeterd!
Financiële situatie van het rijk is
ernstiger dan werd vermoed
Vacht handen
f BRUNOTT
WOENSDAG 12 DECEMBER 1956
PAGINA 5
Aparte nota over
hoger onderwijs
G. Io. en v. g. I. o.
B. I. o.
U. I. O.
Kweekscholen
Nijverheidsonderwijs
Hoger onderwijs
Goede zijde van de barakken
Katholieke landbouwnederzetting in
Brazilië is aan het slagen
Voorbeeld
Perspectieven
AMERIKAANSE GOUDEN
DOLLARMUNTEN
GESMOKKELD?
"W3
V. h. m. o.
Eerste helft 1957 kasmoeilijkheden verwacht
Overt
rspannen economie
Verder dan de S.E.R.
adviseerde
O ver zicht
Tweede Kamer
Maatregelen
Minister Algera niet voor maximum
snelheid buiten de bebouwde kom
Ook voor
ÜiSkinterieur de
passende klok
Bloemkwekers van de
L. T. B.
Vakgroep wordt gereorganiseerd
V erkeersveiligheid
Brwnfietsen en auto's
Rijnvaart
Zeeland
MINISTER CALS heeft een nieuwe (eerste) nota het licht doen zien inzake
het bouwvolume voor het onderwijs en de bewindsman steeks daarbij niet onder
stoelen of banken, dat het vraagstuk van de huisvesting van het onderwijs hem
met grote zorg vervult. Het verschaffen van „onderdak" aan de leerlingen op
vrijwel het gehele terrein van het onderwijs zal, zo zegt de minister, in de ko
mende jaren grote moeilijkheden opleveren.
„Aan de ene kant ziet men bij vrijwel alle takken van onderwijs een toene
ming van het aantal leerlingen èn tengevolge van de groei van de bevolking èn
tengevolge van een verhoging van de belangstelling; aan de andere kant heeft
men te maken met beperkende bepalingen ten aanzien van de uitvoering van
bouwwerken wegens gebrek aan arbeidskrachten, waardoor ook de bouw voor
het onderwijs wordt geremd. Het uitzonderlijke hoge aantal geboorten in de jaren
1946 en 1947 schept bovendien in de komende jaren voral voor het uitgebreid
lager onderwijs, het nijverheidsonderwijs cn het voorbereidend hoger en middel
baar onderwijs bijzonder grote behoeften". In verband ook met deze geboortepiek
zal, volgens de minister, zeker niet aan alle op zich zelf genomen gerechtvaar
digde wensen kunnen worden voldaan en zullen noodoplossingen moeten worden
aanvaard, zoals huisvesting in barakken e.d. Bovendien zal voor vervanging van
feitelijk ongeschikte verblijven, evenals bij de woningbouw, slechts het aller
noodzakelijkste kunnen worden gedaan. De minister wijst <pm. ook op de mede
delingen van zijn ambtgenoot van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid, nl. dat
voor de voorziening in de nijpende woningnood, die door de regering als aller
eerste urgentie op het bouwprogramma is geplaatst, een termijn van 10 jaar
wordt gerekend. Bij het onderwijs zal dus ook met een overeenkomstige termijn
rekening moeten worden gehouden. „Op deze gronden, aldus minister Cals, heeft
hij dan ook gemeend akkoord te moeten gaan met een vaststelling van het volume
voor de sector scholen in het bouwprogramma 1957 van 150 miljoen gulden
(1956: 115 miljoen gulden)".
Tengevolge van de uitvoering van de
Kleuteronderwijswet is in de komende
jaren een relatief sterke verhoging van
de belangstelling voor dit onderwijs te
verwachten. Daarnaast zal een sterke
aandrang ontstaan om een betere huis
vesting van reeds bestaande klassen te
verkrijgen.
De minister schat het aantal leerlingen
op de kleuterscholen in 1960/1961 op
rond 422.000. Daarna kaïn op basis van
C.B.S.-ramingen van de geboortecijfers
een lichte daling worden verwacht tot
circa 415.000 in dec. 1968. Om de groei
volledig op te vangen zouden in de eerst
komende 5 a 6 jaar 1524 lokalen moeten
worden gebouwd of 250300 per jaar.
Daarmede z'ou een bouwvolume zijn ge
moeid van 6,5—7.5 miljoen gulden per
jaar. De minister heeft nu voor 19t>7 een
volume van 8 miljoen uitgetrokken daar
bij rekening houdend met het teit,
i.v.m. de Kleuteronderwijswet^ de
voor
dat
bouw
van lokaliteiten ter vervanging van vol
komen ongeschikte verblijven noodzake
lijk is. Uit het geraamde bouwvolume
van 8* miljoen zullen circa 320 lokalen
kunnen worden gebouwd.
Bij het g.l.o. en v.g.l.o. zal d« geboorte
piek in 1958 haar hoogtepunt bereiken
Daarna zal er een daling volgen die fot
een situatie leidt, waarin de schoolbe
volking rond 1.445.000 leerlingen zal tel
len. Werd in de afgelopen jaren 40 a 50%
van het bouwvolume van de sector scho
len besteed ten behoeve van het lager
onderwijs zonder u.l.o. om de moeilijk
heden als gevolg Van de geboortepiek
van 1946/1947 het hoofd te bieden, thans
is het redelijk alles op alles te zetten om
te trachten het onderdak bijtijds gereed
te hebben voor u.l.o., v.h.m.o. en m.o.,
wanneer daar een gespannen toestand
tengevolge van de geboorteplek zal ont
staan.
De minister heeft nochtans een vrij
groot bedrag aan bouwvolume voor het
g.l.o. en v.g.l.o. opgenomen, omdat, ook
al stijgt het totaal aantal leerlingen niet,
toch rekening moet worden gehouden met
toeneming van het aantal vereiste scho
len. Ook in verband met het feit. dat. bij
de bouw van 70.000 woningen per jaar
daarvan 25.000 in nieuwe wijken komen
te liggen, die dan .zover van de oude
scholen zijn verwijderd, dat deze niet
kunnen worden benut, komt de minister
tenslotte tot een bedrag va" 21niü.]aen
1957 voor de sector g.l.o. en v.g.l.o
Wat het b.l.o. betreft kan men met 3
mdiljoen worden volstaan, wanneer t
minste, voor z'over dit nog maar ev
kan, de noodvoorzieningen ook in ae
komende jaren zullen blijven dienen.
Voor die 3 miljoen kunnen dan 75 loka
len worden gebouwd. Voor het volgend
jaar, aldus de minister, moet in deze on
derwijstak op een schoolbevolking van
44 000 worden gerekend, welk cijfer, na
een lichte daling, zal stijgen tot 52.000 in
1970.
Indien minister Cals zich baseert op i
cijfers in zijn „Vierde Nota" (schoolbe-
volking u.l.o. op 1 januari 1957. 183.000. j
op 1 januari 1962: 269.000 en na een
daling tot 257.000 op 1 januari 19™: j
263.000), dan zal in de komende 10 jaren
aan 76.000 leerlingen méér onderdak
moeten worden verschaft. De minister i
rekent dan uit, dat daarvoor 275 klas- en
70 vaklokalen nodig zijn. Hij stelt ver
volgens het bouwvolume voor deze tak
van onderwijs op 11 miljoen gulden. j
Voor gymnastieklokalen ten behoeve
van het gehele lager onderwijs, exclusief
het b.l.o., is in het bouwprogramma 1957
afzonderlijk 7,5 miljoen gulden opge
nomen. De minister zegt, dat deze prak
tisch volledig zullen dienen om de scholen
in nieuwe wijken in beperkte mate van
deze lokalen te voorzien.
Kertnr^^^weekschoolonderwijs in deze
goede hui^vo worden gestreefd naar een
lineen za? ng v00r rulm 16000 leer'
2600 leerlingenPeenÖrt-e termijJ ViT
ten worden verS nieuw onderdak moe-
gegei^ns moet daarvoor 7°^ Sen
gulden bouwvolume \vorri»° miil°en
daarvan zal dit jaaTfen .««verteert;
ter vervanging in onhoudbare situaties,
In overleg met zijn ambtgenoot van volks
huisvesting heeft hij nu voor het v.h.m.o.
26,5 miljoen gulden aan bouwvolume voor
het komende jaar uitgetrokken, waarvoor
375 klaslokalen met bijbehorende vak- en
gymnastieklokalen tot stand kunnen
komen.
Het. maximum der schoolbevolking bij
het lager nijverheidsonderwijs voor jon
gens zou worden bereikt in het cursus
jaar 1963—1964: 99000 leerlingen, hetgeen
30.000 hoger is dan het leerlingenaantal in
het thans lopende cursusjaar. In de eerst
komende jaren zou een bouwvolume van
de orde van grootte van 40 miljoen gulden
per jaar beschikbaar moeten zijn om de
groeiende schoolbevolking in deze sector
op te kunnen vangen, zo zegt minister
Cals, doch in verband met de noden elders
is het slechts mogelijk geweest voor 1957
een bouwvolume van 24 miljoen gulden
uit te trekken.
Bij het nijverheidsonderwijs voor meis
jes zouden in de betrekkelijk korte pe
riode 1957-1962 32.000 leerlingen moeten
worden opgevangen. Daarvoor is
16 miljoen noodzakelijk, doch ook hier
moet minister Cals zich beperken en
heeft hij voor 1957 een bedrag van 10
miljoen uitgetrokken.
Om te voorzien in de behoeften bij het
uitgebreid lager nijverheidsonderwijs
voor jongens zou in een periode van on
geveer tien jaren jaarlijks een bedrag
van ongeveer 6,5 miljoen beschikbaar
moeten zijn. Voor 1957 heeft minister
Cals dit bedrag, eveneens in verband met
de behoeften in de andere onderwijssec
toren, teruggebracht tot 5 miljoen.
Voor de uitvoering van de plannen ten
aanzien met het middelbaar nijverheids
onderwijs voor jongens is in de komende
tien jaren per jaar circa 6 miljoen gulden
nodig. Het voor 1957 uitgetrokken bedrag
ad 5 miljoen zal dus enige vertraging
in de uitvoering van deze plannen ver
oorzaken, aldus de bewindsman.
(Advertentie)
Vier werkelijk betrouwbare middeler
helpen elkaar en doen wonderen
Geleerden hebben ontdekt, dat bepaalde
combinaties van geneesmiddelen een bij
zonder weldadig effect hebben. Ofschoon
de werking van elk middel afzonderlijk
bekend was, bleek zulk een combinatie
krachtiger te werken dan kon worden
verwacht, De vier middelen verenigd in
Chefarine ,,4"- elk afzonderlijk al beroemd -
werken tezamen nog beter. Ze helpen ook
dan, wanneer andere middelen falen en
doen werkelijk wonderen
BEROEMDE GENEESMIDDELEN
IN ÉÉN TABLET
legen pijnen en griep. Geschikt voor de gevoeligste maag,
want die wordt beschermd door hel bestanddeel Chefarox.
Over het hoger onderwas is minister
Cals in deze nota zeer kort. In een
staatje geeft hü allereerst een overzicht
van de verwachte ontwikkeling van het
hoger onderwijs: in 1970 zouden er in
totaal 56.000 studenten zjjn. Dan wijst de
bewindsman er op, dat recente ervaringen
leren, dat bij nieuwbouw de bouw- en
inrichtingskosten per student op circa
40.000 voor de a-faculteiten en 60.000
voor de b-faculteiten kunnen worden ge
steld. Stelt men, aldus de minister, dat
bij de a-faculteiten 7,5 pet en bi, de b-
faculteiten 15 pet voor rekening van de
inrichting komt, voor zover deze niet on
der het bouwvolume pleegt te worden
begrepen, dan bedragen de investerings
kosten, wat betreft de bouwvoorzienin-
gen, per student resp. 37.000 51.000.
Hieruit blijkt reeds, dat met de noodza
kelijke bouwvoorzieningen bij het hoger
onderwijs zéér hoge bedragen zulleri zijn
gemoeid. De minister stelt zich voor zijn j
beleid op langere termijn t.a.v. het ho-
l(jke nota aan de Kamer uiteen te zetten.
Hij volstond met mede te delen dat
voor 1957 voor het hoger onderwijs aan
bouwvolume wordt uitgetrokken een be
drag van 25 miljoen, waarvan 19 miljoen
in de sector onderwijs en het overige in
de sector nijverheid (Delft en Eindho
ven). Dit bouwvolume wordt in hoofd
zaak bepaald door de stand van voorbe
reiding en uitvoering van werken.
Wat voor seminaria, internaten en land
bouwscholen in 1957 e.v. jaren nodig is
kan nog niet geheel worden overzien.
Voor het komende jaar is voorlopig een
post van f 6 miljoen bouwvolume opge
nomen.
Aan het slot van zjjn nota wjjst minis
ter Cals nog eens op de toepassing van
noodoplossingen o.m. in de vorm van
barakken waaraan niet zal kunnen
worden ontkomen. Hoewel deze nood
voorzieningen allerminst a's ideaal te be
schouwen zjjn, hebben zij onder de ge
geven omstandigheden een goede zjjde,
aldus de minister. Zij vergen n.l. een
kleiner bouwvolume en zijn spoedig ge
reed waardoor het mogelijk is in dezelfde
tijd meer huisvestingsgelegenheid te
scheppen dan bij de toepassing van per
manente bouw.
Minister Cals tracht voorts te bevor
deren, dat gemeente- en schoolbesturen
ger onderwijs, zowel wat betreft de per- j waar mogelijk er toe kunnen besluiten bij
soneclsvoorziening als de ruimtelijke uit- j de bouw van scholen tot aanwending van
breiding der verschillende instellingen j arbeidsbesparende methoden over te
van hoger onderwijs, in een afzonder- gaan.
Advertentie.
De Eerste Kamer heeft in de gisteren
middag gehouden openbare vergadering
zonder hoofdelijke stemming o.m. aange
nomen de wijziging van hoofdstuk VII
der rijksbegroting voor het dienstjaar
1956, verhoging met f 2.750.000 ter omzet
ting van de aan de Nederlandse katho
lieke landbouwnederzetting Fazenda
Ribeirao (Brazilië) verstrekte geldlening.
Bij de discussie over dit wetsontwerp,
waahbij de regering voorstelt de parti
culiere geldlening aan de Fenzenda
Ribeirao door de Nederlandse Staat te
laten overnemen en deze hierna om te
zetten in een vordering in Braziliaanse
courant, vroeg baron De Vos van Steen-
wijk zich af of het wel verantwoord is
van de zijde der regering in deze Neder
landse kolonie geld te steken. Wordt dit
geen zaak van liefdadigheid en is het
niet beter deze nederzetting maar te
liquideren en de emigranten te <joen
repatriëren?
De heer THURLINGS (KVP) wees er
op, dat er in Brazilië integendeel grote
belangstelling bestaat voor de Neder
landse nederzetting en deze vaak ten
voorbeeld wordt gesteld. Nederland zou
zijn naam schaden indien de kolonie
werd geliquideerd. Spreker achtte net
gewenst, dat aan het voornemen van de
regering uitvoering wordt gegeven, daar
dit haar in staat zal stellen met de
Braziliaanse regering onderhandelingen
aan te knopen en zeggenschap in het
beheer der nederzetting te krijgen. Ook
de voorgestelde regeling met de Katho
lieke Nederlandse Boeren- en Tuinders-
bond, waarbij deze een vergoeding van
75.000 ontvangt, achtte hij aanvaard
baar.
In zijn antwoord verklaarde minister
Suurhoff dat het vertrek van een aantal
boeren, die indertijd moeilijkheden ver
oorzaakten, omdat zij de door hen ge
teelde produkten buiten de coöperatie
om gingen verkopen, reeds sanerend heeft
gewerkt en de nederzetting thans een
normale ontwikkeling doormaakt. Er
heerst ook een veel betere stemming en
men kan zeggen dat de nederzetting thans
perspectieven heeft. Met betrekking tot
de vergoeding aan de K.N.B.T.B. merkte
de minister op, dat van een particuliere
organisatie niet mag worden verlangd,
dat zij het risico van een nieuwe lening
zou mee blijven dragen tegen zulk een
lage rente en lage aflossing als hier het
geval is. De door de regering voorge
stelde vergoeding mag niet als onredelijk
worden gekenschetst.
Wij zouden de kolonie slechts kunnen
liquideren, zo ging minister Suurhoff
voort, indien de boeren hiertoe zelf
neiging vertoonden. Het tegendeel is
echter waar. Er bestaat onder de emi
granten, die eindelijk met veel moeite
iets tot stand hebben gebracht, niet het
minste verlangen er nu mee te stoppen.
De minister wees er op, dat in de plaats
van een door de staat gegarandeerde
particuliere lening thans een staatslening
treedt waarvan de terugbetaling een
Een enkele dragée Davi-
tamon 10 per dag heft
vitaminetekorten radicaal
op. Flacons van 50, 100
en 500 dragées
Een 10 voor gezondheid
hoge vitaminewaarde
ORGANON OSS
aantal jaren wordt opgeschort. Deze
lening heeft de bedoeling de loden last,
die thans op de kolonie drukt, weg te
nemen, zodat deze met nieuwe energie
kan voortwerken. De Nederlandse neder
zetting trekt thans niet alleen de aan
dacht in Brazilië, doch ook in andere
Zuidamerikaanse staten, waaruit mag
worden afgeleid, dat het experiment
bezig is te slagen. Ik heb het vertrouwen,
zo besloot de minister, dat er vooruit
zichten zijn en de nederzetting een goede
kans van slagen maakt.
Het wetsontwerp werd hierop zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
Een passagier, die deze week per K.L.M.
uit Curasao te Paramaribo aankwam, is
aangehouden, als verdacht van het smok
kelen van een tas met Amerikaanse gou
den dollarmunten- De tas was achter het
K.L.M.-stationsgebouw gevonden door de
douane, die een tip had gekregen, dat
de betrokkene de tas daar had geworpen,
waarschijnlijk met dé bedoeling er zich na
de visitatie weer meester van te maken.
i Ad verten! ie i
Jen nimmer
ruw of schraal n
Tube 95 ct.
Het is de Hamamelis die het 'm doet
Dinsdagmiddag heeft dr. IF. Drecs in het Tropenmuseum te Amsterdam dv zeer interessante tentoonstelling „5.000
jaar schrift en schrijven" geopend. De minister-president, de commissaris van dc Koningin in Noord-Holland, dr. Prinsen
en de vertegenwoordiger van de minister van O., K. en IV, tnr. F. P. Th. Roheing stonden langdurig stil by een inzen
ding oeroude schrijfmachines.
verwerkt.
"riljoen worden
De uitbreidingsbehoefte aan r,,:-.» 4
opleiding van kleuterleidsters k.™ V:r
voor 1500 leerlingen worden gesteld HW
voor acht de minister 7,5 miljoen nodie
zodat voor beide takken, na 1956 een
totaal bouwvolume van rond 1,5 miljoen
vereist is. Daar komt nog bij hetgeen
nodig is bestaande huisvestingen door
nieuwe te vervangen. Voor het komende
laar trekt de bewindsman voor beide
onderwijstakken 4 miljoen uit.
De top in de grafiek van de bevolking
van het v.h.m.o. wordt verwacht in de
cursus 1963-1964, nl. 178.000 leerlingen
Aangezien echter de vermeerdering van
de v.h.m.o.-bevolking tot en met het
burcuisjaar 19591960 sterkei is,
komt het de minister dan ook noodzake
lijk voor bij de berekening van de uit
breiding van het aantal klaslokalen in
eerste instantie met de periode 1 septem
ber 1956—1 september 1959 rekening te
houden. Hij berekent dan, dat er in de
eerstkomende drie jaren per jaar gemid
deld minstens 473 lokalen moeten worden
gebouwd, afgezien van hetgeen nodig is
's-GRAVENHAGE, 11 december 1956.
Een verklaring van minister Hofstra namens de regering naar aanleiding
van het S.E.R.-advies betreffende de bestedingsbeperkingen is oorzaak
geworden dat de agenda plotseling grondig werd gewijzigd. Het wets
ontwerp tot vrijstelling van omzetbelasting voor textielproducten, alsmede
verhoging van enkele belastingen (op benzine, gedistilleerd en suiker),
dat hedenmiddag zou worden behandeld, werd nu uitgesteld lol morgen,
zodat de begroting van O., K. en W., die morgen een aanvang zou nemen,
ook moest worden uitgesteld.
bevaftJeJl5;laring van minister Hofstra
in bestnco6! mededeling, dat de regering
om rip i de aanbeveling van de S.E.R.
totaal me+°I7Sf>nmptivlve investeringen in
als leidraad ,2? 'mimen te verminderen
van haar beleid aanvaardde
De_-minister Sing er van uit. dat de
overspanning in 0nze economie ernstiger
vormen beeft aangenomen dan voorhfen
werd verondersteld Zonder te willln
stellen, dat van een zo alarmerende toe
stand moet worden gesproken dat ter
stond ingrijpende maatregelen nodig zijn"
zijn tooh de verwachtingen van de S Ê.r'
omtrent de toekomstige taak te optimis
tisch gebleken, Men was daarbij uitge
gaan van een tekort op de betalingsba
lans van 168 miljoen over de eerste helft
van 1956.
Tot en met september was dit echter
reeds opgelopen tot 430 miljoen en het
totaal over 1956 wordt nu geschat op
500 a 600 miljoen Bijzondere omstandig
heden, aldus de minister, hebben daar.
toe geleid, die wij ook weer niet mogen
overschatten. De betalingsbalans werd
sedert 1952 reeds geleidelijk ongunstiger
en die tendens is in 1956 versterkt. De
oorzaak van de ongunstige ontwikkeling
is gelegen in de teruggang van de han
delsbalans. Sedert het, eerste halfjaar
1953 tot oktober t956 daalde het dek
kingspercentage van de invoer van 91.2
tot 74.3.
Het iS daarom niet uitgesloten, dat in
verband met de verslechtering van onze
financieel-eoonomische positie verder
moet worden gegaan dan door de S.E.R.
wordt geadviseerd, maar dat zal dan bij
de behandeling van deze nota moeten
blijken.
Deze hele ontwikkeling verstoort de
vaste lijn, met het gevolg (jat (je:Ze gpoe-
dig moet worden omgebogen. De netto
deviezenreserves van de Ned- Bank be
droegen eind 1955 4647 miljoen en waren
op 3 december gedaald tot 3908 miljoen
In juni 1953 waren de deviezenreserves
voldoende voor een invoer van 5,8 maan
den. in juni 1954 voor 5.4, in juni 1955
voor 4.8 en in juni 1956 voor 3.8 maan
den.
Deze situatie noemde de minister
uitermate bedenkelijk, want een derge
lijke ontwikkeling Saat veelal in de aan-
vang geleidelijk doch daarna zeer snel
en dit laatste moeten wij trachten te
vermijden. Men ziet dezelfde gang naar
beneden bij 's Rijks kas.
In 1954 was in 's Rijks kas 600 miljoen
in 1955 400 miljoen en in 1956 150 miljoen.
Kasmoeilijkheden verwachtte de minis
ter in de eerste helft van 1957 en de be
tekenis daarvan moet men, zo zeide hij,
niet onderschatten, omdat hierbij ook de
gemeenten zijn betrokken, die niet meer
op de kapitaalmarkt terecht kunnen,
welker vlottende schuld eind september
600 miljoen bedroeg en thans is gestegen
tot 750 miljoen. Hierdoor dreigt de wo
ningbouw in het gedrang te raken.
De minister deelde mede, dat provin
cies en gemeenten consumptieve beste
dingen met 75 miljoen zullen moeten be
perken en haar investeringen met 125
miljoen De particuliere bestedingen
moeten worden beperkt met 275 miljoen
door afschaffing van de investerings
aftrek. verhoging van de directe belas
tingen met 50 miljoen en verhoging van
de indirecte belastingen met 60 miljoen.
De regering aanvaardt de geleidelijke
afschaffing van de consumentensubsi
dies en zal haar best doen het wetsont
werp inzake de huurverhoging zó tijdig
in te dienen, dat deze op 1 juli 1957 kan
ingaan. Minister Hofstra zeide daarbij
nog. dat de S.E.R. in haar rapport on
voldoende rekening had gehouden met
beslissingen ten gunste van de land
bouw.
Van de 700 miljoen, welke de S.E.R.
nodig acht. wil de regering er dus 200
zoeken in de overheidssector en 500 la
ten drukken od de particuliere uitga
ven
De regering wil, aldus de minister,
oo'k bevorderen, dat in verband met de
invoering van de ouderdomswet een
premiecompensatie wordt gegeven in de
vorm van een loonsverhoging van 5.6%,
ook voor de ambtenaren. Dit zal dus be
tekenen, dat de werknemers uiteindelijk
1.3% van de premie zelf betalen.
De verklaring van de minister viel
nogal als een steen in een doodstille
vijver. Zij had kennelijk ten doel de
Kamer te bewerken het verzet tegen
de verhoging van de accijns op gedis
tilleerd en van het bijzondere recht op
benzine op te geven. Of de Kamer er
morgen blijk van za.l geven deze me
thode te waarderen, kan men betwij
felen. Maar in ieder geval was het on
middellijke resultaat, dat de behande
ling tot morgen werd uitgesteld.
F. S.
's-GRAVENHAGE, 11 december 1956
Nadat minister Hofstra zijn verklaring
had afgelegd over de financiële positie
van het rijk heeft de Tweede Kamer de
verdere dag besteed aan de begroting van
Verkeer en Waterstaat.
In zijn antwoord op de algemene be
schouwingen begon minister Algera zich
ook al spoedig te beroepen op de pre
caire financiële toestand, die het nodig
maakt tot investeringsbeperkingen over te
gaan ook in de sector van Verkeer en
Waterstaat, maar hier. aldus de minister,
is deze operatie des te pijnlijker, omdat
dit departement midden in de ontwikke
ling van deze tijd staat.
Overigens verklaarde hij. dat de rege
ring van mening is, dat Nederland slechts
één grote luchthaven dient te hebben. Hij
zei dit in antwoord op opmerkingen van
de heer Visch (KVP), die o.a. had ge
vraagd of de uitbreiding van het vlieg
veld Zestienhoven niet al te groot zal
zjjn. Minister Algera deelde mede, dat hij
Rotterdam duidelijk te kennen had gege
ven, dat er slechts beperkte mogelijkhe
den aan Zestienhoven konden worden ge
geven. De outillage van Schiphol achtte
hij ook voor Rotterdam toereikend en aan
aandrang van Rotterdam tot verdere uit
breiding van Zestienhoven zal dus niet
worden voldaan. Ook Rotterdam kan het
volgens de minister met Schiphol doen,
als de nieuwe Rijksweg 4a, de weg Rot
terdamSchiphol, gereed is.
Binnen enkele weken zal aan de Twee
de Kamer een wetsontwerp worden toe
gezonden, waarin de N.V.-vorm voor
Schiphol zal zijn geregeld. Schiphol zal
aan het steeds toenemende luchtverkeer
het hoofd bieden door nog een nieuwe
startbaan aan te leggen en dat zal weer
(Advertentie).
WINKELCENTRUM BINNENWEG 45
TELEFOON 116615 - ROTTERDAM
(Van onze correspondent).
Dinsdag 11 december j.l. hield de vak
groep bloemkwekers van de Katholieke
Land- en Tuinbouwbond in Haarlem haar
algemene vergadering.
De voorzitter, de heer J. Elders, deelde
in zijn openingswoord mede, dat over
wogen wordt het lidmaatschap van de
Ned. Kath. Bloemistenvakbond, dat tot nu
toe individueel was. in de toekomst een
federatief karakter te geven, wat het be
lang van een hechte vakgroep te meer
accentueert, omdat dan alleen in de vak
groep de mogelijkheid bestaat tot leden
vergaderingen, dus ook alleen daar de
mogelijkheid om de problemen met elkan
der te bespreken.
Bij zijn beschouwingen over de resul
taten van de bloemisterij kwam naar
voren, dat deze nogal uiteenliepen en dat
men niet in alle opzichten op goede be-
drijfsuitkomsten kan bogen. Ook in de
bloemisterij zijn de onkosten met een
groter percentage gestegen dan de bruto-
ontvangsten.
De mogelijkheden tot vorming van een
bedrijfsreserve worden de bloemisterij bij
de huidige fiscale situatie niet geboden.
De heer Elders zei ook voor de naaste
toekomst op het regeringsbeleid ten deze
geen hoop te hebben. Hij sprak tenslotte
zijn waardering uit voor de werkzaam
heid van het Waarborginstituut, waardoor
vele investeringen in diverse bedrijven
mogelijk zijn geworden.
De door het bestuur voorgestelde regle
mentswijziging ontlokte een discussie over
het nut van de vakgroep. De heer Van
Egmond (kring Aalsmeer) kon zich niet
indenken, dat de K.B.V.B., die eerst alles
in het werk heeft gesteld om het lidmaat
schap op individuele leest te schoeien, nu
plotseling weer een federatief karakter
zou voorstaan. Gezien enerzijds de juri
dische zelfstandigheid van de K.B.V.B. en
anderzijds de huidige lidmaatschapsvorm,
achtte hij de vakgroep een doublure en
stelde voor deze op te heffen.
Besloten werd echter hiermee te wach
ten tot definitief bekend wordt hoe de
reorganisatie in de K.B.V.B. verloopt.
De voorgestelde wijziging van het stem
recht. waarbij niet meer per hoofd, maar
per 100 afgedragen contributie gestemd
zou worden, vond felle tegenstand. Een
en ander was voor de geestelijk adviseur,
de zeereerw. heer J A. G. v. d. Hoogte,
aanleiding om uiteen te zetten, dat het
niet principieel onjuist is; de statuten van
de Kath Ver. van ondernemers in het
Bloembollenvak, die een areaal-stemming
kent. zijn kerkelijk goedgekeurd. Als zijn
persoonlijke mening gaf hij echter te ken
nen tegen het voorstel te zijn. Het werd
van de hand gewezen. Het aldus gewijzig
de reglement werd met algemene stemmen
aanvaard.
Overeenkomstig dit reglement zal vóór
15 januari een nieuw bestuur worden
samengesteld. Alleen de heer Elders werdl
reeds met algemene stemmen herkozen.
nieuwe gebouwen en een betere verlich
ting noodzakelijk maken. Daarvoor zul
len gronden moeten worden onteigend.
Maar noch ten behoeve van Schiphol,
noch van Zestienhoven zullen méér cul
tuurgronden worden opgeëist dan strikt
noodzakelijk is.
De verkeersveiligheid besprekend deel
de minister Algera mede, dat de vraag of
een wettelijke regeling voor de autorij
scholen niet strijdig zal zijnmet degrond-
wet aan twee staatsrechtgeleerden is
voorgelegd. Men moet dus wachten op het
rapport. Mocht het blijken, dat er geen
grondwettelijk bezwaar tegen een wette
lijke regeling bestaat, dan zal er een af
zonderlijke wet komen voor de autorij
scholen. Zijn er wel grondwettelijke be
zwaren, dan zullen de bepalingen van het
wegenverkeersreglement met betrekking
tot het rijden onder toezicht worden ver
scherpt en deze strengere voorschriften
zijn reeds gereed.
De minister had nog geen behoefte aan
een wettelijke regeling voor het verhuren
van auto's zonder chauffeur; er zijn na
melijk geen duidelijke aanwijzingen, dat
de verhuurinrichtingen slechte auto's de
straat op sturen.
Voor bromfietsen wil de minister af
wachten wat de maximumsnelheid van
40 km. zal uitwerken. Het aanleggen van
afzonderlijke bromfietspaden acht hij on
mogelijk. Ten aanzien van een eventueel
tc eisen bromfietsdiploma, heeft hij zijn
standpunt nog niet bepaald. Vooralsnog
acht de minister het niet nodig voor mo
torrijtuigen een maximumsnelheid vast te
stallen voor het rijden buiten de bebouw
de kom. Ook hier hoopte hij op het ver
antwoordelijkheidsgevoel van de bestuur
ders. Al komen er ook oversteekplaatsen
voor de voetgangers, toch meende de be
windsman, dat het noodzakelijk zal zfln
een snelheidsbeperking voor het rflden
binnen de bebouwde kom in de stellen.
Wat het zondagsrijverbod betreft, zeide
de ministère dat dit zal worden verzacht
of ingetrokken zodra de situatie dit toe
laat. Wat nogal vanzelf spreekt. Men laat
zulk een maatregel niet voor de aardig
heid alléén voortduren. Het had hem zeer
onaangenaam getroffen, dat een groep
voetbalsupporters uit Venlo zich tot een
Duitse autobusonderneming had gewend
om in Amsterdam een voetbalwedstrijd te
kunnen bijwonen. Wat o.i. ter discussie
ikan worden gesteld als het waar zou
zijn, dat hiervoor geen enkele maal in
Nederland zou zijn getankt.
Het verloop bij de Spoorwegen (in de
eerste zeven maanden van dit jaar ver
lieten 7000 man het bedrijf) vond de mi
nister niet verontrustend, de meesten zijn
met pensioen gegaan en 48 pet. werd op
eigen verzoek ontslagen. Dit verloop heeft
praktisch geen invloed op de werktijden.
Op de kwestie T.E.T.O.N.O.G. wilde
de minister liever niet ingaan omdat bei
de nu weer vergunning hebben aange
vraagd en de C.V.P. (Commissie Perso
nen Vervoer) we! kennis zal nemen van
hetgeen hierover in de Kamer is gezegd.
Bij de verhoging der tarieven gaat het
er volgens de minister in de eerste plaats
om de rentabiliteit te verhogen; de verho
ging is overigens grotendeels het gevolg
van de loonsverhoging, welke beide ar
gumenten wel enigszins met elkaar in te
genspraak zijn.
Wat de verandering in het vervoer door
de R.T.M. op de eilanden betreft, ver
wachtte de minister, dat de R-T.M. de
moeilijkheden van de overgangstijd zou
weten te overwinnen.
Voor de Rijnvaartproblemen vond de
minister het zeer te betreuren, dat Duits
land nog steeds op een standpunt staat,
dat in strijd is met de Akte vanMann-
heim en met de Europese integratie. Men
zou moeten zeggen: de Rijn is geen Duit
se rivier, maar een rivier, die ook door
Duitsland stroèmt. De vrachtprijzen vond
de minister een zaak van het bedrijfsle
ven, wat niet weg neemt, dat men tegen
excessief hoge prijzen zou moeten optre
den uit een oogpunt van algemeen belang.
Ondernemersafspraken voor vrachtver
voer op de Rijn mochten niet tot gevolg
hebben, dat de vrije keuze van de ver
lader onmogelijk zou worden gemaakt.
Het stemt tot vreugde, dat Zeeuwse be
langen ook door Zeeuwse stemmen in de
Kamer worden bepleit, zo zeide de mi
nister tot de afgevaardigden Kodde en
Van der Pijl, die onlangs hun „maiden-
speeches" hielden.
Voor Zeeland heeft mr. Algera zeer
grote belangstelling. Hij ontkende, dat
Zeeuwsch-Viaanderen verwaarloosd
wordt.. De haven van Breskens is thans
in prima staat. Temeuzen heeft een pier
voor grote schepen. De Braakman is afge
sloten en het rijkswegennet in Zeöuwsch-
Vlaanderen is sterk verbeterd.
Voorts zal het rijk aan verbeteringen
der veerhavens van Vlissingen en Bres
kens grote bedragen besteden. Daarmee
zal aan de verkeersontwikkeling een
grote steun worden gegeven.
Naar de mening van de minister is er
geen reden om aan te nemen, dat Water
staat aan de Zeeuwse oesterteelt te wei
nig aandacht besteedt.
Een tunnel in het land van Saeftinghe
zal niet economisch zijn.
De sluis bij Katseveer in de Zandkreek
binnen het raam van het drie-eilanden
plan is nog in studie.
Na re- en duplieken werd de begroting
z. h. st. aangenomen.
F. S.